HET STADSBESTUUR VAN ZUTPHEN IN DE PERIODE 1795-1802

advertisement
'
.
"
*s
> , jl
, - *'
",
i"L
, T.?
'
. i
,
n
< I
3
j$,%%--
.
,,
- -' . L .
OUD-ZUTPHEN
is een kwartaaluitgave van de Historische Vereniging Zutphen
,,',l+..
.pp
Redactie:
J. Harenberg, Jhr. Mr. R. C. C. de Savornin Lohmand
.
,
,' LDrs. F. W. J. Scholten.
Redactieadres:
Gemeentearchief, Spiegelstraat 15, 7201 KA Zutphen,
tel. 05750-12157.
Lay-out en druk:
De Walburg Pers, Zaadmarkt 84a-86, Zutphen.
I
i
\ J E
Bijdragen te zenden aan het redactieadres, zo mogelijk getypt met
grote regelafstand en aan één zijde van het papier.
Oud-Zutphen wordt kosteloos toegezonden aan leden van de
Historische Vereniging Zutphen. Losse nummers zijn
verkrijgbaar bij de boekhandel à f 5,-.
Publicatie of overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk, is
alleen toegestaan met schriftelijke toestemming van de redactie.
De Historische Vereniging Zutphen heeft tot doel de beoefening
van de geschiedenis van Zutphen en onmiddellijke omgeving en
de bevordering in zo breed mogelijke kring van de belangstelling
voor de geschiedenis van Zutphen in al haar aspecten.
Het lidmaatschapsgeld bedraagt f 25,- per jaar, voor
gezinsleden f 10,-.
Aanmelding kan geschieden bij de secretaris, de heer
J. C. Riemens, Gemeentearchief, Spiegelstraat 15,
7201 KA Zutphen, tel. 05750-12157, huisadres:
Braamkamp 325, 7206 HP Zutphen, tel. 05750-26798.
Opzeggen van het lidmaatschap tenminste één maand voor het
einde van het kalenderjaar bij hetzelfde adres.
Postgirorekening 87 30 89 ten name van RABO-bank Zutphen,
bankrekening nummer 3767 58 147 ten gunste van Historische
Vereniging Zutphen.
OUD-ZUTPHEN, TIJDSCHRIFT VAN D E HISTORISCHE VERENIGING ZUTPHEN
Inhoud: H. J. Wijers: Het stadsbestuur van Zutphen in de periode 1795-1802 / J. C. Riemens:
Vijftig jaar na Gimberg (slot) / P. Bitter: De vondsten van het's Gravenhof opnieuw bekeken /
Wetenswaardigheden
H . J . WIJERS
HET STADSBESTUUR VAN ZUTPHEN
IN DE PERIODE 1795-1802
In 1856 publiceerde mr R. W. Tadama in zijn Geschiedenis der stad Zutphen
een naamlijst van Zutphense stadsbestuurders, beginnend in 1212 en eindigend met het jaar 1794. Hieronder volgt een eerste poging om aan deze zich
over bijna zes eeuwen uitstrekkende lijst enkele jaren toe te voegen.
In 1795 begon in Zutphen een periode waarin het stadsbestuur rechtstreeks werd gekozen door de burgers. Op 4 februari van dat jaar besteeg
een "Comitté revolutionair" de trappen van het Wijnhuis om een nieuw
provisioneel bestuur van zes leden aan de burgerij voor te ste1len.l Dit
comité bestond uit Jan Care1 van der Muelen, Theunis Wittenberg, Gerrit
Jan Wijers, Govert Anne Verstege en Johan Weerts. De provisionele representanten die vervolgens ten stadhuize werden geïnstalleerd waren:
Bernard Joost Verstege, Ludolf Frederik Hendrik van Heeckeren, Gerrit
Jan Harmsen, Frederik Christiaan Colenbrander, Johan Haesebroeck en
Joost Isaac Schluiter.
De taak van dit provisionele bestuur was allereerst om te onderhandelen met
de commandant van de naderende Franse troepen en vervolgens vooral om
de verkiezingen te organiseren van een stadsbestuur. Hieruit resulteerde een
College van Representanten van de burgerij van Zutphen, ook wel Municipaliteit genoemd, dat op 25 februari optrad. Gekozen werden de burgers:
Gerrit Jan Harmsen, Ludolf Frederik Hendrik van Heeckeren, Johan Haesebroeck, Gerrit Jan Wijers, Joost Isaac Schluiter, Johan Weerts, Frederik
Christiaan Colenbrander, Jan Care1 van der Muelen, Berend Wildrik, Johan
Lulofs, Govert Anne Verstege en Gerrit Willem van Lamsweerde.
De omvang van dit college van twaalf leden was gelijk aan die van het
vroegere college van burgemeesters en schepenen. Er vond een verdeling
van werkzaamheden plaats in zes portefeuilles, waarbij steeds twee leden
voor bepaalde zaken verantwoording droegen. Het voorzitterschap wisselde
maandelijks. Van tijd tot tijd werden er plenaire vergaderingen van stemgerechtigde burgers gehouden in de Walburgkerk.
In dit gekozen college treft men negen leden aan die ook reeds op 4 februari op de voorgrond waren getreden. Dit geldt niet meer voor mr Bernard
Joost Verstege, die zich waarschijnlijk ook niet kandidaat had gesteld. Het
opnemen van deze door jicht geplaagde oud-burgemeester onder de provisionele representanten moet gezien worden als een eerbetoon aan de man
die na een langdurig burgemeesterschap in 1787 uit zijn ambt was ontzet
wegens zijn patriottische gezindheid. Men droeg hem op de avond van de
vierde februari in zijn leunstoel naar het stadhuk2
Het stadsbestuur telde thans voor het eerst sinds lange tijd een rooms-katholiek tot zijn leden (Van Lamsweerde), terwijl later ook doopsgezinden en
lutheranen toetreden. Tijdens de Republiek konden alleen leden der hervormde staatskerk deze functies bekleden.
Reeds spoedig deden zich wijzigingen voor in de samenstelling van het
College. Enkele leden traden af wegens benoeming in functies op provinciaal
of nationaal niveau (Wildrik, Schluiter en Weerts), twee anderen (Colenbrander en Wijers) moesten aftreden wegens afkeuring van hun beleid ten
aanzien van de inkwartiering der Franse bezettingstroepen. Zij werden
overigens in 1797 gerehabiliteerd en Wijers werdin 1799 opnieuw tot lidvan
de Municipaliteit gekozen. Ook in de volgende jaren deden zich enige malen
vacatures voor, zoals door het overlijden van Van Heeckeren in 1798.
In dit jaar doet zich een nog veel ingrijpender verandering voor als op
2 april 1798 een geheel nieuw "gemeentebestuur" de macht in handen
neemt, als gevolg van de regeringswisseling in Den Haag na de staatsgreep
der Unitarissen op 22 januari. Dit bestuur van zeven leden bestond uit:
Coenraad Post, Peter Hendricus Haak, Jacobus Anthony Roelofzen, David
van Sonsveld de Roller, Jan Gijze, Gerhard Kaecks en Jan Bisschop.
Dit bestuur wordt echter reeds na enkele maanden, op 5 juli, weer vervangen
door een Municipaliteit, waarin verschillende leden uit de vorige periode
zitting hebben.
Mr Berend Wildrik, 1754-1831
Slechts één lid van het kortstondige gemeentebestuur, Coenraad Post, wordt
gecontinueerd.
Ook nadien doen zich nog enkele wijzigingen voor, onder meer ten gevolge van nieuwe verkiezingen. In de beschreven periode maakten daardoor
ook de volgende burgers voor langere of kortere tijd deel uit van het College:
Jan Bisschop, Hendrik Kretschmer, Derk Evekink, Peter Hendrik Revelman, Gerhard Jan Haesebroeck, David van Sittert, Barthold van Hasselt en
Justinus Tengbergen.
De exacte data van verkiezing en aftreden konden nog niet in alle gevallen
worden achterhaald; voor zover bekend zijn ze vermeld bij de hierna volgende biografische gegevens.
Reeds spoedig ontstond naast het College van Representanten een controlerend en toezichthoudend orgaan: het "Comité van Waakzaamheid en
Toezigt". Dit comité, dat dertig leden telde, vertoont enige gelijkenis met
het vroegere College van Gemeenslieden en met de latere gemeenteraad.
Leden van het comité werden nogal eens tot representant gekozen (Evekink,
G. J. Haesebroeck, Kretschmer, Van Sittert en Wijers). De afbakening van
taak en bevoegdheden van municipaliteit en comité blijkt een moeilijk en
slepend probleem. Er zijn twee lijsten van comité-leden bekend: van
10 maart 1795 en van 25 maart 1797. Deze werden in 1935 gepubliceerd
door de toenmalige gemeentearchivaris dra W. E. Smelt.4
In 1802 komt een einde aan deze vorm van stadsbestuur. Eind 1801 komt
een nieuwe Staatsregeling tot stand, in het kader waarvan de steden bestuurd
zullen worden door een Constitutionele Magistraat, te benoemen door de
provinciale overheid. In de loop van 1802 wordt het nieuwe bestuur van
Zutphen samengesteld, waarin zoals algemeen in den lande, gezien het
streven naar een "amalgama van partijen" ook weer leden der vroegere
Oranjepartij worden opgenomen. Drie leden van het oude bestuur worden
gecontinueerd (G. J. Haesebroeck, Van Hasselt en Van der Muelen) en in
december wordt ook nog mr G. A. Verstege tot lid benoemd.
Op 8 november 1802 komt het College van Representanten voor het laatst
bijeen. President Van Sittert houdt een afscheidsrede, waarna de secretaris
de stadssleutels naar een ander vertrek in het stadhuis brengt, waar de
nieuwe Magistraat voor het eerst bijeen komt. Het experiment met een
democratisch gekozen stadsbestuur is ten einde.
Noten
1 Mr R. W. Tadama, Geschiedenis der stad Zutphen, Zutphen 1856, p. 301.
2 Het wel en wee van de familie Verstege werd beschreven door L. E(nge1berts) in De oude
strijd o m het bestaan, Utrecht 1924.
3 Zie hierover vooral Th. Ruys J.Pzn., De gezworene gemeente in Overijssel en Gelderland,
Utrecht 1873; voorts Tadama O.C.
4 Resp. in Zutphensche Courant 12 augustus 1935 en Bijdragen en Mededeelingen "Gelre"
(BMG) XXXVIII (1935), p. 316.
5 Zie H. T. Colenbrander, Gedenkstukken der algemeene geschiedenis van Nederland van 1795
tot 1840, deel 4, Rijks Geschiedkundige Publicatiën 5, 's-Gravenhage 1908.
6 In 1783 werd op initiatief van de bekende patriottenleider Robert Jasper van der Capellen
van de Marsch door ruim 400 Zutphense burgers een "adres" aangeboden aan het stadsbestuur, waarin om herstel van oude burgerrechten werd gevraagd. Het Adres en de namen van
de ondertekenaars werden gepubliceerd in Nieuwe Nederlandsche Jaarboeken XVIII (zie
ook Tadama O.C.p. 279 e.v.). Ook de vonnissen waarbij in 1788 en 1789 vele Zutphense
patriotten tot verbanning en ontzetting uit het burgerrecht werden veroordeeld, werden in
deze Jaarboeken gepubliceerd. Zie daarover ook J. de Graaf, Zutphense Varia, in B M G LIV
(1954), p. 310.
Voorts kan verwezen worden naar:
- Overzicht van de verschillende besturen van Gelderland tusschen 1795 en 1813 in B M G I11
(1900), p. 215-236.
- A. J. H. van Ette, Onze volksvertegenwoordigers 1796-1800, Jaarboek Centraal Bureau
voor Genealogie 4 (1950), p. 107-159.
- J. De Graaf, Feestelijkheden te Zutphen in verband met den vrijheidsboom, het Haagsche
Tractaat en de Eerste Staatsregeling in B M G XLVIII (1946), p. 241-251.
- Dr. K. Lijndrajer, De Franschen te Zutphen in 1795 in B M G XVIII (1915), p. 229-234.
Biografische gegevens over de leden van het stadsbestuur van Zutphen 1795-1802
Jan Bisschop, 1730-1803, leerlooier, mede-ondertekenaar van het Adres van 1783, december
1783 officier burgercompagnie Van der Capellen van Rijsselt, kapitein burgerwacht, lid Grote
Krijgsraad 1795, representant 30 maart 1795. Zie GNXXXI (1976), p. 255, kwartierstaat Bax.
Frederik Christiaan Colenbrander, 1756-1836, koopman (o.a. in hout), leverancier der Franse
troepen in Gelderland, provisioneel representant, representant 25 februari tot september
1795, lid Committé van Waakzaamheid en Toezigt 1797, lid Municipaliteit Gorssel 1811
(bewoonde 'szomers havezathe Eschede, Gorssel). Zie NP 1957, p. 97.
Derk Evekink, 1764-1833, Doopsgezind, koopman in ijzerwaren, boekhouder der Doopsgezinde gemeente, oprichter van Wissel- en Kassiersbedrijf D. Evekink & Zn 1812, lid Committé
van Waakzaamheid 1795, representant tot 8 november 1802. Zie NP 1956, p. 124.
Jan Gijze, 1759-1834, ingeschreven Latijnse School Zutphen 1769, apotheker, kapitein burgergrenadiers, lid gemeentebestuur 1798. Zie dossier Gijse Weenink GAZ.
Peter Hendricus Haak, 1773-1826, student theologie Harderwijk 1792, vendumeester, lid
gemeentebestuur 1798. Zie genealogie Haack, GAZ, en M. M. Doornink-Hoogenraad, Uit de
kinderjaren van de democratie in A G V.
Mr Johan Haesebroeck, 1731-1813, student universiteit Groningen 1749, onderkoopman
Oost-Indië 1755, advocaat Zutphen 1762, grootburgerrecht aldaar 1763, substituut ontvanger-generaal Kwartier van Zutphen 1774, rentmeester der geestelijke goederen, provisioneel
representant, representant 25 februari tot 6 april 1795, ontvanger-generaal van het Kwartier
van Zutphen. Zie dossier Haesebroeck Centraal Bureau voor Genealogie 's-Gravenhage
(collectie Roëll).
Gerhard Jan Haesebroeck, 1732-1803, broer van voorgaande, wijnkoper, mede-ondertekenaar Adres 1783, verbannen 1787, lid Committé van Waakzaamheid 1795, representant tot
1802, gaat over in Constitutionele Magistraat. Zie onder broer mr Johan en JbCB 14 (1960),
p. 84, Genealogie Exalto d'Almaras.
Gerrit Jan Harmsen, 1730-1814, provisioneel representant, representant 25 februari 1795,
provisor Bornhof Zutphen 5 januari 1799.
Mr Barthold van Hasselt, 1742-1818, student hogeschool Franeker 1761, promotie Harderwijk 1766, mede-ondertekenaar Adres 1783,1784 leider van wapenoefeningen, februari 1795
commandant Laarcompagnie, representant 18 oktober 1795, wederom representant 23 augustus 1798, gaat in 1802 over in Constitutionele Magistraat, in stadsbestuur tot november
1813 (bewoont nadien en overlijdt huize Empe). Zie W. G. Wijnaendts van Resandt, Geschiedenis en Genealogie van het Cleefsch-Zutphensche geslacht Van Hasselt van +: 1530-1934,
z.pl. 1934, p. 93 en BMG LX11 (1965/67), p. 139-226.
Ludolf Frederik Hendrik van Heeckeren (van Waliën), 1758-1798, student universiteit Groningen 1775, representant 25 februari 1795 tot zijn dood op l januari 1798. Zie Nederlands
Adelsboek 1942, p. 356, en NNBW VIII, p. 732.
Mr Gerhard Kaecks, 1753-1811, ingeschreven Latijnse School Zutphen 1765, student univer-
siteit Groningen 1775 (jaargenoot van voorgaande), promoveert aldaar 1783, mede-ondertekenaar Adres 1783, klein burgerrecht Zutphen 1786, advocaat aldaar, lid gemeentebestuur
1798 (geboren te Paramaribo).
Hendrik Kretschmer, 1766-1829, ingeschreven Latijnse School Zutphen 1776, Lutheraan,
wijnkoper, lid Committé van Waakzaamheid 1795, representant. Zie dossier familie Kretschmer G A Z en De Wapenheraut 1907, p. 432, genealogie Wolterbeek.
Gerrit Willem Jozef baron (1812) van Lamsweerde (heer van Eerbeek), 1758-1837, roomskatholiek, representant 25 februari tot juli 1795, lid Nationale Vergadering, opnieuw representant juli 1798, landdrost van Gelderland 1807, staatsraad in buitengewone dienst en intendant-generaal van koning Lodewijk Napoleon, lid Municipaliteit Gorssel 1811 (gegoed in
Eefde), lid Raad van State 1814. Zie Nederlands Adelsboek 1943, p. 239 en BMG LXXVIIII
LXXIX, p. 144.
Mr Johan Lulofs, 1751-1804, promotie Harderwijk 1771, gecommitteerde uit de burgerij
1783, mede-ondertekenaar Adres 1783, representant 25 februari 1795, lid Nationale Vergadering 1796, lid Wetgevend Lichaam, wederom representant juli 1798, lid Departementsbestuur van de Rijn 1799-1802, lid VertegenwoordigendLichaam 28 juli tot 17 oktober 1801, lid
Wetgevend Lichaam 10 november 1801 tot 21 maart 1804. Zie NP 1938, p. 53, Genealogie
Drijfhout en Genealogie Lulofs GAZ.
Mr Jan Care1 van der Muelen (heer van Blijenburg), 1738-1828, mede-ondertekenaar Adres
1783, lid Committé Revolutionair representant 25 februari 1795 tot 1802, gaat over in Constitutionele Magistraat, lid Municipaliteit Gorssel (bewoont 's zomers Het Hulze, Harfsen). Zie
NP 1955, p. 262, en A G 1970 en 1978.
Coenraad Post, ? - ?, Lutheraan, grootburgerrecht Zutphen 1791, lid Committé van Waakzaamheid 1795, lid gemeentebestuur 1798, daarna gecontinueerd als representant, ontslag op
verzoek 15 augustus 1799 (geboren te Wezinghausen in graafschap Marck). Zie dossier familie
Kretschmer GAZ.
Peter Hendrik Revelman, 1755-1813, winkeliertbakker, mede-ondertekenaar Adres 1783,
representant 3 maart 1797 tot 23 juni 1802. Zie Prof. dr. H. Schuttevaer, Voorouders. Transparanten uit een kwartierstaat, Zaltbommel 1976, p. 42, en NNBW 11, p. 1200.
paliteit Gorssel (bewoont 'szomers Het Ebbink, Harfsen). Zie GN XXIII (1968), p. 105,
Genealogie Van Sittert.
David van Sonsveld de Roller, 1744-1817, secretaris College van Representanten 25 februari
1795, lid gemeentebestuur 1798. Zie ms. Geslacht Abbing GAZ.
Dr Justinus Tengbergen, 1744-1802, medisch student Harderwijk 1763, geneesheer Emmerik,
stads medic. doctor Zutphen, lid Committé van Waakzaamheid 1795, representant 30 maart
1795 tot 2 april 1798. Zie NP 1935136, p. 361.
Mr Govert Anne Verstege, 1768-1831, zoon van oud-burgemeester Verstege, student universiteit Groningen 1787, mede-ondertekenaar Adres 1783, lid Committé Revolutionair, representant 25 februari tot 22 september 1795 en vanaf 4 oktober 1795, officier scholtambt Zutphen 16 februari 1797, in 1802 lid Constitutionele Magistraat en vervolgens wethouder en
adjunct-maire, lid Municipaliteit Brummen (bewoonde Ten Bosch aldaar), lid Intermediair
Wetgevend Lichaam 1798. Zie De Nederlandsche Leeuw XLIV (1926), kol. 140.
Mr Johan Weerts, 1769-1842, zoon van patriottisch burgemeester van Deventer mr Arnold
Weerts, wijkt in 1787 uit naar Göttingen, promoveert Leiden 1791, advocaat Zutphen, lid
Committé Revolutionair, representant 25 februari tot 30 maart 1795, vervolgens rechterlijke
functies tot 1805, burgemeester Arnhem 1824-1841. Zie NP 1912 (3), p.428, NNBW X,
p. 1157 en L. F. Scheurleer, Aantekeningen Familie Weerts, Velp 1971.
Mr Berend Wildrik, 1754-1831, promotie Harderwijk 1775, advocaat-fiscaal Kwartier van
Zutphen 1780, mede-ondertekenaar Adres 1783, verbannen 1787, representant 25 februari
tot 30 maart 1795, lid Nationale Vergadering, Eerste en Tweede Wetgevend Lichaam (unitaris), lid Uitvoerend Bewind (directeur) 1798, lid Intermediair Wetgevend Lichaam 1798, lid
Vertegenwoordigend Lichaam 31 juli 1798 tot 28 juli 1801, later advocaat en ontvanger
belastingen Zutphen tot 1825. Zie NNBW X, p. 1206.
Gerrit Jan Wijers, 1750-1814, houtkoper, eigenaar zaagmolens, mede-ondertekenaar Adres
1783, Committé Revolutionair, representant 25 februari tot september 1795, lid Committé van
Waakzaamheid 1797, representant 15 augustus 1799 tot 8 november 1802. Zie ms. Genealogie Wijers GAZ.
Jacobus Anthony Roelofzen, 1773- ?, rooms-katholiek, houtkoper ?, burgerrecht Zutphen
1796, lid gemeentebestuur 1798.
Gebruikte afkortingen
AG
Archief, orgaan van de Oudheidkundige Vereniging De Graafschap
Mr Jacob Johan Schluiter, 1766-1838, stadhouder landdrostambt Zutphen, secretaris van het
Kwartier van Zutphen 1795, representant 8 juli tot 7 augustus 1798, daarna lid Wetgevend
Lichaam, notaris 1812-1838, raadslid 1816 en wethouder Zutphen. Zie NP 1938, p. 249.
GAZ
Gemeentearchief Zutphen
Mr Joost Isaac Schluiter, 1770-1797, schoonzoon van oud-burgemeester Verstege en neef van
voorgaande, promotie Harderwijk 1793, onderrentmeester Zutphen 1794, provisioneel representant 25 februari tot 30 maart 1795, vervolgens raad in den Hove van Justitie van
Gelderland. Zie NP 1938, p. 253.
David van Sittert, 1756-1840, Doopsgezind, koopman, mede-eigenaar zeemsmolen, lid Committé van Waakzaamheid 1795, representant 30 maart 1795 tot 8 november 1802, lid Munici-
GN
Gens Nostra, Maandblad der Nederlandse Genealogische Vereniging
JbCB
Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie
NNBW
Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, Leiden 1911-1937
NP
Nederland's Patriciaat
Download