MedicijnenKompas MedicijnenKompas Reumatische aandoeningen Reumatische aandoeningen 2006 MedicijnenKompas Reumatische aandoeningen Januari 2006 Woord vooraf Het College voor zorgverzekeringen (CVZ) en de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) hebben het initiatief genomen om objectieve geneesmiddeleninformatie voor het algemene publiek beschikbaar te stellen door de publicatie van het MedicijnenKompas. Colofon MedicijnenKompas Reumatische aandoeningen ISBN 90-8523-098-5 Auteurs Algemene informatie: Marinus Lobbezoo Geneesmiddeleninformatie (hoofdstuk 7): KNMP/WINAp Kernredactie: Wil Toenders (CVZ), Ele Visser (NPCF) © januari 2006, CVZ en NPCF Alle rechten voorbehouden. De tekst uit deze publicatie mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën of enige andere manier, echter uitsluitend na voorafgaande toestemming van de uitgever. Toestemming voor gebruik van tekst(gedeelten) kunt u schriftelijk of per e-mail en uitsluitend bij de uitgever aanvragen. Deze publicatie is ook te bestellen via www.vanzuidencommunications.nl. Uitgever Van Zuiden Communications B.V. Postbus 2122 2400 CC Alphen aan den Rijn Tel.: (0172) 47 61 91 www.vanzuidencommunications.nl Er bestaat grote behoefte aan onafhankelijke en wetenschappelijk betrouwbare geneesmiddelinformatie. Het MedicijnenKompas is bedoeld om de patiënt keuzeondersteunende informatie te bieden en de eigen verantwoordelijkheid van de patiënt te versterken. Ook voor arts en apotheek is het MedicijnenKompas een goed hulpmiddel in de voorlichting en communicatie met de medicijnengebruiker. Het MedicijnenKompas moet uiteindelijk bijdragen aan een optimaal effect van medicijngebruik voor de patiënt. Het MedicijnenKompas is een lekenversie van het Farmacotherapeutisch Kompas, het standaard naslagwerk van het CVZ voor elke arts en apotheker. Het Farmacotherapeutisch Kompas is vanwege de vele medische termen niet voor iedereen goed leesbaar. Daarom is er door het Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers (WINAp) een vertaling in begrijpelijke taal van gemaakt. Bij de samenstelling van deze uitgave is samengewerkt met de Reumapatiëntenbond die wij hartelijk danken voor hun waardevolle bijdrage. De productie en distributie van de papieren versie worden uitgevoerd door uitgeverij Van Zuiden Communications. Het MedicijnenKompas start met een inleidende algemene beschrijving van de aandoening, waarna een beschrijving is opgenomen van alle medicijnen die bij de behandeling worden toegepast. Er wordt naast de werking van de medicijnen ook ingegaan op de bijwerkingen, er worden waarschuwingen gegeven en andere relevante informatie. Het MedicijnenKompas bevat een duidelijke plaatsbepaling van de medicijnen en geeft informatie over de prijs en de vergoeding. Om de toegankelijkheid van de informatie optimaal te maken wordt met het verschijnen van deze uitgave ook een digitale versie integraal op het internet geplaatst: op www.cvzkompassen.nl/mk en op www.npcf.nl. Van het MedicijnenKompas verschijnen voorlopig 10 delen over de meest voorkomende aandoeningen. Inmiddels zijn vier delen in de serie MedicijnenKompas verschenen die gaan over cholesterol (deel 1), maagklachten (deel 2), diabetes mellitus (deel 3) en astma en COPD (deel 4). Reumatische aandoeningen is het thema van dit vijfde deel. Zaken die in dit deel van het MedicijnenKompas aan de orde komen zijn onder andere: wat zijn reumatische aandoeningen, wat is jicht, wat zijn de klachten en hoe ontstaan deze, wat zijn de gevolgen op de lange termijn, hoe vaak komen reumatische aandoeningen voor, welke medicijnen zijn er en wat kun je zelf doen, wanneer is het nodig om medicijnen te gebruiken en welke medicijnen verdienen dan de voorkeur? Bovendien geeft deze uitgave uitgebreide informatie over elk medicijn. Vanzelfsprekend zijn wij zeer benieuwd naar uw reacties en opmerkingen ter verbetering van het MedicijnenKompas. Wij nodigen u daarom van harte uit uw commentaar aan ons kenbaar te maken. Inhoudsopgave De inhoud van dit MedicijnenKompas Doel MedicijnenKompas Aanvullend advies 8 9 10 Wij hopen dat het MedicijnenKompas beantwoordt aan uw informatievraag en u in staat stelt de juiste beslissing te nemen inzake uw gezondheid. 2. Bouw en functie van de gewrichten 11 Namens de kernredactie, Wil Toenders (CVZ) Ele Visser (NPCF) Januari 2006 1. Inleiding Skelet en spieren De gewrichten 3. Soorten reumatische aandoeningen Welke soorten reumatische aandoeningen zijn er? Artrose Reumatoïde artritis Juveniele idiopathische artritis Spondylitis ankylopoëtica Artritis psoriatica Hoe weet ik of ik een reumatische aandoening heb? Jicht 4. Mogelijkheden om reumatische aandoeningen te behandelen Algemene doelen van behandeling Behandeling van artrose Behandeling van reumatoïde artritis Behandeling van juveniele idiopathische artritis Behandeling van spondylitis ankylopoëtica Behandeling van artritis psoriatica Behandeling van jicht 7 11 11 14 14 14 16 18 18 19 20 21 22 22 23 24 26 26 27 27 5. Medicijnen voor reumatische aandoeningen 30 Pijnstillers NSAID’s DMARD’s Corticosteroïden Anti-jichtmiddelen/urinezuurverlagers Welke medicijnen verdienen de voorkeur? Pas op met sommige zelfzorgmiddelen 30 31 33 34 35 36 36 6. Veelgestelde vragen over reumatische aandoeningen 38 7. Informatie over de afzonderlijke medicijnen 45 Welke informatie komt u bij de medicijnbeschrijvingen tegen? Adalimumab Allopurinol Anakinra Auranofine Aurothiomalaat Azathioprine Benzbromaron Chloroquine Ciclosporine Colchicine Corticosteroïden om in te nemen of voor injectie COX-2-remmers Diclofenac/misoprostol Etanercept Hydroxychloroquine Infliximab Leflunomide Methotrexaat NSAID’s Paracetamol Sulfasalazine 46 51 55 59 62 65 68 72 75 79 84 87 94 98 102 106 110 114 118 123 131 134 Verantwoording 137 Adressenlijst 140 Verklarende woordenlijst 142 Register 145 MedicijnenKompas 1. Inleiding Reumatische aandoeningen komen veelvuldig voor onder de Nederlandse bevolking. Ongeveer een op de tien Nederlanders heeft een reumatische aandoening. Vandaar dat we in dit deel van de serie MedicijnenKompas ingaan op deze groep aandoeningen. Het begrip ‘reumatische aandoeningen’ omvat een breed scala aan ziekten en aandoeningen. Een algemeen kenmerk ervan is het optreden van pijn en stijfheid in de gewrichten en in de gebieden rondom de gewrichten. Bij reumatische aandoeningen kan ook het functioneren van de gewrichten in het geding zijn. Dan blijven de gevolgen van de ziekte niet beperkt tot de aangetaste gewrichten zelf. De algemene lichamelijke functies kunnen dan bemoeilijkt zijn. Denk aan het lopen en aan allerlei taken die we met onze handen verrichten. In sommige gevallen kunnen die functies helemaal onmogelijk worden. In hoeverre een reumatische aandoening tot handicaps leidt, is van veel zaken afhankelijk: het soort aandoening, het aantal en de soort aangedane gewrichten, en de vraag in hoeverre een behandeling werkzaam is. Gewrichts- en spierpijn kunnen ook optreden als we ons stoten of vallen, of bij het sporten als we hard in aanraking komen met een tegenstander. In zulke gevallen zijn de klachten terug te voeren op een bepaalde gebeurtenis of handeling. De klachten zijn dan geen uiting van een reumatische aandoening of een andere ziekte, maar van een blessure. Dergelijke spier- en gewrichtsklachten blijven in deze uitgave verder buiten beschouwing. Ook de zogenaamde wekedelenreuma bespreken we niet in deze uitgave. Hierbij zijn de weefsels die rondom de gewrichten liggen, zoals pezen en spieren, aangedaan. De bekendste vormen van wekedelenreuma zijn voortdurende pijn in spieren, peesaanhechtingen en banden (fibromyalgie) en peesontsteking (tendinitis). Reumatische aandoeningen zijn niet te genezen. Wel is het mogelijk om met de juiste (voorzorgs)maatregelen en behandelingen de gevolgen ervan sterk te verminderen. De laatste jaren is het aantal medicijnen voor de behandeling aanzienlijk uitgebreid. Hiertoe behoren ook geheel nieuwe soorten medicijnen. Hierdoor heeft de arts tegenwoordig meer keuzemogelijkheden dan vroeger. We zullen in deze uitgave dan ook ingaan op de beste ‘strategie’ om volgens de nieuwste inzichten de beschikbare medicijnen zo goed mogelijk te benutten. Inleiding De inhoud van dit MedicijnenKompas Doel MedicijnenKompas Wat wel? Voor wie? Dit MedicijnenKompas geeft informatie over reumatische aandoeningen: • Allereerst krijgt u informatie over de bouw van onze gewrichten. • Tevens gaan we in op de functie van de gewrichten. • Daarna bespreken we de verschillende soorten reumatische aandoeningen, hoe vaak ze voorkomen en wat er bekend is over de oorzaken ervan. • Vervolgens komt het ziektebeloop van de belangrijkste reumatische aandoeningen op de korte en de lange termijn aan de orde. Daarna gaat dit boek verder met de mogelijkheden om reumatische aandoeningen te behandelen: • U krijgt een algemene beschrijving van de mogelijkheden om de klachten te verminderen en de voortschrijding van de ziekte zo veel mogelijk af te remmen. • In een apart hoofdstuk vindt u een overzicht van de soorten medicijnen met hun belangrijkste effecten, bijwerkingen en toepassingen. • Van elk van deze medicijnen vindt u vervolgens een uitgebreide beschrijving die steeds eindigt met een duidelijke plaatsbepaling van het medicijn en informatie over de kosten en hoe ze vergoed worden. Achter in het boek vindt u verder nog: • Een adressenlijst met (patiënten)organisaties waar u informatie en ondersteuning kunt krijgen. • Een woordenlijst met een vertaling van medische begrippen. • Een register met alle namen van de medicijnen. Wat niet? Homeopathische middelen en producten die onder de Warenwet vallen, blijven in dit MedicijnenKompas buiten beschouwing. De beschrijvingen gaan uitsluitend over de door de overheid officieel geregistreerde medicijnen, waarvan de werking en veiligheid duidelijk zijn aangetoond. De informatie hierover laat zich goed beschrijven in rubrieken. Verder vindt u in dit MedicijnenKompas geen informatie over medicijnen die ‘op maat’ in de apotheek worden bereid. Voor informatie over zaken die u niet in dit MedicijnenKompas terug kunt vinden, kunt u bij uw huisarts of apotheker terecht. MedicijnenKompas Deze uitgave is in de allereerste plaats bedoeld voor mensen die een reumatische aandoening hebben. De meeste reumapatiënten gebruiken medicijnen om de klachten te verlichten en de voortschrijding van het ziekteproces te stoppen of af te remmen. Aan de orde komt in welke situaties medicijnen echt nodig zijn, welke medicijnen in specifieke situaties de voorkeur hebben en welke misschien niet aan te raden zijn. Dit deel in de serie MedicijnenKompas kan ook interessant zijn voor mensen die in hun omgeving iemand hebben met een reumatische aandoening of die in het algemeen in de problematiek van reumatische aandoeningen zijn geïnteresseerd. Goed en doelmatig medicijngebruik Het uiteindelijke doel van deze uitgave is het bevorderen van een goed en doelmatig gebruik van medicijnen. Dit betekent het gebruik van het meest geschikte middel, in de juiste dosering en op de juiste manier, zodat een optimaal effect wordt bereikt. U zult zien dat het belangrijk is om ook zelf verantwoordelijkheid te nemen voor uw gezondheid, bijvoorbeeld door aanpassing van uw voedingspatroon en leefstijl. Het MedicijnenKompas is tevens bedoeld als ondersteuning om het gesprek aan te gaan met uw zorgverleners, zoals de arts, apotheker, dokters- of apothekersassistent of verpleegkundige. Via de voor hen bestemde informatiebronnen beschikken zij over dezelfde informatie als in dit MedicijnenKompas. Dit zal hopelijk het gezamenlijk maken van keuzes vergemakkelijken, zoals: wel of geen medicijnen gebruiken en, zo ja, welke dan? Ondersteuning andere informatie Een goed en doelmatig gebruik van medicijnen vereist betrouwbare informatie over deze medicijnen. Die informatie kunt u op verschillende plaatsen krijgen, te beginnen op het spreekuur van uw arts. Daar zult u al veel over het waarom en het hoe van het gebruik van de voorgeschreven middelen horen. De apotheek informeert u verder. De apotheker of apothekersassistent zal u uitleg geven over bijvoorbeeld gebruiksadviezen, doseringen en bijwerkingen. Ook krijgt u bij uw medicijnen altijd een bijsluiter mee met hierin de officiële informatie over het medicijn van de fabrikant. Dit MedicijnenKompas kan de bijsluiter van het medicijn en de mondelinge informatie bevestigen en aanvullen. U kunt daardoor de informatie hopelijk gemakkelijker onthouden en de adviezen beter toepassen. Thuis kunt u – in alle rust – de wetenswaardigheden van uw medicijn nalezen door de bijbehorende tekst in dit MedicijnenKompas op te zoeken. Op deze manier blijft u goed geïnformeerd over uw eigen medicijngebruik en bent u er nauwer bij betrokken. Inleiding Aanvullend advies 2. Bouw en functie van de gewrichten Bij onduidelijkheden of vragen over het gebruik van medicijnen kunt u altijd uw eigen arts of apotheker raadplegen. Wanneer zich tijdens het gebruik van uw medicijnen iets ongebruikelijks voordoet, bijvoorbeeld onverwachte bijwerkingen, neem dan onmiddellijk contact op met een arts. Nieuwe bijwerkingen die nog niet in de bijsluiter staan, kunt u melden bij www.lareb.nl. Om te begrijpen hoe reumatische klachten ontstaan en verergeren, is het belangrijk te weten hoe onze gewrichten zijn opgebouwd. Gewrichten maken deel uit van het skelet en het spierstelsel en stellen ons in staat ons te bewegen en handelingen te verrichten. We spreken dan ook wel over het bewegingsstelsel als we het hebben over het samenstel van botten, spieren, pezen en gewrichten. Skelet en spieren Ons skelet of geraamte heeft verschillende functies. In de eerste plaats geeft het stevigheid en vorm aan het lichaam. Ook biedt het bescherming aan tal van kwetsbare inwendige organen. Het skelet vormt de aanhechtingspunten voor de skeletspieren. Zonder skelet zou ons lichaam een vormeloze, weke massa zijn. Het menselijk skelet bestaat uit iets meer dan 200 afzonderlijke botten en botjes. De vorm van de verschillende botten kan sterk uiteenlopen, afhankelijk van hun plaats in het skelet en van hun functie. De spieren zitten op tal van plaatsen vast aan de botten, meestal door middel van sterke bundels bindweefsel. Deze pezen zetten de kracht van de spieren om in de beweging van botten ten opzichte van elkaar. Zodoende kunnen we, als we onze spieren gecoördineerd samentrekken en/of ontspannen, delen van het lichaam bewegen. Ook kunnen we onszelf op deze manier voortbewegen; denk maar aan wat er gebeurt als we lopen, kruipen of fietsen. Dit alles vereist natuurlijk wel dat de botten ten opzichte van elkaar voldoende kunnen bewegen. Het mogelijk maken van deze bewegingen is de belangrijkste functie van onze gewrichten. De gewrichten hebben als functie om twee naast elkaar gelegen botten met elkaar te verbinden en tegelijkertijd de onderlinge beweging van beide botten mogelijk te maken. Niet alle skeletspieren zijn direct betrokken bij het bewegen van lichaamsdelen of de voortbeweging. Sommige spieren in de borstkas spelen bijvoorbeeld een rol bij de ademhaling. De gewrichten Ongeveer honderd botten in ons lichaam kunnen bewegen ten opzichte van de aangrenzende botten. Deze botten zijn met elkaar verbonden door middel van gewrichten. De rest van de botten is met elkaar vergroeid. Denk aan de botten van de schedel die stevig aan elkaar vastzitten en zodoende de hersenen opti10 MedicijnenKompas Bouw en functie van de gewrichten 11 maal beschermen. Gewrichten zijn er in allerlei soorten en maten. Sommige gewrichten, zoals het schouder- en het heupgewricht, kunnen in alle richtingen bewegen; dit zijn zogenaamde kogelgewrichten. Andere gewrichten, zoals het kniegewricht en de gewrichtjes tussen de vingerkootjes, kunnen maar in één bepaalde richting bewegen, net als een scharnier. Dit noemen we dan ook scharniergewrichten. Naast kogel- en scharniergewrichten zijn er nog zadelgewrichten (bijvoorbeeld aan de basis van de duim), draaigewrichten (bijvoorbeeld tussen bepaalde nekwervels) en schuifgewrichten (bijvoorbeeld in de pols). Er zijn grote verschillen in de mate van beweeglijkheid (mobiliteit) van de verschillende gewrichten. De mate van uitslag van de beweging loopt uiteen van bijna niets tot draaiing over een grote hoek. Zo kan bijvoorbeeld het kniegewricht over een hoek van bijna 180 graden draaien. Ook de schouder, de elleboog en de gewrichten in de vingers zijn zeer mobiele gewrichten. Andere gewrichten laten maar heel beperkte bewegingen toe. Voorbeelden van dit laatste zijn de gewrichten tussen de ruggenwervels. Elk van de wervels kan maar weinig bewegen ten opzichte van de wervels erboven en eronder. Alleen dankzij het feit dat we zo veel wervels – en dus ook een hele serie wervel­ gewrichten – hebben, kunnen we onze rug toch nog aardig buigen. de beide botten soepel langs elkaar kunnen bewegen en dat de botten daarbij niet afslijten. Het kraakbeen op de botuiteinden heeft ook als functie om klappen op te vangen. Kraakbeen is minder hard en elastischer dan gewoon bot en kan dus enigszins vervormen als het onder druk komt te staan. Bij de meest voorkomende reumatische aandoening, namelijk artrose (soms ten onrechte ook wel ‘gewrichtsslijtage’ genoemd) is beschadiging van dit kraakbeen de belangrijkste oorzaak van de klachten, zoals we verderop zullen zien. gewrichtsbanden gewrichtsholte gewrichtskapsel Het feit dat wij als mensen rechtop staan en alleen op onze achterste ledematen (de benen) lopen, stelt hoge eisen aan de gewrichten van de heupen, knieën en voeten; deze gewrichten worden zwaar belast doordat ze vrijwel het hele lichaamsgewicht moeten dragen. Dit is waarschijnlijk één van de factoren die ertoe bijdragen dat juist deze gewrichten vaak getroffen worden door reumatische aandoeningen. gewrichtsslijmvlies kraakbeen om de botuiteinden Bouw van gewrichten Van buiten naar binnen treffen we in een gewricht aan (figuur 1): de gewrichts­ banden, het gewrichtskapsel en de gewrichtsholte (synoviumholte). De gewrichts­ banden hebben als belangrijkste taak de onderdelen van het gewricht bij elkaar en in de juiste onderlinge positie te houden. De gewrichtsbanden lopen niet altijd buiten het gewricht om; de knie heeft zowel banden die om het gewricht heen lopen als banden die kruiselings door het gewricht heen lopen, de zogenaamde kruisbanden. skeletspier pees Het gewrichtskapsel vormt de afscheiding tussen de gewrichtsholte en de omringende weefsels. Ook dit onderdeel zorgt ervoor dat de beide botten op hun plaats blijven. De gewrichtsholte zelf is bekleed met een slijmvlies dat een slijmerige vloeistof afscheidt, het synoviaalvocht. In de gewrichtsholte vinden we ook de uiteinden van de beide botten die door het betreffende gewricht met elkaar zijn verbonden. Deze botuiteinden zijn bekleed met kraakbeen. Het gewrichtskraakbeen en het slijmerige gewrichtsvocht zorgen ervoor dat Figuur 1. 12 Bouw en functie van de gewrichten MedicijnenKompas De opbouw van een gewricht 13 3. Soorten reumatische aandoeningen Hoe ontstaat artrose? Welke soorten reumatische aandoeningen zijn er? Er bestaan meer dan honderd verschillende reumatische aandoeningen. We onderscheiden de volgende groepen: • Artrose • Ontstekingsreuma, waartoe onder andere behoren: - Reumatoïde artritis - Juveniele idiopathische artritis (‘jeugdreuma’) - Spondylitis ankylopoëtica - Artritis psoriatica • Wekedelenreuma • Jicht In dit boekje beperken we ons tot artrose, ontstekingsreuma met daarbinnen de vier genoemde groepen, en jicht. Zoals in hoofdstuk 1 al is aangegeven, blijft wekedelenreuma hier verder buiten beschouwing. Artrose Verschijnselen Artrose is de meest voorkomende reumatische aandoening in ons land. Bij artrose wordt het gewrichtskraakbeen aangetast. De kwaliteit van het kraakbeen neemt af en op den duur verdwijnt er ook kraakbeen. Daarom noemen we artrose ook wel gewrichtsslijtage, hoewel van echte slijtage geen sprake is. Het gewrichtskraakbeen verandert wel, maar is niet versleten. Mensen met artrose hebben last van pijn en stijfheid in het aangedane gewricht. Meestal gaat het om de heupen, knieën, de basis van de duim of de laatste vingerkootjes. De knie is het belangrijkste grote gewricht waarin artrose optreedt. Het is niet precies bekend hoe artrose ontstaat. Waarschijnlijk spelen verschillende factoren tegelijkertijd een rol. Duidelijk is dat sommige mensen meer kans hebben op artrose. Het gaat om ouderen, vrouwen, mensen met over­ gewicht en mensen met een beroep waarbij de gewrichten sterk worden belast. Erfelijke aanleg speelt mogelijk ook een rol. Beschadiging van een gewricht door een ongeluk kan soms leiden tot het ontstaan van artrose. Bij onderzoek van het gewrichtskraakbeen van mensen met artrose is gevonden dat de samenstelling en de kwaliteit van het kraakbeen veranderen. Hierdoor kunnen scheurtjes in het kraakbeen ontstaan en kan het kraakbeen gaan afbrokkelen. Het gevolg is dat het gewrichtsoppervlak onregelmatig wordt. Als gevolg van deze beschadigingen kunnen in de gewrichtsholte zelf ontstekingsreacties optreden. Ook het onderliggende bot kan van structuur veranderen. Denk aan een verdikking van het bot. Samen met een verdikking van het gewrichtskapsel kan dit ertoe leiden dat het aangetaste gewricht in zijn geheel enigszins is verdikt. Hoe vaak komt artrose voor? In totaal hebben zo’n 650.000 Nederlanders last van artrose. Dit is ongeveer 40% van de ongeveer 1,6 miljoen mensen met een reumatische aandoening, 4% van totale bevolking en ongeveer evenveel als het aantal mensen met diabetes mellitus. Artrose vormt dus een wezenlijk gezondheidsprobleem. De meeste mensen met artrose zijn ouderen, maar ook onder jongere mensen komt artrose voor. Naar schatting 25.000 patiënten zijn tussen 25 en 44 jaar oud. Met het ouder worden neemt de kans op artrose duidelijk toe. Van de mannen en vrouwen van 60 jaar heeft ongeveer 20% artrose. Bij de mannen blijft dit percentage vanaf 60 jaar min of meer constant. Bij de vrouwen neemt het echter verder toe met het ouder worden. Van de vrouwen van 80 jaar heeft ongeveer 40% artrose. Het percentage ouderen met aantasting van het gewrichtskraakbeen ligt veel hoger. Boven 75 jaar heeft vrijwel iedereen afwijkingen, maar slechts een deel heeft klachten. De klachten blijven meestal beperkt tot één of enkele gewrichten en zijn het ergst na een periode van rust. Daarom hebben veel mensen met artrose ’s morgens na het opstaan last van pijn en stijfheid. Na een tijdje bewegen verminderen de klachten meestal weer. Mensen met artrose hebben niet voortdurend klachten. Perioden met klachten wisselen af met perioden waarin de klachten (vrijwel) afwezig zijn. Op de lange duur nemen de klachten echter langzaam toe. Er is geen duidelijk verband tussen de mate van beschadiging van het gewrichtskraakbeen op een röntgenfoto en de hevigheid van de klachten. Overigens valt de diagnose te stellen aan de hand van de klachten; een röntgenfoto is daarvoor vrijwel nooit nodig. Hoe stellen we de ernst van de artrose vast? 14 Soorten reumatische aandoeningen MedicijnenKompas Aantasting van het gewrichtskraakbeen zegt weinig over de ernst van de artroseklachten. Daarom stelt de arts de ernst van de artrose meestal vast met behulp van vragenlijsten en een schaal voor de pijn. Er zijn verschillende vragenlijsten in omloop die de patiënt zelf in kan vullen. Met deze vragenlijsten worden zaken gescoord als pijn, stijfheid, loopafstand en beperkingen in het dagelijks functioneren. De totaalscore over alle vragen samen geeft een goed beeld van de ernst van de artrose. Door middel van een schaal kan de patiënt de hevigheid van de pijn aangeven die hij/zij voelt, meestal op een schaal van 1 (geen pijn) tot 10 (zeer hevige pijn). Dergelijke vragenlijsten en 15 schalen zijn ook bruikbaar om na te gaan of een behandeling aanslaat. Wat neemt het meeste af: pijn, stijfheid, beperkingen? Reumatoïde artritis Reumatoïde artritis is de meest voorkomende vorm van ontstekingsreuma. Bij reumatoïde artritis en andere vormen van ontstekingsreuma staat een ontstekingsproces echter veel duidelijker op de voorgrond dan bij de andere vormen van reuma. Verschijnselen Reumatoïde artritis is een gewrichtsziekte die meestal leidt tot klachten in diverse gewrichten. Meestal gaat het om de gewrichten in de armen (vooral de polsen), benen, handen en voeten (vooral de voorvoeten). Vaak is er sprake van klachten in de gewrichten aan beide zijden van het lichaam, dus bijvoorbeeld in beide polsen. De verschijnselen van reumatoïde artritis zijn pijn, stijfheid (vooral in de ochtend), zwelling en vervorming van gewrichten, vooral van de vingers. Dit kan ertoe leiden dat aangedane gewrichten nog maar beperkt bruikbaar zijn. Ook kunnen de gewrichten warm aanvoelen. De verschijnselen kunnen zich ook buiten de gewrichten voordoen. Dit neemt dan de vorm aan van onderhuidse reumaknobbels, moeheid, vermagering of temperatuurverhoging. Veel patiënten met reumatoïde artritis hebben last van het carpaaltunnel­ syndroom. Dit is een aandoening met een tintelend of pijnlijk gevoel in de hand en de vingers. De oorzaak is een beknelling van een zenuw in de pols/ handwortel. De ernst van de ziekte verschilt per individu en wisselt in de tijd. Soms stopt het ziekteproces tijdelijk, maar het verdwijnt nooit helemaal. Tegenwoordig valt het ziekteproces met een gerichte behandeling voor korte of langere tijd tot staan te brengen. Patiënten met ernstige, langdurig reumatoïde artritis kunnen in zeldzame gevallen ernstige complicaties krijgen. Deze dragen ertoe bij dat mensen met reumatoïde artritis gemiddeld enkele jaren korter leven. Reumapatiënten hebben een aanzienlijke kans op invaliditeit als gevolg van de ziekte. Soms is de invaliditeit zo ernstig dat de patiënt aangewezen raakt op het gebruik van een rolstoel. De diagnose valt meestal te stellen aan de hand van het klachtenpatroon. In twijfelgevallen kan de arts een bloedonderzoek laten doen om de diagnose te bevestigen. Vaak treft men in het bloed een bepaalde stof (reumafactor) aan, maar dat is niet bij alle patiënten het geval. Bij patiënten met reumafactor in het bloed op het moment van de diagnose verloopt de ziekte meestal ernstiger dan bij patiënten die dat niet hebben. Ook röntgenonderzoek is meestal niet 16 MedicijnenKompas noodzakelijk om de diagnose te stellen. De arts gebruikt het soms wel om de mate van de gewrichtsschade te bepalen. Dit kan aanvullende informatie opleveren voor de juiste behandeling. Een vroege herkenning is van belang om zo snel mogelijk de behandeling te kunnen starten om gewrichtsschade te voorkomen. Hoe ontstaat reumatoïde artritis? Hoe reumatoïde artritis precies ontstaat, is niet bekend. Wel is duidelijk dat de ziekte samengaat met afwijkingen in het afweersysteem (immuunsysteem) en een aanhoudende ontsteking in het gewricht. Normaliter vallen de cellen van het afweersysteem van buitenaf komende ziekteverwekkers aan. Bij mensen met reumatoïde artritis richten de afweercellen zich tegen de eigen lichaamscellen. Daarom beschouwen we reumatoïde artritis als een auto-immuunziekte (auto = zelf). Waarom het afweersysteem de eigen lichaamscellen aanvalt, is niet bekend. De aanhoudende ontsteking tast de weefsels binnenin het gewricht aan. In eerste instantie raakt het synovium dat tegen het gewrichtskapsel ligt ontstoken. Hierdoor gaat het kapsel zwellen en ontstekingsvocht produceren. Later kan het ontstekingsproces ook het kraakbeen en/of de botten aantasten. Op röntgenfoto’s is dan te zien dat het kraakbeen verdwijnt en zelfs dat er stukjes bot verdwijnen. Dit laatste noemen we erosie van het bot. De voortdurende ontsteking van de verschillende onderdelen van de gewrichten kan ertoe leiden dan deze geleidelijk van vorm veranderen. Op den duur veroorzaakt dit misvormingen en afwijkingen in de stand van handen en voeten. Beperkingen in het functioneren kunnen hier het gevolg van zijn. Hoe vaak komt reumatoïde artritis voor? Ruim 380.000 Nederlanders hebben een chronische vorm van ontstekingsreuma. In ongeveer 160.000 gevallen betreft dit reumatoïde artritis. Dit komt overeen met ongeveer 1% van de bevolking. De ziekte kan zich op iedere leeftijd openbaren, maar de kans hierop is groter naarmate de leeftijd hoger is. Vrouwen hebben, vooral op jongere leeftijd, een hoger risico van reumatoïde artritis dan mannen. Jaarlijks stellen artsen bij ongeveer 22.000 mensen de diagnose reumatoïde artritis vast. Hoe wordt de ernst van reumatoïde artritis vastgesteld? Ook voor reumatoïde artritis bestaan er vragenlijsten om de ernst van de ziekte vast te stellen. De opzet van deze vragenlijsten is vergelijkbaar met die voor artrose. Met behulp van een schaal valt de pijn te volgen. De arts gebruikt soms vragenlijsten en een schaal om de werkzaamheid van de behandeling in kaart te brengen. Soorten reumatische aandoeningen 17 Juveniele idiopathische artritis Juveniele idiopathische artritis (JIA) ofwel juveniele chronische artritis is een vorm van ontstekingsreuma bij jeugdige personen onder de 16 jaar. Vandaar de aanduiding jeugdreuma. Deze vorm van reuma toont gelijkenis met reumatoïde artritis bij volwassenen. Afhankelijk van het klachtenpatroon en het aantal aangedane gewrichten onderscheiden we drie vormen. Eén ervan, de zogenaamde systemische vorm of de ziekte van Still, gaat gepaard met huiduitslag, af en toe koorts en andere klachten buiten de gewrichten. Meestal verloopt de ziekte bij jongeren gunstiger dan bij volwassenen met reumatoïde artritis. Bij de helft tot driekwart van de patiënten valt de ziekte volledig tot staan te brengen en onder controle te houden met medicijnen. Dit is het lastigst bij patiënten met meer dan vijf aangedane gewrichten en reumafactor in het bloed. Er zijn geen betrouwbare cijfers over hoe vaak juveniele chronische artritis voorkomt in ons land. Op basis van internationale gegevens schatten we dat tussen de 16 en 150 van de 100.000 kinderen de ziekte hebben. Dat komt dus neer op in totaal zo’n 2.000 kinderen. Het is de belangrijkste oorzaak van langdurige (chronische) gewrichtsontstekingen bij jeugdigen. Evenals bij reumatoïde artritis is de oorzaak niet goed bekend. Ook hier spelen afweerreacties tegen de eigen lichaamscellen een rol. Spondylitis ankylopoëtica Spondylitis ankylopoëtica noemen we ook wel de ziekte van Bechterew (naar de Russische ontdekker ervan). Het is een chronische ontstekingsziekte van de wervelkolom waarbij ook gewrichten en andere organen ontstoken kunnen raken. De verschijnselen openbaren zich vooral in de nek, de rug, het bekken en op plaatsen waar pezen en gewrichtsbanden op de botten zijn aangehecht. Soms ontstaan benige vergroeiingen (ankylose). Dit kan leiden tot verstijving en verkromming van de wervelkolom. Hierdoor neemt de patiënt een typische voorovergebogen houding aan. Ook bij deze ziekte is sprake van ontstoken gewrichten met pijn, vooral in rust en tijdens de nacht. Vaak treden ook ontstekingsverschijnselen en pijn op in handen, knieën en voeten, en ontstekingen van pezen (vooral de achillespees en pezen in de voetzool). Ongeveer een kwart van de patiënten heeft last van oogontstekingen. het licht. Mannen lopen een twee- tot driemaal hogere kans op de ziekte dan vrouwen. Spondylitis ankylopoëtica is één van de minst voorkomende vormen van ontstekingsreuma. We schatten het aantal patiënten in ons land op 12.000 ofwel 8 tot 10 gevallen per 10.000 volwassenen. Vroeger viel de diagnose vaak pas na vele jaren klachten te stellen. Tegenwoordig is het mogelijk om spondylitis ankylopoëtica al in een vroeg stadium te herkennen. Het klachtenpatroon bij spondylitis ankylopoëtica is namelijk heel kenmerkend: een geleidelijk beginnende, sluipende rugpijn die gepaard gaat met ochtendstijfheid. De stijfheid vermindert door te bewegen. Indien een dergelijk klachtenpatroon langer dan drie maanden aanhoudt, is verder gericht onderzoek zinvol. Met behulp van röntgenfoto’s van de wervelkolom en van aangetaste gewrichten kan de arts dan zien of er sprake is van de ziekte. Artritis psoriatica Artritis psoriatica is een vorm van ontstekingreuma die op kan treden bij mensen met de huidziekte psoriasis. Ongeveer 5-7% van de patiënten met psoriasis heeft er last van. Bij deze patiënten doen zich gewrichtsklachten voor. Het gaat vooral om de laatste gewrichtjes van de vingers en de tenen. Artritis psoriatica uit zich in stijve, pijnlijke of gezwollen gewrichten en lijkt soms sterk op reumatoïde artritis. Het ziektebeeld en het verloop van de ziekte verschillen van patiënt tot patiënt. De ene patiënt heeft veel huidklachten en nauwelijks gewrichtsklachten. De andere patiënt heeft niet of nauwelijks huidklachten, maar wel gewrichtsklachten. Het kan ook zijn dat de gewrichtsklachten pas jaren na de huidklachten verschijnen, of omgekeerd. Ook kunnen de huid- en de gewrichtsklachten zich in de loop van de tijd verschillend ontwikkelen. De huidaandoening kan bijvoorbeeld mild zijn, terwijl de gewrichtsklachten meer problemen geven. In de meeste gevallen verloopt de ziekte weinig agressief, maar er is ook een groep patiënten bij wie de gewrichtsontsteking heftig verloopt. Bij hen kan ernstige gewrichtsschade optreden met blijvend verlies van de functie van de gewrichten. Er zijn geen nauwkeurige cijfers over hoe vaak artritis psoriatica in ons land voorkomt. We schatten dat 2-3% van de bevolking lijdt aan psoriasis. Van hen heeft 5-7% artritis psoriatica. Hiermee komt het aantal gevallen van artritis psoriatica uit tussen 15.000 en 30.000. De oorzaak van de ziekte is onbekend. Erfelijke aanleg is waarschijnlijk een belangrijke factor: de kans op de ziekte is 10-20 maal zo hoog als een familielid er ook aan lijdt. In het algemeen treedt de ziekte op jongvolwassen leeftijd aan 18 MedicijnenKompas Soorten reumatische aandoeningen 19 Hoe weet ik of ik een reumatische aandoening heb? Jicht Zoals u hiervoor hebt kunnen lezen, zijn er vele mogelijke oorzaken voor gewrichtsklachten. Pijnlijke gewrichten kunnen het gevolg zijn van reumatische aandoeningen, maar ook van gebeurtenissen, zoals vallen en stoten, en sportblessures. Als u last heeft van pijnlijke of stijve gewrichten, wil dat dus lang niet altijd zeggen dat u een reumatische aandoening hebt. Jicht is een ziekte waarbij een ontsteking in een gewricht klachten veroorzaakt. Meestal gaat het om het basisgewricht van de grote teen (50-70% van de gevallen). Jicht kan echter ook in andere gewrichten optreden, zoals in de pols, de middenvoet, de enkel of de knie. Jicht gaat samen met soms hevige pijn in één of meer gewrichten. Wanneer de ontsteking opkomt, wordt het gewricht dik, rood en warm. Jicht treedt op in de vorm van aanvallen die meestal binnen enkele weken overgaan. Dit noemen we een acute jichtaanval. Bij iemand die meer dan drie aanvallen per jaar heeft, spreken we van chronische of gecompliceerde jicht. Behalve pijn en ontstekingsverschijnselen zijn andere verschijnselen mogelijk, zoals koorts, koude rillingen, een ziek gevoel en harde, onderhuidse jichtknobbeltjes (de zogenaamde tophi). Mensen met jicht hebben een grotere kans op nierstenen en stenen in de urinewegen. Indien u langdurig, bijvoorbeeld meer dan zes weken, last hebt van gewrichtsklachten die niet terug te voeren zijn op verwondingen of blessures, dan hebt u misschien een reumatische aandoening. De kans op artrose of reumatoïde artritis is statistisch het grootst. De overige vormen van ontstekingsreuma (juveniele idiopathische artritis, spondylitis ankylopoëtica en artritis psoriatica) komen betrekkelijk weinig voor. De kans dat u bij aanhoudende gewrichtsklachten aan één van deze ziekten lijdt, is dan ook niet erg groot. De aard van de klachten geeft de belangrijkste aanwijzingen om welke reumatische aandoeningen het zou kunnen gaan. Gaat u in de beschrijving van de verschijnselen bij de diverse ziekten maar eens na of de klachten die u hebt, bij een van de ziekten zou kunnen passen. Kijk vooral naar welke gewrichten bij u klachten geven en hoeveel gewrichten zijn aangedaan. Ook van belang is wanneer de klachten zijn begonnen en wanneer u pijn hebt (in rust, bij het bewegen, of altijd). Ten slotte speelt een rol of er sprake is van ontstekingsverschijnselen (zwelling, warmte) en hoe het verloop van de klachten tijdens de dag is. Als u denkt dat uw klachten zouden kunnen wijzen op één van de beschreven reumatische aandoeningen, aarzel dan niet om naar uw huisarts te gaan. Deze zal dan waarschijnlijk zorgvuldig uw gewrichten controleren. De huisarts kan meestal de diagnose ‘artrose’ stellen op basis van uw klachten en zijn of haar eigen bevindingen bij het onderzoek van uw gewrichten. Laboratorium­ onderzoek en röntgenfoto’s zijn hiervoor niet nodig. Als het vermoeden bestaat dat u reumatoïde artritis hebt, zal wat bloed worden afgenomen voor laboratoriumonderzoek. Als de uitslag van het laboratorium­ onderzoek geen uitsluitsel geeft, zal men misschien een röntgenfoto van uw gewrichten maken om tot de juiste diagnose te komen. Indien de huisarts de eerste keer dat u hem of haar bezoekt de diagnose niet goed kan stellen, kan u worden gevraagd enige tijd later nog een keer terug te komen. De verschijnselen zijn dan misschien duidelijker aanwezig en gemakkelijker te interpreteren. Blijft de huisarts twijfelen aan de oorzaak van uw gewrichtsklachten, dan is een verwijzing mogelijk naar de reumatoloog voor verder onderzoek. 20 MedicijnenKompas De oorzaak van de gewrichtsontsteking bij jicht is de vorming van kristallen van urinezuur in het gewricht. Deze vorming hangt samen met een verhoogde concentratie urinezuur in het bloed. Lang niet iedereen met een verhoogde concentratie urinezuur krijgt echter jicht; dat gebeurt slechts bij ongeveer één op de tien. Naast een verhoogde concentratie urinezuur zijn de volgende factoren van belang: jicht in de familie, geslacht, eet- en drinkgewoonten (hoog alcoholgebruik en eiwitrijke maaltijden), het gebruik van plaspillen (diuretica), verminderde nierfunctie, overbelasting van de gewrichten (denk aan overgewicht) en stress. Ook na een operatie of een verstuiking kan jicht optreden. Van iedere 1.000 Nederlanders hebben er twee tot vijf last van jicht. In totaal gaat het dus om 30.000-80.000 mensen. Oudere mensen hebben meer kans op jicht dan jongere en mannen meer dan vrouwen. Jicht komt voornamelijk voor bij mannen tussen 40 en 60 jaar. Bij mannen jonger dan 30 jaar en bij vrouwen vóór de menopauze komt acute jicht vrijwel niet voor. Jicht is meestal gemakkelijk te herkennen. Als u pijn hebt in één of meer gewrichten, kan dit op jicht duiden, maar de pijnklachten kunnen ook een andere oorzaak hebben. Hevige pijn in het basisgewricht van de grote teen, zeker als deze in de vorm van aanvallen optreedt en samengaat met zwelling, roodheid en temperatuursverhoging van het gewricht, maakt de kans groot dat het om jicht gaat. Neem in dat geval contact op met uw huisarts. Hij of zij zal wellicht nog aanvullend onderzoek (laten) verrichten om de diagnose jicht te bevestigen en om te bepalen of het acute of chronische jicht betreft, zodat de juiste behandeling kan worden ingezet. Soorten reumatische aandoeningen 21 4. Mogelijkheden om reumatische aandoeningen te behandelen In dit hoofdstuk gaan we in op de mogelijkheden om reumatische aandoeningen te behandelen. Dat kan met medicijnen, maar ook met dingen die u zelf kunt doen. Hierbij volgen we de indeling in ziektebeelden van hoofdstuk 3. Er is veel onderzoek gedaan naar de beste manier om veelvoorkomende aandoeningen, zoals artrose en reumatoïde artritis, te behandelen. Bij vormen van ontstekingsreuma die minder vaak optreden, zoals spondylitis ankylopoëtica, is dat veel minder het geval. Zoals u zult zien, speelt de behandeling met medicijnen een belangrijke rol bij de diverse reumatische aandoeningen. Zeker mensen met reumatoïde artritis zijn vaak aangewezen op het gebruik van medicijnen gedurende de rest van hun leven. De behandelend arts zal hierbij verschillende soorten medicijnen in verschillende fases van de behandeling inzetten. In dit hoofdstuk gaan we in op de diverse mogelijkheden voor de behandeling van reumatische aandoeningen met medicijnen. Het is niet te vermijden hierbij enigszins vooruit te lopen op de inhoud van het volgende hoofdstuk waarin de verschillende soorten medicijnen uitgebreid aan bod komen. Algemene doelen van de behandeling Met de huidige mogelijkheden voor behandeling zijn de meeste reumatische aandoeningen niet te genezen. Alleen bij artrose kunnen de klachten soms spontaan overgaan of langdurig wegblijven. De behandeling van reumatische aandoeningen is er daarom op gericht klachten als pijn en stijfheid zo veel mogelijk te verlichten. Het doel is te voorkomen dat de ziekte verder voortschrijdt en de functie van de aangedane gewrichten zo veel mogelijk behouden blijft. Het streven op de lange termijn is het voorkomen van invaliditeit en het veilig stellen van een goede kwaliteit van leven. Daarvoor zijn regelmatige controles nodig om vast te stellen of de behandeling de gestelde doelen bereikt en of bijsturing van de behandeling nodig is. Bij de inzet van medicijnen zijn niet alleen de werkzaamheid op de klachten en het ziekteproces van belang, maar ook de kans op bijwerkingen op korte en langere termijn. Uiteraard zal de arts daarbij zoeken naar de optimale balans tussen werkzaamheid en bijwerkingen. 22 MedicijnenKompas Behandeling van artrose Wat kan ik zelf doen? Als bij u artrose is vastgesteld, is er een aantal maatregelen die u zelf kunt nemen om het terugkomen of verergeren van de klachten te helpen voorkomen. Omdat de spieren rondom een gewricht meehelpen het gewricht te versterken, kunnen spieroefeningen ervoor zorgen dat het gewricht meer kan verdragen en minder snel pijn gaat doen. Het is ook belangrijk om in beweging te blijven om zo de klachten te verminderen. Als u te zwaar bent en last hebt van artrose in een heup of een knie, helpt het om af te vallen. Ook het gebruik van een wandelstok kan behulpzaam zijn om de overbelasting van deze gewrichten te verminderen. Overbelasting van gewrichten moet u trouwens altijd proberen te voorkomen. Soms is het nodig van beroep of hobby te veranderen om een pijnlijk gewricht te ontzien. Als een gewricht veel pijn veroorzaakt, is het verstandig dat gewricht tijdelijk wat te ontlasten. Zorg er tijdens zo’n periode wel voor dat u het aangedane gewricht regelmatig beweegt. Koude of warme kompressen kunnen soms helpen de klachten te verlichten. Probeer wel uw dagelijkse bezigheden weer te hervatten zodra het wat beter gaat. Zijn de klachten zo ernstig dat u bepaalde bewegingen niet meer kunt uitvoeren, dan kan fysiotherapie zinvol zijn. Spierversterkende oefeningen die u deels ook thuis kunt doen, kunnen bijdragen aan het herstel van het functioneren van het gewricht. Behandeling met medicijnen Medicijnen zijn niet in staat artrose te genezen, maar ze kunnen wel de pijn verlichten of wegnemen. Pijnstillende medicijnen zijn er in verschillende soorten, van tamelijk ‘lichte’ pijnstillers, zoals paracetamol, tot en met ‘zware’ medicijnen, zoals morfine. Bij de behandeling van artrose gaat in eerste instantie de voorkeur uit naar paracetamol. Paracetamol werkt in de meeste gevallen goed en heeft weinig bijwerkingen. Het is van belang om paracetamol voldoende hoog te doseren. Indien dat niet afdoende is om de pijnklachten onder controle te houden, kan uw arts een ‘non-steroidal anti-inflammatory drug’ (NSAID) voorschrijven. Deze medicijnen noemen we ook wel NSAID’s. Ze stillen niet alleen de pijn, maar remmen ook ontstekingen en verlagen soms koorts. Ze werken bij artrose meestal krachtiger dan paracetamol, maar hebben ook meer bijwerkingen. De kans op bijwerkingen neemt toe met de duur van het gebruik en de hoogte van de dosering. Een NSAID dient daarom bij voorkeur kortdurend in een zo laag mogelijke dosering te worden gebruikt, bijvoorbeeld om een opvlamming van de klachten te bestrijden. Welke van de middelen uit de groep van de NSAID’s de voorkeur verdient, komt in het volgende hoofdstuk aan de orde. Mogelijkheden om reumatische aandoeningen te behandelen 23 Bij mensen met artrose is een operatie zelden nodig. Als de klachten lang aanhouden of verergeren, zal de arts soms een injectie met een corticosteroïde in het gewricht geven. Een operatie valt pas te overwegen als bewegingen erg moeilijk worden of als u ‘s nachts veel pijn blijft houden, ondanks de behandeling met medicijnen. Bij een operatieve ingreep wordt het aangetaste gewricht meestal vervangen door een kunstgewricht. Behandeling van reumatoïde artritis De behandeling van reumatoïde artritis is ingewikkelder dan die van artrose. Behandeling met medicijnen heeft hierbij de hoofdrol. De inzichten in de behandeling van deze ziekte met medicijnen zijn de afgelopen jaren aanzienlijk gewijzigd. Tegenwoordig ligt de nadruk steeds meer op het zo snel mogelijk onder controle brengen en houden van het ontstekingsproces in de gewrichten. Het doel hiervan is om onherstelbare gewrichtsschade te voorkomen of te beperken. Volledige genezing van reumatoïde artritis is nog steeds niet mogelijk, maar het langdurig onder controle houden van de ziekte in veel gevallen wel. zijn gericht tegen de cellen in het afweersysteem die bij patiënten met reumatoïde artritis de lichaamseigen cellen aanvallen. Corticosteroïden zijn stoffen die de ontsteking krachtig remmen. De arts zet de medicijnen uit de genoemde groepen meestal niet tegelijkertijd in. Dat gebeurt in een weloverwogen volgorde die grotendeels berust op ervaring en resultaten van wetenschappelijk onderzoek. In ons land zijn hiervoor de richtlijnen van het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) en de Nederlandse Vereniging van Reumatologie (NVR) opgesteld. Bij reumatoïde artritis en zelfs al bij een sterk vermoeden daarvan, stelt de arts zo snel mogelijk een behandeling met een NSAID in. Tijdens de eerste jaren van de ziekte veroorzaken vooral de ontstekingen in de gewrichten de gewrichtspijn. In deze fase hebben NSAID’s daarom de voorkeur boven ‘eenvoudige’ pijnstillers als paracetamol. Bij verder gevorderde reumatoïde artritis die al vele jaren bestaat, zal gewrichtsbeschadiging de voornaamste oorzaak zijn van de pijn. De behandeling is dan gericht op pijnbestrijding met paracetamol en minder op het voorkómen van de ontsteking en van gewrichtsbeschadiging. Er zijn verschillende soorten medicijnen voor de behandeling van reumatoïde artritis: NSAID’s, DMARD’s (‘disease modifying antirheumatic drugs’) en corticosteroïden. NSAID’s stillen de pijn en remmen de ontsteking. DMARDS’s Als het niet lukt de pijn en de gewrichtsontsteking binnen zes tot twaalf weken onder controle te krijgen met een NSAID, zal de huisarts u meestal verwijzen naar de reumatoloog. Deze zal dan hoogstwaarschijnlijk een DMARD voorschrijven. Binnen de groep van de DMARD’s onderscheiden we verschillende subgroepen van medicijnen. De reumatoloog zal de behandeling in de regel beginnen met één middel uit de groep van de klassieke DMARD’s, zoals methotrexaat of sulfasalazine. Als dit niet voldoende helpt of als een aanvankelijk gunstig effect wegebt, is het mogelijk om een andere DMARD aan de oorspronkelijke behandeling toe te voegen. Ook overschakeling op een andere DMARD kan nuttig zijn. Op deze manier heeft de reumatoloog een heel arsenaal aan mogelijkheden ter beschikking. In veel gevallen valt zodoende een jarenlange beheersing van het ziekteproces te realiseren. Om te beoordelen of een behandeling goed werkt, kijkt de arts vooral naar het aantal gewrichten dat is aangedaan. Verder zijn van belang de ontstekingsfactoren in het bloed, de activiteit van de ontsteking en de mate van functieverlies. Met behulp van röntgenfoto’s vindt af en toe controle plaats op de mate van gewrichtsbeschadiging. De eerdergenoemde vragenlijsten zijn bruikbaar om u als patiënt zelf een oordeel te laten geven over de ziekte en de invloed ervan op uw leven. DMARD’s kunnen nogal wat bijwerkingen veroorzaken met soms ernstige gevolgen. Daarom moeten patiënten die een DMARD gebruiken zorgvuldig onder controle staan voor mogelijke bijwerkingen. Dit alles houdt in dat u regelmatig op controlebezoek zal moeten komen bij de reumatoloog en/of de huisarts. Er vindt dan regelmatig laboratoriumonderzoek plaats. In het begin van de behandeling gebeurt dat één keer per twee tot vier weken en als het middel eenmaal is ingesteld één keer per drie maanden. 24 Mogelijkheden om reumatische aandoeningen te behandelen Wat kan ik zelf doen? Hoewel behandeling met medicijnen de hoofdrol heeft, zijn er ook maatregelen die u als patiënt zelf kunt nemen om de ziekte in gunstige zin te beïnvloeden. Omdat de behandeling van reumatoïde artritis in principe voor de rest van uw leven dient plaats te vinden, is het in de eerste plaats van belang dat u zich goed informeert over de behandeling. U begrijpt dan beter wat de behandeling inhoudt, wat er gebeurt en waarom dat zo is. Op deze manier kunt u zelf als ‘manager’ van uw ziekte fungeren en bijdragen aan het zo goed mogelijk benutten van alle mogelijkheden tot behandeling. Daarnaast is het van belang dat u in beweging blijft, ook als de ziekte actief is. Dit is bedoeld om uw gewrichten te ‘trainen’ zodat uw bewegingsfuncties zo veel mogelijk intact blijven. Vooral zwemmen is een aan te bevelen vorm van lichaamsbeweging. Het is niet eenvoudig om eenmaal verloren gegane functies in het bewegingsapparaat te herstellen. Lichaamsbeweging helpt u ook om uw algemene conditie op peil te houden, zodat u zich minder snel moe voelt. De reumatoloog en de fysiotherapeut kunnen u adviseren en begeleiden bij het kiezen van de voor u meest geschikte oefeningen. Ook de website van de Reumapatiëntenbond (www.reumabond.nl) geeft adviezen voor verantwoord bewegen bij reumatoïde artritis. Behandeling met medicijnen MedicijnenKompas 25 Er loopt nog steeds veel onderzoek naar de behandeling van reumatoïde artritis, vooral met DMARD’s. Daardoor valt in de komende jaren een verdere uitbreiding van het arsenaal aan DMARD’s te verwachten. Als u reumatoïde artritis hebt, is het goed mogelijk dat uw arts u ooit zal voorstellen aan een onderzoek met een nieuwe DMARD deel te nemen. Corticosteroïden vormen naast NSAID’s en DMARD’s de derde groep medicijnen die veel toepassing vindt bij de behandeling van reumatoïde artritis. De arts voegt deze middelen soms tijdelijk toe aan de behandeling met één of meer van de andere middelen. Dat gebeurt vooral als de ziekte tussentijds opvlamt of om de tijd totdat u goed bent ingesteld op een DMARD te overbruggen. De toediening van het corticosteroïd vindt dan als injectie in een spier plaats of in de vorm van capsules of tabletten om te slikken. Heel soms spuit men een corticosteroïd ook wel rechtstreeks in een gewricht, namelijk als de ontsteking in één of enkele gewrichten niet onder controle komt met andere middelen. Behandeling van juveniele idiopathische artritis Over de behandeling van juveniele idiopathische artritis kunnen we kort zijn. Deze is in grote lijnen gelijk aan die van reumatoïde artritis. Resultaten van wetenschappelijk onderzoek naar de behandeling met de nieuwere DMARD’s ontbreken echter nog voor deze patiëntengroep of zijn beperkt. Bij ongeveer eenderde van alle patiënten met juveniele idiopathische artritis is het mogelijk om de ziekte onder controle te houden met alleen NSAID’s. Dit betreft vooral patiënten zonder reumafactor in het bloed. De behandeling van kinderen met juveniele idiopathische artritis gebeurt meestal door een kinderarts in samenwerking met een reumatoloog. Behandeling van spondylitis ankylopoëtica Evenmin als reumatoïde artritis is spondylitis ankylopoëtica te genezen. Ook hierbij vormen oefentherapie en medicijnen de pijlers van de behandeling. Omdat bij deze ziekte verstijving van de wervelkolom dreigt, besteedt men bij de oefentherapie speciale aandacht aan de rug en de houding. In beweging blijven is belangrijk om verstarring van de wervelkolom tegen te gaan. Geschikte vormen van lichaamsbeweging zijn zwemmen, badminton, volleybal, basketbal, wandelen en fietsen. Daarbij is het belangrijk om overbelasting van de rug te vermijden, op de lichaamshouding te letten en regelmatig van houding te wisselen. Als u op bed ligt, probeer dan zo plat mogelijk te liggen en wissel af tussen op uw rug en op uw buik liggen. 26 MedicijnenKompas Voor de behandeling van spondylitis ankylopoëtica gebruikt de arts in grote lijnen dezelfde soorten medicijnen als bij reumatoïde artritis. De meeste patiënten reageren goed op een combinatie van leefregels, oefentherapie en behandeling met NSAID’s. In een beperkt aantal gevallen is naast een NSAID een DMARD nodig. Behandeling van artritis psoriatica Voor gewrichtsklachten geldt in grote lijnen dezelfde aanpak als voor de andere vormen van ontstekingsreuma. Dit geldt ook voor de behandeling met medicijnen. Het is gebruikelijk om bij gewrichtsklachten die optreden in samenhang met psoriasis, te beginnen met NSAID’s. Bij onvoldoende resultaat zet de arts daarnaast DMARD’s in. Methotrexaat vindt hierbij veel toepassing, maar ook TNF-alfa-blokkerende middelen zijn mogelijk, alleen of in combinatie met methotrexaat. Behandeling van jicht De gewrichtsklachten bij jicht hebben een heel andere oorzaak dan die bij andere reumatische aandoeningen (zie hoofdstuk 3). De behandeling van jicht verschilt dan ook op een aantal punten van die van bovenstaande reumatische aandoeningen. Bovendien zijn er verschillen in de behandeling van acute en gecompliceerde jicht. Ook bij jicht zijn er maatregelen die u zelf kunt nemen, naast het gebruik van medicijnen. Wat kan ik zelf doen? Als u een jichtaanval doormaakt is het verstandig het betreffende gewricht een poosje te ontzien. Als de aanval zich in de tenen voordoet, leg uw voet dan omhoog en houdt deze koel. Dat kan bijvoorbeeld met een natte doek of met ijs (wikkel het ijs wel in een doek om te voorkomen dat de huid bevriest!). Probeer, zodra de klachten dit toelaten, weer regelmatig voorzichtig te bewegen. Daarmee voorkomt u stijfheid en kan op den duur de pijn verminderen. Drink voldoende, minstens twee liter per dag en vermijd alcohol. Eet niet te veel eiwitrijke voeding, want dit kan helpen nieuwe aanvallen te voorkomen. Er zijn medicijnen (bijvoorbeeld plaspillen) die een jichtaanval kunnen uitlokken. Als u dergelijke medicijnen gebruikt, kan het nodig zijn het gebruik hiervan te stoppen en over te gaan op andere medicijnen. Doe dit echter altijd in overleg met uw (huis)arts. Mogelijkheden om reumatische aandoeningen te behandelen 27 Behandeling met medicijnen Voor de behandeling van jicht zijn twee typen medicijnen van belang: op de eerste plaats middelen om direct in te zetten bij een acute aanval en op de tweede plaats middelen om het urinezuurgehalte van het bloed verlagen. Een verhoogd urinezuurgehalte speelt immers een rol bij het ontstaan van jichtaanvallen (zie hoofdstuk 3). Verlaging van het urinezuurgehalte kan dan helpen een (volgende) aanval te voorkomen. zal de arts u in het begin een lage dosering allopurinol voorschrijven en deze zo nodig geleidelijk verhogen. Tijdens de behandeling met allopurinol is het van belang om jaarlijks uw nierfunctie te laten controleren. Vanwege de kans op ernstige bijwerkingen is benzbromaron onder andere niet bruikbaar bij mensen met een leveraandoening of met een ernstig gestoorde nierfunctie. Voor de behandeling van een acute jichtaanval kan de arts kiezen tussen een NSAID en colchicine. Van de NSAID’s zijn diclofenac, indometacine, naproxen, piroxicam en etoricoxib op hun werkzaamheid en veiligheid goedgekeurd voor de behandeling van acute jichtaanvallen. In de praktijk gebruikt de arts ook vaak ibuprofen voor dit doel. Deze middelen stillen de pijn en remmen de ontsteking. Hoe colchicine werkt bij jicht is niet goed bekend. Het gebruik van dit middel geeft gemakkelijk aanleiding tot bijwerkingen, vooral maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, buikkrampen en diarree. Ook ernstigere bijwerkingen zijn mogelijk. Mede daarom gaat bij een acute jichtaanval in eerste instantie de voorkeur uit naar een NSAID. Als hiermee na twee tot drie dagen geen verbetering van de pijnklachten optreedt, is het mogelijk om de behandeling voort te zetten met colchicine. Als dit tot maagklachten leidt of binnen twee tot drie dagen niet helpt, is het beter om de behandeling met colchicine te stoppen. Als derde mogelijkheid kan de arts om de klachten te verminderen een corticosteroïd direct in het gewricht spuiten (meestal is één keer voldoende). Ook kan hij een kortdurende behandeling met een corticosteroïd in de vorm van capsules of tabletten of injecties in een spier geven. Van een corticosteroïd is een snel effect te verwachten. Binnen een tot twee dagen zullen de pijnklachten waarschijnlijk duidelijk verminderen. Als u vaak jichtaanvallen hebt of als u onderhuidse jichtknobbels of nierstenen van urinezuur hebt (gecompliceerde jicht), zal uw huisarts u waarschijnlijk voorstellen een preventieve behandeling in te stellen. Het doel hiervan is om verdere acute aanvallen te voorkomen. Verlaging van het urinezuurgehalte helpt het risico van een volgende jichtaanval te verlagen en gewrichtsschade te voorkomen. Hiertoe dient u gedurende langere tijd een medicijn te gebruiken, te beginnen enkele weken na uw laatste aanval. Het verdwijnen van acute aanvallen en eventuele gewrichtsknobbels kan wel zes maanden duren. Het is mogelijk dat de urinezuurverlagende behandeling in het begin zelf jichtaanvallen uitlokt. Daarom zal de arts u tijdens de eerste paar maanden misschien tegelijkertijd een NSAID (of bij te veel bijwerkingen daarmee: colchicine) voorschrijven ter voorkoming van eventuele aanvallen. De urinezuurverlager die u in eerste instantie voorgeschreven krijgt, is allopurinol. Als u hiervoor allergisch bent of dit middel niet mag gebruiken, dan is benzbromaron een alternatief. Om het risico van uitlokking van een jichtaanval te verminderen, 28 MedicijnenKompas Mogelijkheden om reumatische aandoeningen te behandelen 29 5. Medicijnen voor reumatische aandoeningen De medicijnen voor de behandeling van reumatische aandoeningen kunnen we in verschillende hoofdgroepen en subgroepen indelen. In dit hoofdstuk bespreken we de diverse groepen medicijnen met hun belangrijkste eigenschappen en toepassingen voor zover deze binnen het gebied van de reumatische aandoeningen vallen. Sommige van de genoemde medicijnen hebben daarnaast nog andere toepassingen, maar die komen hier niet aan de orde. We onderscheiden de volgende soorten medicijnen: Pijnstillers: paracetamol. NSAID’s, onderverdeeld in: • Gewone NSAID’s: aceclofenac, acetylsalicylzuur, azapropazon, carbasalaatcalcium, dexibuprofen, diflunisal, fenylbutazon, flurbiprofen, ibuprofen, indometacine, ketoprofen, meloxicam, nabumeton, naproxen, piroxicam, sulindac tenoxicam, tiaprofeenzuur en tolfenaminezuur. • NSAID met maagbeschermer: diclofenac met misoprostol. • COX-2-selectieve NSAID’s: celecoxib, etoricoxib. DMARD’s onderverdeeld in: • TNF-alfa-blokkerende middelen: adalimumab, etanercept, infliximab. • Goudverbindingen: auranofine, aurothiomalaat. • Overige DMARD’s: anakinra, azathioprine, chloroquine, ciclosporine, hydroxychloroquine, leflunomide, methotrexaat, sulfasalazine. Corticosteroïden: betamethason, dexamethason, methylprednisolon(acetaat), prednisolon, prednison, triamcinolon(acetonide). Anti-jichtmiddelen/urinezuurverlagers: allopurinol, benzbromaron, colchicine. inname van te veel paracetamol kunnen ernstige bijwerkingen ontstaan met beschadiging van de lever. NSAID’s NSAID’s zijn stoffen die de aanmaak (synthese) van prostaglandinen in het lichaam remmen. Prostaglandinen zijn lichaamseigen stoffen die verschillende lichaamsfuncties helpen regelen. Ze zijn ook betrokken bij de totstandkoming van pijnprikkels en ontstekingen. NSAID’s stillen dan ook de pijn en remmen de ontsteking. Op deze beide effecten berust hun gebruik bij de behandeling van reumatische aandoeningen. Daarnaast kunnen ze een koortswerend effect hebben. Welke van de drie effecten van een NSAID overheerst, hangt af van de stof en de dosering. Pijnstillers De toepassing van NSAID’s bij de behandeling van reumatische aandoeningen is in het voorgaande hoofdstuk al besproken. Daarom nu alleen nog een korte samenvatting: Artrose: tweede keuze na paracetamol indien paracetamol in een voldoende hoge dosering niet afdoende werkt. Reumatoïde artritis: eerste keuze, te starten zodra er aanwijzingen zijn dat de klachten het gevolg zouden kunnen zijn van reumatoïde artritis. Als dit echter nog niet zeker is, er niet langer dan 6-12 weken mee doorgaan als de klachten niet verdwijnen. Juveniele idiopathische artritis: eerste keuze, eventueel in combinatie met DMARD’s. Spondylitis ankylopoëtica: eerste keuze, eventueel in combinatie met DMARD’s. Jicht: eerste keuze ter behandeling van een acute aanval. Het scala aan pijnstillende medicijnen, ook wel analgetica genoemd, is erg breed. Het loopt van de ‘lichte’ pijnstillers, zoals paracetamol, via een middenklasse tot aan de ‘zware’ pijnstillers, zoals morfine en aanverwante stoffen. Van de ‘lichte’ pijnstillers gebruiken we paracetamol vaak als eerste mogelijkheid voor mensen met artrose. Het middel onderdrukt ook de koorts. Paracetamol is verkrijgbaar in allerlei vormen: tabletten, capsules, drank en zetpillen; het is zonder recept te koop bij drogist en apotheek. Paracetamol werkt in de meeste gevallen van artrose goed en heeft weinig bijwerkingen. Het is nog steeds niet goed bekend hoe de werking precies totstandkomt. Wel is duidelijk dat het anders werkt dan de NSAID’s die hierna aan de orde komen. Een nadeel van paracetamol is dat het tamelijk kort werkt waardoor het nodig is om het verschillende keren per dag in te nemen. Let erop dat u de in de bijsluiter aangegeven maximumdosering niet overschrijdt. Bij de Omdat prostaglandinen ook een rol spelen in normale processen in het menselijk lichaam is de kans op ongewenste bijwerkingen van NSAID’s tamelijk groot. De bekendste bijwerkingen is het effect op het maagdarmkanaal. Daartoe behoren maagpijn, misselijkheid, verminderde eetlust, maagirritatie en een opgeblazen gevoel. Soms zijn ook ernstigere bijwerkingen mogelijk, zoals maagbloedingen en gaatjes (perforaties) in de maag en de darm. Deze laatste kunnen in zeldzame gevallen zelfs tot de dood leiden. Soms is ook een verstoring mogelijk van de functie van de nier en van bepaalde bloedcellen die een rol spelen in de bloedstolling. Door het effect op de bloedstolling kan het langer duren voordat een bloeding stopt bij mensen die deze middelen gebruiken. Daarnaast kunnen nog ongewenste huidreacties optreden. Heel soms is sprake van overgevoeligheid en verstoring van het bloedbeeld of de leverfunctie. Sommige individuele NSAID’s kunnen ook nog andere bijwerkingen hebben. 30 Medicijnen voor reumatische aandoeningen MedicijnenKompas 31 Gezien de mogelijke bijwerkingen is het belangrijk om goed te letten op de voorschriften voor het innemen en voorzichtig te zijn met het gelijktijdige gebruik met bepaalde zelfzorgmidden (zie de paragraaf over zelfzorgmiddelen aan het einde van dit hoofdstuk). Door het nemen van enkele eenvoudige voor­ zorgsmaatregelen kunt u zelf het risico van sommige bijwerkingen verminderen. Zie hiervoor de informatie over de afzonderlijke medicijnen verderop in deze uitgave. NSAID’s en combinaties van NSAID’s en maagbeschermers De oudste ontstekingsremmers zijn de zogenaamde NSAID’s (‘non-steroidal anti-inflammatory drugs’), waarvan er inmiddels vele beschikbaar zijn. NSAID’s zijn er in de vorm van tabletten, capsules en poeders om via de mond in te nemen. Sommige zijn ook beschikbaar in de vorm van zetpillen. Vaak is het nodig om deze middelen verschillende keren per dag te gebruiken om de werking op een afdoende niveau te houden. Een aantal medicijnen is ook zonder recept verkrijgbaar. Om de kans op bijwerkingen op de maag en darm te verminderen, schrijft de arts NSAID’s regelmatig samen met een ‘maagbeschermer’ voor. Dit zijn medicijnen die het maagslijmvlies verstevigen of de productie van maagzuur remmen. Als het maagslijmvlies is verzwakt, kan het agressieve maagzuur de maagwand beschadigen en de genoemde bijwerkingen veroorzaken. Misoprostol is een stof die helpt het maagslijmvlies te verstevigen. Het zit samen met het NSAID (diclofenac) in één tablet diclofenac+misoprostol (Arthrotec®). Meestal geeft de arts naast het NSAID los een maagzuurremmer erbij om de maag te beschermen. Vaak zal dat één van de ‘protonpompremmers’ zijn. Die komen uitgebreider aan de orde in het MedicijnenKompas Maag­ klachten (deel 2 in deze serie kompassen). Bij risicopatiënten vindt het gebruik van een NSAID in combinatie met een middel om de maag te beschermen min of meer standaard plaats. Dat geldt voor mensen met een verhoogd risico van maag- en darmklachten: ouderen (boven 70 jaar) en mensen die al eens maagdarmproblemen hebben gehad met een NSAID. COX-2-remmers Een andere veel toegepaste manier om de maag en de darmen te ontzien, was tot voor kort het gebruik van COX-2-remmers. Dit is een bijzonder soort NSAID’s. Ze zijn vergelijkbaar met gewone NSAID’s wat betreft het stillen van de pijn en het remmen van de ontsteking. Ze zouden echter minder ongewenste effecten op de maag en darmen veroorzaken dan de gewone NSAID’s. Hierdoor zijn COX-2-remmers bij de behandeling van reumatische aandoeningen in korte tijd heel populair geworden. Vooral veel patiënten met een verhoogd risico van maag- en darmklachten zijn ermee behandeld. 32 MedicijnenKompas Enige tijd na het op de markt komen van de eerste COX-2-remmers ontstond echter onrust over de veiligheid. De indruk bestond namelijk dat door het gebruik van een bepaalde COX-2-remmer (rofecoxib) na verloop van tijd de kans op ernstige hart- en vaatziekten, zoals een hartinfarct of een beroerte, toenam. Uiteindelijk is rofecoxib daarom in 2004 van de markt gehaald. Tegelijkertijd is door de Europese gezondheidsautoriteiten nagegaan of de overige COX-2-remmers wel aan de geldende veiligheidseisen voldoen. Dit heeft ertoe geleid dat begin 2005 een aantal beperkingen is opgelegd aan het gebruik van de overgebleven COX-2-remmers. Zo wordt artsen tegenwoordig afgeraden iemand die al last heeft van hart- en vaatziekten met een COX-2remmer te behandelen. Verder dient de arts bij mensen met een verhoogd risico van hart- en vaatziekten voorzichtig te zijn met het gebruik van COX-2remmers. Dit geldt bijvoorbeeld voor mensen met een verhoogde bloeddruk, een verhoogd cholesterolgehalte of met diabetes mellitus. Ten slotte is het advies om COX-2-remmers in de laagst mogelijke dosering te gebruiken en zo kort mogelijk. Dit betekent dus dat de plaats van de COX-2-remmers uiterst beperkt is geworden aangezien de behandeling van reumatische aandoeningen meestal voor de rest van het leven dient plaats te vinden. Er zijn nu nog twee verschillende COX-2-remmers op de markt in de vorm van tabletten of capsules: celecoxib en etoricoxib. Hiernaast is er een COX-2-remmer (parecoxib) die alleen door inspuiting in de aderen toepasbaar is. Deze is bedoeld voor gebruik in het ziekenhuis en komt hier verder niet aan de orde. DMARD’s DMARD’s staat voor ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. Het zijn reumabestrijdende middelen die de ontsteking afremmen en de ziekte tot rust brengen. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s zijn bedoeld om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen en (verdere) beschadiging van de gewrichten door het ziekteproces te voorkomen. Het duurt vrij lang voordat hun effect merkbaar wordt, meestal twee tot drie maanden, maar soms ook wel zes maanden. De groep DMARD’s omvat een tamelijk gemengde groep medicijnen die bijna allemaal op een andere manier werken. Ze zijn grofweg in drie groepen onder te verdelen: 1) klassieke DMARD’s, 2) goudverbindingen en 3) TNF-alfa-blokkerende middelen. Van de meeste DMARD’s is nog niet helemaal duidelijk hoe ze precies ingrijpen op het ziekteproces bij reumatische aandoeningen. In hoeverre een DMARD werkt, hangt af van welke DMARD het is en van het soort aandoening. Medicijnen voor reumatische aandoeningen 33 Bovendien kan het gunstige effect op het ziekteproces in de loop van de tijd afnemen. Dit is een van de redenen waarom de reumatoloog nog wel eens van de ene op de andere DMARD overgaat. Ook probeert de arts vaak combinaties van DMARD’s uit bij mensen die onvoldoende reageren op één DMARD. Sommige DMARD’s mogen zelfs alleen in combinatie met een andere DMARD worden gebruikt. Omgekeerd is het niet mogelijk om alle DMARD’s met elkaar te combineren, omdat het risico van ernstige bijwerkingen dan te veel toeneemt. Een overeenkomst tussen alle DMARD’s is dat ze vaak aanleiding geven tot bijwerkingen en dat die meestal ernstig zijn. Dit is de reden waarom de behandeling met DMARD’s onder toezicht van een specialist gebeurt en waarom vaak laboratoriumcontroles van de lever- en de nierfunctie en van het bloedbeeld plaatsvinden. De specifieke bijwerkingen per DMARD staan achterin deze uitgave. Het doel van de behandeling van reumatoïde artritis, de ziekte van Bechterew en artritis psoriatica met DMARD’s is om met de beschikbare middelen het ziekteproces zo goed mogelijk onder controle te houden met een aanvaardbaar niveau van bijwerkingen. De TNF-alfa-blokkerende middelen (adalimumab, etanercept en infliximab) vormen een aparte subgroep binnen de groep DMARD’s. Alle hebben één doelwit in het ontstekingsproces van de gewrichten: de ontstekingsbevorderende factor TNF-alfa (TNF staat voor ‘tumor necrosis factor’). Alledrie zijn bestemd voor de behandeling van reumatoïde artritis nadat klassieke DMARD’s, zoals methotrexaat en/of sulfasalazine, uitgewerkt zijn of niet aanslaan. De TNF-alfablokkerende middelen zijn pas de afgelopen jaren op de markt gekomen. Ze vormen een wezenlijke stap vooruit in de behandeling. Wel is het zo dat er nog minder praktijkervaring mee bestaat dan met de al langer bestaande, klassieke middelen. Sommige DMARD’s zijn alleen toepasbaar door middel van een injectie of infuus. Dat is het geval bij adalimumab, anakinra, aurothiomalaat, etanercept en infliximab. Anakinra dient men dagelijks en etanercept één- of tweemaal per week onder de huid (subcutaan) in te spuiten. Dit kunt u na enige oefening zelf doen. Het is niet mogelijk om aurothiomalaat en infliximab zelf toe te dienen. Dat gebeurt alleen door een arts of verpleegkundige, eenmaal per week of nog minder vaak. Corticosteroïden Corticosteroïden zijn medicijnen voor de behandeling van uiteenlopende ziekten. Ze remmen de ontsteking. Verschillende corticosteroïden zijn daarom bruikbaar voor de behandeling van ontstekingsreuma. Ze kunnen klachten, 34 MedicijnenKompas zoals pijn, stijfheid en zwelling, na enige tijd doen afnemen. De werking is meestal binnen een paar dagen merkbaar en is na enkele weken optimaal. De belangrijkste toepassing van corticosteroïden bij ontstekingsreuma is het overbruggen van de periode nadat de behandeling met een DMARD is begonnen. De werking van DMARD’s is immers pas na enkele maanden merkbaar. Het doel is om een opvlamming van de ziekte de kop in te drukken. Meestal gaat het om een corticosteroïd om in te nemen. Soms is het nodig om een corticosteroïd in de spier of in een ontstoken gewricht in te spuiten, namelijk als de overige middelen niet voldoende helpen. Corticosteroïden om in te nemen of in te spuiten, zijn: dexamethason, prednisolon, prednison (alleen tabletten) en triamcinolon. Betametason en methylprednisolon zijn alleen per injectie toepasbaar. De inspuiting gebeurt meestal door een arts of een verpleegkundige. Bij injectie rechtstreeks in een ontstoken gewricht kan de werking tot drie maanden aanhouden. Ook bij patiënten met jicht zijn soms kortdurend corticosteroïden nodig, namelijk als behandeling met een NSAID of colchicine niet het gewenste resultaat oplevert. Dit gebeurt door het innemen van capsules of tabletten en soms door inspuiting in de spier of het gewricht. Corticosteroïden kunnen nogal wat bijwerkingen veroorzaken (zie de beschrijvingen van de afzonderlijke medicijnen achterin dit boekje). Welke bijwerkingen op de voorgrond treden, hangt onder andere samen met de duur van de behandeling. In het algemeen is bij ontstekingsreuma en jicht het streven om de behandeling met corticosteroïden zo kort mogelijk te laten duren. Dan kan zo gauw mogelijk weer worden teruggevallen op de middelen van eerste of tweede keuze voor deze aandoeningen. Anti-jichtmiddelen/urinezuurverlagers Naast de NSAID’s vinden nog enkele andere middelen toepassing bij de behandeling van jicht: allopurinol, benzbromaron en colchicine. Van colchicine is niet goed bekend hoe het werkt bij jicht. Het remt de ontsteking in het aangedane gewricht en is zowel bruikbaar voor de behandeling van een acute aanval als om een volgende aanval te voorkomen. Bij de behandeling van een acute aanval gaat echter de voorkeur uit naar een NSAID voordat colchicine valt te proberen. Colchicine geeft namelijk nogal gemakkelijk aanleiding tot bijwerkingen. Denk aan maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, buikkrampen en diarree. Colchicine is beschikbaar in de vorm van tabletten. Medicijnen voor reumatische aandoeningen 35 Afhankelijk van de reden van het gebruik, duurt de toepassing enkele dagen (acute jichtaanval) of enkele weken (preventie volgende jichtaanval). Allopurinol remt de omzetting van purine in urinezuur en verlaagt zodoende de productie van urinezuur. Het is nodig om de tabletten dagelijks in te nemen om de beschermende werking tegen jichtaanvallen te behouden. Dit gebeurt onder regelmatige controle van de concentratie urinezuur van het bloed en van de werking van de nieren. Allopurinol kan namelijk een negatief effect hebben op de nierfunctie. als werkzame stof, terwijl Aleve® het NSAID naproxen bevat. En zo zijn er nog een aantal. Let daarom goed op de bijsluiter als u een receptvrij medicijn gebruikt. Komt de werkzame stof daarin overeen met een medicijn dat uw arts heeft voorgeschreven, gebruik het zelfzorgmiddel dan niet, tenzij uw arts dit heeft goedgevonden. Combineer ook geen NSAID-bevattende zelfzorgmiddelen met een ander NSAID dat u heeft voorgeschreven gekregen. Ook dan kunnen deze middelen elkaars werking versterken en bijwerkingen veroorzaken. In hoofdstuk 7 kunt u gemakkelijk terugvinden welke werkzame stof(fen) er in receptmedicijnen zitten. Indien allopurinol niet toepasbaar is, is benzbromaron bruikbaar om de kans op een jichtaanval te verminderen door verlaging van het urinezuurgehalte. Benzbromaron verhoogt de uitscheiding van urinezuur via de nieren in de urine. Het effect van benzbromaron op de hoeveelheid urinezuur in het bloed is pas na enkele weken merkbaar. Benzbromaron is beschikbaar in de vorm van tabletten voor dagelijks gebruik. Mensen met een ernstige leveraandoening of zeer slecht werkende nieren mogen niet met dit middel worden behandeld vanwege de kans op ernstige bijwerkingen. Ook bij de behandeling met benzbromaron is het nodig om regelmatig de concentratie urinezuur in het bloed en de werking van de nieren te controleren. Welke medicijnen verdienen de voorkeur? In de andere delen uit de serie MedicijnenKompas staat op deze plaats vermeld welke medicijnen de voorkeur hebben bij de behandeling. In dit deel is de voorkeur voor bepaalde medicijnen of groepen medicijnen al aangegeven in hoofdstuk 3 onder de kopjes ‘Behandeling met medicijnen’ bij ieder ziektebeeld. Pas op met sommige zelfzorgmiddelen Indien u medicijnen tegen reumatische aandoeningen en/of jicht krijgt voorgeschreven, wees dan voorzichtig met zelfzorgmiddelen die u zonder recept bij de drogist of de apotheek kunt krijgen. Sommige zelfzorgmiddelen bevatten namelijk dezelfde werkzame stof of een sterk verwante werkzame stof als de medicijnen die op recept verkrijgbaar zijn. Als u beide dan tegelijkertijd gebruikt, kan soms een gevaarlijke situatie ontstaan. De totale hoeveelheid van het medicijn dat u binnenkrijgt, kan dan hoger zijn dan de arts heeft bedoeld. Hierdoor neemt de kans op (ernstige) bijwerkingen toe. Dit risico bestaat bij pijnstillers, zoals paracetamol, en een aantal NSAID’s. Vaak herkent u de aanwezigheid van een pijnstiller of een NSAID niet aan de merknaam van het zelfzorgmiddel. Bijvoorbeeld: het zelfzorgmiddel Panadol® bevat paracetamol 36 MedicijnenKompas Medicijnen voor reumatische aandoeningen 37 6. Veelgestelde vragen over reumatische aandoeningen gebruik bevordert het optreden van jichtaanvallen. Het is voor mensen met jichtaanvallen dan ook verstandig om hun inname van alcohol te matigen of te stoppen. Ik ben 45 jaar en heb al maanden last van pijn in mijn rechterknie. Voor zover ik me kan herinneren, heb ik me niet aan mijn knie gestoten en ben ik ook niet gevallen. Is dit het begin van reuma? Mijn huisarts heeft me verteld dat ik artrose in mijn hand heb. Ik kan daarvoor paracetamol gebruiken als ik last heb van pijn, zegt hij. Zijn er ook nog andere dingen die ik kan doen om de klachten te verminderen? Er zijn tal van mogelijke oorzaken voor pijn in een gewricht, zoals bij u nu in uw knie. Reuma, ofwel reumatoïde artritis, is er daar maar één van. Een andere aandoening die vaak pijn in de knie veroorzaakt, is artrose, maar er zijn er nog veel meer. Als u al zo lang last hebt van uw knie en u kunt geen duidelijke oorzaak aanwijzen, dan is het verstandig contact op te nemen met uw huisarts. Deze zal u waarschijnlijk vrij snel kunnen vertellen wat de oorzaak van uw klachten is en zonodig een passende behandeling instellen. Mocht u veel last hebben van de pijn, dan kunt u eventueel alvast paracetamol gebruiken om de pijn te verminderen. Leest u wel goed de bijsluiter en gebruik per keer niet meer dan echt nodig is en nooit meer dan de aangegeven maximale hoeveelheid per dag. Misschien stelt het u gerust te weten dat bij reumatoïde artritis vaak de overeenkomstige gewrichten aan beide kanten van het lichaam klachten geven. Omdat u spreekt van klachten in uw rechterknie is de kans op reumatoïde artritis niet zo groot. Gezien de aard en de duur van uw klachten zou het eventueel artrose kunnen zijn, maar zonder verder onderzoek door de huisarts is dat niet met zekerheid te zeggen. Mensen met artrose kunnen zeker een aantal dingen zelf doen om de klachten te verminderen of een terugkeer van de klachten te voorkomen. Het is belangrijk om het betreffende gewricht in beweging te houden. Ook het doen van spieroefeningen om het gebied rondom het gewricht te versterken, is belangrijk. Daardoor kan het gewricht meer belasting verdragen zonder dat het pijn gaat doen. Mensen die te zwaar zijn en last hebben van artrose in een heup of een knie, doen er goed aan af te vallen. Ook een wandelstok kan overbelasting van deze gewrichten helpen verminderen. Soms is het verstandig van beroep te wisselen of een andere hobby te kiezen als dit belasting van het aangedane gewricht (in uw geval uw handen) voorkomt. Koude of warme kompressen kunnen soms helpen de klachten te verlichten. Als uw artroseklachten u verhinderen bepaalde bewegingen te maken, zou fysiotherapie een oplossing kunnen zijn. Kunnen gewrichten slijten door te veel bewegen? Artrose is geen slijtage van een gewricht als gevolg van een te intensief gebruik, behalve bij bijzondere omstandigheden, zoals bij topsporters. Het is zeker niet goed voor mensen met artrose om stil te gaan zitten om de gewrichten te ontzien. Het is juist goed om zo veel mogelijk in beweging te blijven en de gewrichten soepel te houden. Activiteiten als fietsen, zwemmen en wandelen zijn meestal heel geschikt voor mensen met artrose. Ik heb al een paar keer een jichtaanval in mijn grote teen gehad. Daarvoor ben ik bij mijn huisarts geweest. Deze heeft me aangeraden minder vlees en eieren te eten. Wat heeft dat nu met jicht te maken? Ik heb last van artrose in één van mij heupen. Eerst heb ik paracetamol geprobeerd tegen de pijn, maar dat hielp niet. Nu heeft mijn huisarts me onlangs diclofenac voorgeschreven. Hiermee krijg ik de pijn ook niet goed onder controle. In mijn medicijnkastje heb ik nog wel wat Advil® staan. Kan het kwaad er daar af en toe eentje van te nemen om de pijn helemaal weg te krijgen? Hoewel het begrijpelijk is dat u zo veel mogelijk pijnvrij wilt zijn, is dit geen goed idee! Het is zelfs ten sterkste af te raden. Advil® bevat ibuprofen en dat is, net als diclofenac, een NSAID. Als u beide middelen tegelijkertijd gebruikt, bestaat de kans dat uw totale dosis NSAID (diclofenac en ibuprofen) zo hoog wordt dat u meer last krijgt van bijwerkingen. Sommige bijwerkingen van NSAID’s zijn ernstig. Het is verstandiger om weer contact op te nemen met uw huisarts. Misschien kan die iets aan uw behandeling veranderen, zodat de pijn wel onder controle blijft. Misschien is het mogelijk om de dosering diclofenac nog wat te verhogen of kunt u een ander NSAID proberen. Op eigen initiatief andere medicijnen gebruiken – naast de door uw arts voorgeschreven medicijnen – kan gevaarlijk zijn. Overleg daarom altijd met uw arts of apotheek. In een gewricht (in uw geval een teengewricht) kunnen zich kristallen van urinezuur vormen. Dit kan een jichtaanval uitlokken. Eten van eiwitrijk voedsel, zoals vlees en eieren, stimuleert de vorming van deze kristallen. Daarom is het aan te raden matig te zijn met het eten hiervan. Ook overmatig alcohol38 MedicijnenKompas Veelgestelde vragen over reumatische aandoeningen 39 Mijn vader heeft al jaren reuma en loopt daarvoor bij de reumatoloog. Hij moet geregeld voor controle op de poli komen. Nu mijn vader wat ouder wordt, ziet hij vaak op tegen de reis naar het ziekenhuis. Kan de huisarts de controles van zijn reuma niet overnemen? zwak. Glucosamine is trouwens ook nog steeds zonder recept te koop. Vanwege de geringe kans op (lichte) bijwerkingen vond men het niet zinvol er een receptmedicijn van te maken. Het is wel aan te bevelen eerst met uw arts te overleggen als u glucosamine zou willen gaan gebruiken. De reumatoloog ziet regelmatig uw vader die hij behandelt met DMARD’s. Die werken vaak goed bij reumapatiënten, maar zijn in de medische praktijk niet de eenvoudigste middelen om te gebruiken. De meeste DMARD’s hebben nogal wat bijwerkingen en de gunstige werking op het ziekteproces in de gewrichten ebt soms weg. Om deze redenen behoudt de reumatoloog altijd de supervisie. Om de behandeling zo goed mogelijk te laten verlopen, ook op de lange termijn, is het nodig dat de reumatoloog zo af en toe de patiënt ziet. Die kan dan zo nodig de behandeling bijsturen om te voorkomen dat het ziekteproces in de gewrichten weer actief wordt. Dit voorkomt schade aan de gewrichten of verergering van bestaande schade. Ook zijn er regelmatig nieuwe onderzoeksresultaten die de reumatoloog in de praktijk kan toepassen ter verbetering van de behandeling. Waarom is het nodig om een corticosteroïd in mijn kniegewricht te spuiten, terwijl ik al een corticosteroïd slik. Ik heb reumatoïde artritis. Het is soms nodig om mensen met reumatoïde artritis kortdurend met corticosteroïden te behandelen. Soms is dat omdat de behandeling met een DMARD nog geen effect heeft. Het kan ook zijn dat het ziekteproces tijdelijk opvlamt ondanks een goed ingestelde behandeling met DMARD’s. De behandeling met corticosteroïden kan op verschillende manieren gebeuren: door het slikken van tabletten of capsules, door inspuiting in een spier of direct in het aangedane gewricht. Het aangedane gewricht is de plaats waar de ontstekingsremmende werking van het corticosteroïd nodig is. Soms lukt het niet goed om door het slikken van een corticosteroïd voldoende van het middel in het gewricht te krijgen. Dan kan een eenmalige injectie rechtstreeks in het gewricht helpen de werking van het ingenomen corticosteroïd te versterken. Ik heb gelezen dat glucosamine officieel geregistreerd is als medicijn voor de behandeling van artrose. Houdt dit in dat de overheid nu erkent dat glucosamine echt werkt? Glucosamine is bij velen bekend als voedingssupplement. In september 2005 heeft het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen glucosamine officieel geregistreerd voor verlichting van de symptomen van artrose van de knie. Dit houdt in dat glucosamine nu officieel als medicijn voor deze toepassing op de markt mag worden gebracht. Dit betekent echter niet dat het ook bij iedereen met artrose van de knie werkt. Het bewijs van de werkzaamheid is daarvoor te 40 MedicijnenKompas Veelgestelde vragen over reumatische aandoeningen 41 Beschrijvingen medicijnen 7. Informatie over de afzonderlijke medicijnen Beschrijvingen Van alle afzonderlijke medicijnen uit de hiervoor genoemde groepen medicijnen vindt u beschrijvingen in dit MedicijnenKompas. Titel De naam van de werkzame stof is de titel van elke medicijnbeschrijving in dit MedicijnenKompas. Deze beschrijvingen staan in alfabetische volgorde. De beschrijving heeft betrekking op alle toedieningsvormen en sterkten van het medicijn, tenzij anders is vermeld. Naam De naam, toedieningsvorm en sterkte kunt u vinden op de verpakking van het medicijn of op het etiket op de verpakking. De naam van de werkzame stof van het medicijn staat vaak vermeld in kleine letters onder de merknaam die de fabrikant aan het middel heeft gegeven. Het kan ook zijn dat alleen de naam van de werkzame stof staat vermeld. Het betreft dan een merkloos medicijn dat hetzelfde van samenstelling is en even goed als het overeenkomstige merkmedicijn. De naam van de werkzame stof staat altijd in de bijsluiter van de fabrikant. Bijsluiter De informatie in deze medicijnbeschrijvingen vormt een selectie uit wat bij het ter perse gaan van dit boek bekend was over dit medicijn. De informatie is bedoeld als aanvulling op de bijsluiter van de fabrikant/importeur. Daarom komt deze ook niet in plaats van de bijsluiter en ook niet in plaats van de instructies die u van uw arts hebt gekregen. Als u een bepaald medicijn gaat gebruiken, is het aan te raden ook altijd de bijsluiter te lezen. In de bijsluiter vindt u het adres van de fabrikant. Hebt u de bijsluiter niet meer? Op de website van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (zie achterin het boekje) kunt u de meeste bijsluiters terugvinden. Hebt u vragen over uw medicijn, raadpleeg dan uw huisarts of apotheker. Informatie over de afzonderlijke medicijnen 45 Welke informatie komt u bij de medicijnbeschrijvingen tegen? Titel De titel van de medicijnbeschrijving is de naam van het werkzame bestanddeel. De beschrijving heeft betrekking op alle toedieningsvormen en sterkten van het medicijn. Merknamen Hier worden de namen genoemd waaronder het middel in Nederland verkrijgbaar is. Achter de merknamen wordt tussen haken de fabrikant vermeld. Soms wordt een medicijn uit andere Europese landen naar Nederland geïmporteerd. Het kan dan een andere naam hebben dan de Nederlandse naam. Deze namen zijn niet opgenomen in de medicijnbeschrijvingen. U vindt op de buitenlandse verpakkingen echter een etiket met de Nederlandse naam erop. Samenstelling In de rubriek Samenstelling vindt u welke toedieningsvormen er zijn en hoeveel werkzame stof deze bevatten. Als er bijzondere toedieningsvormen op de markt zijn, wordt bij deze toedieningsvorm toegelicht wat er speciaal aan is. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om tabletten die de werkzame stof langzaam afgeven. De hulpstoffen, dit zijn alle andere bestanddelen in het product dan de werkzame stof, worden hier niet beschreven. Deze kunnen namelijk verschillen per merk of fabrikant. Als u overgevoelig bent voor bepaalde hulpstoffen, zoals gluten of conserveermiddelen, kijk dan altijd in de bijsluiter of raadpleeg uw apotheker. Verkrijgbaarheid Hier staat of het middel alleen op recept kan worden verkregen of dat u het ook zonder recept bij de apotheek of drogist kunt kopen. Toepassing In deze rubriek staat tot welke groep geneesmiddelen het medicijn behoort en bij welke aandoeningen het wordt toegepast. Werking In deze rubriek wordt beschreven hoe het middel werkt, wat het effect van het middel is, waar u dat eventueel aan kunt merken en na hoeveel tijd de werking maximaal is. 46 MedicijnenKompas Bijwerkingen Naast het gewenste effect kunnen medicijnen bijwerkingen geven. Of u last krijgt van een bijwerking, is niet van tevoren te voorspellen. Iedereen reageert namelijk anders op een medicijn. Wel is het zo dat sommige bijwerkingen vaker voorkomen dan andere. Er wordt aangegeven of een bijwerking zeer vaak, vaak, soms, zelden of zeer zelden optreedt. In het algemeen treden bijwerkingen minder vaak op dan mensen denken. De kans is zelfs groot dat u helemaal geen bijwerkingen krijgt. Ook zult u nooit last krijgen van álle bijwerkingen die worden genoemd. Met een bijwerking die zeer vaak optreedt, wordt bedoeld dat de bijwerking ontstaat bij meer dan 10% van de mensen. Vaak betekent dat de bijwerking optreedt bij 1 tot 10% van de mensen en soms is bij 0,1 tot 1% van de mensen. Bij zelden en zeer zelden staan bijwerkingen die maar heel weinig voorkomen (tussen 1 op 1.000 en 1 op 10.000 mensen (zelden) of bij minder dan 1 op 10.000 mensen (zeer zelden)). De kans dat u een dergelijke bijwerking krijgt, is dus heel klein. Omdat het echter om ernstige bijwerkingen kan gaan, staan ze hier wel genoemd. In deze rubriek staan overigens niet alle bijwerkingen genoemd, maar alleen degene die vrij vaak voorkomen, waar u iets aan kunt doen of die ernstig zijn. Oppassen bij Sommige medicijnen mogen niet worden gebruikt, of alleen na bepaalde voorzorgsmaatregelen, als daar medische redenen voor zijn, bijvoorbeeld als u ook aan een andere aandoening lijdt. Als dit het geval is, staan deze aandoeningen genoemd in deze rubriek. Het is belangrijk dat uw huisarts ervan op de hoogte is als u andere medische aandoeningen heeft, zodat de huisarts daar rekening mee kan houden bij het voorschrijven van een medicijn. Wisselwerking In de apotheek, en soms ook al bij de huisarts, wordt gecontroleerd of de medicijnen die u krijgt wel goed samengaan met andere medicijnen die u gebruikt. Sommige medicijnen kunnen elkaars werking namelijk beïnvloeden, waardoor u bijvoorbeeld een groter risico loopt van bijwerkingen. In deze rubriek zijn alleen de belangrijkste wisselwerkingen opgenomen die van het medicijn bekend zijn. Ook staat er wat u moet doen als u deze combinatie toch voorgeschreven heeft gekregen. Onder bepaalde voorwaarden kunnen de middelen namelijk soms toch naast elkaar worden gebruikt. Informatie over de afzonderlijke medicijnen 47 Rijvaardigheid Alcohol Voedsel Zwangerschap Borstvoeding Sommige medicijnen verminderen het reactievermogen. Dan is het niet verstandig om auto te rijden of andere klussen te doen waarbij u alert moet zijn en snel moet kunnen reageren, zoals bij het bedienen van een machine. Ook kunnen duizeligheid of wazig zien bijwerkingen zijn van sommige medicijnen. Als u last krijgt van een dergelijke bijwerking, is het beter geen voertuig te besturen. Kinderen rijden natuurlijk geen auto, maar deze rubriek kan toch ook van belang zijn bij medicijnen die worden gebruikt door kinderen. Dan is bijvoorbeeld voorzichtigheid geboden bij spelen op een klimrek. In deze rubriek wordt antwoord gegeven op de veelgestelde vraag of alcohol mag worden gebruikt bij dit medicijn. Bij bepaalde medicijnen kunt u immers beter geen alcohol gebruiken, terwijl dit bij andere medicijnen geen probleem is. Behalve met andere medicijnen kunnen medicijnen ook een wisselwerking hebben met bepaalde voedingsmiddelen. Tijdens het gebruik van sommige medicijnen mag u bijvoorbeeld geen grapefruitsap drinken of grapefruit eten. Ook mogen sommige middelen niet worden ingenomen met melk. Dergelijke informatie is opgenomen in de rubriek Voedsel. Medicijnen moeten altijd met voorzichtigheid worden gebruikt als u zwanger bent of zwanger wilt worden. De kans bestaat namelijk dat het middel ook in het lichaam van het ongeboren kind terechtkomt en daar schade aanricht. Zorg daarom dat de huisarts en apotheek ervan op de hoogte zijn als u zwanger bent. Sommige medicijnen kunnen gewoon worden gebruikt tijdens de zwangerschap, met andere moet u oppassen, en sommige middelen zijn echt niet veilig. Sommige medicijnen komen in de moedermelk terecht en kunnen via deze weg het kind bereiken bij het geven van borstvoeding. Het kind kan dan last krijgen van bijwerkingen. Of een middel wordt uitgescheiden in de borstvoeding en of dat schadelijk is voor de baby, kunt u in deze rubriek lezen. Gebruik Hoe 48 Hoe moet ik dit middel gebruiken? In deze rubriek vindt u het antwoord op deze vraag. Sommige tabletten mag u bijvoorbeeld niet kauwen en bij andere tabletten is dat geen probleem. MedicijnenKompas Wanneer Hier staat bijvoorbeeld of het van belang is het middel in te nemen op een nuchtere maag, of misschien juist na het eten. Hoe lang In deze rubriek vindt u hoe lang u het middel waarschijnlijk moet gebruiken. Is het een kuurtje van een aantal dagen of moet u het de rest van uw leven gebruiken? Gebruikelijke dosering Hier vindt u welke doseringen meestal worden gebruikt. Dit kan verschillend zijn per toedieningsvorm. Het kan echter zijn dat uw arts bewust afwijkt van deze gebruikelijke dosering. Kijk daarom ook altijd op het etiket van de apotheek voor de dosering. Dosis vergeten? In deze rubriek staat wat u moet doen als u een dosis bent vergeten in te nemen. Kunt u het middel alsnog innemen, of is het beter de dosis over te slaan? Dit hangt onder meer af van hoe vaak u het middel per dag gebruikt, of het middel met voedsel moet worden ingenomen en of het middel snel schadelijk is in een hoge dosis. De tijden die hierin staan genoemd, zijn geen strakke grenzen, maar zijn bedoeld als richtlijnen. Stoppen Met de meeste middelen kunt u in één keer stoppen met het gebruik, zonder bijverschijnselen. Bij sommige middelen kunnen echter ontwenningsverschijnselen optreden als u abrupt stopt met het middel. Dan is het beter om af te bouwen. Bij andere middelen is het belangrijk de kuur af te maken. Dergelijke informatie vindt u in deze rubriek. Plaatsbepaling in de behandeling Wat is het onafhankelijk oordeel over de waarde van dit middel? Wat is de plaats van het medicijn in de behandeling? Zijn er alternatieven die de voorkeur verdienen? Wanneer het medicijn niet is aan te raden, is de plaats­ bepaling vetgedrukt weergegeven. Kosten per maand In deze rubriek staan de kosten van het medicijn vermeld. Het bedrag is gebaseerd op de kosten per maand bij een gemiddeld gebruik van het middel. Het betreft de inkoopprijs die de apotheek in rekening mag brengen (vergoedingsprijs). Op de rekening van de apotheek vindt u daarnaast nog een vast bedrag van ongeveer e 6,- voor het werk dat de apotheek verricht en 6% BTW. De prijzen zijn van november 2005 en kunnen veranderen. Informatie over de afzonderlijke medicijnen 49 Vergoeding 50 In deze rubriek staat vermeld of u het medicijn van uw verzekeraar vergoed krijgt. Soms gelden bepaalde voor­ waarden waaraan u moet voldoen om het middel vergoed te krijgen. Soms moet u voor het medicijn bijbetalen. Het officiële bijbetalingsbedrag (november 2005) wordt dan vermeld. In de praktijk kan het echter zijn dat u minder of niet hoeft bij te betalen. MedicijnenKompas Adalimumab Merknaam Humira (fabrikant: Abbott) Samenstelling Humira bevat 50 mg adalimumab per ml injectievloeistof (= 40 mg per injectie). Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis, artritis psoriatica. Werking Adalimumab remt de zogenaamde tumor necrosis factor TNF-alfa, een eiwit dat een rol speelt bij ontstekingen. Hierdoor vermindert de ontsteking en wordt de reumatoïde artritis afgeremd. Adalimumab hoort tot de zogenaamde DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen. DMARD’s hebben geen direct effect op de pijn en kunnen de ziekte ook niet genezen, maar ze kunnen de ziekte wel rustiger maken, waardoor klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd kunnen afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Bijwerkingen Zeer vaak: Pijn op de injectieplaats. Dit treedt vooral op in de eerste maand. Daarna wordt deze bijwerking meestal minder. Vaak: • Jeuk, zwelling, bloeding en infectie op de injectieplaats. • Infecties van de luchtwegen, zoals verkoudheid, hoesten of voorhoofdsholte-ontsteking of urinewegen. Dit komt omdat de lichaamseigen afweer is verminderd. Krijgt u last van koorts of een infectie, raadpleeg dan altijd uw arts. Zelden ontstaat een ernstige infectie in het bloed; dit kan soms pas na enkele weken gebruik merkbaar worden. • Hoofdpijn, duizeligheid, vermoeidheid. • Maagdarmklachten, buikpijn, diarree. Zelden: • Allergische reacties met onder andere jeuk of galbulten, koorts, zelden ernstige allergie met benauwdheid of flauwvallen. Zelden ontstaat ‘angiooedeem’: een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel. U kunt hierbij erg benauwd worden. Als het ontstaat moet u onmiddellijk een arts opzoeken of naar de eerstehulpdienst gaan. Meld de overgevoeligheid ook in uw apotheek; het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit middel niet opnieuw krijgt. Adalimumab 51 • Afwijkingen in het bloed. Deze kunnen na enkele weken tot maanden ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Als u keelpijn, koorts en blaren in de mond krijgt, of als u snel blauwe plekken krijgt, waarschuw dan uw arts. Dit kan een aanwijzing zijn voor een mogelijke bloedafwijking. • Zenuwafwijkingen. Bij mensen met multiple sclerose (MS) of bestaande oogzenuwafwijkingen kunnen de klachten verergeren. Oppassen bij Wisselwerking • Matig of ernstig hartfalen. Dan mag u dit middel niet gebruiken. • Als u een infectie heeft, mag u niet beginnen met de behandeling. Dit middel vermindert uw afweer tegen infecties, waardoor deze uit de hand kunnen lopen. De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin en BCG-vaccin. Adalimumab vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Overleg hierover met uw arts. Als u gevaccineerd wordt, reageert het lichaam namelijk met een afweerreactie tegen het vaccin. Adalimumab remt deze afweerreactie. Rijvaardigheid Bij dit medicijn kunt u last krijgen van duizeligheid. Als u dit merkt, rijd dan geen auto. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Het is niet bekend of dit middel in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk is voor de baby. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. 52 MedicijnenKompas Gebruik Hoe Maak de injectie volgens de instructie in de verpakking klaar. Adalimumab wordt vlak onder de huid ingespoten, volgens de instructie bij de verpakking. Kies steeds een andere injectieplaats, bijvoorbeeld in de dij, de buik of de achterkant van de bovenarm. Wanneer De injectie wordt eens per twee weken gegeven, soms één keer per week. Noteer in uw agenda wanneer u de injectie moet gebruiken. Kies hiervoor een vaste dag van de week. U vergeet dan minder snel een dosis. Hoe lang Binnen drie maanden na de eerste injectie moet duidelijk merkbaar zijn dat het middel werkt. Indien het niet werkt, heeft verdere toediening geen zin. Als het middel wel werkt, kan het langdurig worden gebruikt. Gebruikelijke dosering 40 mg (= 0,8 ml) eenmaal per twee weken. Maximumdosering: 40 mg elke week. Dosis vergeten? U gebruikt adalimumab eens per twee weken: Als u de injectie vergeet, kunt u deze alsnog toedienen zodra u erachter komt. De volgende injectie kunt u gewoon op de gebruikelijke dag toedienen. Is er echter meer dan een week verstreken voor u erachter kwam, overleg dan met uw arts wanneer u het beste de volgende injectie kunt nemen. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De gewrichtsontsteking en de klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Bij reumatoïde artritis komt voor patiënten die onvoldoende baat hebben bij optimale doseringen van sulfasalazine en methotrexaat een behandeling met een TNF-alfa-blokkerend middel, zoals adalimumab, in aanmerking. Er is op dit moment geen reden om hierbij een voorkeur uit te spreken voor één van de TNF-alfa-blokkerende middelen. Van adalimumab zijn nog niet zo veel gegevens bekend. Het verdient de voorkeur het middel in combinatie met methotrexaat toe te passen, behalve als de patiënt dat niet kan verdragen. Indien de patiënt niet binnen drie maanden effect ondervindt van adalimumab, moet de behandeling worden gestaakt. Het middel dient alleen te worden voorgeschreven door of op aanwijzing van een reumatoloog. Adalimumab 53 Kosten per maand e 1.084,77 (november 2005) Allopurinol Vergoeding (vanaf Aan de vergoeding is de volgende voorwaarde verbonden: januari 2006) uitsluitend voor een verzekerde met a) actieve reumatoïde artritis die onvoldoende baat of te veel bijwerkingen ondervindt bij de behandeling met diverse DMARD’s. Daartoe behoort ten minste methotrexaat, behalve als dat niet toepasbaar is, of met b) actieve en progressieve artritis psoriatica die onvoldoende baat of te veel bijwerkingen ondervindt bij de behandeling met diverse DMARD’s en die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Verder dient adalimumab te zijn voorgeschreven door een arts die het middel volgens richtlijnen van zijn beroepsgroep voorschrijft. 54 MedicijnenKompas Merknaam Allopurinol Tabletten (diverse fabrikanten) Apurin (fabrikant: Sandoz) Zyloric (fabrikant: GlaxoSmithKline) Samenstelling Allopurinol Tabletten bevatten 100 of 300 mg. Apurin bevat 100 mg per tablet. Zyloric bevat 100, 200 of 300 mg per tablet. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Bij jicht, ter voorkoming van jichtaanvallen. Werking Allopurinol remt de omzetting van purine (een bouwsteen van DNA dat u binnenkrijgt met de voeding) in urinezuur en verlaagt zodoende de productie van urinezuur. Hierdoor vermindert in de loop van enkele weken de hoeveelheid urinezuur in het bloed. Het effect merkt u dus niet meteen. Toch is het belangrijk om dit middel elke dag in te nemen. Alleen dan kan allopurinol de hoeveelheid urinezuur laag houden. Bijwerkingen Soms: Jeuk of huiduitslag. Raadpleeg uw arts, aangezien dit kan wijzen op overgevoeligheid. Zeer zelden treedt ernstige overgevoeligheid op. Blijkt u overgevoelig, geef dat dan aan de apotheek door. U mag dit middel in de toekomst niet meer gebruiken. Het apotheekteam kan erop letten dat u het middel niet opnieuw krijgt. In het begin van de behandeling kan dit middel juist een jichtaanval uitlokken. Dit is meestal geen reden om te stoppen met de behandeling. Raadpleeg wel uw arts als een aanval optreedt. De arts kan u dan een medicijn tegen de aanval voorschrijven. Zelden: Maag- of darmklachten. Dit vermindert meestal als u na enkele dagen gewend bent geraakt aan het middel. U kunt deze klachten voorkomen door het middel na het eten in te nemen. Loskomende nierstenen. Dit geeft pijn bij plassen of niersteenkolieken. Dit kan gebeuren als u nierstenen heeft (misschien zonder dat te weten). De nierstenen komen los, omdat hun grootte door dit middel kan afnemen. Allopurinol 55 Zeer zelden: • Duizeligheid, slaperigheid, klachten met zien. • Bloedafwijkingen. Als u plotseling onverklaarbare koorts, keelpijn, blauwe plekken of bloedingen krijgt, moet u het gebruik staken en meteen uw arts waarschuwen. Oppassen bij Wisselwerking • Nierfunctiestoornissen. Uw arts zal dan een lagere dosering geven. • Leverfunctiestoornissen. Uw arts zal uw lever dan (extra) controleren. • Als u overgevoelig bent voor dit middel, mag u het niet gebruiken. • De bloedverdunners acenocoumarol en fenprocoumon. Allopurinol kan de werking van de bloedverdunner versterken. Vertel de trombosedienst dat u allopurinol gebruikt of heeft gebruikt. Geef ook aan als u meer of minder allopurinol bent gaan slikken. • Azathioprine. Allopurinol kan de werking en bijwerkingen van azathioprine verhogen. De arts zal de dosering van azathioprine daarom verlagen. Als u toch last krijgt van keelpijn en koorts, moet u contact opnemen met uw arts, misschien is de dosis toch te hoog. • Mercaptopurine, een middel gebruikt bij kanker (leukemie). Allopurinol versterkt de werking van dit middel. De bijwerkingen kunnen toenemen. Raadpleeg uw arts. Deze zal de dosering mercaptopurine waarschijnlijk moeten aanpassen. • Theofylline, een middel gebruikt bij astma en COPD. Allopurinol versterkt de werking van dit middel. De bijwerkingen kunnen toenemen. Raadpleeg uw arts. Deze zal de dosering theofylline waarschijnlijk moeten aanpassen. • Er zijn veel medicijnen die de hoeveelheid urinezuur in het bloed kunnen verhogen, zoals plasmiddelen. Vertel uw apotheek dat u aanleg voor jicht heeft. Zij kunnen er dan op letten dat u niet zonder meer een medicijn krijgt dat een jichtaanval kan uitlokken. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Alcohol vermindert de uitscheiding van urinezuur door de nieren, waardoor jicht kan verergeren. Gebruik daarom weinig of geen alcohol, maar drink wel veel water (2 tot 3 liter per dag). Voedsel Sommige eiwitrijke voedingsmiddelen kunnen, ondanks de allopurinol, de hoeveelheid urinezuur in het bloed verhogen. Vraag eventueel een diëtist om advies. 56 MedicijnenKompas Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit middel komt in de moedermelk terecht. Het is niet bekend of dit schadelijk is voor de baby. Gebruik Hoe Innemen met een glas water. Drink veel tijdens de behandeling (2 tot 3 liter vocht per dag). Wanneer • Neem dit middel tijdens of vlak na het eten in. Dan heeft u minder kans op maagklachten. • Begin de behandeling niet als u net een jichtaanval heeft. Allopurinol kan namelijk in het begin van de behandeling juist een jichtaanval verergeren. Meestal adviseert de arts om tot enkele weken na een aanval te wachten. Hoe lang Het kan enkele maanden duren voor u merkt dat minder jichtaanvallen optreden. De arts zal regelmatig uw bloed controleren op hoeveelheid urinezuur en op de werking van de nieren. Als bij u regelmatig jicht optreedt, moet u dit middel vaak uw hele leven blijven gebruiken. Gebruikelijke dosering Afhankelijk van de ernst van de jicht 100-900 mg per dag. Dosis vergeten? • Als u dit middel één keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u dit middel drie keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan drie uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan drie uur? Sla de vergeten dosis dan over. Allopurinol 57 Stoppen Plaatsbepaling in de behandeling U kunt op ieder moment in één keer met het gebruik van dit middel stoppen. De hoeveelheid urinezuur kan dan wel weer omhooggaan en opnieuw een jichtaanval veroorzaken. Stop dus alleen in overleg met uw arts. Allopurinol is het middel van eerste keuze bij jicht die gepaard gaat met een verhoogde productie van urinezuur. Kosten per maand e 5,19 – e 6,42 (november 2005) Vergoeding (november 2005) 58 Allopurinol wordt volledig vergoed. MedicijnenKompas Anakinra Merknaam Kineret (fabrikant: Amgen) Samenstelling Kineret bevat 150 mg anakinra per ml injectievloeistof (= 100 mg per injectie). Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis. Werking Anakinra onderdrukt afweerreacties van het lichaam. Het behoort tot de DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen en de ziekte rustiger maken. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. De werking is meestal binnen twee weken merkbaar en is optimaal binnen drie maanden. Bijwerkingen Zeer vaak: • Roodheid, jeuk en zwelling op de plaats van injectie. Deze verschijnselen zijn voorbijgaand en na een maand verminderen deze bijwerkingen meestal. • Hoofdpijn. Vaak: • Infecties van de luchtwegen, gewrichten, botten of huid. Dit komt omdat de lichaamseigen afweer is verminderd. Na stoppen van de behandeling met anakinra verdwijnt het meestal weer. Soms kan daarna de behandeling weer worden hervat. Krijgt u last van koorts of een infectie, raadpleeg dan altijd uw arts. • Afwijkingen in het bloed. Deze kunnen na enkele weken tot maanden ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Als u keelpijn, koorts en blaren in de mond krijgt, of als u snel blauwe plekken krijgt, waarschuw dan uw arts. Dit kan een aanwijzing zijn voor een mogelijke bloedafwijking. Oppassen bij • Ernstige nierfunctiestoornissen. U mag dit middel dan niet gebruiken. • Als u overgevoelig bent voor dit middel, mag u het niet gebruiken. Anakinra 59 Wisselwerking De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin en BCG-vaccin. Anakinra vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Overleg hierover met uw arts. Als u gevaccineerd wordt, reageert het lichaam namelijk met een afweerreactie tegen het vaccin. Anakinra remt deze afweerreactie. Dosis vergeten? U gebruikt dit middel één keer per dag: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal injecteert? Dien de vergeten injectie dan alsnog toe. Duurt het nog minder dan acht uur? Neem dan contact op met uw arts. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De gewrichtsontsteking en de klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Plaatsbepaling in de behandeling Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Het is niet bekend of dit middel in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Bij reumatoïde artritis gaat in eerst instantie de voorkeur uit naar sulfasalazine of methotrexaat. Voor patiënten die onvoldoende baat hebben of te veel bijwerkingen bij optimale doseringen van sulfasalazine en methotrexaat komt een behandeling met een TNF-alfa-blokkerend middel, zoals etancercept, in aanmerking. Er zijn nog onvoldoende gegevens om de plaats van anakinra vast te kunnen stellen. Anakinra is niet onderzocht in vergelijking tot etanercept. Bij een indirecte vergelijking lijkt het minder werkzaam te zijn. Verder ontbreken gegevens over het voortschrijden van de ziekte die met radiologie zijn vastgesteld en over de veiligheid bij gebruik langer dan een jaar. Het is vereist het middel in combinatie met methotrexaat toe te passen. Anakinra is duur en in prijs vergelijkbaar met etanercept. Het middel dient alleen te worden voorgeschreven door of op aanwijzing van een reumatoloog. Kosten per maand e 1.058,26 (november 2005) Gebruik Hoe Anakinra wordt vlak onder de huid ingespoten. Kies steeds een andere injectieplaats, bijvoorbeeld in de dij, de buik of de achterkant van de bovenarm. Door de injectieplaats te wisselen, heeft u minder kans op pijnlijke rode plekken in de huid. Wanneer De injectie wordt één keer per dag gegeven. Kies steeds hetzelfde moment van de dag om de injectie te gebruiken. U vergeet dan minder snel een dosis. Hoe lang Het kan enkele weken duren voor u iets merkt van het gunstige effect van dit middel. Gebruikelijke dosering 100 mg (= 1 spuit) per dag. 60 MedicijnenKompas Vergoeding (vanaf Aan de vergoeding is de volgende voorwaarde verbonden: januari 2006) uitsluitend voor een verzekerde met actieve reumatoïde artritis die onvoldoende baat ondervindt bij de behandeling met methotrexaat. Verder dient anakinra te zijn voorgeschreven door een arts die het middel volgens richtlijnen van zijn beroepsgroep voorschrijft. Anakinra 61 • Nierbeschadiging. De urine moet daarom elke maand worden gecontroleerd. Indien u bloed in de urine bemerkt, moet u direct contact opnemen met de arts. Zeer zelden: • ‘Angio-oedeem’: een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel. U kunt hierbij erg benauwd worden. Als het ontstaat, moet u onmiddellijk een arts opzoeken of naar de eerstehulpdienst gaan. U mag dit middel in de toekomst niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor auranofine. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit middel niet opnieuw krijgt. • Ontsteking van de darmen, longen, nieren, lever of zenuwstelsel. Deze zijn het gevolg van vergiftigingsverschijnselen met het zware metaal goud. In deze gevallen moet het gebruik vaak worden gestaakt, waarna het goud weer langzaam uit het lichaam verdwijnt. Auranofine Merknaam Ridaura (fabrikant: Yamanouchi) Samenstelling Een tablet Ridaura bevat 3 mg auranofine. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis. Werking Auranofine is een verbinding met ongeveer dertig procent goud. Auranofine behoort tot de DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen en de ziekte rustiger maken. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe auranofine en andere goudpreparaten precies werken bij reuma is echter niet bekend. Bijwerkingen 62 Zeer vaak: • Diarree of zachte ontlasting. Bij ongeveer de helft van de mensen die auranofine gebruiken komt dit voor. Dit is het gevolg van beschadiging van de slijmvliezen aan de binnenkant van de darmen. Als u er te veel last van krijgt, raadpleeg dan uw arts. Eventueel kan door verlaging van de dosering deze bijwerking worden verminderd. • Misselijkheid, buikpijn. U kunt dit vaak voorkomen door de tablet in te nemen tijdens de maaltijd. Vaak: • Huiduitslag en jeuk. Ongeveer één op de vier mensen krijgt last van huiduitslag. Deze is meestal niet zo ernstig dat het gebruik moet worden gestopt. Mensen die last hebben van atopisch eczeem (eczeem door overgevoeligheid) kunnen een verergering van hun klachten krijgen. • Ontsteking van slijmvliezen van mond of ogen. Hierdoor krijgt u last van een pijnlijke mond of ogen. Als u hier last van heeft moet u uw arts raadplegen. • Haaruitval, dit stopt weer als u stopt met dit middel. Soms: • Afwijkingen in het bloed. Deze kunnen na enkele weken tot maanden ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Als u keelpijn, koorts en blaren in de mond krijgt, of als u snel blauwe plekken krijgt, waarschuw dan uw arts. Dit kan een aanwijzing zijn voor een mogelijke bloedafwijking. MedicijnenKompas Oppassen bij • Lever- of nierfunctiestoornissen. Uw lever of nieren moeten dan extra worden gecontroleerd. • Diabetes of hartfalen, die niet goed onder controle zijn met medicijnen. • De darmziekte colitis ulcerosa. U mag dit middel dan niet gebruiken. • Als u recent bestraald bent voor kanker, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u tuberculose heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u de stofwisselingsziekte porfyrie heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u overgevoelig bent voor goudverbindingen, of in het algemeen vaak last heeft van allergische reacties, mag u dit middel niet gebruiken. Wisselwerking Er zijn geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel. Auranofine 63 Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit middel komt in de moedermelk terecht; het is niet bekend of dit schadelijk is voor de baby. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Aurothiomalaat Merknaam Tauredon (fabrikant: Altana) Samenstelling Tauredon bevat 20 of 100 mg natrium-aurothiomalaat per ml injectievloeistof (=10 of 50 mg per injectie). Gebruik Hoe Innemen met een glas water. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Wanneer Neem de tablet in tijdens de maaltijd of met wat voedsel. U heeft dan de minste kans op misselijkheid. Toepassing Reumatoïde artritis en juveniele chronische artritis. Werking Aurothiomalaat is een verbinding, waaruit langzaam goud vrijkomt. Aurothiomalaat behoort tot de DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen en de ziekte rustiger maken. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe aurothiomalaat en andere goudpreparaten precies werken bij reuma is echter niet bekend. Bijwerkingen De kans op bijwerkingen van dit middel is het grootst tussen de derde en de achtste maand van de behandeling. Zeer vaak: • Huiduitslag en jeuk. Ongeveer een kwart van de mensen krijgt last van huiduitslag. Deze kan verergeren onder invloed van zonlicht. Vermijd daarom zonlicht, zonnebank en ander UV-licht. Soms ontstaat er een blauwgrijze verkleuring van de huid, vooral daar waar de huid aan zonlicht is blootgesteld. Mensen die last hebben van atopisch eczeem (eczeem door een gevoelige huid) kunnen een verergering van hun klachten krijgen. De klachten zijn meestal niet zo erg dat de behandeling moet worden gestopt. Soms kan het helpen om de dosering te verlagen of de behandeling tijdelijk te onderbreken. In zeer zeldzame gevallen gaat de huiduitslag over in een ernstige huidontsteking met blaren. Waarschuw dan uw arts. • Ontsteking van slijmvliezen van mond of ogen. Hierdoor krijgt u last van een pijnlijke mond, keel of ogen. Als u hier last van krijgt, moet u uw arts raadplegen. Eventueel kan door verlaging van de dosering deze bijwerking worden verminderd. • Een naar gevoel, kort na inspuiten. U kunt last krijgen van misselijkheid, duizeligheid, hoofdpijn, rood gezicht, zweten, hartkloppingen en een zwak gevoel. Dit verdwijnt weer vanzelf na korte tijd. • Een grijsblauwe verkleuring van de huid, kan vooral voorkomen in huid die aan de zon wordt blootgesteld. Hoe lang Het kan drie maanden duren voor u iets merkt van het gunstige effect van dit middel. Als u na een jaar gebruik geen verbetering van uw klachten merkt, heeft verder gebruik geen zin. Gebruikelijke dosering 6-9 mg per dag, meestal verdeeld in twee doses. Dosis vergeten? • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u dit middel één keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten dosis dan over. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De gewrichtsontsteking en de klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Auranofine dient alleen door of op aanwijzing van een reumatoloog te worden voorgeschreven. Kosten per maand e 35,48 (november 2005) Vergoeding (november 2005) 64 Auranofine wordt volledig vergoed. MedicijnenKompas Aurothiomalaat 65 Vaak: Haarverlies, het haar komt weer terug als u met het middel bent gestopt. Zelden: • Afwijkingen in het bloed. Deze kunnen na enkele weken tot maanden ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Als u keelpijn, koorts en blaren in de mond krijgt, of als u snel blauwe plekken krijgt, waarschuw dan uw arts. Dit kan een aanwijzing zijn voor een mogelijke bloedafwijking. • Nierbeschadiging. De urine moet daarom regelmatig worden gecontroleerd. Indien u bloed in de urine bemerkt, moet u direct contact opnemen met de arts. Zeer zelden: • Ontsteking van de darmen, longen, nieren, lever of zenuwstelsel. Deze zijn het gevolg van vergiftigingsverschijnselen met het zware metaal goud. In deze gevallen moet het gebruik vaak worden gestaakt, waarna het goud weer langzaam uit het lichaam verdwijnt. • Verslechtering van uw gezichtsvermogen. Als u hier last van krijgt, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts. • Ademhalingsproblemen. Als u hier plotseling last van krijgt, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts. Oppassen bij • Blootstelling aan UV- of zonlicht (zie bij Bijwerkingen). • Lever- of nierfunctiestoornissen. Uw lever of nieren moeten dan extra worden gecontroleerd. • Diabetes of hartfalen die niet goed onder controle zijn met medicijnen. • De darmziekte colitis ulcerosa. U mag dit middel dan niet gebruiken. • Als u recent bestraald bent voor kanker, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u tuberculose heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u de stofwisselingsziekte porfyrie heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u overgevoelig bent voor goudverbindingen of in het algemeen vaak last heeft van allergische reacties, mag u dit middel niet gebruiken. Wisselwerking Er zijn van dit middel geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Voedsel U mag alles eten. 66 Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Niet gebruiken tijdens de zwangerschap. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit middel komt in de moedermelk terecht; het is niet bekend of dit schadelijk is voor de baby. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Gebruik Hoe Het toedienen van de injectie gebeurt onder toezicht van een arts of verpleegkundige. Wanneer Dit middel wordt in de eerste twintig weken van de behandeling één keer per week ingespoten in een spier. Indien het middel goed aanslaat, kan de dosering daarna worden verminderd tot één injectie per twee tot vier weken. Kies voor de injectie een vaste dag, dan is het gemakkelijker om te onthouden wanneer u weer een injectie moet krijgen. Hoe lang Het kan drie maanden duren voor u iets merkt van het gunstige effect van dit middel. Als het middel niet helpt na zes maanden, dan heeft verdere toediening geen zin. Gebruikelijke dosering Reumatoïde artritis: Volwassenen: de eerste 20 weken 50 mg eens per week. Bij voldoende effect na 20 weken: 50 mg eens per 2–4 weken. Juveniele chronische artritis: kinderen 6–12 jaar: 1/4 van de volwassenendosering. Onderhoudsdosering 1 mg per kg lichaamsgewicht één- à tweemaal per maand. Dosis vergeten? Neem contact op met uw arts. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De gewrichtsontsteking en de klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Aurothiomalaat dient alleen te worden voorgeschreven door een specialist die ervaring heeft met de behandeling. Kosten per maand e 45,99 – e 157,31 (november 2005) Vergoeding (november 2005) MedicijnenKompas Aurothiomalaat Aurothiomalaat wordt volledig vergoed. 67 Vaak: • Haaruitval. Meestal verdwijnt deze bijwerking vanzelf bij voortgezet gebruik. • Ontsteking van de alvleesklier. Bij plotselinge hevige pijn in bovenbuik moet u direct een arts waarschuwen. Soms: Allergische reacties met onder andere jeuk of galbulten, huiduitslag, griepachtige verschijnselen, koorts, rillingen, spierpijn, benauwdheid of flauwvallen. Stop dan het gebruik en raadpleeg uw arts. U mag dit middel in de toekomst niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor azathioprine. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit middel niet opnieuw krijgt. Soms en alleen bij langdurig gebruik: • Verminderde leverwerking, zeer zelden overgaand in leverbeschadiging. De arts zal regelmatig de leverfunctie controleren. Merkt u een gevoelige, opgezwollen buik of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid, waarschuw dan een arts. Na verlaging van de dosering of na stoppen verdwijnt deze bijwerking weer. • Verhoogde kans op infecties, bijvoorbeeld van de luchtwegen, zoals verkoudheid en hoesten. Dit komt doordat azathioprine de lichaamseigen afweer vermindert en een remmende werking heeft op de productie van nieuwe bloedcellen. De witte bloedcellen zijn namelijk belangrijk voor de afweer. Azathioprine Merknaam Azathioprine Tabletten (diverse fabrikanten) Imuran (fabrikant: GlaxoSmithKline) Samenstelling Azathioprine Tabletten bevatten 25 of 50 mg azathioprine. Imuran bevat 25 of 50 mg azathioprine per tablet. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis en systemische lupus erythematodes (SLE). Werking Reumatoïde artritis: Azathioprine kan gewrichtsontstekingen enigszins remmen. Het behoort tot de DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD's zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen en de ziekte rustiger maken. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe deze werking precies totstandkomt is nog niet bekend. Het effect van azathioprine treedt nooit meteen op, maar meestal pas na twee tot drie maanden. SLE: Azathioprine onderdrukt de ontstekingsverschijnselen bij SLE. Meestal gebruikt u het tijdens een aanval in hoge dosering gedurende enkele dagen tot weken, samen met corticosteroïden. Daarna is een lagere dosering gedurende langere tijd voldoende om de verschijnselen voor een groot deel te onderdrukken. Bijwerkingen 68 Zeer vaak: • Bloedafwijkingen. Dit middel onderdrukt het beenmerg waar de voorlopers van nieuwe bloedcellen worden gemaakt. Met name bij hoge dosering zal er een tekort aan bepaalde bloedcellen ontstaan. Het gevolg is bloedarmoede, meer kans op bloedingen en een verminderde afweer. Dit kan na enkele weken ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Mochten er afwijkingen zijn in het bloed, dan wordt tijdelijk gestopt met azathioprine of de dosis verlaagd. Hierdoor verdwijnt deze bijwerking weer. Krijgt u last van erge keelpijn in combinatie met koorts, regelmatig een bloedneus en snel blauwe plekken, neem dan direct contact op met uw arts. • Maagdarmklachten, zoals verminderde eetlust, misselijkheid en braken. Door de tabletten kort na de maaltijd in te nemen heeft u hier minder last van. MedicijnenKompas Oppassen bij • Ernstige infecties. U mag dit middel dan niet gebruiken. • Lever- of nierfunctiestoornis. Overleg met uw arts of dit middel wel geschikt voor u is. • Bloedafwijkingen. Overleg met uw arts of dit middel wel geschikt voor u is. • Ontsteking van de alvleesklier. U mag dit middel dan niet gebruiken. Wisselwerking • Allopurinol kan de werking en bijwerkingen van azathioprine verhogen. De arts zal de dosering van azathioprine daarom verlagen. Als u toch last krijgt van keelpijn en koorts, moet u contact met uw arts opnemen, misschien is de dosis toch te hoog. • De bloedverdunners acenocoumarol en fenprocoumon. Azathioprine kan de werking van de bloedverdunner verminderen. Meld de trombosedienst dat u azathioprine bent gaan gebruiken. Ook als u stopt met het gebruik of als de dosering azathioprine anders wordt, moet u dit melden. Azathioprine 69 • Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin, poliovaccin en BCG-vaccin. Azathioprine vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op een infectie door het vaccin vergroten. Overleg hierover met uw arts. Als u gevaccineerd wordt, reageert het lichaam namelijk met een afweerreactie tegen het vaccin. Azathioprine remt deze afweerreactie. Dosis vergeten? • Als u dit middel één keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. Azathioprine dient alleen te worden voorgeschreven door een specialist die ervaring heeft met de behandeling. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Het gebruik van (veel) alcohol is niet aan te raden. Zowel alcohol als azathioprine hebben een negatieve invloed op de lever. Door de combinatie is de kans op een leveraandoening groter. Voedsel U mag alles eten. Plaatsbepaling in de behandeling Zwangerschap Bent u zwanger, of wilt u zwanger worden, overleg dan met uw arts of u dit middel kunt blijven gebruiken. Kosten per maand e 35,59 – e 56,34 (november 2005) Borstvoeding Dit middel gaat in kleine hoeveelheden over in de moedermelk. Het is waarschijnlijk niet schadelijk. Wilt u borstvoeding gaan geven, overleg dan met uw arts of u dit middel kunt blijven gebruiken. Vergoeding (november 2005) Azathioprine wordt volledig vergoed. Gebruik Hoe Neem de tabletten zonder te kauwen in met een glas water. Wanneer Neem dit middel tijdens of vlak na de maaltijd in. U heeft dan minder kans op misselijkheid. Het beste kunt u vaste innametijdstippen kiezen. Dan vergeet u minder snel een dosis. Als u het middel één keer per dag gebruikt: bij voorkeur ’s ochtends na het ontbijt. Als u het middel twee keer per dag gebruikt: ’s ochtends na het ontbijt en ’s avonds na de avondmaaltijd. Hoe lang Het effect van azathioprine treedt nooit meteen op, maar meestal pas na twee tot drie maanden. Als er binnen drie maanden geen duidelijke verbetering optreedt, heeft verder gebruik geen zin. Als het middel wel werkt kan het langdurig worden gebruikt. Gebruikelijke dosering Reumatoïde artritis en SLE: 1-3 mg per kg lichaamsgewicht per dag. 70 MedicijnenKompas Azathioprine 71 Benzbromaron Merknaam Desuric (fabrikant: OTL) Samenstelling Desuric bevat 100 mg benzbromaron per tablet. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Bij jicht, ter voorkoming van jichtaanvallen. Het is alleen bestemd voor patiënten die allergisch zijn voor allopurinol of daarmee niet mogen worden behandeld. Werking Benzbromaron verhoogt de uitscheiding van urinezuur via de nieren in de urine. Het vermindert zo in de loop van enkele weken de hoeveelheid urinezuur in het bloed. Het effect merkt u dus niet meteen. Toch is het belangrijk om dit middel elke dag in te nemen. Alleen dan kan benzbromaron de hoeveelheid urinezuur laag houden. Bijwerkingen Soms: • Diarree of andere maag- of darmklachten. • In het begin van de behandeling kan dit middel juist een jichtaanval uitlokken. Dit is meestal geen reden om te stoppen met de behandeling. Raadpleeg wel uw arts als een aanval optreedt. De arts kan u dan een medicijn tegen de aanval voorschrijven. • Nierstenen. Dit geeft pijn bij plassen, niersteenkolieken of kan de nieren beschadigen. Gebruik dit middel niet als u weet dat u nierstenen heeft of hier aanleg toe heeft. • Vaker moeten plassen. Zelden: • Leverontsteking. Uw arts zal uw leverfunctie regelmatig controleren. Leverontsteking (hepatitis) merkt u aan misselijkheid, braken, buikpijn, spierzwakte en geelzucht. Raadpleeg onmiddellijk uw arts bij deze verschijnselen. • Huiduitslag of jeukende ontstoken ogen. Raadpleeg uw arts, aangezien dit kan wijzen op overgevoeligheid. Blijkt u overgevoelig, geef dat dan aan de apotheek door. Het apotheekteam kan er op letten dat u het middel niet opnieuw krijgt. Oppassen bij • Nierfunctiestoornissen. Uw arts zal dan een lagere dosering geven. • Leverfunctiestoornissen. Uw arts zal uw lever dan (extra) controleren. • Als u nierstenen of aanleg hiervoor heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u overgevoelig bent voor dit middel, mag u het niet gebruiken. • Als u de stofwisselingsziekte porfyrie heeft, mag u dit middel niet gebruiken. Wisselwerking • De bloedverdunners acenocoumarol en fenprocoumon. Benzbromaron kan de werking van de bloedverdunner versterken. Vertel de trombosedienst dat u benzbromaron gebruikt of heeft gebruikt. Geef ook aan als u meer of minder benzbromaron bent gaan slikken. • Er zijn veel medicijnen die de hoeveelheid urinezuur in het bloed kunnen verhogen, zoals plasmiddelen. Vertel uw apotheek dat u aanleg voor jicht heeft. Zij kunnen er dan op letten dat u niet zonder meer een medicijn krijgt dat een jichtaanval kan uitlokken. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Alcohol vermindert de uitscheiding van urinezuur door de nieren, waardoor jicht kan verergeren. Gebruik daarom weinig of geen alcohol, maar drink wel veel water (2 tot 3 liter per dag). Voedsel Sommige eiwitrijke voedingsmiddelen kunnen, ondanks de benzbromaron, de hoeveelheid urinezuur in het bloed verhogen. Vraag eventueel een diëtist om advies. Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit middel komt in moedermelk terecht. Het is niet bekend of dit schadelijk is voor de baby. Gebruik Hoe 72 MedicijnenKompas Benzbromaron Heel doorslikken met een glas water. Drink veel tijdens de behandeling (2 tot 3 liter vocht per dag). 73 Wanneer Neem dit middel tijdens het eten in. Hoe lang Het kan enkele maanden duren voor u merkt dat minder jichtaanvallen optreden. De arts zal regelmatig uw bloed controleren op hoeveelheid urinezuur en op de werking van de nieren. Als bij u regelmatig jicht optreedt, moet u dit middel vaak uw hele leven blijven gebruiken. Chloroquine Gebruikelijke dosering 50–200 mg per dag, max. 300 mg per dag. Dosis vergeten? Bent u een dosis vergeten, sla de vergeten dosis dan over en hervat uw normale schema. Neem geen dubbele dosis om iets in te halen. Stoppen U kunt op ieder moment in één keer met het gebruik van dit middel stoppen. De hoeveelheid urinezuur kan dan wel weer omhooggaan en opnieuw een jichtaanval veroorzaken. Stop dus alleen in overleg met uw arts. Plaatsbepaling in de behandeling De plaats van benzbromaron valt op dit moment niet aan te geven. Omdat het middel alleen bestemd is voor patiënten die allergisch zijn voor allopurinol of daarmee niet mogen worden behandeld, is het middel in herbeoordeling. Merknaam Nivaquine (fabrikant: ACE) Samenstelling Een tablet Nivaquine bevat 100 mg chloroquine. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis en lupus erythematodes (LE). Werking Reumatoïde artritis: Chloroquine kan gewrichtsontstekingen enigszins remmen. Het behoort tot de DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen en de ziekte rustiger maken. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe deze werking precies totstandkomt is nog niet bekend. Zeven op de tien reumapatiënten hebben iets minder last van pijn, kunnen zich wat beter bewegen en voelen zich beter. Het effect van chloroquine treedt nooit meteen op, maar meestal pas na twee tot drie maanden. LE: Chloroquine werkt bij LE, doordat het de ontstekingsverschijnselen onderdrukt. Meestal gebruikt u het tijdens een aanval in hoge dosering gedurende zeven tot vijftien dagen. Daarna is een lagere dosering gedurende langere tijd voldoende om de verschijnselen voor een groot deel te onderdrukken. Bijwerkingen Soms: • Huiduitslag, jeuk, haaruitval, zwartblauwe verkleuring van nagels of slijmvliezen, verergering van psoriasis. Deze bijwerkingen verdwijnen weer als u stopt met dit middel. Als u hier veel last van heeft, overleg dan met uw arts. Zeer zelden ontstaat een ernstige huidafwijking met loslaten van de huid. Stop het gebruik en waarschuw dan onmiddellijk een arts. • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken en diarree. Om misselijkheid te voorkomen kunt u het best dit middel innemen tijdens of vlak na de maaltijd of met wat voedsel. Kosten per maand e 15,36 (november 2005) Vergoeding (november 2005) 74 Benzbromaron wordt volledig vergoed. MedicijnenKompas Chloroquine 75 Oppassen bij Wisselwerking 76 • Oogaandoeningen, zoals aandoeningen van het hoornvlies of het netvlies, vooral bij het langdurig gebruik van hoge doseringen. Soms merkt u dit niet. Soms krijgt u last van wazig zien, het zien van een kleurloze ring rond lampen (halo’s), lichtschuwheid, veranderd kleurenzien, zien van lichtflitsen, moeilijk kunnen lezen. Als u langer dan één jaar 100 tot 200 mg per dag gebruikt is het nodig eenmaal per jaar uw ogen te laten controleren. Als u een hogere dosering langdurig gebruikt, moet u dit tweemaal per jaar laten doen. Zelden: • Zenuw- en spieraandoeningen, zoals tintelingen of een doof gevoel in armen of benen, epilepsie, spierzwakte. • Psychische problemen, zoals angst, verwarring, gejaagd gevoel, hallucinaties en psychose. Dit verdwijnt weer na stoppen van het gebruik. • Hoofdpijn, duizeligheid, oorsuizen, doofheid. Bemerkt u doofheid of oorsuizen, waarschuw dan een arts. Zeer zelden: • Bloedafwijkingen. Krijgt u keelpijn, koorts en blaren in de mond, bent u erg moe, of krijgt u snel blauwe plekken, waarschuw dan een arts. Rijvaardigheid Dit middel kan zelden duizeligheid veroorzaken. Neem geen deel aan het verkeer als u hier last van heeft. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit middel komt in kleine hoeveelheden in de moedermelk terecht; het is niet bekend of dit schadelijk is voor de baby. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. • Myasthenia gravis. U kunt dan extra last van uw aandoening krijgen. • Epilepsie. Met dit middel kunt u daar extra last van krijgen. • Als u een oogaandoening, zoals een aandoening van het netvlies heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u de stofwisselingsziekte porfyrie heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u het aangeboren enzymgebrek G6PD-deficiëntie heeft, kan dit middel bij u een ernstige bloedafwijking teweegbrengen. • Als u overgevoelig bent voor dit middel, mag u het niet gebruiken. Hoe Innemen zonder kauwen, met een glas water. Wanneer Neem dit middel bij, of net na, een maaltijd. U heeft dan minder kans op misselijkheid. Hoe lang Meestal is langdurige behandeling nodig, afhankelijk van de ernst en de verschijnselen van uw aandoening. Gebruikelijke dosering Reumatoïde artritis: begindosering 150-300 mg per dag (de eerste 7-10 dagen); onderhoudsdosering 100-200 mg per dag. Lupus erythematodes (LE): begindosering 300600 mg per dag (de eerste 8-15 dagen); daarna 200-300 mg per dag (gedurende 2-3 weken), onderhoudsdosering 100200 mg per dag. Dosis vergeten? • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u dit middel één keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten dosis dan over. Stoppen U kunt in één keer stoppen zonder naverschijnselen. Bij combinatie van chloroquine met een van de volgende middelen heeft u een verhoogd risico van hartritmestoornissen: amiodaron, amitriptyline, chloorpromazine, cisapride, claritromycine, clomipramine, disopyramide, domperidon, doxepine, droperidol, erytromycine, haloperidol, ibutilide, indapamide, ketanserine, kinidine, mianserine, pentamidine, pimozide, procaïnamide, promethazine, sotalol, sulfamethoxazol, tacrolimus, terfenadine en thioridazine. De wisselwerking is voornamelijk van belang voor mensen met een bepaalde hartritmestoornis, het syndroom van het verlengde QT-interval, of bij wie dat in de naaste familie voorkomt. MedicijnenKompas Gebruik Chloroquine 77 Plaatsbepaling in de behandeling Chloroquine heeft een beperkte plaats als middel van tweede keuze. In verband met het grotere risico van een ziekte van het netvlies (retinopathie) gaat de voorkeur echter uit naar hydroxychloroquine. Ciclosporine Merknaam Neoral (fabrikant: Novartis) Kosten per maand e 4,02 (november 2005) Samenstelling Neoral bevat 25 of 100 mg ciclosporine per capsule. De drank bevat 100 mg ciclosporine per ml. Vergoeding (november 2005) Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis. Werking Ciclosporine kan gewrichtsontstekingen enigszins remmen. Het behoort tot de DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen en de ziekte rustiger maken. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe deze werking precies totstandkomt is nog niet bekend. Het effect van ciclosporine treedt meestal binnen twee maanden op. Bijwerkingen • Nierbeschadiging is een ernstige bijwerking van ciclo­ sporine. De arts zal regelmatig in uw bloed controleren of de nieren nog goed werken. Zorg dat u voldoende drinkt en geen dorst heeft. Raadpleeg uw arts als u binnen enkele dagen in gewicht toeneemt of als u dikke enkels of onderbenen krijgt. • Verminderde leverwerking, zelden overgaand in leverbeschadiging. De arts zal regelmatig de leverfunctie controleren. Merkt u een gevoelige, opgezwollen buik of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid, waarschuw dan een arts. Na verlaging van de dosering of na stoppen verdwijnt deze bijwerking weer. • Maagdarmklachten (verlies van eetlust, misselijkheid, diarree). Mocht u veel last hebben van misselijkheid, neem het middel dan bij een maaltijd in. Neem het niet opeens op een lege maag in, want dan zal te veel ciclosporine in het bloed komen. • Veranderingen in uiterlijk: toename lichaamsbeharing, gewichtstoename, opgezwollen gezicht, borstvorming bij mannen. • Gevoelig, gezwollen of bloedend tandvlees, vooral aan het begin van de behandeling. U kunt deze klachten verminderen door uw gebit en tandvlees geregeld te poetsen en door te flossen. Bezoek elk halfjaar uw tandarts. Raadpleeg uw arts als u te veel last van uw tandvlees heeft of houdt. 78 Chloroquine komt geheel voor eigen rekening. MedicijnenKompas Ciclosporine 79 • Gedurende de eerste week branderig gevoel in handen en voeten. • Verhoogde bloeddruk. De arts zal uw bloeddruk regelmatig meten. • Bloedafwijkingen. Dit middel onderdrukt het beenmerg, waar de voorlopers van nieuwe bloedcellen worden gemaakt. Met name bij hoge dosering zal er een tekort aan bepaalde bloedcellen ontstaan. Het gevolg is bloedarmoede, meer kans op bloedingen en een verminderde afweer. Dit kan na enkele weken ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Door verlagen van de dosis of na stoppen van het gebruik verdwijnt deze bijwerking weer. • Jichtaanvallen. Dit kan optreden bij mensen met aanleg tot jicht. Zij mogen dit middel daarom niet gebruiken. • Verhoogde kans op infecties, bijvoorbeeld van de luchtwegen, zoals verkoudheid en hoesten. Dit komt omdat de lichaamseigen afweer is verminderd. Meld de volgende verschijnselen altijd aan uw arts: koorts, keelpijn, verkoudheid, griep, huidinfecties zoals steenpuisten. Oppassen bij • Nierfunctiestoornissen. Overleg met uw arts of dit middel wel geschikt voor u is. • Hoge bloeddruk. Overleg met uw arts of dit middel wel geschikt voor u is. • Infecties. U mag dit middel dan niet gebruiken. • Kanker. U mag dit middel dan niet gebruiken. Wisselwerking • Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin, poliovaccin en BCG-vaccin. Ciclosporine vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Overleg hierover met uw arts. Veel medicijnen kunnen de werking van ciclosporine verminderen. Namelijk: • De epilepsiemiddelen carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne, methylfenobarbital en primidon. • Verder de middelen: aminogluthetimide, clindamycine om in te nemen, efavirenz, nevirapine, orlistat, rifabutine, rifampicine en Sintjanskruid. Raadpleeg uw arts als u een van deze combinaties voorgeschreven heeft gekregen. Als u op de combinatie bent ingesteld, mag u NIET met deze middelen stoppen, behalve na overleg met uw arts. Anders heeft u kans op ernstige bijwerkingen van ciclosporine. Ook mag de dosering van deze middelen NIET worden gewijzigd, behalve na overleg met de arts die de ciclosporine voorschrijft. Sommige medicijnen geven in combinatie met ciclosporine een grotere kans op nierbeschadiging. Uw arts zal uw nierfunctie regelmatig controleren. Het betreft de volgende medicijnen: • NSAID’s (ontstekingsremmende pijnstillers, zie elders in deze uitgave), • De antibiotica amfotericine B, amikacine, cotrimoxazol, gentamicine, neomycine, netilmicine, tobramycine en trimethoprim en middelen tegen virusinfecties om in te nemen, aciclovir en valaciclovir. • Het ontstekingsremmende en afweeronderdrukkende middel methotrexaat. Raadpleeg uw arts als u dit middel in combinatie met ciclosporine krijgt. Ook zijn er medicijnen waardoor de hoeveelheid ciclosporine in het bloed kan stijgen. Hierdoor is niet alleen de werking, maar zijn ook de bijwerkingen sterker. Dit geeft vooral risico’s voor de nieren. Raadpleeg uw arts als u een van deze combinaties voorgeschreven heeft gekregen: • De hiv-middelen: amprenavir, atazanavir, delavirdine, fosamprenavir, indinavir, lopinavir, nelfinavir, ritonavir en saquinavir. • De antibiotica om in te nemen claritromycine en erytromycine en de middelen tegen schimmelinfecties om in te nemen fluconazol, itraconazol, ketoconazol en voriconazol. • De meeste anticonceptiepillen en de hormonen danazol, mesterolon en testosteron en anabole steroïden, zoals nandrolon en stanozolol. • De hartmiddelen diltiazem, verapamil en nicardipine. Als laatste zijn er medicijnen die in combinatie met ciclosporine ernstige bijwerkingen kunnen veroorzaken. Dit betreft: • De cholesterolverlagende middelen atorvastatine, simvastatine en rosuvastatine. In combinatie met ciclosporine heeft u meer kans op een spierziekte. Deze is te herkennen aan snel opkomende hevige en onverklaarbare spierpijn, spierzwakte en minder plassen en bruine urine. Stop dan meteen met de cholesterolverlager en raadpleeg uw arts. • Digoxine. Neem contact op met de arts als u verschijnselen bij uzelf merkt, zoals veranderingen in kleuren zien, wazig zien, misselijkheid, braken of verminderde eetlust. • De medicijnen tegen afweerreacties sirolimus en everolimus. Deze kunnen wel samen met ciclosporine worden gebruikt, maar de dosering van de middelen moet er wel op worden aangepast. Raadpleeg uw arts hierover. Ook moet sirolimus altijd minstens vier uur NA ciclosporine worden ingenomen om veilig te kunnen worden gebruikt. Rijvaardigheid 80 MedicijnenKompas Ciclosporine U kunt autorijden met dit geneesmiddel. 81 Alcohol Het gebruik van (veel) alcohol is niet aan te raden. Zowel alcohol als ciclosporine hebben een negatieve invloed op de lever. Door de combinatie is de kans op een leveraandoening groter. Voedsel Eet geen grapefruit en drink geen grapefruitsap. Grapefruit versterkt de werking van dit middel, waardoor bijwerkingen kunnen ontstaan. Start niet met het gebruik als u in de twee voorafgaande dagen grapefruit heeft gegeten of gedronken. Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel. Borstvoeding Dit middel gaat in kleine hoeveelheden over in de moedermelk. Het is waarschijnlijk niet schadelijk. Wilt u borstvoeding gaan geven, overleg dan met uw arts of u dit middel kunt blijven gebruiken. Gebruik Hoe Capsules heel doorslikken met een glas water. De capsules hebben een karakteristieke geur. Laat ze daarom tot gebruik in de strip. Drank druppelen in een glas halfgevuld met een koude drank. Bijvoorbeeld appelsap, sinaasappelsap of frisdrank (geen grapefruitsap). Gebruik GEEN plastic beker, omdat ciclosporine aan plastic blijft kleven. Roer het mengsel goed om en drink het meteen op. Spoel het glas daarna nog een keer na met wat vloeistof en drink dit ook op. Veeg de druppelaar af met een tissue voor u hem weer in de beschermhoes brengt. Spoel hem NIET af met water of een andere vloeistof. Wanneer Neem dit middel altijd rond dezelfde tijd in, bij voorkeur voor een maaltijd. Mocht u veel last hebben van misselijkheid, dan kunt u het ook bij een maaltijd innemen. De hoeveelheid medicijn die in uw bloed komt, is ook afhankelijk van uw voeding. Daarom is het belangrijk dat u dit middel altijd onder dezelfde omstandigheden inneemt. Hoe lang Als er na drie maanden geen duidelijke verbetering is, heeft verdere behandeling met ciclosporine geen zin. 82 MedicijnenKompas Gebruikelijke dosering Begindosering: 2,5 mg per kg lichaamsgewicht per dag, verdeeld over twee doses. Onderhoudsbehandeling: meestal 3-4 mg per kg lichaamsgewicht per dag; max. 5 mg per kg lichaams­ gewicht per dag. Dosis vergeten? U gebruikt het middel twee keer per dag: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Ciclosporine dient alleen te worden voorgeschreven door of op aanwijzing van een specialist met ervaring in de behandeling van middelen, zoals ciclosporine. Kosten per maand Capsules: e 249,68 – e 266,40 (november 2005) Drank: e 244,40 Vergoeding (november 2005) Ciclosporine Ciclosporine wordt volledig vergoed. 83 Colchicine Merknaam Colchicine Tabletten (diverse fabrikanten) Samenstelling Colchicine Tabletten bevatten 0,5 mg colchicine. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Bij jicht, ter voorkoming en behandeling van jichtaanvallen. Werking Bij een jichtaanval: colchicine vermindert de ontstekingsreactie in het gewricht. Het effect is na ongeveer 12 uur te merken en is maximaal na één tot twee dagen gebruik. Voorkomen van een jichtaanval: colchicine zal de pijn en ontsteking verminderen van eventuele neerslag van urinezuur in een gewricht. Het voorkomt hierdoor een jichtaanval. Bijwerkingen Soms: Maag- of darmklachten, zoals misselijkheid, braken, buikpijn en diarree. Raadpleeg dan uw arts. Zelden: Bloedafwijkingen. Als u plotseling onverklaarbare koorts, keelpijn, blauwe plekken of bloedingen krijgt, moet u het gebruik staken en meteen uw arts waarschuwen. Zeer zelden: • Jeuk of huiduitslag. Raadpleeg uw arts, aangezien dit kan wijzen op overgevoeligheid. Blijkt u overgevoelig, geef dat dan aan de apotheek door. Het apotheekteam kan erop letten dat u het middel niet opnieuw krijgt. • Menstruatieklachten, zoals onregelmatige menstruatie of menstruatiepijn. Zeer zelden, na gebruik gedurende meerdere maanden: Haaruitval, zenuwpijn, gevoelloosheid, spierpijn, moeheid. Waarschuwing: Stop meteen met het gebruik bij de volgende verschijnselen: branderig gevoel in de keel, misselijkheid, buikkrampen en bloederige diarree. Deze verschijnselen kunnen een aanwijzing zijn van een overdosering colchicine. Dit kan ontstaan door inname van te veel tabletten, maar kan ook andere oorzaken hebben, zoals een verminderde werking van de nieren of lever of gebruik van andere medicijnen. 84 MedicijnenKompas Oppassen bij • Nierfunctiestoornissen. Uw arts zal dan een lagere dosering geven. • Leverfunctiestoornissen. Uw arts zal uw lever dan (extra) controleren. • Als u overgevoelig bent voor dit middel, mag u het niet gebruiken. • Ouderen zijn extra gevoelig voor de bijwerkingen van dit middel. De arts zal in deze gevallen extra controleren. Wisselwerking Er zijn veel medicijnen die de hoeveelheid urinezuur in het bloed kunnen verhogen, zoals plasmiddelen. Vertel uw apotheek dat u aanleg voor jicht heeft. Zij kunnen er dan op letten dat u niet zonder meer een medicijn krijgt dat een jichtaanval kan uitlokken. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Alcohol vermindert de uitscheiding van urinezuur door de nieren, waardoor jicht kan verergeren. Gebruik daarom weinig of geen alcohol, maar drink wel veel water (2 tot 3 liter per dag). Voedsel Sommige eiwitrijke voedingsmiddelen kunnen de hoeveelheid urinezuur in het bloed verhogen, waardoor de kans op een jichtaanval toeneemt. Vraag eventueel een diëtist om advies. Zwangerschap Gebruik dit middel NIET tijdens de zwangerschap of als u zwanger wilt worden. Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Borstvoeding Gebruik dit middel NIET als u borstvoeding geeft of stop de borstvoeding. Dit middel komt in moedermelk terecht. Dit kan schadelijk zijn voor de baby. Gebruik Hoe Zittend of staand innemen met een ruime hoeveelheid water. Wanneer Start bij een jichtaanval zo snel mogelijk met dit middel. Bij voorkeur binnen een paar uur na het begin van de aanval. Het werkt dan het beste. Als u later start, is het effect minder sterk. Heeft u binnen drie dagen na een vorige behandeling met colchicine opnieuw een jichtaanval? Neem dit middel dan niet. Neem contact op met uw arts. Colchicine 85 Hoe lang Gebruikelijke dosering Bij een jichtaanval: U zult dit middel gedurende één of enkele dagen gebruiken. Raadpleeg altijd uw arts als na twee dagen de klachten nog niet zijn verminderd. Stop met het gebruik als de pijn over is of als u last krijgt van misselijkheid, buikpijn of diarree. Let ook op de maximale hoeveelheid die u van uw arts mag nemen. Overschrijd deze hoeveelheid niet! In combinatie met medicijnen die de hoeveelheid urinezuur in het bloed verlagen: Gebruikt u het voorafgaand en aan het begin van een behandeling met urinezuurverlagende medicijnen? Dan zult u het meestal gedurende meerdere weken gebruiken. Jichtaanval: 0,5 mg twee- à driemaal per dag òf begindosis 1 mg gevolgd door 0,5 mg elke twee uur totdat de pijn is verdwenen of totdat maagdarmklachten optreden; max. 5 mg in totaal. De kuur niet binnen drie dagen herhalen. Voorkomen van een jichtaanval: 0,5–1,5 mg per dag. Dosis vergeten? Als u een dosis bent vergeten: neem de vergeten dosis alsnog in, tenzij het alweer bijna tijd is voor de volgende dosis. Sla dan de vergeten dosis over en hervat uw normale schema. Neem nooit een dubbele dosis. Bij dit geneesmiddel heeft een te hoge dosering snel schadelijke gevolgen. Stoppen Bij aanvalsbehandeling: u kunt op ieder moment in één keer met het gebruik van dit middel stoppen. Voorkomen van een jichtaanval (bij combinatie met een urinezuurverlagend middel): Het urinezuurverlagende middel kan in het begin een jichtaanval veroorzaken. Houd er dus rekening mee dat een jichtaanval kan optreden als u stopt met colchicine. Meestal moet u colchicine gedurende enkele weken gebruiken. Pas dan is de verhoogde kans voorbij. Plaatsbepaling in de behandeling Bij acute jichtaanvallen zijn NSAID’s of colchicine toepasbaar. Kosten per maand e 11,84 – e 12,42 (november 2005) Vergoeding (november 2005) 86 Colchicine wordt volledig vergoed. MedicijnenKompas Corticosteroïden om in te nemen of voor injectie Merknaam Celestone (fabrikant: Schering-Plough) Depo-Medrol (fabrikant: Pfizer) Depo-Medrol met Lidocaïne (fabrikant: Pfizer) Dexamethason Capsules FNA (eigen bereiding in de apotheek) Dexamethason Injecties/Tabletten (diverse fabrikanten) Di-Adreson-F aquosum (fabrikant: Organon) Kenacort-A (fabrikant: Bristol-Myers Squibb) Methylprednisolon Injecties (diverse fabrikanten) Oradexon (fabrikant: Organon) Prednisolon Capsules/Drank FNA (eigen bereiding in de apotheek) Prednisolon Injecties/Tabletten (diverse fabrikanten) Prednison Tabletten (diverse fabrikanten) Solu-Medrol (fabrikant: Pfizer) Triamcinolon Tabletten (diverse fabrikanten) Samenstelling Celestone bevat per tablet 0,5 mg betametason. De injectievloeistof bevat 4 mg per ampul. De injectievloeistof ‘Chronodose’ bevat 5,7 mg per ml. Depo-Medrol bevat 40 mg methylprednisolonacetaat per ml injectievloeistof. Depo-Medrol met Lidocaïne bevat 40 mg methylprednisolonacetaat en 10 mg lidocaïne per ml injectievloeistof. Dexamethason Capsules FNA bevatten 10, 15, 20, 25, 30, 35 of 40 mg dexamethason per capsule. Dexamethason Injecties bevatten 5 of 20 mg dexamethason per ml. Dexamethason Tabletten bevatten 0,5 of 1,5 mg dexamethason per tablet. Di-Adreson-F aquosum bevat 25 mg prednisolonsuccinaat per ml injectievloeistof; dat komt overeen met 18,7 mg prednisolon per ml. Kenacort-A bevat 10 of 40 mg triamcinolonacetonide per ml injectievloeistof. Methylprednisolon Injecties bevatten 50 mg methylprednisolon per ml injectievloeistof. Oradexon injectievloeistof bevat 5 mg dexamethasonnatriumfosfaat per ml; dat komt overeen met 3,8 mg dexamethason per ml. Prednisolon Injecties bevatten 18,7 mg prednisolon per ml injectievloeistof. Prednisolon Capsules FNA bevatten 10, 15, 20, 25, 30, 35, 40, 45, 50 , 55, 60, 65, 70 of 75 mg prednisolon per capsule. Corticosteroïden om in te nemen of voor injectie 87 Prednisolon Drank FNA bevat 1 of 5 mg prednisolon per ml. Prednisolon Tabletten bevatten 5, 20 of 30 mg prednisolon per tablet. Prednison Tabletten bevatten 5 mg prednison per tablet. Solu-Medrol bevat 40 mg methylprednisolon per ml injectievloeistof. Triamcinolon tabletten bevatten 4 mg triamcinolon per tablet. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatische aandoeningen. Meestal worden ze gebruikt om de periode voordat het DMARD gaat werken te overbruggen of om een opvlamming van de ziekte de kop in te drukken (injectie in een spier). Injecties in een gewricht worden soms gegeven als één of enkele gewrichten ondanks gebruik van tabletten corticosteroïden ontstoken blijven. Werking Deze middelen remmen ontstekingen en onderdrukken zo de ziekte. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. De werking is meestal binnen een paar dagen merkbaar en is optimaal na enkele weken. De werking van een injectie in een gewricht kan tot drie maanden aanhouden. Bijwerkingen Meteen vanaf het begin van de behandeling: • Soms kunt u last krijgen van maag- of darmklachten. Het innemen tijdens of vlak na de maaltijd kan deze klachten voorkomen. De maag- en darmwand kunnen gevoeliger zijn. Overleg voor gebruik met uw arts als u recent een maag- of darmzweer heeft gehad of die nu nog heeft. Eventueel kan uw arts een maagzuurbeschermend middel voorschrijven. • Omdat bijnierschorshormonen de aanmaak en afbraak van koolhydraten beïnvloeden, kunnen bij mensen die daarvoor gevoelig zijn, verschijnselen van diabetes (suikerziekte) ontstaan. Zij merken dit doordat zij veel dorst krijgen en veel moeten plassen. Dit kan vooral optreden bij mensen boven de 75 jaar. Mensen met diabetes kunnen tijdens de behandeling meer insuline of bloedsuikerverlagende tabletten nodig hebben. Meet extra vaak uw bloedglucosegehalte. • Slecht genezende wonden en meer kans op infecties met bacteriën, virussen of schimmels. Start de behandeling niet, als het enigszins kan, als u last heeft van aandoeningen die zijn veroorzaakt door infecties van bacteriën, schimmels of virussen. Als u tijdens het gebruik een wond krijgen die slecht geneest, bespreek dan met de arts wat u moet doen. 88 MedicijnenKompas • Overleg met uw arts als u gevaccineerd moet worden, bijvoorbeeld tegen tropische ziekten. Mogelijk reageert uw lichaam onvoldoende op de inenting. • Een verhoogde bloeddruk kan ontstaan bij personen die daarvoor gevoelig zijn. Overleg voor gebruik met uw arts als u een hoge bloeddruk heeft of hiervoor wordt behandeld. • Bij sommige vrouwen blijft de menstruatie uit tijdens de behandeling. • Spierzwakte en vermoeidheid komen zelden voor. • Oedeem. Dit merkt u vooral aan opgezwollen enkels en voeten. Na gebruik van meer dan drie weken: • Sommige mensen worden dikker door de veranderde opbouw en afbraak van vet, door toename van de eetlust en door het vasthouden van vocht. Het is vaak nodig de eetgewoontes aan te passen om het gewicht op peil te houden. Een diëtist kan u daarbij helpen. Vraag uw huisarts om een verwijzing. • Regelmatig krijgen mensen een opgezwollen gezicht. Dit is voor velen een belangrijk nadeel van de behandeling. Het is niet altijd mooi en terwijl het niet goed met hen gaat, zien zij er voor hun omgeving juist ‘welvarend’ uit. • De huid wordt vaak dunner, waardoor het de onderliggende weefsels minder goed beschermt. Hierdoor kunt u eerder last krijgen van blauwe plekken en streepvormige littekens (striae). Enige maanden na het stoppen met de behandeling moet de huid weer zijn normale dikte terughebben. De littekens verdwijnen niet meer. • Andere effecten op de huid zijn dat wonden minder goed en minder snel genezen en dat er een verhoogde kans is op acne (jeugdpuistjes) en overmatige haargroei, vooral in het gezicht. • Vermindering van de werking van de bijnierschors. Hier heeft u tijdens de behandeling geen last van, maar na het stoppen heeft uw bijnierschors tijd nodig om op gang te komen om weer zelf bijnierschorshormonen aan te maken. Dit kan een half jaar duren. Moet u tijdens of binnen halfjaar na beëindiging van de behandeling een medische ingreep ondergaan? Vertel dan altijd dat u een bijnierschorshormoon gebruikt, of heeft gebruikt. Na operaties heeft uw lichaam extra bijnierschorshormoon nodig. Omdat uw bijnierschors deze op dit moment zelf niet kan aanmaken, moet de dosering vaak worden aangepast. Corticosteroïden om in te nemen of voor injectie 89 Na enkele maanden gebruik: • Verlies van botweefsel (osteoporose). De botten worden dan brozer, waardoor deze eerder breken. Vooral op oudere leeftijd zal het gebruik van bijnierschorshormonen het natuurlijke afbraakproces van de botten versterken. Maar ook wanneer u de bijnierschorshormonen op jonge of middelbare leeftijd gebruikt, heeft u op latere leeftijd meer kans op botontkalking. Het is daarom belangrijk tijdens het gebruik van de bijnierschorshormonen veel kalk te gebruiken (in de vorm van zuivelproducten of eventueel als tabletten). Ook lichaamsbeweging zorgt voor een actieve opbouw van de botten. • Een blijvende vertroebeling van de ooglens (cataract) kan ontstaan. Neem contact op met uw arts als u veranderingen in uw gezichtsvermogen opmerkt. Bij ouderen en mensen met diabetes kan ouderdomsstaar wat eerder ontstaan dan normaal zou gebeuren. Ouderdomsstaar is een blijvende vertroebeling van de ooglens. Neem contact op met een oogarts als u wazig gaat zien en vermeld dan dat u een bijnierschorshormoon gebruikt. Het gezichtsvermogen kan met een bril vaak nog goed worden gecorrigeerd. Mocht na verloop van tijd het gezichtsvermogen te slecht zijn, dan is een lensoperatie nodig. • Kinderen kunnen door het gebruik soms minder hard groeien. Het is daarom belangrijk dat een arts regelmatig de lichaamslengte en het lichaamsgewicht controleert. Als blijkt dat inderdaad groeivertraging optreedt, dan kan tijdig worden overwogen de behandeling te stoppen. Oppassen bij Wisselwerking 90 Infecties. Maag- of darmzweer. Nierfunctiestoornis. Hartaandoeningen. Osteoporose. Glaucoom. Diabetes. Niet gebruiken als u overgevoelig bent voor corticosteroïden. De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: • Ontstekingsremmende pijnstillers, zoals acetylsalicylzuur, diclofenac, ibuprofen en naproxen. Ontstekingsremmende pijnstillers hebben als bijwerking maag- en darmzweren. Corticosteroïden kunnen de kans op deze bijwerking verhogen. De pijnstiller paracetamol heeft deze bijwerking niet. Deze kunt u wel veilig gebruiken. MedicijnenKompas • Bepaalde vaccins, zoals het BMR-vaccin, het gelekoortsvaccin en het buiktyfusvaccin. Corticosteroïden verminderen de werking van deze vaccins. Het BMRvaccin en het gelekoortsvaccin mag u niet gebruiken als u meer dan twee weken een corticosteroïd gebruikt. Het buiktyfusvaccin dat u via de mond in kunt nemen, mag u dan ook niet gebruiken. Het is wel mogelijk het buiktyfusvaccin via een injectie te krijgen. Neem hierover contact op met uw arts. • Middelen tegen epilepsie, zoals carbamazepine, fenobarbita;l, fenytoïne, heptobarbital, methylfenobarbital en primidon, het antibioticum rifampicine en het antihormoon aminoglutethimide. De werking van het corticosteroïd kan door deze middelen minder worden. Dit is alleen van belang als u het corticosteroïd langer dan twee weken gebruikt. Neem hierover contact op met uw arts. Stop niet zomaar met het andere middel, want dan stijgt de spiegel van het corticosteroïd in uw bloed juist en kunnen de bijwerkingen sterker worden. Alleen bij dexamethason: De middelen tegen hiv-infectie amprenavir, delavirdine, fosamprenavir, indinavir, lopinavor, nelfinavir, nevirapine, ritonavir en saquinavir. De hoeveelheid van deze middelen in het bloed kan te laag worden. Raadpleeg uw arts als u deze middelen in combinatie met dexamethason voorgeschreven heeft gekregen. Bij prednisolon en prednison: Ritonavir, een middel gebruikt bij hiv-infectie. De hoeveelheid prednisolon of prednison in het bloed kan stijgen. Hierdoor zijn de werking en de bijwerkingen sterker. Raadpleeg uw arts als u deze combinatie voorgeschreven heeft gekregen. Rijvaardigheid Bij deze middelen zijn hiervoor geen beperkingen. Alcohol De corticosteroïden hebben soms maagdarmklachten als bijwerking (ook de injecties). Alcohol irriteert de maag. U kunt daardoor eerder last krijgen van uw maag. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Overleg met uw arts als u zwanger bent of wilt worden. Als het echt nodig is, kunt u corticosteroïden in een zo laag mogelijke dosering gebruiken tijdens de zwangerschap. Prednisolon of prednison hebben van deze middelen de voorkeur, omdat hiermee de meeste ervaring is opgedaan. Corticosteroïden om in te nemen of voor injectie 91 Borstvoeding Overleg hierover met uw arts. Van de meeste corticosteroïden is niet genoeg bekend om te kunnen zeggen dat ze onschadelijk zijn bij gebruik tijdens de borstvoeding. Van prednisolon weten we dat het maar in kleine hoeveelheden overgaat in de moedermelk. Als u een lage dosering gebruikt, geeft het waarschijnlijk weinig risico voor de baby. Triamcinolon(acetonide): tabletten: 8-16 mg per dag. Injectie in de spier: 40-80 mg per keer. Injectie in een gewricht: 2,5-5 mg per keer in een klein gewricht; 5-15 mg per keer in een groot gewricht. Dosis vergeten? • Als u het middel één keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u het middel meerdere keren per dag gebruikt: Neem de vergeten dosis zo snel mogelijk alsnog in. Is het al weer tijd voor de volgende dosis? Neem de beide doses dan tegelijk in. • Als u een injectie bent vergeten, vraag dan uw arts om advies. Stoppen • Gebruikt u dit middel enkele dagen? Dan kunt u in één keer stoppen zonder dat er ontwenningsverschijnselen ontstaan. • Gebruikt u dit middel korter dan drie weken achter elkaar? Meestal kunt u in één keer stoppen, zonder dat er ontwenningsverschijnselen ontstaan. Soms heeft de arts voor u wel een afbouwschema voorgesteld. • Gebruikt u dit middel langer dan drie weken achter elkaar? Bouw dan langzaam af in overleg met uw arts. Bij plotseling stoppen kunt u last krijgen van ernstige ziekteverschijnselen, zoals diarree, misselijkheid, zwakte en vermoeidheid. Die ziekteverschijnselen ontstaan, doordat tijdens het gebruik uw eigen bijnierschors minder ­hormonen aanmaakt. Er is immers al voldoende bijnierschorshormoon in het lichaam aanwezig. Bij plotseling stoppen kan de bijnierschors de hormonen niet ineens weer aanmaken. Het duurt enige weken tot soms meer dan een jaar voor de bijnierschors weer helemaal op gang is. Plaatsbepaling in de behandeling Er bestaat geen voorkeur voor één van de corticosteroïden om in te nemen. Alleen als de neiging om vocht vast te houden groot is, verdient dexamethason de voorkeur. Gebruik Hoe Neem dit middel tijdens of vlak na een maaltijd in. U heeft dan minder kans op maagklachten. Als de tabletten een onplezierige smaak hebben, neem ze dan in met een lepel vla of yoghurt. Capsules: innemen met water en heel doorslikken. Injecties worden meestal door een arts of verpleegkundige toegediend. Wanneer • Soms moet u dit middel in het begin twee tot vier keer per dag innemen om er zo aan te wennen. Zodra u minder last heeft van de bijwerkingen, zoals misselijkheid, kunt u proberen de hoeveelheid voor één dag in één keer in te nemen. • Als u het één keer per dag inneemt, doe dat dan vroeg in de ochtend. Bijvoorbeeld bij het ontbijt. U beperkt hierdoor het remmende effect op de eigen bijnierschors. Hoe lang Om de periode voordat het DMARD gaat werken, te overbruggen, worden deze middelen meestal de eerste 2-3 maanden samen met het DMARD gegeven. Om een opvlamming van de ziekte de kop in te drukken wordt meestal een injectie in een spier gegeven, eenmalig of zo vaak het nodig is. Injecties in een gewricht kunnen elke drie maanden worden gegeven zolang dit nodig is. Gebruikelijke dosering Betametason: tabletten: 0,25-8 mg per dag. Injectie: 0,8-2 mg per keer in een klein gewricht; 2-4 mg per keer in een groot gewricht. Dexamethason: tabletten: 0,25-2 mg viermaal per dag. Injectie: 0,8-1 mg per keer in een klein gewricht; 2-4 mg per keer in een groot gewricht. Methylprednisolon: injectie in een spier: 40-120 mg per week. Injectie in een gewricht: 4-80 mg per keer, afhankelijk van de ernst en de grootte van het gewricht. Prednisolon: tabletten: 2,5-5 mg viermaal per dag. Injectie in een spier: 25 mg per dag. Injectie in een gewricht: 10-25 mg per keer. Prednison: tabletten: 0,5-1 mg per kg lichaamsgewicht per dag in 2-4 doses. 92 MedicijnenKompas Kosten per maand Capsules en tabletten: e 1,91 – e 2,79 (november 2005) Prednisolondrank: e 1,91 – e 2,79 Injectievloeistof: e 10,00 – e 31,10 Vergoeding (november 2005) Corticosteroïden worden volledig vergoed. Corticosteroïden om in te nemen of voor injectie 93 • Astma. COX-2-remmers kunnen evenals andere NSAID’s een astma-aanval uitlokken. Als u ooit last heeft gekregen van benauwdheid of uitslag door een COX-2-remmer, mag u deze middelen niet gebruiken. • Hartfalen. Dit kan verergeren door COX-2-remmers. Overleg met uw arts als u last krijgt van opgezwollen enkels of toegenomen kortademigheid. • Ernstige lever- of nierfunctiestoornis. Vraag uw arts of extra controles nodig zijn. • Bij bepaalde hartziekten mag u geen COX-2-remmers gebruiken. • Als u een herseninfarct of TIA hebt gehad, mag u geen COX-2-remmers gebruiken. • Als u een ziekte heeft, waarbij er ontstekingen aan uw darmen zijn, zoals de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa, mag u geen COX-2-remmers gebruiken. • Etoricoxib man niet worden gebruikt beneden de leeftijd van 16 jaar en bij een verhoogde bloeddruk die niet onder controle is. • Als u overgevoelig bent voor COX-2-remmers of NSAID’s, mag u deze middelen niet gebruiken. • Als u overgevoelig bent voor antibiotica van de groep ‘sulfonamiden’, mag u geen celecoxib gebruiken. COX-2-remmers Merknaam Arcoxia (fabrikant: MSD) Auxib (fabrikant: MSD) Celebrex (fabrikant: Pfizer) Samenstelling Arcoxia bevat 60, 90 of 120 mg etoricoxib per tablet. Auxib bevat 60 mg etoricoxib per tablet. Celebrex bevat 100 of 200 mg celecoxib per capsule. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis, artrose (beide middelen) en acute jichtartritis (alleen etoricoxib). Werking De geneesmiddelen in de groep COX-2-remmers zijn ontstekingsremmende pijnstillers die behoren tot de NSAID’s. Ze werken pijnstillend en ontstekingsremmend. Bij reumatische aandoeningen gaan ze de ontsteking tegen, hierdoor verminderen roodheid, zwelling en pijn. Het pijnstillende effect merkt u meestal binnen een uur of enkele uren. De roodheid en zwelling zullen na een aantal dagen tot een week minder worden. Bijwerkingen Veel mensen krijgen door COX-2-remmers last van een geïrriteerde maag en zuurbranden. De kans op een maagzweer is echter kleiner dan bij de andere NSAID’s. Maagklachten kunt u proberen te voorkomen door het middel met wat voedsel en een glas water of melk in te nemen en geen alcohol te drinken of andere voedingsmiddelen te gebruiken die de maag irriteren, zoals scherpe kruiden. Andere bijwerkingen die zelden tot zeer zelden voorkomen zijn: • Hoofdpijn, duizeligheid en wazig zien. Dit gaat meestal over als u gewend bent geraakt aan het middel. • Een beschadiging van de maag of darmen, waarbij een bloeding kan optreden. Dit merkt u door bloedbraken of een zwarte, teerachtige ontlasting. Stop dan het gebruik en neem contact op met een arts. • Overgevoeligheid. Dit merkt u aan huiduitslag, galbulten en jeuk. Gebruik dan geen COX-2-remmers of NSAID’s meer. Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht. Ga dan onmiddellijk naar een arts. Oppassen bij • Maagzweer, maagdarmbloeding of een andere bloeding. U mag deze middelen dan niet gebruiken. 94 MedicijnenKompas Wisselwerking COX-2-remmers De middelen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: • Middelen tegen hoge bloeddruk en/of hartfalen. Het gaat om middelen in de groepen bètablokkers (bijv. acebutolol, atenolol, bisoprolol, carvedilol, metoprolol, propranolol en sotalol), diuretica (bijv. bumetanide, chloortalidon, hydrochloorthiazide, furosemide spironolacton en triamtereen) en RAAS-remmers (bijv. captopril, enalapril, fosinopril, lisinopril, perindopril, candesartan, irbesartan, losartan en valsartan). COX-2remmers verminderen de werking van deze middelen. Daarom zullen artsen de combinatie van deze middelen met COX-2-remmers proberen te vermijden. Moet u de combinatie toch gebruiken en heeft u een hoge bloeddruk, vraag dan om extra controles van de bloeddruk. Als u hartfalen heeft, let dan op verschijnselen van hartfalen. Dit zijn dikke enkels en voeten, en toegenomen kortademigheid. Als u hier last van krijgt, waarschuw dan uw arts. • De bloedverdunners acenocoumarol en fenprocoumon. COX-2-remmers kunnen de werking van de bloedverdunner versterken. Vertel de trombosedienst dat u een COX-2-remmer gebruikt of heeft gebruikt. Ook heeft u meer kans dat u van COX-2-remmers bijwerkingen op de maag ondervindt. U heeft meer kans op een maagbloeding als u ook bloedverdunners gebruikt. Wees daar extra alert op en raadpleeg uw arts bij maagklachten. 95 • Lithium, een middel tegen manische depressiviteit. COX-2-remmers kunnen de bijwerkingen van lithium versterken, zoals maagdarmklachten, spiertrekkingen, duizeligheid, sufheid en verwardheid. Uw arts moet het lithiumgehalte in het bloed regelmatig laten meten en de dosering eventueel aanpassen. • Methotrexaat. COX-2-remmers kunnen de bijwerkingen van methotrexaat versterken. Mogelijk moet uw arts de dosering van methotrexaat verlagen. Als de COX-2remmer en methotrexaat beide door de reumatoloog zijn voorgeschreven, heeft die er al rekening mee gehouden. • Het afweeronderdrukkende middel ciclosporine. De combinatie hiervan met een COX-2-remmer kan schadelijk zijn voor de nieren. Uw arts zal uw nierfunctie extra controleren. Rijvaardigheid Duizeligheid en wazig zien komen zelden voor bij sommige COX-2-remmers. Neem geen deel aan het verkeer als u hier last van heeft. Alcohol Alcohol irriteert de maag, net als COX-2-remmers. U kunt daardoor eerder last krijgen van uw maag. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Over het gebruik van COX-2-remmers tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Als u een COX-2-remmer gebruikt en u denkt erover om zwanger te worden, overleg dan met uw arts. Mogelijk kan de arts u tijdelijk een ander middel voorschrijven. Borstvoeding Gebruik deze middelen niet als u borstvoeding geeft of stop de borstvoeding. Het is niet bekend of dit middel in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk is voor de baby. Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Mogelijk kan de arts u tijdelijk een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Gebruik Hoe lang COX-2-remmers dienen zo kort mogelijk en in een zo laag mogelijke dosering te worden gebruikt. De hogere dosering etoricoxib bij jichtartritis mag u niet langer dan acht dagen gebruiken. Gebruikelijke dosering Celecoxib: Artrose of reumatoïde artritis: 200-400 mg per dag. Etoricoxib: Artrose: 60 mg per dag. Reumatoïde artritis: 90 mg per dag. Acute jichtartritis: 120 mg per dag. Dosis vergeten? • Als u dit middel één keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. Stoppen U kunt op ieder moment in één keer met het gebruik van dit middel stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Als gebruik van een NSAID nodig is, dan heeft een klassieke NSAID, zoals ibuprofen en diclofenac, in de laagst effectieve dosering de voorkeur. Bij patiënten die een verhoogd risico hebben op bijwerkingen van de maag en darm, heeft het de voorkeur om naast de NSAID een protonpompremmer, zoals omeprazol, of eventueel misoprostol te gebruiken. Alleen in uitzonderingsgevallen zal de keuze vallen op een COX-2-remmer. Het middel dient dan zo kort mogelijk en in een zo laag mogelijke dosering te worden gebruikt. Patiënten met hartfalen, een hartaandoening door vernauwing van de kransslagaders of problemen met de bloedvaten in de hersenen, mogen absoluut geen COX-2-remmer gebruiken. Specifiek voor etoricoxib geldt daarnaast dat het absoluut niet mag worden gebruikt door patiënten met een te hoge bloeddruk die niet onder controle is. Verder zijn de gegevens over de veiligheid voor de maag en darm over etoricoxib beperkt. Hoe Innemen met een glas water. Kosten per maand e 15,88 – e 33,53 (november 2005) Wanneer Neem het middel tijdens of na de maaltijd in. U vermindert hierdoor de bijwerkingen op de maag. Vergoeding (november 2005) 96 MedicijnenKompas COX-2-remmers COX-2-remmers worden volledig vergoed. 97 Diclofenac/misoprostol Merknaam Arthrotec (fabrikant: Pfizer) Samenstelling Een tablet ‘50’ bevat 50 mg diclofenac en 200 mg misoprostol. Een tablet ‘75’ bevat 75 mg diclofenac en 200 mg misoprostol. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis en artrose, als ook bescherming van de maagwand gewenst is. Werking Diclofenac behoort tot de groep geneesmiddelen die ontstekingsremmende pijnstillers of NSAID’s worden genoemd. Het werkt pijnstillend en ontstekingsremmend. Diclofenac gaat de ontsteking tegen, hierdoor verminderen de roodheid, zwelling en pijn. Het pijnstillende effect van diclofenac begint een uur na inname en houdt ongeveer zes uur aan. De roodheid en zwelling zullen na een aantal dagen tot een week minder worden. Misoprostol vermindert de aanmaak van zuur in de maag en beschermt de maagwand. Het vermindert de bijwerking van diclofenac op de maag. Het wordt daarom wel voorgeschreven aan mensen die van diclofenac of andere ontstekingsremmende pijnstillers ernstige maagklachten krijgen of die daar een grotere kans op hebben. Bijwerkingen 98 Oppassen bij • Maagzweer, maagdarmbloeding of een andere bloeding. U mag dit middel dan niet gebruiken. • Astma. Dit middel kan een astma-aanval uitlokken. Als u ooit last heeft gekregen van benauwdheid of uitslag door een NSAID, mag u dit middel niet gebruiken. • Porfyrie. Als u last heeft van deze stofwisselingsziekte, mag u dit middel niet gebruiken. • Hartfalen. Dit kan verergeren door dit middel. Overleg met uw arts als u last krijgt van opgezwollen enkels, benauwdheid en vermoeidheid. • Lever- of nierfunctiestoornis. Vraag uw arts of extra controles nodig zijn. • Als u een ziekte heeft, waarbij er ontstekingen aan uw darmen zijn, zoals de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u overgevoelig bent voor NSAID’s of misoprostol, mag u dit middel niet gebruiken. Wisselwerking De middelen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: • Middelen tegen hoge bloeddruk en/of hartfalen. Het gaat om middelen in de groepen bètablokkers (bijv. acebutolol, atenolol, bisoprolol, carvedilol, metoprolol, propranolol en sotalol), diuretica (bijv. bumetanide, chloortalidon, hydrochloorthiazide, furosemide spironolacton en triamtereen) en RAAS-remmers (bijv. captopril, enalapril, fosinopril, lisinopril, perindopril, candesartan, irbesartan, losartan en valsartan). Diclofenac vermindert de werking van deze middelen. Daarom zullen artsen de combinatie van deze middelen met diclofenac proberen te vermijden. Moet u de combinatie toch gebruiken en heeft u een hoge bloeddruk, vraag dan om extra controles van de bloeddruk. Als u hartfalen heeft, let dan op verschijnselen van hartfalen. Dit zijn dikke enkels en voeten, en toegenomen kortademigheid. Als u hier last van krijgt, waarschuw dan uw arts. • De bloedverdunners acenocoumarol en fenprocoumon. Diclofenac kan de werking van de bloedverdunner versterken. Vertel de trombosedienst dat u diclofenac gebruikt of heeft gebruikt. Ook heeft u meer kans dat u van diclofenac bijwerkingen in de maag ondervindt. U heeft meer kans op een maag­ bloeding als u ook bloedverdunners gebruikt. Wees daar extra alert op en raadpleeg uw arts bij maagklachten. • Lithium, een middel tegen manische depressiviteit. Diclofenac kan de bijwerkingen van lithium versterken, zoals maagdarmklachten, spiertrekkingen, duizeligheid, sufheid en verwardheid. Uw arts moet het lithium­ gehalte in het bloed regelmatig laten meten en de dosering eventueel aanpassen. Veel mensen krijgen door diclofenac last van een geïrriteerde maag en zuurbranden en soms een maagzweer. Misoprostol vermindert de kans op maagklachten. Het kan soms echter zelf ook maag- of darmklachten geven, zoals misselijkheid, buikpijn, diarree en winderigheid. Maagklachten kunt u proberen te voorkomen door het middel met wat voedsel en een glas water of melk in te nemen en geen alcohol te drinken of andere voedingsmiddelen te gebruiken die de maag irriteren, zoals scherpe kruiden. Andere bijwerkingen die zelden voorkomen zijn: • Hoofdpijn, duizeligheid en wazig zien. Dit gaat meestal over als u gewend bent geraakt aan het middel. • Een beschadiging van de maag of darmen, waarbij een bloeding kan optreden. Dit merkt u door bloedbraken of een zwarte, teerachtige ontlasting. Stop dan het gebruik en neem contact op met een arts. • Overgevoeligheid voor dit middel. Dit merkt u aan huiduitslag, galbulten en jeuk. Gebruik dit middel dan niet meer. Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht. Ga dan onmiddellijk naar een arts. MedicijnenKompas Diclofenac/misoprostol 99 • Methotrexaat. Diclofenac kan de bijwerkingen van methotrexaat versterken. Mogelijk moet uw arts de dosering van methotrexaat verlagen. Als diclofenac en methotrexaat beide door de reumatoloog zijn voorgeschreven, heeft die er al rekening mee gehouden. • De middelen tegen depressiviteit trazodon en de SSRI-groep, zoals citalopram, fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline en corticosteroïden die u inneemt of geïnjecteerd krijgt. U heeft meer kans dat u van diclofenac bijwerkingen in de maag ondervindt. Wees daar extra alert op en raadpleeg uw arts bij maagklachten. • Het afweeronderdrukkende middel ciclosporine. De combinatie hiervan met diclofenac kan schadelijk zijn voor de nieren. Uw arts zal uw nierfunctie extra controleren. Rijvaardigheid Duizeligheid en wazig zien komen zelden voor bij dit middel. Neem geen deel aan het verkeer als u hier last van heeft. Alcohol Alcohol irriteert de maag, net als diclofenac. U kunt daardoor eerder last krijgen van uw maag. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap U mag dit middel NIET gebruiken tijdens de zwangerschap of als u binnenkort zwanger wilt worden. Door de misoprostol kan de baarmoeder gaan samentrekken. Hierdoor wordt de kans op een miskraam verhoogd. Als u dit middel gebruikt en u denkt erover om zwanger te worden, overleg dan met uw arts of u een ander middel kunt gebruiken. Borstvoeding Gebruik dit middel NIET als u borstvoeding geeft of stop de borstvoeding. Het is niet bekend of misoprostol in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk is voor de baby. Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Gebruik Hoe 100 Wanneer Neem de tablet tijdens of na de maaltijd. U vermindert hierdoor de bijwerkingen op de maag. Hoe lang Bij reuma en artrose duurt het zeker enkele dagen tot een week voor de ontsteking vermindert. Waarschijnlijk moet u dit middel uw leven lang blijven gebruiken. Gebruikelijke dosering 1 tablet ‘50’ twee- à driemaal per dag of 1 tablet ‘75’ tweemaal per dag. Dosis vergeten? • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u dit middel drie keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan twee uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan twee uur? Sla de vergeten dosis dan over. Stoppen U kunt op ieder moment in één keer met het gebruik van dit middel stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Diclofenac/misoprostol bevat misoprostol dat bij chronische gebruikers van een NSAID, zoals diclofenac, het risico van zweren in de maag en darm kan verminderen. Het gebruik van diclofenac/misoprostol dient beperkt te blijven tot patiënten met een duidelijk verhoogd risico van een zweer als gevolg van het gebruik van een NSAID. Dat geldt voor patiënten die al eerder een zweer in de maag of darm hebben gehad, ouderen en degenen die gelijktijdig corticosteroïden gebruiken. Als gevolg van misoprostol in hogere doseringen kan vaak diarree optreden. Daarbij is van belang dat de twee sterkten diclofenac/misoprostol verschillende verhoudingen diclofenac en misoprostol bevatten. Diclofenac/misoprostol is niet bestemd voor gebruik als pijnstiller bij acute pijn. Kosten per maand e 15,43 – e 17,78 (november 2005) Vergoeding (november 2005) Diclofenac/misoprostol wordt volledig vergoed. Neem de tabletten in z’n geheel in, dus niet kauwen of doorbreken. De diclofenac zit namelijk ingebouwd in het midden van de tablet en komt pas vrij als het tablet vanuit de maag de darm is ingegaan. MedicijnenKompas Diclofenac/misoprostol 101 Vaak: Allergische reacties met onder andere jeuk of galbulten, koorts, zelden ernstige allergie met benauwdheid of flauwvallen. Zelden ontstaat ‘angio-oedeem’: een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel. U kunt hierbij erg benauwd worden. Als het ontstaat, moet u onmiddellijk een arts opzoeken of naar de eerstehulpdienst gaan. Meld de overgevoeligheid ook in uw apotheek; het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit middel niet opnieuw krijgt. Zelden: • Afwijkingen in het bloed. Deze kunnen na enkele weken tot maanden ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Als u keelpijn, koorts en blaren in de mond krijgt, of als u snel blauwe plekken krijgt, waarschuw dan uw arts. Dit kan een aanwijzing zijn voor een mogelijke bloedafwijking. • Zenuwafwijkingen. Bij mensen met multiple sclerose (MS) of bestaande oogzenuwafwijkingen kunnen de klachten verergeren. Etanercept Merknaam Enbrel (fabrikant: Wyeth) Samenstelling Enbrel bevat 25 of 50 mg etanercept per injectie. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis, juveniele chronische artritis, spondylitis ankylosans/ankylopoëtica (ziekte van Bechterew) en artritis psoriatica. Werking Etanercept remt de zogenaamde ‘tumor necrosis factor’ TNF-alfa, een eiwit dat een rol speelt bij ontstekingen. Hierdoor vermindert de ontsteking en wordt de reumatoïde artritis afgeremd. Etanercept hoort tot de zogenaamde DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen. DMARD’s hebben geen direct effect op de pijn en kunnen de ziekte ook niet genezen, maar ze kunnen de ziekte wel rustiger maken, waardoor klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd kunnen afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Bijwerkingen 102 Zeer vaak: • Roodheid, jeuk en zwelling op de injectieplaats. Deze verschijnselen duren meestal drie tot vijf dagen. Ze treden vooral op in de eerste maand. Daarna wordt deze bijwerking meestal minder. • Infecties van de luchtwegen, zoals verkoudheid, hoesten of voorhoofdsholteontsteking, urinewegen of huid. Dit komt omdat de lichaamseigen afweer is verminderd. Krijgt u last van koorts of een infectie, raadpleeg dan altijd uw arts. Zelden ontstaat een ernstige infectie in het bloed; dit kan soms pas na enkele weken gebruik merkbaar worden. Kinderen die worden behandeld met etanercept kunnen eerder een kinderziekte krijgen zoals waterpokken. Bovendien kan de kinderziekte zich ernstiger voordoen. Het is raadzaam voor kinderen om eerst volledig gevaccineerd te zijn voordat men met de behandeling begint. Overleg hierover met de arts. • Hoofdpijn, duizeligheid, vermoeidheid. • Maagdarmklachten, buikpijn, diarree. MedicijnenKompas Oppassen bij Als u een infectie heeft, mag u niet beginnen met de behandeling. Dit middel vermindert uw afweer tegen infecties, waardoor deze uit de hand kunnen lopen. Wisselwerking De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin en BCG-vaccin. Etanercept vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Overleg hierover met uw arts. Als u gevaccineerd wordt, reageert het lichaam namelijk met een afweerreactie tegen het vaccin. Etanercept remt deze afweerreactie. Rijvaardigheid Bij dit medicijn kunt u last krijgen van duizeligheid. Als u dit merkt, rijd dan geen auto. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel. Etanercept 103 Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Het is niet bekend of dit middel in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk is voor de baby. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Plaatsbepaling in de behandeling Gebruik Hoe Maak de injectie volgens de instructie in de verpakking klaar. Etanercept wordt vlak onder de huid ingespoten, volgens de instructie bij de verpakking. Kies steeds een andere injectieplaats, bijvoorbeeld in de dij, de buik of de achterkant van de bovenarm. Wanneer De injectie wordt meestal twee keer per week gegeven, soms één keer per week. Kies vaste dagen van de week om de injectie te gebruiken, bijvoorbeeld maandag en donderdag. U vergeet dan minder snel een dosis. Hoe lang Twee à drie maanden na de eerste injectie moet duidelijk merkbaar zijn dat het middel werkt. Indien het niet werkt, heeft verdere toediening geen zin. Als het middel wel werkt, kan het langdurig worden gebruikt. Gebruikelijke dosering Reumatoïde artritis: Volwassenen: 25 mg tweemaal per week. Juveniele chronische artritis: Kinderen 4-17 jaar: 0,4 mg per kg lichaamsgewicht (max. 25 mg) tweemaal per week. Spondylitis ankylosans: Volwassenen: 25 mg tweemaal per week. Artritis psoriatica: Volwassenen: 25 mg tweemaal per week. Dosis vergeten? Als u de injectie vergeet en u komt hier binnen een dag achter, dan kunt u de injectie alsnog toedienen. De volgende injectie kunt u gewoon op de gebruikelijke dag toedienen. Is er echter meer dan een dag verstreken, dan kunt u de gebruiksdagen het beste in het vervolg aanpassen: Als u bijvoorbeeld gewend was op maandag en donderdag de injectie te gebruiken, en u komt er pas dinsdag achter dat u de maandag-dosis bent vergeten, injecteer dan in het vervolg op dinsdag en op vrijdag. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De gewrichtsontsteking en de klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. 104 MedicijnenKompas Bij reumatoïde artritis komt behandeling met etanercept in aanmerking indien sulfasalazine en methotrexaat in optimale doseringen onvoldoende baat bieden. Ook is etanercept toepasbaar bij polyarticulaire juveniele idiopatische artritis die onvoldoende reageert op methotrexaat. Bij artritis psoriatica moet er sprake zijn van onvoldoende baat bij DMARD’s in optimale doseringen. Etanercept komt verder in aanmerking bij ernstige actieve spondylitis ankylopoëtica die onvoldoende reageert op ten minste twee NSAID’s in maximale dosering en een andere conventionele behandeling. Bij perifere artritis dient eerst sulfasalazine te zijn uitgeprobeerd. Etanercept komt bij matig tot ernstige chronische plaque psoriasis alleen in aanmerking als lichttherapie met PUVA, methotrexaat en ciclosporine onvoldoende resultaat of te veel bijwerkingen geven of niet toepasbaar zijn. Over de resultaten van langdurige toepassing van etanercept bij matige tot ernstige plaque psoriasis is niets bekend. De behandeling moet worden gestaakt als er onvoldoende reactie optreedt. Etanercept behoort alleen door of op aanwijzing van een specialist met ervaring in de behandeling van TNF-alfa-blokkerende middelen te worden voorgeschreven. Kosten per maand e 1.063,58 (november 2005) Vergoeding (vanaf Aan de vergoeding is de volgende voorwaarde verbonden: januari 2006) uitsluitend voor een verzekerde: a) met actieve reumatoïde artritis die onvoldoende baat of te veel bijwerkingen ondervindt bij de behandeling met diverse DMARD’s. Daartoe behoort ten minste methotrexaat, behalve als dat niet toepasbaar is, b) tussen 4 en 17 jaar met actieve polyarticulaire juveniele idiopatische artritis die onvoldoende baat heeft bij methotrexaat, c) boven 18 jaar met actieve en voortschrijdende artritis psoriatica die onvoldoende baat heeft bij DMARD’’s en d) met ernstige actieve spondylitis ankylopoëtica die onvoldoende baat heeft bij ten minste twee NSAID’s in maximale doseringen en een andere conventionele behandeling. Verder dient etanercept te zijn voorgeschreven door een arts die het middel volgens de richtlijnen van zijn beroepsgroep voorschrijft. Etanercept 105 • Oogaandoeningen, zoals aandoeningen van het hoornvlies of het netvlies, vooral bij het langdurig gebruik van hoge doseringen. Soms merkt u dit niet. Soms krijgt u last van wazig zien, het zien van een kleurloze ring rond lampen (halo’s), lichtschuwheid, veranderd kleurenzien, zien van lichtflitsen, moeilijk kunnen lezen. Als u langer dan één jaar 400 tot 800 mg per dag gebruikt is het nodig eenmaal per jaar uw ogen te laten controleren. Als u een hogere dosering langdurig gebruikt, moet u dit twee maal per jaar laten doen. Zelden: • Zenuw- en spieraandoeningen, zoals tintelingen of een doof gevoel in armen of benen, epilepsie, spierzwakte. • Psychische problemen, zoals angst, verwarring, gejaagd gevoel, hallucinaties en psychose. Dit verdwijnt weer na stoppen van het gebruik. • Hoofdpijn, duizeligheid, oorsuizen, doofheid. Bemerkt u doofheid of oorsuizen, waarschuw dan een arts. Zeer zelden: Bloedafwijkingen. Krijgt u keelpijn, koorts en blaren in de mond, bent u erg moe, of krijgt u snel blauwe plekken, waarschuw dan een arts. Hydroxychloroquine Merknaam Plaquenil (fabrikant: Sanofi-aventis) Samenstelling Een tablet Plaquenil bevat 200 mg hydroxychloroquine. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis en lupus erythematodes (LE). Werking Reumatoïde artritis: Hydroxychloroquine kan gewrichtsontstekingen enigszins remmen. Het behoort tot de DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen en de ziekte rustiger maken. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe deze werking precies totstandkomt is nog niet bekend. Reumapatiënten hebben iets minder last van pijn, kunnen zich wat beter bewegen en voelen zich beter. Het effect van hydroxychloroquine treedt nooit meteen op, maar meestal pas na drie tot vier maanden. LE: Hydroxychloroquine werkt bij LE doordat het de ontstekingsverschijnselen onderdrukt. Meestal gebruikt u het tijdens een aanval in hoge dosering gedurende enkele weken. Daarna is een lagere dosering gedurende langere tijd voldoende om de verschijnselen voor een groot deel te onderdrukken. Bijwerkingen 106 Soms: • Huiduitslag, jeuk, haaruitval, zwartblauwe verkleuring van nagels of slijmvliezen, verergering van psoriasis. Deze bijwerkingen verdwijnen weer als u stopt met dit middel. Als u hier veel last van heeft, overleg dan met uw arts. Zeer zelden ontstaat een ernstige huid­ afwijking met loslaten van de huid. Stop het gebruik en waarschuw dan onmiddellijk een arts. • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken en diarree. Om misselijkheid te voorkomen kunt u het best dit middel innemen tijdens of vlak na de maaltijd of met wat voedsel. MedicijnenKompas Oppassen bij • Myasthenia gravis. U kunt dan extra last van uw aandoening krijgen. • Epilepsie. Met dit middel kunt u daar extra last van krijgen. • Als u een oogaandoening, zoals een aandoening van het netvlies heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u de stofwisselingsziekte porfyrie heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u het aangeboren enzymgebrek G6PD-deficiëntie heeft, kan dit middel bij u een ernstige bloedafwijking teweeg kan brengen. • Als u overgevoelig bent voor dit middel, mag u het niet gebruiken. Wisselwerking Er zijn geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend. Rijvaardigheid Dit middel kan zelden duizeligheid veroorzaken. Neem geen deel aan het verkeer als u hier last van heeft. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Voedsel U mag alles eten. Hydroxychloroquine 107 Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit middel komt in de moedermelk terecht; het is niet bekend of het schadelijk is voor de baby. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Gebruik Innemen met een glas water. Wanneer Neem dit middel bij, of net na, een maaltijd. U heeft dan minder kans op misselijkheid. Hoe lang Meestal is langdurige behandeling nodig, afhankelijk van de ernst en de verschijnselen van uw aandoening. Gebruikelijke dosering Reumatoïde artritis: begindosering 400 mg per dag; onderhoudsdosering 200 mg per dag of 200 mg iedere twee dagen. Lupus erythematodes (LE): begindosering 400-600 mg per dag; onderhoudsdosering: 200-400 mg per dag. Dosis vergeten? • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u dit middel één keer per dag of eens per twee dagen gebruikt: Duurt het nog meer dan twaalf uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan twaalf uur? Sla de vergeten dosis dan over. Stoppen U kunt in één keer stoppen zonder naverschijnselen. MedicijnenKompas Bij onvoldoende baat bij een NSAID is hydroxychloroquine tegen reuma bruikbaar. Hydroxychloroquine verdient de voorkeur boven chloroquine in verband met het geringere risico van een ziekte van het netvlies (retinopathie). Pas na enkele maanden valt effect te verwachten van hydroxychloroquine. Daarom kan tijdens de eerste drie tot vier maanden naast het gebruik van hydroxychloroquine de behandeling met een NSAID worden voortgezet. Kosten per maand e 12,11 – e 12,36 (november 2005) Vergoeding (november 2005) Hoe 108 Plaatsbepaling in de behandeling Hydroxychloroquine Hydroxychloroquine wordt volledig vergoed. 109 • Infecties van de luchtwegen of urinewegen. Ook tuberculose kan zeer zelden ontstaan. Dit komt omdat de lichaamseigen afweer is verminderd. Krijgt u last van koorts of een infectie, raadpleeg dan altijd uw arts. Longonderzoek op onder andere tuberculose vindt plaats voor, tijdens en tot zes maanden na het laatste infuus. Zelden ontstaat een ernstige infectie in het bloed; dit kan soms pas na enkele weken gebruik merkbaar worden. Bij ernstige infecties of bloedinfecties moet het gebruik worden gestopt. Soms: • Blozen en duizeligheid door een bloedvatverwijdend effect. Mensen met hartfalen kunnen meer last krijgen van hun klachten. Bij toename van vocht vasthouden (dikke enkels) of kortademigheid moet u de arts waarschuwen. • Buikklachten, zoals misselijkheid, buikpijn of diarree. Zelden: • Psychische verschijnselen, zoals depressiviteit, verwardheid en slaapproblemen. • Afwijkingen in het bloed. Deze kunnen na enkele weken tot maanden ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Als u keelpijn, koorts en blaren in de mond krijgt, of als u snel blauwe plekken krijgt, waarschuw dan uw arts. Dit kan een aanwijzing zijn voor een mogelijke bloedafwijking. • Zenuwafwijkingen. Bij mensen met bestaande oog­zenuwafwijkingen kunnen de klachten verergeren. Infliximab Merknaam Remicade (fabrikant: Centocor) Samenstelling Remicade bevat 100 mg infliximab per infuusflacon. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis en spondylitis ankylosans/ankylopoëtica (ziekte van Bechterew). Werking Infliximab remt de zogenaamde ‘tumor necrosis factor’ TNF-alfa, een eiwit dat een rol speelt bij ontstekingen. Hierdoor vermindert de ontsteking en wordt de reumatoïde artritis afgeremd. Infliximab hoort tot de zogenaamde DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen. DMARD’s hebben geen direct effect op de pijn en kunnen de ziekte ook niet genezen, maar ze kunnen de ziekte wel rustiger maken, waardoor klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd kunnen afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Bijwerkingen Zeer vaak: Uitgestelde overgevoeligheidsreacties. Dit komt vooral voor bij mensen die ooit infliximab hebben gebruikt en die na een onderbreking van een paar maanden nu weer infliximab krijgen. Drie tot twaalf dagen na de behandeling kunnen spierpijn, gewrichtspijn, rugpijn, koorts, huiduitslag, jeuk, galbulten, heesheid, droge keel, hoofdpijn en zwelling van het gezicht, lippen of handen ontstaan. Waarschuw onmiddellijk uw arts als u hier last van krijgt. Vaak: • Acute infuusreacties, binnen twee uur na het infuus. De verschijnselen zijn onder andere huiduitslag, jeuk, duizeligheid, vermoeidheid, piepend ademhalen of kortademigheid. Deze infuusreacties komen het vaakst voor bij het eerste en tweede infuus. Bij volgende infusen nemen de verschijnselen gewoonlijk af. Als het gebeurt tijdens een infuus, moet het infuus onmiddellijk worden gestopt. Artsen schrijven meestal andere medicijnen voor om deze klachten te verminderen, zoals de pijnstiller paracetamol, middelen tegen allergie en inhalatoren tegen benauwdheid. 110 MedicijnenKompas Oppassen bij • Matig of ernstig hartfalen. Dan mag u dit middel niet gebruiken. • Als u een infectie heeft, mag u niet beginnen met de behandeling. Dit middel vermindert uw afweer tegen infecties, waardoor deze uit de hand kunnen lopen. Wisselwerking De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin en BCG-vaccin. Infliximab vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Overleg hierover met uw arts. Als u gevaccineerd wordt, reageert het lichaam namelijk met een afweerreactie tegen het vaccin. Infliximab remt deze afweerreactie. Rijvaardigheid Bij dit medicijn kunt u soms last krijgen van duizeligheid. Als u dit merkt, rijd dan geen auto. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Infliximab 111 Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Over het gebruik van dit middel tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in ieder geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander middel. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Het is niet bekend of dit middel in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk is voor de baby. Mogelijk kan de arts u (tijdelijk) een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Plaatsbepaling in de behandeling Gebruik Hoe Het middel wordt via een infuus gedurende twee uur toegediend. Daarna moet men nog één tot twee uur onder medisch toezicht blijven, omdat mogelijk acute infuusreacties op kunnen treden. Wanneer Meestal volgt men een schema: na het eerste infuus volgt na twee weken een tweede. Vier weken na de tweede volgt het derde infuus. Daarna om de acht weken. Hoe lang Binnen zes weken na het eerste infuus moet duidelijk merkbaar zijn dat het middel werkt. Indien het niet werkt, heeft verdere toediening geen zin. Als het middel wel werkt, kan het langdurig worden gebruikt. Gebruikelijke dosering Reumatoïde artritis: infuus van 3 mg per kg lichaamsgewicht, dit twee en zes weken na de eerste infusie herhalen en daarna herhalen om de acht weken. Spondylitis ankylosans: infuus van 5 mg per kg lichaamsgewicht, dit twee en zes weken na de eerste infusie herhalen en daarna herhalen om de zes tot acht weken. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. 112 MedicijnenKompas Bij reumatoïde artritis komt behandeling met infliximab in combinatie met methotrexaat pas in aanmerking indien DMARD’s, zoals sulfasalazine en methotrexaat, in optimale doseringen onvoldoende baat bieden. Bij artritis psoriatica moet er sprake zijn van onvoldoende baat bij DMARD’s in optimale doseringen. Infliximab komt verder in aanmerking bij ernstige actieve spondylitis ankylopoëtica die onvoldoende reageert op ten minste twee NSAID’s in maximale dosering en een andere conventionele behandeling. Bij perifere artritis dient eerst sulfasalazine te zijn uitgeprobeerd. Indien er na drie maanden geen of een onvoldoende reactie op infliximab optreedt, dient de behandeling te worden gestaakt. Er is geen reden om bij reumatoïde artritis de voorkeur te geven aan één van de TNF-alfa-blokkerende middelen. Gebruik van infliximab gaat gepaard met een verhoogd risico van infecties die soms levensbedreigend kunnen zijn. Bij een eventuele langdurige onderbreking van de behandeling met infliximab is hervatting van de behandeling af te raden vanwege het risico van overgevoeligheid. Vanwege eventuele acute bijwerkingen vindt toediening alleen poliklinisch plaats. Infliximab behoort alleen door of op aanwijzing van een specialist met ervaring in de behandeling van TNF-alfa-blokkerende middelen te worden voorgeschreven. Kosten per maand e 685,54 (november 2005) Vergoeding (november 2005) Infliximab Infliximab komt niet voor vergoeding op recept via de apotheek in aanmerking. De reden is dat het middel alleen in het ziekenhuis wordt toegepast en financiering dus plaatsvindt vanuit het budget van het ziekenhuis. 113 • Afwijkingen in het bloed. Deze kunnen na enkele weken tot maanden ontstaan. Het bloed wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Als u keelpijn, koorts en blaren in de mond krijgt, of als u snel blauwe plekken krijgt, waarschuw dan uw arts. Dit kan een aanwijzing zijn voor een mogelijke bloedafwijking. • Lichte verhoging van de bloeddruk. Mensen met een verhoogde bloeddruk moeten hun bloeddruk vaker laten controleren. • Verhoogde kans op infecties, bijvoorbeeld van de luchtwegen zoals verkoudheid, hoesten, voorhoofdsholteontsteking of zelden longontsteking. Dit komt omdat de lichaamseigen afweer is verminderd. Zelden: Allergische reacties met onder andere jeuk of galbulten, koorts, zelden ernstige allergie met benauwdheid of flauwvallen. Zelden ontstaat ‘angio-oedeem’: een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel. U kunt hierbij erg benauwd worden. Als het ontstaat moet u onmiddellijk een arts opzoeken of naar de eerstehulpdienst gaan. Meld de overgevoeligheid ook in uw apotheek; het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit middel niet opnieuw krijgt. Leflunomide Merknaam Arava (fabrikant: Sanofi-aventis) Samenstelling Arava bevat 10, 20 of 100 mg leflunomide per tablet. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis en artritis psoriatica. Werking Leflunomide behoort tot de zogenaamde DMARD’s. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen en de ziekte rustiger maken. Hierdoor kunnen klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe leflunomide precies werkt bij reuma is echter niet bekend. Leflunomide werkt niet meteen. De werking is meestal binnen vier tot zes weken merkbaar en is optimaal binnen vier tot zes maanden. Bijwerkingen Vaak: • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, diarree en buikpijn. Ook verlies van eetlust, smaakstoornissen en vermagering komen zelden voor. Indien u last van misselijkheid heeft, helpt het soms om de tablet tijdens de maaltijd in te nemen. • Pijnlijke blaren of aften in de mond door ontsteking van slijmvliezen van de mond. Als u er te veel last van krijgt moet u uw arts raadplegen. • Hoofdpijn, duizeligheid of tintelende handen of voeten. • Leverbeschadiging, zelden overgaand in een ernstige leverontsteking met geelzucht. Uw leverfunctie wordt daarom regelmatig gecontroleerd. Merkt u tussentijds een gevoelige, opgezwollen buik of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid, waarschuw dan een arts. • Peesontsteking. In zeer zeldzame gevallen kan dit een scheur in de pees veroorzaken. Bij pijn in de pezen zoals de achillespees uw arts raadplegen. • Eczeem, huiduitslag, jeuk, haaruitval. Deze bijwerkingen verdwijnen als u stopt met het middel. Mensen die last hebben van atopisch eczeem (eczeem door een gevoelige huid) kunnen een verergering van hun klachten krijgen. De klachten zijn meestal niet zo erg dat de behandeling moet worden gestopt. In zeer zeldzame gevallen gaat de huiduitslag over in een ernstige huidontsteking met blaren. Waarschuw dan uw arts. 114 MedicijnenKompas Oppassen bij • Lever- of nierfunctiestoornis. • U mag dit middel niet gebruiken als uw afweer­ systeem ernstig verzwakt is, bijvoorbeeld door AIDS. • U mag dit middel niet gebruiken als u afwijkingen in het bloed heeft. Uw arts zal uw bloed hierop controleren. Wisselwerking De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin en BCG-vaccin. Leflunomide vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Overleg hierover met uw arts. Als u gevaccineerd wordt, reageert het lichaam namelijk met een afweerreactie tegen het vaccin. Leflunomide remt deze afweerreactie. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Het gebruik van alcohol is niet aan te raden. Zowel alcohol als leflunomide hebben een negatieve invloed op de lever. Door de combinatie is de kans op een leveraandoening groter. Voedsel U mag alles eten. Leflunomide 115 Zwangerschap Borstvoeding U mag dit middel NIET gebruiken tijdens de zwangerschap of als u binnenkort zwanger wilt worden, omdat het middel schade toebrengt aan de ongeboren vrucht. Vrouwen moeten voor gebruik zeker weten dat ze niet zwanger zijn. Vervolgens moet men tijdens het gebruik en tot en met twee jaar na stoppen van het gebruik betrouwbare anticonceptie gebruiken, bijvoorbeeld de pil. Deze periode kan bekort worden door een ‘washout’-procedure. Hierbij wordt met andere medicijnen de hoeveelheid leflunomide in het lichaam sneller verlaagd. Als u dit middel gebruikt en u denkt erover om zwanger te worden, overleg dan met uw arts. Ook mannen die leflunomide gebruiken, moeten betrouwbare anticonceptieve maatregelen nemen, bijvoorbeeld condooms. Het middel tast namelijk het sperma aan en geeft daardoor meer kans op aangeboren afwijkingen bij de baby. Mannen die gestopt zijn met leflunomide, moeten ook eerst de ‘wash-out’-procedure volgen. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De gewrichtsontsteking en de klachten kunnen dan heviger terugkomen. Als u stopt vanwege kinderwens of vanwege ernstige bijwerkingen, moet u ermee rekening houden dat het twee jaar kan duren voor het middel uit het lichaam weg is. Deze periode kan worden bekort door een ‘washout’-procedure. Hierbij wordt met andere medicijnen de hoeveelheid leflunomide in het lichaam sneller verlaagd. Overleg hierover met uw arts. Plaatsbepaling in de behandeling Er zijn slechts beperkte gegevens over het gebruik van leflunomide bij reumatoïde artritis. Leflunomide lijkt even werkzaam al sulfasalazine, maar is mogelijk minder werkzaam dan methotrexaat. Wat de invloed op de kwaliteit van leven betreft doet leflunomide het echter beter dan sulfasalazine. Als bij reumatoïde artritis een DMARD nodig is, dan gaat de voorkeur uit naar sulfasalazine of methotrexaat. Als vanwege bijwerkingen van deze middelen de behandeling stopgezet moet worden, komt bij patiënten met een matig ernstige vorm van reumatoïde artritis leflunomide in aanmerking. Omdat ook leflunomide ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, is het aan te bevelen om het middel terughoudend toe te passen. Leflunomide blijft lange tijd in het lichaam effectief. Bij een overdosering of overschakeling op een andere DMARD is het van belang om enige tijd niets in te nemen. Leflunomide dient te worden voorgeschreven door een specialist met ervaring in de behandeling van reumatische aandoeningen. Gebruik dit middel NIET als u borstvoeding geeft of stop de borstvoeding. Het is niet bekend of dit middel in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk is voor de baby. Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Mogelijk kan de arts u een ander middel voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken. Gebruik Hoe Innemen met een glas water. De tabletten heel doorslikken. Kosten per maand e 63,28 – e 113,08 (november 2005) Wanneer U mag het middel innemen op elk moment van de dag. Het beste kunt u een vast innametijdstip kiezen, bijvoorbeeld ‘s ochtends. Dan vergeet u minder snel een dosis. Vergoeding (november 2005) Hoe lang Het kan enkele weken duren voor u iets merkt van het gunstige effect van dit middel. Gebruikelijke dosering Reumatoïde artritis: Begindosering 100 mg eenmaal per dag gedurende drie dagen. Onderhoudsdosering: 10–20 mg eenmaal per dag. Artritis psoriatica: Begindosering 100 mg eenmaal per dag gedurende drie dagen. Onderhoudsdosering: 20 mg eenmaal per dag. Dosis vergeten? Neem de vergeten dosis in zodra u het merkt, behalve als het bijna tijd is voor de volgende dosis. Sla dan de vergeten dosis over. Neem nooit een dubbele dosis in. 116 MedicijnenKompas Leflunomide Leflunomide wordt volledig vergoed. 117 Bijwerkingen Methotrexaat Merknaam Emthexate (Pharmachemie) Ledertrexate (Wyeth) Methotrexaat Injecties/Tabletten (diverse fabrikanten) Metoject (Medac) Samenstelling Emthexate bevat 2.5, 5, 25 of 100 mg methotrexaat per ml injectievloeistof. Ledertrexate bevat 2,5 mg methotrexaat per tablet. Methotrexaat Injecties bevatten 25 of 100 mg methotrexaat per ml injectievloeistof. Methotrexaat Tabletten bevatten 2,5 of 10 mg. Metoject bevat 10 mg methotrexaat per ml injectievloeistof. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis. Werking Methotrexaat hoort tot de zogenaamde DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen. DMARD’s hebben geen direct effect op de pijn en kunnen de ziekte ook niet genezen, maar ze kunnen de ziekte wel rustiger maken, waardoor klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd kunnen afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe de werking van methotrexaat precies totstandkomt is nog niet bekend. Na langdurig gebruik: Soms: Schade aan de lever, de nieren of de longen. Uw arts moet uw lever, nieren en longen daarom zeer regelmatig controleren. Voordat u dit middel gaat gebruiken, zal uw arts uw bloed op lever- of nieraandoeningen controleren. Wanneer het bloedonderzoek daar aanleiding toe geeft, wordt op geregelde tijden een stukje weefsel van de lever genomen om dat te onderzoeken (leverpunctie). Dit is meestal na een totale hoeveelheid van 1500 mg (dit zijn 600 tabletten van 2,5 mg). Waarschuw uw arts bij ernstige misselijkheid, ernstige diarree met bloed in de ontlasting, kortademigheid en bij gele verkleuring van de huid en het tandvlees (dit laatste wijst op een leverziekte). Zeer zelden: • Haaruitval, zodat kale plekken ontstaan. Dit herstelt zich meestal als u met de behandeling stopt. • Oogklachten, meestal ontsteking van het oogslijmvlies. Meld oogklachten, zoals roodheid, pijn en jeuk aan uw arts. Mogelijk kan deze oogdruppels voorschrijven die deze klachten verbeteren. Na stoppen met de behandeling verdwijnen deze oogklachten. • Zwellingen in de lymfklieren. Mocht u een vergroting van de knobbels bemerken in uw nek, liezen of oksels, meld dit dan aan uw arts. De zwellingen kunnen afnemen als u stopt met de behandeling, soms is een behandeling tegen de zwellingen nodig. Oppassen bij 118 MedicijnenKompas Vaak: • Ontsteking van mondslijmvlies, tandvlees en tong, slecht kunnen eten, misselijkheid, braken en diarree. • Effecten op het bloed: deze uiten zich als bloedarmoede en een tekort aan bepaalde bloedcellen. Door dit tekort ontstaan eerder infecties door bacteriën en virussen. Methotrexaat Mensen met (aanleg voor) een maagzweer of met een darmontsteking moeten vooraf en tijdens het gebruik worden gecontroleerd, zodat de maag- of darmklachten niet te zeer verergeren. Bij een ernstige lever- of nieraandoening mag u geen methotrexaat gebruiken. Als u de stofwisselingsziekte porfyrie heeft, mag u dit middel niet gebruiken. 119 Wisselwerking Ciclosporine versterkt de bijwerkingen van methotrexaat. Deze kunt u niet samen gebruiken, tenzij uw arts dit uitdrukkelijk heeft aangegeven. De antibiotica Co-trimoxazol en trimethoprim kunnen de bijwerkingen van methotrexaat versterken. Zelfs na stoppen met methotrexaat mag u deze antibiotica gedurende enige tijd niet gebruiken. Pijnstillers van het NSAID-type, zoals ibuprofen, naproxen, diclofenac en indometacine kunnen de bijwerkingen van methotrexaat versterken, vooral als u meer dan 15 mg methotrexaat per week gebruikt, ofwel zes tabletten van 2,5 mg per week. Tegen reuma wordt methotrexaat vaak gecombineerd met pijnstillers van het NSAID-type. Dit is meestal geen probleem, omdat uw reumatoloog uw bloed regelmatig zal laten controleren. Als u dit middel één keer per week gebruikt, kan de arts soms adviseren om dergelijke pijnstillers niet te gebruiken op de dag van inname en de dag daarna. U kunt dan wel paracetamol gebruiken. De rest van de week kunt u de ontstekingsremmende pijnstillers wel weer veilig gebruiken. Overleg hierover met uw arts. Vaccins, bijvoorbeeld bof-mazelen-rodehondvaccin (BMR), gelekoortsvaccin en BCG-vaccin. Methotrexaat vermindert de werkzaamheid van deze vaccins en kan de kans op bijwerkingen ervan verhogen. Overleg hierover met uw arts. Als u gevaccineerd wordt, reageert het lichaam namelijk met een afweerreactie tegen het vaccin. Methotrexaat remt deze afweerreactie. Acitretine, een middel gebruikt bij huidaandoeningen, zoals ernstige psoriasis. Dit middel kan, zeker in combinatie met alcohol, de spiegels van methotrexaat verhogen. Hierdoor neemt de kans op bijwerkingen van methotrexaat op de lever toe. Neem contact op met uw arts als u deze combinatie voorgeschreven heeft gekregen. Drink zeker geen alcohol als u deze beide middelen gebruikt. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Gebruik geen alcohol. Zowel alcohol als methotrexaat hebben een negatieve invloed op de lever. Door de combinatie is de kans op een leveraandoening veel groter. 120 MedicijnenKompas Voedsel Melk en voedsel met melkproducten verminderen de opname van methotrexaat. Gebruik daarom vanaf twee uur vóór tot één uur ná inname van de tabletten geen melk of melkproducten, zoals kaas en yoghurt. Deze waarschuwing geldt niet als u methotrexaat per injectie krijgt toegediend. Zwangerschap U mag dit middel NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort zwanger wilt worden. Er is een kans dat het een aangeboren afwijkingen bij het kind veroorzaakt. Als u dit middel gebruikt en u denkt erover om zwanger te worden, overleg dan met uw arts of u een ander middel kunt gebruiken. Borstvoeding Gebruik dit middel NIET als u borstvoeding geeft of stop de borstvoeding. Dit middel komt in de moedermelk. Het kan dan bijwerkingen bij het kind geven. Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Mogelijk kan de arts u tijdelijk een ander middel voorschrijven, dat u wel veilig kunt gebruiken. Gebruik Hoe Tabletten: innemen met een glas water. Injecties: Het toedienen van de injectie gebeurt onder toezicht van een arts of verpleegkundige. Wanneer Dit middel moet u één keer per week gebruiken. Soms krijgt u dan een injectie of kunt u die zelf toedienen. Soms slikt u tabletten. Als u tabletten slikt is dit meestal in drie porties met een tussenpoos van twaalf uur. Hierdoor heeft u minder last van de bijwerkingen. Methotrexaat kan misselijkheid geven. Het is daarom aan te raden voor de inname een dag uit te kiezen, dat het u wat beter uitkomt. Hoe lang Het kan enkele weken tot maanden duren voor u iets merkt van het gunstige effect van dit middel. Meestal is langdurige behandeling nodig, afhankelijk van de ernst en de verschijnselen van uw aandoening. Gebruikelijke dosering Tabletten: begindosering 7,5-10 mg per week, onderhoudsdosering max. 25 mg per week. Injecties: begindosering 10 mg per week, onderhoudsdosering max. 25 mg per week. Methotrexaat 121 Dosis vergeten? Als u dit middel één keer per week gebruikt (soms in drie porties): • Als u vergeet te starten met de tabletten of de injectie en u komt hier binnen een dag achter, dan kunt u de tabletten alsnog innemen of de injectie alsnog toedienen. De week erop neem u de methotrexaat weer op de gebruikelijke dag. • Is er echter meer dan een dag verstreken, dan kunt u de dag het beste in het vervolg aanpassen: als u bijvoorbeeld gewend was op donderdag de methotrexaat te nemen, en u komt er pas zaterdag achter dat u dat vergeten hebt, neem dan de tabletten of injectie op zaterdag en noteer de zaterdag als vaste dag in het vervolg. Licht uw reumatoloog bij de volgende controle wel in over deze wijziging. • Als u dit middel in drie porties inneemt en u vergeet één van de porties, neem het middel dan alsnog en neem een eventuele volgende portie twaalf uur later. • Dit middel kan misselijkheid en braken veroorzaken. Heeft u binnen twee uur na inname gebraakt, raadpleeg dan uw arts. Deze kan u vertellen of u alsnog nieuwe tabletten moet nemen of dat dit niet nodig is. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Methotrexaat mag alleen worden voorgeschreven door een specialist met ervaring in de behandeling van reuma met methotrexaat. NSAID’s Merknaam Kosten per maand Tabletten: e 3,59 – e 5,87 (november 2005) Injectie: e 28,20 – e 62,70 Vergoeding (november 2005) 122 Methotrexaat wordt volledig vergoed. MedicijnenKompas NSAID’s Acetylsalicylzuur Tabletten (diverse fabrikanten) Advil (fabrikant: Wyeth CH) Aleve (fabrikant: Roche) Alka-Seltzer (fabrikant: Bayer) Antigrippine ibuprofen (fabrikant: GlaxoSmithKline) Ascal (fabrikant: Viatris) Aspégic (fabrikant: Sanofi-aventis) Aspirine (fabrikant: Bayer) Aspro (fabrikant: Bayer) Biofenac (fabrikant: Almirall) Brexine (fabrikant: Christiaens) Brufen (fabrikant: Abbott) Butazolidin (fabrikant: Fagron) Carbasalaatcalcium poeders (diverse fabrikanten) Cataflam (fabrikant: Novartis) Diclofenac Injecties/‘Retard’ Tabletten/Tabletten/ Zetpillen (diverse fabrikanten) Dolocid (fabrikant: MSD) Dometin (fabrikant: Christiaens) Femapirin (fabrikant: Chefaro) Fenylbutazon Capsules FNA (eigen bereiding van de apotheek) Froben (fabrikant: Abbott) Ibuprofen Dragees/Tabletten (diverse fabrikanten) Ibuprofen Zetpillen (diverse fabrikanten) Indocid (fabrikant: MSD) Indometacine Capsules (diverse fabrikanten) Indometacine Zetpillen (diverse fabrikanten) Ketoprofen Capsules (diverse fabrikanten) Mebutan (fabrikant: Tramedico) Movicox (fabrikant: Boehringer Ing) Nabumeton Tabletten (diverse fabrikanten) Naprocoat (fabrikant: Roche) Naprovite (fabrikant: Roche) Naproxen Tabletten/Zetpillen (diverse fabrikanten) Nurofen (fabrikant: Boots) Orudis (fabrikant: Sanofi-aventis) Oscorel (fabrikant: Sanofi-aventis) Piroxicam Capsules/Tabletten/Zetpillen (diverse fabrikanten) Rociclyn (fabrikant: Zambon) Seractil (fabrikant: Gebro) Sulindac Tabletten (diverse fabrikanten) Surgam (fabrikant: Sanofi-aventis) Tilcotil (fabrikant: Roche) Voltaren (fabrikant: Novartis) Voltaren K (fabrikant: Novartis CH) Zafen (fabrikant: Zambon) 123 Samenstelling 124 Acetylsalicylzuur Tabletten bevatten 500 mg acetylsalicylzuur. Advil bevat 200 of 400 mg ibuprofen per capsule, dragee of tablet. Aleve bevat 200 of 250 mg naproxen per tablet. Alka-Seltzer bruistabletten bevatten 324 mg acetylsalicylzuur. Antigrippine ibuprofen bevat 400 mg ibuprofen per tablet. Ascal bevat 300 of 600 mg carbasalaatcalcium per sachet. Aspégic bevat 500 mg acetylsalicylzuur per 5 ml injectievloeistof. Aspirine bevat 100 of 500 mg acetylsalicylzuur per tablet of kauwtablet. Aspro bevat 320 mg acetylsalicylzuur per tablet of 500 mg acetylsalicylzuur per bruistablet. Biofenac tabletten bevatten 100 mg aceclofenac. Brexine bevat 20 mg piroxicam per tablet, bruistablet of sachet. Brufen bevat 400 of 600 mg ibuprofen per tablet of sachet of 800 per tablet met gereguleerde afgifte. Butazolidin bevat 200 mg fenylbutazon per dragee. Carbasalaatcalcium poeders bevatten 300 of 600 carbasalaatcalcium per sachet. Cataflam bevat 50 mg diclofenac per dragee. Diclofenac Injecties bevatten 50 mg diclofenac per ml injectievloeistof. Diclofenac ‘Retard’ Tabletten bevatten 75 of 100 mg diclofenac. Diclofenac Tabletten bevatten 25 of 50 mg diclofenac. Diclofenac Zetpillen bevatten 25, 50 of 100 mg diclofenac. Dolocid bevat 250 of 500 mg diflunisal per tablet. Dometin bevat 25 of 725 mg indometacine per capsule. Femapirin bevat 200 mg ibuprofen per dragee. Fenylbutazon Capsules FNA bevatten 100 mg fenylbutazon. Froben bevat 200 mg flurbiprofen per capsule met gereguleerde afgifte of 50 of 100 mg per dragee. Ibuprofen Dragees/Tabletten bevatten 200, 400 of 600 mg ibuprofen per dragee of tablet. Ibuprofen Zetpillen bevatten 500 mg ibuprofen. Indocid bevat 25 of 50 mg indometacine per capsule, of 75 mg per capsule met gereguleerde afgifte. De zetpillen bevatten 50 of 100 mg indometacine. Indometacine Capsules bevatten 25 of 50 mg indometacine. De capsules met gereguleerde afgifte bevatten 75 mg indometacine. Indometacine Zetpillen bevatten 50 of 100 mg indometacine. Ketoprofen Capsules bevatten 100 of 200 mg ketoprofen per capsule met gereguleerde afgifte. Mebutan bevat 500 of 1000 mg nabumeton per tablet of dispergeerbare tablet. Movicox bevat 7,5 of 15 mg meloxicam per tablet. De zetpillen bevatten 15 mg meloxicam. MedicijnenKompas Nabumeton Tabletten bevatten 500 mg nabumeton. Naprocoat bevat 250 of 500 mg naproxen per tablet. Naprovite bevat 500 mg naproxen per tablet. Naproxen Tabletten/Zetpillen bevatten 250 of 500 mg naproxen per tablet of zetpil. Nurofen bevat 200 of 400 mg ibuprofen per capsule, tablet of smelttablet. De suspensie bevat 20 mg per ml. Orudis bevat 200 mg ketoprofen per capsule met gereguleerde afgifte of 100 mg ketoprofen per zetpil. Oscorel bevat 150 of 200 mg ketoprofen per capsule met gereguleerde afgifte. Piroxicam Capsules/Tabletten/Zetpillen bevatten 10 of 20 mg piroxicam. Rociclyn bevat 100 of 200 mg tolfenaminezuur per capsule. Seractil bevat 200 of 400 mg dexibuprofen per tablet. Sulindac tabletten bevatten 100 of 200 mg sulindac per tablet. Surgam bevat 200 of 300 mg tiaprofeenzuur per tablet. De capsules met gereguleerde afgifte bevatten 300 mg tiaprofeenzuur. Tilcotil bevat 20 mg tenoxicam per tablet. Voltaren bevat 25 mg diclofenac per ml injectievloeistof of 75 mg diclofenac per tablet met gereguleerde afgifte. Voltaren K bevat 12,5 mg diclofenac per tablet. Zafen bevat 400 mg ibuprofen per tablet. Verkrijgbaarheid Acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium en de lagere sterkten van diclofenac (12,5 mg), ibuprofen (tot en met 400 mg) en naproxen (tot en met 250 mg) zijn zonder recept te koop. De overige middelen zijn uitsluitend op recept verkrijgbaar. Toepassing NSAID’s worden toepast bij verschillende reumatische aandoeningen. Werking De geneesmiddelen in de groep ‘NSAID’s’ zijn ontstekingsremmende pijnstillers. Ze werken pijnstillend en ontstekingsremmend. Bij reumatische aandoeningen gaan ze de ontsteking tegen, hierdoor verminderen roodheid, zwelling en pijn. Het pijnstillende effect merkt u meestal binnen een uur of enkele uren. De roodheid en zwelling zullen na een aantal dagen tot een week minder worden. NSAID’s 125 Bijwerkingen Veel mensen krijgen door NSAID’s last van een geïrriteerde maag en zuurbranden en soms een maagzweer. Maagklachten kunt u proberen te voorkomen door het middel met wat voedsel en een glas water of melk in te nemen en geen alcohol te drinken of andere voedingsmiddelen te gebruiken die de maag irriteren, zoals scherpe kruiden. Andere bijwerkingen die zelden voorkomen zijn: • Hoofdpijn, duizeligheid en wazig zien. Dit gaat meestal over als u gewend bent geraakt aan het middel. • Een beschadiging van de maag of darmen, waarbij een bloeding kan optreden. Dit merkt u door bloedbraken of een zwarte, teerachtige ontlasting. Stop dan het gebruik en neem contact op met een arts. • Overgevoeligheid. Dit merkt u aan huiduitslag, galbulten en jeuk. Gebruik dan geen NSAID’s meer. Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht. Ga dan onmiddellijk naar een arts. Oppassen bij • Maagzweer, maagdarmbloeding of een andere bloeding. U mag deze middelen dan niet gebruiken. • Astma. NSAID’s kunnen een astma-aanval uitlokken. Als u ooit last heeft gekregen van benauwdheid of uitslag door een NSAID, mag u deze middelen niet gebruiken. • Hartfalen. Dit kan verergeren door NSAID’s. Overleg met uw arts als u last krijgt van opgezwollen enkels of toegenomen kortademigheid. • Ernstige lever- of nierfunctiestoornis. Vraag uw arts of extra controles nodig zijn. • Porfyrie. Als u last heeft van deze stofwisselingsziekte, mag u geen diclofenac, fenylbutazon of piroxicam gebruiken. • Als u een ziekte heeft, waarbij er ontstekingen aan uw darmen zijn, zoals de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa, mag u geen NSAID’s gebruiken. • Als u overgevoelig bent voor NSAID’s, mag u deze middelen niet gebruiken. 126 MedicijnenKompas Wisselwerking NSAID’s De middelen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen zijn: Middelen tegen hoge bloeddruk en/of hartfalen. Het gaat om middelen in de groepen bètablokkers (bijv. acebutolol, atenolol, bisoprolol, carvedilol, metoprolol, propranolol en sotalol), diuretica (bijv. bumetanide, chloortalidon, hydrochloorthiazide, furosemide spironolacton en triamtereen) en RAAS-remmers (bijv. captopril, enalapril, fosinopril, lisinopril, perindopril, candesartan, irbesartan, losartan en valsartan). NSAID’s verminderen de werking van deze middelen. Daarom zullen artsen de combinatie van deze middelen met NSAID’s proberen te vermijden. Moet u de combinatie toch gebruiken en heeft u een hoge bloeddruk, vraag dan om extra controles van de bloeddruk. Als u hartfalen heeft, let dan op verschijnselen van hartfalen. Dit zijn dikke enkels en voeten, en toegenomen kortademigheid. Als u hier last van krijgt, waarschuw dan uw arts. De bloedverdunners acenocoumarol en fenprocoumon. NSAID’s kunnen de werking van de bloedverdunner versterken. Vertel de trombosedienst dat u een NSAID gebruikt of heeft gebruikt. Ook heeft u meer kans dat u van NSAID’s bijwerkingen op de maag ondervindt. U heeft meer kans op een maagbloeding als u ook bloedverdunners gebruikt. Wees daar extra alert op en raadpleeg uw arts bij maagklachten. Lithium, een middel tegen manische depressiviteit. NSAID’s kunnen de bijwerkingen van lithium versterken, zoals maagdarmklachten, spiertrekkingen, duizeligheid, sufheid en verwardheid. Uw arts moet het lithiumgehalte in het bloed regelmatig laten meten en de dosering eventueel aanpassen. Methotrexaat. NSAID’s kunnen de bijwerkingen van methotrexaat versterken. Mogelijk moet uw arts de dosering van methotrexaat verlagen. Als het NSAID en methotrexaat beide door de reumatoloog zijn voorgeschreven, heeft die er al rekening mee gehouden. De middelen tegen depressiviteit trazodon en de SSRIgroep, zoals citalopram, fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline en corticosteroïden die u inneemt of geïnjecteerd krijgt. U heeft meer kans dat u van NSAID’s bijwerkingen op de maag ondervindt. Wees daar extra alert op en raadpleeg uw arts bij maagklachten. Het afweeronderdrukkende middel ciclosporine. De combinatie hiervan met een NSAID kan schadelijk zijn voor de nieren. Uw arts zal uw nierfunctie extra controleren. Alleen wisselwerking met acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium en diflunisal: Acetazolamide, een middel tegen glaucoom. Dit middel kan de kans op overdoseringsverschijnselen van acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium en diflunisal vergroten. Vraag uw arts of hij een ander NSAID wil voorschrijven. Deze kunnen wel veilig worden gebruikt met acetazolamide. 127 Alleen wisselwerking met fenylbutazon: Fenytoïne, een middel tegen epilepsie. Fenylbutazon kan de bijwerkingen van fenytoïne versterken, zoals maagdarmklachten, spiertrekkingen, duizeligheid, sufheid en verwardheid. Uw arts moet het gehalte aan fenytoïne in het bloed regelmatig laten meten en de dosering eventueel aanpassen. Rijvaardigheid Duizeligheid en wazig zien komen zelden voor bij sommige NSAID’s. Bij indometacine komt ook slaperigheid voor aan het begin van de behandeling. Neem geen deel aan het verkeer als u hier last van heeft. Alcohol Alcohol irriteert de maag, net als de NSAID’s. U kunt daardoor eerder last krijgen van uw maag. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Van de meeste NSAID’s is onvoldoende bekend om met zekerheid te zeggen dat ze veilig zijn tijdens de zwangerschap. Als u van plan bent zwanger te worden, maak met uw arts een afweging welk middel u het beste kunt gebruiken en in welke dosering. Borstvoeding Overleg hierover met uw arts. Wanneer Neem het middel tijdens of na de maaltijd in. U vermindert hierdoor de bijwerkingen op de maag. Als u vooral last heeft van ochtendstijfheid, kunt u de capsules of tabletten met gereguleerde afgifte of de zetpillen het beste voor de nacht innemen. Hoe lang Waarschijnlijk moet u het middel uw leven lang blijven gebruiken. Gebruikelijke dosering Aceclofenac 100 mg tweemaal per dag. Acetylsalicylzuur Volwassenen: oraal 0,5-1 g zesmaal per dag, max. 8 g per dag; injectie 500-1000 mg, zo nodig tot viermaal per dag; Kinderen: oraal 90-125 mg per kg lichaamsgewicht per dag in 6 doses; injectie 5-25 mg per kg lichaamsgewicht per dag. Carbasalaatcalcium 600-1200 mg zesmaal per dag. Dexibuprofen 600-900 mg per dag. Diclofenac Reumatoïde artritis en artrose: Volwassenen: 75-150 mg per dag. Juveniele chronische artritis: Kinderen: 1–3 mg per kg lichaamsgewicht per dag. Acute jichtaanval: injectie 75 mg zo nodig tweemaal per dag. Diflunisal 250 mg tweemaal per dag. Fenylbutazon Begindosering 200 mg tweemaal per dag gedurende 2 dagen. Onderhoudsdosering 100 mg per dag òf 200 mg iedere twee dagen. Flurbiprofen 150-200 mg per dag, max. 300 mg per dag. Ibuprofen Volwassenen: Oraal: 1200–1600 mg per dag, max. 2400 mg. Zetpillen: 1500–2000 mg per dag, max. 3000 mg per dag. Kinderen: vanaf 2 jaar: max. 20 mg/kg lichaamsgewicht per dag. Indometacine Volwassenen: Oraal: 75 mg per dag, max. 200 mg per dag. Zetpillen: 200 mg per dag. Kinderen vanaf 2 jaar: Oraal: 1 mg/kg lichaamsgewicht per dag, max. 2 mg/kg per dag. Ketoprofen Oraal: 100-200 mg per dag. Zetpillen: 200-300 mg per dag. Meloxicam 7,5-15 mg per dag. Nabumeton Volwassenen en kinderen vanaf 14 jaar: onderhoudsdosering: 1 g per dag, bij ernstige symptomen 1,5-2 g per dag. Naproxen Volwassenen: 375–750 mg per dag. Kinderen vanaf 6 jaar: 10 mg per kg lichaamsgewicht per dag. Piroxicam 20-30 mg per dag; bij acute verschijnselen (aanval) 40 mg per dag. Sulindac 200-400 mg per dag. Tenoxicam 10-20 mg per dag. Tiaprofeenzuur 600 mg per dag. Tolfenaminezuur 100-200 mg driemaal per dag. Gebruik Hoe 128 Gewone tabletten, capsules, dragees en capsules of tabletten met gereguleerde afgifte: innemen met een glas water. Toedieningsvormen met gereguleerde afgifte of met een maagbeschermend laagje altijd heel doorslikken. Bruistabletten, dispergeerbare tabletten, poeder of korrels: oplossen in water, daarna opdrinken. Kauwtabletten: fijnkauwen en daarna doorslikken. Smelttabletten: op de tong laten smelten en daarna doorslikken. Drank: Voor het innemen de drank goed schudden. Zetpillen: eventueel bevochtigen met een beetje water en in de anus brengen. Als u de zetpil binnen tien minuten verliest, omdat u naar het toilet moet, kunt u een nieuwe inbrengen. Injecties: deze worden meestal onder toezicht van een arts of verpleegkundige toegediend. MedicijnenKompas NSAID’s 129 Dosis vergeten? • Als u het middel één keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u het middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over. • Als u het middel drie keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan twee uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan twee uur? Sla de vergeten dosis dan over. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten tablet dan over. • Als u het middel vier keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan een uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan een uur? Sla de vergeten dosis dan over. Stoppen U kunt op ieder moment in één keer met het gebruik van het middel stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Bij reumatische aandoeningen is niet aangetoond dat één van de NSAID’s superieur is. De therapeutische verschillen tussen de diverse NSAID’s zijn gering. Daardoor kan bij de keuze voor een bepaald middel de ervaring ermee en de prijs een rol spelen. Het is een voordeel als een middel zowel beschikbaar is in een vorm om in te nemen via de mond (bijv. tablet) als via de anus (bijv. zetpil). Kosten per maand NSAID’s om in te nemen en zetpillen: e 1,45 – e 87,42 (november 2005) NSAID’s injecties: e 37,60 – e 545,40 Vergoeding (november 2005) 130 De meeste NSAID’s worden volledig vergoed. Acetylsalicyl­zuur tabletten 500 mg, Advil, Aleve, AlkaSeltzer, Antigrippine, Ascal, Aspro, carbasalaatcalcium poeders van 300 en 600 mg per sachet, ibuprofen dragees/tabletten van 200 mg en 400 mg, Nurofen en Voltaren K komen geheel voor eigen rekening. MedicijnenKompas Paracetamol Merknaam Kinderparacetamol Kauwtabletten/Tabletten/Zetpillen (diverse fabrikanten) Panadol (fabrikant: GlaxoSmithKline CH) Panadol Junior (fabrikant: GlaxoSmithKline CH) Paracetamol Kauwtabletten/Tabletten/Zetpillen (diverse fabrikanten) Sinaspril Paracetamol (fabrikant: Bayer) Samenstelling Kinderparacetamol Kauwtabletten bevatten 120 mg paracetamol. Kinderparacetamol Tabletten bevatten 100 mg paracetamol. Kinderparacetamol Zetpillen bevatten 120 of 240 mg paracetamol. Panadol bevat 500 mg paracetamol per tablet of 1000 mg paracetamol per zetpil. Panadol Junior bevat 125, 250 of 500 mg paracetamol per zetpil. Paracetamol Kauwtabletten bevatten 120 mg paracetamol. Paracetamol Tabletten bevatten100 of 500 mg paracetamol. De dispergeerbare tabletten bevatten 500 mg paracetamol. Paracetamol Zetpillen bevatten 120, 240, 500 of 1000 mg paracetamol. Sinaspril Paracetamol bevat 60 of 120 mg paracetamol per kauwtablet of 24 mg paracetamol per ml stroop. Verkrijgbaarheid Zonder recept te koop. Toepassing Lichte tot matige pijn bij artrose. Werking Paracetamol is een pijnstiller en werkt meestal goed tegen gewrichtspijn. Binnen een halfuur merkt u dat de pijn minder wordt. Dit effect houdt drie tot zes uur aan. Bijwerkingen Zelden: Overgevoeligheid voor paracetamol. Dit merkt u aan huiduitslag en galbulten. Raadpleeg bij deze verschijnselen uw arts. Geef aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor paracetamol. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het middel niet opnieuw krijgt. Paracetamol 131 Soms: Na gebruik gedurende enkele maanden of jaren en bij hoge doseringen kunnen lever- of nierbeschadiging en veranderingen in het bloed ontstaan. U merkt dit aan een gele verkleuring van het oogwit of de huid, moeite met plassen, bloed in de urine, onverklaarbare keelpijn, koorts, vermoeidheid en een slap gevoel. Stop in deze gevallen met het gebruik en neem contact op met uw arts. Hoe lang Waarschijnlijk zult u dit middel langdurig moeten gebruiken. Als het niet meer voldoende verlichting geeft, overleg dan met uw arts. Gebruikelijke dosering 500 mg tot 1 gram per keer; bij langdurig gebruik max. 2,5 gram per dag. Dosis vergeten? Heeft u pijn, neem de dosis dan alsnog in. Neem een eventuele volgende dosis minstens vier uur later. Als u meerdere doseringen vergeten bent, hoeft u deze niet ‘in te halen’. Oppassen bij Lever- of nierfunctiestoornis. Overleg met uw arts of paracetamol wel geschikt voor u is. Wisselwerking Er zijn geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend. Stoppen U kunt op ieder moment in één keer met het gebruik van dit middel stoppen. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Het gebruik van (veel) alcohol is niet aan te raden. Zowel alcohol als paracetamol hebben een negatieve invloed op de lever. Door de combinatie is de kans op een leveraandoening groter. Plaatsbepaling in de behandeling Voedsel U mag alles eten. Indien bij de behandeling van artrose een medicijn nodig is, dan gaat de voorkeur uit naar paracetamol. Paracetamol is meestal effectief, heeft weinig bijwerkingen en is breed toepasbaar. Het middel is ook toepasbaar bij astma, zwangerschap en bij patiënten die een verhoogd risico hebben op problemen met de maag en darm. Zwangerschap Gebruik van paracetamol tijdens de zwangerschap is in ieder geval veilig tot doseringen van 2 gram per dag. Als dit niet voldoende verlichting geeft, overleg dan met uw arts. Borstvoeding Paracetamol gaat in kleine hoeveelheden over in de moedermelk, maar is niet schadelijk gebleken. Gebruik van paracetamol tijdens de borstvoeding is in ieder geval veilig tot doseringen van 2 gram per dag. Als dit niet voldoende verlichting geeft, overleg dan met uw arts. Kosten per maand e 1,59 – e 126,00 (november 2005) Vergoeding (november 2005) Paracetamol komt geheel voor eigen rekening. Gebruik Hoe Tabletten: eventueel eerst fijnmaken, dan innemen met een glas water. Dispergeerbare tabletten: oplossen in water, daarna opdrinken. Kauwtabletten: fijnkauwen en daarna doorslikken. Stroop: innemen met een doseerlepel. Zetpillen: eventueel bevochtigen met een beetje water en in de anus brengen. Als u de zetpil binnen tien minuten verliest, omdat u naar het toilet moet, kunt u een nieuwe inbrengen. Wanneer Verdeel de doses over de dag. Kies vaste tijdstippen voor inname. 132 MedicijnenKompas Paracetamol 133 Zelden: • Overgevoeligheid, te merken aan huiduitslag, jeuk, benauwdheid, gewrichtspijn, een pijnlijke tong of koorts of een overgevoelige reactie op UV-licht (bijvoorbeeld van de zon of een zonnebank). Stop dan het gebruik en raadpleeg uw arts. U mag dit middel in de toekomst niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor sulfasalazine en verwante verbindingen. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit middel en soortgelijke middelen niet opnieuw krijgt. • Beschadigingen van de nieren, die blijvend kunnen zijn. De kans op deze bijwerking is hoger na langdurig gebruik. Als u dit middel voor langere tijd gebruikt zal uw arts daarom de werking van de nieren regelmatig controleren. • Ontsteking van de alvleesklier (pancreas)of de lever. • Afwijkingen in het bloedbeeld. Uw arts zal daarom regelmatig uw bloed controleren. Als u ineens koorts, keelpijn, blaasjes in de mond of neusbloedingen krijgt, moet u direct contact opnemen met uw arts. Sulfasalazine Merknaam Salozopyrine (fabrikant: Pfizer) Sulfasalazine suspensie FNA (eigen bereiding in de apotheek) Sulfasalazine Tabletten (diverse fabrikanten) Samenstelling Salozopyrine bevat 500 mg sulfasalazine per maagsap­ resistente tablet. Sulfasalazine suspensie FNA bevat 100 mg sulfasalazine en 189 mg sacharose (suiker) per ml suspensie. Sulfasalazine Tabletten bevatten 500 mg sulfasalazine per tablet of maagsapresistente tablet. Verkrijgbaarheid Uitsluitend op recept. Toepassing Reumatoïde artritis. Werking Sulfasalazine hoort tot de zogenaamde DMARD’s: ‘disease modifying anti rheumatic drugs’. DMARD’s zijn reumabestrijdende middelen die ontstekingen afremmen. DMARD’s hebben geen direct effect op de pijn en kunnen de ziekte ook niet genezen, maar ze kunnen de ziekte wel rustiger maken, waardoor klachten als pijn, stijfheid en zwelling na enige tijd kunnen afnemen. DMARD’s worden gebruikt om bij reuma de gewrichtsontsteking op de lange termijn te verminderen. Hoe de werking van sulfasalazine precies totstandkomt is nog niet bekend. Het effect van dit middel treedt nooit meteen op, maar meestal pas na twee tot drie maanden. Bijwerkingen 134 Vaak: • Maag- of darmklachten, zoals buikpijn, gebrek aan eetlust, misselijkheid en braken. Deze bijwerkingen komen vooral voor aan het begin van de behandeling en verdwijnen als u aan het middel gewend bent. Verder kunt u maagklachten vaak voorkomen door de tabletten of drank in te nemen tijdens of net na een maaltijd. • Hoofdpijn, en soms duizeligheid. • Tijdelijke onvruchtbaarheid bij mannen, door een tekort aan zaadcellen. Dit herstelt zich binnen twee tot drie maanden na stoppen met de behandeling. • Dit middel kan de urine en stoelgang een gele of oranje kleur geven. Dit is niet ernstig. MedicijnenKompas Oppassen bij • Lever- of nierfunctiestoornis. • Als u de stofwisselingsziekte porfyrie heeft, mag u dit middel niet gebruiken. • Als u ooit een allergische reactie van een medicijn uit de groep salicylaten, zoals acetylsalicylzuur, of van een sulfonamide (bepaalde antibiotica) heeft gehad, mag u dit middel niet gebruiken. Meld de overgevoeligheid altijd in uw apotheek! • Als u het aangeboren enzymgebrek G6PD-deficiëntie heeft, kan dit middel bij u een ernstige bloedafwijking teweegbrengen. Wisselwerking Er zijn geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend. Rijvaardigheid U kunt autorijden met dit geneesmiddel. Alcohol Bij dit middel zijn hiervoor geen beperkingen. Voedsel U mag alles eten. Zwangerschap Bent u zwanger, of wilt u zwanger worden, overleg dan met uw arts of u dit middel kunt blijven gebruiken. Borstvoeding Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit middel komt in de moedermelk terecht. Bij een lage dosering geeft dat meestal geen problemen. Gaat u wel borstvoeding geven, dan zal de arts extra controleren op bijwerkingen bij de baby, zoals diarree. Sulfasalazine 135 Verantwoording Gebruik Hoe Tabletten: Innemen met een glas water. De maagsapresistente tabletten altijd heel innemen. Drank: Voor het innemen de drank goed schudden. Wanneer Tabletten of drank: neem deze verdeeld over de dag in. U kunt deze het beste tijdens of net na een maaltijd innemen. Hiermee vermindert u de kans op maagklachten. Hoe lang Het effect treedt nooit meteen in, maar laat vaak enkele maanden op zich wachten. Als na zes maanden nog geen effect is opgetreden zal de arts overstappen op een ander middel. Als er gedurende een half jaar geen opleving van de klachten is geweest zal de arts overwegen om het gebruik af te bouwen. Gebruikelijke dosering Begindosering 500 mg per dag, opbouwen tot onderhoudsdosering van 1000 mg tweemaal per dag, max. 3000 mg per dag. Dosis vergeten? • Als u dit middel een keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal gebruikt? Neem de vergeten dosis dan alsnog. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla hem dan over. • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: Duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal gebruikt? Neem de vergeten dosis dan alsnog. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla hem dan over. Stoppen Stop niet zomaar met het gebruik. De klachten kunnen dan heviger terugkomen. Raadpleeg uw arts als u wilt stoppen. Plaatsbepaling in de behandeling Als NSAID’s onvoldoende effect hebben, dan komt als middel van tweede keuze sulfasalazine in aanmerking. Kosten per maand e 9,60 – e 16,39 (november 2005) Vergoeding (november 2005) 136 Sulfasalazine wordt volledig vergoed. MedicijnenKompas Verantwoordelijkheid voor inhoud en uitgave Initiatiefnemers Dit MedicijnenKompas is een gezamenlijk initiatief van het College voor zorgverzekeringen (CVZ) en de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF). CVZ Het College voor zorgverzekeringen houdt zich bezig met de uitvoering van de Ziekenfondswet en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Het CVZ onderzoekt of het beleid van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport uitvoerbaar en doelmatig is en geeft voorlichting over dit beleid aan zorgverzekeraars, zorginstellingen, hulpverleners en verzekerden. Een belangrijke taak van het CVZ is medicijnen te beoordelen op hun waarde voor de behandeling. Dit leidt tot adviezen aan VWS op basis waarvan wordt beslist over opname in het verzekerde pakket. Ook komen de beoordelingen terecht in een jaarlijks uitgegeven standaardboek voor artsen en apothekers, namelijk het Farmacotherapeutisch Kompas. Uit die uitgave is de informatie in de algemene, inleidende hoofdstukken van dit MedicijnenKompas grotendeels afkomstig. Hetzelfde geldt voor het laatste gedeelte van de beschrijvingen van de afzonderlijke medicijnen. Het gaat om de beschrijving van de waarde van het medicijn voor de behandeling (plaatsbepaling) en de informatie over de kosten en de vergoeding. Het CVZ draagt de eindverantwoordelijkheid voor deze uitgave. NPCF De Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) is een federatie van patiëntenorganisaties die samen meer dan twee miljoen leden vertegenwoordigen. De NPCF wil de positie van patiënten en consumenten in de gezondheidszorg versterken en streeft naar vraaggestuurde zorg. Bij vraaggestuurde zorg bepalen patiënten zelf welke zorg zij afnemen en hebben ze zelf de regie in handen. Om vraaggestuurde zorg mogelijk te maken is goede informatie een belangrijke voorwaarde om zelf beslissingen te kunnen nemen. Deze uitgave over reumatische aandoeningen past goed in de realisatie van vraaggestuurde zorg. Het biedt patiënten goede keuzeondersteunende informatie over de behandelingsmogelijkheden bij reuma. De NPCF gaat daarbij uit van een goed toegankelijke en betaalbare gezondheidszorg die is gebaseerd op solidariteit, keuzevrijheid en behoud van de persoonlijke autonomie. Verantwoording 137 KNMP/WINAp Het Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers (WINAp) maakt deel uit van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP), de beroepsorganisatie van apothekers in Nederland. KNMP/WINAp verzorgt beroepsinhoudelijke ondersteuning van apothekers door middel van informatiematerialen over geneesmiddelen en hun toepassing. Een deel van de informatiematerialen is gericht op de zorgverlener, andere producten zijn direct bedoeld voor de patiënt of consument. KNMP/WINAp verzorgt in dit MedicijnenKompas de beschrijvingen per medicijn. Deze teksten zijn geschreven door apothekers en afgeleid van de geneesmiddelteksten op de website www.apotheek.nl. De teksten op deze site worden voortdurend actueel gehouden. De informatie in de geneesmiddelteksten is gebaseerd op de officiële geregistreerde productinformatie van de fabrikant, aangevuld met informatie uit naslagwerken voor zorgverleners, zoals het Farmacotherapeutisch Kompas en het Informatorium Medicamentorum. In de geneesmiddelteksten in dit MedicijnenKompas is die informatie geselecteerd die nodig is om een medicijn goed en verantwoord te kunnen gebruiken. is volledig afhankelijk van giften van het bedrijfsleven en particulieren; het ontvangt geen financiële steun van de overheid. Een van de manieren waarop het Reumafonds haar voorlichtende taken uitvoert is de Reumalijn, de landelijke advies- en informatielijn van het Reumafonds en de Reumapatiëntenbond voor alle vragen over reuma. Bij de Reumalijn werken professionals en mensen die zelf reuma hebben. Vragen stellen aan de Reumalijn kan telefonisch of via de website van het Reumafonds of de Reumapatiëntenbond. Reumapatiëntenbond De Reumapatiëntenbond is een overkoepelende organisatie van meer dan 100 lokale en regionale reumapatiëntenverenigingen. Daarnaast zijn vier landelijke organisaties lid van de Reumapatiëntenbond. De Reumapatiëntenbond maakt zich sterk voor een betere kwaliteit van leven van mensen met reuma. De bond streeft naar het bevorderen van goede voorlichting en zorgt ervoor dat de politiek en de gezondheidszorg beter rekening houden met mensen die een reumatische aandoening hebben. De activiteiten richten zich ook op naasten, hulpverleners (in opleiding) en het publiek in het algemeen. De Reumapatiëntenbond is van mening dat de wereld om ons heen niet voldoende is ingericht op mensen met reuma. Daarom is belangenbehartiging hard nodig. De Reumapatiëntenbond en de reumapatiëntenverenigingen onderhandelen uit naam van mensen met reuma met de overheid, zorgverzekeraars, zorginstellingen, farmaceuten en beroepsorganisaties in de gezondheidszorg om ervoor te zorgen dat er meer rekening wordt gehouden met mensen met reuma. In samenwerking met het Reumafonds verzorgt de Reumapatiëntenbond de Reumalijn (zie onder Reumafonds). Reumafonds Het Reumafonds bestaat al bijna 80 jaar. Het Reumafonds zamelt geld in voor onderzoek naar de oorzaken en de behandeling van reuma, verzorgt voorlichting over reuma aan patiënten en het algemene publiek, geeft financiële ondersteuning aan minder draagkrachtigen met reuma, zorgt ervoor dat mensen met reuma met elkaar in contact kunnen komen (lotgenotencontact) en verzorgt aangepaste vakanties voor mensen met reuma. Het Reumafonds 138 MedicijnenKompas Verantwoording 139 Adressenlijst Reumafonds Postbus 59091, 1040 CB Amsterdam tel.: (020) 589 64 64 www.reumafonds.nl e-mail: [email protected] Algemeen College voor zorgverzekeringen (CVZ) Postbus 320, 1110 AH Diemen tel.: (020) 797 85 55 fax: (020) 797 85 00 www.cvz.nl www.cvzkompassen.nl/mk [email protected] Medicijnen College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) Officiële bijsluiters www.cbg-meb.nl Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) Postbus 1539, 3500 BM Utrecht tel.: (030) 297 03 03 fax: (030) 297 06 06 www.npcf.nl Koninklijke Nederlandse Informatie over Maatschappij ter bevor- geneesmiddelen dering der Pharmacie (KNMP) Geneesmiddelinfolijn: (0900) 999 88 00 (10.00-16.00 uur, e 0,20 per minuut) www.apotheek.nl Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers (WINAp)/ Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter Bevordering der Pharmacie (KNMP) Postbus 30460, 2500 GL ’s-Gravenhage tel.: (070) 373 73 73 fax: (070) 310 65 30 www.knmp.nl www.winap.nl DGV, Nederlands instituut voor verantwoord medicijngebruik www. meldpuntmedicijnen.nl Melden ervaringen medicijnen Nederlands Bijwerkingen Melden bijwerkingen Centrum Lareb www.lareb.nl Informatie en lotgenotencontact Reumalijn Postbus 1370, 3800 BJ Amersfoort tel.: 0900 20 30 300 (e 0,10 per min) maandag – vrijdag 10.00 – 16.00 uur www.reumalijn.nl e-mail: [email protected] Reumapatiëntenbond Postbus 1370, 3800 BJ Amersfoort tel.: (033) 461 63 64 www.reumabond.nl e-mail: [email protected] 140 MedicijnenKompas Adressenlijst 141 Verklarende woordenlijst Kraakbeen: botachtig weefsel dat o.a. de botuiteinden in de gewrichten bedekt. Kraakbeen is zachter en elastischer dan gewoon bot. Ankylose: het met elkaar vergroeien van botten die normaal niet aan elkaar vastzitten. NSAID’s: verzamelnaam voor medicijnen die de aanmaak van prostaglandinen remmen en daardoor pijn en ontstekingen tegengaan. Ze worden ook wel prostaglandinesynthetaseremmers genoemd. Tot deze medicijnen behoren de klassieke NSAID’s en de COX-2-remmers. Artritis psoriatica: vorm van ontstekingsreuma die kan optreden bij mensen met psoriasis. Artrose: reumatische aandoening waarbij het gewrichtskraakbeen wordt aangetast en waarbij pijn op de voorgrond staat. Auto-immuunziekte: ziekte waarbij de afweer zich richt tegen de cellen van het eigen lichaam. Corticosteroïden: verzamelnaam voor een groep geneesmiddelen met een ontstekingsremmende werking. COX-2-remmers: medicijnen met een pijnstillende en ontstekingsremmende werking en minder kans op bijwerkingen op het maagdarmkanaal dan klassieke NSAID’s. Coxibs: andere naam voor COX-2-remmers. DMARD’s: groep medicijnen die door de reumatoloog worden voorgeschreven om het ziekteproces in de gewrichten bij mensen met reumatoïde artritis stil te leggen. DNA: de stof in de kern van alle levende cellen waarin de erfelijke informatie in gecodeerde vorm is opgeslagen. Gewricht: beweegbare verbinding tussen twee botten in het lichaam. Gewrichtsholte: binnen het gewrichtskapsel gelegen holte, gevuld met vocht. Jicht: een niet-reumatische aandoening met gewrichtsontsteking en gewrichtspijn, meestal in een van de grote tenen. Jichtknobbels: onderhuidse knobbels die kunnen worden aangetroffen bij jichtpatiënten. Juveniele idiopathische artritis: ontstekingsreuma bij jeugdigen (jonger dan 16 jaar). 142 MedicijnenKompas Ontstekingsreuma: verzamelnaam voor reumatische aandoeningen waarbij gewrichtsontsteking optreedt (onder andere reumatoïde artritis, artritis psoriatica, juveniele idiopathische artritis en spondylitis ankylopoëtica). Prostaglandinen: lichaamseigen stoffen die een rol spelen bij de pijngewaarwording, ontstekingsreacties en een aantal normale huishoudelijke processen in het menselijk lichaam. Purine: bouwsteen van DNA, het erfelijk materiaal in alle levende cellen. Receptgeneesmiddelen: geneesmiddelen die alleen door een arts kunnen worden voorgeschreven. Reuma: populaire benaming voor ‘reumatoïde artritis’; soms worden ook wel alle vormen van ontstekingsreuma hiermee bedoeld. Reumaknobbels: onderhuidse knobbels die bij mensen met reumatoïde artritis kunnen worden aangetroffen als uiting van de ziekte buiten de gewrichten. Reumatische aandoeningen: verzamelnaam voor alle ziekten waarbij het bewegingsapparaat is betrokken: artrose, ontstekingsreuma en wekedelenreuma. Reumatoïde artritis: een relatief veel voorkomende vorm van ontstekingsreuma gekenmerkt door pijn en ontsteking van meestal meerdere gewrichten. SAARD’s: ‘slow acting antirheumatic drugs’; een andere aanduiding voor DMARD’s. Sclerodermie: ontstekingsziekte van het bindweefsel waarbij gewrichtsklachten kunnen optreden. Skelet: geraamte; het samenstel van botten in het menselijk lichaam. Verklarende woordenlijst 143 Spondylitis ankylopoëtica: vorm van ontstekingsreuma waarbij vooral de wervelkolom betrokken is, ook wel ziekte van Bechterew genoemd. Vaak treden hierbij benige vergroeiingen van de wervels op waardoor de wervelkolom krommer wordt en verstijft. Register van in deze publicatie opgenomen geneesmiddelen Synoviaalvocht: het vocht dat zich in de gewrichtsholte bevindt. Aceclofenac Acetylsalicylzuur Adalimumab Advil Aleve Alka-Seltzer Allupurinol Anakinra Analgetica Antigrippine ibuprofen Apurin Arava Arcoxia Arthrotec Ascal Aspégic Aspirine Aspro Auranofine Aurothiomalaat Auxib Azathioprine Synoviumholte: andere naam voor gewrichtsholte. Systeemlupus: auto-immuunziekte die verschillende organen kan aantasten en algemene ziekteverschijnselen kan veroorzaken, waaronder gewrichtsklachten. TNF-alfa-blokkers: subgroep van medicijnen binnen de klasse van de DMARD’s. Tophi: andere naam voor jichtknobbels. Urinezuur: afbraakproduct van purine dat door de nieren in de urine uitgescheiden worden. Kristallen van urinezuur in de gewrichten worden verantwoordelijk gehouden voor het ontstaan van jichtaanvallen. Visueel-analoge schaal: een schaal, meestal van 0 tot 10 waarop iemand kan aangeven hoeveel pijn hij/zij voelt. Zelfzorgmiddelen: geneesmiddelen die zonder recept te koop zijn. A B Benzbromaron Betametason Biofenac Brexine Brufen Butazolidin C Carbasalaatcalcium Cataflam Celecoxib Celebrex Celestone 144 MedicijnenKompas Register van in deze publicatie opgenomen geneesmiddelen 123 123 34, 51 123 123 123 35, 55 34, 59 30 123 55 114 94 32, 98 123 123 123 123 62 34, 65 94 68 35, 72 35 123 123 123 123 123 123 33, 94 94 87 145 Chloroquine Ciclosporine Colchicine Corticosteroïden COX-2-remmers D Depo-Medrol Desuric Dexamethason Dexibuprofen Di-Adreson-F Diclofenac Diflunisal DMARD’s Dolocid Dometin E Emthexate Enbrel Etanercept Etoricoxib F Femapirin Fenylbutazon Flurbiprofen Froben H Humira Hydroxychloroquine I Ibuprofen Imuran Indocid Indometacine 146 75 79 35, 84 34, 87 32, 94 87 72 35, 87 123 87 32, 98, 123 123 33, 59, 62, 65, 68, 75, 79, 102, 106, 110, 114, 118, 134 123 123 118 102 34, 102 33, 94 123 123 123 123 51 106 123 68 123 123 MedicijnenKompas Infliximab K Kenacort-A Ketoprofen Kineret L Ledertrexate Leflunomide M Mebutan Meloxicam Methotrexaat Methylprednisolon Metoject Misoprostol Movicox N Nabumeton Naprocoat Naprovite Naproxen Neoral Nivaquine NSAID’s Nurofen O Oradexon Orudis Oscorel P Panadol Paracetamol Register van in deze publicatie opgenomen geneesmiddelen 34, 110 87 123 59 118 114 123 123 118 35, 87 118 98 123 123 123 123 123 79 75 31, 98, 123 123 87 123 123 131 30, 131 147 Parecoxib Pijnstillers Piroxicam Plaquenil Prednisolon Prednison R Remicade Ridaura Rociclyn Rofecoxib S Salozopyrine Seractil Sinaspril Solu-Medrol Sulfasalazine Sulindac Surgam T Tauredon Tenoxicam Tiaprofeenzuur Tilcotil TNF-alfa-blokkerende middelen Tolfenaminezuur Triamcinolon V Voltaren Voltaren K Z Zafen Zyloric 148 33 30 123 106 35, 87 35, 87 110 62 123 33 134 123 131 87 134 123 123 65 123 123 123 34, 51, 102, 110 123 35, 87 123 123 123 55 MedicijnenKompas MedicijnenKompas MedicijnenKompas Reumatische aandoeningen Reumatische aandoeningen 2006