HET CARICOMSCHOOLBOEK Derde Editie HET CARICOMSCHOOLBOEK Samengesteld en geredigeerd door Rovin Deodat (Ph.D., Communicatie) Antigua & Barbuda Grenada St. Kitts & Nevis de Bahama´s Guyana Saint Lucia Barbados Haïti St. Vincent & de Grenadines Belize Jamaica Suriname Dominica Montserrat Trinidad & Tobago Dit CARICOM-schoolboek beoogt eenvoudige basisinformatie te verstrekken over de oorsprong, groei en ontwikkeling van CARICOM. Het boek is bruikbaar voor onze jonge mensen op school en voor CARICOM-burgers, waar ook ter wereld, die meer willen weten over de integratiebeweging met de naam CARICOM. Het materiaal opgenomen in dit schoolboek is bewerkt naar documenten geproduceerd door het CARICOM-Secretariaat. Voor het eerst gepubliceerd door het CARICOM-Secretariaat in 2003 Bijgewerkt voor de tweede editie: 2008 Herzien en bijgewerkt voor de derde editie: augustus 2010 Bijgewerkt: maart 2012 Printers: Caribbean Print Technologies (Trinidad enTobago) Ontwerp en layout: Designz Unlimited (www.designzunlimited.net) INHOUDSOPGAVE WEST-INDIË VÓÓR CARICOM 5 DE CARIBISCHE VRIJHANDELSZONE 7 DE GEBOORTE EN GROEI VAN CARICOM 11 DE DOELSTELLINGEN VAN CARICOM 12 HOE CARICOM WERKT 14 INSTITUTEN VAN CARICOM 16 GEASSOCIEERDE INSTITUTEN VAN CARICOM 23 HET CARICOM-SECRETARIAAT 26 DE FUNCTIES VAN HET SECRETARIAAT 28 THEMATISCHE PRIORITEITEN VAN HET SECRETARIAAT 29 LOCATIE VAN HET SECRETARIAAT 31 VERSTERKING VAN HET VERDRAG VAN CHAGUARAMAS 31 DE CARICOM INTERNE MARKT EN ECONOMIE – CSME 34 INVOERING VAN DE CSME 36 REGIONALE PORTEFEUILLES 40 PRIORITAIRE GEBIEDEN VAN CARICOM 42 DE MILLENIUMONTWIKKELINGSDOELEN VAN DE VERENIGDE NATIES 52 3 HET CARIBISCH HOF VAN JUSTITIE 54 DE CULTURELE BANDEN VAN CARICOM 57 CARICOM-ONDERSCHEIDINGEN 62 LANDENPROFIEL VAN CARICOM-LIDSTATEN 67 Antigua en Barbuda De Bahama's Barbados Belize Dominica Grenada Guyana Haïti Jamaica Montserrat St. Kitts en Nevis Saint Lucia St. Vincent en de Grenadines Suriname Trinidad en Tobago 67 70 72 74 77 79 82 85 87 90 92 94 96 98 101 LANDENPROFIEL VAN GEASSOCIEERDE LIDSTATEN 104 Anguilla Bermuda Britse Maagdeneilanden Caymaneilanden De Turks- en Caicoseilanden 104 107 109 112 114 4 SCHOOLBOEK CARICOM WEST-INDIË VÓÓR CARICOM De Caribische Gemeenschap is beter bekend als CARICOM. Officieel, is ze ontstaan in 1973, maar in feite is ze een integratieproces dat geworteld is in koloniale tijden toen deze regio werd gezien als een enkele entiteit: WestIndië. In moderne tijden, echter, wordt het bewuste en gerichte streven de vele staten die gevormd zijn tijdens ons koloniaal verleden te versmelten tot een Caribische Gemeenschap vaak gedateerd rond 1958 – het jaar waarin tien Caribische eilanden die toen nog Britse koloniën waren, zich verenigden in de West-Indische Federatie. Om een aantal redenen hield de West-Indische Federatie op te bestaan in 1962. Ironisch genoeg betekende dit niet het einde van de drang naar regionale integratie, maar leek het juist een versterking en verbreding van de mogelijkheid tot integratie op economisch, sociaal en functioneel niveau. Vroege Vormen van Functionele Samenwerking in het Caribisch Gebied Functionele samenwerking is het creëren van praktische systemen die ten voordele kunnen zijn van een groep landen die samen een gemeenschappelijke regio delen. Universitair Onderwijs, Verschepingen van het ene Caribisch Land naar het andere, en 5 SCHOOLBOEK CARICOM weerspatronen die heel het Caribisch Gebied beïnvloeden, waren geschikte gebieden waarop de functionele samenwerking kon worden aangevangen. In 1962 werd een Conferentie Gemeenschappelijke Diensten bijeengeroepen om beslissingen te nemen ten aanzien van de University of the West Indies (UWI), die al in 1948 was opgericht (destijds geheten “The University College of the West Indies” (UCWI)), om ten dienste te staan van alle Engelssprekende landen van het Caribisch Gebied. Daarnaast, werd in de periode van de West- Indische Federatie de Regionale Scheepvaartdienst opgericht voor het beheren van de twee schepen die in 1962 waren gedoneerd door de regering van Canada. De schepen waren “The Federal Palm” en “The Federal Maple”. Voorts werd in 1963 de Caribische Meteorologische Dienst opgericht die Scheepvaartdienst de samen met belangrijkste de UWI gebieden en de van Regionale functionele samenwerking in het Caribische Gebied direct na het eind van de Federatie vertegenwoordigde. Het Idee van een Caribische Gemeenschap Tegen 1962 streefden enkele van de grotere Engelssprekende Caribische landen actief naar onafhankelijkheid van Groot-Brittanië, en zowel Trinidad en Tobago als Jamaica verkreeg politieke onafhankelijkheid in 1962. Trinidad en Tobago, in het bijzonder, begon het idee van regionale samenwerking uit te dragen op het economisch niveau. Bij de aankondiging van haar voornemen zich terug te trekken uit de Federatie, had de Regering van Trinidad en Tobago de oprichting voorgesteld van een Caribische Gemeenschap, bestaande uit niet alleen de 10 leden van de oude Federatie, maar ook de drie Guyana’s en alle eilanden van de 6 SCHOOLBOEK CARICOM Caribische Zee – zowel de onafhankelijke als de nietonafhankelijke. De Eerste Conferentie van Regeringsleiders van het Caribisch Gebied De toenmalige Premier van Trinidad en Tobago, Dr. Eric Williams, belegde de eerste Conferentie van Regeringsleiders in juli 1963, in Trinidad en Tobago, om het idee van een Caribische Gemeenschap te bespreken. Deze Conferentie werd bijgewoond door de leiders van Barbados, Brits Guiana, Jamaica en Trinidad en Tobago. De Conferentie van 1963 werd beschouwd als de eerste Conferentie van Caribische Leiders en was de eerste van een reeks van conferenties tussen de leiders van de Caribische landen die behoren tot het Gemenebest. DE CARIBISCHE VRIJHANDELSZONE (CARIFTA) In juli 1965, tijdens een ontmoeting tussen de Premiers van Barbados en Brits Guiana en de Eerste Minister van Antigua en Barbuda, lag het accent op de mogelijkheid van het vormen van een vrijhandelszone in het Caribisch Gebied. De beslissing genomen tijdens de ontmoeting in juli 1965 resulteerde later die maand in de aankondiging van definitieve plannen om een Vrijhandelszone in te stellen. In december 1965 ondertekenden de Regeringsleiders van Antigua en Barbuda, Barbados en Brits Guiana een Overeenkomst te Dickenson Bay in Antigua en Barbuda, voor het instellen van de Caribische Vrijhandelszone (CARIFTA). 7 SCHOOLBOEK CARICOM Teneinde een grotere groep tot het Gemenebest behorende landen in het Caribisch gebied erbij te betrekken, werd de feitelijke start van de Vrijhandelszone opzettelijk vertraagd om de rest van de Regio, Trinidad en Tobago, Jamaica en alle Windward-eilanden en Leewardeilanden in staat te stellen lid te worden van de pas gevormde Vrijhandelszone. De Vierde Conferentie van Regeringsleiders in 1967 kwam overeen CARIFTA formeel op te richten en zoveel mogelijk Caribische Gemenebestlanden erin te betrekken. Ook werd overeengekomen dat de Vrijhandelszone het begin Gemeenschappelijke Markt zou zou zijn van wat de Caribische worden. De nieuwe CARIFTA- Overeenkomst trad in werking op 1 mei 1968, met de participatie van Antigua en Barbuda, Barbados, Guyana en Trinidad en Tobago. De Overeenkomst werd in eerste instantie ondertekend te Dickenson Bay in Antigua, op 15 december 1965, door V.C. Bird, Eerste Minister van Antigua, E.W. Barrow, Premier van Barbados, en L.F.S. Burnham, Premier van Brits Guiana. Op 1 augustus 1968 traden Dominica, Grenada, St. Kitts/Nevis/Anguilla, Saint Lucia, St. Vincent en de Grenadines, Jamaica en Montserrat formeel toe tot CARIFTA. Brits Honduras (Belize) sloot zich aan in mei 1971. Samenvattend, CARIFTA bracht 12 Caribische Gemenebestlanden bijeen, zich uitstrekkend over de gehele lengte en breedte van het Caribisch Bassin, van Belize aan de kust van Midden-Amerika in het noordwesten tot Guyana aan de kust van Zuid-Amerika in het zuidoosten. Tien eilanden die ooit deel uitmaakten van de WestIndische Federatie en nu lid zijn van CARIFTA, strekten zich uit over de 8 SCHOOLBOEK CARICOM Caribische zee tussen Barbados, Belize Dominica, St.Kitts/Nevis/Anguilla, en Guyana. Grenada, Saint Lucia, Dat waren: Jamaica, St. Vincent, Antigua, Montserrat, en Trinidad en Tobago. De Bahama’s waren toen geen lid van CARIFTA, maar namen deel aan de economische regionale gebieden Conferentie samenwerking en op waren verscheidene lid van niet- de van Regeringsleiders. De doelstellingen van CARIFTA waren: het bevorderen van de uitbreiding en diversificatie van de handel in het gebied van de Associatie; het waarborgen van eerlijke concurrentie in de handel tussen de lidgebieden; het aanmoedigen van de progressieve ontwikkeling van de economieën in de Zone; en het stimuleren van de harmonieuze ontwikkeling en liberalisatie van de Caribische handel door het verwijderen van barrières die dat in de weg staan. De Oorsprong van het CARICOM-Secretariaat en de CDB In voorbereiding op de wording van CARIFTA, is de Conferentie van Regeringsleiders in 1967 akkoord gegaan met de oprichting van het Regionaal Secretariaat ondersteuning voor het Caribisch Gemenebest van de Associatie. Dit Secretariaat, CARICOM-Secretariaat werd, werd opgericht ter dat later het op 1 mei 1968 in Georgetown, Guyana. De Leiders kwamen eveneens overeen de Caribische 9 SCHOOLBOEK CARICOM Ontwikkelingsbank op te richten die ten dienste zou staan van de groepering. De Caribische Ontwikkelingsbank (CDB) werd opgericht in oktober 1969 in Bridgetown, Barbados. CARICOM in ontwikkeling Vanaf 1968 toen CARIFTA in werking trad tot 1972 ging deze Overeenkomst daarom grotendeels om handelskwesties in het Caribisch gebied. Maar het idee van een Caribische Gemeenschap was nog steeds onafhankelijke het streven van Engelssprekende vele nu Caribische onafhankelijke landen. en niet- Dit was een onderwerp dat de Caribische Regeringsleiders steeds opnieuw aan de orde zouden stellen op hun Conferenties. Op de Achtste Vergadering van Caribische Regeringsleiders te Georgetown, Guyana, in april 1973, stemden de Leiders in met het “Georgetown-akkoord” dat uitdrukking gaf aan en aankondiging deed van de spoedig op te richten Caribische Gemeenschap Gemeenschappelijke Markt ter vervanging van CARIFTA. Het Georgetown-akkoord bepaalde dat: “De Caribische Gemeenschap, met inbegrip van de Caribische Gemeenschappelijke Markt, zal worden opgericht” op basis van een Ontwerp-verdrag opgenomen in een Appendix bij het Akkoord. 1 0 en SCHOOLBOEK CARICOM DE GEBOORTE EN GROEI VAN CARICOM Het Verdrag van Chaguaramas krachtens welke de Caribische Gemeenschap (CARICOM) werd opgericht, werd ondertekend te Chaguaramas, Trinidad, op 4 juli 1973 door Barbados, Guyana, Jamaica en Trinidad en Tobago, en trad in werking op 1 augustus 1973. Oorsponkelijk werd het Verdrag van Chaguaramas ondertekend door Premier Errol Barrow van Barbados, Premier Forbes Burnham van Guyana, Premier Michael Manley van Jamaica en Premier Eric Williams van Trinidad en Tobago. Daarna traden de andere acht Caribische gebiedsdelen toe tot CARICOM in 1974. Deze waren Antigua en Barbuda, Brits Honduras (Belize), Dominica, Grenada, Montserrat, Saint Lucia, St. Kitts/Nevis/Anguilla (Anguilla trad later uit de unie met St. Kitts/Nevis) de en St. Vincent en de Grenadines. De Bahama’s werden de 13 Lidstaat van de Gemeenschap op 4 juli 1983 maar traden niet toe tot de Gemeenschappelijke Markt. Suriname werd de 14 de Lidstaat van de Caribische Gemeenschap op 4 juli 1995. Haïti verwierf voorlopig lidmaatschap op 4 juli 1997 en werd volwaardig lid op 4 juli 2002. Aan enkele Caribische gebiedsdelen werd het Geassocieerd Lidmaatschap van CARICOM toegekend. Deze zijn Anguilla op 4 juli 1998; Britse Maagdeneilanden op 2 juli 1991; Turks- en Caicoseilanden op 2 juli 1991; Caymaneilanden op 16 mei 2002 en Bermuda op 2 juli 2003. CARICOM telt nu 15 Lidstaten en vijf Geassocieerde Leden. 11 SCHOOLBOEK CARICOM DE DOELSTELLINGEN VAN CARICOM De Caribische Gemeenschap heeft drie Algemene Doelstellingen: Handel en Economische Samenwerking: Dit was het primaire doel van de oprichting van CARIFTA in 1968 en werd de hoeksteen van het Verdrag van Chaguaramas waarbij CARICOM werd opgericht in 1973. Het werd verder verfijnd en vergroot in het Herziene Verdrag van Chaguaramas en de ondertekening tot de inwerkingtreding van de CARICOM Interne Markt en Economie (CSME) dat CARICOM nu ziet als een enkele economische ruimte waarin handel, bedrijfsleven en arbeid actief kunnen zijn; Coördinatie van het Buitenlands Beleid: Dit doel erkent de staat van dienst in de coördinatie van het buitenlands beleid door de Regio in voorgaande jaren wat resulteerde in een aantal positieve stappen voor de Regio, zoals: de leiderspositie die het Caribisch gebied innam bij de oprichting van het de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACP); de leidersrol vervuld door de CARICOM-Lidstaten in het Gemenebest en in het bijzonder ten aanzien van kwesties gerelateerd aan mensenrechten (apartheid) en democratisch bestuur; en de oprichting van de Associatie van Caribische Staten met als voornaamste doel van de Gemeenschap zich open te stellen voor de landen van de wijdere Caribische regio. Recente uitdagingen waaraan de regio nu het hoofd biedt, zijn onder andere de financiële crisis, klimaatverandering en nauw daarmee samenhangend, natuurrampen; Ontwikkeling van Mens en Maatschappij: Met het verdiepen van het integratieproces door de vorming van de CARICOM Interne Markt en Economie, CSME, en te midden van veranderingen in het internationale milieu, is de verbetering van de kwaliteit van het leven van iedere burger nog belangrijker geworden. Als zodanig heeft de Ontwikkeling van Mens en Maatschappij een 12 SCHOOLBOEK CARICOM hernieuwde vitaliteit aangenomen, welke van invloed is op alle activiteiten en programma’s op maatschappelijk, milieuen economisch gebied. Hieronder vallen het delen van kennis en beste praktijken; het betrekken van alle belanghebbenden bij de ontwikkeling en toepassing van beleid en vooruitgang naar de verlening van gemeenschappelijke diensten; en het garanderen van een directere invloed van de voordelen van deze beleidslijnen op het leven van de gemiddelde Caribische Burger. Een vierde pijler is recentelijk toegevoegd Veiligheidssamenwerking: De veiligheidsbedreigingen waartegenover CARICOM en het groter Caribisch gebied zich geplaatst zien, omvatten ook de grensoverschrijdende activiteiten die onze Regio bedreigen, zoals de illegale drugshandel en de ongeoorloofde handel in handvuurwapens en munitie. Deze bedreigingen voor de veiligheid zijn multidimensionaal van aard en roepen om regionale en hemisferische samenwerking. Andere bedreigingen, zoals de wereldwijde verspreiding van HIV/AIDS en het H1N1-griepvirus, tasten ook de veiligheid van de Regio aan vanwege hun negatieve maatschappelijke en economische invloeden en vragen eveneens een gezamenlijke reactie. De Specifieke Doelstellingen van de Caribische Gemeenschap zijn:- verbeterde levensstandaarden en arbeidsomstandigheden; volledige inzet van de beroepsbevolking en andere productiefactoren; versnelde, gecoördineerde en duurzame economische ontwikkeling en convergentie; uitbreiding van handels- en economische relaties met derde staten; verhoogde niveaus van internationaal concurrentievermogen; organisatie voor hogere 13 SCHOOLBOEK CARICOM productie en productiviteit; het bereiken van een grotere mate van economische kracht en doeltreffendheid van Lidstaten bij het zakendoen met derde staten, groepen van staten en lichamen van welke soort ook; verhoogde coördinatie van het buitenlands en [buitenlands] economisch beleid van Staten; en verhoogde functionele samenwerking waaronder inbegrepen een efficiënter beheer van gemeenschappelijke diensten en activiteiten ten behoeve van haar volkeren; versnelde bevordering van beter begrip tussen haar volkeren en de verbetering van hun maatschappelijke, culturele en technologische ontwikkeling; en verhoogde activiteit op gebieden zoals gezondheid, onderwijs, transport en telecommunicatie. HOE CARICOM WERKT De belangrijkste organen van de Caribische Gemeenschap zijn de Conferentie van Regeringsleiders, gewoonlijk de Conferentie genoemd, en de Raad van Ministers van de Gemeenschap, gewoonlijk de Raad genoemd. Conferentie van Regeringsleiders De Conferentie van Regeringsleiders (of de Conferentie) is het hoogste besluitvormingsorgaan van CARICOM en bestaat uit de Premiers van alle Lidstaten van de Caribische Gemeenschap, uitgezonderd in het geval van Guyana, Suriname en Haïti die een President hebben en Montserrat met een Eerste Minister. De primaire verantwoordelijkheid van de Conferentie is het bepalen en verschaffen van beleidslijnen voor de Gemeenschap. Ze is de beslissende instantie voor het sluiten 14 SCHOOLBOEK CARICOM van verdragen namens de Gemeenschap en voor het aangaan van relaties tussen de Gemeenschap en Internationale Organisaties en Staten. De Conferentie is ook verantwoordelijk voor het tot stand brengen van de financiële regelingen om de kosten van de Gemeenschap te financieren. In de regel worden besluiten van de Conferentie unaniem genomen. De Raad van Ministers van de Gemeenschap De Raad van Ministers van de Gemeenschap (of de Raad) is het tweede hoogste Orgaan. De Raad bestaat uit Ministers die verantwoordelijk zijn voor communautaire aangelegenheden en iedere andere Minister die door de Lidstaten geheel naar hun eigen goeddunken wordt benoemd. Hij is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van communautaire strategische planning en coördinatie op het vlak van economische integratie, functionele samenwerking, externe betrekkingen en veiligheid. Andere Organen van de Gemeenschap De twee belangrijkste Organen van de Gemeenschap worden bij de uitoefening van hun taken ondersteund door de volgende vijf Ministerraden: De Raad voor Handel & Economische Ontwikkeling [COTED] die zich inzet voor het bevorderen van de handel en economische ontwikkeling in de Gemeenschap en toeziet op het functioneren van de CARICOM Interne Markt & Economie [CSME]. De Raad voor Buitenlandse & Gemeenschapsbetrekkingen [COFCOR] die de relaties bepaalt tussen de Gemeenschap en internationale organisaties en derde staten. 15 SCHOOLBOEK CARICOM De Raad voor Ontwikkeling van Mens & Maatschappij [COHSOD] die de ontwikkeling van mens en maatschappij bevordert. De Raad voor Financiën en Planning [COFAP] die het economisch beleid en de financiële en monetaire integratie van de Lidstaten coördineert. De Raad voor Nationale Veiligheid en Wetshandhaving (CONSLE). INSTITUTEN VAN CARICOM Krachtens het Verdrag zijn er diverse instituten verantwoordelijk voor het formuleren van beleid en het uitvoeren van taken met betrekking tot samenwerking. Elke Lidstaat wordt in elk Instituut vertegenwoordigd door een Minister. De volgende lichamen, opgericht door of onder auspiciën van de Gemeenschap, worden erkend als Instituten van de Gemeenschap: 1. ASSEMBLEE VAN PARLEMENTARIËRS VAN DE CARIBISCHE GEMEENSCHAP (ACCP) De ACCP bestaat uit vertegenwoordigers van Lidstaten van de Gemeenschap gekozen of aangesteld door hun Parlementen. Elke Lidstaat heeft recht op ten hoogste vier vertegenwoordigers op vergaderingen van de Assemblee en elk Geassocieerd Lid op ten hoogste twee vertegenwoordigers. De inaugurele vergadering van de ACCP werd gehouden van 27 tot 29 mei 1996, in Barbados. De hoofddoelen van de ACCP zijn: het betrekken van de mensen uit de Gemeenschap via hun vertegenwoordigers, bij het proces van het bestendigen en versterken van de Gemeenschap; het bieden van mogelijkheden voor betrokkenheid bij kwesties van het integratieproces door Parlementsleden in 16 SCHOOLBOEK CARICOM elke Lidstaat en Geassocieerde Lidstaat van de Gemeenschap; het voorzien in een forum voor de mensen uit de Gemeenschap om hun standpunten bekend te maken via hun vertegenwoordigers; het bieden van een meer frequent mechanisme voor het toezien op het beleid van de Gemeenschap; het bieden van verhoogde mogelijkheden voor de coördinatie van het buitenlands beleid van Lidstaten; en het bevorderen van een beter begrip onder de Lidstaten en Geassocieerde Leden met als doel het verwezenlijken en waarborgen van de idealen en beginselen van democratische regeringen in de Gemeenschap. 2. Het CARIBISCH INSTITUUT VOOR LANDBOUWONDERZOEK EN -ONTWIKKELING (CARDI) CARDI werd opgericht in 1975. Zijn voornaamste doel is bij te dragen aan de ontwikkeling van de landbouw door het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek en door boeren en anderen betrokken bij de landbouw kennis te laten nemen van toepasselijke technologieën. Alle Leden en Geassocieerde Leden van CARICOM zijn tevens lid van CARDI. Aan het hoofd van het Instituut staan de Ministers van Landbouw van elke Lidstaat. Verder heeft het een Raad van Toezicht bestaande uit vertegenwoordigers van Lidstaten, het CARICOM-Secretariaat, de CDB, de CFC, de UWI en de University of Guyana. In 1999 werd het Caribisch Levensmiddelenbedrijf opgenomen in het Caribisch Instituut voor Landbouwonderzoek en -ontwikkeling. Het Instituut heeft zijn hoofdzetel in Trinidad en Tobago met filialen of afdelingen in alle Lidstaten. 3. CARIBISCH CENTRUM VOOR ONTWIKKELINGSBEHEER (CARICAD) CARICAD werd opgericht in 1980 krachtens een overeenkomst tussen CARICOM-landen. Het biedt technische bijstand aan overheden van Lidstaten in hun streven de efficiëntie te verbeteren door middel van initiatieven voor het hervormen en moderniseren van de publieke sector. CARICAD richt zich, door middel van zijn diverse interventies, op de verbetering en versterking van de beheerscapaciteit van de publieke sector voor een effectievere uitvoering van overheidsbeleid in de gehele regio. Zijn hoofdkantoor is gevestigd in Bridgetown, Barbados. 17 SCHOOLBOEK CARICOM 4. HET CARIBISCH AGENTSCHAP VOOR RAMPENBESTRIJDING (CDEMA) Dit is de nieuwe naam van het regionaal orgaan voor rampenbeheersing dat voorheen bekend stond als het Caribisch Agentschap voor Spoedhulp bij Rampen (CDERA). De officiële overgang van CDERA naar CDEMA geschiedde op 1 september 2009. De hoofdzetel van CDEMA is in Barbados. Het uitgebreide mandaat van CDEMA plaatst het regionale orgaan voor rampenbeheersing in een strategischere positie voor het ten volle uitoefenen van zijn taak als facilitator, aanstuurder, coördinator en motivator voor het bevorderen en organiseren van Integrale Rampenbeheersing (CDM) in alle participerende staten. 5. CARIBISCH INSTITUUT VOOR MILIEUHYGIËNE (CEHI) CEHI werd opgericht in 1982, als een project, in reactie op de behoefte opgemerkt door de Ministers van Gezondheid van de Regio, voor een georganiseerde aanpak van de bezorgdheid van de mensen uit het Engelssprekend Caribisch gebied omtrent milieuhygiëne. In 1989 kreeg het Instituut rechtspersoonlijkheid. Het Caribisch Instituut voor Milieuhygiëne heeft zijn hoofdzetel in Saint Lucia. Zijn hoofddoel is het bieden van technische en adviesdiensten aan Lidstaten op elk gebied van milieubeheer, waaronder inbegrepen, doch niet beperkt tot, toezicht op de milieukwaliteit, evaluatie van de milieu-effecten, informatie over milieuhygiëne, waterbeheer, afvalbeheer (vloeibaar, vast en gevaarlijk afval), laboratoriumdiensten en projectontwikkeling en -beheer. 6. CARIBISCH INSTITUUT VOOR LEVENSMIDDELEN EN VOEDING (CFNI) CFNI is een gespecialiseerd centrum van de Pan-Amerikaanse Gezondheidsorganisatie/Wereldgezondheidsorganisatie (PAHO/WHO), dat werd opgezet in 1967 om een regionale benadering voor het oplossen van de voedingsproblemen van het Caribisch gebied tot stand te brengen. Het staat ten dienste van een totale bevolking van ongeveer zes (6) miljoen in het Caribisch gebied. Het instituut heeft als doel het tot stand brengen van voedselveiligheid en het bereiken van een optimale voedingssituatie voor alle volkeren van het Caribisch gebied door in samenwerking met de Caribische landen essentiële voedingsproblemen te belichten, te beschrijven, te beheersen en te voorkomen en door hun capaciteit voor het verstrekken van effectieve voedingsdiensten te vergroten. Het Instituut heeft zijn hoofdzetel op de Mona Campus, University of the West Indies (UWI), Jamaica, met een onderafdeling op de St. Augustine Campus, UWI, Trinidad en Tobago. 18 SCHOOLBOEK CARICOM 7. CARIBISCH INSTITUUT VOOR METEOROLOGIE EN HYDROLOGIE (CIMH) Het Caribisch Meteorologisch Instituut werd opgericht in 1967 door de lidstaten van de Caribische Meteorologische Organisatie (CMO). Het is halverwege de jaren 80 van de vorige eeuw gefuseerd met het Caribisch Operationeel Hydrologisch Instituut (COHI) tot het Caribisch Instituut voor Meteorologie en Hydrologie (CIMH), maar pas in september 1999 werd de naam officieel gewijzigd om de dubbele taak van het Instituut aan te geven. De verantwoordelijkheid voor het functioneren van het Instituut, dat gevestigd is in Barbados, berust bij de zestien Gemenebestregeringen die samen de CMO vormen. Het CIMH biedt training voor de weerwaarnemers en technici van de Regio, alsook weervoorspellers, specialisten in hydrologie, agrometeorologie en andere gerelateerde disciplines, en verzorgt verder training voor de graad van Bachelor of Science in Meteorologie in samenwerking met de University of the West Indies Cave Hill Campus. 8. CARIBISCHE METEOROLOGISCHE ORGANISATIE (CMO) De Caribische Meteorologische Organisatie, met haar hoofdzetel in Trinidad, is een gespecialiseerd agentschap van de Caribische Gemeenschap dat de gezamenlijke wetenschappelijke en technische activiteiten op het gebied van weer-, klimaat- en watergerelateerde wetenschappen coördineert in zestien (16) Engelssprekende Caribische landen. Ze is ontstaan uit de BritsCaribische meteorologische dienst, die was opgericht in 1951. Het hoogste orgaan van de Organisatie, de Caribische Meteorologische Raad, komt één keer per jaar bijeen om het beleid van de Organisatie te bepalen. Aangezien weer en klimaat geen nationale grenzen kennen, is samenwerking op regionaal en internationaal niveau essentieel voor het ontwikkelen van de meteorologie en de operationele hydrologie alsook het genieten van de voordelen van hun toepassing. De CMO biedt het raamwerk voor zodanige regionale en internationale samenwerking. Instituten binnen de Gemeenschap 9. CARIBISCH SYSTEEM VOOR TOEZICHT OP LUCHTVAARTVEILIGHEID (CASSOS) Het Caribisch Systeem voor Toezicht op Luchtvaartveiligheid (CASSOS) werd gelanceerd in februari 2009. CASSOS kwam in de plaats van de meer informele regeling van de zeven nationale autoriteiten voor de burgerluchtvaart in de Regio en biedt het platform voor de oprichting van een Regionale Burgerluchtvaartautoriteit. Zijn hoofddoelen zijn: het ondersteunen van Staten bij het nakomen van hun verplichtingen als 25 SCHOOLBOEK CARICOM overeenkomstsluitende Staten bij de Conventie van Chicago, door het bereiken en in stand houden van volledige naleving van de normen en aanbevolen praktijken van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO); en het onder zijn Staten faciliteren en bevorderen van de ontwikkeling en harmonisatie van regelgeving, standaarden, praktijken en procedures voor de burgerluchtvaart in overeenstemming met de Bijlagen bij de Conventie van Chicago. CASSOS staat open voor alle CARICOM-Lidstaten en Geassocieerde leden en andere Staten en Gebiedsdelen in het Caribisch gebied onder bepaalde voorwaarden. 10. CENTRUM VAN DE CARIBISCH GEMEENSCHAP VOOR KLIMAATVERANDERING (CCCCC) Het Centrum van de Caribische Gemeenschap voor Klimaatverandering (CCCC) coördineert de reactie vanuit de Caribische regio op klimaatverandering. Officieel geopend in augustus 2005 en gevestigd in Belize, is het Centrum het knooppunt voor informatie over aangelegenheden die verband houden met klimaatverandering en over de reactie vanuit de regio op het beheersen van en aanpassen aan Klimaatverandering in het Caribisch Gebied. Het is de officiële bewaarplaats en het officiële informatiedistributiecentrum voor gegevens inzake regionale klimaatverandering, vanwaaruit adviezen en richtlijnen betreffende het beleid inzake klimaatverandering aan de CARICOM-Lidstaten worden verschaft via het CARICOM-Secretariaat. In deze hoedanigheid wordt het Centrum erkend door het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake Klimaatverandering (UNFCCC), het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) en andere internationale agentschappen als het aanspreekpunt voor kwesties van klimaatverandering in het Caribisch gebied. 11. HET UITVOEREND AGENTSCHAP VAN DE CARIBISCHE GEMEENSCHAP VOOR CRIMINALITEIT EN VEILIGHEID (IMPACS) Het Uitvoerend Agentschap van de Caribische Gemeenschap voor Criminaliteit en Veiligheid (IMPACS) werd opgericht door de Zevenentwintigste Vergadering van de Conferentie van Regeringsleiders van CARICOM in juli 2006. Het heeft kantoren in Trinidad en Tobago. IMPACS werd opgericht als de implementatiearm van een nieuwe Regionale Architectuur voor de ontwikkeling en het beheer van de CARICOM Regionale Agenda voor Actie in aangelegenheden de Criminaliteit en Veiligheid rakende. Aan het hoofd van het Agentschap staat een Uitvoerend Directeur die rapporteert aan de CARICOM-Raad van Ministers verantwoordelijk voor Nationale Veiligheid en Wetshandhaving. 20 SCHOOLBOEK CARICOM 12. CARIBISCHE EXAMENRAAD (CXC) De Caribische Examenraad (CXC) werd opgericht in 1972 krachtens een Overeenkomst tussen 15 Engelssprekende tot het Gemenebest behorende Caribische Landen en Gebiedsdelen. De Raad is gezeteld in Barbados. De doelstellingen van de CXC zijn: het bieden van regionaal en internationaal erkende einddiploma’s van scholen voor secundair onderwijs welke beantwoorden aan de behoeften van de Caribische Regio; het ondersteunen bij algemene toelatingsexamens en andere soorten examens; het produceren van lesmateriaal en het oefenen van leerkrachten in het gebruik van de CXC-syllabi; en het adviseren van regionale overheden ten aanzien van onderwijszaken. De leden van de CXC zijn: Anguilla, Antigua en Barbuda, Barbados, Belize, Britse Maagdeneilanden, Caymaneilanden, Dominica, Grenada, Guyana, Jamaica, Montserrat, St Kitts en Nevis, Saint Lucia, St Vincent en de Grenadines, Trinidad en Tobago, Turks- en Caicoseilanden. 13. CARIBISCHE ORGANISATIE VAN BELASTINGAUTORITEITEN (COTA) COTA werd opgericht in 1971 op een vergadering van de Hoofden van Regionale Belastingadministratie bijeen in Saint Lucia. Het Statuut werd goedgekeurd in oktober 1972 door de Vaste Commissie van Ministers van Financiën in Trinidad & Tobago. Door de jaren heen is COTA behulpzaam geweest bij het formuleren van de belastingharmonisatie op diverse belangrijke gebieden van belastingheffing door middel van de CARICOM-Overeenkomst inzake Dubbele Belasting. Met de hulp van de regionale organisaties, gaat COTA verder met het organiseren van regionale trainingsprogramma’s voor capaciteitsopbouw ter versterking en vergroting van de technische en administratieve vaardigheden van hogere belastingfunctionarissen. 14. CARIBISCH REGIONAAL VISSERIJMECHANISME (CRFM) Het Caribisch Regionaal Visserijmechanisme (CRFM) werd opgericht in 2003 voor de verdere ontwikkeling van de institutionele capaciteit van de Regio in de visserijsector. Drie lichamen samen vormen het Mechanisme. Deze zijn: een Ministerieel Orgaan, een Visserijforum (het voornaamste technisch en wetenschappelijk besluitvormingslichaam) en een Technische Eenheid of Secretariaat voor de Visserij. CRFM bevordert het duurzaam gebruik van visserij- en aquacultuurhulpbronnen onder de Lidstaten, door het ontwikkelen, beheren en conserveren van deze hulpbronnen in samenwerking met de belanghebbenden ten voordele van de bevolking uit 25 SCHOOLBOEK CARICOM het Caribisch gebied. Het lidmaatschap omvat alle CARICOM-landen, als volwaardige leden. Andere landen en gebiedsdelen in het Caribisch gebied mogen zich aansluiten bij het Mechanisme als Geassocieerde Leden. Het CRFM-Secretariaat is gelegen in Belize. 15. CARICOM REGIONALE ORGANISATIE VOOR STANDAARDEN EN KWALITEIT (CROSQ) De CARICOM Regionale Organisatie voor Standaarden en Kwaliteit (CROSQ) werd opgericht in februari 2002. Haar primaire doel is de oprichting en harmonisatie van standaarden ter verhoging van de efficiëntie en verbetering van de kwaliteit bij de productie van goederen en diensten in de Gemeenschap, ter bescherming van de consument en het milieu en ter bevordering van de handel binnen de Gemeenschap en met derde staten. Het lidmaatschap van de Organisatie omvat alle CARICOM-Lidstaten. Geassocieerd Lidmaatschap van de Organisatie staat ook open voor de Geassocieerde Leden van de Gemeenschap evenals voor de staten en politieke entiteiten van de Associatie van Caribische Staten. De technische werkzaamheden en de dagelijkse activiteiten van de Organisatie worden uitgevoerd door een Secretariaat dat gevestigd is in Bridgetown, Barbados. 16. CARIBISCHE TELECOMMUNICATIE UNIE (CTU) De Caribische Telecommunicatie Unie werd opgericht door de Regeringsleiders van de Caribische Gemeenschap in 1989, in Nassau, op de Bahama’s. De CTU vestigde haar hoofdzetel in Barbados, krachtens overeenkomst met de Regering in 1990, maar verhuisde naar de Republiek Trinidad en Tobago, waar ze nog steeds functioneert overeenkomstig het bepaalde in de Zetelovereenkomst van 8 april 1993. Enkele van de voornaamste doelstellingen van de CTU zijn: het faciliteren van de coördinatie van de planning, programmering en ontwikkeling van intraregionale en internationale communicatienetwerken om te beantwoorden aan de directe en toekomstige telecommunicatiebehoeften van de regio; het ondersteunen van de ontwikkeling van de nationale componenten van regionale en internationale telecommunicatienetwerken; en het bevorderen van het algemene bewustzijn omtrent de behoefte van het Caribisch gebied aan telecommunicatie en haar potentieel voor het bevorderen van de sociaaleconomische ontwikkeling van de regio. 20 SCHOOLBOEK CARICOM 17. DE CARICOM-MEDEDINGINGSCOMMISSIE De CARICOM-Mededingingscommissie werd opgericht krachtens artikel 171 van het Herziene Verdrag van Chaguaramas. Ze werd geïnaugureerd op 18 januari 2008 en heeft haar hoofdkantoor in Paramaribo, Suriname. Belangrijke functies van de CARICOM-Mededingingscommissie zijn: het toepassen van de mededingingsregels met betrekking tot grensoverschrijdende mededingingsverstorende handelspraktijken; het bevorderen en beschermen van mededinging in de Gemeenschap; het monitoren van mededingingsverstorende praktijken van in de CSME actieve ondernemingen; het onderzoeken en bij arbitrage afhandelen van grensoverschrijdende geschillen; het blijven beoordelen van het Mededingingsbeleid van de Gemeenschap en het aan COTED adviezen en aanbevelingen doen om de effectiviteit ervan te vergroten; het geven van ondersteuning aan Lidstaten bij het bevorderen en beschermen van consumentenwelzijn; en het ontwikkelen en verspreiden van informatie over mededingingsbeleid en consumentenbeschermingsbeleid. 18. DE RAAD VOOR JURIDISCH ONDERWIJS (CLE) De Raad voor Juridisch Onderwijs werd opgericht krachtens Overeenkomst ondertekend in 1971 door Barbados, Dominica, Grenada, Guyana, Jamaica, Trinidad en Tobago, de University of the West Indies en de University of Guyana. De CLE werd opgericht voor het aanbieden van opleidingen in de Regio (in plaats van in Groot-Brittannië) voor Juristen die praktijk willen uitoefenen in de Regio. De CLE beheert drie rechtsscholen in de Regio: de Norman Manley Law School in Jamaica, de Hugh Wooding Law School in Trinidad – beide opgericht in 1973 – en de Eugene Dupuch Law School in de Bahama’s die werd opgericht in 1998. Voor toelating tot deze rechtsscholen, moet eerst een bachelorsgraad in rechten (LL.B) zijn behaald. Afgestudeerden van de University of the West Indies en de University of Guyana moeten vervolgens twee studiejaren en praktische training aan een van de drie scholen hebben voltooid. Aan het eind van deze periode wordt een getuigschrift van vakbekwaamheid, het Legal Education Certificate, toegekend door de CLE. Door het behalen van het Legal Education Certificate is de kandidaat volledig gekwalificeerd om praktijk uit te oefenen in het Engelssprekend Caribisch gebied. 25 SCHOOLBOEK CARICOM GEASSOCIEERDE INSTITUTEN VAN CARICOM 1. CARIBISCHE ONTWIKKELINGSBANK (CDB) De CDB is een regionaal financieel ontwikkelingsinstituut opgericht krachtens een Overeenkomst ondertekend op 18 oktober 1969 door achttien landen en gebiedsdelen, waaronder inbegrepen alle toenmalige CARIFTA-lidlanden, Belize (destijds Brits Honduras) en de Bahama’s. De Overeenkomst werd van kracht op 26 januari 1970 en de Bank heeft zijn hoofdzetel in Barbados. Het doel van de Caribische Ontwikkelingsbank is bij te dragen aan de harmonieuze economische groei en ontwikkeling van de lidstaten in het Caribisch gebied en de economische samenwerking onder deze landen te bevorderen, met bijzondere en dringende aandacht voor de noden van de minder ontwikkelde leden van de regio. De CDB financiert specifieke projecten in nationale, subregionale, of regionale ontwikkelingsprogramma’s op gebieden zoals landbouw, veeteelt, visserij, bosbouw, marketing, industrie, mijnbouw, raffinage, toerisme, exportdiensten, transport, huisvesting, onderwijs, zuiver water, riolering en infrastructuur en diensten gerelateerd aan de ontwikkeling van die sectoren van de economie, afvalbeheer, milieubescherming en armoedebestrijding. 2. CARIBISCH RECHTEN INSTITUUT (CLI)/CARIBISCH CENTRUM VOOR HET RECHTEN INSTITUUT (CLIC) Het Caribisch Rechten Instituut (CLI) werd opgericht in 1988 met een subsidie van het United States Agency for International Development (USAID) voor het bevorderen van activiteiten voor nadere toelichting van wetten aangaande handel en investering in de Regio, waarbij tegelijkertijd de unieke behoeften van lokale jurisdicties zouden worden gerespecteerd. Dit gezamenlijk project tussen de Florida State University (FSU) en de University of the West Indies (UWI) is ondergebracht in Tallahassee en bij het Caribisch Centrum voor het Rechten Instituut (CLIC) in Barbados, dat werd opgericht in 1994 als een afdeling voor onderzoek van de rechtenfaculteit van UWI. Het werk van het Centrum loopt parallel met dat van het CLI-kantoor op de FSU. CLI werkt bij zijn activiteiten samen met CARICOM, OECS, regionale overheden en een aantal professionele associaties op het gebied van rechten, accounting, industrie en handel. 24 SCHOOLBOEK CARICOM 3. ORGANISATIE VAN OOST-CARIBISCHE STATEN (OECS) De OECS werd opgericht krachtens het Verdrag van Basseterre ondertekend op 18 juni 1981 in een streven de subregrionale regelingen te verdiepen tussen voormalige leden van de Raad van Ministers van de West-Indische Geassocieerde Staten (WISA) en de Oost-Caribische Gemeenschappelijke Markt (ECCM). De doelstellingen van de OECS zijn: het bevorderen van samenwerking tussen zijn Leden en het verdedigen van hun soevereiniteit, territoriale integriteit; het bevorderen van economische integratie; het ondersteunen van de Leden bij het voldoen aan hun internationale verplichtingen en verantwoordelijkheden; en waar mogelijk, het treffen van regelingen voor gezamenlijke overzeese vertegenwoordiging en gemeenschappelijke diensten. De OECS bestaat uit Antigua en Barbuda, het Gemenebest van Dominica, Grenada, Montserrat, St Kitts en Nevis, Saint Lucia en St Vincent en de Grenadines. Anguilla en de Britse Maagdeneilanden werden toegelaten tot de Organisatie als Geassocieerde Leden in 1995 en 1984 respectievelijk. Als Geassocieerde Leden participeren ze in alle commissies van de Organisatie met uitzondering van de commissies voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Veiligheid. Het Centrale Secretariaat is het voornaamste administratieve orgaan van de OECS en is gevestigd in Saint Lucia. 4. UNIVERSITY OF GUYANA (UG) De University of Guyana (UG) werd ingewijd op 1 oktober 1963 en functioneerde in haar beginperiode als een instituut voor avondopleidingen. Lessen werden verzorgd op het Government Technical Institute en de Queen's College, waar laboratoriumfaciliteiten beschikbaar waren. De University of Guyana verhuisde naar haar hoofdcampus, de Turkeyen Campus, in 970. UG bestaat uit faculteiten der Landbouwwetenschappen, Onderwijswetenschappen, Geesteswetenschappen, Gezondheidswetenschappen, Natuurwetenschappen, Maatschappijwetenschappen en Technologische Wetenschappen, evenals programma’s voor Accountancy, Architectuur, Landbouw, Onderwijs, Communicatie, Milieuwetenschappen, Bosbouw, Rechtsgeleerdheid, Geneeskunde, Moderne Talen, Scheikunde, Farmacie en Agogie. Ook biedt ze postgraduaatprogramma’s aan de faculteiten voor Kunsten, 25 SCHOOLBOEK CARICOM Onderwijswetenschappen, Natuurwetenschappen en Maatschappijwetenschappen. In november 2000, stelde de Universiteit haar tweede campus open te Tain, Berbice, met een aanbod van programma's voor Onderwijswetenschappen, Accountancy, Marketing, Overheidsbeleid, Agogie, Engels en Geschiedenis en het Postgraduaatdiploma Onderwijs. 5. UNIVERSITY OF THE WEST INDIES (UWI) UWI werd opgericht in 1962 met Hare Koninklijke Hoogheid, Prinses Alice, Gravin van Athlone, als de eerste Chancellor en Sir Arthur Lewis als de eerste Vice Chancellor. UWI bestaat uit drie hoofdcampussen (namelijk Mona op Jamaica, St. Augustine op Trinidad en Tobago, en Cave Hill op Barbados) en het centrum voor hotel- en toerismemanagement op de Bahama’s, naast universiteitscentra/scholen voor voortgezette studies in twaalf andere Caribische landen De Universiteit omvat zes faculteiten die first- degreeprogramma’s bieden in Landbouwwetenschappen, Kunsten, Geesteswetenschappen, Onderwijswetenschappen, Ingenieurswetenschappen, Rechtswetenschappen, Medische Wetenschappen, Natuurwetenschappen, Zuivere en Toegepaste Wetenschappen en Maatschappijwetenschappen. Certificaten, diploma’s en postgraduaat programma's alsook een verscheidenheid aan specialisaties worden ook geboden. De centrale administratie van de universiteit is gevestigd op de Mona Campus in Jamaica. HET CARICOM-SECRETARIAAT Het CARICOM-Secretariaat is het voornaamste administratieve Orgaan van de Gemeenschap. Het staat onder leiding van een Secretaris-Generaal en is breed georganiseerd in drie bureaus en drie directoraten. 26 SCHOOLBOEK CARICOM HET CARICOM-SECRETARIAAT Het CARICOM-Secretariaat is het voornaamste administratieve Orgaan van de Gemeenschap. Het staat onder leiding van een Secretaris-Generaal en is breed georganiseerd in drie bureaus en drie directoraten. Het Gemenebest Caribisch Regionaal Secretariaatdatop 1 mei 1968 in Georgetown, Guyana, is opgericht ten dienste van CARIFTA. Secretarissen-Generaal van CARIFTA/CARICOM Fred Cozier van Barbados (CARIFTA) van 1968 - 1969. William Demas van Trinidad&Tobago (CARIFTA/CARICOM) van 1970 - 1974. Sir Alister McIntyre van Grenada van 1974-1977. Dr. Kurleigh King van Barbados van 1979-1983. Roderick Rainford van Jamaica van 1983-1992. Zijne Excellentie Edwin Carrington van Trinidad en Tobago van 1992-2010. De huidige Secretaris- Generaal, aangesteld in 2011, is Ambassadeur Irwin LaRocque van Dominica. 25 SCHOOLBOEK CARICOM De drie Bureaus van het Secretariaat zijn: • Bureau van de Secretaris-Generaal • Bureau van de Waarnemend Secretaris Generaal • Bureau van de Algemene Raad De drie Directoraten van het Secretariaat zijn: • Buitenlandse en Gemeenschapsbetrekkingen • Regionale Handel en Economische Integratie • Ontwikkeling van Mens en Maatschappij MISSIONSTATEMENT VAN HET CARICOM- SECRETARIAAT Het bieden van dynamisch leiderschap en diensten, in partnerschap met instituten en groepen van de Gemeenschap, in het streven naar een levensvatbare, internationaal concurrerende en duurzame Gemeenschap, met een verbeterde kwaliteit van leven voor eenieder. DOEL VAN HET CARICOMSECRETARIAA T De ontwikkeling van een levensvatbare internationaal concurrerende en duurzame gemeenschap 27 SCHOOLBOEK CARICOM 27 SCHOOLBOEK CARICOM DE FUNCTIES VAN HET SECRETARIAAT De functies van het Secretariaat zijn:het verlenen van diensten ten behoeve van de vergaderingen van de Organen en Instituten van de Gemeenschap en het nemen van gepaste follow-up maatregelen ten aanzien van de besluiten genomen door zodanige vergaderingen; het initiëren, organiseren en uitvoeren van studies van vraagstukken met het oog op het bereiken van de doelstellingen van de van de Gemeenschap; het op verzoek verlenen van diensten aan Lidstaten Gemeenschap ten aanzien van aangelegenheden verband houdende met het bereiken van haar doelstellingen; het verzamelen, opslaan en onder de Lidstaten van de Gemeenschap verspreiden van informatie welke relevant is voor het bereiken van haar doelstellingen; het bijstaan van de Organen van de Gemeenschap bij de ontwikkeling en implementatie van voorstellen en programma’s voor het realiseren van de doelstellingen van de Gemeenschap; in relatie tot de Gemeenschap, het coördineren van de activiteiten van donoragentschappen, internationale, regionale en nationale instituten voor het verwezenlijken van de doelstellingen van de Gemeenschap; het voorbereiden van de ontwerpbegroting van de Gemeenschap voor bestudering door de Begrotingscommiss; 28 SCHOOLBOEK CARICOM het op verzoek verschaffen van technische bijstand aan nationale autoriteiten ter vergemakkelijking van de implementatie van de besluiten van de Gemeenschap; het uitvoeren, volgens mandaat, van onderzoeksopdrachten in Lidstaten; het initiëren of ontwikkelen van voorstellen voor overweging en besluitvorming door de bevoegde Organen teneinde de doelstellingen van de Gemeenschap te verwezenlijken. THEMATISCHE PRIORITEITEN VAN HET SECRETARIAAT Thematische prioriteiten van het Secretariaat zijn: Bestuur Bevorderen van Ontwikkeling Mens en Maatschappij Economische Transformatie en Concurrentiekracht Milieu, Natuurlijke Hulpbronnen en Klimaatverandering Veiligheid Verruimen van de Strategische Positie van CARICOM binnen de Wijdere Caribische regio, het Hemisferisch en Wereldmilieu Elk van de thematische prioriteiten is doortrokken van de volgende Fundamentele Elementen: Institutionele Versterking en Capaciteitsopbouw Functionele Samenwerking Informatie- en Communicatietechnologie voor Ontwikkeling Publieksvoorlichting, Pleitbezorging en Imagovorming Statistiek Research, Vernieuwing en Technologie Geharmoniseerde Wetgeving, Implementatie en Monitoring 29 SCHOOLBOEK CARICOM HUIDIGE MISSIONSTATEMENT WERKPROGRAMMA 2009-2010 THEMATISCHE PRIORITEITEN “Het bieden van dynamisch leiderschap en diensten , in partnerschap met instituten en groepen van de Gemeenschap, in het streven naar een levensvatbare, internationaal concurrerende en duurzame Gemeenschap, met een verbeterde kwaliteit van leven voor BESTUUR BEVORDERIN G ONTWIKKELI NG MENS EN MAATSCHA PPIJ ECONOMISCHE ONTWIKKELIN G EN CONCURRE NTIEKRACH T VEILIGHEID VERRUIMEN VAN DE STRATEGISCHE POSITIE VAN CARICOM BINNEN DE WIJDERE CARIBISCHE REGIO, HET HEMISFERISCH EN WERELDMILIEU Institutionele Versterking en Capaciteitsopbouw Functionele Samenwerking Publieksvoorlichting, Pleitbezorging en Imagovorming voor Ontwikkeling, Publieksvoorlichting, Pleitbezorging en Imagovorming Statistiek Research, Vernieuwing en Technologie Geharmoniseerde Wetgeving, Implementatie en Monitoring 30 SCHOOLBOEK SCHOOLBOEK CARICOM CARICOM ADRES VAN HET SECRETARIAAT Caribbean Community Secretariat Turkeyen, Greater Georgetown, Guyana Website: www .caricom.org Tel: (592) 222 0001 to 0075; Fax: (592) 222 0171 CSME Unit Tom Adams Financial Centre, Spry Street, Bridgetown, Barbados Tel: (246)429-6064/6159/5449; Fax: (246)437-2689 Office of Trade Negotiations in Barbados 1st floor, Speedbird House, Independence Square, Bridgetown, Barbados. Tel: (246) 430-1670/1; Fax (246) 228-9528 Office of Trade Negotiations in Jamaica Second Floor, PCJ Building, 36 Trafalgar Rd., Kingston 10, Jamaica Tel: (876)908-4242; Fax: (876)754-2998 CARICOM Representation Office in Haiti 43, Rue Mangonez Berthe, Port Au Prince, Haiti Tel: (509) 281 3036 of 305 517 5122 VERSTERKING VAN HET VERDRAG VAN CHAGUARAMAS De Caribische Integratiebeweging nam toe in kracht in de vorige eeuw tijdens de jaren 70, maar rond de jaren 80 waren de Regeringsleiders van CARICOM van mening dat er behoefte bestond aan het versterken en verdiepen van de integratiebeweging door het instellen van een aantal maatregelen gericht op het gereedmaken van CARICOM voor de uitdagingen van de jaren 90 en de 21ste eeuw. Een reeks planningsconferenties culmineerde in de Verklaring van Grand Anse die werd uitgebracht aan het eind van de Tiende Vergadering van de Conferentie in Grand Anse, Grenada, in 1989. De Verklaring van Grand Anse omvatte 31 SCHOOLBOEK CARICOM niet alleen de kwesties die moesten worden aangepakt, maar ook een tijdspad voor de aanpak. Veel van de belangrijke initiatieven welke de Caribische Gemeenschap sedert toen hebben beziggehouden, waaronder ook de Interne Markt en Economie en het vrije verkeer van CARICOM-burgers, werden in deze Verklaring uiteengezet. Dit was evenwel niet alleen een verklaring omtrent kwesties die moesten worden aangepakt door de Gemeenschap, maar ook een Werkprogramma voor “De Vooruitgang van de Integratiebeweging”. DE VERKLARING VAN GRAND ANSE De Verklaring van Grand Anse, in 1989, mikte op de oprichting, binnen de kortst mogelijke termijn, van een Interne Markt en Economie voor de Caribische Gemeenschap. Een volledig Chaguaramas was daarvoor noodzakelijk. herzien Verdrag Daarnaast zouden, naar verwachting, rond januari 1991 regelingen worden getroffen voor het vrije verkeer van geschoold en professioneel personeel, alsook contractarbeiders op seizoens- of projectbasis; en na korte tijd, de afschaffing van de werkvergunningsvereiste voor CARICOM-burgers, te beginnen met de visuele en beeldende kunsten, sport en de media reizend naar CARICOM-landen voor specifieke regionale gebeurtenissen. Er zou een Assemblee van Parlementariërs van de Caribische Gemeenschap worden opgericht, alsook een Onafhankelijke WestIndische Commissie voor de Bevordering van de Doelen van het Verdrag van Chaguaramas. 33 SCHOOLBOEK CARICOM Het doel van de Verklaring van Grand Anse was het creëren van een programma voor de Gemeenschap “om voortvarend samen te werken aan het verdiepen van het integratieproces en het versterken van de Caribische Gemeenschap in al haar dimensies”. DE CONSENSUS VAN CHAGAURAMAS Het tijdspad voor deze ontwikkeling als voorgeschreven in deze Verklaring kon niet worden gevolgd, maar tien jaar later, tijdens een Speciale Sessie van de Leiders in Chaguaramas, Trinidad, werd een inventaris gemaakt zoals blijkt uit een document getiteld: “Consensus van Chaguaramas”. Enkele van de verworvenheden opgetekend in de Consensus van Chaguaramas zijn: De herziening van twee Instrumenten van de Gemeenschappelijke Markt, namelijk het Gemeenschappelijk Buitentarief en de Oorsprongsregels; nauwere douanesamenwerking en een versterkte douaneadministratie; voorziening voor het vrije verkeer van kapitaal en de facilitering daarvan door het wederzijds noteren en verhandelen van effecten op de bestaande drie effectenbeurzen (Barbados, Jamaica en Trinidad en Tobago); oprichting van een Caribisch Investeringsfonds om te voorzien in eigen vermogenen durfkapitaal; regelingen voor het vrij 32 SCHOOLBOEK CARICOM verkeer van geschoolde werknemers en deskundigen; intensivering van de gezamenlijke vertegenwoordiging bij internationale economische onderhandelingen; oprichting van een Assemblee van Parlementariërs van de Caribische Gemeenschap; opzet en voltooiing van het werk van de Onafhankelijke West-Indische Commissie; oprichting van een Raad voor Financiën en Planning en een Commissie van Presidenten van Centrale Banken met het oog op het bevorderen van overleg, samenwerking en coördinatie op het vlak van het economisch beleid; opheffing van barrières voor de goederenhandel; instelling van het regionaal rechtskader voor het voorzien in lucht- en zeetransport. De Leiders merkten ook op dat de oprichting van het Caribisch Hof van Justitie (CCJ) en de CARICOM Interne Markt en Economie bijna was afgerond. De kern van de nieuwe richting van CARICOM was de voltooiing van de herziening van het Verdrag van Chaguaramas. DE CARICOM INTERNE MARKT EN ECONOMIE (CSME) In 1989, tijdens hun Tiende Conferentie in Grand Anse, Grenada, maakten de Regeringsleiders van (CARICOM) bekend voornemens de Caribische Gemeenschap te zijn het integratieproces te verdiepen en de Caribische Gemeenschap in al haar dimensies te versterken. De Leiders, destijds, bepaalden dat de Regio zou werken 35 SCHOOLBOEK CARICOM aan het instellen van een Interne Markt en Economie als één aspect van zijn reactie op de uitdagingen en kansen voortvloeiende uit de veranderingen in de wereldeconomie. Tegen 1992, op hun Dertiende Conferentie, werden de noodzakelijke technische werkzaamheden voor, en conceptualisatie van, de CARICOM Interne Markt en Economie (CSME) afgerond en ter bevestiging voorgelegd aan de Regeringsleiders. In essentie werd de CSME ontworpen als een instrument voor het faciliteren van de economische ontwikkeling van de Lidstaten in een steeds meer geliberaliseerd en geglobaliseerd internationaal milieu. De Voordelen van de CSME voor het Caribisch Gebied volledige werkgelegenheid in CARICOM; verbeterde levensstandaarden en werkomstandigheden; versnelde, gecoördineerde en duurzame economische ontwikkeling; grotere economische kracht en doeltreffendheid van Lidstaten, groepen van Staten en entiteiten; uitbreiding van handels- en economische relaties met andere landen in het Caribisch gebied, Midden-Amerika en Latijns Amerika; het bereiken van hogere niveaus van concurrentievermogen; en organisatie voor verhoogde productie. 34 SCHOOLBOEK SCHOOLBOEK CARICOM CARICOM IMPLEMENTATIE CSME De economische integratie van de twaalf staten die lid zijn van de Caribische Gemeenschap bereikte een belangrijke mijlpaal in juli 2006. Antigua en Barbuda, Barbados, Belize, Dominica, Grenada, Guyana, Jamaica, St. Kitts en Nevis, St. Lucia, St. Vincent en de Grenadines, Suriname en Trinidad en Tobago verklaarden dat ze er klaar voor waren deel uit te maken van de Interne Markt. Haïti maakt ook deel uit van de CSME en is begonnen met de implementatie van de regeling voor de handel in goederen. De verklaring hield in dat een persoon of bedrijf uit welke ook van deze Lidstaten nu in staat was goederen te produceren en te verhandelen, diensten te verlenen, bedrijven op te richten, deel te nemen aan kapitaalverkeer en verkeer van geschoolde arbeidskrachten naar iedere andere nationale markt. Daarnaast zouden deze Staten beleid en wetgeving houdende bepalingen voor mededinging en consumentenbescherming, standaarden en technische voorschriften, elektronische handel in relatie tot de overheid hebben geïmplementeerd. Ze zouden overmakingen van socialeverzekeringsuitkeringen over elkaars grenzen heen toelaten en waarborgen dat slechts één keer belasting wordt geheven over het inkomen van CSME-burgers en wel daar waar het wordt verdiend. Ze zouden er ook voor zorgen dat kwalificaties behaald in de ene Lidstaat geaccepteerd worden in een andere Lidstaat. “De CARICOM Interne Markt en Economie (CSME) zou een enkele economische ruimte creëren waarbinnen bedrijven en arbeid opereren; voor het stimuleren van grotere efficiëntie bij de productie, hogere niveaus van binnenlandse en buitenlandse investeringen, toegenomen werkgelegenheid en groei van intraregionale handel en extraregionale export. De component Interne Markt bestaat uit vrijheid van goederen-, diensten- en kapitaalverkeer en vrijheid van vestiging van bedrijven en geschoolde arbeidskrachten binnen 36 een gebied begrensd door een douane-unie. Dit is grotendeels bereikt en de Gemeenschap ziet thans uit naar de implementatie van de Interne Economie. Krachtens het Herziene Verdrag van Chaguaramas is daarvoor vereist de harmonisatie van beleid, wet- en regelgeving; verhoogde monetaire samenwerking; en een gemeenschappelijk buitenlands economisch beleid. Een enkele visie biedt eveneens een raamwerk voor gedeelde doelstellingen voor het sturen van beleidslijnen, prioriteiten en het vaststellen van de volgorde voor de verdere implementatie van de CSME. Toch, indien de implementatie blijft achterlopen op de verplichtingen aangegaan, zal de geloofwaardigheid van het integratieproces verder ondermijnd worden en de nee-zeggers zullen in het gelijk worden gesteld. Hervorming van het bestuur van de Gemeenschap welke de achterstanden in de implementatie aanpakt, is daarom essentieel voor het verwezenlijken van de Visie.” [Uit: TOWARDS A SINGLE ECONOMY AND A SINGLE DEVELOPMENT VISION, door Prof. Norman Girvan van de University of the West Indies in samenwerking met het CARICOM-Secretariaat en de Speciale Taakgroep inzake de Interne Economie – herzien, 11 mei 2007] Dit Rapport, dat is goedgekeurd door de Achtentwintigste Vergadering van de Conferentie van Regeringsleiders van de Caribische Gemeenschap (CARICOM) in juli 2007, omvat tevens een schema voor de implementatie van maatregelen door Lidstaten voor de totstandbrenging van de volledige CSME. Dit schema is verdeeld in twee fasen met ruime tijdslimieten als volgt: 37 SCHOOLBOEK CARICOM FASE 1: (MIDDEN 2007– EIND 2009): CONSOLIDATIE INTERNE MARKT EN AANVANG INTERNE ECONOMIE Actie voor implementatie: Aanneming van de CARICOM-Investeringscode. Aanneming van de CARICOM-Overeenkomst Financiële Diensten Uitbreiding van vrij verkeer van arbeid tot leerkrachten, verpleegkundigen en huishoudelijk personeel. Stroomlijnen van de procedures voor vrij verkeer van arbeid, ook contingentrechten en overmaking van socialeverzekeringsuitkeringen. Implementatie van vrij verkeer van dienstverleners, met gestroomlijnde procedures. Implementatie van Juridische status van het CARICOM-Handvest van de Civiele Samenleving Implementatie van aanbevelingen van de Technische Werkgroep Bestuur. Oprichting en aanvang van de activiteiten van het Regionaal Ontwikkelingsfonds. Oprichting van de Regionale Effectenbeurs. Voorbereidende activiteiten Voorbereiding en overeenstemming inzake een regionale stratiegie voor de ontwikkeling van menselijke hulpbronnen. Smeden van sociaal partnerschap bij overeenstemming tussen de sociale partners over een Regionaal Sociaal Contract. Verdere technische en consultatieve werkzaamheden, in samenwerking met belanghebbenden, en besluiten inzake regionale beleidskaders voor: 38 SCHOOLBOEK CARICOM Energiegerelateerde industrieën; Landbouw; Duurzaam toerisme en agrotoerisme; Nieuwe exportdiensten; Vervoer en Kleine en middelgrote ondernemingen. Beëindiging van technische werkzaamheden met betrekking tot harmonisatie van investeringsstimulansen, wet vennootschapsbelasting, herziene Overeenkomst inzake Dubbele Belastingheffing, integratie kapitaalmarkt en financiële regelgeving. Verdere technische werkzaamheden, overleg met belanghebbenden en politieke beslissingen ter zake van: Regeling Regionaal Milieuregelgeving; Gemeenschappelijk beleidskader Kleine en Middelgrote Ondernemingen; Regionaal Mededingingsbeleid; Technische Standaarden; Regionaal beleid Intellectueel Eigendom en Beginselen Ondernemingsbestuur. FASE 2 (2009-2015): VOLTOOIING INTERNE ECONOMIE Deze zal bestaan uit een gefaseerde implementatie van de besluiten genomen in Fase 1, namelijk: Implementatie van gemeenschappelijk beleid ten aanzien van energiegerelateerde industrieën, landbouw, duurzaam toerisme en agrotoerisme, transport, en kleine en middelgrote bedrijven. Harmonisatie van belastingsystemen, stimulansen en financieel en regelgevingsbeleid. Harmonisatie van fiscaal en monetair beleid. 39 SCHOOLBOEK CARICOM Implementatie van regionaal mededingingsbeleid en regionaal beleid intellectueel eigendom. Implementatie van CARICOM Monetaire Unie. REGIONALE PORTEFEUILLES Teneinde het tempo van deze nieuwe en verbrede beweging voor een Interne Markt en Economie te versnellen, werd de verantwoordelijkheid voor belangrijke gebieden binnen de economische en sociale sector in CARICOM verdeeld onder de verschillende CARICOM-Regeringsleiders. Hieronder volgt een lijst van de Portefeuilles en de landen die de trekkersrol kregen toebedeeld voor deze gebieden. DIENSTEN Antigua en Barbuda TOERISME (waaronder begrepen Land, Cruise, bepalingen ACP/EUPartnerschapsovereenkomst , enz.) De Bahama's INTERNE MARKT EN ECONOMIE (waaronder begrepen Monetaire Unie) Barbados JUSTITIE EN BESTUURBelize ARBEID (waaronder begrepen verkeer van vaardigheden binnen de Gemeenschap) Dominica WETENSCHAP EN TECHNOLOGIE (waaronder begrepen informatie en communicatie) Grenada 40 SCHOOLBOEK CARICOM LANDBOUW, LANDBOUWDIVERSIFICATIE EN VOEDSELVEILIGHEID (waaronder begrepen het Regionaal Landbouwhervormingsprogramma - RTP en Bananen) Guyana EXTERNE HANDELSONDERHANDELINGEN Jamaica ONTWIKKELING VAN MENSELIJKE HULPBRONNEN, GEZONDHEID EN HIV/AIDS St. Kitts en Nevis DUURZAME ONTWIKKELING (waaronder begrepen Milieu en Rampenbeheersing en Water) Saint Lucia TRANSPORT (Zeevaart en Luchtvaart) St. Vincent en de Grenadines GEMEENSCHAPSONTWIKKELING EN CULTURELE SAMENWERKING (waaronder begrepen Cultuur, Gender, Jeugd en Sport) Suriname ENERGIE VEILIGHEID (Verdovende Middelen en Illegale Wapens) Trinidad en Tobago 41 SCHOOLBOEK CARICOM CARICOM PRIORITAIRE GEBIEDEN Drie prioritaire gebieden waarop CARICOM dringende en bijzondere nadruk plaatst, zijn de snel groeiende Informatiemaatschappij waarbij alle Lidstaten nu betrokken zijn; het voortdurend belang van Duurzame Ontwikkeling en Klimaatverandering voor zowel de groei als het voortbestaan van CARICOM-leden; en de essentiële focus op een van de grootste hulpbronnen van CARICOM, te weten Jongerenontwikkeling. Informatiemaatsch ppij Het groeiend belang van Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) voor de menselijke samenleving is ongetwijfeld een van de bepalende kenmerken van onze hedendaagse wereld. ICT is geïntegreerd op elk niveau van menselijke inspanning en heeft een grote invloed op de wijze waarop mensen communiceren. In het afgelopen decennium was het duidelijkste voorbeeld van de enorme transformerende kracht van ICT de ontwikkeling van het internet en het wereldwijde web (WWW). De prominente plaats van informatie in de samenleving van vandaag heeft diverse geleerden en leiders ertoe gebracht te beweren dat we nu leven in een nieuwe “Informatiemaatschappij,” een maatschappij waarin informatie nieuwe vormen van sociale organisatie overheerst. Componenten van de Informatiemaatschappij zijn onder meer blogs, podcasts, wikis, websites, zoekmachines, games, Voice over Internet Protocol (VoIP) en peer-to-peer-diensten, e-mail (bijv. yahoo, hotmail, gmail); online chat (bijv. MSN Messenger, Yahoo messenger) en bestandsoverdrachten. 42 SCHOOLBOEK CARICOM Informatiemaatschappij en Jongeren: De Informatiemaatschappij is opgebouwd door een opeenvolging van jonge en dynamische mensen: Sergey Brin en Larry Page, de oprichters van Google, zijn in de 30, zo ook de Deen Janus Friis, medeoprichter van Skype, die 30 is en Linus Torvald, die Linux creëerde in 1991, toen hij amper 22 was. En, natuurlijk, Bill Gates die nauwelijks 19 was toen hij Microsoft oprichtte. Waarom is de Informatiemaatschappij zo belangrijk voor jongeren? Jonge mensen zijn scheppers en consumenten van technologieën variërend van de mobiele telefoon tot e-mail, tot instant messaging (onmiddellijke berichtgeving), radio en televisie. In de hoedanigheid van zowel zakelijke als maatschappelijke ondernemers, maken jongeren creatief gebruik van de technologie voor het aanpakken van de noden van de gemeenschap. Duurzame Ontwikkeling en de Caribische Gemeenschap Duurzame Ontwikkeling staat centraal in vele van de ontwikkelingsinitiatieven van de Caribische Gemeenschap in het belang van de huidige en van toekomstige generaties. het vinden van discrete acties ter Deze taak betreft niet aanpak van een reeks ontwikkelingsuitdagingen waartegenover de Gemeenschap zich gesteld ziet, zoals handel, bodemdegradatie of armoedebestrijding. Het gaat om het aannemen van geïntegreerde benaderingen voor het aanpakken van de vele effecten van de transformaties die plaatsvinden in de wereld, op het halfrond en in de regio en het verwerkelijken van de voordelen van dergelijke transformaties voor de Caribische mens. De Lidstaten van de Caribische Gemeenschap zijn 41 SCHOOLBOEK CARICOM gecommitteerd aan het bouwen van een stevige economische fundering die niet alleen de kansen omvat voor hoge en stabiele niveaus van economische groei en werkgelegenheid, maar ook hoge standaarden voor milieukwaliteit en sociale billijkheid. Bij het nastreven van deze doelen dient het Barbados-actieprogramma (BPOA) uit 1994 voor kleine eilandstaten en ontwikkelingslanden in laaggelegen kustgebieden (SIDS) als voornaamste richtsnoer voor de programma’s van de Regio voor duurzame ontwikkeling. Het BPOA werd na 10 jaar in 2005 herzien in de vorm van de Mauritius-strategie voor de verdere implementatie van het Barbados-actieprogramma (MSI). Deze twee VN-documenten werden ingegeven door de resultaten van de wereldconferentie van de Verenigde Naties over het milieu gehouden te Stockholm in 1972 en de conferentie van de Verenigde Naties over milieu en ontwikkeling (UNCED) gehouden te Rio de Janeiro, Brazilië, in 1992. Tijdens de UNCED werd onderkend dat de SIDS, als groep, bijzondere noden hadden die verschilden van die van de grotere meer gediversifieerde ontwikkelde en ontwikkelingslanden ontwikkeling behoefte hadden aan en dat ze voor een duurzame de constante aandacht en ondersteuning van de internationale gemeenschap. Het BPOA and de MSI zijn wereldwijde raamwerkmodellen welke trachten een gunstig klimaat te scheppen voor het realiseren van de ontwikkelingsaspiraties van kleine ontwikkelingslanden zoals die in het Caribisch gebied. De raamwerkmodellen bepleiten “intersectorale actie met een intergenerationeel perspectief op regionaal niveau”. 44 SCHOOLBOEK CARICOM Bij het aanpakken van deze uitdagingen, vragen CARICOM-Lidstaten bijzondere en voortdurende ecologisch duurzame, economisch haalbare aandacht sociaal billijke, ontwikkeling voor het cultureel bevorderen van respectvolle en tot stand te brengen met de ondersteuning toegezegd door de internationale gemeenschap op de twee VN-SIDS Secretariaat, partners, uitvoeren Conferenties. samen met een Vanaf 1994, aantal wijdt internationale zich ten volle aan het ontwikkelen, van het ontwikkelingsprogramma’s en CARICOM- en regionale implementeren –projecten om en de CARICOM-Lidstaten te faciliteren bij het bereiken van veel van de doelstellingen opgenomen in het BPOA en de MSI. Klimaatverandering Klimaatverandering, klimaatschommelingen, zeespiegelstijging en extreme weergebeurtenissen vormen een ernstige bedreiging voor de duurzame ontwikkeling van veel landen, waaronder ook die in het Caribisch gebied. Klimaatschommeling heeft betrekking op de verschillen in ons normale en verwachte klimaat, vooral voor zover dit verband houdt met weergebeurtenissen en –patronen. Aan de andere kant, het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake Klimaatverandering (UNFCCC) dat in 1992 is ingesteld door de UNCED met als voornaamste doel het stabiliseren van de broeikasgassen (BKG), wijst erop dat klimaatverandering is “...een verandering van klimaat welke direct of indirect wordt toegeschreven aan menselijke activiteit, waardoor de samenstelling van de wereldatmosfeer wordt gewijzigd en welke optreedt naast natuurlijke klimaatschommeling waargenomen tijdens vergelijkbare perioden ...". Ook onderstreepte het UNFCCC dat versnelde klimaatverandering, of 'global warming' (opwarming van de 46 SCHOOLBOEK CARICOM aarde), naar aanleiding van de uitstoot van broeikasgassen (BKG) het welzijn van de mensen en de integriteit van het ecosysteem bedreigt en dat, hoewel de aard van de bedreiging nog zeer onduidelijk is, actie moet worden ondernomen in afwachting van wetenschappelijke zekerheid door de adaptatie van het 'voorzorgsbeginsel’. Bij het toepassen van dit "beginsel" werd bepleit dat ontwikkelde landen het voortouw zouden nemen bij het terugdringen van de uitstoot van BKG en dat de 'incrementele kosten' van welke actie ook ondernomen door ontwikkelingslanden ingevolge het Verdrag zouden worden gecompleteerd door de internationale gemeenschap. Maar, de beoogde BKG-uitstootbeperkingen vastgesteld krachtens het UNFCCC waren juridisch niet bindend, maar waren gericht op het terugbrengen van de CO2-uitstoot van geïndustrialiseerde landen in 2000 tot de uitstootniveaus van de jaren 90 van de vorige eeuw. Deze vrijwillige doelen gesteld voor 2000 zijn door vele van de ondertekenaars van het Verdrag uit de ontwikkelde landen niet bereikt. Ondertussen werd in December 1997 het Kyoto Protocol bij het UNFCCC overeengekomen. In tegenstelling tot de benadering door het Verdrag bij het stellen van de vrijwillige doelen voor 2000, stelde het Protocol verplichte doelen krachtens bindend internationaal recht, de periode van 2008 tot 2012 gebruikend als de eerste 'verbintenisperiode'. Echter, ofschoon de eerste verantwoordelijkheid voor het aanpakken van klimaatverandering ligt bij de ontwikkelde landen zijn het proportioneel de mensen die leven in de ontwikkelingslanden die waarschijnlijk het meest te lijden zullen hebben onder de impact van klimaatverandering. Toch kunnen 41 SCHOOLBOEK CARICOM ontwikkelingslanden op directe wijze baat hebben bij het beleid inzake beteugeling van klimaatverandering indien de internationale gemeenschap de kansen biedt die een gunstig milieu scheppen voor de bevordering van deze kansen in kleine ontwikkelingslanden. Dit is de bron van veel van de lopende onderhandelingen over klimaatverandering. De Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering (IPCC) die als hoofdverantwoordelijkheid heeft het evalueren van de wetenschappelijke literatuur over klimaatverandering, is een andere belangrijke institutionele voorziening die begeleiding biedt aan de internationale gemeenschap. inzake Klimaatverandering De Intergouvernementele Werkgroep – een consortium van enkele duizenden onafhankelijke wetenschappers dat opereert onder auspiciën van de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO) en het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) – stelt dat de stijgende niveaus van industriële vervuiling de klimaatverandering abnormaal verhevigen als gevolg van de stijgende warmtehoeveelheid die onder de aarde gevangen blijft in plaats van in de ruimte te ontsnappen. De IPCC zegt dat de belangrijkste boosdoeners zijn de verbranding van fossiele brandstoffen - olie, kool en gas – en de grote veranderingen in de praktijken van grondgebruik. Het belangrijkste broeikasgas afkomstig van menselijke activiteiten is kooldioxide (CO2). Vóór de industriële revolutie, bestonden atmosferische CO2-concentraties uit ongeveer 270 - 280 deeltjes per miljoen (ppm). Deze concentraties meten nu bijna 330 ppm en nemen jaarlijks toe met ongeveer 1,5 ppm. De IPCC geeft in haar laatste rapport van 2007 aan dat indien deze tendens zich voortzet het mondiaal klimaatsysteem ernstig ontwricht zal worden, wat zal resulteren in grote mondiale catastrofes. De IPCC erkent ook dat het 48 SCHOOLBOEK onderzoeken van CARICOM duurzame ontwikkeling het meest effectieve beleidskader biedt voor de aanpak van klimaatverandering. De Reactie van de Caribische Gemeenschap op Klimaatverandering In de Caribische Gemeenschap wordt klimaatverandering niet gezien als enkel een mondiaal milieuprobleem, maar als een belangrijke invloed op het ontwikkelingsproces van de Regio. Dit is grotendeels omdat de Regio uitermate afhankelijk is van zijn natuurlijke hulpbronnen voor vrijwel elke economische en sociale activiteit en dit benadrukt het risico dat klimaatverandering vormt voor de Regio. Deze situatie wordt verder verergerd door de beperkte institutionele, menselijke en financiële vermogens van de Regio en in sommige gevallen, de geografische ligging. Om deze uitdagingen die uitgaan van klimaatverandering aan te pakken, hebben de Regeringsleiders van de Caribische Gemeenschap in juli 2002 besloten het Centrum voor Klimaatverandering van de Caribische Gemeenschap (CCCCC), ook bekend als de 5C's, op te richten. De 5C’s werd opgericht in maart 2003 met als mandaat: 1. 2. Het beschermen van het klimaatsysteem van de leden van het Centrum ten voordele van de huidige en toekomstige generaties van hun volkeren. 2. Het uitbreiden van de regionale institutionele capaciteiten voor het coördineren van nationale reacties op de negatieve effecten van klimaatverandering. 3. Het voorzien in veelomvattende beleidslijnen en technische ondersteuning op het gebied van klimaatverandering en verwante kwesties en het aanvoeren van het regionaal initiatief op die gebieden. 41 SCHOOLBOEK 4. CARICOM Het vervullen van de rol van uitvoerend lichaam voor regionale projecten die verband houden met klimaatverandering. Klimaatverandering en Energie Energiediensten zijn essentieel voor duurzame ontwikkeling. Energiediensten betreffen zaken zoals verlichting, koken, verwarming en afkoeling, water pompen, koeling, vervoer en communicatie. Dit alles kan tot stand worden gebracht met zowel conventionele als hernieuwbare energiebronnen. Echter is de wijze waarop deze diensten worden geproduceerd, gedistribueerd en gebruikt van invloed op de economische, milieu- en sociale structuur van samenlevingen. Energie is op zich geen fundamentele behoefte van de mens. Het is echter wel essentieel voor de vervulling van andere fundamentele behoeften. Gebrek aan toegang tot diverse en betaalbare energiediensten benadrukt de kwetsbaarheid van veel mensen in ontwikkelingslanden bij het voorzien in hun basisbehoeften. Veel landen in de Caribische Gemeenschap zijn in hoge mate afhankelijk van geïmporteerd fossiele brandstoffen voor hun energievoorziening. In CARICOM gaat een aanzienlijk percentage aan deviezen op aan deze importen. Bovendien, het gebruik van fossiele brandstoffen draagt direct bij aan de degradatie van het milieu door vervuiling en verhoogde uitstoot en is derhalve een belangrijke factor in de economische, milieuen sociale kwetsbaarheid van vele CARICOM-Lidstaten. Het gebruik van fossiele brandstoffen is de voornaamste oorzaak van het ontstaan van broeikasgassen. De Caribische Gemeenschap beschikt over een enorm groot potentieel 48 SCHOOLBOEK CARICOM voor het bruikbaar maken en ontwikkelen van hernieuwbare energie uit bronnen zoals biomassa, waterkracht, oceaan, zon en wind. Enkele CARICOM-Lidstaten hebben innovatief gebruik gemaakt van zonne- en windenergie, energie uit landbouwproducten en waterkrachtenergie. Dit is een welkom signaal in de Caribische Gemeenschap waaraan verder opvolging moet worden gegeven, aangezien een betrouwbare energievoorziening essentieel is voor economische stabiliteit, groei, werkgelegenheid en verbeterde levensstandaarden. Zeespiegelstijging In een publicatie van mei 2009 getiteld "Low Carbon, High Growth Latin American Responses to Climate Change" brengt de Wereldbank, op grond van recente informatie, onder de aandacht dat zes (6) van de 25 meest kwetsbare landen in de Amerika’s die geconfronteerd worden met een stijging van de zeespiegel, CARICOM-Lidstaten zijn. Deze zijn de Bahama’s, Belize, Guyana, Haïti, Jamaica en Suriname. Doorgaans kunnen zeespiegelstijgingen en veranderende weerpatronen bijzonder desastreuze gevolgen hebben voor landen wier infrastructuur, vestigingspatronen en economisch welzijn geconcentreerd zijn in het kustgebied, zoals het geval is in veel van de CARICOM-Lidstaten. De Intergouvernmentele Werkgroep inzake Klimaatverandering (IPCC) heeft ook voorspeld dat de zeespiegel met 11-77 cm zal stijgen in de rest van deze eeuw. Zee- en kustgebieden, moerassen, waterrijke gebieden en kustbossen zullen worden getroffen door veranderingen in de zeespiegel. Mangrovezwampen en kustmeren zullen naar verwachting snelle veranderingen ondergaan en kunnen zelfs geheel en al verloren gaan. Laaggelegen kustgebieden kunnen ook worden verdrongen door zoutwaterhabitats die zoetwaterecosystemen kunnen ontwrichten. Deze veranderingen zullen waarschijnlijk resulteren in de ontheemding van trekvogels en aquatische soorten die de toegenomen 50 SCHOOLBOEK CARICOM verzilting of overstromingen niet kunnen verdragen. Trekvogels en standvogels, zoogdieren en vissen kunnen te maken krijgen met een verlies van belangrijke gronden die dienen als pleisterplaats, fouragegebied of broedgebied en moeilijk zijn te vervangen in het licht van de concurrerende vraag naar schaarse grond. Indien gecombineerd, zullen deze factoren de duurzaamheid van de visserij aantasten en resulteren in een algemeen verlies van biodiversiteit in kustecosystemen. Jongerenontwikkeling CARICOM telt momenteel twee speciale regionale initiatieven die gericht zijn op Jongerenontwikkeling. Allereerst, de CARICOM-Commissie CARICOM-Commissie voor voor Jongerenontwikkeling: Jongerenontwikkeling bestaat uit De acht ervaren jongerenleiders en zeven technocraten, die allen uitmuntende theoretische, praktische en onderzoeksbijdragen hebben geleverd aan de ontwikkeling en empowerment van de Caribische jongeren. Het mandaat van de Commissie is een uitgebreide evaluatie van jeugd en jongeren in de gehele Regio te ondernemen en een duidelijke verklaring te presenteren, daarbij de Regeringsleiders te adviseren omtrent de soort maatschappij waarin burgers in de leeftijd van 10-29, al dan niet schoolgaand (waaronder inbegrepen degenen die zich buiten de institutionele kaders bevinden), wensen te leven, en daarom: In maart 2007 werd de Commissie opgericht door de Conferentie van Regeringsleiders. Ze verklaarden zich akkoord met de Verklaring van Paramaribo betreffende de Toekomst van de Jongeren in de Caribische Gemeenschap. 41 SCHOOLBOEK CARICOM Ten tweede, het CARICOM-Jeugdambassadeursprogramma (CYAP): Het CARICOM-Jeugdambassadeursprogramma (CYAP) is een initiatief van de Regeringsleiders van de Caribische Gemeenschap (CARICOM), met het doel jongerenparticipatie in regionale integratie- en ontwikkelingsprocessen te bevorderen en jonge Caribische burgers uit te rusten met de kennis, vaardigheden, attitudes en middelen voor: 1) Het opkomen voor en voorlichten van jonge mensen omtrent de kwesties op de agenda van de Regeringsleiders; 2) Het ontwikkelen en coördineren van de implementatie van geïntegreerde jongeren-geörienteerde projecten in samenwerking met nationale en regionale jongerenorganisaties NGO’s; en 3) Het kanaliseren van ideëen en perspectieven van jongeren naar de beleidsmakers van de Regio en het delen van informatie over CARICOM-beleidslijnen en – programma’s met jonge mensen. Elke Lidstaat is gerechtigd een mannelijk en vrouwelijke kandidaat te benoemen voor een maximumtermijn van drie jaar. 52 SCHOOLBOEK CARICOM Het Jeugdambassadeursprogramma werd in 1993 op Saint Lucia gelanceerd door de CARICOM- Regeringsleiders als onderdeel van het programma voor de viering van de Twintigste van de ondertekening Chaguaramas. het Verdrag van Het wordt gecoördineerd en aangestuurd door jongeren en omvat als van Verjaardag HIV/AIDS, de CSME Informatie- en Communicatietechnologie prioritaire kernthema’s. Jongerenparticipatie en Capaciteitsopbouw, en Netwerken zijn horizontale strategieën. DE MILLENNIUMDOELEN VAN DE VERENIGDE NATIES De Millenniumontwikkelingsdoelen (MDG’s) zijn acht internationale doelstellingen voor ontwikkeling die 192 lidstaten van de Verenigde Naties, waaronder inbegrepen alle CARICOM-lidstaten, en ten minste 23 internationale organisaties zijn overeengekomen te verwezenlijken tegen het jaar 2015. Elk van de acht Millenniumontwikkelingsdoelen omvat specifieke doelstellingen en indicatoren. De doelen en doelstellingen geven een duidelijk beeld van hoe de wereld eruit zou kunnen zien rond 2015. Er zijn 8 doelen en 18 doelstellingen: DOEL 1 Het uitbannen van extreme armoede en honger Het aantal mensen met een inkomen van minder dan één dollar per dag moet in 2015 zijn gehalveerd. Het aantal mensen dat honger lijdt moet zijn gehalveerd in 52 SCHOOLBOEK 2015. CARICOM SCHOOLBOEK CARICOM DOEL 2 Het bereiken van universeel primair onderwijs Garanderen dat vanaf 2015 alle jongens en meisjes de lagere school volledig kunnen doorlopen. GOAL 3 Het bevorderen van gendergelijkheid en empoweren van vrouwen In 2005 moet genderongelijkheid in primair en secundair onderwijs zijn weggemaakt. DOEL 4 Het terugdringen van kindersterfte De sterfte onder het aantal kinderen jonger dan vijf jaar moet met twee derde zijn verminderd in 2015. GOAL 5 Het verbeteren van de gezondheid van moeders Het moedersterftecijfer moet met drie vierde zijn verminderd in 2015. GOAL 6 Het bestrijden van HIV/AIDS, malaria en andere ziekten Vóór 2015 de verspreiding van HIV/AIDS stoppen en terugdringen. Vóór 2015 de verspreiding van malaria en andere ernstige ziekten stoppen en terugdringen. GOAL 7 Het waarborgen van de duurzaamheid van het milieu De beginselen van duurzame ontwikkeling integreren in het beleid en de programma’s van landen; in 2015 moet het verlies van milieuhulpbronnen zijn gekeerd. Het percentage mensen zonder duurzame toegang tot veilig drinkwater moet zijn gehalveerd in 2015. Het leven van ten minste 100 miljoen bewoners van sloppenwijken moet aanmerkelijk zijn verbeterd in 2020. 54 53 SCHOOLBOEK CARICOM DOEL 8 Het vormen van een wereldpartnerschap voor ontwikkeling Het verder ontwikkelen van een open handels- en financieel systeem dat op regels gebaseerd, voorspelbaar en niet discriminerend is. Omvat een commitment aan goed bestuur, ontwikkeling en armoedebestrijding – nationaal en internationaal. Het aanpakken van de bijzondere behoeften van de minstontwikkelde landen. Dit houdt tevens in toegang voor hun exporten vrij van tarieven en quota; verhoogde schuldenverlichting voor arme landen met een zware schuldenlast; kwijtschelding van bilaterale overheidsschulden; en meer genereuze officiële ontwikkelingshulp voor landen die zich inzetten voor armoedebestrijding. Het aanpakken van de bijzondere behoeften van niet aan zee grenzende landen en kleine eilandstaten in ontwikkeling. Het breed afhandelen van het schuldenprobleem van ontwikkelingslanden metnationale en internationale maatregelen voor een houdbare schuld op de lange termijn. In samenwerking met de ontwikkelingslanden, het scheppen van volwaardig en productief werk voor jongeren. In samenwerking met farmaceutische ondernemingen, het bieden van toegang tot betaalbare essentiële geneesmiddelen in ontwikkelingslanden. In samenwerking met de private sector, het beschikbaar maken van de voordelen van nieuwe technologieën – meer in het bijzonder, informatie- en communicatietechnologie. HET CARIBISCH HOF VAN JUSTITIE Het Caribisch Hof van Justitie (CCJ) wordt gezien als een essentieel onderdeel van de inspanning gericht op het verdiepen en versterken van CARICOM, en het CCJ wordt geregeld SCHOOLBOEK CARICOM in het Herziene Verdrag van Chaguaramas. Het CCJ is de hoogste instantie voor het beslechten van geschillen over de interpretatie en toepassing van het Herziene Verdrag, door de uitoefening van zijn oorspronkelijke rechtsmacht. Op dit punt, met CARICOM die gestaag vordert met het creëren van een Interne Markt en Economie in antwoord op het snelle tempo van de globalisatie van de international handel, is de oprichting van een Caribisch Hof van Justitie een essentieel component geworden in de wijze waarop de Interne Markt functioneert. Het CCJ is tevens bedoeld als hoogste beroepsinstantie in CARICOM. Bij het uitoefenen van zijn rechtsmacht als beroepsinstantie, overweegt en beslist het CCJ in zaken van beroep in zowel burgerlijke als strafrechtelijke aangelegenheden behandeld door rechtbanken binnen de jurisdicties van Lidstaten van de Gemeenschap welke partij zijn bij de Overeenkomst tot oprichting van het CCJ. Bij het uitoefenen van zijn rechtsmacht in beroepszaken, is het CCJ de hoogste nationale rechtbank in de Regio. Bepaalde lidstaten moeten echter de Overeenkomst tot oprichting van het CCJ als hoogste beroepsinstantie nog implementeren. De Werking van het CCJ Het CCJ vervult de functies van een internationaal tribunaal dat internationale rechtsregels toepast met betrekking tot de interpretatie en toepassing van het Verdrag. In dit opzicht zou het CCJ functies vervullen net als het Europees Hof van Justitie, het Gerecht van Eerste Aanleg van de Europese Gemeenschappen, het Hof van Justitie voor de Andes en het Internationaal Gerechtshof. hoofdzetel in Trinidad en Tobago. Het CCJ heeft zijn Bij de uitoefening van zijn oorspronkelijke rechtsmacht, houdt het Hof 55 SCHOOLBOEK CARICOM zitting in Trinidad en Tobago, maar is een reizende rechtbank die, zoals vereist, in elk van de lidstaten rechtszittingen houdt in de uitoefening van zijn rechtsmacht als beroepsinstantie. Artikel V (1) van de Overeenkomst tot oprichting van het CCJ voorziet in de oprichting van een Regionale Commissie Gerechtelijke en Juridische Diensten die belast zal zijn met de benoeming van de rechters. Deze Commissie zal bestaan uit negen leden, van wie velen worden geselecteerd door instanties uit het maatschappelijk middenveld en onafhankelijk van regeringen zijn. De rechters worden niet alleen uit het Caribisch Gebied aangetrokken. Ze worden benoemd door de Commissie en kunnen slechts worden ontslagen op aanbeveling van de Commissie handelende op advies van een voor dat doel ingesteld tribunaal. Deze aanpak van de selectie en het ontslag van de Rechters is bedacht om de politieke onafhankelijkheid van het Hof te waarborgen. CARICOM is waarschijnlijk de enige integratiebeweging waarin rechters niet worden benoemd door de politieke leiding voor het interpreteren en toepassen van het instrument tot oprichting van de beweging. Er is een Trustfonds opgezet, waarvan de inkomsten gebruikt zullen worden om de uitgaven van het Hof te betalen en het Hof onafhankelijk te laten zijn van de regeringen. Ook als onderdeel van het gerechtelijk proces is in de Overeenkomst tot oprichting van het CCJ vastgelegd dat staten stappen moeten nemen op wetgevingsgebied om te garanderen dat de vonnissen die door het CCJ zijn uitgesproken ten uitvoer worden gelegd. 56 SCHOOLBOEK CARICOM DE CULTURELE BANDEN VAN CARICOM Honderden jaren vóór het Verdrag van Chaguaramas was de culturele binding van de Caribische volkeren door zang, dans en sport, in het bijzonder cricket, reeds een feit. CARIFESTA en West-Indisch Cricket zijn twee glansrijke symbolen van CARICOM die de harten van alle Caribische burgers raken. HET CARIBISCH FESTIVAL DER KUNSTEN (CARIFESTA) Het Caribisch Festival der Kunsten (CARIFESTA) is ontstaan uit een oproep van een regionale bijeenkomst van artiesten die destijds participeerden in een conventie van schrijvers en artiesten in Georgetown, Guyana, in 1970, welke samenviel met het door Guyana aannemen van de status van Republiek. Honderden jaren vóór het Verdrag van Chaguaramas was de culturele binding van de Caribische mens door Zang, Dans en Sport, in het bijzonder Cricket, reeds een feit. CARIFESTA en West-Indisch Cricket zijn twee glansrijke symbolen van CARICOM die de harten raken van alle Caribische burgers. De drie belangrijkste overwegingen voor het organiseren van het eerste CARIFESTA in 1972 waren: 57 SCHOOLBOEK CARICOM Het Festival moet inspireren en artiesten de mogelijkheid geven om met elkaar technieken en motivatie te bespreken. Het moet educatief te zijn in die zin dat het volk van het Caribisch Gebied zo wordt blootgesteld aan waarden voortvloeiend uit de diverse kunstvormen. Het moet relateren aan de mens en onderhoudend zijn op een niveau en een wijze welke in de smaak vallen bij de Caribische mens. Het is een visie van volkeren met hun wortels diep in Azië, Europa en Afrika, samenkomend om hun kunstvormen te tonen, omarmend de literatuur geïnspireerd door het eigen typisch Caribische temperament; schilderijen geïnspireerd door de ontzagwekkende tropische ecologie; en het visionair erfgoed van onze voorouders. Het regionale creatieve festival werd voor het eerst gehouden in Georgetown, Guyana, in 1972, en trok creatieve artiesten aan uit meer dan 30 Caribische en Latijns-Amerikaanse landen. Het symbool van het eerste CARIFESTA was een oprijzende donkere hand die de zon pakt, als uitbeelding van de vaardigheden en aspiraties van de tropische mens met onmetelijk talent. 58 SCHOOLBOEK CARICOM CARIFESTA Gehouden Sinds 1972 CARIFESTA I — Guyana in 1972 CARIFESTA II — Jamaica in 1976 CARIFESTA III — Cuba in 1979 CARIFESTA IV — Barbados in 1981 CARIFESTA V — Trinidad en Tobago in 1992 CARIFESTA VI — Trinidad en Tobago in 1995 CARIFESTA VII — St. Kitts en Nevis in 2000 CARIFESTA VIII — Suriname in 2003 CARIFESTA IX — Trinidad en Tobago in 2006 CARIFESTA X — Guyana 2008 WEST-INDISCH CRICKET De tot het Gemenebest behorende Caribische Landen van de Caribische Gemeenschap (CARICOM) hebben hun grootste en langste enkele investering gedaan in de cricketcultuur. Het Caribisch volk heeft dit spel gemaakt tot zijn grootste enkele culturele investering sinds meer dan tachtig jaar, waardoor het dit spel, en de bredere sociale relaties ervan, is gaan associëren met de hoofdprojecten natievorming en identiteitsvorming. Vanaf 1928, toen het Caribisch Gebied de Teststatus werd toegekend, heeft elke generatie een cricketspeler van supersterformaat geproduceerd, die een maatschappelijk icoon werd, de verbeelding van een hoopvolle plaatselijke samenleving veroverde en overal in de wereld erkenning voor zijn uitmuntendheid kreeg. Learie Constantine kreeg de fakkel van George Challenor en heeft hem doorgegeven aan George 59 SCHOOLBOEK CARICOM Headley die hem op zijn beurt veiligstelde in de handen van de '3 W's' - Frank Worrell, Everton Weekes en Clyde Walcott. Deze, op hun beurt, vertrouwden hem toe aan de ongeëvenaarde Gary Sobers die hem doorgaf aan Viv Richards en vervolgens aan de wereldrecordhouder, Brian Lara. Het verwerven van internationale bekendheid en de leiderspositie door het West Indies Test team in de jaren 70 en 80 van de vorige eeuw werd binnen de Caribische Gemeenschap opgevat als een weerspiegeling van iets dat veel groter was en meer betekende dan enkel cricket – het was het door Caribische burgers zelfverzekerd opeisen van het recht een waardige plaats in de moderne wereld te bekleden. De Gemeenschap is, langs haar vele informele kanalen, een zoektocht begonnen naar een remedie tegen de recente achteruitgang in standaarden en prestaties van het regionale cricketteam op het internationaal podium. In dit verband hebben het CARICOM-Secretariaat en de University of the West Indies (UWI) de Regionale cricketconferentie georganiseerd in meijuni 2000, om burgers in de gehele Regio op formele en coherente wijze te ondersteunen in het debat over de kritieke kwesties. Het forum wilde zich concentreren op de status van het West-Indisch cricket als prestatiesport zowel als volkscultuur. Dit is consistent met het begrip dat de mensen hebben van het aan de gang zijnde proces van natievorming en het respect voor de betekenis van cricket als aanduiding van identiteit en van sociale positie. 60 SCHOOLBOEK CARICOM Commissie voor Beheer West-Indisch Cricket Bij schrijven van 16 februari 2007, werd door de toenmalige President van de West Indies Cricket Board (WICB) Inc, de heer Ken Gordon, het besluit van de WICB aangekondigd tot het instellen van een commissie op hoog niveau met de volgende opdracht: 1) Bestuderen van de - vroegere en huidige - prestaties van de WICB en beoordelen van zijn sterke en zwakke punten. 2) Overleggen, op het wenselijk geachte niveau, met gewezen of huidige bestuurders, voormalige of huidige spelers, cricketorganisaties of het grote publiek. 3) Bekijken van de samenstelling en structuur van de WICB en het doen van aanbevelingen welke zijn algemene verrichtingen, bestuurlijke doeltreffendheid en teamprestaties zullen verbeteren en zijn geloofwaardigheid en de ondersteuning vanuit het publiek zullen vergroten. 4) Verslag uitbrengen tegen 30 juni 2007. De commissie bestaat uit: Z.E. P.J. Patterson, ON, PC, QC - Voorzitter Sir Alister McIntyre, OM, OCC Dr. Ian McDonald, AA De Beheerscommissie voerde haar werk uit en presenteerde haar verslag aan de West Indies Cricket Board (WICB) in 2007. De WICB op zijn beurt beloofde verscheidene aspecten van de aanbevelingen te onderzoeken en uit te voeren. 61 SCHOOLBOEK CARICOM Integratie van de Volkeren van het Caribisch Gebied Cultuur en sport zijn slechts twee aspecten van de integratie en gemeenschappelijke belangstellingen van de volkeren van het Caribisch Gebied aan de basis. Uiteindelijk kunnen ware economische integratie en andere vormen van integratie slechts tot stand komen met de ondersteuning en betrokkenheid van de meerderheid van de CARICOM-bevolking. De voormalige Secretaris-Generaal van de Caribische Gemeenschap, Zijne Excellentie Edwin Carrington, vatte het samen als volgt: .....Maar het bouwen van die Caribische structuur vergt veel meer dan alleen de bouwstenen aangedragen door politieke, economische en juridische metselaars. Het vergt dat de mensen van de Regio de specie zijn die de bouwstenen bijeenhoudt en de structuur hecht maakt.... CARICOM ONDERSCHEIDINGEN De Orde van de Caribische Gemeenschap De Orde van de Caribische Gemeenschap (Order of the Caribbean Community) is het hoogste eerbewijs van CARICOM en is een van twee onderscheidingen waarmee de Gemeenschap uitmuntend werk verricht door personen bij het helpen bouwen van de organisatie en de Regio, erkent en eert. 62 SCHOOLBOEK CARICOM De CARICOM Triënnale Onderscheiding voor Vrouwen De tweede onderscheiding is de CARICOM Triënnale Onderscheiding voor Vrouwen (Triennial Award for Women), die elke drie jaar wordt uitgereikt. Met deze onderscheiding eert de Caribische Gemeenschap Caribische vrouwen die hebben bijgedragen aan de sociaaleconomische en sociaalculturele ontwikkeling van vrouwen in de Regio. ORDE VAN DE CARIBISCHE GEMEENSCHAP 1992 William G. Demas - Trinidad en Tobago Sir Shridath S. Ramphal - Guyana Dr. Derek Walton Walcott - Saint Lucia 1994 Dame Nita Barrow - Barbados Rechter Philip Telford Georges - Dominica Sir Meredith Alister Mc Intyre - Grenada Michael Norman Manley – Jamaica 63 ORDE VAN DE CARIBISCHE GEMEENSCHAP 1998 Vere Cornwall Bird Snr.- Antigua en Bar Sir Philip Manderson Sherlock -Jamaica Sir Garfield St. Auburn Sobers -Barbados Arthur Napoleon Raymond Robinson -Trinidad en Tobago 2001 Sir George Allenmoore Ogaren Alleyne -Barbados George Cadle Price -Belize Slinger Francisco -"The Mighty Sparrow"-Trinidad en Tobago ORDE VAN DE CARIBISCHE GEMEENSCHAP 2003 Dame_ MaEuq,e_nia Charle_s_- DQminice Sir John Melville Compton- Saint Lucia Lloyd Algernon Best-Trinidad en Tobago 2008 Dr Nicholas Joseph Orville Liverpool- Dominic George Lamming,CHB -Barbados Prof. Ralston (Rex) Nettleford -Jamaica Brian Lara -Trinidad en Tobago President Fidel Castro Ruiz - Cuba (Honorary OCC) 2009 Percival Noel James Patterson -Jamaica 2011 Edwin Wilberforce Carrington-Trinidad enTobago CARICOM Triënnale Onderscheiding voor Vrouwen LAUREATEN 1984 Nesta Patrick- Trinidad en Tobago 1987 Dame Nita Barrow- Barbados 1990 Dr. Peggy Antrobus- St. Vincent en de Grenadines 1993 Magda Pollard- Guyana 1996 Dr. Lucille Mathurin-Mair O.J.- Jamaica 1999 Professor Joycelyn Massiah- Guyana 2002 Professor Rhoda Reddock- Trinidad en Tobago 2005 Desiree Bernard, Rechter- Guyana 2008 Professor Barbara Bailey - Jamaica 2011 Professor Eudine Barriteau geboren op Grenada; staatsburger van Barbados SCHOOLBOEK CARICOM LANDENPROFIEL CARICOM-LIDSTATEN ANTIGUA EN BARBUDA: The island of 365 beaches [het eiland van 365 stranden] 2 CARICOM 2 Oppervlakte: 442 km (170 mijl ) Hoofdstad: St. John’s Luchthaven: V.C. Bird International (Antigua); Co drington (Barbuda) Datum van Lidmaatschap: 04/07/74 Devies: Each Endeavouring All Achieving [wanneer eenieder onderneemt, zullen allen iets bereiken] Status: Onafhankelijk vanaf 1 november 1981 Bevolking: 80.139 (2004) Munteenheid: Oost-Caribische Dollar (EC$) Ligging: Gelegen in het Oost-Caribisch Gebied op het zuidelijk uiteinde van de Leeward-eilanden, 40 km (25 mijl) ten zuidoosten van Puerto Rico. Geschiedenis: Columbus stapte in 1493 aan wal in Antigua en vernoemde het eiland naar de kerk Santa Maria de la Antigua in Sevilla, Spanje. Het eiland werd door de Engelsen gekoloniseerd in 1632 en bleef, afgezien van een kortstondige Franse bezetting in 1667, Brits bezit tot het een 'Geassocieerde Staat' werd in 1967. De eilanden werden volledig onafhankelijk op 1 de november 1981. Aan het eind van de 18 eeuw fungeerden de eilanden als een belangrijke marinewerf voor de Britse vloot in het oostelijk Caribisch gebied. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2009. De volgende verkiezingen zijn in 2014. Regeringspartij: United Progressive Party (UPP) 67 SCHOOLBOEK CARICOM Belangrijkste Politieke Partijen: United Progressive Party (UPP), Antigua Labour Party (ALP), Barbuda People's Movement (BPM) Staatshoofd: Dame Louise Lake-Tack, Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Winston Baldwin Spencer, Premier Economisch Overzicht: Aan het eind van de jaren 70 en in de jaren 80 van de vorige eeuw, steeg het BBP met 7 procent per jaar, maar de groei nam af tot gemiddeld de helft van dit percentage in de periode 1990-1994. In 1995 leden de productiesectoren grote schade als gevolg van de orkaan Luis. De economie maakte evenwel opnieuw een groei door in de periode 1996-1998, wat naar schatting een stijging van 2,8% tot gevolg had in 1998. Toerisme is de belangrijkste nationale inkomstenbron. Het droge klimaat en het groot aantal witte zandstranden spelen een belangrijke rol in het toenemend containervrachtverkeer en cruisepassagiersverkeer. Landbouw, visserij en een groeiende secundaire sector dragen eveneens bij aan de nationale economische ontwikkeling. 68 SCHOOLBOEK CARICOM BBP: EC$ 3002 mln (2007) Openingstijden:Bedrijven: 8.00 - 12:00 u.; 13.00-16.00 u., maandagzaterdag. Gesloten op donderdagmiddag. Overheid: 8.00 - 16.30 u., maandag-donderdag; 8.00 15.00 u., vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari), Goede Vrijdag, Tweede Paasdag, Dag van de Arbeid (eerste maandag van mei), Tweede Pinksterdag (eerste maandag van juni), CARICOM-dag (eerste maandag van juli), Summer Carnival (zomercarnaval, maandag en dinsdag van de eerste week van augustus), Onafhankelijkheidsdag (01 november), Eerste Kerstdag (25 december), Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december). Feestdagen die vallen op een zondag hebben de eerstvolgende maandag als vervangingsdag. Nationaal Volkslied: Fair Antigua and Barbuda (Tekst van Novelle H. Richards; muziek van Walter P. Chambers) SCHOOLBOEK CA RICOM Hoogste Nationale Onderscheiding: Order of the Nation [orde van de natie] Nationaal Gerecht: Antigua pepperpot [Antigua peperpot] Regeringswebpagina: http://www.antigua-barbuda.com NOTITIES: 70 SCHOOLBOEK CARICOM DE BAHAMA’S: The place where worlds meet [de plaats waar werelden samenkomen] 2 CARICO M Oppervlakte: 13.864 km (5.353 2 mijl ) Hoofdstad: Nassau LucNhathsasavuenI:nFtreerenpaotirotn al & Freeport Datum van Lidmaatschap: 04/07/83 Devies: Forward, Upward, Onward Together [samen verder, opwaarts, voorwaarts] Status: Onafhankelijk 10 juli 1973 Bevolking: 320.665 (2004) Munteenheid: Bahamaanse dollar Ligging: Een archipelstaat van 700 eilanden en meer dan 2.000 kleine eilandjes verspreid over een totale oppervlakte van ongeveer 161.000 vierkante km (100.000 vierkante mijl), 80 km (50 mijl) voor de zuidoostkust van Florida op het dichtstbijzijnde punt, zich uitstrekkend in een boog van 1.200 km (750 mijl) naar het noordelijk uiteinde van de Caribische Zee. Geschiedenis: de De eilanden werden gekoloniseerd door de Engelsen in de 16 eeuw en waren een Britse Kroonkolonie vanaf 1717 totdat ze intern zelfbestuur verkregen in 1964. Ze werden onafhankelijk op 10 juli 1973. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2007. De eerstvolgende verkiezingen zijn in 2012. Regeringspartij: Free National Movement (FNM) Belangrijkste Politieke Partijen: Progressive Liberal Party (PLP), Free National Movement (FNM) 69 SCHOOLBOEK CARICOM Economisch Overzicht: Toerisme is de voornaamste pijler van de economie en biedt direct en indirect werkgelegenheid aan meer dan 50.000 personen. De industrie is voornamelijk gericht op kortverblijvende bezoekers en is geconcentreerd in Nassau en Grand Bahamas. Er is een robuuste offshore financiële dienstensector die naar schatting voor 7% bijdraagt aan het BBP. Er is een containeroverslaghaven op Grand Bahamas, alsook enige exportindustrie. Landbouw is beperkt tot ongeveer 3% van het BBP. Staatshoofd: Sir Arthur A. Foulkes, Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Hubert A. Ingraham, Premier BBP: EC$ 19.532 mln (2007) Openingstijden: Bedrijven: 9.00 - 17.00 u., maandag-zaterdag. Winkels zijn gesloten op de donderdagmiddag en open op bepaalde zondagen in verband met bezoekende cruiseschepen. Overheid: 9.00 - 17.30 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Tweede Pinkersterdag; Dag van de Arbeid (02 juni); Onafhankelijkheidsdag (10 juli); Emancipatiedag (04 augustus); Discovery Day (ontdekkingsdag, 12 oktober); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Feestdagen die vallen op een zaterdag of zondag hebben de eerstvolgende maandag als vervangingsdag. Nationaal Volkslied: March on Bahama Land (Tekst en muziek van Timothy Gibson) Hoogste Nationale Onderscheiding: Governor General Award [onderscheiding van de gouverneur-generaal] Nationaal Gerecht: Steamed Conch 'n Tomato Paste [gestoomde grote kroonslak in tomatensaus] Regeringswebpagina: http://www.bahamas.gov.bs 71 SCHOOLBOEK CARICOM BARBADOS: Land of the flying fish [land van de vliegende vis] 2 CARICOM 2 Oppervlakte: 431 km (166,4 mijl ) Hoofdstad: Bridgetown Luchthaven: Grantley Adams International Datum van Lidmaatschap: 01/08/73 Devies: Pride and Industry [trots en vlijt] Status: Onafhankelijk vanaf 30 november 1966 Bevolking: 273.200 (2004) Munteenheid: Barbadaanse Dollar Ligging: Meest oostelijk gelegen Caribisch eiland, onmiddellijk ten oosten van de Windward-eilanden en 460 km [285,7 mijl] ten noordwesten van Venezuela. Geschiedenis: Hoewel Barbados het eerst werd waargenomen door de Portugezen, werd het door de Engelsen gekoloniseerd in 1627. Het eiland bleef onder Brits Bestuur staan tot zijn onafhankelijkheid in 1966. De volksvertegenwoordiging van Barbados (House of Assembly) is het derde oudste wetgevend orgaan in de Amerika’s en bestaat sinds 1639. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2008. De volgende verkiezingen zijn in 2013. Regeringspartij: Democratic Labour Party (DLP) Belangrijkste Politieke Partijen: Democratic Labour Party (DLP), Barbados Labour Party (BLP), National Democratic Party (NDP) Economisch Overzicht: Toerisme is de belangrijkste industrie binnen deze breed gebaseerde 72 SCHOOLBOEK CA RICOM economie en is goed voor naar schatting 15,4 procent van het BBP en 50,6 procent van de deviezeninkomsten voor 1996. Off-shore financiering en informatica zijn ook belangrijke deviezengenererende sectoren. Er is een lichte secundaire industrie die vooral gericht is op de lokale markt, hoewel er een geringe export naar andere Caribische landen plaatsvindt. De producten zijn onder andere levensmiddelen, bier, meel, diervoeders en chemicaliën. De belangrijkste agro-industrieën zijn de suikerraffinaderij en rumdistilleerderij, elk met een aanzienlijke voor de export bestemde productie. De bouwsector is hoofdzakelijk toerisme-gerelateerd en liet een gemiddelde groei van 4,3 procent noteren in de periode 1993-1996. Cement wordt lokaal geproduceerd en is een belangrijke stimulans voor de industrie. Staatshoofd: Elliot Belgrave, waarnemend Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Freundel Stuart, Premier BBP: EC$ 8.265 mln (2005) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 16.00 u., maandag-vrijdag; 8.00 - 13.00 u., zaterdag. Overheid: 8.15 - 16.30 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); geboortedag van Errol Barrow (21 januari); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Nationale Helden Dag (28 april); Dag van de Arbeid (01 mei); Tweede Pinksterdag (01 juni); Emancipatiedag (01 augustus); Kadooment (eerste maandag van augustus); Onafhankelijkheidsdag (30 november); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december). Feestdagen die vallen op een zondag hebben de eerstvolgende maandag als vervangingsdag. Nationaal Volkslied: In plenty and in time of need (Tekst van Irvine Burgie; muziek van Van Roland Edwards) Hoogste Nationale Onderscheiding: Knight of St. Andrew [ridderorde van St. Andreas] Nationaal Gerecht: Cou-Cou and Flying Fish, [gerecht van korenmeel en vliegende vis; Jug Jug [stoofpot van runder- en varkensvlees met korenmeel en dandu] Regeringswebpagina: http://www.barbados.gov.bb SCHOOLBOEK CARICOM BELIZE: Mother Nature’s best kept secret [het best bewaarde geheim van moeder natuur] 2 Oppervlakte:22.966 km (8.867 2 mijl ) Hoofdstad: Belmopan Luchthaven: Phillip Goldson International Datum van Lidmaatschap: 01/05/74 CARICO M Devies: Under the Shade I Flourish [in de schaduw floreer ik] Status: Onafhankelijk - 21 september 1981 Bevolking: 282.600 (2004) Munteenheid: Belizaanse Dollar Ligging: Aan de Caribische kust van Midden Amerika met Mexico in het noorden en deels in het westen, en Guatemala ten zuidwesten. Geschiedenis: Belize maakte deel uit van het Midden-Amerikaanse Rijk van de Maya, dat een bloeitijd kende tussen 300 en 900. Het land ging over van de Spanjaarden op de Engelsen aan het begin van 1600 tot 1862 toen het Brits Honduras werd. Het land kreeg in 1973 de naam Belize en werd onafhankelijk in 1981. Verkiezingen: De laatste verkiezingen waren in 2008. De volgende verkiezingen zijn in 2013. Regeringspartij: United Democratic Party (UDP) Belangrijkste Politieke Partijen: United Democratic Party (UDP), People's United Party (PUP) Economisch Overzicht: Landbouw is de voornaamste sector, goed voor 21,5 procent van het BBP en ongeveer 70 procent van de exportverdiensten. Suikerriet is goed voor ongeveer de helft SCHOOLBOEK CARICOM van het in cultuur gebrachte oppervlak. Suiker is een belangrijk exportgoed dat 28,7 procent heeft bijgedragen aan de binnenlandse exportverdiensten, ongeveer US$ 44,5 miljoen, in 1998. Bananen, een andere grote exportverdiener, droegen 15,8 procent bij aan de binnenlandse exportverdiensten, ongeveer US$ 24,5 miljoen, met een productie van net iets meer dan 50.000 ton in 1998. De productie van citrus – sinaasappel en grapefruit – bereikte bijna 265.000 ton. Het fruit wordt verwerkt en geëxporteerd als bevroren concentraat. In 1998, was de productie 3,3 miljoen gallon, goed voor 13,9 procent van de binnenlandse verdiensten, ongeveer US$ 21,3 miljoen. In de tussentijd wordt vooruitgang geboekt met het diversifiëren naar niet-traditionele gewassen zoals papaja, komkommer en gember. Andere exportgewassen zijn cacao, groenten en tropische vruchten. Mariene producten zijn een belangrijke deviezenbron geworden alsook een vitale bron voor de binnenlandse voedselvoorziening. Kreeft en garnalen zijn de voornaamste mariene exportgoederen, waarvan in totaal bijna 2.000 ton werd geëxporteerd in 1998. Er zijn 13 visserijcoöperatieven, waarvan vier een totaal lidmaatschap kennen van 800 en in belangrijke mate bijdragen aan de exportindustrie. Er zijn zes garnalenkwekerijen in bedrijf. De bosbouwindustrie is de afgelopen jaren gegroeid. De regering heeft een nationaal herbebossingsprogramma geïnitieerd en geeft daarmee een nieuwe prikkel aan de ontwikkeling van deze sector. De wederuitvoerhandel heeft een belangrijke impact op de export van handelsgoederen, met een opbrengst van ongeveer US$ 13 miljoen in 1998, gelijk aan 7 procent van de totale export van handelsgoederen. Toerisme zit in de lift, wat een deel van het potentieel van het land als vakantiebestemming voor speciale doelen realiseert. Het barrièrerif (koraal) – het tweede langste ter wereld – is een populaire locatie voor scubaduiken. Archeologische Maya-locaties behoren tot een aantal van de belangrijkste toeristische attracties die worden gepromoot. Staatshoofd: Sir Colville N. Young Snr., GCMG, MBE, PhD, Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Dean Oliver Barrow, Premier BBP Per Capita (tegen geldende marktprijzen): EC$ 3.447 mln (2007) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 16.00 u., maandag-vrijdag.Overheid: 8.00 17.00 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Baron Bliss Dag (09 maart); Goede Vrijdag; SCHOOLBOEK CARICOM Stille Zaterdag; Tweede Paasdag; Dag van de Arbeid (02 mei); Dag van de Soeverein (24 mei); Nationale Dag (10 september); Onafhankelijkheidsdag (21 september); Columbus Dag (12 oktober); Garifuna Settlement Day (19 november); Eerste Kersdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: Land of the Free Hoogste Nationale Onderscheiding: The Queen’s Award [koninklijke onderscheiding] Nationaal Gerecht: Rijst met bruine bonen, vlees en aardappelsla Regeringswebpagina: http://www.belize.gov.bz 76 SCHOOLBOEK CARICOM DOMINICA: Nature Island of the Caribbean [natuureiland van het Caribisch gebied] 2 2 Oppervlakte:750 km (290 mijl ) Hoofdstad: Roseau Luchthaven: Canefield; Melville Hall Datum van Lidmaatschap: 01/05/74 CARICOM Devies: After the Good Lord, we Love the Earth[naGodkomtdeAarde] Status: Onafhankelijke Republiek - 3 november 1978 Bevolking: 69.810 (2004) Munteenheid: Oost-Caribische Dollar (EC$) Ligging: Het meest noordelijke en grootste van de Windward-eilanden, gelegen tussen Guadeloupe in het noorden en Martinique in het zuiden. Geschiedenis: De eerste bewoners van Dominica waren de Inheemsen. Christoffel Columbus zag en vernoemde het eiland in 1493. Het eiland ging diverse de keren in andere handen over tijdens de 18 eeuw, maar werd uiteindelijk Brits in 1805. Het was eerst verbonden aan de Leeward-eilanden, vervolgens aan de Windward-eilanden en verwierf afzonderlijke status in 1960. Dominica werd een Britse Geassocieerde Staat in 1967, en verkreeg zijn onafhankelijkheid op 3 november 1978. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2009. De volgende verkiezingen zijn in 2014. Regeringspartij: Dominica Labour Party (DLP) Belangrijkste Politieke Partijen: Dominica Labour Party (DLP), United Workers Party (UWP), Dominica Freedom Party (DFP) 77 SCHOOLBOEK CARICOM Economisch Overzicht: Landbouw en visserij waren goed voor 20,5 procent van het BBP in 1997. Bananen zijn het voornaamste exportgewas. Kopra, verkregen uit lokale kokosnoten, ondersteunt de voornaamste verwerkende industrie, zeep. Ecotoerisme wordt gestimuleerd, met regenwouden, vulkaanlandschappen en scubaduiken als hoofdattracties. Een diepwaterhaven en een cruiseterminal zijn twee van de projecten voor de ontwikkeling van de infrastructuur met grote invloed op de nationale economie. Staatshoofd: Dr. Nicholas Joseph Orville Liverpool, DAH, President Regeringsleider: Roosevelt Skerrit, Premier BBP: EC$ 914 mln (2007) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 17.00 u., maandag-vrijdag; 8.00 - 13.00 u., zaterdag. Overheid: 8.00 - 14.00 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Carnaval (de maandag en dinsdag voor Aswoensdag); Goede Vrijdag, Tweede Paasdag; Dag van de Arbeid (01 mei); Tweede Pinksterdag (50 dagen na Paaszondag); August Monday (eerste maandag van augustus); Onafhankelijkheidsdag (03 november); Gemeenschapsdag voor Dienstverlening (04 november); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: Isle of Beauty (Tekst van W.O.M. Pond; muziek van L.M. Christian) Hoogste Nationale Onderscheiding: Sisserou Award of Honour [eremedaille] Nationale Gerechten: Mountain Chicken [Dominicaanse “bergkip” ofwel kikkerbilletjes]; Lobster Dominic [Dominicaanse kreeft] Regeringswebpagina: http://www.ndcdominica.dm 78 SCHOOLBOEK CARICOM GRENADA: The Spice Isle [het kruideneiland] 2 Oppervlakte: 345 km (133 2 mijl )Hoofdstad: St. George’s Luchthaven: Point Salines International Datum van Lidmaatschap: 01/05/74 CARICOM Devies: Ever Conscious of God We Aspire, Build and Advance as One People [met God in gedachten streven wij vooruit te komen als één volk] Status: Onafhankelijk vanaf 7 februari 1974 Bevolking: 104.490 (2004) Munteenheid: Oost-Caribische Dollar (EC$) Ligging: Het meest zuidelijk gelegen van de Windward-eilanden, 135 km (83,8 mijl) ten noorden van Trinidad en Tobago. Geschiedenis: Columbus zette voet aan wal in 1498. Grenada werd gekoloniseerd door de Fransen in 1650. Het eiland stond afwisselend onder Frans en Brits bewind tot 1783 toen, krachtens het Verdrag van Versailles, het eiland Brits werd. Het werd gekoppeld aan de Windward-eilanden in 1833 en maakte deel uit van de WestIndische Federatie van 1958 tot 1962. Het werd onafhankelijk op 7 februari 1974. De regering van Maurice Bishop die aan de macht kwam in 1979, werd omvergeworpen door een interne coup in 1983 en een interim-regering trof de voorbereidingen voor verkiezingen in 1984. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2008. De eerstvolgende verkiezingen zijn in 2013. Regeringspartij: National Democratic Congress (NDC) Belangrijkste Politieke Partijen: National Democratic Congress (NDC), New National Party (NNP), 79 SCHOOLBOEK CARICOM Grenada United Labour Party (GULP) Economisch Overzicht: Toerisme is de voornaamste bron van deviezeninkomsten, waarbij een bescheiden groei merkbaar is van gemiddeld 4,6% in de periode 19971998. Er bestaat een kleine offshore financiële sector, waarvoor de wetgeving werd gemoderniseerd in 1996. Landbouw was goed voor 8,3% van het BBP in 1997 en ongeveer een zesde van de werkgelegenheid. Nootmuskaat en foelie zijn belangrijke exportproducten. Grenada is de tweede grootste producent ter wereld van deze gewassen na Indonesië en voorziet in een kwart van de wereldvraag. Deze gewassen brengen een hogere prijs op door het productietekort in Indonesië. Er is een kleine secundaire sector, met enkele voedselverwerkende bedrijven, drankenbedrijven, kledingbedrijven en assemblagebedrijven. Staatshoofd: Sir Daniel Williams, GCMG, QC, Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Tillman Thomas, Premier BBP: EC$ 1.612 mln (2007) Openingstijden: Algemeen: 8.00 - 16.00 u., maandag-donderdag; 8.00 - 17.00 u., vrijdag. Er is een pauze van 1 uur en wel van 12.00 - 13.00 u. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Onafhankelijkheidsdag (07 februari); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Dag van de Arbeid (01 mei); Tweede Pinksterdag; Corpus Christi (bij besluit); Emancipatiedag (04 augustus); Carnaval (11-12 augustus); Thanksgiving Day (dankzeggingsdag, 25 oktober); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: Hail! Grenada land of ours Hoogste Nationale Onderscheiding: Grenada kent geen nationale onderscheidingen. In plaats daarvan worden de prestaties van burgers op diverse gebieden van nationale ontwikkeling 80 SCHOOLBOEK CARICOM erkend tijdens een grootse onderscheidingsceremonie die elk jaar wordt gehouden op Onafhankelijkheidsdag. Nationaal Gerecht: Oil Down [zoute vis en zoutvlees met man van woord]. Regeringswebsite: http://www.gov.gd NOTITIES: 81 SCHOOLBOEK CARICOM GUYANA: Land of Many Waters [land van vele wateren] 2 2 Oppervlakte:214.970 km (83.000 mijl ) Hoofdstad: Georgetown Luchthaven: Cheddi Jagan International CARICOM Datum van Lidmaatschap: 01/08/73 Devies: One People, One Nation, One Destiny [één volk, één natie, één bestemming] Status: Republiek Onafhankelijk sinds 26 mei 1966; Status van Republiek sinds 23 februari 1970 Bevolking: 751.400 (2004) Munteenheid: Guyana Dollar Ligging: Aan de noordkust van het Zuid-Amerikaans continent, begrensd door de Atlantische Oceaan ten noorden, Brazilië ten zuidwesten, Suriname ten oosten en Venezuela ten noordwesten. Geschiedenis: Guyana werd oorspronkelijk bewoond door Inheemsen. Het werd gekoloniseerd door de Nederlanders in de 16 de eeuw en was van eind 16 de de eeuw tot de vroege 19 eeuw afwisselend Nederlands, Brits en Frans, om uiteindelijk te worden afgestaan aan Groot-Brittannië in 1814. De onafhankelijkheid werd verkregen in 1966 en de Coöperatieve Republiek Guyana werd uitgeroepen in 1970. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2011. De volgende verkiezingen zijn in 2016. Regeringscoalitie: People's Progressive Party/Civic (PPP/C) Belangrijkste Politieke Partijen: People's Progressive Party/Civic (PPP/C), People's National Congress Reform - One Guyana (PNCR-1G), Alliance for Change (AFC), Guyana Action Party (GAP)/Rise, Organise and Rebuild (ROAR), The United Force (TUF) 82 Economisch Overzicht: In de periode 1994-1997 groeiden de landbouw-, bosbouw- en visserijsector met een gemiddelde van 8% per jaar; mijnbouw en steenwinning met 6,4%; de secundaire sector met 5,9% en de constructiesector met 14,2%. Landbouw is de belangrijkste sector met een aandeel van 34,7% van het BBP in 1998, enigszins lager dan het gemiddelde van 38,1% in de periode 1994-1997. Suiker en rijst, de twee voornaamste gewassen, hebben veel te verduren gehad van slechte weersomstandigheden. In 1998 was de bijdrage van suiker aan het BBP 10,4% met een productie van 255.655 ton (ondanks slechte weersomstandigheden). Bosbouw is van groter belang geworden en is een potentiële groeisector. De mijnbouwsector was goed voor 16% van het BBP in 1998 en biedt naar schatting werkgelegenheid aan ongeveer 4% van de beroepsbevolking. De groei in de sector steeg indrukwekkend met 9,5% in de periode 1990-1996, maar vertraagde in de periode 1997-1998 als gevolg van de slappe wereldprijzen. De twee belangrijkste subsectoren, goud en bauxiet, hebben een groei in productie gekend in de jaren 90 van de vorige eeuw maar tegen verschillende percentages, voornamelijk onder invloed van de wereldprijzen. De secundaire sector droeg 11% bij aan het BBP in de periode 1994-1998. De belangrijkste activiteiten zijn het verwerken en raffineren van landbouwproducten zoals suiker en rijst. Regeringsleider: Donald Ramotar, President BBP: EC$ 2.921 mln (2007) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 16.00 u., maandag-vrijdag; 8.00 - 12.30 uur, zaterdag. Overheid: 8.00 - 16.00 u., maandag-donderdag; 8.00 15:30 u., vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Dag van de Republiek (23 februari), Goede Vrijdag (bij besluit), Paasmaandag (bij besluit), Dag van de Arbeid (01 mei), Phagwa (bij besluit), Id-ul-Azah (bij besluit), Youman Nabi (bij besluit), CARICOM-dag (eerste maandag van juli), Freedom Day (Dag van de Vrijheid, 01 augustus), Diwali (bij besluit), Eerste Kerstdag (25 december), Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: Dear Land of Guyana (Tekst van A.L. Luker; muziek van R.C.G. Potter) Hoogste Nationale Onderscheiding: Order of Excellence [orde van voortreffelijkheid] Nationaal Gerecht: Pepperpot [peperpot]; Cook-up [eenpansrijstgerecht]; Curry and Roti [roti] Regeringswebpagina: http://www.op.gov.gy NOTITIES: HAITI 2 2 Oppervlakte: 27.750 km (10.714 mijl ) Hoofdstad: Port-au-Prince Luchthaven: Port-au-Prince International Datum van Lidmaatschap: 03/07/02 CARICOM Devies: L'Union Fait La Force [in eendracht ligt onze kracht] Status: Onafhankelijke Republiek sinds 31 december 1804 Bevolking: 8.357.000 (2000) Munteenheid: Gourde Ligging: Haïti, een voor 80 procent bergachtig land, is gelegen op het westelijk deel van het eiland dat vroeger bekend stond als Hispaniola, 80 km (50 mijl) ten oosten van Cuba en 1425 km (750 mijl) ten zuidoosten van Miami (Florida). Geschiedenis: Columbus stuitte in 1492 op het eiland Hispaniola dat werd bewoond door de Arowakken 1492. In 1503 brachten de Spanjaarden de eerste Afrikaanse slaven naar het eiland en in 1697 werd de kolonie afgestaan aan Frankrijk. In 1791 begon een voodoopriester, Boukman geheten, een revolte die zou worden geleid door Toussaint L'ouverture, die een algemene slavenopstand ontketende. Op 1 januari 1804 verklaarde Jean Jacques Dessalines het eiland onafhankelijk. Haïti is 's werelds eerste “Zwarte Republiek” en de tweede oudste Republiek op het westelijk halfrond. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2011. De volgende verkiezingen zijn in 2016. Regeringspartij: Coalitieregering Belangrijkste Politieke Partijen: Lespwa; Struggling People's Organisation (OPL), Fusion of Socialist Democrats (FUSION)/FANMI Lavalas, Union, LAA, ALYANS, MOCHRENAH, RESPE, RDNP SCHOOLBOEK CARICOM Economisch Overzicht: Landbouw is nog steeds de sleutelsector van de economie en neemt ongeveer een kwart van het BBP voor zijn rekening. Bosbouw en visserij zijn samen goed voor nog eens 7%. De sector is de voornaamste bron van werkgelegenheid voor ongeveer twee derde van de bevolking. Koffie is verreweg het voornaamste exportgewas. Ongeveer 380.000 kleine boeren zijn betrokken bij de productie ervan. Suiker en rijst zijn van oudsher ook belangrijke landbouwproducten. Ze ondervinden nu echter forse concurrentie van geïmporteerde producten. De toerismesector biedt ook vele mogelijkheden. Staatshoofd: Michel Joseph Martelly, President BBP: EC$ 13.394 mln (2006) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 17.00 u., maandag-vrijdag. Overheid: 8.00 - 16.00 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Onafhankelijkheidsdag, 1 januari; Founding Fathers Day (dag van de voorouders), 2 januari; Dag van de Landbouw en Arbeid, 1 mei; Dag van de Vlag en Universiteit, 18 mei; Dag van de Herdenking van de Slag van Vertieres, 18 november; Eerste Kerstdag (25 december); Tweede Kerstdag (26 december) Nationaal Volkslied: La Dessalinienne Hoogste Nationale Onderscheiding: L'Ordre National Honneur et Merite, au grade de Grand-Croix [groot kruis in de orde van eer en verdienste]; Plaque d'Or [gouden medaille] Nationale Gerechten: Knapperig gebakken pikant varkensvlees – opgediend met gebakken banaan; rijst met rode bonen 86 SCHOOLBOEK CARICOM JAMAICA: Land of Wood and Water [land van hout en water] 2 CARICOM Oppervlakte: 10.991 km , (4244 2 mijl ) Hoofdstad: Kingston Luchthaven: Norman Manley International; Donald Sangster International Datum van Lidmaatschap: 01/08/73 Devies: Out of Many One People[vanveelvolkerenéénvolk] Status: Onafhankelijk - 6 augustus 1962 Bevolking: 2.644.600 (2004) Munteenheid: Jamaicaanse Dollar Ligging: In de Caribische Zee, 150 km ten zuiden van Cuba en 160 km (100 mijl) ten westen van Haïti. Geschiedenis: De eerste inwoners van Jamaica waren de Inheemsen. Columbus bezocht het eiland in 1494, en het kwam in Spaanse handen van 1509-1655, voordat het een Britse suikerkolonie werd. Tijdens de sociale onrust van de jaren 30 van de vorige eeuw, werden twee grote politieke partijen gevormd - the Jamaica Labour Party (JLP) door Alexander Bustamante, en de People's National Party (PNP) door Norman Manley. Jamaica sloot zich aan bij de West-Indische Federatie in 1958, maar trok zich terug na een referendum in 1961. Het land werd onafhankelijk in 1962. De PNP vormde een democratische socialistische regering van 1974-80, en de JLP maakte een “vrijemarktregering” uit vanaf 1980. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2011. De volgende verkiezingen zijn in 2016. Regeringspartij: People's National Party (PNP) Belangrijkste Politieke Partijen: People's National Party (PNP), Jamaica Labour Party (JLP) 87 Economisch Overzicht: De toerisme-industrie is van vitaal belang voor de economie, daar deze sector de voornaamste bron is van vreemde valuta en US$ 1,13 miljard aan inkomsten heeft bijgedragen in 1996. De secundaire sector is de tweede grootste na de distributiesector. Activiteiten zijn onder meer de verwerking van suiker, levensmiddelen, dranken en tabak, de productie van chemicaliën, metalen en bouwmateriaal; en het assembleren van elektrische apparaten en vervaardigen van kleding. Bauxiet is de belangrijkste verdiener in de industrie en handelsexport. De reserves worden geschat op 1,9 miljard ton. Het land staat geplaatst als‘s werelds derde grootste bauxietproducent, na Australië en Guinea. Landbouw, bosbouw en visserij waren goed voor 8,4% van het BBP in 1996, met een inkomen van ongeveer US$ 225 miljoen in vreemde valuta, en namen 23% van de totale werkgelegenheid voor hun rekening. Ongeveer 270.000 hectaren land zijn in cultuur gebracht, terwijl een vijfde van het totale landoppervlak bebost is. Jamaica beschikt over belangrijke drinkwaterbronnen en zeevisvoorraden. De productie van zoetwatervis is vrij constant gebleven in de jaren 90 van de vorige eeuw, terwijl de zeevangst een geringe groei noteerde. Staatshoofd: Patrick Allen, ON, GCMG, CD, Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Portia Simpson-Miller, Premier BBP: EC$ 27.954 mln (2006) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 17.00 u., maandag-vrijdag. Overheid: 8.30 17.00 u., maandag-donderdag; 8.30 - 16.00 u., vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Aswoensdag; Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Dag van de Arbeid (23 mei); Emancipatiedag (01 augustus); Onafhankelijkheidsdag (06 augustus); Nationale Helden Dag (16 oktober); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: Jamaica Land We Love (Tekst van Hugh Sherlock; muziek van Robert Lightbourne) Hoogste Nationale Onderscheiding: Order of the National Hero [orde van de nationale held] Nationaal Ackee and Salt Fish [ackee met zoute vis] Regeringswebpagina: NOTITIES: http://www.cabinet.gov.jm SCHOOLBOEK CARICOM MONTSERRAT: Emerald Isle [smaragdeiland] 2 CARICOM 2 Oppervlakte: 103 km (39,5 mijl ) Hoofdstad: Plymouth (verlaten) Zeehaven: Montserrat - Antigua and Barbuda Ferry Service Helihaven: Gerald's Heliport Datum van Lidmaatschap: 01/05/74 Devies: Each Endeavouring, All Achieving [wanneer eenieder onderneemt, zullen allen iets bereiken] Hoofdstad: Plymouth (verlaten in 1997 wegens vulkanische activiteit). Voorlopige overheidsgebouwen zijn opgezet te Brades Estate in het noordwesten van Montserrat. Status: Brits Afhankelijk Gebied Bevolking: 4.681 (2004) Munteenheid: Oost-Caribische Dollar (EC$) Ligging: Een van de Leeward-eilanden in West-Indië, 40 km (25 mijl) ten zuidwesten van Antigua. Geschiedenis: Waargenomen door Columbus in 1493. Gekoloniseerd door Anglo-Ierse kolonisten sedert 1632. Het eiland werd tot twee keer toe door de Fransen bezet, maar stond verder onafgebroken onder Brits beheer. In 1967 koos Montserrat voor de status van kolonie in plaats van Geassocieerde Staat. In 1995 kwam de Soufriere Hills vulkaan tot leven en rond 1997 was de meerderheid van de bevolking gedwongen het eiland te verlaten. Ongeveer twee derde van het eiland, met inbegrip van de hoofdstad Plymouth en de W.H. Bramble luchthaven, is overdekt met as. Nu is alleen het noordelijk deel van het eiland bewoond. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2009. De eerstvolgende verkiezingen zijn in 2014. Regeringspartij: Movement for Change and Prosperity (MCAP) SCHOOLBOEK CARICOM Belangrijkste Politieke Partijen: Movement for Change and Prosperity (MCAP), New People's Liberation Movement (NPLM), Montserrat Democratic Party (MDP) Economisch Overzicht: Halverwege 1995 raakte het normale leven ontwricht vanwege ernstige vulkaanuitbarstingen op het eiland. De vulkanische activiteit stopte tegen midden 1998 en het normale leven kon worden hervat, maar wel met een aanzienlijk gedaalde bevolkingsomvang en economische bedrijvigheid. Een nieuwe fabriekshal biedt onderdak aan een aantal kleine bedrijven. De eens zo bruisende toerisme-industrie komt weer op en levert belangrijke bijdragen aan de nationale economische groei. Deze ontluikende industrie richt zich voornamelijk op de dagtoerist. Staatshoofd: Adrian Derek Davis, Gouverneur Regeringsleider: Reuben Meade, Premier BBP: EC$ 124 mln (2007) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 17.00 u., maandag-vrijdag. Overheid: 8.00 14.00 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); St. Patrick's Dag (herdenking van de Ierse beschermheilige Sint Patricius, 17 maart); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Dag van de Arbeid (04 mei); Tweede Pinksterdag; Verjaardag van de Koningin (tweede zaterdag van juni; Emancipatiedag (eerste maandag van augustus); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december); Festivaldag (31 december) Nationaal Volkslied: God Save Our Queen Hoogste Nationale Onderscheiding: Montserrat Badge of Honour [eremedaille] Nationaal Gerecht: Goat Water [geitensoep] SCHOOLBOEK CARICOM ST. KITTS en NEVIS: Mother Colony of the West Indies [moederkolonie van West-Indië] 2 Oppervlakte: 269 km (102 2 mijl ) Hoofdstad: Basseterre Luchthaven: Golden Rock International CARICOM Datum van Lidmaatschap: 26/07/74 Devies: Country above Self [het land eerst] Status: Onafhankelijk vanaf 19 september 1983 Bevolking: 47.928 (2004) Munteenheid: Oost-Caribische Dollar (EC$) Ligging: St. Kitts en Nevis behoort tot de groep van Leeward-eilanden en ligt ongeveer 427,5 kilometer (225 mijl) ten zuidoosten van Puerto Rico en ten noorden van de groep van Windward-eilandengroep. Geschiedenis: Oorspronkelijk bewoond door de Cariben en vanaf 1623 door de Britten die de Fransen bestreden om het bezit van het eiland. Het eiland werd uiteindelijk in 1783 afgestaan aan Groot-Brittannië en werd onafhankelijk in 1983. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2010. De volgende verkiezingen zijn in 2015. Regeringspartij: St. Kitts and Nevis Labour Party Belangrijkste Politieke Partijen: St. Kitts and Nevis Labour Party (SKLP), People's Action Movement (PAM), Nevis Reformation Party (NFP), Nevis Concerned Citizens Movement (NCCM) Economisch Overzicht: Beide eilanden bieden een mooie aanblik en hebben goede stranden en historische gebouwen, wat gunstig is voor de ontwikkeling van het toerisme als economische groeisector 92 SCHOOLBOEK CARICOM met de beste vooruitzichten. Een diepwaterhaven, cruiseschip- en containerfaciliteiten zijn belangrijke elementen voor de groei van deze sector. Landbouw is een andere belangrijke sector. Suiker, het belangrijkste gewas, kende in 1998 een productie van ongeveer 24.600 ton. Op 30 juli 2005 hield de suikerindustrie op te bestaan. De secundaire sector is een andere potentiële groeisector, met als voornaamste gebieden voedselverwerking, drankenproductie en elektronische componenten. Staatshoofd: Sir Cuthbert Montraville Sebastian, Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Dr. Denzil L. Douglas, Premier BBP: EC$ 1415 mln (2007) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 12.00 u.; 13.00 - 16.00/16.30 u., maandag-vrijdag. Overheid: 8.00 - 12.00 u.; 13.00 - 16.00/16.30 u., maandag-donderdag; 8.30 - 16.00 u., vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Carnaval (02 januari); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Dag van de Arbeid (05 mei); Emancipatiedag (eerste maandag van augustus); Tweede Pinksterdag; Onafhankelijkheidsdag (19 september); Nationale Helden Dag (16 september); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: O Land of Beauty! Hoogste Nationale Onderscheiding: Order of the National Hero [orde van de nationale held] Nationaal Gerecht: Goat Water (Stew) [geitenstoofpot] Regeringswebpagina: http://www.stkittsnevis.net 93 SCHOOLBOEK CARICOM SAINT LUCIA: Helen of the West Indies [Helen van West-Indië] 2 Oppervlakte: 616 km (238 2 mijl ) Hoofdstad: Castries Luchthavens: Hewanorra International; George F. L. Charles (Vigie) CARICOM Datum van Lidmaatschap: 01/05/74 Devies: The Land, The People, The Light [het land, het volk, het licht] Status: Onafhankelijk vanaf 22 februari 1979 Bevolking: 162.434 (2004) Munteenheid: Oost-Caribische Dollar (EC$) Ligging: Een van de Windward-eilanden tussen Martinique (39,9 km (21 mijl) ten noorden) en St. Vincent (49,4 km (26 mijl) ten zuiden). Het ligt 209 km (110 mijl) ten noordwesten van Barbados. Geschiedenis: De eerste bewoners waren de Inheemsen. De Franse kolonisatie begon in 1650 en de strijd tussen de Fransen en de Engelsen om het bezit van het eiland eindigde in 1803 toen het eiland een Engelse kolonie werd. Het werd onafhankelijk in 1979. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2011. in 2016. Regeringspartij: St. Lucia Labour Party (SLP) De volgende verkiezingen zijn Belangrijkste Politieke Partijen: St. Lucia Labour Party (SLLP), United Workers Party (UWP) Economisch Overzicht: De economie is over het algemeen gediversifieerd met toerisme als belangrijkste bron van vreemde valuta. Een aangenaam klimaat en zandstranden zijn enkele van de natuurkenmerken die de ontwikkeling van deze sector ondersteunen. In 1997, droeg de landbouwsector 8% bij aan het BBP en bood werkgelegenheid aan een vergelijkbaar 94 SCHOOLBOEK CARICOM percentage van de beroepsbevolking. Bananen zijn het belangrijkste exportproduct. Er worden ook bloemen en bladplanten geteeld voor de export. De secundaire sector omvat een reeks van activiteiten. Hieronder vallen papierproducten, voedselverwerking, drankenproductie, kleding en assemblage van elektronische componenten. Er is ook een kleine offshore financiële sector met veel groeimogelijkheden. Voorts worden ook initiatieven ontplooid voor het ontwikkelen van een subsector informatica. Economische activiteiten worden ondersteund door strategische infrastructuur zoals de havens te Castries en Vieux Fort die beschikken over aanlandingsfaciliteiten voor containeroverslag geschikt voor de bananenexport. Te Cul de Sac, ten zuiden van Castries, is er een terminal voor olie-overslag. Staatshoofd: Dame Pearlette Louisy, CGMG, PhD, Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Dr. Kenny D. Anthony, Premier BBP: EC$ 2.593 mln (2007) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 16.00 u., maandag-vrijdag. Overheid: 8.30 - 12.30 u.; 13.30-16.30 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Tweede Nieuwjaarsdag (02 januari); Carnaval (1011 februari); Onafhankelijkheidsdag (22 februari); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Dag van de Arbeid (01 mei); Tweede Pinksterdag; Corpus Christi (29 mei); Emancipatiedag (04 augustus); Thanksgiving (dankzegging, 06 oktober); Nationale Dag (13 december); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Feestdagen die op een zondag vallen hebben de eerstvolgende maandag als vervangingsdag. Nationaal Volkslied: Sons and Daughters of St. Lucia Hoogste Nationale Onderscheiding: Grand Cross of St. Lucia [grootkruis van St. Lucia] Nationaal Gerecht: Green Fig and Salt Fish [groene banaan met zoute vis] Regeringswebsite: http://www.stlucia.gov.lc 95 SCHOOLBOEK CARICOM ST. VINCENT en de GRENADINES: Jewels of the Caribbean [juwelen van het Caribisch gebied] 2 CARICO M Oppervlakte: 389 km (150 2 mijl ) Hoofdstad: Kingstown Luchthaven: Ebenezer Joshua; James Mitchell International Datum van Lidmaatschap: 01/05/74 Devies: Peace and Justice [vrede en gerechtigheid] Status: Onafhankelijk vanaf 27 oktober 1979 Bevolking: 100.596 (2004) Munteenheid: Oost-Caribische Dollar (EC$) Ligging: St. Vincent is gelegen op de Windward-eilanden aan de onderkant van de Caribische keten; de Grenadines zijn een keten van kleine eilanden en rotsen tussen St Vincent en Grenada. Geschiedenis: St. Vincent werd oorspronkelijk bewoond door de Inheemsen. De strijd tussen de Fransen en de Britten om het bezit van het eiland eindigde met Brits bestuur in 1783 (afgezien van Franse bezetting van 1778-83). Het eiland werd onafhankelijk in 1979. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2010. De eerstvolgende verkiezingen zijn in 2015. Regeringspartij: Unity Labour Party (ULP) Belangrijkste Politieke Partijen: United Labour Party (ULP), New Democratic Party (NDP), United Progressive Movement (UPM) Economisch Overzicht: Economische activiteiten worden hoofdzakelijk ontplooid in de landbouw, met bananen als voornaamste exportgewas. Het is ’s werelds voornaamste leverancier van pijlwortel (nu van 96 minder belang). Bloemen en bladplanten worden ook geëxporteerd. Ander fruit en groenten, ook kookbananen en zoete aardappelen, worden geëxporteerd naar Barbados, Trinidad en Tobago en andere regionale markten. Er is een kleine secundaire sector die zich voornamelijk richt op de regionale markten. Een brouwerij en een rijst- en meelmolen zijn volop actief evenals ondernemingen voor het assembleren van elektronische componenten. Het toerisme is voornamelijk geconcentreerd op de eilandenketen de Grenadines, waar er uitstekende stranden zijn met luxueuze villa’s, hotels en jachten. Een kleine offshore financiële sector kwam op gang ongeveer sinds het midden van de jaren 90 van de vorige eeuw. Staatshoofd: Sir Federick Ballantyne, Gouverneur-Generaal Regeringsleider: Dr. Ralph Gonsalves, Premier BBP: EC$ 1.489 mln (2007) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 12.00 u.; 13.00 - 16.00 u., maandag-vrijdag. Overheid: 8.30 - 12.00 u.; 13.00 - 16.00 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (1 januari); Nationale Helden Dag (22 januari); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Nationale Arbeidersdag (1 mei); May Day (Bevrijdingsdag, 5 mei); Tweede Pinksterdag; CARICOM-Dag (eerste maandag van juli); Carnavalsdinsdag (dag na CARICOM-Dag); Emancipatiedag (1 augustus); Onafhankelijkheidsdag (27 oktober); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december). Feestdagen die samenvallen met de zondag hebben de eerstvolgende maandag als vervangingsdag. Nationaal Volkslied: St. Vincent, Land so Beautiful Hoogste Nationale Onderscheiding: Order of British Empire [orde van het Britse Imperium]; Member of British Empire [lid van het Britse Imperium] Nationaal Gerecht: Fried Jack Fish and Roasted Breadfruit [gefrituurde jackfish met geroosterde broodvrucht] Regeringswebsite: http://www.gov.vc 97 SURINAME: Beating Heart of the Amazon [kloppend hart van de Amazone] 2 CARICOM 2 Oppervlakte: 163.820 km (63.251 mijl ) Hoofdstad: Paramaribo Luchthaven: Johan Adolph Pengel Internationale Luchthaven; Zanderij Datum van Lidmaatschap: 04/07/95 Devies: Justitia, Pietas, Fides [gerechtigheid, liefde, trouw] Status: Onafhankelijke Republiek - 25 november 1975 Bevolking: 492.829 (2004) Ligging: Aan de noordkust van Zuid-Amerika, grenzend aan de Atlantische Oceaan in het noorden, Guyana in het westen, Frans-Guyana in het oosten en Brazilië in het zuiden. Geschiedenis: de Het land werd oorspronkelijk bewoond door de Inheemsen tot de 15 eeuw. Kolonisten kwamen onder andere uit Engeland, Nederland en Duitsland. Afrikaanse slaven, contractarbeiders uit India, Indonesië en China werden de naar Suriname gevoerd in de 18 eeuw. De strijd tussen de Fransen, Britten en Nederlanders om het bezit van het land eindigde in 1815 toen het gezag in handen kwam van Nederland. De slavernij werd afgeschaft in 1863. Het land werd onafhankelijk in 1975. In februari 1980 kwam commandant Desi Bouterse aan de macht na een militaire staatsgreep. In 1987 werden nationale verkiezingen gehouden en werd de democratie hersteld. In oktober 1997 mislukte een poging tot het omverwerpen van de regering. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2010. De volgende verkiezingen zijn in 2015. Regeringspartij: De Mega Combinatie Belangrijkste Politieke Partijen: De Mega Combinatie, Nieuw Front Coalitie (NF), Democratische Partij (DP), Nationale Democratische Partij (NDP), 98 Hernieuwde Progressieve Partij (HPP), Basispartij voor Vernieuwing en Democratie (BVD), Democratisch Alternatief - 91 (DA-91), Democratisch Alternatief (DA), Volksalliantie Economisch Overzicht: De landbouw maakt ongeveer 7% van het BBP uit en ongeveer 15% van de werkende bevolking is werkzaam in deze sector. De belangrijkste gewassen zijn rijst, fruit (inclusief bananen) en groenten. Rijst neemt ongeveer de helft van de totale oppervlakte aan cultuurgrond en ongeveer 10% van de totale exporten voor zijn rekening. Garnalen droegen 7,6% bij aan de totale exporten in 1996 en geschubde vis had een bijdrage daarin van 0,8%. Er is een kleine visteeltsector die voornamelijk voor de binnenlandse markt vis, garnalen en krabvlees produceert. De houtindustrie is een potentiële groeisector, ondersteund door de overvloed aan tropische bosproducten. In 1998 werd geschat dat het land, als de achtste grootste producent van bauxiet, een aandeel in de totale wereldproductie had van 3,2%. Aluinaarde en aluminium zijn van essentieel belang voor de economie en zijn goed voor meer dan twee derde van de exportopbrengsten. De goudwinning is nog steeds een potentiële groeisector ondanks het feit dat de goudsector ernstig gebukt ging onder lage wereldprijzen in 1998 en 1999. De productie in 1998 werd geschat op 770.000 ounces. De secundaire sector draagt voor ongeveer 10% bij aan het BBP. Voedselverwerking maakt ongeveer 60% uit van de secundaire sector. Deze sector omvat de aluminiumproductie, importvervangende industrieën die gebruikmaken van lokale en geïmporteerde grondstoffen, en de verwerking van lokale landbouwproducten. Toerisme is een potentiële groeisector bij uitstek. Het regenwoud in het binnenland en de waterrijke kustgebieden staan borg voor een levendige ecotoerisme-industrie. Regeringsleider: Desi Bouterse, President BBP: EC$ 3.470,4 mln (2004) Openingstijden: Bedrijven: 7.30 - 16.30 u., maandag-vrijdag; 7.30 - 12.30 u., zaterdag. Overheid: 7.00 - 15.00 u., maandag-donderdag; 7.00 14.30 u., vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Phagwa; Aswoensdag; Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Id-Ul-Fitr; Dag van de Arbeid (01 mei); Keti Koti Dei SCHOOLBOEK CARICOM (dag der vrijheden, 01 juli); Divali; Onafhankelijkheidsdag (25 november); Eerste Kerstdag (25 december); Tweede Kerstdag (26 december) Nationaal Volkslied: God zij met ons Suriname Hoogste Nationale Onderscheiding: Drager van het Groot Lint in de Ere-orde van de Palm Nationaal Gerecht: Dhal en kerrie NOTITIE S: 10 SCHOOLBOEK CARICOM TRINIDAD en TOBAGO: Land of the Humming Bird [land van de kolibrie] 2 CARICOM Oppervlakte: 5.128 km (1.980 2 mijl ) Hoofdstad: Port-of-Spain Luchthaven: Piarco International; Crown Point International Datum van Lidmaatschap: 01/08/73 Devies: Together we Aspire, Together we Achieve [samen koesteren we aspiraties, samen bereiken we deze] Status: Onafhankelijk sinds 31 augustus 1962; Republiek vanaf 1 maart 1976 Bevolking: 1.290.646 (2004) Munteenheid: Trinidad-en-Tobago Dollar (TT$) Meest zuidelijk gelegen eilanden van de Kleine Antillen. Gescheiden van Venezuela door de Golf van Paria, een 11 km (7 mijl) lange baai. De twee eilanden liggen op een afstand van 30 km (19 mijl) van elkaar. Geschiedenis: Beide eilanden werden oorspronkelijk bewoond door Inheemsen. Trinidad werd een Spaanse buitenpost in de late 16 de eeuw. Franse en Britse kolonisten; de Afrikaanse slaven, contractarbeiders arriveerden in de loop van de 18 eeuw. De twee eilanden werden één staat in 1888 die zijn onafhankelijkheid verwierf in 1962. In 1976 werd de “tweelingeilandstaat” een Republiek binnen het Gemenebest met een President als Staatshoofd. De uitvoerende macht berust bij de Premier en het Kabinet. De wetgevende macht bestaat uit een gekozen huis van afgevaardigden (House of Representatives) en een benoemde senaat (Senate). Tobago heeft een afzonderlijke volksvertegenwoordiging (House of Assembly) die verantwoordelijk is voor een aantal van de binnenlandse aangelegenheden van het eiland. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2010. De eerstvolgende verkiezingen zijn in 2015. Regeringspartij: People's Partnership 101 SCHOOLBOEK CARICOM Belangrijkste Politieke Partijen: People's National Movement (PNM), People’s Partnership - een coalitie bestaande uit United National Congress- Alliance (UNC-A) en Congress of the People (COP) Economisch Overzicht: De petroleumsector is verreweg de meest belangrijke sector met een gemiddelde bijdrage aan het BBP van 25% in de periode 1994-1998.Petrochemicaliën droegen in dezelfde periode 23,7% bij aan de exportopbrengsten en staan samen met natuurgas in het centrum van de economische belangstelling. Deze accentverschuiving weg van de productie van ruwe olie is om profijt te halen uit de overvloedige voorraden natuurgas die gebruikt worden als grondstof bij de binnenlandse productie van methanol en ammoniak voor de export. In 1998 bedroeg de productie van deze stoffen 1,9 mln ton en 2,9 mln ton respectievelijk, waardoor Trinidad en Tobago zich voegde bij de grootste producenten ter wereld van beide handelsproducten. In 1999 werd gestart met een grootscheeps project van Atlantic Liquefied Natural Gas om vloeibaar aardgas te produceren als brandstof bestemd voor de export. Dit is een behoorlijke impuls voor de productie in de subsector natuurgas. De energiesector heeft bepaalde subsectoren een stimulans gegeven, met name distributie, transport en constructie, wat goed was voor een totaal aandeel van ruim een derde in het BBP. De lokale secundaire sector (uitgezonderd olieraffinage en petrochemische industrieën) had een aandeel van 9% in het BBP in 1998, terwijl de landbouwsector in dezelfde periode goed was voor een aandeel van 2,4% met directe werkgelegenheid voor 8,1% van de beroepsbevolking. Suiker is het belangrijkste marktgewas. Andere zijn koffie, cacao en citrus. Toerisme is een belangrijke groeisector. Een goede vermenging van culturele diversiteit en gebieden van bijzonder belang zijn de kenmerken die deze sector ondersteunen. Daarnaast is het vermogen grootschalige internationale evenementen aan te trekken, bewezen. Het befaamde jaarlijks terugkerend carnaval biedt veel mogelijkheden om deze sector te stimuleren. Staatshoofd: Dr. George Maxwell Richards, TC, CMT, President Regeringsleider: Kamla Persad-Bissessar, Premier BBP: EC$ 49.210 mln (2006) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 16.30 u., maandag-vrijdag. Overheid: 8.00 - 10 SCHOOLBOEK CARICOM 12.00 u.; 13.00 - 16.30 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Carnaval (de maandag en dinsdag vóór Aswoensdag); Id-ul-Fitr (bij besluit); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Spiritual Baptist Liberation Day (gedenkdag voor de afschaffing van het verbod op het baptisme, 30 maart); Corpus Christi; Dag van de Indiase Immigratie (30 mei); Dag van de Arbeid (19 juni); Emancipatiedag (01 augustus); Onafhankelijkheidsdag (31 augustus); Dag van de Republiek (24 september); Divali (bij besluit); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: Forged from the love of liberty. (Tekst en muziek van Patrick S. Castagne) Hoogste Nationale Onderscheiding: Trinity Cross [het kruis van de Drieeenheid of Triniteit] Nationaal Gerecht: Callaloo [romige groene soep]; Pelau [op rijst gebaseerde stoofpot]; Roti and Curry [roti] Regeringswebsite: http://www.gov.tt NOTITIES: 103 SCHOOLBOEK CARICOM LANDENPROFIEL VAN GEASSOCIEERDE LIDSTATEN ANGUILLA 2 2 Oppervlakte: 102 km (39,4 mijl ) Hoofdstad: The Valley Luchthaven: Wallblake Airport Geassocieerd Lid vanaf: 04/07/99 CARICOM Devies: Strength and Endurance [kracht en volharding] Status: Afhankelijk Brits Gebiedsdeel Bevolking: 13.477 (2006) Munteenheid: Oost-Caribische Dollar (ECD) Ligging: Het meest noordelijke van de Leeward-eilanden in de Oost-Caribische regio 18 graden noorderbreedte, 63 graden westerlengte. Geschiedenis: In 1493 zag Christoffel Columbus het eiland en vernoemde het naar zijn aalachtige vorm: Anguilla betekent “aal” in het Spaans. Er werd geen poging ondernomen het te koloniseren, waarschijnlijk omdat het behoorde aan de algemeen als woest en oorlogszuchtig bekend staande Cariben, die het eiland kenden als Malliouhana, het Carib woord voor aal. De Cariben, een kannibalistische stam, hadden het eiland veroverd op de vreedzame Arowakken en deze stam volledig uitgeroeid, niet alleen op Anguilla maar ook in heel het Caribisch Gebied. Engelse kolonisten arriveerden uit het nabije St. Kitts in 1650, gevolgd door Ierse indringers in 1688. Op de vlucht voor Cromwell en religieuze vervolging, zochten en vonden ze in Anguilla een verafgelegen Brits grondgebied waar ze in vrede konden leven. Deze nederzetting is vandaag de dag bekend als Island Harbour. Vervolgens ondernamen de Fransen enkele niet geslaagde pogingen het eiland binnen te vallen in 1745 en 1796. Daarna werd het eiland met rust gelaten. De Britse koloniale overheersing was moeilijk effectief te sturen vanuit London, dus werden “federaties” van eilanden gesticht, met plaatselijke, wetgevende raden die het beheer voerden in deze afgelegen koloniën. In 1871, werden Anguilla en St. Kitts samengevoegd tot een federatie, waaraan Nevis werd toegevoegd in 1882. Nooit gelukkig met deze regeling, deed Anguilla twee keer een verzoek aan het British Colonial Office, 10 SCHOOLBOEK CARICOM 1875 en 1958, om onder direct Brits bestuur te vallen. Veronachtzaam en onbegrepen, kwam Anguilla uiteindelijk in opstand en verklaarde zich onafhankelijk in 1967, toen de eenheid van de drie eilanden St. Kitts-NevisAnguilla zelfbestuur kreeg toegekend. Het doel van Anguilla: te blijven onder direct Brits bestuur als een Kroonkolonie. Anguilla bereikte zijn politieke doel in 1969 toen de Britse Gewapende Machten binnenvielen en een afzonderlijk, direct bestuur vormden. Formele afscheiding van St. KittsNevis werd ten laatste bereikt in 1978 toen Anguilla, bij besluit van de Raad, opnieuw een Kroonkolonie werd. Wat door velen werd beschouwd als het terugdraaien van de klok, werd door de Anguillanen ingeluid als de eerste stap tot werkelijke politieke vrijheid toen Anguilla een Afhankelijk Gebiedsdeel van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en NoordIerland werd. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2010. De eerstvolgende verkiezingen vinden plaats in 2015. Regeringspartij: Anguilla United Movement (AUM) Belangrijkste Politieke Partijen: Anguilla United Movement (AUM), Anguilla Patriotic Movement (APM), Anguilla United Front (AUF) - een coalitie bestaande uit Anguilla Democratic Party (ADP) en Anguilla National Alliance (ANA), Anguilla Progressive Party (APP), Anguilla Strategic Alternative (ANSA), Movement for Grassroots Democracy Economisch Overzicht: Met weinig natuurlijke hulpbronnen, is de economie van Anguilla zwaar afhankelijk van luxetoerisme, offshore banking, kreeftenvisserij en geldzendingen van emigranten. Verhoogde bedrijvigheid in de toerismesector heeft een impuls gegeven aan de groei van de constructiesector. De ontwikkeling van de offshore financiële sector, die klein is maar groeit, is met heel veel inspanning gepaard gegaan. Staatshoofd, vertegenwoordiger van H.M. de Koningin: William Alistair Harrison, Gouverneur Regeringsleider: Hubert Benjamin Hughes, Eerste Minister BBP: $ 7.500 (2002, schatting) 105 SCHOOLBOEK CARICOM Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (1 januari), Goede Vrijdag, Tweede Paasdag, Dag van de Arbeid (1 mei), Anguilla-dag (30 mei), Tweede Pinksterdag, de Verjaardag van de Koningin, CARICOM-Dag, Eerste Kerstdag (25 december), Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: God Save the Queen Nationaal Lied: God bless Anguilla Hoogste Nationale Nationaal Gerecht: Moksi-alesi met pesi en vis Regeringswebsite: http://www.gov.ai NOTITIES: 10 SCHOOLBOEK CARICOM BERMUDA Oppervlakte: Oppervlakte: 2 53,3 km (21 mijl) Hoofdstad: Hamilton Luchthaven: L.F. Wade International Airport CARICO M Geassocieerd Lid sinds: 02/07/03 Devies: 'Quo fata ferunt' [waarheen het lot [ons] brengt]) Overzees gebiedsdeel van het Verenigd Koninkrijk Bevolking: 64.209 (2008, schatting) Munteenheid: Bermudadollar (BMD) Ligging: Eilandengroep in de Noord-Atlantische Oceaan. Geschiedenis: In 1609 stichtten Engelse kolonisten die op weg waren naar Virginia maar schipbreuk leden een nederzetting in Bermuda. Toerisme naar het eiland ontwikkelde zich voor het eerst in de Victoriaanse tijd en is nog steeds belangrijk voor de economie van het eiland, ofschoon het in recente jaren is ingehaald door internationale handel en industrie. Bermuda heeft zich ontwikkeld tot een zeer succesvol buitengaats financieel centrum. In 1995 werd bij referendum een voorstel voor onafhankelijkheid afgewezen. Verkiezingen: De laatste verkiezing werd gehouden in 2007. De volgende verkiezingen zijn in 2012. Regeringspartij: Progressive Labour Party (PLP) Belangrijkste Politieke Partijen: Progressive Labour Party (PLP), United Bermuda Party (UBP) Economisch Overzicht: Het inkomen per hoofd van de bevolking is in Bermuda een van de hoogste ter wereld. Zijn economie is hoofdzakelijk gebaseerd op financiële dienstverlening aan de internationale zakenwereld en luxefaciliteiten voor toeristen. De meeste kapitaalgoederen 107 en levensmiddelen moeten worden ingevoerd. De industriesector van Bermuda is klein, hoewel de constructiesector nog steeds belangrijk is. Landbouw is beperkt; slecht 20% van het land is landbouwgrond. Staatshoofd, vertegenwoordiger van H.M. de Koningin: Sir Richard Gozney, KCMG, CVO, Gouverneur Regeringsleider: Paula J. Cox, JP, MP, Premier BBP: $ 36.000 (2003) Nationale Feestdagen: Bermudadag (24 mei) Nationaal Volkslied: God Save the Queen NOTITIE S: 108 SCHOOLBOEK CARICOM BRITSE MAAGDENEILANDEN 2 CARICOM Oppervlakte: 153 km (59 mijl2) Hoofdstad: Road Town Luchthaven: Terrance B. Lettsome International Airport (Beef Island) Geassocieerd Lid sinds: 02/07/91 Devies: Vigilate [waakzaam] Status: Brits Overzees Gebiedsdeel Bevolking: 24.004 (2008) Munteenheid: US Dollar (US$) Ligging: De Britse Maagdeneilanden (BME) archipel bestaat uit ongeveer zestig (60) eilanden, rotsen en riffen. Deze eilanden zijn gelegen in het noordoostelijk deel van de Caribische Zee, tussen 18° 20' noorderbreedte en 64° 30' westerlengte. De BME liggen 60 mijl ten oosten van Puerto Rico en ten noordoosten van de Amerikaanse Maagdeneilanden bij het oostelijk uiteinde van de Grote Antillen. Geschiedenis: Het gebied werd oorspronkelijk bewoond door de Caraïben en Arowakken. In 1648 stichtten de Nederlanders er de eerste permanente Europese Gemeenschap. In 1666, namen Britse planters de leiding in handen over de eilanden die vervolgens een Britse kolonie werden in 1672. Een ministerieel systeem van regeren werd ingevoerd in 1967. Verkiezingen: Laatste verkiezingen - 2011. Regeringspartij: National Democratic Party (NDP) Belangrijkste Politieke Partijen: National Democratic Party (NDP), Virgin Islands Party (VIP) 109 Economisch Overzicht: De economie van de Britse Maagdeneilanden kent vanaf de vroege jaren 80 van de vorige eeuw een snelle economische groei gebaseerd op de ontwikkeling van het toerisme en de opkomst van een sterke financiële dienstensector. Hoewel de economie gericht blijft op de dienstverlening, is een aanmerkelijke groei te bespeuren in de jaarlijkse registratie van bedrijven, met inschrijvingen die zijn gestegen van 32.523 in 1995 tot 51.697 in 2002. Het Reëel Bruto Binnenlands Product is gestegen van US$ 385 miljoen in 1995 tot US$ 629 miljoen in 2002 met een gemiddelde groei van 7,4% per jaar tussen 1996 en 2002. Het BBP inkomen per hoofd tegen marktprijzen werd voor de periode 1995 tot 2002 geschat op meer dan $ 20.000. Van 1995 tot 2002 was de gemiddelde bijdrage van de dienstensector aan het BBP meer dan 90%, waarvan meer dan 70% kon worden toegeschreven aan Financiële Diensten en Toerisme, de grootste werkgever in het Gebiedsdeel. Anders dan in veel Caribische landen, speelt de landbouw geen belangrijke rol in de economie. Staatshoofd, vertegenwoordiger van H.M. de Koningin: David Peary, Gouverneur Regeringsleider: Dr. Orlando Smith, Premier BBP: $ 38.500 (schatting, 2004) Openingstijden: Bedrijven: 8.00 - 17.00 u., maandag-vrijdag. Overheid: 8.30 - 16.30 u., maandag-vrijdag. Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (1 januari); Verjaardag van H. Lavity Stoutt (1 maart); Commonwealth Day (Dag van het Gemenebest, 8 maart) ; Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; 31 mei, Tweede Pinksterdag; 12 juni, Verjaardag van de Koningin; 1 juli, Territory Day (nationale dag); eerste maandag, dinsdag, woensdag van augustus: Festival Monday, Festival Tuesday, Festival Wednesday; 21 oktober, Dag van St. Ursula; 25 december, Kerstdag; 26 december, Boxing Day (Tweede Kerstdag). Feestdagen die vallen op een weekdag/zondag, hebben de eerstvolgende maandag als vervangingsdag. Nationaal Volkslied: God Save the Queen Hoogste Nationale Onderscheiding: BVI Badge of Honour [eremedaille] Nationaal Gerecht: Vis en Fungi Regeringswebsite: http://www.gov.bm NOTITIES: CAYMANEILANDEN 2 2 Oppervlakte: 264 km (102 mijl ) Hoofdstad: George Town Luchthaven: Owen Roberts International CARICOM Geassocieerd Lid sinds: 15/05/02 Devies: He hath founded it upon the seas [Hij stichtte het op de zeeën] Status: Overzees Gebiedsdeel van het Verenigd Koninkrijk Bevolking: 51.900 (2006, schatting) Munteenheid: dollar van de Caymaneilanden (KYD) Ligging: Eilandengroep in de Caribische Zee, halverwege tussen Cuba en Honduras. 19 30 N, 80 30 W Geschiedenis: De Caymaneilanden werden gekoloniseerd vanuit Jamaica door de Britten de de in de 18 en 19 eeuw. Bestuurd door Jamaica vanaf 1863, bleven ze een Brits afhankelijk gebiedsdeel na 1962 toen Jamaica onafhankelijk werd. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in 2009. De eerstvolgende verkiezingen zijn in 2014. Regeringspartij: United Democratic Party (UDP) Belangrijkste Politieke Partijen: United Democratic Party (UDP); People's Progressive Movement (PPM) Staatshoofd, vertegenwoordiger van H.M. de Koningin: Stuart D.M. Jack, CVO, Gouverneur Regeringsleider: William McKeeva Bush, OBE, JP 112 SCHOOLBOEK CARICOM Economisch Overzicht: De eilanden, waar geen directe belastingen worden geheven, vormen een bloeiend offshore financieel centrum. Meer dan 40.000 bedrijven stonden geregistreerd in de Caymaneilanden vanaf 1998, waaronder bijna 600 banken en trustmaatschappijen; bankactiva belopen meer dan $ 500 biljoen. Een effectenbeurs werd geopend in 1997. Toerisme is verantwoordelijk voor ongeveer 70% van het BBP en 75% van de deviezeninkomsten. Ongeveer 90% van de levensmiddelen en consumptiegoederen van de eilanden wordt geïmporteerd. BBP: $ 39.100 (2006, schatting) Nationale Feestdagen: Constitution Day (dag van de grondwet, eerste maandag van juli) Nationaal Volkslied: God Save the Queen Hoogste Nationale Onderscheiding: Order of Knighthood [ridderorder], verleend door Hare Majesteit, de Koningin Nationaal gerecht: Turtle Stew [stoofschotel van schildpadvlees] NOTITIES: SCHOOLBOEK CARICOM TURKS- EN CAICOSEILANDEN 2 2 Oppervlakte: 430 km (170 mijl ) Hoofdstad: Cockburn Town, Grand Turk Luchthaven: Providenciales International CARICOM Geassocieerd Lid sinds: 02/07/91 Devies: Beautiful by Nature [mooi van nature] Status: Overzees Gebiedsdeel van het Verenigd Koninkrijk Bevolking: 32.200 (2006) Munteenheid: Amerikaanse dollar (US$) Ligging: De Turks- en Caicoseilanden zijn 575 mijl ten zuidoosten van Miami Florida gelegen, 30 mijl ten zuiden van de Bahama’s en 90 mijl ten noorden van de Dominicaanse Republiek. De belangrijkste eilanden zijn opgebouwd uit twee groepen die van elkaar worden gescheiden door de Columbus Island Passage: De Turks Group, bestaande uit Grand Turk en Salt Cay; en de Caicos Group, bestaande uit West Caicos, Providenciales, North Caicos, Middle Caicos, East Caicos en South Caicos. Het totale grondoppervlak van de belangrijkste eilanden meet 193 vierkante mijl. Geschiedenis: De naam ‘Turks’ is afgeleid van de inheemse turkscap cactus [bolcactus] die de vorm heeft van een “fez”, en de naam Caicos komt van “caya hico” wat in de taal van de Lucaya eilandenketen betekent. Naar verluidt zou Columbus de eilanden hebben ontdekt in 1492, maar nog steeds wordt beweerd dat Ponce de Leon er als eerste was aangekomen. Om het even wie er het eerst aankwam, de echte ontdekkers van het eiland waren de Taino, die ons helaas weinig anders hebben nagelaten dan oude gebruiksvoorwerpen. Daarna kwamen de Lucaya die uiteindelijk de plaats innamen van de Taino, maar rond het midden van de 16 eeuw waren ook zij verdwenen: slachtoffers van de Spaanse overheersing en meegebrachte ziekten. de de De 17 eeuw zag de komst van de kolonisten uit Bermuda, die zich vestigden op Grand Turk, Salt Cay en South Caicos. Ze maakten gebruik van slaven om zout te vergaren voor de Britse koloniën in Amerika en later sloten de Britse Loyalisten die de Amerikaanse Revolutie waren ontvlucht, zich bij hen aan. De economie van het eiland draaide om de rijke katoen- en sisalplantages, waarvan de oogsten werden verkocht in Londen en New York. Als gevolg van concurrentie en de arme grond, gingen de katoenplantages evenwel langzaam achteruit. De meeste gingen uiteindelijk ten onder in een orkaan in het jaar 1813. De winning van zeezout werd de voornaamste economische activiteit op de eilanden. In 1766, na onder bestuur van de Spanjaarden, Fransen en Britten te hebben gestaan, werden Turks en Caicos deel van de kolonie de Bahama’s, maar de pogingen tot integratie mislukten en werden opgegeven in 1848. De boten die tussen Londen en Kingston voeren, deden de Turks- en Caicoseilanden frequent aan, dus waren de banden met Jamaica goed ontwikkeld. De Turks- en Caicoseilanden werden bij Jamaica gevoegd in 1874 waar ze bij hoorden tot 1962, toen ze bij de onafhankelijkheid van Jamaica de status aannamen van een aparte kroonkolonie. De gouverneur van de Bahama’s hield toezicht op zaken van 1965 tot 1973. Bij de onafhankelijkheid van de Bahama’s kregen de eilanden een aparte gouverneur in 1973. Hoewel was overeengekomen dat ze hun onafhankelijkheid zouden krijgen in 1982, werd het beleid teruggedraaid en zijn de eilanden nu een Brits Overzees Gebiedsdeel. De Turks- en Caicoseilanden kunnen bogen op 250 jaar stabiliteit. Verkiezingen: De laatste verkiezingen werden gehouden in februari 2007. Regeringspartij: Geen Premier in functie (Groot-Britannië heeft de Grondwet van dit grondgebied opgeschort en plaatste het voor een periode van twee jaar onder zijn direct bestuur.) Belangrijkste Politieke Partijen: Progressive National Party (PNP); People's Democratic Movement (PDM) Economisch Overzicht: Toerisme is de belangrijkste industrie en de economie van het land wordt verder versterkt door de offshore financiële sector en de visserij. De offshore financiële sector blijft groeien door de gunstige wetgeving die internationale zakelijke transacties gemakkelijk maakt. De Turks- en Caicoseilanden hebben geen inkomstenbelasting, vermogensbelasting of successiebelasting. De meeste kapitaalgoederen en levensmiddelen voor de binnenlandse consumptie worden geïmporteerd. Staatshoofd, vertegenwoordiger van H.M. de Koningin: Gordon Wetherell, Gouveneur SCHOOLBOEK CARICOM Regeringsleider: GDP: $ 21.742 (2006) Nationale Feestdagen: Nieuwjaarsdag (01 januari); Dag van het Gemenebest (de maandag het dichtst bij 12 maart); Goede Vrijdag; Tweede Paasdag; Nationale Heldendag (laatste maandag van mei ter ere van de allereerste Eerste Minister, J.A.G.S. McCartney); de officiële verjaardag van de koningin (midden juni); Emancipatiedag (01 augustus); Nationale Jongerendag (laatste vrijdag van september); Columbusdag (de maandag het dichtst bij 10 oktober); Internationale Mensenrechtendag (24 oktober); Eerste Kerstdag (25 december); Boxing Day (Tweede Kerstdag, 26 december) Nationaal Volkslied: God Save the Queen Nationaal Gerecht: Moksialesi met pesi NOTITIE S: 116 Dit document is tot stand gekomen met de financiële steun van de Europese Unie. De meningen die hierin tot uiting worden gebracht, kunnen op geen wijze worden gezien als het officiële standpunt van de Europese Unie. Een publicatie van het Secretariaat van de Caribische Gemeenschap, P.O. Box 10827, Turkeyen, Greater Georgetown, Guyana Telefoon: +1 592-222-0001-75 Fax: +1 592-222-0171 Email: [email protected];[email protected] Website:www.caricom.org De CARICOM-Standaard De Standaard van de Caribische Gemeenschap heeft een blauwe ondergrond – het bovenste gedeelte is lichtblauw en staat voor de lucht en het onderste deel is donkerblauw en staat voor de Caribische Zee. De gele cirkel in het midden van de Standaard staat voor de zon en daarop is afgedrukt in het zwart, het logo van de Caribische Gemeenschap twee in elkaar grijpende c's. De twee c's hebben de vorm van gebroken schakels uit een keten, en symboliseren zowel eenheid als de breuk met ons koloniaal verleden. De dunne groene band om de zon staat voor de vegetatie van de Regio. De Vergadering van de Conferentie van Regeringsleiders in Port of Spain, Trinidad in november 1983, hechtte haar goedkeuring aan het ontwerp van de CARICOM-vlag. Het oorspronkelijke ontwerp werd gemaakt door de firma WINART Studies in Georgetown, Guyana, maar werd ingrijpend gewijzigd op de Vergadering van de