MiFID : Een klare kijk op beleggingen MiFID, in het belang van belegger Sinds 1 november 2007 zijn specifieke regels van toepassing op beleggingen in financiële instrumenten. Die regels vloeien voort uit de Europese richtlijn ‘MiFID’, Markets in Financial Instruments Directive (de Europese richtlijn betreffende de markten voor financiële instrumenten), en hebben tot doel de beleggers beter te beschermen en hen transparantere informatie te waarborgen. Bovendien leidt MiFID tot een verdere liberalisering van de handel in financiële instrumenten in alle lidstaten. Op termijn zal dit, naar wij hopen, gunstige effecten hebben voor de consument. Het feit dat België het toepassingsdomein van deze regels in 2014 heeft uitgebreid naar de spaar- en beleggingsverzekeringen is een bevestiging van de strijd van Deutsche Bank in de wereld van het beleggen en het sparen. Voor ons dus een gelegenheid om u nog beter te adviseren. Wij moedigen onze cliënten sinds lang aan om hun beleggersprofiel te laten opmaken. We gaan immers uit van het principe dat hoe beter we u kennen, hoe beter we u kunnen adviseren. Uw profiel en uw financiële gegevens vormen in dit kader de basis voor elke doordachte beslissing. CLASSIFICATIE VAN DE CLIËNT Algemeen De Belgische financiële wetgeving (en met name de regelgeving die werd aangenomen ten gevolge van de Europese Richtlijn 2004/39/CE (MiFID)) deelt de klanten van een bank op in drie categorieën. Ten gevolge van deze wetgeving, kunnen bepaalde regels en de beleggersbescherming variëren in functie van de categorie waartoe de Cliënt behoort. Zo kunnen klanten onderverdeeld worden in drie categorieën: retail cliënten, professionele beleggers en in aanmerking komende tegenpartijen. • De retailcliënt (niet-professionele cliënt) is elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die niet erkend kan worden als professionele cliënt (zie hieronder). • De professionele cliënt is elke natuurlijke persoon of rechtspersoon i) die wordt opgesomd in bijlage A bij het koninklijk besluit van 3 juni 2007 tot bepaling van nadere regels tot omzetting van de richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten of ii) die met inachtneming van de hierop van toepassing zijnde wettelijke procedure en mits het voldoen aan de in het koninklijk besluit beschreven criteria de Bank heeft verzocht om als professionele cliënt te worden behandeld. Een professionele cliënt wordt verondersteld de nodige ervaring, kennis en deskundigheid te bezitten om zelf beleggingsbeslissingen te nemen en de door hem gelopen risico’s adequaat te kunnen inschatten. • De in aanmerking komende tegenpartij is elke professionele cliënt, die wat de specifieke diensten betreft, beantwoordt aan bijkomende wettelijke vereisten. Informatie over de klasse waarin de Cliënt is ingedeeld De Bank zal al haar Cliënten beschouwen en behandelen als retailcliënt (niet professionele cliënt) aangezien deze categorie de hoogste beleggersbescherming biedt. Wat betekent MiFID voor u concreet als belegger? XX Door de vragenlijst ‘Mijn Financial ID’ in te vullen, krijgt u een beleggersprofiel dat uiteraard gebaseerd is op uw benadering van de beleggingswereld, maar vooral op uw financiële en persoonlijke doelstellingen. XX Op het moment dat u wenst in te tekenen op een belegging, gaan wij na of dit product overeenstemt met (i) uw kennis van en ervaring met het betrokken financieel instrument, (ii) uw financiële situatie en (iii) uw doelstellingen. XX Als niet-professionele cliënt van Deutsche Bank geniet u de hoogste bescherming. XX Deutsche Bank ontwikkelde een beleid om uw beleggingsverrichtingen op de beste en meest transparante manier uit te voeren. 2 Deutsche Bank Inhoud Inleiding 3 MiFID: belangen van de belegger beter gediend 4 In 30 minuten bepaalt u uw beleggersprofiel 4 Waaruit bestaat de vragenlijst ‘Mijn Financial ID’? 4 De verschillende instrumenten waarop de gedragsregels van MiFID in België van toepassing zijn 11 Investeringen waarop de gedragsregels van MiFID in België betrekking hebben 12 De andere spaar- en beleggingsinstrumenten 19 De verschillende types van risico’s 20 Samenvatting van het beleid inzake belangenconflicten 26 Onderkenning belangenconflicten 26 Beheersing van belangenconflicten 26 Voordelen (Inducements) 27 Beleid inzake optimale uitvoering van orders 28 Principes van toepassing op de uitvoering van orders in financiële instrumenten 28 Orderuitvoeringsbeleid voor de verschillende categorieën van financiële instrumenten 30 Voornaamste uitvoeringskanalen en -plaatsen waarop de bank een beroep doet 31 2016 3 MiFID: belangen van de belegger beter gediend De gedragsregels van MiFID bepalen dat uw bank voortaan verplicht is om, wanneer zij u beleggingsadvies verstrekt, eerst na te gaan of de voorgestelde financiële producten stroken met uw financiële situatie, met uw kennis en ervaring inzake beleggen en met uw beleggingsdoelstellingen. Een revolutie? Voor veel banken misschien wel, maar bij Deutsche Bank beschouwen we dit veeleer als een logische en gunstige evolutie. Al meer dan 10 jaar bepalen wij het risicoprofiel van onze cliënten en gaan we zo na of de door ons aanbevolen beleggingen overeenstemmen met dit profiel. Het juridische kader versterkt dus alleen het verplichte karakter van deze procedure. Het enige doel daarbij is wat wij altijd al als onze opdracht hebben beschouwd: waken over de belangen van de cliënt. In 30 minuten bepaalt u uw Financial ID Zodra Deutsche Bank u een advies geeft of als u contact met ons opneemt om advies te vragen, dan bepalen de MiFIDgedragsregels dat er rekening moet worden gehouden met verschillende criteria: uw persoonlijke situatie, uw financiële situatie, uw kennis en ervaring inzake beleggingen en uw beleggingsdoelstellingen en -strategie. Daartoe moeten wij uiteraard over deze gegevens beschikken. We hebben ze samengebracht in de vragenlijst ’Mijn Financial ID’. Wij raden u ten stelligste aan om uw beleggersprofiel te bepalen. Dat kan op verschillende manieren: • de eenvoudigste manier is wellicht via uw beveiligde Online Banking site. • u kunt ook terecht bij uw persoonlijk adviseur in uw Financial Center of bij Tele-Invest op het nummer 078 153 154. Het spreekt voor zich dat wij strikte vertrouwelijkheid garanderen. Dankzij Online Banking hebt u zelfs op elk moment toegang tot uw gegevens en kunt u ze indien nodig actualiseren. Een telefonische aanpassing van uw gegevens via Tele-Invest die aanleiding geeft tot een wijziging van uw financiële doelstellingen, uw beleggingsstrategie of uw kennis van de producten, zal schriftelijk bevestigd worden. U hebt nog geen toegang tot Online Banking? Bel dan onze Cliëntendienst op het nummer 078 156 160. Waaruit bestaat de vragenlijst ‘Mijn Financial ID’? De vragenlijst bestaat uit twee delen, die overeenstemmen met de door MiFID opgelegde verplichtingen. Wij vragen u dus die twee delen in te vullen. 1. Het eerste deel bevat ‘Uw financiële doelstellingen’. 2. Het tweede deel betreft ‘Uw kennis en ervaring’ 4 Deutsche Bank Waarom is het belangrijk de twee delen in te vullen? De enkele minuten die u vrijmaakt, zullen u later het leven vereenvoudigen. Door de eerste twee delen in te vullen: • krijgt u eenvoudig toegang tot de producten uit het beleggingsuniversum van Deutsche Bank, • krijgt u bij elke belegging een evaluatie van uw persoonlijke doelstellingen en uw beleggingsstrategie, • ontvangt u gepersonaliseerd advies van uw adviseurs in uw Financial Center. Wij herinneren u eraan dat de wet ons oplegt rekening te houden met al deze elementen om u advies te kunnen verstrekken. Mocht de informatie die u ons meedeelt beperkt zijn tot het gedeelte ‘Kennis en Ervaring’, dan kunnen wij u niet adviseren en moeten wij ons beperken tot het uitvoeren van uw orders. Als u beslist om financiële producten te kopen, zal de bank uw beslissing zeker kunnen doorvoeren. Maar in dat geval zal dat op uw eigen verantwoordelijkheid zijn. Opgelet, het zal dan niet meer mogelijk zijn om op een product in te tekenen in uw Financial Center. Indien u de vragenlijst helemaal niet invult, dan kan er geen enkel aankooporder uitgevoerd worden. Deel 1: Uw financiële doelstellingen Dit is het belangrijkste deel, want hier laat u ons weten hoe u uw tegoeden wilt structureren in 3 portefeuilles waarvan de kenmerken met 3 fundamentele doelstellingen overeenstemmen: de portefeuille die uw liquiditeiten bevat (Liquiditeiten), de portefeuille met de activa waarvan u vooral het kapitaal wil beschermen of waarvan u regelmatige inkomsten wenst (Bescherming) en tot slot de portefeuille waarmee u groei wil realiseren (Groei). Elke portefeuille bestaat uiteraard uit financiële producten met verschillende kenmerken om deze doelstellingen te bereiken. Om u producten te kunnen voorstellen die u kent en begrijpt, vragen we u ook om ons uw ervaringen in dit domein te laten weten. Maar om u niet te beperken tot wat u al kent, vindt u hier voldoende informatie om uw kennis uit te breiden. Uw portefeuille Liquiditeiten Het gaat om het bedrag waarover u op elk moment wilt kunnen beschikken. U zult een minimumbedrag kunnen bepalen waaronder uw portefeuille niet mag dalen, of toch niet zonder dat we u vooraf op de hoogte hebben gebracht. Deze portefeuille zal uiteraard hoofdzakelijk bestaan uit producten waarvan de belangrijkste kenmerken beschikbaarheid en veiligheid zijn. Aangezien een hoog rendement niet het belangrijkste criterium is voor deze producten, wilt u vermoedelijk niet al uw middelen in deze portefeuille beleggen. Daarom kunt u ook een maximumdrempel bepalen waarboven u andere beleggingsmogelijkheden wilt overwegen. 2016 5 Uw portefeuille Bescherming Dit is het deel van uw vermogen dat u met het oog op een hoger rendement dan haalbaar in Liquiditeiten voor een langere termijn wil investeren. U bent hierbij bereid een investeringsrisico te nemen, maar behoud van het kapitaal blijft uw voornaamste objectief. De portefeuille Bescherming bestaat daarom uit effecten die u recht geven op een terugbetaling van de nominale waarde door de emittent (al dan niet aangevuld door een derde-garant) op vervaldag en, indien u voor distributie van de inkomsten kiest, ook op een regelmatig inkomen. Niettegenstaande de keuze voor emittenten die door onafhankelijke derden (bv. ratingagentschappen) als kwaliteitsvol worden beschouwd of die onderhevig zijn aan een risicobeperkend mechanisme (bv. de diversificatieplicht voor fondsen), houden deze producten nog steeds een kapitaalrisico in (bv. in geval van faillissement van de emittent) wat kan leiden tot verlies van kapitaal en inkomsten en zijn deze effecten tot aan hun vervaldag onderhevig aan waardeschommelingen. U kunt een minimumbedrag bepalen dat u in dit type producten wilt beleggen. Onze beleggingsvoorstellen houden hier rekening mee en uw prioriteit is ook de onze: het bedrag in deze tweede portefeuille veilig stellen. Uw portefeuille Groei In deze portefeuille belegt u het gedeelte van uw middelen waarvoor u meer risico wilt nemen - en een potentieel hoger rendement kunt behalen. Wilt u de impact van het risico beperken, dan laat u ons weten welk maximumbedrag u in deze portefeuille wilt beleggen en welke beleggingsstrategie u wilt toepassen. We maken een onderscheid tussen twee beleggingstypes in deze portefeuille: de ‘activa met gemiddeld risico’* en de ‘risicovolle activa’*. Uw beleggingsstrategie (low moderate - moderate - dynamic -offensive) voor uw maximumdoelstelling in deze portefeuille zal het maximum in risicovolle activa bepalen (low moderate: 0%, moderate: 30 %, dynamic: 70%, offensive: 100%). * zie overzicht in de tabel op pag. 10 6 Deutsche Bank XX Strategie Low Moderate Als u binnen uw portefeuille Groei niet wilt beleggen in risicovolle activa, kiest u voor de strategie `Low Moderate’. XX Strategie Moderate Als u deze beleggingsstrategie kiest, aanvaardt u het feit dat u, om een aantrekkelijk rendement te kunnen krijgen, moet beleggen in activa met gemiddeld risico en/of risicovolle activa, maar door het percentage van risicovolle activa te beperken, wenst u het risico van uw groeiportefeuille toch `moderate’ te houden. Daarom aanvaardt u binnen `Groei’ een gedeelte van uw vermogen in activa met gemiddeld risico en/of risicovolle activa te beleggen, zoals aandelen, vastgoed, grondstoffen of hogerendementsobligaties, maar beperkt u het maximumpercentage aan risicovolle activa* tot 30% van uw maximumdoelstelling voor uw Groei portefeuille, zodat het overblijvende en dus grootste gedeelte van uw portefeuille bestaat uit activa met gemiddeld risico. XX Strategie Dynamic Om de kans op een positief rendement op lange termijn te verhogen, geeft u de voorkeur aan risicovolle activa* maar wenst u toch nog een veiligheidsnet in te bouwen door ook een deel van uw Groei-portefeuille te beleggen in activa met gemiddeld risico. U aanvaardt dus een verhoogd risico dat u uw kapitaal verliest maar wil door de beperking van het totale percentage risicovolle activa* toch nog de impact van negatieve marktsituaties afzwakken. In deze strategie zouden de risicovolle activa* niet meer dan 70% van uw maximumdoelstelling voor uw Groei portefeuille mogen vertegenwoordigen. XX Strategie Offensive Met uw Groei portefeuille wenst u een hoog rendement op middellange of lange termijn te bekomen. U kiest binnen uw Groei portefeuille daarom uitsluitend voor risicovolle activa. In deze strategie mogen de risicovolle activa* tot 100% van uw maximumdoelstelling voor uw Groei portefeuille vertegenwoordigen. Deel 2: Uw kennis en ervaring De bank zal ook peilen naar uw kennis en ervaring met de verschillende soorten financiële producten. Er mogen u immers enkel beleggingen aangeraden worden die u kent en begrijpt. 2016 7 Beleg volgens uw doelstellingen Onze rol als bank bestaat erin om u te adviseren en te evalueren of elke overwogen belegging overeenstemt met uw verwachtingen, uw doelstellingen en uw capaciteit of bereidheid om een zeker risico te nemen. Al deze gegevens zijn verwerkt in ‘Mijn Financial ID’. De eerste etappe bestaat er dus in na te gaan of u de vragenlijst correct invulde. Als u de vragenlijst niet invult, zullen uw beleggingsmogelijkheden beperkt worden. We kunnen u in dat geval ook niet meer adviseren en we kunnen niet nagaan of een bepaalde belegging opportuun is in het licht van uw doelstellingen. Beleggen dient met kennis van zaken te gebeuren. Daarom zien wij erop toe dat u terdege vertrouwd bent met de gekozen belegging, dit op basis van het deel ‘Kennis en ervaring’ van de vragenlijst. 8 Deutsche Bank Beleg naargelang van uw behoeften Financial ID heeft tot doel de beleggingsportefeuille van elke cliënt beter af te stemmen op zijn behoeften, zodat de evolutie van de portefeuille van in het begin aan zijn verwachtingen beantwoordt. Elke cliënt heeft uiteraard andere behoeften, maar we hebben 3 algemene behoeften gedefinieerd die alle beleggers met elkaar gemeen hebben. Alleen het belang van deze behoeften verschilt van persoon tot persoon. Deze 3 bijna ‘universele’ behoeften zijn de behoefte aan liquiditeiten, de behoefte aan bescherming van een gedeelte van de tegoeden en de behoefte aan groei van de tegoeden. U kunt ons dan laten weten hoe belangrijk deze 3 behoeften voor u zijn door ons mee te delen over welk bedrag u in liquide middelen wilt beschikken, welk minimumbedrag u zo goed mogelijk wilt beschermen en welk maximumbedrag u niet wilt beschermen en waarvoor u een specifieke beleggingsstrategie kiest (van defensief tot offensief). Om te weten of een belegging bij u past, moeten we dus weten aan welke behoefte u wilt voldoen, want met elke behoefte stemmen bepaalde types beleggingen overeen. We hebben criteria bepaald die voor elk financieel instrument aangeven of het aan een behoefte aan liquiditeit, bescherming of groei voldoet. De behoefte aan bescherming vertaalt zich in de beperking van het risico dat een uitgever in gebreke blijft en verplichtingen inzake de terugbetaling van de nominale waarde op de eindvervaldag niet kan nakomen. Alle instrumenten waarvan de waardering onzeker is, zijn dus uitsluitend geschikt voor de behoefte aan groei. 2016 9 UW TOTALE PORTEFEUILLE De 3 portefeuilles sluiten aan bij 3 ­doelstellingen. Liquiditeiten Bescherming Groei De bedragen waarover ik op korte termijn moet kunnen beschikken Het bedrag dat ik wens te beschermen De bedragen waarvoor ik een hoger risico aanvaard voor een beter rendement Min-Max doelstelling Min. doelstelling Max. doelstelling + Beleggingsstrategie Groei - activa met gemiddeld risico Cashrekeningen (in EUR en in een andere munt) Monetaire fondsen (in EUR en in een andere munt) Termijnrekeningen (< 12m) De oplossingen en hun onder­ verdeling in elke portefeuille. Staatsobligaties in EUR van de categorie Investment Grade* Financiële- en bedrijfsobligaties in EUR binnen de Investment Grade categorie met looptijd < 10 jaar Gestructureerde producten in EUR met looptijd < 10 jaar en met gegarandeerd kapitaal Fondsen uitgegeven in EUR met gegarandeerd of beschermd kapitaal Tak 21 Kasbons Beleggingen met 90% kapitaalbescherming Financiële- en bedrijfsobligaties van de categorie Investment Grade, met looptijd > 10 jaar Fondsen met een SRRI* ≤ 4 Groei - risicovolle activa Beleggingen (uitgez. monetaire fondsen) in een andere munt dan de EUR Aandelen & trackers Fondsen met een SRRI* > 4 Obligaties van de categorie ‘Non Investment Grade’ Achtergestelde obligaties Afgeleide producten of beleggingen die minstens 50% in afgeleide producten investeren Beschikbaarheid De behoeften waarmee deze portefeuilles overeenstemmen Veiligheid Verwachte rendement Hoog Laag De SRRI of Synthetic Risk en Reward Indicator is een methode om het risiconiveau van fondsen te bepalen. Ze is gelinkt aan de volatiliteit over een bepaalde periode. Hoe groter de schommelingen (de volatiliteit in bancaire termen), hoe hoger de SRRI-waarde en dus hoe risicovoller het fonds is. U kunt deze waarde vinden in elke fondsenbrochure. De SRRI-schaal gaat van 1 tot 7 en fondsen met SRRI 5, 6, 7 zijn beduidend risicovoller. * Uw beleggingsdoelstellingen kunnen variëren, ons advies ook Vanuit onze ervaring ontwikkelden wij bijgevolg een innoverende benadering. Het is immers best mogelijk dat u als belegger meer dan één doelstelling voor ogen hebt. En meerdere beleggingshorizonten. De benadering moet dus verfijnd worden en mag zich niet beperken tot het louter toekennen van een beleggersprofiel. Toch mogen de doelstellingen uw beleggingsuniversum niet beperken. Want zelfs als u een defensieve belegger bent, kunt u toch het bedrag bepalen dat u wilt beschermen. Maar u kunt ook een zeer offensieve strategie kiezen voor een gedeelte van uw kapitaal. 10 Deutsche Bank De verschillende instrumenten waarop de gedragsregels van MiFID in België van toepassing zijn De MiFID richtlijn is van toepassing op alle financiële instrumenten. Ze geldt voor kasbons, staatsbons, schuldinstrumenten, aandelen, afgeleide producten (warrants, opties, …), fondsen* en beleggingen in vastgoed. De MiFID-richtlijn geldt niet voor spaarboekjes, termijnrekeningen en beleggingsproducten in de vorm van verzekeringen. Maar om de beleggers beter te beschermen heeft de Belgische wetgever het toepassingsdomein van de gedragsregels van MiFID uitgebreid door ook de verzekeringen eraan te onderwerpen. Een voorbeeld ter verduidelijking U hebt de vragenlijst ‘Mijn Financial ID’ correct ingevuld. U beschikt over een kapitaal van 200.000 euro en u wilt 40.000 tot 50.000 euro liquiditeiten behouden omdat u binnen een jaar een nieuwe auto wilt kopen. Verder wilt u minimum 125.000 euro optimaal beschermen en wilt u voor dit bedrag zo weinig mogelijk risico’s nemen. De behoefte om dit bedrag te beschermen is belangrijker dan de behoefte om dit gedeelte van uw kapitaal te laten aangroeien. Dat betekent niet dat deze portefeuille niet mag groeien, maar dat de behoefte aan bescherming primeert op de behoefte aan rendement. U wilt het saldo van uw kapitaal beleggen volgens een eerder defensieve strategie, maar u stelt minder hoge eisen aan de visibiliteit en de voorspelbaarheid van de evolutie van deze portefeuille. Met andere woorden, de behoefte aan bescherming voor dit gedeelte van uw vermogen is niet prioritair en, in ruil voor deze hogere onzekerheid wilt u een hoger rendement behalen. Toch wilt u het bedrag beperken dat wordt belegd in een portefeuille die minder zekerheid biedt. Voor het beheer van deze portefeuille opteert u voor een ‘moderate’ strategie die de blootstelling aan risicovolle activa tot maximum 30% van uw maximumdoelstelling voor uw portefeuille Groei beperkt. * De term ‘fonds’ is de gemeenschappelijke benaming voor een Instelling voor Collectieve Belegging (ICB), die kan bestaan onder het statuut van een ICBE (UCITS) of een AICB (niet-UCITS), en die diverse juridische vormen kan aannemen (bevek, GBF, enz.). Een ICB kan compartimenten bevatten. Alvorens in te tekenen, bent u verplicht om het uitgifteprospectus door te nemen, de laatste periodieke verslagen, alsook de essentiële beleggersinformatie voor de belegger van de bevek/compartiment. Deze documenten kunnen in het Frans en in het Nederlands geconsulteerd worden op de website deutschebank.be of zijn gratis verkrijgbaar bij de agentschappen van Deutsche Bank AG Bijkantoor Brussel, als distributeur, en bij de financiële dienstverlener. Beleggingsproducten zijn onderworpen aan risico’s. De waarde van deze producten kan zowel stijgen als dalen en het is mogelijk dat beleggers de geïnvesteerde bedragen niet kunnen recupereren. Huidig document bevat geen fiscaal noch juridisch advies. Geïnteresseerde beleggers worden uitgenodigd hun fiscaal raadsman te consulteren omtrent een eventuele belegging en de invloed hiervan op hun persoonlijke fiscale situatie. 2016 11 Investeringen waarop de gedragsregels van MiFID betrekking hebben Kasbons Het gaat om een schuldbrief van een ontlener (de financiële instelling die de kasbon uitgeeft) tegenover een lener (de belegger die de kasbon koopt). In ruil voor het kapitaal dat hij toevertrouwt aan de emittent, ontvangt de belegger een rente op het toevertrouwde bedrag. Het kapitaal wordt terugbetaald op de eindvervaldag. De rente op kasbons is momenteel onderworpen aan een roerende voorheffing van 30%. Er bestaan verschillende types van kasbons, die zich hoofdzakelijk onderscheiden door de manier waarop de rente wordt uitgekeerd. Kasbon met gewone distributie: vooraf gekende, vaste rentevoet. Kapitalisatiebon: de jaarlijkse rente wordt niet uitgekeerd maar gekapitaliseerd tot de eindver valdag. Kasbon met progressieve rente: die stijgt met de tijd. Kasbon met facultatieve kapitalisatie of aangroeibon: die biedt de belegger de keuze tussen kapitalisatie van de rente (tegen een lager tarief dan het normale rendement) of de uitkering. Kasbon met periodieke rente: maandelijks, driemaandelijks, halfjaarlijks of jaarlijks. Wanneer de kasbons kapitaalgarantie bieden en een looptijd hebben van maximum 15 jaar, worden ze ondergebracht in uw portefeuille Bescherming. Dat geldt in elk geval voor de kasbons die door Deutsche Bank worden uitgegeven. Staatsbons De staatsbon is een vastrentend effect met een jaarlijkse coupon (zonder de mogelijkheid tot kapitalisatie) die viermaal per jaar door de staat (maart, juni, september en december) wordt uitgegeven in euro. Het bijzondere is dat u erop kunt intekenen op de primaire markt en dat het effect genoteerd is op de Beurs van Brussel. De rente is momenteel onderworpen aan een roerende voorheffing van in principe 30%. Er kunnen diverse formules uitgegeven worden: de staatsbon op 3, 5 of 8 jaar, de staatsbon 5-7, de staatsbon 3-5-7 en de staatsbon met jaarlijks herzienbare rente. De staatsbons worden altijd in uw portefeuille Bescherming ondergebracht. 12 Deutsche Bank Een klassieke obligatie Een klassieke obligatie in EUR is een lening uitgegeven door een nationale overheid of onderneming met een bepaalde looptijd. Als obligatiehouder hebt u recht op een of meerdere couponbetalingen en de terugbetaling van het nominale bedrag van de lening op eindvervaldag. De prijs van een obligatie wordt uitgedrukt als een percentage van de nominale waarde. Een obligatie wordt gekocht met het oog op een vast bepaald rendement. Dit rendement is afhankelijk van de prijs en de coupon van de obligatie. Wanneer een obligatie gekocht wordt aan pari (= 100% van de nominale waarde) dan zal het rendement gelijk zijn aan de coupon. Bij een aankoop onder pari (<100% van de nominale waarde) zal het rendement hoger zijn dan de coupon. Met andere woorden, wanneer de prijs van een obligatie daalt, wordt het rendement hoger. Omgekeerd doet een stijgende obligatieprijs het restrendement dalen. Kredietrisico Het kredietrisico is het risico dat de uitgever van de obligatie niet in staat is om de jaarlijkse coupon of het nominale bedrag op eindvervaldag terug te betalen. In dit geval kan je als obligatiehouder een deel of zelfs het volledige bedrag dat je geïnvesteerd hebt verliezen. De kwaliteit van een obligatie of de kans dat een uitgever zijn verplichtingen niet kan nakomen, kan afgeleid worden van de rating die door ratingagentschappen zoals Standard & Poor’s of Moody’s aan de uitgever is toegekend (zie onderstaande tabellen). Hoe lager de rating van een uitgever, hoe hoger het kredietrisico en hoe hoger het rendement dat investeerders hiervoor willen als vergoeding. In principe, wanneer de rating van een obligatie daalt, hebben de investeerders het recht om een hoger rendement te eisen waarbij de uitgever van de obligatie een hogere couponbetaling moet aanbieden. Ratings kunnen in twee hoofdcategorieën opgedeeld worden: `Investment Grade’ en `Non-Investment Grade’. De klassieke obligaties, zoals wij deze omschrijven, bevinden zich in de categorie ‘Investment Grade’ (ratings van AAA tot BBB-) waarvan de financiële soliditeit van de uitgever als stevig beschouwd kan worden: men verwacht dat de uitgever probleemloos zijn financiële verbintenissen zal kunnen nakomen. Hoe hoger de rating, hoe groter de kans dat de belegger op de eindvervaldag wordt terugbetaald. Renterisico De prijs van een obligatie kan variëren doorheen de tijd in functie van de evolutie van de rentes op de markt. Hoe meer de rentes stijgen, hoe meer de prijs van een obligatie zal dalen. Concreet, doordat de coupon van een obligatie niet wijzigt, zal een obligatie zijn aantrekkingskracht op de secundaire markt verliezen indien de rendementen van gelijkaardige obligaties op de markt een hogere coupon aanbieden. Hoe langer de restlooptijd van een obligatie is, hoe meer de prijs negatief beïnvloed zal worden. Deze gevoeligheid van de prijs van de obligatie aan de evolutie van de rentevoet wordt gemeten door de duratie. Naargelang men de eindvervaldag nadert, zal de duratie van de obligatie verminderen en uiteindelijk nul worden aangezien de prijs zal convergeren naar de nominale waarde die door de uitgever op de eindvervaldag terugbetaald moet worden. Een obligatie in vreemde munten De obligaties uitgegeven in buitenlandse munten bezitten dezelfde eigenschappen als de klassieke obligaties in euro, met uitzondering van de couponbetalingen en de terugbetaling van het nominale bedrag op eindvervaldag die in de munt van uitgifte gedaan worden. In functie van de munt, kunnen deze obligaties soms een hogere coupon aanbieden dan de obligaties in euro omwille van een algemeen aantrekkelijker renteniveau. De geboden rentevoeten zullen voor elke munt afhankelijk zijn van het niveau van de inflatie in het betrokken land, maar ook van het beleid van de centrale banken en de marktwerking tussen vraag en aanbod van obligaties in die munten. Wisselkoersrisico Naast het kredietrisico en renterisico die een klassieke obligatie kenmerken, is een obligatie die niet is uitgegeven in euro maar in een andere munt, ook onderhevig aan het wisselkoersrisico. De coupons en het nominale bedrag worden betaald in een buitenlandse munt en hun tegenwaarde in euro zal afhangen van de evolutie van die munt in verhouding tot de euro. Waneer een munt tijdens de levensduur van de obligatie devalueert in verhouding tot de euro, zal de investeerder potentieel minder ontvangen dan het bedrag initieel betaald in euro. De omvang van het wisselkoersrisico kan geschat worden aan de hand van de waargenomen of verwachte volatiliteit van de munt in verhouding tot de euro. Sommige munten zoals de Noorse en Zweedse kroon of de Zwitserse frank vertonen in normale omstandigheden een zwakke volatiliteit in verhouding met de euro. Daarentegen, munten uit de groeilanden zoals de Turkse lira, de Braziliaanse real en de Zuid-Afrikaanse rand vertonen een hogere volatiliteit. Wanneer u als investeerder een obligatie uitgegegeven in een munt uit de groeilanden koopt, loopt u een hoger wisselkoersrisico dan bijvoorbeeld een obligatie uitgegeven in (Amerikaanse) dollar. Het rendement dat u als belegger eist, zal dan ook rekening houden met dit hoger risico. Een speculatieve obligatie De categorie speculatieve obligaties bevat de obligaties in euro met een rating ‘Speculative Grade’, maar ook de achtergestelde obligaties en de perpetuele obligaties. Een ‘Speculative Grade’ obligatie (ook ‘High Yield’ obligatie genoemd) wordt gekenmerkt door een kredietrating BB+ of lager bij Standard & Poors, of Ba1 of lager bij Moody’s. In ruil voor deze lage kredietrating bieden deze obligaties een hoger rendement. Een achtergestelde obligatie wordt gekenmerkt door het feit dat, in geval van eventuele faling, de houder van dit type obligaties terugbetaald zal worden na de andere obligatiehouders en net voor de aandeelhouders. De perpetuele obligaties bieden, boven op hun achtergesteld karakter, een vaste couponbetaling maar voorzien geen vaste vervaldag. Deze hybride instrumenten kunnen het voorwerp zijn van een terugbetaling naar de volledige discretie van de uitgever. 2016 13 Kredietrisico Het risico op niet terugbetaling door de uitgever van een obligatie ‘Speculative Grade’ is significant hoger dan voor obligaties uitgegegeven met een rating ‘Investment Grade’. Met betrekking tot deze obligaties moet de belegger ook bijzondere aandacht schenken aan de liquiditieit, die vaak lager is dan deze van de obligaties ‘Investment Grade’. De achtergestelde en perpetuele obligaties worden ook gekenmerkt door een hoger kredietrisico omwille van hun achtergesteld karakter bij terugbetaling door de uitgever t.o.v. de schuldeisers van de eerste graad (seniors). Bovendien, in geval van faling van de uitgever, zal de waarde die kan gerecupereerd worden laag of zelfs nul zijn. Tot slot, voor de achtergestelde obligaties van bancaire uitgevers kunnen laatstgenoemden ook het voorwerp uitmaken van een bail out (faling tot terugbetaling of hair cut van de nominale waarde) in het kader van een herstructureringsplan uitgevaardigd ten gevolge van een probleem met de kapitalisatie. Renterisico De gevoeligheid van de prijs van speculatieve obligaties aan de rentevoeten is in het algemeen hoger dan deze voor klassieke obligaties door de grotere volatiliteit van de rendementen van de obligaties ‘Speculative grade’. In het geval van perpetuele obligaties wordt naast de volatiliteit van de rendementen een lange looptijd gebruikt om de coupons te actualiseren en dit impliceert een hogere duratie. Gestructureerd schuldinstrument of ‘Structured Note’ Gestructureerde producten kunnen uitgegeven worden in de vorm van een schuldinstrument, een fonds of zelfs een verzekeringsproduct. Zij streven meestal naar een terugbetaling van 100% van het geïnvesteerde bedrag op een vast bepaalde dag via een garantie aangeboden door de uitgever of een constructie die kapitaalbescherming beoogt. In sommige gevallen is de kapitaalgarantie 90% of beter. Deze garantie of bescherming van de nominale waarde op vervaldag met een potentieel rendement afhankelijk van de gehanteerde strategie wordt bekomen via de combinatie van een zero-coupon obligatie van de uitgever en een optiestrategie. De gestructureerde producten die minder dan 90% kapitaalgarantie bieden, worden beschouwd als afgeleide instrumenten en vormen onder deze naam een afzonderlijke categorie van instrumenten. Formules van uitbetaling van gestructureerde producten De gestructureerde producten laten toe om via verschillende optiestrategieën de mogelijkheid te bieden om voordeel te halen uit de stijging van een beursindex of een fonds, of om te genieten van een deelname in de stijging van de rentevoeten, over het algemeen allemaal met een recht op terugbetaling van 100% (soms 90% of beter) van de nominale waarde door de uitgever op de eindvervaldag van het product. Deze producten bieden een vaste of variabele jaarlijkse coupon of slechts een enkele coupon op het einde van de looptijd van het product. Deze producten trachten een blootstelling aan verschillende types onderliggende waarden te bieden en zijn over het algemeen gekenmerkt door een grote mate van complexiteit. De belangrijkste risico’s van gestructureerde producten Rekening houdend met de garantie of bescherming van 100% (soms 90% of beter) van de nominale waarde, is het belangrijkste risico van gestructureerde producten gerelateerd aan het kredietrisico van de uitgever. In geval van faling of onmogelijkheid tot betaling zou het verlies een deel of de totale nominale waarde vertegenwoordigen, eveneens als de eventueel nog te betalen coupons. Een ander risico houdt verband met de schommelingen van de prijzen van de producten op de secundaire markt: dit risico komt ook tot uiting in geval van een wijziging van het verwachte kredietrisico, schommelingen van de rentevoeten of de onderliggende waarden tijdens de levensduur van het product. Een ongunstige evolutie van de onderliggende waarden houdt ook een risico in voor het rendement van het product. Alle andere risico’s verbonden aan deze producten staan vermeld in de definitieve voorwaarden en in het basisprospectus van het product. 14 Deutsche Bank Aandelen Een aandeel is een effect dat een deel van het kapitaal van een onderneming vertegenwoordigt. De eigenaar ervan, de aandeelhouder, is dus mede-eigenaar van de onderneming. Een gewoon aandeel geeft de aandeelhouder recht op een dividend, dit is een variabel inkomen afhankelijk van de winst van de vennootschap, en stemrecht in de Algemene Aandeelhoudersvergadering. De categorie aandelen dekt ook de exchange traded funds of ETF. Deze indexfondsen zijn fondsen die genoteerd en verhandeld worden op een beurs. Het investeringsdoel van een ETF is het zo nauwkeurig mogelijk volgen van een onderliggende beursindex. Met behulp van geautomatiseerde handelscomputers volgt een ETF precies de index (de benchmark). Deze manier van beleggen wordt ook wel passief beleggen genoemd. Risico’s verbonden aan aandelen De waarde van een aandeel is afhankelijk van de winst(verwachtingen) van een bedrijf. Hoe hoger de verwachte winst, hoe hoger de prijs van een aandeel. Als aandeelhouder deel je niet enkel in de winst, maar ook in het verlies. In geval van faillissement zullen eerst de schuldeisers terugbetaald worden en daarna pas de aandeelhouders. Om deze reden is investeren in aandelen risicovoller dan investeren in obligaties. Het risico van investeren in individuele aandelen kan gemeten worden aan de hand van de volatiliteit (de mate van beweeglijkheid). Het is een indicator voor de intensiteit van koersschommelingen. Beleggers associëren een hoge volatiliteit met een hoger risico. Een stijging van de volatiliteit kan marktgedreven zijn en daarom niet noodzakelijk bedrijfsgedreven. Naast volatiliteit is de maximum drawdown een andere parameter om het risico inherent aan een aandeel weer te geven. Deze duidt het verschil aan tussen een top- en bodemkoers in een bepaalde periode, ofwel het verlies dat de aandelenbelegger zou geleden hebben wanneer hij op de top aankoopt en de bodem verkoopt. Sommige bedrijven en sectoren zijn onderhevig aan grotere schommelingen dan gemiddeld. Dit wordt weerspiegeld door de beta-coëfficiënt, een maatstaf die weergeeft in welke mate het rendement van een aandeel of sector schommelt ten opzichte van de benchmark. De beta van de benchmark is per definitie 1. Een beta van bijvoorbeeld 0,75 betekent dat een stijging van de index met 1% in een bepaalde periode gepaard gaat met een stijging van 0,75% van de koers van dat aandeel. Een deel van het risico dat eigen is aan elk aandeel kan geëlimineerd worden door het diversifiëren van de portefeuille met beleggingen in verschillende aandelen. 2016 15 Afgeleide producten Een afgeleid product is een financieel product waarvan de waarde afhankelijk is van een aantal andere variabelen. Er bestaat een waaier aan afgeleide instrumenten zoals, termijncontracten, opties, warranten maar evenees gestructureerde producten met minder dan 90% kapitaalbescherming vallen in deze categorie. Via de aankoop van een derivaat wil een investeerder ofwel met een hefboomeffect meegenieten van de evolutie (een daling of stijging) van het onderliggend financieel instrument ofwel zijn investering beschermen tegen een koersdaling. Deze producten gaan vaak gepaard met een grote mate van complexiteit. Risico’s van afgeleide producten De evolutie van de prijs van een afgeleid product kan beïnvloed worden door verschillende variabelen zoals: de actuele prijs van het onderliggende, de afgesproken prijs in de toekomst, de resterende looptijd, de volatiliteit van het onderliggende, eventuele dividendbetalingen gedurende de resterende looptijd en verandering van interestvoeten. In functie van het type instrument kan het waardeverlies volledig zijn. Warrants Een warrant is een financieel instrument dat zijn houder het recht geeft om activa te kopen of te verkopen tegen een vooraf bepaalde prijs. Deze activa kunnen aandelen zijn, een korf van waarden, obligaties, munten, een handelswaar of een index en worden ook aangeduid als het onderliggende van de warrant. Opties Een optie is een financieel instrument dat zijn houder het recht geeft, maar niet de verplichting, om onderliggende activa te kopen (koopoptie of call) of te verkopen (verkoopoptie of put) tegen een bepaalde prijs gedurende een bepaalde periode. Futures Een future is een termijncontract waarmee twee partijen zich ertoe verbinden om een bepaalde hoeveelheid van een onderliggende waarde, met name valuta, obligaties, beursindexen te kopen of te verkopen tegen een vaste prijs en op een bepaalde datum in de toekomst. In tegenstelling tot opties houden futures een verplichting in voor beide partijen. Trackers Het gaat om beursgenoteerde fondsen met als doel: het rendement bieden van een index of van een aandelenkorf en de voordelen van aandelen (eenvoud, permanent genoteerd) combineren met die van traditionele fondsen (toegang tot een ruime keuze aan waarden, diversificatie). Fondsen Een fonds is een juridische entiteit met als enige doel het beheren van geld. Deze beheersvennootschap heeft een bestuur dat totaal onafhankelijk opereert van de bank. Een fonds belegt in meerdere financiële instrumenten waardoor het risico van de belegging gespreid wordt. De waarde van het fonds wordt bepaald door de activa waarin belegd wordt. De totale waarde van het fonds wordt verdeeld in eenheden wat de netto inventariswaarde wordt genoemd. Bij aankoop verwerf je als belegger een aantal eenheden, die terzelfdertijd ook recht geven op deelname aan de algemene vergadering van de vennootschap. De KIID (Key Investor Information Document) bevat alle essentiële beleggersinformatie waaronder de doelstellingen en het beleggingsbeleid. Voorbeelden van doelstellingen zijn het verwerven van inkomsten, het laten groeien van het kapitaal of het beperken van de volatiliteit. Het beleggingsbeleid beschrijft op welke manier de beleggingsdoelstellingen zullen nagestreeft worden: de activaklassen waarin belegd zal worden zoals aandelen en obligaties, de regio’s, de munten, de minimale en maximale allocatie in bepaalde activaklassen en of het een actief dan wel passief beheerd 16 Deutsche Bank fonds betreft. Een actief beheerd fonds streeft naar een betere presatie dan zijn benchmark, wat een referentiepunt is om de prestatie van een fonds te meten. Een passief beheerd fonds blijft bij de invulling van de activa zo dicht mogelijk bij zijn benchmark. Fondsen kunnen een kapitalisatie of distributie compartiment hebben. Bij kapitalisatie worden de inkomsten van het fonds uit coupons en dividenden opnieuw geïnvesteerd in het fonds, bij distributie kan een deel van de inkomsten uitgekeerd worden evenwel zonder enige garantie.Risico’s van fondsen Opdat een potentiële belegger een beknopt idee zou krijgen van het risicoprofiel van een fonds, volstaat het voor een investeerder om er het document met ‘essentiële beleggersinformatie’ op na te lezen. In dit document wordt de synthetische risico-indicator opgenomen evenals een beschrijving van de belangrijke risico’s. Deze synthetische ‘risico-indicator’ bestaat uit één cijfer en wordt gepubliceerd met de aanduiding van de schaal waarop het grootste en het kleinste risico wordt weergegeven. De voornaamste risico’s verbonden aan een fonds zijn: Het marktrisico: is het risico dat de hele markt of een activacategorie daalt, waardoor de prijs en de waarde van de activa in portefeuille kunnen dalen. Het liquiditeitsrisico: Het liquiditeitsrisico is het risico dat een positie niet tijdig tegen een redelijke prijs kan worden verkocht. Het liquiditeitsrisico geeft aan of een fonds al dan niet belegt in instrumenten die vlot verhandeld kunnen worden. Indien dit niet het geval is, dan brengt dat zekere risico’s met zich mee. Zo zou het kunnen dat het verkopen van eenheden van een dergelijk fonds tijdelijk volledig of gedeeltelijk onmogelijk is door gebrek aan liquiditeit in de onderliggende activa. Het concentratierisico: Dit behelst het risico dat verband houdt met een grote concentratie van beleggingen in bepaalde activa of op bepaalde markten. Hoe groter de spreiding in het fonds, hoe kleiner het concentratierisico. Het wisselkoers- of valutarisico: Dit behelst het risico dat de waarde van een belegging wordt beïnvloed door wisselkoersschommelingen. Een geldmarktfonds Een geldmarktfonds belegt overwegend in liquide middelen en kortlopende effecten (termijndeposito’s, schatkistcertificaten, kwalitatieve obligaties,…) met een gemiddelde looptijd van minder dan een jaar. Deze fondsen worden gekenmerkt door een lage volatiliteit maar ook een laag rendement, geheel in lijn met de interbancaire rentevoeten zoals de euribor. Deze fondsen worden gekenmerkt door een grote liquiditeit en bieden de mogelijkheid, uitgezonderd in stressperiodes, om dagelijks in of uit te stappen in het fonds. Risico’s van een geldmarktfonds In tegenstelling tot geld op rekening, vallen investeringen in geldmarktfondsen niet onder het depositogarantiestelsel. De volatiliteit is bijzonder laag, maar toch is een dergelijke belegging niet helemaal zonder risico. Hoewel een geldmarktfonds belegt in schuldpapier van hoge kwaliteit is het niet uitgesloten dat in een periode van grote stress op financiële markten het moeilijk is om bepaalde effecten in de portefeuille te verhandelen met als gevolg dat je als belegger tijdelijk niet kan verkopen, zelfs niet met verlies. Een fonds met kapitaalbescherming Een fonds met kapitaalbescherming gaat twee verbintenissen aan. Enerzijds verbindt de uitgever van het fonds er zich moreel toe om op de eindvervaldag het volledige of een deel van het geïnvesteerde kapitaal terug te betalen. Daarnaast is de prestatie van het fonds afhankelijk van de evolutie van de onderliggende waarde. Dit kan in principe gelijk welk onderliggend actief zijn. Er zijn twee soorten fondsen met kapitaalbescherming. Allereerst heb je de klikfondsen waarbij de prestaties worden vastgeklikt op een voorafbepaalde datum of bij het overschrijden van koersniveaus. Aan de andere kant heb je de klassieke fondsen met kapitaalbescherming. Deze klikken tussentijds geen winst vast, maar de toename van het onderliggend actief wordt op de eindvervaldag met een bepaald percentage doorgerekend. 2016 17 Risico’s verbonden aan fondsen met kapitaalsbescherming De kapitaalbescherming en de resultatenverbintenis zijn slechts geldig op de eindvervaldag. De kapitaalbescherming geldt bovendien alleen voor de startwaarde van het fonds tijdens de inschrijvingsperiode en niet op de tussentijdse aankoopwaarde. Het is daarnaast niet uitgesloten dat in een periode van grote onrust op de financiële markten, het moeilijk is om bepaalde effecten in de portefeuille te verhandelen met als gevolg dat je als belegger tijdelijk niet kan verkopen, ook niet met verlies. Alternatieve beleggingen Hefboomfondsen (hedge funds) Een hedge fund is een beleggingsproduct dat een maximale prestatie beoogt via alternatieve beleggingsstrategieën en dat positieve rendementen wil genereren los van de evolutie van de financiële markten (strategie gericht op absoluut rendement). De beleggingsmethoden van he ge funds zijn het hefboomeffect, de ongedekte verkoop, de afgeleide producten, swaps en arbitrages. Hedge funds zijn complexe producten die voorbehouden zijn voor ervaren beleggers. Vastgoedcertificaten Het vastgoedcertificaat is een effect dat aan de eigenaar ervan een recht geeft op een deel van de huur- en de verkoopprijs van het gebouw (of een groep van gebouwen) waarop het certificaat betrekking heeft. De emittent is officieel eigenaar van het gebouw, de houder van het certificaat is enkel de financier. Het vastgoedcertificaat wordt juridisch en fiscaal gezien als een obligatie. Het is een document met enerzijds een mantel en anderzijds coupons. De vastgoedvak of bevaki Een bevaki (beleggingsvennootschap met vast kapitaal op het gebied van vastgoed/immobiliën) is net als het vastgoedcertificaat geëffectiseerd vastgoed, dat wil zeggen dat de belegger niet rechtstreeks maar onrechtstreeks gebouwen verwerft via de aankoop van een effect dat de gebouwen van de bevaki vertegenwoordigt. De bevaki is verplicht om in verschillende gebouwen te beleggen (maximaal 20% van de activa in één onroerend goed). Het gaat meestal om kantoorgebouwen, gebouwen met een commerciële of semi-industriële roeping, maar soms ook om woningen. De bevaki kan ook vastgoedcertificaten en effecten van vastgoedmaatschappijen bezitten. 18 Deutsche Bank Beleggingsproducten in de vorm van een verzekering In de categorie van de beleggingsproducten onder de vorm van een verzekering moet een onderscheid gemaakt worden tussen Tak 21 en Tak 23 producten a. Producten van Tak 21 Een verzekeringsproduct van het type Tak21 is een levensverzekering die verkocht wordt door een verzekeringsmaatschappij. Het rendement bestaat uit een gewaarborgde rente en een eventuele winstdeling. Wanneer de gewaarborgde rente 0% bedraagt, is het rendement volledig samengesteld uit winstdeling. Deze laatste is afhankelijk van de resultaten van de verzekeringsmaatschappij of van de prestatie van een onderliggend fonds, al naargelang het gaat om een gekantonneerd fonds of niet. De verzekeringsmaatschappij waarborgt het gekapitaliseerd spaartegoed op einddatum. Voor particulieren wordt een premietaks van 2% afgehouden op de stortingen. De verzekeringnemer is vrijgesteld van roerende voorheffing op elke opname uitgevoerd na de eerste 8 jaar en 1 dag van het contract. Risico’s van een tak21 product Bij een faillissement van de verzekeringsmaatschappij kan het zijn dat uw belegde kapitaal en/of uw rente niet of onvolledig wordt terugbetaald. De door particulieren en bepaalde rechtspersonen gestorte bedragen vallen onder het wettelijke Belgische depositiogarantiestelsel ten belope van 100.000 EUR per persoon en per verzekeringsonderneming. Bovendien bestaat het risico dat de belegging niet snel kan worden verkocht. Dit wordt ook wel het liquiditeitsrisico genoemd, maar is eerder beperkt. Indien de afkoop plaats heeft in de loop van de eerste 8 jaar kunnen er kosten verschuldigd zijn en zal voor bepaalde tak 21-producten roerende voorheffing moeten worden betaald. b. Producten van Tak 23 Een verzekeringsproduct van het type Tak23 is een product dat aangeboden wordt door een verzekeringsmaatschappij en investeert doorgaans in een of meerdere fondsen. Bij dit type product wordt noch het kapitaal, noch een minimum rendement gegarandeerd door de uitgever. Het rendement hangt direct af van de prestaties van een of meerdere onderliggende fondsen. Dit type product heeft nog het voordeel van een eenmalige premietaks van 2% bij inschrijving en een vrijstelling van roerende voorheffing op de eventuele meerwaarde bij verkoop na minstens 8 jaar en 1 dag. Risico’s van een Tak23 product Producten van het type Tak23 genieten geen kapitaalsbescherming van de verzekeringsmaatschappij en het rendement hangt af van de evolutie van de fondsen die aan het TAK-23 verzekeringsproduct gekoppeld zijn. Deze producten zijn beursgerelateerd en de waarde kan dus schommelen. Tak23 producten vallen ook niet onder het depositogarantiestelsel tot 100.000 EUR. De belegger draagt het risico en beleggen in een Tak23 product houdt zowel een kapitaal- als een rendementsrisico in. Wij verwijzen naar de risico’s op fondsen voor meer uitleg. De andere spaar- en beleggingsinstrumenten Het depositoboekje Het depositoboekje is een spaarrekening in euro zonder termijn. De cliënt kan in alle vrijheid over zijn geld beschikken en hij ontvangt een rente die samengesteld is uit de basisrente, een aangroeipremie en een getrouwheidspremie indien hij aan de voorwaarden voldoet. Volgens de momenteel van kracht zijnde wetgeving is de eerste intrestschijf van 1.880 euro op een gereglementeerde spaarrekening vrijgesteld van roerende voorheffing voor natuurlijke personen met woonplaats in België (voor het aanslagjaar 2018, inkomsten 2017). Deze vrijstelling is van toepassing per jaar en per belastingplichtige. Bovenop deze vrijgestelde schijf zijn de intresten op de gereglementeerde spaarrekening onderworpen aan een roerende voorheffing van 15%. De termijnrekening De termijnrekening is een beleggingsrekening in euro of in valuta. In de meeste gevallen gaat het om kortlopende beleggingen (doorgaans tot 12 maanden), maar langere looptijden zijn eveneens mogelijk. De cliënt plaatst een bedrag voor een bepaalde looptijd (die hij zelf kiest) tegen een bepaalde rente. Indien de rente tijdens deze periode verandert, blijft de overeengekomen rentevoet van toepassing. 2016 19 De belangrijkste types van risico’s Insolvabiliteitsrisico Het insolvabiliteitsrisico van de debiteur is de kans dat de emittent van de roerende waarde niet meer in staat is om zijn verbintenissen na te komen. De kwaliteit van de emittent van een roerende waarde is zeer belangrijk aangezien hij verantwoordelijk is voor de terugbetaling van het initiële kapitaal. Dit risico goed inschatten is dus primordiaal. Hoe zwakker de financiële en economische situatie van de emittent, hoe groter het risico om niet terugbetaald te worden (of slechts voor een deel). De door dit soort emittent geboden rentevoet zal hoger zijn dan de rentevoet die een debiteur van betere kwaliteit zal bieden voor een vergelijkbaar effect. Een belangrijke houvast is de rating: het gaat om een risico-evaluatie door een onafhankelijke instelling zoals Standard & Poor’s en Moody’s. Liquiditeitsrisico Het kan gebeuren dat de belegger over zijn geld (kapitaal + eventuele intresten) wenst te beschikken voor de vervaldag van de belegging, hetzij uit noodzaak, hetzij om in een rendabeler product te herbeleggen. Het liquiditeitsrisico is de kans dat de belegger moeilijkheden ondervindt om voor de vastgestelde eindvervaldag (indien er een is) zijn initieel belegde kapitaal volledig te recupereren. De liquiditeit van een belegging wordt beïnvloed door diverse factoren: X Het transactievolume van de markt waar het product verhandeld wordt: de koersen variëren sterker op een beperkte markt, waar een omvangrijk order een forse koerswijziging met zich mee kan brengen. Hoe omvangrijker de markt, hoe geringer het liquiditeitsrisico. X De inherente kosten bij het uitstappen uit een belegging. X De tijd die vereist is voor het recupereren van de fondsen (betaalrisico). 20 Deutsche Bank Wisselrisico Door te beleggen in een andere munt dan de euro loopt men onvermijdelijk een wisselrisico of muntrisico. Het wisselrisico is de kans dat een ongunstige evolutie van de munt waarin men heeft belegd, het rendement van de belegging doet verwateren. Indien de munt ongunstig evolueert, zal het rendement negatief beïnvloed worden op het moment van de omzetting in euro. Indien de evolutie gunstig is, zal de belegging het normale rendement genieten én een meerwaarde dankzij de gunstige wisselkoers. Renterisico Het renterisico is het risico dat verband houdt met een rentewijziging op de markt die leidt tot een koersdaling van het effect. Voor vastrentende beleggingen zoals obligaties bestaat het risico erin dat een rentewijziging een impact heeft op de beurskoers van de obligatie en dus tot een meerwaarde of minderwaarde leidt. Bij een verkoop op de secundaire markt voor de eindvervaldag op een moment dat de marktrente hoger is dan de nominale rente van de obligatie, zal de spaarder een minderwaarde moeten verwerken. Maar als de marktrente lager is dan de nominale rente, dan zal de spaarder een meerwaarde realiseren, terwijl alle andere elementen dezelfde blijven. Voorbeeld: een obligatie op tien jaar die wordt uitgegeven in 2011, met een rentevoet van 5%, zal in waarde afnemen indien de marktrente in 2012 boven de 6% uitkomt. Als de marktrente daalt onder de 4%, zal ze in waarde toenemen. Voor beleggingen zonder vaste rentevoet, zoals aandelen, heeft een stijgende marktrente doorgaans een negatieve impact op de koers. Risico van de koersvolatiliteit Het volatiliteitsrisico is de kans dat de koers van een belegging met variabele rente onderhevig is aan min of meer sterke marktschommelingen, wat een meer- of minderwaarde van het effect met zich zal meebrengen. De belegger zal een minderwaarde verwerken bij een koersdaling en een meerwaarde bij een koersstijging. Inkomstenrisico Het risico op afwezigheid van inkomsten is de kans dat de belegger geen inkomsten haalt uit zijn belegging. Kapitaalrisico Het kapitaalrisico (of terugbetalingsrisico) is de kans dat de belegger op de eindvervaldag of wanneer hij uit de belegging stapt, zijn initiële inleg niet volledig recupereert. Wanneer men bijvoorbeeld in aandelen belegt, is het kapitaalrisico groot, aangezien het kapitaal schommelt volgens de financiële en economische situatie van de onderneming, en volgens de evolutie van de beursmarkten. 2016 21 Samenvatting van het beleid inzake belangenconflicten De gedragsregels van MiFID verplichten de banken de nodige maatregelen te treffen om belangenconflicten die betrekking hebben op beleggingsdiensten te voorkomen of te vermijden opdat de banken deze diensten op een integere manier aan hun cliënten kunnen aanbieden, zonder mogelijke belangenconflicten. Deutsche Bank heeft al lang geleden een aantal maatregelen ingevoerd om belangenconflicten op het vlak van beleggingsdiensten te identificeren, te voorkomen en te beheersen. De doelstellingen en de wensen van de cliënten komen voor Deutsche Bank altijd op de eerste plaats. Belangenconflicten kunnen zich voordoen tussen de Bank, een relevante persoon (een bestuurder, manager, gevolmachtigde, bediende, hierna ‘relevante persoon’), desgevallend de verzekeringsmaatschappij, desgevallend de verzekerings­maatschappij en een cliënt of cliënten van de Bank, of zelfs tussen verschillende cliënten van de Bank. Het beleid van Deutsche Bank (‘de Bank’) is erop gericht om redelijke en efficiënte organisatorische en procedurele maatregelen te treffen voor het identificeren, het voorkomen en het beheersen van de mogelijke belangenconflicten. Onderkenning belangenconflicten Belangenconflicten kunnen zich meer bepaald voordoen (geen alomvattende opsomming) wanneer: • de Bank in het kader van beleggingsadvies of discretionair vermogensbeheer beleggingsproducten aanbeveelt of verkoopt die uitgegeven zijn door de Bank zelf, de moedermaatschappij of aan haar verbonden bedrijven, • de Bank, in het kader van het verlenen van beleggingsadvies of discretionair beheer, aanzienlijke (al dan niet geldelijke) voordelen (bv. onderliggende commissies, kortingen op de emissieprijs aangeboden door de emittent en andere voordelen) aan derden betaalt of van derden ontvangt, • de Bank in het kader van bemiddelingsdiensten in verzekeringen beduidende (al dan niet geldelijke) voordelen van derden ontvangt of aan derden betaalt (bv. onderliggende commissies, door de verzekeringsmaatschappij aangeboden prijskortingen of andere voordelen); • de Bank resultaatgerichte vergoedingen of voordelen toekent aan haar personeel, • de Bank vergoedingen ontvangt die afhangen van het verhandelde volume, • de Bank beschikt over vertrouwelijke, niet publiek toegankelijke informatie over beleggingsproducten die aan de cliënten worden aangeboden relevante personen externe mandaten uitoefenen, • de Bank de discretionaire vermogensbeheerder is van verschillende cliënten en in het bijzonder in geval van toewijzing van orders. Beheersing van belangenconflicten Een uitgebreide deontologische code, onderschreven door de Bank en haar personeel, moet maximale garanties bieden dat belangenconflicten in het kader van beleggingsadvies, orderuitvoering en discretionair vermogensbeheer worden onderkend en beheerst.De Bank verwacht van haar personeelsleden te allen tijde toewijding en een integer, correct en professioneel gedrag, respect voor de marktrichtlijnen en in het bijzonder voor de belangen van de cliënt Binnen de Bank staat de afdeling ‘Compliance’, die onafhankelijk functioneert en onder de rechtstreekse verantwoordelijkheid valt van het directiecomité, in voor de identificatie en de beheersing van de belangenconflicten. De volgende maatregelen werden o.a. getroffen: • het vastleggen van procedures om de belangen van de cliënten te vrijwaren op het vlak van beleggingsadvies en bemiddeling in verzekeringen (bv. het bepalen van de beleggingsobjectieven en de ervaring van de cliënt aan de hand van een concrete vragenlijst en de periodieke controle door ‘Compliance’ van de geschikt - en gepastheid van de beleggingsproducten ten aanzien van het beleggersprofiel van de cliënt), • het vastleggen van interne regels i.v.m. de aanvaarding van (al dan niet geldelijke) voordelen, • de toewijzing van het beheer en onderhandelen van commissies en aanverwante voordelen verstrekt door derden aan een afdeling die onafhankelijk functioneert van de commerciële afdelingen, • de toekenning van vergoedingen aan de portefeuillebeheerder op basis van de prestatie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark, • de toewijzing van orders volgens objectieve criteria d.w.z. op basis van een proportionele verdeelsleutel, • de onmiddellijke registratie van vertrouwelijke informatie in een beveiligde omgeving (Control Room) om belangenconflicten te onderkennen en te voorkomen en de instelling van informatiebarrières (Chinese Walls) conform de procedures van de Bank, • het opleggen aan relevante personen van een voorafgaandelijk akkoord van de Bank voor het aanvaarden en aangaan van externe mandaten, • het instellen van een deontologische code voor alle personeelsleden en controle op de naleving ervan door onafhankelijke afdelingen als Compliance en interne/externe audit, 22 Deutsche Bank • het instellen van een gepaste onafhankelijkheid van de verschillende afdelingen inclusief de toekenning van gescheiden werkplaatsen, • het aanleggen van een register met gegevens i.v.m. belangenconflicten of mogelijke belangenconflicten, • de bekendmaking van onvermijdelijke belangenconflicten aan de cliënt vóór het afsluiten van de verrichtingen of het verlenen van beleggingsadvies, • de constante opleiding van het personeel. Voordelen (Inducements) Bij het verhandelen van beleggingsfondsen ontvangt de Bank meestal recurrente ‘trailer fees’. Dit zijn retrocessies, toegekend door de beheerder of de distributeur van het desbetreffende fonds, van een deel van de onderliggende commissies. De hoogte van de ’trailer fees’ is marktconform en varieert in het algemeen tussen 50% en 60% van de beheerscommissie. De onderhandelingen en opvolging van deze ‘trailer fees’ gebeuren door een niet-commerciële afdeling. De objectieven van de commerciële afdelingen die instaan voor de distributie van de fondsen, zijn niet rechtstreeks gekoppeld aan de omzet die de ‘trailer fees’ genereert. De cliënt zal worden geïnformeerd over deze voordelen. Verdere details worden meegedeeld op verzoek. Bij het verhandelen van schuldinstrumenten ontvangt de Bank verkoopcommissies in de vorm van plaatsingscommissies en/ of kortingen op de emissieprijs. Deze commissies en/of kortingen zijn steeds marktconform. De Bank zal de omvang van de voordelen aan haar cliënten bekendmaken vóór het afsluiten van de verrichting. Op het vlak van discretionair vermogensbeheer neemt de Bank beslissingen over aan- en verkopen conform de beheersovereenkomsten, zonder voor elke afzonderlijke verrichting de toestemming van de cliënt te vragen. De belangenconflicten die kunnen voortspruiten uit discretionair vermogensbeheer, worden afdoende verholpen door de gepaste organisatorische maatregelen van de Bank. De Bank zorgt er in het bijzonder voor dat het selectieproces met betrekking tot potentiële investeringen terdege rekening houdt met de belangen van de cliënt. Daarnaast zal de Bank het bestaan van de voordelen bekendmaken vóór het afsluiten van de overeenkomst voor vermogensbeheer. Verder wordt dit belangenconflict verkleind doordat de Bank de vergoeding van de vermogensbeheerder bepaalt op basis van de prestatie van de portefeuille i.p.v. de commissieresultaten. Een ander belangenconflict kan zich voordoen wanneer de Bank verschillende functies uitoefent, bv. als portefeuillebeheerder en emittent van financiële instrumenten of als ‘market maker’, vooral dan voor die financiële instrumenten die de Bank zelf verkocht heeft en die buiten de beurs worden verhandeld aangezien de Bank in het kader van discretionair vermogensbeheer verrichtingen uitvoert met haarzelf als tegenpartij en in naam en voor rekening van de cliënt. De Bank bepaalt de prijs voor een ‘over the counter’ verrichting (d.w.z. een verrichting buiten de beurs) zelf. Dit belangenconflict wordt beheerst door het feit dat de vergoeding van de portefeuillebeheerder bepaald wordt door de prestatie van de portefeuille en dat de prijs van de verrichting een correcte marktprijs is. In het kader van haar beleggingsdiensten ontvangen de Bank en haar personeel niet-geldelijke voordelen zoals financiële analyses en ander informatiemateriaal, opleidingen en in zekere mate technische diensten die toegang geven tot informatiesystemen van derde partijen. De aanvaarding van deze voordelen is niet rechtstreeks afhankelijk of verbonden met de beleggingsdiensten die de Bank aan haar cliënten verstrekt. Deze voordelen worden eerder aangewend om een kwaliteitsvolle dienstverlening te verzekeren en die continu te verbeteren. Voor de effectentransacties resulterende in een wisseltransactie, kan de bank commissies ontvangen (zie onze tarievenlijst). Bijkomend, op basis van haar politiek van wisseldekking, kan de bank een bijkomend wisselverlies of -winst realiseren die overeenstemt met het verschil tussen de referentiekoers toegepast voor de transactie en de effectieve wisselkoers waaraan de bank in de markt zich heeft kunnen indekken. Dit koersverschil varieert in het algemeen tussen -0.1% en +0.1%. Bij het verhandelen van verzekeringsproducten ontvangt de Bank afhankelijk van het type van het product ofwel recurrente commissies, de zogenaamde ‘portefeuillecommissies’, ofwel een rappelcommissie. Het niveau van de portefeuillecommissies is marktconform. De onderhandeling over en de follow-up van deze portefeuillecommissies gebeuren door een niet-commerciële afdeling. Voor andere producttypes ontvangt de Bank daarentegen een zogenaamde rappelcommissie. Dit is een eenmalig marktconfom percentage op het jaarlijkse streefbedrag per contract. De cliënt wordt over deze voordelen geïnformeerd in de financiële infofiche; meer gedetailleerde informatie zal op verzoek verkrijgbaar zijn. Over het algemeen wordt er door de verzekeringsmaatschappij een instapkost afgehouden van de gestorte premie en integraal of gedeeltelijk doorgestort naar de Bank. De hoogte van deze instapkost wordt in onderling akkoord bepaald tussen de Bank en de verzekeringsmaatschappij. De cliënt wordt hierover geïnformeerd in de financiële infofiche. Op verzoek kunnen wij u meer details verstrekken over deze principes. Verder kunt u de ‘Global Policy’ van Deutsche Bank raadplegen op: www.deutschebank.be. 2016 23 Beleid inzake optimale uitvoering van orders In dit deel wordt het optimale orderuitvoeringsbeleid toegelicht dat Deutsche Bank in het belang van haar cliënten heeft uitgestippeld in het kader van MiFID. MiFID streeft naar meer concurrentie en transparantie op de financiële markten door het bevorderen van het grensoverschrijdend effectenverkeer en de afschaffing van het beursmonopolie. Principes van toepassing op de uitvoering van orders in financiële instrumenten Een van de basisprincipes van MiFID is het principe van ‘Best Execution’. Dit houdt in dat financiële tussenpersonen alle redelijke stappen moeten nemen om bij de uitvoering van orders in financiële instrumenten op consistente wijze het best mogelijke resultaat te bereiken voor de cliënten. Deutsche Bank vestigt er de aandacht op dat ‘Best Execution’ een middelenverbintenis inhoudt. Met andere woorden moet de bank niet voor iedere individuele transactie steeds het best mogelijke resultaat bereiken maar wel haar optimale orderuitvoeringsbeleid voor elk order toepassen teneinde het best mogelijke resultaat te bekomen in overeenstemming met haar huidige orderuitvoeringsbeleid. Uitgangspunt van het orderuitvoeringsbeleid Cliëntenorders inzake financiële instrumenten kunnen via verschillende kanalen worden uitgevoerd: op gereglementeerde markten1, maw op beurzen in België of in het buitenland, via multilaterale handelsfaciliteiten (MTF2), of via zgn. Onderhandse OTC (‘over the counter’) transacties, waarbij beleggingsondernemingen de orders voor eigen rekening uitvoeren. Dit hoofdstuk beschrijft de uitvoeringskanalen die Deutsche Bank heeft gekozen om voor de verschillende categorieën van financiële instrumenten uitgedrukt in euro of in deviezen op een consistente wijze het best mogelijke resultaat te bereiken. In voorkomend geval voor iedere betrokken transactie, zal Deutsche Bank haar cliënteel om een uitdrukkelijke toestemming vragen om een order buiten een gereglementeerde markt of MTF uit te voeren, door middel van het akkoord op de bevestiging van de transactie op het ogenblik dat het order bij de bank wordt geplaatst. Voor het merendeel van de financiële instrumenten heeft de bank een uitvoeringskanaal geselecteerd in het orderuitvoeringsbeleid. Maar het is onmogelijk om alle financiële instrumenten te dekken in dat beleid. In die gevallen waarvoor geen orderuitvoeringsregelingen zijn getroffen, zal de bank de cliënt om een uitdrukkelijke instructie verzoeken. Voorts wordt de aandacht gevestigd op het feit dat bepaalde markten (o.m. in de VS) onderworpen zijn aan specifieke orderuitvoeringsbepalingen, wetten en/of gebruiken die, naargelang van de marktomstandigheden, de markt of het handelsplatform waarop het order moet worden uitgevoerd, dwingend bepalen. Bovendien kan de uitvoeringsplaats verschillend zijn van de uitvoeringsplaats voorzien in dit optimale orderuitvoeringsbeleid indien de financiële tegenpartij (broker) waaraan de bank het order toevertrouwd heeft (in het bijzonder uit de VS) dit order uitvoert op een uitvoeringsplaats die geselecteerd is volgens de criteria van haar eigen optimale uitvoeringsbeleid in het belang van de cliënt. Dit kan er in bepaalde gevallen toe leiden dat het order buiten een gereglementeerde markt of een handelsplatform wordt uitgevoerd of dat het wordt uitgevoerd op een andere uitvoeringsplaats dan deze die door de cliënt werd opgegeven. Door het order over te maken aan de bank verklaart de cliënt zich hier uitdrukkelijk mee akkoord. Vanaf het ogenblik dat, conform de bepalingen van onderhavig orderuitvoeringsbeleid, een uitvoeringsplaats wordt geselecteerd, zal het order integraal op de betrokken plaats worden uitgevoerd. Deutsche Bank heeft de uitvoering van de orders in financiële instrumenten toevertrouwd aan het bedrijf ProCapital SA. De orders worden snel en in volgorde van aankomst behandeld, rekening houdend met de openingsuren van de distributiekanalen van de bank, tenzij dat niet mogelijk is door de aard van het order of de marktomstandigheden, of als de belangen van de cliënt een andere behandeling vereisen. Voorrang van uitdrukkelijke instructies De cliënt behoudt het recht om specifieke instructies te geven aan de bank met betrekking tot de uitvoering van een order (bv. de beurs waarop het order dient te worden uitgevoerd). Deze instructies hebben voorrang op de bepalingen van het orderuitvoeringsbeleid. Dit kan ertoe leiden dat de bank niet meer in staat is om haar beleid inzake optimale uitvoering bij de uitvoering van de betrokken orders toe te passen. Buitengewone marktomstandigheden In geval van buitengewone marktomstandigheden en/of marktverstoringen kan de bank genoodzaakt zijn af te wijken van onderhavig orderuitvoeringsbeleid. De bank zal hierbij steeds rekening houden met de belangen van de cliënt. Uitvoering van orders met een grote omvang Voor wat betreft grote orders die de markt zouden kunnen verstoren, zal de bank in samenspraak met de cliënt bijzondere zorg besteden aan het order. Dat kan tot gevolg hebben dat wordt afgeweken van het orderuitvoeringsbeleid zoals hier beschreven (bv. om de waarschijnlijkheid van uitvoering te vergroten en/of om de verstoring van de markt te vermijden en/of te beperken). Maximale geldigheidstermijnen van beursorders De geldigheidstermijn van orders gegeven door de cliënt is bepaald door de wetten, reglementen, en gebruiken van kracht en/of overeenkomsten met brokers via wie Deutsche Bank toegang heeft op de markten. Uitvoering van orders in het kader van discretionair vermogensbeheer Wanneer het de bank is toegestaan blokorders aan te wenden in het kader van het discretionair vermogensbeheer, staat het de bank vrij het uitvoeringskanaal te kiezen, inclusief de uitvoering buiten een gereglementeerde markt, voor zover dit in het belang is van de cliënt. De toestemming van de cliënt wordt gevraagd via de overeenkomst voor vermogensbeheer. 24 Deutsche Bank Herziening van het orderuitvoeringsbeleid Deutsche Bank verbindt er zich toe haar orderuitvoeringsbeleid minstens jaarlijks aan een evaluatie te onderwerpen. De bank zal het orderuitvoeringsbeleid ook herzien telkens wanneer zij kennis krijgt van een wezenlijke verandering ten gevolge waarvan ze niet langer kan waarborgen om op consistente basis het best mogelijke resultaat te behalen via de geselecteerde kanalen. De bank zal de cliënt informeren over elke belangrijke wijziging van onderhavig orderuitvoeringsbeleid. Voorts is het orderuitvoeringsbeleid beschikbaar in alle Financial Centers van de bank alsook op haar website www.deutschebank.be. Orderuitvoeringsbeleid voor de verschillende categorieën van financiële ­instrumenten Beursgenoteerde aandelen - warranten - certificaten - trackers Criteria voor de selectie van markten Deutsche Bank gaat ervan uit dat de cliënt vooral geïnteresseerd is in de best mogelijke prijs, rekening houdend met alle kosten die verbonden zijn aan de uitoefening van het order. De bank waakt ook over andere relevante criteria, zoals de marktomstandigheden, de waarschijnlijkheid van uitvoering en afwikkeling, de snelheid van uitvoering, de omvang en de aard van het order of het veiligheidsniveau inzake afwikkeling en uitvoering van de orders. Selectie van de uitvoeringsplaats voor de aankoop Wanneer het effect slechts op één van de markten verhandelbaar is, zal het aankooporder geplaatst worden op die markt. Wanneer het effect op meer dan één van de markten verhandelbaar is, zal het aankooporder op de thuismarkt worden uitgevoerd. Deutsche Bank is van oordeel dat, globaal genomen, de thuismarkt in principe het meest beantwoordt aan de criteria inzake liquiditeit en snelheid van uitvoering van het order. In afwijking van dit principe is voor de volgende effecten de thuismarkt niet de meest liquide markt. De orders zullen in principe worden uitgevoerd op de volgende meest liquide markt: • APERAM (LU0569974404) Euronext Amsterdam • RTL GROUP (LU0061462528) Euronext Bruxelles • ARCELORMITTAL (LU0323134006) Euronext Amsterdam • SES SA (LU0088087324) Euronext Paris • FOYER SA (LU0112960504) Euronext Bruxelles • SOPHEON PLC (GB00B8CLGJ79) Euronext Amsterdam • ROYAL DUTCH SHELL (GB00B03MLX29) Euronext Amsterdam • STMICROELECTRONICS (NL0000226223) Euronext Paris 2016 25 Gezien het beperkte aantal uitvoeringsplaatsen beschikbaar via het Online Banking kanaal en het feit dat de thuismarkt niet noodzakelijk beschikbaar of open is op het moment van de transactie, is de Bank van oordeel dat voor de aankooporders doorgegeven via Online Banking, de meest liquide markt (met andere woorden, waar het grootste volume aan transacties wordt verwerkt) diegene is die op regelmatige wijze het beste resultaat biedt. Daarom is de per default voorgestelde markt voor de via Online Banking doorgegeven aankooporders, de markt die, in het aanbod van de bank, op dat moment open is en de grootste liquiditeit biedt (het grootste volume van transacties van de 4 voorbije weken op basis van de informatie ter beschikking gesteld door onze data provider). De cliënten mogen enkel trackers (ook Exchange Traded Funds (ETF) genoemd) kopen die over een KIID beschikken (Essentiële Beleggersinformatie – Key Investor Information Document). Via alle beschikbare kanalen die toegang geven tot de bank wordt Euronext standaard als uitvoeringsplaats voorgesteld omwille van de lagere kosten. Als Euronext niet beschikbaar is, wordt het aankooporder uitgevoerd op de meest liquide markt die in het aanbod van de bank beschikbaar is. In afwijking op de regels die hierboven werden toegelicht voor aandelen, warrants, certificaten en trackers die op de beurs noteren, kunnen cliënten die dat wensen, een andere markt selecteren op basis van de lijst van uitvoeringsplaatsen die de bank voor een bepaalde ISIN-code voorstelt. De bank kan haar beleid inzake optimale uitvoering dan niet toepassen bij de uitvoering van dat order. Selectie van de uitvoeringsplaats voor de verkoop In principe worden verkooporders doorgegeven via alle kanalen automatisch uitgevoerd op de markt waar het effect werd aangekocht. Indien het effect afkomstig is van een transfer of fysieke afgifte, zal de verkoop worden uitgevoerd op de markt waaraan het effect toegekend werd. Door het verkooporder door te geven, geeft de cliënt derhalve de instructie aan de bank om het order op de voornoemde markt uit te voeren. Limietorders die niet onmiddellijk kunnen worden uitgevoerd of orders zonder limiet die niet integraal kunnen worden uitgevoerd, worden geplaatst op de uitvoeringsplaats die overeenkomstig bovenstaande regels wordt vastgelegd. Zodra deze orders bij een uitvoeringsplaats geplaatst zijn, blijven zij bij de betrokken uitvoeringsplaats voor verdere uitvoering of tot de geldigheidsdatum van het order verstreken is. Euronext De bank heeft ingetekend op het ‘Best of Book’-aanbod van Euronext voor de orders die op die markten (Parijs, Brussel, Amsterdam en Lissabon) verhandeld worden. ‘Best of Book’ is een service van Euronext die erop gericht is om particuliere beleggers de best mogelijke uitvoering van hun orders te garanderen. Gespecialiseerde ‘liquidity providers’ zorgen voor betere prijzen voor de retailstroom en de service is onderdeel van het betrouwbare en gereglementeerde Centrale Orderboek van Euronext. De meest liquide waarden uit de nationale huisindexen van Euronext (AEX, AMX, BEL 20, CAC 40, Next20, CAC Mid 60 en PSI 20) komen in aanmerking voor Best of Book. Obligaties en andere interestdragende effecten Deutsche Bank biedt de cliënt de mogelijkheid om obligaties en andere vastrentende effecten (inclusief zero bonds) te kopen of te verkopen. Informatie over het bestaande productassortiment, de prijs en andere toepasselijke voorwaarden kan op aanvraag verkregen worden bij de Bank. De Bank bepaalt de uitvoeringsplaats voornamelijk in functie van het bereiken van het best mogelijke resultaat voor de cliënt. Het best mogelijke resultaat wordt bepaald op basis van de totale tegenprestatie, dit wil zeggen de prijs van de obligatie en alle kosten verbonden aan de uitvoering van het order. De obligatiemarkt wordt voornamelijk beïnvloed door de interbancaire markt die de referentieprijs bepaalt. Dit heeft als gevolg dat de orders van de particuliere cliënten niet noodzakelijk uitvoerbaar of toegankelijk zijn aan de prijzen geleverd door de dataleveranciers of aan de indicatieve prijzen gepubliceerd op de gereglementeerde markten. De prijzen zijn voornamelijk afhankelijk van de vraag en aanbod en van de beschikbare liquiditeit. In het geval dat het een obligatie betreft onderworpen aan een notering op een gereglementeerde markt, zal de bank ook rekening houden met de beschikbare liquiditeit. De aankoop- en verkooporders met betrekking tot obligaties worden in principe uitgevoerd met de Bank als tegenpartij van de cliënt. Effecten worden gekocht of verkocht tegen een vaste prijs die met de cliënt wordt overeengekomen (­transactie aan vaste prijs). Deutsche Bank komt haar optimale uitvoeringsverplichting na door prijzen te hanteren die in lijn liggen met de marktprijs op het moment van de transactie (fair market price). Indien het uitvoeren van orders met betrekking tot obligaties die genoteerd zijn op een voor de broker van de Bank toegankelijke gereglementeerde beurs, via die beurs een kennelijk betere prijs voor de cliënt oplevert, en de liquiditeit van de obligatie voldoende is opdat het order kan worden uitgevoerd op die gereglementeerde beurs, zal de Bank, in afwijking van bovenvermeld principe, het order rechtstreeks via die gereglementeerde beurs uitvoeren. Aankopen in perpetuele obligaties (inbegrepen voorwaardelijk converteerbare schuldinstrumenten) uitgegeven door banken of verzekeringsinstellingen zijn niet aanvaard. De aankoop- en verkooporders op de secundaire markt met betrekking tot Belgische Staatsbons, alsook obligaties waarvan de rating lager is dan BBB- (non investment grade) of zonder rating of waarvoor de bank zich niet als directe tegenpartij wenst op te stellen, worden in principe uitgevoerd conform de volgende prioriteit: rechtstreeks op de gereglementeerde beurs voor de effecten die genoteerd worden op Euronext (Brussel, Parijs, Amsterdam) of op de beurs van Luxemburg; in de andere gevallen, ‘over the counter’ (OTC) met de Bank als tegenpartij of via de boeken van een andere broker indien dit in het belang van de cliënt is aan een bepaalde prijs die met de cliënt wordt overeengekomen (transactie aan vaste prijs). Indien het een groot order betreft zal de bank het beste uitvoeringskanaal kiezen in functie van de prijs en van de liquiditeit. De orders met een koers limiet of een datum limiet zullen enkel aanvaard worden voor obligaties genoteerd op Euronext (Brussel, Parijs, Amsterdam) of op de beurs van Luxemburg en zullen steeds op een van deze gereglementeerde beurzen worden uitgevoerd. De cliënt dient zijn uitdrukkelijke toestemming te geven om een transactie die betrekking heeft op een financieel instrument dat noteert op een gereglementeerde markt, buiten deze markt uit te voeren (bv als de Bank of een broker als tegenpartij van de cliënt optreedt). 26 Deutsche Bank Gestructureerde schuldinstrumenten en Certificaten (buiten beurs) De bank biedt notes / certificaten aan uitgegeven door zowel Deutsche Bank groep-entiteiten als door derde emittenten voor inschrijving, aankoop, verkoop en terugkoop tegen een vaste prijs (vasteprijstransactie). Voor deze transacties die niet via de beurs zijn uitgevoerd, wegens het lage verhandelde volume, is Deutsche Bank steeds tegenpartij van de cliënt. Informatie over het bestaande productassortiment, de prijs en andere toepasselijke voorwaarden kan op aanvraag verkregen worden bij de bank. Deutsche Bank komt haar optimale uitvoeringsverplichting op de secundaire markt na door prijzen te hanteren die in lijn zijn met de marktprijs op het moment van de transactie (fair-marketprice). Op de primaire markt worden de regels van het uitgifteprospectus nageleefd. De cliënt dient zijn uitdrukkelijke toestemming te geven om een transactie die betrekking heeft op een financieel instrument dat noteert op een gereglementeerde markt, buiten deze markt uit te voeren (bv als de bank als tegenpartij van de cliënt optreedt). Deelbewijzen in instellingen voor collectieve belegging De activaklassen van de fondsen die in het aanbod van de bank beschikbaar zijn, werden geselecteerd op basis van de voorwaarden van het prospectus en de kosten. De bank voert instap- en uitstaporders met betrekking tot deelbewijzen in fondsen alsook orders tot compartimentswijziging binnen een beleggingsvennootschap uit tegen de netto-inventariswaarde, desgevallend vermeerderd met de instap/uitstap/ compartimentswijzigingsprovisie. Voor meer details in dit verband wordt verwezen naar het prospectus en de tarievenfiche van het betrokken fonds. Instaporders, uitstaporders alsook orders tot compartimentswijziging worden door de bank overgemaakt aan de transferagent van het fonds of indien van toepassing, aan een centraliserende agent die het order naar de transfertagent van het fonds doorstuurt. Voor elk fonds dat in het aanbod van de bank beschikbaar is, geldt een uiterste tijdstip (op basis van het officiële uiterste tijdstip dat in het prospectus staat en de technische voorwaarden voor het doorsturen van het order naar de transferagent of het centraliserende kantoor). Orders die na het uiterste tijdstip worden ontvangen, worden beschouwd als ontvangen voor de volgende verhandelingsdag van de deelbewijzen van het betrokken fonds. Voornaamste uitvoeringskanalen en -plaatsen waarop de bank een beroep doet Deutsche Bank heeft de uitvoering van de orders in bepaalde financiële instrumenten toevertrouwd aan het bedrijf ­ProCapital SA, dat rechtstreeks of via brokers toegang heeft tot de volgende uitvoeringsplaatsen. Deze lijsten kunnen aan veranderingen onderhevig zijn. Lijst van de voornaamste gereglementeerde markten Naam van de markt Landen AMEX1 USA Athens Stock Exchange Greece Australian Stock Exchange Australia Berlin Stock Exchange Germany Copenhagen Stock Exchange Denmark Frankfurt Stock Exchange Germany Helsinki Stock Exchange1 Finland Hong Kong Stock Exchange Hong Kong Irish Stock Exchange Ireland Johannesburg Stock Exchange South Africa London Stock Exchange1 UK Luxembourg Stock Exchange2 Luxembourg Madrid Stock Exchange Spain Milan Stock Exchange Italy Munich Stock Exchange Germany NASDAQ1 USA 1 New York Stock Exchange1 USA NYSE Euronext Amsterdam1 2 The Netherlands NYSE Euronext Bruxelles1 2 Belgium NYSE Euronext Lisbon Portugal NYSE Euronext Paris1 2 France Oslo Stock Exchange Norway Singapore Stock Exchange Singapore Stockholm Stock Exchange Sweden Stuttgart Stock Exchange Germany Tokyo Stock Exchange Japan Toronto Stock Exchange Canada Vienna Stock Exchange Austria Six Swiss Exchange1 Switzerland Xetra1 Germany Lijst van de voornaamste brokers geselecteerd door ProCapital Knight Capital (voor aandelen) Winterflood (voor aandelen en obligaties en andere ­interestdragende effecten) Pershing (voor aandelen) Deviezen Enkel de effecten uitgedrukt in een van de volgende deviezen zijn aanvaard: AUD BRL (wisselkoers rechtstreeks gelinkt aan EUR of USD) CAD CHF CZK EUR DKK GBP HKD HUF JPY NOK NZD PLN SEK SGD THB TRY USD ZAR 1 2 markten beschikbaar via Online Banking markten ook toegankelijk voor obligaties 2016 27 MiFID is een feit. Wat moet u concreet doen? Wij nodigen u uit om de vragenlijst ‘Mijn Financial ID’ in te vullen. Dat vraagt ongeveer 30 minuten tijd. Aan de hand van uw antwoorden krijgt u uw beleggersprofiel, op basis van objectieve criteria (uw persoonlijke financiële situatie, uw financiële doelstellingen, uw leeftijd, uw gezinssituatie…), maar ook een aantal subjectieve criteria (uw houding tegenover risico, uw verwachtingen wat betreft rendement, enz.). Wij beschikken zo over de noodzakelijke gegevens om u beleggingsadvies te geven conform uw verwachtingen. X Via uw beveiligde Online Banking site, waar u de vragenlijst online kunt invullen. Dit is wellicht de eenvoudigste en meest comfortabele manier. X Bij uw volgende bezoek aan uw Financial Center zal uw vertrouwde gesprekspartner vragen om de vragenlijst samen in te vullen Deutsche Bank AG, Taunusanlage 12, 60325 Frankfurt am Main, Duitsland, HR Frankfurt am Main HRB nr. 30000. Deutsche Bank AG Bijkantoor Brussel, Marnixlaan 13-15, 1000 Brussel, België, RPR Brussel, BTW BE 0418.371.094, IBAN BE03 6102 0085 7284, IHK D-H0AV-L0HOD-14. V. U.: Steve De Meester. Versie: juni 2017.