Emissies en ketenmanagement TNO | Kennis voor zaken Scoren met de Eco-efficiency analyse met TNO Sportclubs investeren in talent om hun doel te bereiken. Dat doen ze voor de Champions League, een Europese of een nationale titel of om gewoon op regionaal niveau de beste te worden. Als het talent desondanks niet doorbreekt, wordt het bestuur doorgaans nerveus omdat het succes uitblijft. Duurzaam Ondernemen lijkt daar veel op. Met dit verschil, dat ondernemingen/overheden van te voren niet weten hoe de bal zal rollen als men milieudoelstellingen en investeringen tegen elkaar afweegt. De Eco-efficiency analyse met TNO geeft de beste garanties op een goede score als bedrijven en overheden ECOlogisch en ECOnomisch verantwoord willen innoveren. Corel© Economische indicator 0 Minder milieubelasting Ecologische indicator Overgang van eco-inefficiënt naar eco-efficiënt De Eco-efficiency analyse door TNO is een modelmatige benadering die op eenvoudige wijze grafisch inzichtelijk maakt wat de milieu- en de kosteneffecten zijn van (gecompliceerde) innovaties. Voor de bepaling van milieu- en kosteneffecten gebruikt TNO de volgende gestandaardiseerde methoden. – voor de milieu-analyse de Life Cycle Assessment methode (LCA); – voor de kostenanalyse de Life Cycle Costing methode (LCC). “De Eco-efficiency analyse met behulp van de grafische presentatie is ontwikkeld door BASF in 1997. TNO is met dit concept verder gegaan en past eventueel de presen- 046nBenO 19-04-07 tatie aan, afhankelijk van externe wensen. Voor de berekening van de 1 1 Kostenreductie 0 Scores van een systeem kun je gemakkelijk beoordelen. Systemen in de rechterbovenhoek zijn eco-efficiënt (het beste). Die in de linker onderhoek zijn eco-inefficiënt (het slechtste). De afstand tot de referentielijn zegt iets over de mate van eco(in)efficiency. ecologische en economische indicator gebruikt zij haar eigen modellen.” Voorbeelden waarvoor de Eco-efficiency analyse werd gebruikt en twee andere voorbeelden Zes opties voor de verwerking van kunststofverpakkingen Vijf opties voor de verwerking van koelkasten Onderstaande figuur toont de eco-efficiency waarden voor enkele verwijderingsopties van afgedankte koelkasten. Vanwege de Vanuit eco-efficiency overwegingen is hergebruik van kunststof- ontwijkende CFK’s scoort de optie storten slecht. materiaal tot een bepaald niveau het aantrekkelijkst. In welke mate, dat onderzocht TNO voor APME (Association of Plastic Manufacturers in Economische indicator 0 Storten Ecologische indicator Europe). Er is duidelijk een milieuverbetering bij 15% materiaal hergebruik + 85% verbranden met huisvuil, incl. energieterugwinning, in plaats van de optie storten (De kosten van beide opties zijn vergelijkbaar). Dat kunt u in onderstaande figuur aflezen. 0,5 Economische indicator 0 Integrale verbranding Recycling metalen, partiële recycling kunststoffen en verbranding rest kunststoffen Recycling metalen en verbranden met energieterugwinning van de kunststoffen Recycling metalen en feedstock recycling (pyrolyse) van de kunststoffen Ecologische indicator 1 0,5 1 0,5 0 Figuur 2 Afgedankte koelkasten met CFK’s (Onderzoek voor APME, 2002). Bij toepassing van de andere verwijderingsopties is altijd sprake van lekkende CFK’s. Daarom is de relatieve milieubelasting altijd groter dan de te maken relatieve kosten voor verwijdering. Dit is de reden dat de punten van de te vergelijken vijf opties nagenoeg op een verticale lijn liggen. Wat betreft milieubelasting is er een groot verschil tussen storten en de vier andere opties. De punten van deze opties liggen nagenoeg op elkaar. 1 0,5 0 landf Integrale inzameling (met andere afvalcomponenten) en storten daarna NOW Het gemiddeld bestaande concept in Europa; integrale inzameling met daarna storten of verbranden en gescheiden inzameling, gekoppeld met recycling van kunststoffen R15 15% recycling van industriële en huishoudelijke verpakkingen en 85% verbranding (incl. energie terugwinning) R25y 25% recycling van industriële verpakkingen (foliën, kratten etc.) en huishoudelijke verpakkingen, verbranding van de rest met warmteterugwinning R35y 35% recycling van industriële en huishoudelijke verpakkingen en 65% verbranding met energieterugwinning R50y 50% recycling van industriële en huishoudelijke verpakkingen en 50% verbranding met energieterugwinning Figuur 1 Verwerking kunststof verpakkingen (Onderzoek voor APME, 2001). Maar hoe zit dat bij de andere opties? Door de CFK’s te vervangen door andere gassen verandert het beeld. Dat ziet u in figuur 3. Economische indicator 0 Storten Ecologische indicator 1 0,5 Integrale verbranding Recycling metalen, partiële recycling kunststoffen en verbranding rest kunststoffen Recycling metalen en verbranden met energieterugwinning van de kunststoffen Recycling metalen en feedstock recycling (pyrolyse) van de kunststoffen 1 1 0,5 0 Figuur 3 Vervanging CFK’s door andere gassen. Na het bereiken van een niveau (tussen de 15 en 20%) resulteert een hoger materiaalhergebruik niet in een verbetering van de eco-efficiency. Dan verandert de milieu-indicator nog wel sterker dan de economie Hergebruik van grote stromen, relatief schone en homogene kunst- indicator, maar de dominantie verdwijnt. Ook zijn er duidelijke stoffen is namelijk reeds geïmplementeerd. Een hoger hergebruik verschillen tussen de vier opties. In dit geval is recycling van metalen vraagt gescheiden inzameling, mechanische opwerking en reinigings- en kunststoffen uit koelkasten wat betreft eco-efficiency aantrekkelijker. processen van meer vervuilde kunststof verpakkingen. Deze extra activiteiten verhogen de kosten aanzienlijk en de milieuwinsten zijn Verschillende verpakkingen voor frisdranken marginaal (bij meer hergebruik verschuiven de punten als het ware horizontaal naar links in figuur 1). Deze eco-efficiency berekeningen Het kan ook zijn dat verbeteropties of alternatieven opgebouwd zijn uit laten duidelijk zien, dat er ergens een omslagpunt is en dat dan deelactiviteiten/processen met ieder hun eigen variatie. Dan kunnen energieterugwinning met een hoog rendement concurrerend wordt met gevoeligheidsanalyses zichtbaar maken welke opties/scenario’s het materiaalhergebruik van te scheiden verontreinigde mengsels met meest gevoelig zijn voor deze variaties. Een dergelijk onderzoek voerde kunststof verpakkingen. TNO uit voor APEAL (The Association of European Producers of Steel for Packaging). Eco-efficiency grafieken tonen hoe groot de gevoeligheid Economische indicator 0,4 voor de variatie binnen het totale systeem is. Een voorbeeld waarbij systeemparameters heeft berekend, is getoond in figuur 4. Ecologische indicator TNO voor een aantal verpakkingssystemen voor dranken de variatie in Electrochemisch Oplossing 1,0 Fermentatie Economische indicator Granules Ecologische indicator 0 0,5 Planten 1,6 1 0,5 0,4 Figuur 5 Vijf productieprocessen voor indigoblauw Stalen blikje (Bron BASF, Ludwigshaven, Duitsland). Aluminium blikje Glazen fles hervulbaar Glazen fles eenmalig gebruik 1 1,0 1,6 0 BASF heeft de R&D-inspanningen in het elektrochemische proces sterk geïntensiveerd en die in het biotechnologische alternatief sterk afgebouwd. Het succes van deze maatregelen op basis van de ecoefficiency analyse is dat het marktaandeel van de indigo oplossing is toegenomen van 2% naar 40% binnen 2 jaar. BASF heeft nu een Figuur 4 Voorbeeld van spreiding in de eco-efficiency analyse milieuvriendelijk proces om indigoblauw te produceren. (Onderzoek voor APEAL, 2002). Opties voor energievoorziening in woningen Belangrijke parameters van de verpakking die variëren zijn o.a. gewicht, hoeveelheid gerecycled materiaal, het afvalscenario en de De gemeente Apeldoorn wilde voor twee bestaande woonwijken weten transportafstand tussen afvuller en supermarkt. In deze eco-efficiency welke lange termijn opties er zijn voor energiebesparing. De huidige grafiek is sprake van afzonderlijke punten. Hier ziet u puntwolken situatie is zeer conventioneel: een CV-ketel levert hoofdzakelijk rondom een gemiddelde waarbinnen het systeem zich bevindt. Door de ruimteverwarming en tapwater. Het elektriciteitsnet levert spreiding in eco-efficiency van de systemen en een grote overlap van hoofdzakelijk de elektriciteit voor verlichting. Groene stroom levert systemen, is er geen significant verschil in eco-efficiency. De conclusie naast een lichte kostenbesparing een vermindering van de is dat beoordeling van één van die verpakkingssystemen op basis van milieubelasting door een geringere CO2-uitstoot. Energie besparen door slechts één waarde per systeem tot onjuiste bevindingen kan leiden. het verbeteren van de isolatie van de woningschil (gevels, vloeren en daken) gecombineert met een HR-ketel levert een duidelijke kostenbe- Procesinnovatie sparing op door een lager aardgasverbruik. Tegelijkertijd levert dit ook een duidelijk milieuvoordeel op. Bij het gebruikmaken van (industriële) BASF in Ludwigshafen heeft op basis van de eco-efficiency analyse een restwarmte moet tevens een gasgestookte hulpketel worden ingezet. aantal productieprocessen op een rijtje gezet. Het ging om de productie Dit levert op de lange termijn een duidelijk milieu-voordeel op. De van indigoblauw, een kleurstof voor jeans. kosten van het gasverbruik dalen hierdoor maar er komen wel kosten 1. Een conventioneel proces toegepast tot 1998, voor de productie voor de distributie van de restwarmte voor in de plaats. De totale indigoblauw als granule; een verfproces met reductiemiddel kosten blijven vergelijkbaar met de conventionele situatie. Figuur 6 laat hydrosulfiet. duidelijk zien dat de meest economisch interessante optie, energie- 2. Productie van indigoblauw als poeder vanuit de indigoferaplant. Er is gebruik gemaakt van een traditioneel verfproces. 3. Biotechnologische productie van de indigogranules door fermentatie. De verfafdeling gebruikt eveneens hydrosulfiet als besparing, ook grote milieuvoordelen geeft. Een optie met een iets hogere eco-efficiency is de benutting van restwarmte. Het gebruik van groene stroom heeft een eco-efficiency die tussen de huidige situatie en de twee andere opties ligt. reductiemiddel. 4. BASF ontwikkelde een proces, waarbij indigo als een 40% oplossing Economische indicator 0 Ecologische indicator wordt geproduceerd. De verfafdeling gebruikt dan minder hydrosulfiet. 5. Het meest innovatieve proces: de synthetische productie van indigo als een 40%-oplossing. Voor de reductie wordt elektriciteit gebruikt. De volgende conclusies zijn uit figuur 5 af te leiden. Productie vanuit 0,5 planten is erg duur, vanwege de lage indigoconcentratie (< 1%) en kent een relatief hoge milieubelasting. Toepassing van het proces met de een besparing van de kosten en is daarom het meest eco-efficiënt. BASF heeft op basis van deze analyse in 1999 geïnvesteerd in het productieproces, gebaseerd op de 40%-oplossing. Groene stroom Energiebesparing 40%-oplossing geeft een gereduceerde milieubelasting en toepassing van de elektrochemische variant is nog beter voor het milieu én geeft Conventioneel Benutting restwarmte 1 1 0,5 0 Figuur 6 Energiebesparingsopties voor een woningproject in Apeldoorn. Emissies en ketenmanagement Scoren met de Eco-efficiency analyse met TNO TNO Bouw en Ondergrond Is de Eco-efficiency analyse iets voor u? Met de vijf voorbeelden en de zes figuren hebben we duidelijk proberen te maken hoe de eco-efficiency analyse werkt en wat u ermee kunt. Als u duurzaam wilt innoveren, is de Eco-efficiency analyse wellicht ook iets voor u. Waar kun je de Eco-efficiency methode gebruiken? – Op procesniveau, bij verandering van productieprocessen. – Op het niveau van productieketens. – Bij productontwikkeling. – Bij systeeminnovaties. – Bij maatschappelijk innovaties. De Eco-efficiency analyse is er dus voor bedrijven, branches, overheden, consumenten- en milieuorganisaties. Het bepaalt of gewenste innovaties c.q. veranderingen inderdaad passen bij maatschappelijk verantwoord ondernemen. Vergelijking van een optie met alternatieven of de bestaande situatie geeft grafisch inzicht over de raadzaamheid een optie door te voeren. Bezoekadres Laan van Westenenk 501 7334 DT Apeldoorn Postadres Postbus 342 7300 AH Apeldoorn www.tno.nl [email protected] Informatie Ir. A.M.M. Ansems T 055 549 39 37 F 055 549 32 52 [email protected] Innovatiemogelijkheden met de Ecoefficiency analyse – Procesinnovatie met energie- en waterbesparing. – Nieuw ontwerp product. – Toepassing vernieuwbare grondstoffen. – Substitutie toxische toeslagstoffen. Eco-efficiency is ook een – Introductie duurzaam bedrijventerrein. management strategie tool voor: – Overschakeling naar extensieve veehouderij. Communicatie met klanten. – Beperkingen/alternatieven bestrijdingsInzicht in de kansen voor investeerders. middelen. Productstrategieën. – Decentrale duurzame energievoorziening. Verhoging van marktkansen. – Fabriek van de toekomst. Verbetering van een product of materiaal. – Aanpassing vervoer gevaarlijke stoffen. Ondersteuning verkoopargumenten. – Innovatie distributie en logistieke Onderbouwing bij de opinievorming. processen. – Winnen van drinkwater Economische indicator uit zeewater. 0 – Infrastructurele innovatie beslissingen. Ecologische indicator – – – – – – – – Herinrichting locale/regionale economie. – Infrastructurele veranderingen. Verschillende bedrijven en branches hebben al gescoord met de Eco-efficiency analyse. Grote internationale branche organisaties als de APME (Association of Plastics Manufacturers in Europe) en een groot concern als BASF waren de eersten die gebruik maakten van de methode. Maar ook voor kleinere projecten, zoals in Apeldoorn, heeft de methode haar nut bewezen. Staat Duurzaam Ondernemen ook centraal in uw ondernemings-/bedrijfsplan én wilt u zich eens oriënteren of de eco-efficiency analyse iets voor de verbetering van uw proces, product of strategie kan betekenen? Neem dan contact met TNO op. De Eco-efficiency definitie “Eco-efficiency is a management strategy based on quantitative input-output measures which seeks to maximize the productivity of energy and material inputs in order to reduce resource con- 1 1 0 sumption and pollution/waste per unit of Innovatie in duurzame richting Alleen milieuwinst Alleen economische winst output, and to generate cost savings Figuur 7 Het principe van de Eco-efficiency analyse, dat TNO hanteert. and competitive advantage.” (OESO 1997)