Begrippenlijst BRD = de democratische/kapitalistische ‘Bundes Republik Deutschland’ Brezjnjev-doctrine = opgesteld in 1968 als een reactie op de Truman-doctrine: overal waar communistische landen bedreigd worden door het kapitalisme komt de SU te hulp Brezjnjev = leider van SU, hij volgt Chroesjtov op in 1964 Ceausescu = communistisch leider van Roemenië Charta ’77 = burgerrechtenbeweging in Tsjecho-Slowakije, grote voorman: Havel Chroesjtsjov, Nikita= Chroesjtsjov was leider van de SU in 1953-1964 communisme = productiemiddelen in handen van de staat, iedereen verdient evenveel. Het maakt niet uit hoeveel iemand werkt containment-politiek = overal op de wereld waar volken bedreigd werden in hun vrijheid zouden de Verenigde Staten dat volk bijspringen met economische en eventueel militaire hulp Ingevoerd door Truman in 1947 DDR = de communistische ‘Deutsche Demokratische Republik’ dekolonisatie = het proces waarbij kolonies zelfstandig worden van het moederland. Op gang gekomen doordat er in veel Aziatische koloniën geen kolonisatoren meer waren Diem, Ngo Dinh = Diem was een Vietnamese katholieke en kapitalistische president, die in het zuiden regeerde en gesteund werd door VS. Er was veel protest tegen repressieve beleid van Diem Dien Bien Phoe = stad/dorp in Noord Vietnam→1954: Frankrijk wordt verslagen → akkoorden van Geneve dominotheorie = als 1 land communistisch word, zullen de landen eromheen ook communistisch worden Dubcek = president in Tsjecho-Slowakije, hij voert veranderingen door ten koste van het communisme, hier gaat de SU niet mee akkoord en valt TS binnen => Praagse Lente Geneefse akkoorden = 1.Fransen verlaten Vietnam 2.Noord Vietnam voor de Vietminh Zuid Vietnam onafhankelijk 3.Er mogen geen vreemde troepen in Vietnam aanwezig zijn glasnost = (openheid)→meer politieke vrijheid→de Partij beslist niet meer alleen. In 1989 kwamen er parlementsverkiezingen Gorbatsjov = politiek leider van de SU vanaf 1985 Havel = leider van de burgerrechten beweging in Tsjecho-Slowakije Ho Chi Minh = communistische leider van Noord-Vietnam Hongaarse opstand = op 24 oktober 1956 brak een massale volksopstand uit tegen het stalinistische bewind in Hongarije invloedssferen = de gebieden waarbinnen de Kapitalistische en de Communistische staten/partijen invloed hebben Johnson = vice-president onder Kennedy, wordt president na de dood van Kennedy kapitalisme = een politiek-economisch systeem dat onder andere gekenmerkt wordt door het private bezit van de productiemiddelen. Ieder voor zich Kennedy = John Kennedy (JFK) (29 mei 1917 - 22 november 1963) was president van de VS in 19611963 NAVO = Noord-Atlantische VerdragsOrganisatie (North Atlantic Treaty Organisation - NATO) Een na de Tweede Wereldoorlog opgerichte organisatie ter ondersteuning van het Noord-Atlantische Verdrag dat in Washington op 4 april 1949 werd getekend. Militair bondgenootschap Nixon = gekozen president, na Johnson aan de macht oorlog in Afghanistan = oorlog tussen SU en Afghanistan van 1979 tot 1989 perestrojka = (herstructurering)→meer economische vrijheid. Meer ruimte voor particulier initiatief, omvorming Russische mentaliteit→weg met corruptie, passiviteit en drankzucht Praagse Lente = Alexander Dubček schafte in Tsjechië de censuur af, zodat de mensen toegang kregen tot informatie over de wereld buiten de communistische staten, en er in de kranten niet enkel partijpropaganda te lezen stond (etc.). Deze vernieuwingen brachten een golf van protestbewegingen en demonstraties teweeg in het land Russen grijpen in in 1968 satellietstaten = communistische staten die direct of indirect onder het bewind van de SU staan Solidariteit = van oorspong een Poolse vakbond, in 1980 eisen ze meer vrijheid, o.l.v. Lech Walesa spoetnik = hiermee wordt de eerste succesvolle ruimtevlucht gemaakt, gemaakt door de Russen om de VS af te schrikken in de wapenwedloop Tet-offensief = (Tet=Nieuwjaar)→Vietcong valt op de Vietnamese Nieuwjaarsdag overal Amerikaanse doelen aan→De Vietcong raakt hierdoor vrijwel uitgeschakeld, alle leiders komen om en de wapens zijn ze kwijt Tonkin-incident = casus belli(=reden voor oorlog) van Johnson: er zou een marine schip aangevallen zijn bij Vietnam (1964) Truman-doctrine = de VS helpt vrije volken die van binnenuit of van buitenaf bedreigd worden door onvrije krachten vietcong = ondergrondse beweging in Zuid-Vietnam (guerillastrijders) vietminh = communistische beweging in Noord-Vietnam, tegen de VS, leger van Ho Chi Minh volksdemocratieën = een democratie waarbij het volk alle macht in eigen handen heeft (het uiteindelijke doel van het communisme) vreedzame coëxistentie = (1958-1960) Het was een plan van Chroetsjov dat betekende dat niet het systeem van het kapitalisme overal vernietigd moest worden, maar dat de twee systemen (kapitalisme en communisme) naast elkaar konden bestaan Walesa, Lech = eerste democratisch verkozen president van Polen wapenwedloop = wedloop tussen de Sovjet Unie en de Verenigde Staten om verbeterde, en meer, kernwapens te produceren gedurende de Koude Oorlog warschaupact = een militair bondgenootschap van communistische landen in Oost-Europa, de tegenhanger van de NAVO Opgericht door Stalin 1955 wederzijdse afschrikking = i.v.m. wapenwedloop tussen SU en VS als de een zal beginnen met schieten, gaat de ander ook schieten, door daar beide mee te dreigen gaat als het goed is geen van beide schieten Jaartallenlijst 1945: Ho Chi Minh roept onafhankelijkheid van Vietnam uit 1949: China communistisch 1954: Dien Bien Phoe (stad/dorp in Noord Vietnam)→Frankrijk wordt verslagen 1954: Conferentie van Genève: -Fransen verlaten Vietnam -Noord Vietnam voor de Vietminh Zuid Vietnam onafhankelijk -Er mogen geen vreemde troepen in Vietnam aanwezig zijn 1956: Hongaarse opstand (Imre Nagy versoepelt communisme in Hongarije) 1960 - 1975: Oorlog in Vietnam 1964: ”Tonkin-incident (casus belli(=reden voor oorlog) van Johnson: er zou een marine schip aangevallen zijn bij Vietnam) →Congres neemt Tonkin-resolutie aan: Johnson krijgt toestemming om als hij dat nodig vindt Noord Vietnam de oorlog te verklaren 1968: Praagse lente(opstand onder leiding van Dubçek en Svoboda) 1968: Tet-offensief (Tet = Nieuwjaar)→Vietcong valt op de Vietnamese Nieuwjaarsdag overal Amerikaanse doelen aan →De Vietcong raakt hierdoor vrijwel uitgeschakeld, alle leiders komen om en de wapens zijn ze kwijt 1972: Amerikaanse troepen beginnen weg te trekken uit Vietnam 1973: Parijse akkoorden: (=>Einde Vietnam oorlog) -VS trekken zich terug uit Vietnam -Noord Vietnam houdt de door hen veroverde gebieden in Zuid Vietnam (‘pantervelconstructie’) 1975: Vietminh verovert Zuid Vietnam => Eenwording Vietnam onder communisme 1980: Oprichting Solidariteit, vakbondsbeweging in Polen, olv Wech Walesa 1985: Gorbatsjov aan de macht 1989: Solidariteit wint Poolse verkiezingen 1989: Democratische verkiezingen in Hongarije 1989: Val van de Berlijnse Muur 1990: Duitse eenwording 1990: Wech Walesa president van Polen 1991: Uiteenvallen Sovjet Unie