Antwoorden kijkwijzer voor kinderen #6 1. Hierboven zie je een foto van een kerkuil. Vind je dat Jan Mankes zijn uil realistisch heeft geschilderd? Waarom wel of niet? Eigen mening. 2. Zie je overeenkomsten met het portret gemaakt door Hans Holbein? Zo ja, noem 3 dingen. ▪ Ze kijken dezelfde kant op ▪ Je ziet ze allebei vanaf de schouder ▪ Ze hebben hetzelfde soort kapsel 3. Vergelijk beide schilderijen. Welke verschillen zie je? Noem er minimaal drie. ▪ De ene heeft een veel lichte kleuren, de andere veel donkere ▪ De mensen op het ene schilderij lijken uit losse hoekige delen te bestaan. Op het andere schilderij zijn de mensen heel realistisch. ▪ Het perspectief bij het ene schilderij klopt niet, bij het andere wel ▪ Op het ene schilderij lijken de mensen en voorwerpen in de ruimte te zweven. 4. Denk je dat de zeppelin echt over dit gebouw heeft gevlogen? Waarom wel of niet? Eigen mening. 5. Op De Zeppelin zie je de schaduw van de mannen goed, maar het weer is niet zonnig. Hoe denk je dat dat komt? De zon komt buiten beeld achter de wolken vandaan. 6. Teken in het vak hiernaast de zon op de plek waar jij denkt dat hij zou staan. Waarom kies je deze plek? De juiste plek kan gekozen worden aan de hand van de schaduw van het beeld. Dit zal aan de rechterkant zijn. 7. Waar in zaal 2 kun je de volgende details terugvinden. Schrijf bij de afbeelding de titel van het kunstwerk. ▪ De vlinder, Raoul Hynckes ▪ Stilleven met vissen en vruchten, Wim Shuhmacher ▪ De haas, Raoul Hynckes 8. Als je goed hebt gezocht, heb je een aantal stillevens gevonden. Wat denk je dat een stilleven is? Een stilleven is een schilderij waarop geen levende dingen, zoals mensen of dieren te zien zijn (soms wel dode dieren op te zien). Meestal zijn het afbeeldingen van voorwerpen die in huis te vinden zijn, zoals bloemen, servies en etenswaren. 9. Maak met je vingers een driehoek door je duimen en wijsvingers van beide handen tegen elkaar aan de zetten. Kijk nu door je vingers naar een schilderij. Kies een paar stillevens in zaal 2 uit. Hebben deze een driehoek-compositie? Afhankelijk van de keuze. 10. Teken in het vak op de volgende pagina je eigen stilleven. Zorg dat jouw stilleven een driehoekcompositie heeft. Je mag voorwerpen tekenen die je op andere stillevens in deze zaal ziet. - 11. Weet jij hoe het kan dat het beeld beweegt? In het beeld zit een motor. Deze gaat aan wanneer er iemand voor de bewegingssensor loopt. 12. Waar denk je dat deze man naar kijkt? Eigen mening. 13. Hoeveel portretten zie je in deze zaal? 35 14. Vergelijk beide schilderijen met daarop Charley Toorop met elkaar. Welke verschillen zie je? Noem er drie. ▪ Ander kapsel ▪ Andere kleding ▪ Geen hoed ▪ Op het ene portret ziet ze er jonger uit dan op het andere ▪ Op het ene portret is ze recht van voren afgebeeld en op het andere heeft zij haar hoofd iets gedraaid. 15. Welke vind jij het meeste op een kunstenaar lijken? Waarom? Eigen mening. 16. Wat valt je op aan al deze zelfportretten van kunstenaars? Ze lachen allemaal niet. 17. Wat heeft het jongetje op zijn neus? Een luciferdoosje. 18. Vind jij dit schilderij van Fer Hakkaart een portret? Waarom wel of niet? Eigen mening. 19. Veel verzamelaars kopen niet 1 maar meerdere werken van Philip Akkerman. Zou jij een zelfportret van Philip Akkerman willen kopen? Waarom wel of niet? Eigen mening. 20. Maak hieronder in de gekleurde vakjes op de manier van Philip Akkerman fase 1 en 2 van jouw eigen zelfportret. Thuis of op school kun je fase 3 doen. 21. Wat voor een dier denk je dat dit is? Ortus is een witte neushoorn. 22. Wat denk je dat de naam Ortus betekent? De naam Ortus betekent geboorte. 23. Welke materialen zie je allemaal in zaal 4. Noem er minimaal vier. ▪ Verf ▪ Foto (glicleedruk) ▪ Flock ▪ Potlood ▪ Draad 24. Kun je deze spullen nog gebruiken? Waarom wel of niet? Eigen mening. 25. Waarom denk je dat Hans Op de Beeck voor de kleur grijs en dit zachte materiaal heeft gekozen? Eigen mening. 26. Als je goed kijkt, zie je dat er aan dit werk iets niet klopt. Wat denk je dat dat is? De meisjes op de foto zijn geen bestaande meisjes, maar een collage samengesteld uit verschillende foto’s die zijn samengevoegd. 27. Welk materiaal dat je normaal niet zo snel op een schilderij ziet, heeft Michael Raedecker gebruikt? Draad 28. Vind jij dat de kunstwerken in zaal 4 realistisch zijn? Waarom wel of niet? Eigen mening.