40 MMNieuws 2014 # 3 Meer tickets of meer binding? Het effect van online marketingcommunicatie onder de loep Tekst: Pieter de Rooij & Iris Blom Marketeers zijn gedwongen om hun marketingcommunicatiebudget steeds effectiever in te zetten. Marketingbudgetten worden kritisch onder de loep genoemen en er zijn in de loop van de jaren meerdere online communicatie- en verkoopkanalen bijgekomen. De consument wordt geconfronteerd met een information overload: er worden continu prikkels afgevuurd en de consument schermt zich (on)bewust af. Het wordt dus steeds moeilijker om de consument te bereiken. Dat betekent dat marketeers zich een aantal vragen moeten stellen: Is het effectief om de communicatie te differentiëren naar klantgroepen? Welke vorm van online communicatie levert het grootste aantal verkochte tickets op? In dit artikel, gebaseerd op het uitvoerige afstudeeronderzoek van Iris Blom, gaan we dieper in op die vragen en formuleren enkele mogelijke antwoorden. Het onderzoek bestond uit diepte-interview met gasten van Theaters Tilburg en tweetal experimenten die vervolgens door Theaters Tilbug werden uitgevoerd. Het doel van de interviews was om inzicht te verkrijgen in de voorkeuren van de gast op het gebied van de inzet van marketingcommunicatie. Het blijkt dat de seizoensbrochure nog steeds onmisbaar is. Gasten vinden dit het belangrijkste communicatiemiddel. Verder blijkt dat gasten ‘getriggerd’ worden door een veelheid van kanalen. De informatie bereikt gasten via onder andere de website, advertenties, driehoeksborden en e-mailcampagnes. Meer dan de helft van de gasten heeft het afgelopen jaar communicatie via één of meer van die kanalen gezien, wat het niet eenvoudig maakt om kanalen weg te strepen. Uit de interviews komt wel naar voren dat nieuwe, originele en gerichte informatie in het bijzonder wordt gewaardeerd. Verder tonen de interviews aan dat de meerderheid van de gasten de nieuwsbrief opent, scant en wanneer de interesse gewekt is, de meerderheid hierover graag meer leest. “De nieuwsbrief van Theaters Tilburg bijvoorbeeld ben ik wel gewoon aangemeld want ik vind het gewoon leuk om te weten wat er wat er is. (…) En als ik dan iets leuk vind dan kun je daar gewoon wat makkelijker van op de hoogte gesteld worden natuurlijk en ja ook makkelijker beslissen. (…) Ja het voordeel is dus dat je snel op de hoogte bent of makkelijk of de hoogte bent ja. (…) Ik open het vaak wel maar niet altijd. (…) Ik kijk dan vooral naar datum en naar artiesten dat is eigenlijk het hoofdpunt en dan als het me interesseert lees ik de stukjes en als ik denk van oh nou daar hoef ik niks van te weten dan lees ik het ook niet” - Respondent acht, incidentele gast. Nieuwsbrief experiment Het experiment met de nieuwsbrief duidt de voorkeuren van verschillende klantgroepen aan voor wat betreft het type nieuwsbrief die men ontvangt en de dag waarop men de nieuwsbrief ontvangt. Zodra de voorkeuren van deze groepen bekend zijn, kan het theater hierop anticiperen door deze nieuwsbrieven per groep te differentiëren. Om het effect van de nieuwsbrief te kunnen meten zijn data vereist. Hiervoor zijn de e-mailadressen van gasten die Klantgroep Type nieuwsbrief Type dag Totaal Potentiële gasten Totaal ▲Tabel 1 Response 1340 3 0,22% 319 - 0% Cultureel Donderdag 323 1 0,31% Sociaal Dinsdag 348 2 0,57% Sociaal Donderdag 350 - 0% 11188 61 0,55% Cultureel Dinsdag 2596 19 0,73% Cultureel Donderdag 2999 12 0,40% Sociaal Dinsdag 2593 11 0,42% Sociaal Donderdag 3000 19 0,63% 4451 34 0,76% Cultureel Dinsdag 1118 2 0,18% Cultureel Donderdag 1075 7 0,65% Sociaal Dinsdag 1147 13 1,13% Sociaal Donderdag 1111 12 1,08% 1178 18 1,53% Totaal Loyale gasten Aantal gasten die tickets hebben gekocht één week na de voorstelling Dinsdag Totaal Regelmatige gasten Aantal gasten die de nieuwsbrief hebben ontvangen Cultureel Totaal Incidentele gasten de nieuwsbrieven ontvangen vergeleken met de e-mailadressen van gasten die binnen een week nadat de nieuws­brieven zijn verzonden kaarten hebben gekocht. De periode van een week is bepaald wetende dat de meeste gasten spoedig of helemaal niet lijken te reageren op een nieuwsbrief. In de nieuwsbrief worden verschillende shows en arrangementen benoemd om zo de interesse van de gasten te wekken en de gasten zo goed mogelijk te informeren over de mogelijkheden. Cultureel Dinsdag 329 - 0% Cultureel Donderdag 300 6 2% Sociaal Dinsdag 249 - 0% Sociaal Donderdag 300 12 3% 18157 116 0,64% Het experiment bestaat uit drie verschillende variabelen: •K lantgroepen gebaseerd op bezoekfrequentie: potentiële gasten (informatie aangevraagd, maar geen bezoek), incidentele gasten (één à twee keer bezoek in een seizoen), regelmatige gasten (drie tot elf keer), en loyale gasten (twaalf keer of vaker). •D e dag waarop de nieuwsbrief wordt ontvangen. De nieuwsbrieven zijn verzonden op twee verschillende dagen namelijk dinsdag en donderdag. •H et type nieuwsbrief dat wordt ontvangen. Er zijn twee verschillende nieuwsbrieven gemaakt. De tekst van de ene nieuwsbrief is opgebouwd vanuit sociale bezoekmotieven, de andere nieuwsbrief vanuit culturele bezoekmotieven. De nieuwsbrief met sociale motieven speelt in op motieven als samen een avondje uit en te midden van gelijkgestemden. De culturele nieuwsbrief is meer gericht op motieven als culturele ontspanning, er iets van leren en overdracht van culturele interesses aan anderen. Tabel 1 geeft deze specifieke verdeling van de groepen weer, inclusief de respons van de gasten per groep. Hoewel het responsecijfer laag is (0,64%), is het aantal personen dat tickets heeft gekocht niet gering (116). Omdat veel gasten twee tickets kopen bedraagt het aantal verkochte tickets 277. Het is echter niet met 100% zekerheid vast te stellen dat voor iedereen de nieuwsbrief van doorslaggevende waarde is geweest voor de aanschaf van tickets. Er kan ook een andere aanleiding zijn geweest. Op het eerste gezicht zijn er vele verschillen tussen de klantgroepen, echter zijn veel van deze verschillen niet statistisch significant. Als we de drie variabelen (klantgroep, dag, type nieuwsbrief) apart bekijken, dan zijn er geen significante verschillen te constateren. Maar als we de variabelen met elkaar in verband brengen, dan blijken er wel soms significante verschillen te bestaan. Gebaseerd op de verkoopinformatie blijkt namelijk statistisch, dat er voor de groepen nieuwe gasten en incidentele gasten geen specifieke voorkeuren zijn voor wat betreft het type nieuwsbrief en op welke dag deze wordt verzonden. Dit geldt niet voor de regelmatige en loyale gasten van het theater. Het experiment toont namelijk aan dat de regelmatige gasten statistisch gezien significant vaker een voorkeur hebben voor de op sociale motieven gerelateerde nieuwsbrief en de loyale gasten voor een nieuwsbrief die wordt ontvangen op donderdag. Facebook-experiment Het Facebook-experiment is gericht op het effectief gebruik maken van advertenties via dit medium. Dit experiment vergelijkt twee verschillende advertenties gebaseerd op sociale en op culturele bezoekmotieven voor één specifieke show. Deze motieven zijn hetzelfde als de motieven gebruikt voor het experiment met de nieuwsbrief. In het experiment zijn de advertenties zichtbaar op Facebook voor alle gebruikers waarvan de interesses overeenkomen met de typeringen van de show. Omdat deze advertenties niet op het zelfde moment ingezet kunnen worden, aangezien ze in principe dezelfde boodschap verkondigen, zit hier een periode van een week tussen. Om resultaten te meten voor het Facebook experiment is er gekeken naar het klikgedrag op de advertentie, het aantal website bezoeken door de advertentie en het aantal kaarten dat verkocht is. Deze resultaten zijn weergegeven in Tabel 2, die ook de respons van het experiment aantoont, gebaseerd op het bereik en het aantal klikken op de advertenties. 41 percentage. De meeste gasten die communicatie hebben ontvangen, zijn al eerder door het theater op de hoogte gebracht van het aanbod via andere kanalen (bijvoorbeeld de brochure). Het is dus eigenlijk niet verwonderlijk dat de respons laag is. Daarnaast moeten we niet vergeten dat verkoop van extra tickets niet het enige doel is van de nieuwsbrief. Het is immers belangrijk om het theater als merk blijvend op het netvlies van de gast te houden en de relatie te blijven stimuleren. Gasten waarderen de nieuwsbrief ook, hetgeen blijkt uit het feit dat de meerderheid de nieuwsbrief opent en scant, dan wel leest. Een nieuwsbrief moet eigenlijk niet alleen beoordeeld worden als verkoopmiddel maar ook als bindmiddel. Er moet plaats zijn voor achtergronden, sfeer, inspiratie en emoties. Ten tweede blijkt dat het opzetten van een experiment zinvol is om de effectiviteit van de marketingcommunicatie te verbeteren. Klantsegmentatie, het moment van communicatie en de inhoud van de communicatie kunnen de effectiviteit significant vergroten. Het is dan wel van belang dat de organisatie beschikt Advertentie 1 (cultureel) Advertentie 2 (sociaal) ‘Like’ advertentie 26 27 Reacties op advertentie 5 4 Bereik van de advertentie 19451 23509 Klikken op de advertentie 203 133 Response op de advertentie 1,05% 0,57% ▲Tabel 2 Het gebruik van de ‘likes’ op een Facebook advertentie en de reacties hierop zijn publiekelijk bekend via de Facebookpagina. Wat blijkt uit deze informatie vergeleken met de verkoop gegevens, is dat de gasten geen kaarten hebben gekocht nadat ze publiekelijk op dit bericht hebben gereageerd. Wel is gebleken dat sommige gasten al kaarten hadden gekocht voordat deze advertentie gelanceerd werd. Aangezien het aantal klikken op de advertenties anoniem is vanwege de privacy regels van Facebook, is het niet te achterhalen of gasten door deze klikken daadwerkelijk tickets hebben gekocht. Gebaseerd op het aantal klikken op de advertenties, blijkt dat in het algemeen de Facebook-advertenties gerelateerd aan culturele bezoekmotieven het meest geprefereerd worden. Voorzichtige antwoorden Er zijn een paar conclusies aan het onderzoek te verbinden. Ten eerste blijkt dat klantgedrag lastig te beïnvloeden is. Minder dan 1% van de ontvangers van de nieuwsbrief heeft een ticket gekocht. Dankzij de omvang van het aantal e-mailadressen in de database betekent dit toch dat 116 personen in een week in totaal 277 tickets hebben gekocht. Tegelijkertijd houdt dit in dat 99% van de ontvangers niet is aangezet tot het kopen van een ticket. Er zijn een paar mogelijke verklaringen voor dit over een goed functionerend CRM-systeem. Op deze wijze kan de organisatie de juiste groep bereiken, op het beste tijdstip met passende informatie. Dr. Pieter de Rooij is hogeschooldocent en – onderzoeker bij NHTV Internationale Hogeschool Breda. Zijn onderzoek richt zich op consumentengedrag, experience marketing en CRM in de culturele sector. Iris Blom is afgestudeerd bij NHTV Internationale Hogeschool Breda, studierichting pre-master Strategic Business Management & Marketing. Ze studeert nu International Business (Management, Change, and Consultancy) aan Maastricht University.