De Vlaming en de korte keten ‘Korte keten’ betekent voor de Vlaming een aanbod van hoeveproducten via kanalen waarin geen enkel commercieel belang speelt, behalve dat van de producent. De Vlaming heeft vijf redenen om producten rechtstreeks van bij de boer te kopen. De motivaties die het sterkst kunnen overtuigen zijn ‘inspiratie’, ‘goed voor lichaam & geest’ en ‘deel van een gezonde levensstijl’. Ook ‘focus op gezondheid’ en ‘goed doen voor anderen en de planeet’ kunnen de consument een goed gevoel geven tijdens en na de aankoop. Het label ’erkend voorkooppunt hoeveproducten’ wordt gezien als een mogelijke garantie toegekend door de overheid, een zekerheid voor de betrouwbaarheid van het verkooppunt, de echtheid van het aanbod en het niet-gecommercialiseerde karakter van het kanaal. Het huidige communicatieconcept van het beeld met de winkelkar in het veld geeft een goed beeld van waar ‘korte keten’ voor staat: het verwijst naar de rechtstreekse, niet-commerciële verkoopskanalen. Dit blijkt uit een kwalitatief consumentenonderzoek uitgevoerd in december 2011 door Ipsos/Synovate in opdracht van VLAM. Hoeveproducten beschouwd als goede en gezonde voeding Consumenten maken al dan niet bewust een opdeling tussen ‘goede’ en ‘slechte’ voeding op basis van enerzijds het effect op henzelf en anderzijds de impact op de planeet en anderen. Mensen maken bewuste keuzes omtrent wat zij eten. Deze keuzes worden beïnvloed door prijs, smaak, beschikbaarheid, gewoontes…. De keuzes zijn aanvullend en sluiten elkaar niet uit, zo eten consumenten zowel ‘goede’ als ‘slechte voeding. Mensen willen wel dat een deel van hun voeding uit goede en gezonde voeding bestaat. Hoeveproducten maken deel uit van een goede en gezonde voeding. Ze worden beschouwd als gezonde en natuurlijke voeding, maar niet noodzakelijk biologisch. Klanten kiezen voor hoeveproducten vanuit positieve motivatie Er zijn twee dimensies om de verschillende motivaties omtrent hoeveproducten in kaart te brengen. Enerzijds de ik/wereld-dimensie. Hoeveproducten worden gekocht omdat ze goed kunnen doen voor mezelf en/of goed kunnen doen voor anderen en de planeet. Anderzijds de proactieve/retroactieve dimensie. Deze geeft aan dat hoeveproducten gekozen worden om ervan te genieten of om te zorgen dat de negatieve impact van andere producten op het lichaam vermeden of beperkt wordt. Hoewel één motivatie dominant kan zijn, kan een consument meerdere motivaties hebben om voor hoeveproducten te kiezen. De vijf motivaties kunnen geplaatst worden op de twee dimensieassen: De proactieve motivaties (‘voor lichaam en geest’, ‘om te ontdekken en te herontdekken’ en ‘om de trend te volgen’) draaien eerder om de positieve, intrinsieke kenmerken van hoeveproducten en Marketingdienst VLAM maken opmars. Het gaat om goed doen voor jezelf en anderen, smaak, ervaringen, inspiratie, creativiteit… Hoeveproducten maken daarbij deel uit van een algemene positieve visie op het leven. Tot voor kort waren vooral reactieve motivaties (‘uit idealisme’ en ‘als controle’) dominant, om de negatieve impact op het lichaam en de wereld te verminderen. Ook blijkt dat hoeveproducten omarmd worden door een brede groep van consumenten en niet enkel door een geëngageerde minderheid. Wat zijn hoeveproducten, of beter: producten van bij de boer? De plaats van de aankoop en de productintrinsieke kenmerken bepalen wat er als een hoeveproduct gezien wordt. Ze kunnen aangekocht worden op verschillende plaatsen. Centraal staat het gevoel van rechtstreekse aankoop waarbij eventuele tussenschakels geen commercieel belang mogen hebben. De voorwaarden gehanteerd door VLAM binnen het charter van het ‘Erkend verkooppunt hoeveproducten’ worden dus bevestigd. Tijdens de groepsdiscussies werd dit als volgt geformuleerd: de directe relatie tussen product en omgeving, de versheid, een natuurlijk productieproces, een typische en pure smaak en het eenvoudige en ongedwongen imago. Als randvoorwaarden werden vermeld de asymmetrische en minder esthetisch ogende vorm, de niet-gegarandeerde beschikbaarheid, de streekgebonden distributie en de eerlijke prijs voor de boer. Waar verwacht men hoeveproducten? Hoeveproducten worden door uiteenlopende profielen van consumenten gekocht die hun voeding zowat overal kopen. De aankoop wordt als moeilijk (beschikbaarheid) maar tegelijk ook plezierig (exploratief) ervaren en is dan ook meer tijdsintensief. Hoe hoger het gevraagde engagement van de consument, hoe meer men overtuigd moet zijn van de wereld-dimensie. Hoe gespecialiseerder het aankoopkanaal, hoe meer vertrouwen in de voorwaarden/kenmerken van hoeveproducten men heeft. Een laag vertrouwen heeft men bij supermarkten. Bij de boerenmarkt en de boer zelf heeft men een hoog vertrouwen. De wekelijkse openbare markt en de biowinkel bevinden zich qua vertrouwen voor hoeveproducten in een schemerzone. Het ‘Korte keten’ idee is OK Over het idee ‘korte keten’ bestaat eensgezindheid. Korte keten geeft de consument het gevoel rechtstreeks bij de boer aan te kopen. Korte keten betekent een aanbod van hoeveproducten via kanalen waarin geen enkel commercieel belang speelt, behalve die van de producent. De begrippen ‘rechtstreeks’ en ‘schakels’ vormen de kern van korte keten, de andere kenmerken (lokaal, betrokkenheid, inzicht in het productieproces en zeggenschap) zijn eerder positieve gevolgen. 2 Consumenten willen voeling met de producten en met de boer maar ze verwachten dat de boer daar zelf voor zorgt. Het engagement en de betrokkenheid van de consument moet, voor de meesten, vrijblijvend blijven. Het idee omtrent ‘korte keten’ is duidelijk, maar de naam ‘korte keten’ roept verschillende zaken op die de lading niet dekt. Enerzijds straalt de naam ‘korte keten’ uit dat er een rechtstreekse relatie met een minimum aan tussenpersonen is tussen consument en producent. Anderzijds suggereert ‘korte keten’ dat het een gecommercialiseerd verkooppunt is waar winstbejag belangrijk wordt geacht. De naam ‘korte keten’ is dus moeilijk te begrijpen en roept verkeerde connotaties op. Er is nood aan een benaming die de betekenis ondersteunt en vooral de positieve kenmerken benadrukt, namelijk de positieve motivaties van het aankopen van producten van de ‘boer’. De huidige communicatie straalt het idee van ‘korte keten’ uit De huidige communicatie van de winkelkar in het veld geeft een goed beeld van waar ‘korte keten’ voor staat: het drukt de rechtstreekse, niet-commerciële verkoopskanalen uit. Het logo EVH maakt gebruik van aardse kleuren en is makkelijk herkenbaar. Toch wordt de link naar de boer vrijwel niet gelegd. Het label “erkend voorkooppunt hoeveproducten’ wordt gezien als een mogelijke garantie toegekend door de overheid, een zekerheid voor: de betrouwbaarheid van het verkooppunt; een aanbod aan echte hoeveproducten; een niet-gecommercialiseerd kanaal; kwaliteit van de aangeboden producten; ondersteunen van de voorwaarden voor hoeveproducten. Uit de groepsdiscussies blijkt dat er nog meer mogelijkheden zijn voor communicatie. Enerzijds kan de boodschap meer inspelen op de verschillende keuzemotivaties van de consumenten. De motivaties die het sterkst kunnen overtuigen zijn de nieuwere en meer positieve motivaties, die niet gelinkt worden aan ‘het reactieve’ (Inspiratie, goed voor lichaam en geest, deel van een gezonde levensstijl). Toch kunnen de andere motivaties (focus op gezondheid en goed doen voor anderen en de planeet) de consument een goed gevoel geven bij en na de aankoop. Ook belangrijk is om niet langer te mikken op een niche van overtuigde ‘idealisten’, maar te communiceren naar alle consumenten. Het idee achter ‘korte keten’ past in het idee achter ‘erkend verkooppunt hoeveproducten’. 3 Korte keten geeft de consument het gevoel rechtstreeks kwalitatieve hoeveproducten bij de boer aan te kopen. Korte keten betekent een aanbod van hoeveproducten via kanalen waarin geen enkel commercieel belang speelt, behalve dat van de producent. Opzet van het onderzoek VLAM wou onderzoeken of de werking rond ‘Erkend verkooppunt hoeveproducten’ (EVH) verruimd kan worden naar ‘korte keten’. Hiervoor wou VLAM een beter inzicht krijgen in de beleving en de houding van de Vlaamse consument ten aanzien van de begrippen ‘korte keten’ en ‘Erkend verkooppunt hoeveproducten’. Het onderzoeksbureau Ipsos/Synovate organiseerde hiervoor 4 groepsdiscussies met telkens 6 consumenten tussen 25 en 70 jaar die occasioneel of regelmatig kopen bij de onderzochte kanalen of systemen (hoeve/hoevewinkel, automaten op de hoeve, boerenmakt, groenteabonnement, voedselteam en CSA). De groepssessies vonden plaats in december 2011 in Antwerpen en Gent. Ze bestonden uit een mix van mannen en vrouwen uit verstedelijkte gebieden en plattelandsgebieden en uit verschillende sociale klassen. Dit onderzoek geeft een beeld van de beleving en perceptie van EVH en ‘korte keten’, van de verschillen en raakvlakken tussen EVH en ‘korte keten’. De communicatie rond EVH werd ook geëvalueerd in dit onderzoek. ------------------------------------- 4