Inspectiewijze Primaire waterkering, hoogwater Tijdens daglicht De dijkwachten 1. De kruin en gedeelte buitentalud 2. Binnentalud,teen en berm 3. Berm, teensloot en achterland 1 a 2 a d 3 g g e f c f e a b c Taak dijkwacht 1 Rijdt stapvoet over de dijk • Controleert de kruin op scheuren (a) Stapt regelmatig bijvoorbeeld om de 50 meter uit de auto • Controleert het buitentalud op drijfvuil (b) • Controleert het buitentalud op schade (c) Wacht tot lopers bij of voorbij de auto zijn en rijdt verder • Schademeldingen invoeren en doorsturen aan dijkpost Taak dijkwacht 2 Loopt afwisselend op binnentalud en in de teen. Controleert met name op: • Scheuren (a) • Vervormingen (d) • Dierlijke activiteit (e) • Verweking (f) • Beschadigingen (c) Taak dijkwacht 3 Loopt op het laagste gedeelte van de dijk Controleert met name: • Verweking (f) • Zandvoerende wellen in sloten en achterland (g) • Dierlijke activiteit (e) • Beschadigingen (c) Veiligheid • Inspecteurs houden elkaar in het “oog” • Chauffeur (1) rijdt niet tegen het verkeer in. Behalve wanneer de dijk is afgesloten voor verkeer. Anders dient de chauffeur van links naar rechts te rijden. • Chauffeur (1) loopt niet het buitentalud af om een schade beter te bekijken !