Polsslag 2, 7 februari 2008 Fish and chips in het genetisch onderzoek Binnen de klinische genetica zijn de onderzoeksmogelijkheden de laatste jaren sterk verruimd. Op het jongste Eurocat-symposium vertelde klinisch geneticus Ton van Essen over de nieuwe DNA-chips. “Hiermee kunnen verstandelijke handicaps verklaard worden die vroeger onbegrepen bleven.” Als bij een kind het vermoeden bestaat van een ontwikkelingsachterstand of een verstandelijke handicap (“mentale retardatie”), is het zaak zo snel mogelijk een diagnose te stellen. “Dit kan een eind maken aan onzekerheid bij de ouders. Bovendien wordt dan duidelijk of extra zorg nodig is”, aldus klinisch geneticus Ton van Essen op de recent gehouden lezingenmiddag van Eurocat. “De oorzaak van mentale retardatie kan liggen in het DNA. Een klinisch geneticus zal daarom zoeken naar veranderingen in het erfelijk materiaal die de verstandelijke handicap kunnen verklaren.” Maar ook complicaties tijdens de zwangerschap, zoals een infectie of een vergiftiging, kunnen een verstandelijke handicap veroorzaken. “Feitelijk wordt slechts bij de helft van de kinderen met mentale retardatie een verklaring gevonden voor hun syndroom”, aldus Van Essen, die ervan overtuigd is dat dit oplossingspercentage omhoog kan als in de toekomst vaker DNA-chips worden ingezet. “Met behulp van DNA-chips kunnen artsen dieper in de chromosomen kijken en meer genetische defecten op het spoor komen.” 100.000 stukjes DNA De zogenaamde ‘FISH’-techniek is al weer enige tijd in gebruik. Hierbij worden stukjes DNA fluorescerend gemaakt zodat ze oplichten onder een fluorescentiemicroscoop. “De methode heeft haar vruchten afgeworpen, maar heeft ook haar beperkingen”, vindt Van Essen. “Alleen vooraf geselecteerde stukjes DNA kunnen geanalyseerd worden. Het hele genoom in één keer bekijken lukt niet.” Dat laatste kan wel met de nieuwe DNA-chips: op een glaasje van twee bij zes centimeter worden 100.000 stukjes DNA geplaatst, afkomstig van alle 46 chromosomen. “Vervolgens vergelijken we het DNA van de patiënt met dat van een gezond persoon. Het resultaat is een diagram met puntjes boven of onder een rechte lijn, die aangeven op welk chromosoom een afwijking zit.” (zie diagram) Zo’n erfelijke afwijking kan bestaan uit een deletie - een stukje DNA ontbreekt — of een duplicatie — een stukje DNA is verdubbeld. “Veel verstandelijke handicaps worden veroorzaakt door deleties of duplicaties op één van de chromosomen”, geeft Van Essen aan. Wel benadrukt hij dat voorzichtigheid geboden is bij het interpreteren van de testresultaten. “De puntjes in het diagram hoeven niet altijd op een mutatie te wijzen, het kan ook ruis zijn. Daarom is het goed het resultaat te bevestigen met een FISH-test en te kijken of een van de ouders dezelfde verandering heeft. In dat geval is de gevonden verandering niet de oorzaak. Kleine deleties en duplicaties komen namelijk regelmatig in de bevolking voor” Hoge verwachtingen Van Essen verwacht veel van de nieuwe techniek. “Hiermee kunnen we vijf tot tien procent meer verstandelijke handicaps verklaren dan met het conventionele chromosomenonderzoek.” Om die reden gaat het lab van de afdeling genetica bij een verstandelijke handicap, standaard testen met een DNA-chip. (Jos Overbeeke) [kader] Eurocat lezingenmiddag De lezing van klinisch geneticus Ton van Essen vond plaats tijdens de Eurocat lezingenmiddag op 25 januari in het UMCG. Eurocat is een registratie van kinderen met een aangeboren aandoening en maakt deel uit van een Europees en wereldwijd netwerk. Het is onderdeel van de afdeling Genetica. De registratie vormt de basis voor wetenschappelijk onderzoek naar de oorzaken van aangeboren aandoeningen. De lezingenmiddag werd bezocht door zo’n honderd consultatiebureauartsen, verloskundigen, kinderartsen, gynaecologen, klinisch genetici, genetisch consulenten en andere medische professionals. Velen van hen dragen in belangrijke mate bij aan de Eurocat registratie.