Werkfiche: Peplos

advertisement
Werkfiche Peplos (1996)
Inhoud
Een schrijfster wordt ontvoerd uit de twintigste eeuw door een wetenschapper uit de toekomst
omdat ze er achter is gekomen dat de uitbarsting van de Vesuvius in het jaar 79 n. Chr., die de stad
Pompeii met een laag as bedekte en zo nagenoeg intact hield tot in onze tijd, geen toeval was. Ze
komt terecht in het jaar 2580. A.N. en haar ontvoerder raken in een verhitte discussie als ze ontdekt
dat het zuiden zomaar werd geliquideerd naar aanleiding van de steeds groter wordende kloof
tussen rijken en armen.
Tekstfragment (p. 110)
‘Dat heeft niets met hypocrisie, maar alles met zelfbehoud te maken. U schijnt niet te beseffen dat
die liquidatie onvermijdelijk was. Daarnet sloeg u de spijker op de kop, toen u zei dat de NoordZuidproblematiek het grootste probleem vormde: weet u, de kloof tussen rijken en de hongerlijders
werd steeds problematischer. De toestand werd onhoudbaar. De volksverhuizing van de armen
vormde niet eens meer een dreiging, maar was numeriek onafwendbaar.’
‘Probeert u het gebeurde goed te praten, of lijkt dat maar zo?’
‘Nee, ik leg uit hoe het gegaan is. In de loop van de tweeëntwintigste eeuw stond de mensheid voor
de keuze: welke groep zou opgeofferd worden? De gehandicapten waren niet talrijk genoeg. De
Chinezen waren te machtig. Foeilelijke mensen? Het criterium was nogal vaag. De intellectuelen
waren te vermakelijk. De dikkerds? We mochten hen te graag. En waarom het ons moeilijk maken,
als er zo’n ergerlijke soort als de armen voorhanden was? De armen: bah! Wat een verwerpelijk slag
mensen. Weet u waarom de armen verfoeilijk waren? Omdat ze de anderen een slecht geweten
bezorgden. Als je een trut of een geesteszieke tegenkomt, voel je je niet schuldig: een trut is nu
eenmaal een trut en een geesteszieke is geestesziek geboren. Maar als je oog in oog staat met een
arme, denk je automatisch: ”Als ik hem de helft van mijn bezit gaf, zou hij niet meer arm zijn.” Ook
dat is een kwestie van logica.’
Levensvraag
‘In welke mate maken wij ons schuldig aan het in stand houden of het bevorderen van het lijden van
onze medemens?’
Verwerking
Debat:
Vraag 1: Wat vind je van het feit dat men het zuiden gewoon uitgeroeid heeft?
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Vraag 2: Zijn wij niet net hetzelfde aan het doen? Indien ja, toon dit aan aan de hand van enkele
concrete voorbeelden.
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Vraag 3: In welke zin moeten we ons gedrag veranderen om dit een halt toe te roepen?
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Conclusie bij de levensvraag:
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Download