Door het oog van de mand kruipen. Door de mand vallen. Een kapotte mand in de hand hebben. Hij schrikt zich een mand. De bodem van de mand voelen. Door het oog van de naald kruipen. Hij heeft een kapotte mand gekocht. Beter geen mand dan een rotte mand. Hij verstopt zich in de mand. Hij is heel gierig. Deze persoon is heel arm. Men koopt beter geen goedkope spullen. Hij moet tenslotte bekennen. Hij is heel erg ziek. Iemand heeft zich erg pijn gedaan. Iemand die gefopt is. Hij stopt met werken. Iemand die te veel gedronken heeft. Op handen en voeten verder doen. Onder één hoedje spelen. Een dubbeltje op zijn kant. Botje bij botje leggen. Bij de pakken neerzitten. Op zijn dooie eentje zitten. In de knoop liggen. Door het oog van de naald kruipen. Iets aan de grote klok hangen. Alles vergeten zijn. Veel moeite doen om iets te bereiken. Op het nippertje aan iets ontsnappen. Niet slagen in iets. Steeds opnieuw iets vergeten. Dronken zijn. Veel vrienden hebben. Net te laat zijn. Een vervelend werkje snel opknappen. Op handen en voeten verder doen. Onder één hoedje spelen. Een dubbeltje op zijn kant. Botje bij botje leggen. Bij de pakken neerzitten. Op zijn dooie eentje zitten. In de knoop liggen. Door het oog van de naald kruipen. Iets aan de grote klok hangen. Alles vergeten zijn. Veel moeite doen om iets te bereiken. Op het nippertje aan iets ontsnappen. Niet slagen in iets. Samen iets gemeens plannen. Dronken zijn. Veel vrienden hebben. Net te laat zijn. Een vervelend werkje snel opknappen. Op handen en voeten verder doen. Onder één hoedje spelen. Iets aan de grote klok hangen. Botje bij botje leggen. Bij de pakken neerzitten. Op zijn dooie eentje zitten. In de knoop liggen. Door het oog van de naald kruipen. Een dubbeltje op zijn kant. Alles vergeten zijn. Veel moeite doen om iets te bereiken. Op het nippertje aan iets ontsnappen. Het hangt geheel van het toeval af. Samen iets gemeens plannen. Dronken zijn. Veel vrienden hebben. Net te laat zijn. Een vervelend werkje snel opknappen. Peter vertelde aan de meester dat hij z’n huiswerk niet had kunnen maken omdat hij die avond heel erg ziek was geweest. Hij had de nacht zelfs moeten doorbrengen in het hospitaal. Toen de meester naar het doktersbriefje vroeg … werd hij helemaal rood en moest toegeven dat het maar een smoesje was. Jurgen en Andy hebben de boekentas van Els goed verstopt. Als Els hen vraagt of zij weten waar haar boekentas is … glimlachen ze … maar ze vertellen lekker niks. Els gaat verder op zoek naar haar verloren boekentas. Ilse fietst met haar fiets van school naar huis. Ze wil de straat oversteken … maar plotseling komt een auto razendsnel aangereden. De auto stopt met piepende remmen en komt net voor haar tot stilstand. Ze heeft geen schrammetje maar de chauffeur is wel ontzettend boos. Oef zegt ze, dat was op het nippertje … Karel en Stijn maken een heerlijk fietstochtje in de buurt. Na een uurtje fietsen komen plotseling donkergrijze wolken opzetten. Zou het gaan regenen ? Ze keren huiswaarts want je weet maar nooit … Nu ja, misschien regent het ook helemaal niet ? Wat moeten we nu doen ?