Sport blijft bewegen - Sportplein Groningen

advertisement
Sport blijft bewegen
sportnota Stadskanaal 2006-2015
datum
12 oktober 2006
Inhoudsopgave
Blz.
Voorwoord
1
1.
1.1
2
1.2
Inleiding
Aanleiding tot de nieuwe sportnota
1.1.1 De maatschappelijke betekenis van sport
1.1.2 Breedtesportimpuls en BOS-impuls
1.1.3 Integraal beleid
1.1.4 Financiën
1.1.5 Diversiteit in eigendom, exploitatie en beheer
Leeswijzer
2.
2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
2.6
2.7
Maatschappelijke ontwikkelingen en trends
Inleiding
Demografische ontwikkelingen
Ontwikkeling in de sport
Accommodatieontwikkelingen
Gezondheid
De rol van de lokale overheid
Aandachtspunten voor het toekomstige sportbeleid
4
3.
3.1
3.2
3.3
3.4
3.5
Huidig beleid anno 2006
Inleiding
Sportnota 1994.
Omvang sportbegroting
Sterke punten van het huidige beleid
Verbeterpunten van het huidige beleid
12
4.
4.1
4.2
4.3
4.4
4.5
Conclusies, algemene doelstelling en toekomstvisie
Inleiding
Conclusies
Uitgangspunten
Missie
Doelstellingen
17
5.
5.1
5.2
Pijlers Sportbeleid Stadskanaal
Algemeen
Sportstimulering en Ondersteuning
5.2.1 Doelgroepondersteuning
19
5.5
5.2.2 Rijkssubsidies BSI & BOS
5.2.3 Groninger Sport Model (GSM)
5.2.4 Verenigingondersteuning
5.2.5 Sportfederatie
5.2.6 Huis voor de Sport
5.2.7 Conclusie en beleidsvoornemens
Tarieven en Subsidiebeleid
5.3.1 Tarieven
5.3.2 Subsidie
5.3.3 Conclusies en beleidvoornemens
Sportvoorzieningen
5.4.1 Algemeen
5.4.2 Binnensportaccommodaties
5.4.3 Buitensportaccommodaties
5.4.4 Zwembaden
5.4.5 Niet gemeentelijke accommodaties
Conclusie en financiële paragraaf
6.
Uitvoeringsplan
5.3
5.4
Bijlagen
37
Voorwoord
Voor u ligt de sportnota van de gemeente Stadskanaal. De inhoud van deze nota bepaalt de
richting van het sportbeleid voor de komende jaren. De visie op het totale 'sportgebeuren'
geeft aan hoe het gemeentebestuur van Stadskanaal (de) sport in de genoemde periode
impulsen wil geven om in te kunnen spelen op ontwikkelingen en veranderingen.
Bij de behandeling van de gemeentebegroting 2005 is door zowel het college als de raad
aangegeven dat het belangrijk is om een lange termijn visie te ontwikkelen voor het
gemeentelijk sportbeleid. Hiervoor kunnen de volgende overwegingen gegeven worden:
1. de maatschappelijke betekenis van sport is veranderd;
2. sportstimulering en accommodatiebeheer zijn nu en in de toekomst belangrijk
voor de gemeente;
3. inspelen op signalen uit de samenleving en de burgers en organisaties betrekken
bij het sportbeleid is een belangrijk thema van het gemeentelijk beleid;
4. de exploitatiekosten van de accommodaties blijven stijgen een efficiënter gebruik
is wenselijk;
5. het sportbeleid is kaderstellend voor het vaststellen van de gemeentelijke
financiële, inhoudelijke en organisatorische bijdragen.
De nota is



opgebouwd rond drie pijlers:
Sportstimulering en ondersteuning
Tarieven en subsidiebeleid
Sportvoorzieningen
Deze drie pijlers zijn nodig om het sporten en bewegen in Stadskanaal aantrekkelijk te
houden en te maken. Deelname aan en toegankelijkheid tot het sporten vergroot de
deelname aan de leefbaarheid en levendigheid van onze gemeente.
Het sportbeleid is een ontwikkelmodel voor de komende 10 jaren, gebaseerd op de
genoemde pijlers. In het bij deze nota behorende actieplan zal worden vastgelegd wat dit
voor concrete gevolgen zal hebben.
Dit actieplan kent een kortere looptijd, namelijk een periode van vier jaar. Na vier jaar zal
het actieplan opnieuw worden aangepast, op basis van de opgedane ervaringen en
ontwikkelingen. Op die wijze blijft de gemeente adequaat inspelen op toekomstige
ontwikkelingen.
Proces
Deze nota is in nauwe samenwerking met de gemeente, de sportfederatie (als
vertegenwoordiger van de lokale sportverenigingen) en het Huis voor de Sport tot stand
gekomen. Regelmatig is overleg gevoerd met de klankbordgroep (samenstelling zie bijlage
1). Op 13 april 2005 heeft een interactieve informatieavond plaatsgevonden waarin een
aantal onderwerpen zijn bediscussieerd. Op 26 januari 2006 zijn de sportverenigingen
geïnformeerd over de stand van zaken op dat moment. Alle opmerkingen die deze avond zijn
gemaakt zijn verwerkt in de voorliggende nota.
Sport blijft Bewegen
1
1.
Inleiding
1.1
Aanleiding tot de nieuwe sportnota
Waarom wil de gemeente het huidige sportbeleid actualiseren? Hiervoor zijn meerdere
redenen te geven die gezamenlijk de aanleiding vormt tot deze sportnota.
1.1.1
De maatschappelijke betekenis van sport
Sport is leuk om te doen en daarmee een doel op zich. Maar in toenemende mate erkent
men dat sport ook een middel is om andere maatschappelijke doelen te realiseren1. Sport
stimuleert de maatschappelijke participatie. Sport brengt mensen bij elkaar en bevordert
daarmee de sociale cohesie en de integratie van bepaalde bevolkingsgroepen. Sport draagt
bij aan interculturele ontmoetingen. Sport bevordert bovendien een gezonde leefstijl en
speelt een belangrijke rol in het tegengaan van bewegingsarmoede. Met andere woorden: op
lokaal niveau kan sport een maatschappelijke bijdrage leveren, door
samenwerkingsverbanden aan te gaan met andere beleidsterreinen, zoals het onderwijs, de
gezondheidszorg en het welzijnswerk.
1.1.2
Breedtesportimpuls en BOS-impuls
Met de introductie van de Breedtesportimpuls (in 1999) wilde de Rijksoverheid het lokale
sportaanbod versterken en de bijdrage van sport aan andere beleidsterreinen stimuleren. De
gemeente Stadskanaal heeft (met alle andere Groninger gemeenten) gebruik gemaakt van
deze subsidieregeling. Dit resulteerde in de oprichting van het Huis voor de Sport. Naast
verenigingsondersteuning is in dit kader het project Jeugdsport uitgevoerd. De
breedtesportimpuls in Stadskanaal loopt tot 2007. Inmiddels heeft het ministerie van VWS
een subsidieregeling gepresenteerd die de breedtesportimpuls opvolgt, de zogenaamde BOSimpuls (Buurt, Onderwijs, Sport) die specifiek samenwerking tussen deze drie
beleidsterreinen stimuleert. De gemeente Stadskanaal heeft in maart 2006 een
subsidieverzoek voor de BOS-impuls bij het ministerie ingediend.
1.1.3
Integraal beleid
De nieuwe sportnota zal niet alleen aandacht schenken aan de georganiseerde sport (de
verenigingssport), maar ook aan de ongebonden sport. Alleen zo kan een weloverwogen
keuze gemaakt worden in welke richting de sportsector zich zal of moet ontwikkelen en
welke rol de gemeente daarbij moet spelen. De gemeente Stadskanaal wil een
voorwaardenscheppend en integraal beleid voeren met als doel zoveel mogelijk burgers in de
gemeente te laten deelnemen aan sport en bewegen. In hoofdstuk vier wordt hieraan
aandacht besteed. Bijlage 2 geeft aan wat de raakvlakken van sport met andere
beleidsterreinen is.
Ook in de onlangs gepubliceerde nieuwe sportvisie van het ministerie van VWS wordt vanuit
de hierboven genoemde integrale gedachte gekozen voor versterking van de educatieve en
sociaal-integratieve functie van de sport.
1.1.4
Financiën
Doelmatigheid en rechtmatigheid zijn begrippen die binnen gemeenten steeds meer
aandacht krijgen. De gemeente Stadskanaal hecht aan een goede onderbouwing en
verantwoording van gemeenschapsmiddelen, ook wat betreft de sport. Ambities zijn inherent
aan de sport, maar de ambities moeten ook passen binnen de financiële mogelijkheden.
Extra aandacht besteden we aan onderhoud en vervanging van sportaccommodaties.
De nieuwe sportnota van het ministerie van VWS (2005) benadrukt de maatschappelijke betekenis van
sport.
1
Sport blijft Bewegen
2
1.1.5
Diversiteit in eigendom, exploitatie en beheer
De veelheid aan sportaccommodaties en verenigingen is kenmerkend voor de gemeente
Stadskanaal. De gemeente staat voor de uitdaging om het voorzieningenaanbod in stand te
houden en waar nodig te verbeteren. Spreiding en clustering zijn trefwoorden. Een aantal
voorzieningen is (deels) geprivatiseerd. Het herverdelen van taken, verantwoordelijkheden
en bevoegdheden kan een kans zijn om de kwaliteit van accommodaties te verbeteren, de
verenigingen meer bij de uitvoering van het sportbeleid te betrekken en de lasten te
beperken. Financiën, juridische en personele gevolgen moeten helder zijn om weloverwogen
beslissingen te kunnen nemen. Daarvoor is meer inzicht nodig in wat uitbesteding,
verzelfstandiging of privatisering inhoudt en wat de consequenties zijn van deze vormen van
herverdeling voor de gebruikers, de sporters en de gemeente.
1.2
Leeswijzer
Deze sportnota bestaat uit twee delen.
Het eerste deel omvat de hoofdstukken 1 tot en met 3. Na de inleiding beschrijft hoofdstuk 2
een aantal ontwikkelingen en trends en de mogelijke gevolgen voor het sportbeleid in
Stadskanaal tot 2015. Hoofdstuk 3 blikt terug op de sportnota uit 1994. Beide hoofdstukken
zijn de basis voor het toekomstige beleidskader. Het tweede deel van de sportnota begint
met hoofdstuk 4 waarin de uitgangspunten, de missie en de doelstellingen zijn geformuleerd.
Hoofdstuk 5 belicht de drie peilers van het gemeentelijke sportbeleid: de sportstimulering en
ondersteuning, het tarieven- en subsidiebeleid en de sportvoorzieningen. Het laatste
hoofdstuk (6) wordt gevormd door het actieplan waarin voor de jaren 2007-2010 wordt
aangeven wat er daadwerkelijk gaat gebeuren op sportgebied.
Sport blijft Bewegen
3
2.
Maatschappelijke ontwikkelingen en trends
2.1
Inleiding
In dit hoofdstuk geven we aan wat de invloed is van een aantal maatschappelijke
ontwikkelingen en trends voor de toekomst van de sport in de gemeente Stadskanaal. De
volgende onderwerpen komen aan de orde:





demografische ontwikkelingen
ontwikkelingen van de sportmarkt
accommodatieontwikkelingen
gezondheid
de rol van de lokale overheid.
De laatste paragraaf geeft een samenvatting van de maatschappelijke ontwikkelingen en
trends voor het gemeentelijke sportbeleid.
2.2
Demografische ontwikkelingen
Nederland
Tot 2005 vormden dertigers en veertigers de grootste leeftijdsgroep, in 2010 en
2020 zijn respectievelijk de veertigers en vijftigers de grootste leeftijdsgroep. Het
aantal 65-plussers stijgt na 2010 spectaculair, van 15% in 2010 naar 23% in 2040.
Ook de samenstelling van de Nederlandse bevolking zal de komende decennia
veranderen. Het percentage autochtone Nederlanders neemt gestaag af; de
bevolking wordt steeds 'gekleurder' naarmate de huidige generaties allochtonen zich
zullen mengen met autochtone bevolkingsgroepen.
Gemeente Stadskanaal
De huidige prognoses geven aan dat de bevolking van Stadskanaal stabiel blijft tot 2020.*
De samenstelling van de bevolking zal niet significant afwijken van het Nederlandse beeld.
31% van de Stadskanaalster bevolking is in 2002 55 jaar en ouder, in 2020 is die 38%. Dus
Stadskanaal vergrijst. Het aantal kinderen tot 10 jaar zal met ongeveer 2% afnemen, het
aantal jongeren tussen 12 en 18 jaar zal ook enigszins afnemen. De verschillen tussen 2005
en 2010 zijn veel kleiner; de grootste verschillen zullen na 2010 optreden. In tegenstelling
tot grote gemeenten in Nederland, vooral in het midden en westen, zal het aandeel
allochtonen minder groot zijn en minder snel groeien.
*(bron gemeente Stadskanaal)
Sport blijft Bewegen
4
Figuur 2.1 Bevolkingsontwikkeling gemeente Stadskanaal 2005-2020 (bron: gemeente
Stadskanaal)
16000
14000
12000
10000
2005
2010
8000
2015
6000
2020
4000
2000
0
0-9 jaar
10-19 jaar
20-54 jaar
55 jaar en
ouder
De verwachting is dat de bevolkingsontwikkeling nauwelijks zal leiden tot een groei van de
ledentallen van sportverenigingen. Het aantal kinderen en jongeren neemt af. Omdat veel
sportverenigingen zich in hun aanbod vooral richten op jeugdigen zal er wellicht eerder
sprake zijn van licht afnemende ledentallen.
Onze verwachting is dat een groot deel van de sportverenigingen (vooral de kleinere)
nauwelijks bereid en/of in staat zullen zijn een voldoende aantrekkelijk aanbod te creëren
voor het vergrijzende bevolkingsdeel. De senior-sporter zal zijn/haar weg (moeten) vinden
via het anders georganiseerde circuit: de commerciële sportexploitant, Meer Bewegen voor
Ouderen of via zelforganisaties. Voor de oudere, die over voldoende financiële middelen
beschikt, zal dat overigens gemakkelijker gaan dan voor de oudere die met een klein
pensioen moet zien rond te komen.
2.3
Ontwikkeling in de sport
Nederland
Het kabinet heeft in 2005 een nieuwe sportnota gepresenteerd: Tijd voor Sport.
Sleutelwoorden hierin zijn: bewegen, Nederland in de top 10 en medoen. Het kabinet
streeft naar een sportieve samenleving. Een samenleving waaraan iedereen kan
deelnemen en waarin normen en waarden als fair play geaccepteerd zijn. Een
samenleving waarin bewegen voor iedereen vanzelfsprekend is. En een samenleving
waarin mensen trots kunnen zijn op de prestaties die topsporters leveren. De nota
heeft drie speerpunten:
o sport en gezondheid, bewegingsbevordering (bewegen)
o sport aan de top, nationale trots (top 10);
o maatschappelijke binding door sport, sociale en educatieve waarden
(meedoen) .
Sport blijft Bewegen
5
De sportdeelname in Nederland stijgt. In 1991 lag de sportdeelname op 63%2. In de
jaren negentig verandert die nauwelijks (64% in 1995 en 65% in 1999), maar in
2003 bedraagt de sportdeelname 69%.
De grootste groei vindt plaats bij de ongebonden en commercieel beoefende sporten
(skeeleren, wandelen/nordic walking, fitness en sportscholen).
De ontwikkeling van de georganiseerde sport (verenigingssport) blijft achter bij de
ongebonden sport. Cijfers van het Sociaal Cultureel Planbureau wijzen zelfs op een
afname tussen 1995 en 2003 die voor bijna alle leeftijdsgroepen geldt, dus niet
alleen de tieners die zaterdag moeten bijverdienen. Het NOC*NSF heeft samen met
haar leden (bonden) als doel gesteld dat de georganiseerde sport aantrekkelijker
wordt voor sporters. De komende jaren geven bonden hier verder invulling aan.
De vraag om 'kwaliteit' neemt toe, ook in de sport. Consumenten willen waar voor
hun geld en eisen van aanbieders van diensten en producten een steeds hogere
kwaliteit. Zij zijn ook bereid daarvoor te betalen. Commerciële ondernemers weten
nu al goed in te spelen op de verhoogde kwaliteitsbehoefte van mensen.
Naast een consument die meer vraagt, hebben verenigingen te maken met
toenemende wet- en regelgeving zoals de Arbowet, aansprakelijkheid, legionella,
regelgeving rond kantines, rookbeleid et cetera.
Gezinnen en andere huishoudens komen steeds meer in 'tijdnood'. Als gevolg
hiervan hebben mensen in de toekomst steeds meer behoefte aan flexibele vormen
van vrijetijdsbesteding die een hoge kwaliteit bieden, makkelijk te organiseren en
goed bereikbaar zijn.
Consumptieve bestedingen (o.a. mobieltje en kleding) hebben aan belang gewonnen
en jongeren moeten die vaak zelf bekostigen. Een baantje in het weekend of de
avond is vaak nodig en kost tijd die voorheen onder meer voor sport bestemd was.
Mensen binden zich niet meer vanzelfsprekend aan collectieve waarden. Naar
verwachting zal dit proces nog voortgaan. Er is echter ook een tegenbeweging
waarneembaar: een toename van de behoefte aan gebondenheid en veiligheid.
Hockey is landelijk een voorbeeld van een sport die sterk groeit door de behoefte aan
een veilige en gezellige sportvereniging voor kinderen.
Er bestaat geen directe relatie tussen de prijs van sport en deelname aan sport; geld
speelt bij het (gaan) sporten geen overheersende rol. Factoren als de verplichtingen
die sporten in verenigingsverband met zich meebrengen en de kwaliteit van de
voorzieningen spelen een veel belangrijkere rol. Uiteraard geldt dit niet voor de
absolute minima. Te verwachten valt dat de verschillen tussen de diverse
inkomensgroepen zullen toenemen en dat het prijsniveau van sport zal stijgen.
Gemeente Stadskanaal
De landelijke ontwikkelingen zien we ook in Stadskanaal. We zien in de gemeente een aantal
ontwikkelingen zoals:

een afnemende betrokkenheid van vrijwilligers bij het verenigingsleven en een
meer consumptieve instelling van sporters (het sporten staat meer centraal en
niet het verenigingsleven);

minder sportbeoefening in de categorie 15-19 jaar. Door het uitvoeren van
(onder andere) sportontwikkeling/-stimuleringsprojecten pakt de gemeente deze
knelpunten aan. Hiervoor heeft de gemeente tot 2006 middelen van het rijk
gekregen in het kader van de Breedtesportimpuls.

Het besturen van een vereniging is moeilijker geworden nu verenigingen meer en
meer zijn onderworpen aan strengere en omvangrijkere wet- en regelgeving.

De commerciële sport verwerft steeds meer terrein. Voor vaak aanzienlijk hogere
tarieven dan de gemiddelde contributie van verenigingsleden schrijft men zich in
63% van de bevolking van 6-79 jaar heeft de afgelopen 12 maanden aan sportieve activiteiten gedaan
in Nederland in de vrije tijd, definitie Aanvullend Voorzieningen Onderzoek SCP.
2
Sport blijft Bewegen
6
als deelnemer aan een sportschool, tennis/squash en overige fun & fitsports.
Voornamelijk de thema's: Sport, bewegen en gezondheid en Maatschappelijke binding door
sport van het VWS zullen invloed hebben/krijgen op het gemeentelijk sportbeleid. Behoud en
versterking van de sociale infrastructuur zijn belangrijke aandachtspunten van beleid.
Sportverenigingen zijn sociale structuren, waar groepsbinding, gezamenlijke waarden en
normen, zelfwerkzaamheid, integratie en participatie een belangrijke rol spelen. Zij zijn dan
ook belangrijke uitvoeringspartners bij het realiseren van de gemeentelijke maatschappelijke
doelen. Gemeentelijke subsidiering, in welke vorm dan ook, kan dit proces stimuleren. Dit
lijkt in tegenstelling met de genoemde afnemende betrokkenheid van vrijwilligers, maar dat
is het niet.
Juist de inzet van gemeentelijke middelen kan dit proces positief beïnvloeden waardoor
sociale structuren gehandhaafd blijven.
Sportverenigingen zijn niet de enige uitvoeringspartners. Ook commerciële instellingen,
scholen en stichtingen leveren met hun sport- en bewegingsaanbod een bijdrage aan de
realisatie van die doelen. Samen kunnen zij onder meer gaan werken aan een ander
(zonodig projectmatig) aanbod voor bijvoorbeeld jongeren.
2.4
Accommodatieontwikkelingen
Nederland
Voor de toekomst verwachten we meer en meer accommodaties die naast
sportgebruik andersoortige activiteiten en evenementen huisvesten. Hierbij valt
te denken aan profit units, zoals vergaderzalen of bioscopen, maar ook aan
culturele voorzieningen, buurtcentra of gezondheidscentra en combinaties met
onderwijsvoorzieningen (vensterscholen, brede scholen).
De sportwereld blijft behoefte houden aan monofunctionele sportaccommodaties.
Sportverenigingen wensen accommodaties die tegemoet komen aan de behoefte
om daarvan een exclusief gebruik te maken. Een voorbeeld daarvan is de dojo,
de tennisbaan en de atletiekbaan.
Vanuit het streven naar rentabiliteitsverhoging is een ontwikkeling te verwachten
van meervoudig en continu te gebruiken sportvloeren. Voor buitensporten
worden en zullen kunststof velden worden ontwikkeld die meervoudig gebruik
mogelijk maken. Hiervan is de combinatie hockey en korfbal een voorbeeld, zoals
ook bij de vloeren van sporthallen dat gebruikelijk is.
Steeds vaker gaan gemeenten ertoe over beheer- en onderhoudstaken onder te
brengen bij de gebruikers, voornamelijk in de buitensport. Het belangrijkste
motief hiervoor is het stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid en het
vergroten van de betrokkenheid. Verenigingen worden gestimuleerd zelf de
kwaliteit van de accommodaties in stand te houden. Daarbij kunnen financiële
overwegingen en o.a. inverdienmogelijkheden een rol spelen.
Gemeente Stadskanaal
De specifieke ‘Stadskanaalomstandigheden’ leiden tot een omvangrijk arsenaal aan
`sportvoorzieningen met de kwalificatie "veel van hetzelfde". Dat is echter geen negatieve
beoordeling. Het spreidingsbeleid van de gemeente, waarbij veel kernen een eigen
voorzieningenaanbod nodig hebben en de regionale functie van de gemeente vereist juist
een dergelijk aanbod. In deze nota komt aan de orde of dit zo kan of moet blijven.
De aandacht zal vooral uit moeten gaan naar intensief te gebruiken accommodaties voor de
breedtesport.
Sport blijft Bewegen
7
De aandacht zal vooral uit moeten gaan naar intensief te gebruiken accommodaties voor de
breedtesport.
Als we kijken naar de demografische prognose, gekoppeld aan het onderzoek naar de
woningmarkt en leefbaarheid3, dan is er geen aanleiding tot uitbreiding van de bestaande
accommodaties. Maar de ontwikkeling van de sportdeelname kan de behoefte op lange
termijn wel beïnvloeden. Ook zal de aard van de vraag mogelijk veranderen (ouderen
hebben nu eenmaal andere sportvoorkeuren dan jongeren).
De sportverenigingen kwalificeren de accommodaties in het algemeen als matig/voldoende.
Vanuit het onderwijs wordt over het algemeen positief geoordeeld over de
sportaccommodaties en de aanwezige inventaris. De gymnastieklokalen voldoen niet altijd
aan de sportspecifieke wensen van de clubs.
Ook loopt de levenscyclus van een aantal sportvoorzieningen ten einde, zodat er regelmatig
klachten geuit worden over het onderhoud (zie ook hoofdstuk 5).
Stadskanaal heeft al een aantal beheer- en onderhoudstaken bij de gebruikers
ondergebracht. Voetbalaccommodaties worden deels door de gebruikende verenigingen
onderhouden. Onderhoud van kleedkamers en kantines behoren inmiddels ook gedeeltelijk
tot het pakket zelfwerkzaamheid van deze buitensportverenigingen. Stadskanaal heeft zich
bij de overdracht niet alleen laten leiden door het motief dat overdracht van overheidstaken
de betrokkenheid en zelfverantwoordelijkheid van de gebruikers vergroot. Financiële
taakstellingen speelden daarbij een belangrijke rol. De overdracht van beheers- en
onderhoudstaken kan slechts dan verantwoord plaatsvinden als er sprake is van:

bereidheid bij de sportverenigingen om taken over te nemen

garanties voor continuïteit

garanties voor deskundige uitvoering

voldoende toerusting met financiële middelen en (professionele) uitvoeringscapaciteit

voldoende bewegingsvrijheid in tarieven, ingebruikgeving en openstellingstijden.
Spreiding en bereikbaarheid zijn belangrijk in het Kanaalster sportbeleid voor het woon- en
leefklimaat in de buitenkernen. De gemeente hecht in haar Toekomstvisie maar ook in het
ISV-programma 2006-2009 waarde aan kwaliteit van de voorzieningen. De keuze voor goed
gespreide en daarmee samenhangend aantal voorzieningen brengt een omvangrijke
instandhoudingverplichting met zich mee Die verplichting staat op gespannen voet met:
-
de beschikbare budgetten. Zonder extra middelen zullen de reserves op termijn niet
meer toereikend zijn om de noodzakelijke investeringen op te vangen.
ambities om tot vernieuwing van het accommodatiebestand te komen
de grotere aandacht voor versterking van de sociale infrastructuur.
De sportaccommodaties kunnen intensiever gebruikt worden, waarbij ook over de grenzen
van de sport heen gekeken moet worden. Door meer en andere gebruikers toe te laten kan
de bezetting worden vergroot. Dit betekent wel dat er extra aandacht zal moeten zijn voor
de kwaliteit van de voorzieningen. Waar mogelijk en gewenst kunnen op langere termijn ook
sportvoorzieningen gecentraliseerd en geclusterd worden. Uiteraard kan dit niet los gezien
worden van de discussie over de leefbaarheid van de kleine(re) kernen. Ook het behoud van
eigen identiteit speelt een rol. Gelet op de regiofunctie van Stadskanaal zal daar waar
mogelijk ook gekeken worden naar (gemeente)grens overschrijdende voorzieningen. Het in
de toekomst ontwikkelen van een sportaccommodaties in de Drentse Horn kan hiervan een
voorbeeld zijn.
3
Woningmarkt en leefbaarheid Stadskanaal anno 2005 en richting 2020. Rigo, december 2005.
Sport blijft Bewegen
8
2.5
Gezondheid
Nederland
Uit landelijk onderzoek komt naar voren dat het aandeel mensen met overgewicht in
Nederland ongeveer 50% is. Oost Groningen scoort zelfs nog slechter. Hart- en
vaatziekten en longziekten komen in Nederland in grotere mate voor dan in de ons
omringende landen. Meer dan de helft van de bevolking beweegt te weinig, vooral na
het verlaten van de middelbare school neemt de bewegingsarmoede toe. De richtlijn
die in de landelijke norm voor gezond bewegen wordt aanbevolen, is een half uur per
dag matig intensief bewegen, minimaal vijf dagen per week. Er zijn diverse landelijke
acties gaande, opgezet door de Hartstichting, NOC*NSF en het ministerie van VWS
om de gevaren van ongezond leven en het nut van beweging onder de aandacht te
brengen.
Gemeente Stadskanaal
Het landelijke beeld is ook in Stadskanaal van toepassing. Overgewicht en bewegingstekort
zijn hier zelfs in sterkere mate aanwezig zijn. Zo blijkt uit de meest recente
Gezondheidsenquête van de GGD Groningen onder inwoners van 20 jaar en ouder dat ca
55% van de ondervraagden uit Stadskanaal niet aan sport doet, tegen 58% in de hele
provincie. Na het verlaten van de school neemt de bewegingsarmoede toe. Van de bevolking
van Oost Groningen van 20 jaar en ouder beweegt ongeveer de helft minder dan de richtlijn.
Ca. 50 % van de bevolking lijdt aan overgewicht, dat is meer dan het provinciale en
nationale gemiddelde. De gemiddelde levensverwachting van de Stadskanaalster is zelfs een
jaar korter vergeleken met ‘gemiddeld Nederland”. De gemeente Stadskanaal heeft een nota
lokaal volksgezondheidsbeleid waarin onder meer op die aspecten wordt ingegaan.
Figuur 2.2
Ontwikkeling overgewicht provincie Groningen in procenten van de bevolking
(20 jaar en ouder); bron: GGD Groningen
62
61
55
48
51 50
54
56
58
49
42
37 38
37
40
43
1990
1994
27
30
1998
2002
17
19
20-34 jaar
Sport blijft Bewegen
35-49 jaar
50-64 jaar
65+ jaar
totaal
9
2.6
De rol van de lokale overheid
Nederland
De regietaak van de lokale overheid zal de komende jaren actiever worden ingevuld. Er is
een tendens waarneembaar van het 'sturen op afstand' naar 'ingrijpen vanuit betrokkenheid'.
De regietaak wordt dan niet meer gezien als het invullen van de primaire
randvoorwaarden,maar als het plegen van noodzakelijke interventies vanuit het
gemeenschappelijke of maatschappelijke belang.
Er ontstaat meer aandacht voor integraal lokaal beleid en -in het geval van de sportsportinclusief denken. Sport zal in toenemende mate betrokken worden bij integraal sociaalof doelgroepenbeleid. Ook binnen thema's als gezondheidsbevordering, maatschappelijke
participatie, sociale activering, jeugdzorg en welzijn zullen sport- en bewegingsactiviteiten
een meer prominente functie vervullen. De noodzaak van integraal beleid vraagt van de
sportafdelingen binnen gemeenten om een andere, meer naar buiten gerichte benadering
van het sportbeleid in enge zin.
Vanuit het oogpunt van efficiency worden uitvoerende taken functioneel gedecentraliseerd
binnen aparte organisaties. Een voorbeeld hiervan is de uitbesteding van het beheer van
sportaccommodaties en de organisatie van sportstimuleringsactiviteiten.
De clustering van maatschappelijke functies in dorpskernen zal verder toenemen. Scholen
zullen steeds meer buitenschoolse activiteiten op gaan zetten, zodat zij midden in de
samenleving staan en voldoen aan de vraag van de ouders.
Gemeente Stadskanaal
Het gaat om het streven naar een integraal beleid. Beleid op een specifiek terrein moet in
samenhang met andere beleidsterreinen ontwikkeld worden. Er bestaan al relaties tussen de
diverse beleidsterreinen binnen de gemeente. Stadskanaal kent in haar beleid sport een
belangrijke functie toe. Sport komt echter nog onvoldoende tot zijn recht in andere
beleidssectoren. Raakvlakken tussen sport en andere beleidsterreinen kunnen nog beter
aangegeven worden om zodoende de verschillende beleidstaken op elkaar af te stemmen.
Hierbij wordt verwezen naar bijlage 2.
Wellicht kan de invoering van de Wet Maatschappelijk Ondersteuning en de rol die sport
daarin kan vervullen als voorbeeld dienen.
2.7
Aandachtspunten voor het toekomstige sportbeleid
Stadskanaal zal meer moeten gaan werken aan een integraal sportbeleid. Er zijn veel
aandachtspunten die effecten hebben op de drie peilers waarop we ons sportbeleid willen
baseren. De aandachtspunten voor het toekomstige beleid worden hieronder samengevat
weergegeven en zijn elders in de nota terug te vinden.
A.
-
sportstimulering en ondersteuning
voor specifieke doelgroepen dient clustering van het activiteitenaanbod aanbeveling;
sport beschouwen als instrument voor het versterken van de sociale infrastructuur;
sport en gezondheid vormen een belangrijk speerpunt gelet op de huidige
gezondheidssituatie van de bevolking;
sport moet integraal deel uitmaken van andere beleidsterreinen;
de kwetsbaarheid van verenigingen door o.a. het tekort aan vrijwilligers en de
financiële situatie;
gerichte doelgroepondersteuning;
deelname aan BOS-projecten die aansluiten bij het wijkgerichte werken en de aanpak
van jeugdoverlast;
Sport blijft Bewegen
10
-
onderzoek naar verdere deelname aan het GSM-project4 (uitbreiding).
B. Tarieven en subsidiebeleid
subsidieverstrekking is gericht op het realiseren van in deze nota geformuleerde
maatschappelijke doelen;
een herziening van het huidige subsidiebeleid dat zich niet kenmerkt door
beperktheid maar waarbij nieuwe initiatieven mogelijk worden gemaakt;
een herziening van het tarievenbeleid waarbij de werkelijke kostprijs en de te
hanteren tarieven inzichtelijker worden
C. Sportvoorzieningen
het aantal accommodaties behoeft geen uitbreiding maar het gebruik moet
multifunctioneler (en hier en daar intensiever);
er zal een toename van de exploitatielasten zijn;
een clustering van voorzieningen biedt mogelijkheden;
de handhaving van voorzieningen in de kleinere kernen is gewenst;
waar mogelijk onderzoek en realisatie grensoverschrijdende voorzieningen;
onderzoek naar een mogelijke verdere overdracht van beheer- en onderhoudstaken
van de gemeente naar de vereniging;
de reserveringen zijn niet toereikend;
de leeftijd van een aantal accommodaties vereist investeringen.
De sportwereld zal zich moeten openstellen voor samenwerking en integratie met andere
organisaties die raakvlakken hebben met het terrein van sport en bewegen. De meest voor
de hand liggende partners zijn de scholen, het jeugd- en jongerenwerk en het ouderenwerk.
Ook hier zijn tal van aanknopingspunten:

naschoolse opvang

sportkennismaking- en sportoriëntatieprojecten

seniorensport

gezamenlijk gebruik van accommodaties.
GSM staat voor Groninger Sport Model: een breed sportstimuleringsprogramma. Voor kinderen
betekent het Groninger Sport Model vier keer per week gymles en woensdagmiddagactiviteiten. De
eerste fase van het project is gesubsidieerd, maar daarna is het de bedoeling dat gemeenten en scholen
de activiteiten continueren. In het schooljaar 2006/2007 wordt een pilot gestart op twee scholen.
4
Sport blijft Bewegen
11
3.
Huidig beleid
3.1
Inleiding
Een sportvisie die circa tien jaar vooruit kijkt, kan niet zonder een evaluatie van het tot nu
toe gevoerde beleid. In 2002 (25 maart) is door de gemeenteraad de evaluatie van de
sportnota Sport in beweging behandeld. Paragraaf 3.2 geeft hiervan een samenvatting.
Vervolgens wordt ingegaan op de uitgaven aan sport en de sterke en de zwakke punten van
de 'oude nota'.
3.2
Sportnota 1994.
Het huidige sportbeleid is zoals hiervoor gesteld gebaseerd op de nota Sport in Beweging
uit 1994. Als concrete beleidsuitgangspunten van het sportbeleid zijn destijds gekozen:
1.
2.
3.
4.
Herschikking van de (voetbal)velden:
Privatisering van opstallen van voetbalverenigingen;
Privatisering van de tenniscomplexen;
Kwaliteitsverbetering en -impuls.
1.
herschikking van de (voetbal)velden
Om tot een goede herschikking van de velden te komen is onderzoek gedaan naar de
vraag/aanbodsverhouding bij de acht voetbalverenigingen. Dit heeft in een aantal gevallen
geleid tot het afstoten van velden dan wel het extensief beheren van deze velden. De
resterende velden zijn gerenoveerd en er zijn vier wetravelden aangelegd .
2.
privatisering van de opstallen van voetbalverenigingen
De opstallen van de voetbalverenigingen zijn geprivatiseerd. Dit houdt in dat de verenigingen
economisch eigenaar van de opstallen zijn geworden. en daardoor (deels) verantwoordelijk
voor het onderhoud. De verenigingen ontvangen een exploitatiebijdrage en de gemeente
houdt een verplichting als het gaat om het vervangen van het dak, de cv-ketel en de
kozijnen. Daarnaast vervult de gemeente een rol bij uitbreidingen van de kleedlokalen. Het
een en ander is vastgelegd in contracten.
3.
privatisering van de tenniscomplexen
De tennisbanen in Stadskanaal en Musselkanaal zijn geprivatiseerd. Dit betekent dat de
tennisverenigingen eigenaar geworden zijn van zowel de opstallen als de banen.
4.
kwaliteitsverbetering en –impuls
Het afstoten van velden en gymzalen en de privatisering van opstallen heeft geld
opgeleverd. In overeenstemming met de aanbevelingen zijn deze middelen aangewend voor
de sport. Voorbeelden hiervan zijn:

het aanbrengen van een berging bij de gymzaal aan de Fr. Nanningstraat in
Musselkanaal;

het inrichten van twee gymzalen op selectieniveau;

het beschikbaar kunnen stellen van subsidie voor (top)sport;

de renovatie van sportvelden. Hiervoor is een egalisatiereserve ingesteld;

het kunnen voldoen aan een vorige bezuinigingsopdracht.
Sport blijft Bewegen
12
3.3
Omvang sportbegroting
De omvang van de sportbegroting (lasten minus baten) inclusief de ambtelijke inzet is in
2006 is 1,77 miljoen.
Verdeling sportbudget gemeente Stadskanaal (bron: Dienstplan Beleid 2006)
beleidsontwikkeling en
subsidies;
€ 117.900
zwembaden;
€ 350.600
binnensportaccommodaties;
€ 704.400
buitensportaccommodaties;
€ 594.900
Gemiddeld besteedt de gemeente Stadskanaal € 55 per inwoner aan sport. Dat is een bedrag
dat gemiddeld is voor Nederland. Een vergelijking van een specifieke gemeentebegroting
met andere gemeenten of regio’s moet men niet te absoluut interpreteren. Wanneer de
aanleg van een zwembad of sportpark gefinancierd wordt uit een reserve of via
grondopbrengsten, dan maakt die investering geen deel uit van de sportbegroting. De
vergelijking is wel relevant om te bezien of de gemeente substantieel afwijkt. Als dat het
geval is, dan kan via nader onderzoek vast gesteld worden of er kosten op andere wijze
gefinancierd zijn of dat de gemeente daadwerkelijk meer of minder uitgeeft. In Stadskanaal
is dat dus niet het geval.
Uitgaven per inwoner in € (begroting); bron: CBS
2005
2006
Stadskanaal
-53,7
-54,8
Groningen (provincie)
-58,5
-62,3
Nederland
-50,5
-54,1
3.4
Sterke punten van het huidige beleid
Algemeen
Stadskanaal kent een grote diversiteit aan sporten. Het verenigingsleven is rijk, mede omdat
in de vijf kernen die Stadskanaal kent, sociale structuren zoals sportverenigingen diep
geworteld zijn in de lokale samenleving. De inwoners van Stadskanaal kunnen dus kiezen.
Sport blijft Bewegen
13
Sportstimulering en –ondersteuning
Deelname aan de Breedtesportimpuls heeft ertoe geleid dat het Huis voor de Sport is
opgericht. Verenigingen kunnen hierdoor met vragen over b.v. de ondersteuning van de
vereniging rechtstreeks bij het Huis voor de Sport terecht. Door middel van diverse
rapportage wordt verantwoording afgelegd over het gevoerde beleid.
Door de uitvoering van projecten (mede naar aanleiding van de Breedtesportimpuls) is er
aandacht geweest voor de sportparticipatie. Tot nu toe is er sprake van een intensieve
benadering van diverse doelgroepen, met een accent op jeugd/jongeren en op mensen met
een beperking.
Tarieven- en subsidiebeleid
In het hiernavolgende overzicht is aangegeven welke sportsubsidies door de gemeente
structureel worden verstrekt. Daarnaast wordt er incidenteel subsidie verstrekt b.v. Klap tot
Klap loop, Go Sport etc.
Subsidie
Sportpromotie (topsportpromotie)
Breedtesportimpuls 2001-2006
Nelli Cooman Games
Sportfederatie
Jeugdsportsubsidie
Huis voor de Sport
Technisch onderhoud voetbalaccommodaties
Exploitatievergoeding voetbalverenigingen
Exploitatievergoeding openluchtbaden
Totaal subsidies
Bedrag
€ 4.600
€ 8.400
€ 4.500
€ 16.000
€ 18.700
€ 1.000
€ 41.000
€ 32.500
€ 258.315
€ 385.015
* Subsidies begroot voor het jaar 2006 (excl. Ambtelijke inzet, kapitaallasten etc.)
De tarieven voor binnen- en buitensporten liggen in Stadskanaal op of net onder het
gemiddelde vergeleken met omliggende gemeenten. Ter illustratie de tarieven van
gymzalen:
Sport blijft Bewegen
14
ta
rie
f
id
de
ld
Le
ek
rw
ol
de
Pe
ke
la
Ve
en
da
Vl
m
ag
tw
ed
W
de
in
sc
ho
te
n
G
em
en
te
M
St
ad
sk
an
Aa
aa
l
en
H
un
ze
B
Bo
ed
rg
um
er
-O
do
or
n
D
H
e
oo
lfz
ijl
ge
za
H
nd
ar
-S
en
ap
pe
m
ee
r
tarieven in euro's per uur
€ 8,00
€ 7,00
€ 6,00
€ 5,00
€ 4,00
€ 3,00
€ 2,00
€ 1,00
€-
Via de jeugdsportsubsidie en de jeugdkorting wordt getracht om het sporten voor jeugdigen
extra aantrekkelijk te maken.
De topsportsubsidie maakt het mogelijk dat evenementen met zowel een passieve als een
actieve sportbeleving Stadskanaal op de kaart hebben gezet.
Sportvoorzieningen
Stadskanaal heeft een netwerk van voorzieningen met een redelijke bereikbaarheid en
spreiding. Het areaal aan accommodaties is groot. De omvang, de uitgestrektheid en de vijf
kernen zijn daarvan de oorzaak. De kwaliteit van enkele accommodaties laat gelet op hun
ouderdom te wensen over waardoor onderhoudskosten sterk toenemen (blz. 27).
3.5
Verbeterpunten van het huidige beleid
Algemeen
Het sportbeleid is nog te weinig geïntegreerd met andere beleidsterreinen. De sportsector is
sterk sectoraal ingesteld. Aan de andere kant wordt in beleidsdocumenten van andere
beleidsterreinen een plaats ingeruimd voor de sport. De bestuurlijke
besluitvormingsprocessen worden door de sportwereld over het algemeen als (te) lang
ervaren. De medaille van grote diversiteit aan sporten heeft ook een keerzijde. Er is een
onbalans te constateren op de volgende gebieden:

atletiek en hockey zijn qua ledental in verhouding tot landelijke cijfers
ondervertegenwoordigd5

uit onderzoek blijkt dat de traditionele sporten te weinig uitdaging bieden voor
vooral de (sportzappende) jeugd. Frappant is dat in een onderzoek van het
Noorderpoortcollege juist naar voren kwam dat de jeugd uit Stadskanaal wel
tevreden was over het traditionele sportaanbod.
De ondervertegenwoordiging biedt deels mogelijkheden voor groei, maar geografische verschillen
zullen altijd bestaan. Paardensport wordt meer beoefend in het Oosten en Noorden van het land.
Motorsport zien we vaker in landelijk gebied en wielrennen is traditioneel populair in Noord-Brabant.
5
Sport blijft Bewegen
15
Het verenigingsleven is kwetsbaar omdat het vaak op een klein aantal vrijwilligers drijft.
Over het algemeen zijn de verenigingen maar beperkt in staat om in te spelen op
maatschappelijke ontwikkelingen.
Wij willen ons inzetten op meer vormen van samenwerking om overbelasting (van besturen)
te voorkomen.
Sportstimulering en sportondersteuning
Het sportbudget kent weinig vrije middelen om actief sturing te geven aan vernieuwing en
ontwikkeling. Zo'n 90% van het sportbudget bestaat uit accommodatiegebonden lasten.
Tarieven- en subsidiebeleid
De door de gemeente gehanteerde tarieven voor de huur van velden en gebouwen zijn mild
te noemen in vergelijking met anderen gemeenten. In de toekomst krijgen we te maken met
hoge(re) lasten waardoor de verhouding tussen opbrengsten en uitgaven schever wordt.
Daarnaast wordt geconstateerd dat Stadskanaal veel verschillende tarieven hanteert(
hetgeen historisch ontstaan is). Waar mogelijk zullen wij overgaan tot vereenvoudiging.
Het subsidiebeleid kenmerkt zich door het beschikbaar stellen van subsidies voor jeugdleden
aan verenigingen. Het aantal jeugdleden bepaalt de hoogte van de subsidie. Hierdoor kunnen
verenigingen die een actief beleid (willen) voeren op het gebied van jeugdsport niet extra
gesubsidieerd worden.
Kortom, het huidige systeem is weinig flexibel en subsidiemogelijkheden voor andere
doelgroepen zijn niet aanwezig
Sportvoorzieningen
Een groot aantal accommodaties, zowel de binnen- als de buitensport betreffende, is veertig
jaar oud. Om deze accommodaties beheersmatig op peil te houden zal er geïnvesteerd
moeten worden (zie ook blz. 27). Gelet op de veranderende eisen van de sporters zullen de
gebouwen ook intern de nodige aanpassingen moeten ondergaan. De exploitatielasten zullen
stijgen.
Het toewijzingssysteem om in aanmerking te komen voor het gebruik een gemeentelijke
sportaccommodatie dateert uit hetzelfde jaar als de sportaccommodaties zelf. Slechts een
keer heeft dit geleid tot vragen. Er is dan ook geen reden om het toewijzingsbeleid te
herzien.
Uit een ander onderzoek gehouden onder de gebruikers van de binnensportaccommodaties
bleek dat 42% de kwaliteit van de sporthal of gymzaal matig vindt, 13% is zelfs niet te
spreken over de kwaliteit. Opmerkingen die in dit verband vaak gemaakt zijn, is de slechte
schoonmaak van de accommodatie en het verouderde en slechte sanitair (blz. 8).
In 2005 heeft er een aanbesteding van o.a. de schoonmaak van binnensportaccommodaties
plaatsgevonden. Dit heeft geleid tot een nieuwe exploitant en een vermindering van het
aantal klachten. Eventuele klachten zullen binnen het voor de schoonmaak beschikbare
budget worden opgelost.
Ten aanzien van het (verouderde) sanitair zullen per accommodatie vervangingen
overeenkomstig het onderhoudbeheerssysteem plaatsvinden. Overigens zijn in een aantal
gymzalen en de sporthallen al zijn verbeteringen aangebracht.
Sport blijft Bewegen
16
4.
Conclusies, algemene doelstelling en toekomstvisie
4.1
Inleiding
Uit de beschrijving van landelijke ontwikkelingen en trends en het doortrekken daarvan naar
de Stadskanaalster situatie en met de analyse van het gevoerde beleid zijn conclusies te
trekken die een voorzet gegeven voor het sportbeleid.
4.2
Conclusies
De evaluatie, de sterkte- zwakteanalyse en de gevolgen van diverse ontwikkelingen op het
sportgebied (hoofdstuk 2.7) laten zien met welke veranderingen het Stadskanaalster
sportbeleid de komende jaren te maken krijgt Globaal gaat het om de volgende zaken:
A. Sportstimulering en ondersteuning
- sport moet integraal deel uitmaken van andere beleidsterreinen;
- sport wordt beschouwd als instrument voor het versterken van de sociale
infrastructuur;
- sport en gezondheid vormen een belangrijk speerpunt;
- verenigingsondersteuning blijft een uitgangspunt;
handhaving of uitbreiding van de huidige sportdeelname (georganiseerd en
ongeorganiseerd);
waar mogelijk en wenselijk te streven naar clustering van de activiteiten;
aandacht voor specifieke doelgroepen zoals de 55+ sporter en de sporter in de
leeftijd 19- ;
deelname aan BOS-projecten;
onderzoek naar deelname aan het GSM-project.
B. Tarieven en Subsidiebeleid
Het inzichtelijk maken van de kosten en baten van de gemeentelijke accommodaties
vanuit een zakelijkere benadering;
effectiviteit van de huidige subsidiesystematiek nader onderzoeken;
modernisering en verheldering van het tarievensysteem;
extra financiële ondersteuning van de Nelli Cooman Games;
structurele ondersteuning van de Klap tot Klaploop en Go Sport.
-
C. Sportvoorzieningen
een toename van de exploitatielasten;
op termijn niet toereikende reserves;
clustering en spreiding;
geen uitbreiding van aantal accommodaties;
intensiever en/of multifunctioneler gebruik;
handhaving van voorzieningen in de kleinere kernen;
bij vervanging of realisatie van voorzieningen onderzoeken of dit in afstemming kan
met buurgemeenten;
overdracht van beheers- en onderhoudstaken;
noodzakelijke investeringen;
-
4.3
Uitgangspunten
De in het 4.2 beschreven conclusies vormen, zoals hierboven gezegd, een prima bodem voor
het nieuwe sportbeleid. Wel is het noodzakelijk om hierbij de volgende uitgangspunten te
formuleren:
Sport blijft Bewegen
17





4.4
Integraliteit;
Sport als middel bij maatschappelijke problemen;
Sportvoorzieningen het visitekaartje van de gemeente;
Zakelijke benadering waarbij kosten en opbrengsten meer met elkaar in evenwicht
zijn;
Private sportaanbieders zullen een deel van de sportmarkt bedienen.
Missie
We willen een sportbeleid voeren dat steunt op drie sterke pijlers namelijk:



4.5
Doelgroepstimulering en verenigingsondersteuning;
Een meer zakelijke benadering van het tarieven en subsidiebeleid;
Kwalitatief goede, voldoende en eigentijdse sportvoorzieningen.
Doelstellingen
Gelet op de conclusies, de uitgangspunten en de missie zou het sportbeleid de komende 10
jaar de volgende doelstellingen na moeten streven:
vergroting van de sportdeelname (zie ook bijlage 3 aantal leden per vereniging);
verhogen van de kwaliteit van de sportbeoefening;
het integraal hanteren van sport. Sport heeft een intrinsieke waarde (is leuk om te
doen) maar kan ook bijdragen leveren aan andere beleidsterreinen (sociale
contacten, integratie, gezondheid);
meer structureel maken van sportstimuleringsprojecten en activiteiten;
- revitaliseren van accommodaties (achterstallig onderhoud wegwerken).
Waarom de sportdeelname niet uitgedrukt in een meetbare doelstelling?
De sportdeelname van de georganiseerde sport is bekend. Jaarlijks wordt er een overzicht gemaakt
van de bij een vereniging aangesloten sporters. De effecten van het gemeentelijk beleid kunnen in
die zin gemeten worden door de toename of de afname van het aantal sporters.
Voor de ongeorganiseerde sport is dat moeilijker te bepalen.
Bij overheidsbeleid probeert met steeds meer doelen SMART te formuleren. SMART staat voor
Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden. Smart-doelen zijn doelen die concreet
en realistisch zijn en waar men verantwoording over kan afleggen. In het algemeen zijn wij
voorstander van doelen die SMART-geformuleerd zijn. Voor de toekomstige sportdeelname is dat
echter niet mogelijk. Ten eerste is de sportdeelname niet exact bekend. Er zijn verschillende
indicatoren, maar de sportdeelname uitgedrukt volgens de landelijk gehanteerde RSO-definitie is
niet bekend en dus is een kwantitatieve doelstelling niet specifiek te maken. Verder is nog weinig
bekend in Nederland over de kosten van het verhogen van de sportdeelname en effecten van
sportstimuleringsprogramma’s. Dat zou betekenen dat men een kwantitatieve doelstelling nastreeft,
zonder te weten hoeveel middelen daarvoor benodigd zijn (en dat staat haaks op de R van
realistisch). Om die redenen heeft de gemeente wel als doel om de sportdeelname te verhogen,
maar niet uitgedrukt in een kwantitatieve doelstelling.
Sport blijft Bewegen
18
5.
Pijlers Sportbeleid Stadskanaal
5.1
Algemeen
Deze nota bevat in een aantal gevallen een concreet voorstel. Daarnaast bevat het een
actieplan waarbij een bepaalde richting aangegeven wordt. Voor een aantal zaken zal dus
een afzonderlijk besluitvormingstraject gevolgd worden.
Intergraliteit, samenwerking en duurzaamheid zijn centraal gestelde begrippen. De
uitgangspunten bij de begroting 2006, de landelijke trends en de wil van de gemeente om
mensen te stimuleren tot sportdeelname vragen om een uitwerking van die begrippen.
Gekozen is voor een uitwerking van het sportbeleid in drie pijlers;



Sportstimulering door doelgroepbenadering en verenigingsondersteuning
Een zakelijke benadering van het tarieven en subsidiebeleid
Kwalitatief goede, voldoende en eigentijdse sportvoorzieningen
Nogmaals dit zijn de drie pijlers. Voor een aantal onderdelen zijn er al ontwikkelingen
gaande. Voor een aantal andere zaken is aparte besluitvorming gewenst.
5.2
Sportstimulering en Ondersteuning
Wij willen die groepen activeren die achterblijven ten opzichte van andere groepen als het
om sportdeelname gaat. In Stadskanaal worden vooral ouderen en de jeugd aangezet meer
te bewegen. Door middel van kwalitatieve goede sportaccommodaties en het verstrekken
van subsidies voert de gemeente een actief sportstimuleringsbeleid
5.2.1
Doelgroepondersteuning
Voor een adequate uitvoering van het (sport)doelgroepenbeleid is het van belang te weten
hoe het is gesteld met de sportdeelname van je doelgroepen. Het ontbreekt ons op een
aantal gebieden (o.a. sportdeelname door allochtonen, ongeorganiseerde sportdeelname)
aan plaatselijk cijfermateriaal. Ook op landelijk gebied is er nog te weinig materiaal
beschikbaar. In de komende jaren dient het verzamelen van bovengenoemde gegevens meer
aandacht te krijgen (zie actieplan). Een onderzoek van de GGD wijst uit dat de inwoners van
Oost Groningen, qua sportbeoefening en gezondheid achterblijven bij de landelijke norm. De
groepen ouderen en jeugd verdienen aandacht.
Waarom aandacht voor jeugd en ouderen?
Er is sterke relatie tussen sportdeelname en leeftijd. De sportdeelname is onder de jeugd het hoogst
(80% tot 90% van de jeugd doet aan sport) en neemt af naarmate de leeftijd toeneemt. Waarom de
jeugd steunen als de sportdeelname zo hoog is? In de eerste plaats omdat het stimuleren van sport
op latere leeftijd veel moeilijker is dan op jonge leeftijd: jong geleerd is oud gedaan. Daarnaast
neemt beweegarmoede toe: de laatste decennia 1% per jaar. Voor sportverenigingen is het een
uitdaging om (oudere) jeugd te behouden. Gekwalificeerd sporttechnisch kader is een belangrijke
basis voor een aantrekkelijk sportaanbod. Ook is het belangrijk om jeugd te betrekken bij het
verenigingsleven en nevenactiviteiten te organiseren.
De toenemende vergrijzing vraagt om activiteiten voor de 55+sporter. De groep ouderen is divers
als het om sport gaat. Er zijn senioren die hun hele leven al sportief zijn en senioren die nooit
hebben gesport. Bestaande zaken als Meer bewegen voor ouderen en specifieke
verenigingsactiviteiten voor de ouderen sporter bedienen een gedeelte van de markt. Vooral de
groep senioren die nog niet voldoende beweegt, heeft prioriteit binnen het gemeentelijke beleid.
Sport blijft Bewegen
19
5.2.2
Rijkssubsidies BSI & BOS
Breedte Sport Impuls
In 2000 kwam het rijk met en regeling om de breedte sport te stimuleren, de BSI-regeling.
Voor de provincie Groningen resulteerde dit in een gezamenlijke aanpak van alle gemeenten
met de provincie Groningen. De oprichting van het Huis voor de Sport (zie ook 5.2.6.) is
hiervan een tastbaar bewijs. De regeling loopt tot en met dit jaar. De vraag is hoe hierna
deze in Groningen opgezette sportinfrastructuur kan blijven voortbestaan.
Het ministerie heeft al een voorzet gegeven in die zin dat er een vervolg komt op de Breedte
Sportimpuls en wel het project Buurt Onderwijs en Sport (BOS). Begin 2006 heeft de
gemeente Stadskanaal twee subsidieverzoeken ingediend .
Buurt Onderwijs en Sport
Vanaf 2005 kunnen gemeenten een financiële bijdrage van het Rijk ontvangen voor
projecten die in arrangementen sportieve of bewegingsactiviteiten voor jongeren aanbieden
in een samenwerking tussen buurt-, onderwijs- en sportorganisaties. Hiervoor heeft het
ministerie van VWS de BOS-impuls opgezet. Het doel is om kwetsbare jongeren gezonder te
laten leven en daarmee problematisch gedrag terug te dringen. De provincie Groningen heeft
aangegeven weer te willen participeren in de BOS-impuls. In tegenstelling tot de BSI kan er
geen gezamenlijke aanvraag worden ingediend. Het Huis voor de Sport heeft wel weer een
coördinerende rol op zich genomen. De regeling duurt tot 2010.
5.2.3
Groninger Sport Model (GSM)
In 2003 kwam het Huis voor de Sport met een extra impuls om een gezonde leefstijl van de
inwoners van de provincie Groningen te stimuleren, het zogenaamde Groninger Sport
Model. Uit onderzoek van de GGD blijkt dat de Groningers ongezonder zijn ten opzichte van
de rest van Nederland. Om dit probleem integraal aan te pakken werd dit model ontwikkeld.
Sport en bewegen wordt in het GSM breed ingezet als middel om de gezondheid te
beïnvloeden. Dit gebeurt enerzijds door leefstijlsbeïnvloeding gericht op gedragsverandering
en anderzijds door projecten te starten gericht op symptoombestrijding.
De ervaringen van gemeenten die wel deelnemen aan het GSM zijn positief en de
verwachting is dat het GSM zal de komende jaren een grotere rol gaat spelen binnen het
(basis)onderwijs. Deze positieve ervaringen hebben als nadeel dat op dit moment niet alle
gemeenten bediend kunnen worden. Op zich staan wij positief tegenover dit project. Met
ingang van het schooljaar 2006/2007 zal op twee scholen een pilot starten. Over de
mogelijkheid tot verdere deelname (uitbreiding) zal aparte besluitvoering nodig zijn. Ook dit
wordt opgenomen in het actieplan.
5.2.4
Verenigingondersteuning
Veel sportverenigingen geven aan steeds meer te maken te krijgen met een veranderende
en complexer wordende omgeving. Uit landelijke cijfers blijkt dat men te maken heeft met
het moeilijker worden van het vinden en behouden van vrijwilligers en het gebrek aan
financiën. De sportverenigingen worden geconfronteerd met toenemende individualisering,
flexibilisering, toenemende mogelijkheden van vrijetijdsbesteding en niet te vergeten een
toenemende regelgeving. Ten aanzien van het laatst genoemde wijzen wij op een motie van
de Christenunie (eind 2005). Naar aanleiding van deze motie, die raadsbreed wordt
ondersteund, wordt nieuwe gemeentelijke regelgeving steeds vooraf beoordeeld op de
gevolgen voor verenigingen en vrijwilligers. De gemeente heeft de ondersteuning van
sportverenigingen uitbesteed aan het Huis voor de Sport. Dit in het kader van de breedte
Sport Impuls vanaf 2001. De consulent van het Huis voor de Sport bezoekt (op verzoek van
de vereniging) eens per twee jaar de sportvereniging. Vervolgens worden oplossingen op
Sport blijft Bewegen
20
maat bedacht met de verenigingen. Ook worden er specifieke cursussen gegeven. Zie ook
punt 5.2.6.
5.2.5
Sportfederatie
De Sportfederatie in de gem. Stadskanaal ( SFS) is opgericht op 30 januari 1990.
De leden zijn de aangesloten sportverenigingen en daarmee gelijk te schakelen
sportorganisaties op niet-commerciële basis. Ruim 60 verenigingen zijn aangesloten bij de
SFS.
Wat doet de Sportfederatie voor haar leden:
a. Het behartigen van de belangen van de leden op sportgebied, in de ruimste zin van het
woord.
b. Het bevorderen van de sport in al haar verschijningsvormen en het bevorderen van een
doelmatig sportbeleid in de gemeente Stadskanaal.
Hiervoor ontvangt de gemeente Stadskanaal een structurele subsidie van de gemeente. In
2006 bedroeg die subsidie € 16.000,00. Van dit bedrag wordt € 12.000,00 direct
doorgesluisd naar de aangesloten sportverenigingen. Dit geld komt volledig ten gunste van
diverse sportstimuleringsactiviteiten. Ook is de Sportfederatie actief als o.a. organisator van
Sportverkiezingen en de Sport en Speldag.
Als intermediair is de Sportfederatie, die gerund wordt door vrijwilligers, een belangrijk
intermediair voor de gemeente. Wel willen wij de huidige samenwerking evalueren en
waarnodig verbeterpunten aanbrengen.
Wij willen in 2007 het functioneren van de sportfederatie evalueren.
5.2.6
Huis voor de Sport
Het Huis voor de Sport Groningen (mei 2001) is een gezamenlijk initiatief van de provincie
Groningen en alle Groninger gemeenten. De organisatie is innovatief, deskundig en
klantgericht die op praktische wijze ondersteuning biedt aan sportverenigingen en
gemeenten ter bevordering en ontwikkeling van de breedtesport. In totaal zijn er 32
medewerkers werkzaam bij het Huis voor de Sport Groningen, waarvan 15 sportconsulenten
die werkzaam zijn in vijf regio’s.
Verenigingsondersteuning
De sportvereniging staat bij het Huis voor de Sport Groningen centraal. Omdat iedere
organisatie zijn eigen achtergrond, ervaringen en specifieke vragen heeft, hangt het advies
en de begeleiding, helemaal af van de vraag. Het Huis voor de Sport beschikt over
professionele expertise, over vakkennis en deskundigheid op allerlei terrein. Enkele
voorbeelden zijn; ondersteuning op het gebied van vrijwilligers, organisatie, werving en
behoud, wet- en regelgeving en sportstimulering.
Projecten
In samenwerking met de 25 gemeenten en overige instellingen worden er sportprojecten
uitgevoerd. Deze projecten zijn gericht op het stimuleren van sportdeelname en de rol van
sport als middel om de sociale binding in de maatschappij te bevorderen. Enkele voorbeelden
van projecten die in Stadskanaal zijn uitgevoerd zijn; Asielzoekers en Sport, Wat Jeugd
Beweegt, Vrijwilligers in de Sport (VIS), Sport voor ouderen (GALM) en Ouders Graag
Gezien.
Sport blijft Bewegen
21
5.2.7
Conclusie en beleidsvoornemens
Uit het bovenstaande ontlenen we een aantal actiepunten (deze is ook terug te vinden in het
actieplan):
a. Doelgroepen jeugd en ouderen.
Uit diverse onderzoeken blijkt dat bewegingsarmoede en overgewicht een steeds groter
probleem vormen. Wij willen hieraan extra aandacht besteden met als doelstelling de
sportdeelname te vergroten, in het bijzonder bij jeugd en ouderen.
b. Structurele verzameling van gegevens (monitoring).
Om een up-to-date beeld van onze verenigingen te houden en in te kunnen springen op
veranderingen is het noodzakelijk om op gestructureerde wijze gegevens te verzamelen en
bij te houden.
c. Deelname aan het Groninger Sport Model (GSM).
De reacties van gemeenten en scholen die al meedoen aan het GSM zijn erg positief. De
gemeente Stadskanaal doet (nog) niet mee omdat wij eerst een beeld willen vormen van de
consequenties, In het actieplan is aangegeven wanneer we een definitief standpunt over de
deelname aan het GSM willen innemen.
d. Evaluatie Sportfederatie in de gemeente Stadskanaal.
Het functioneren van de Sportfederatie in de gemeente Stadskanaal willen wij evalueren in
2007
e. Ondersteuning Huis voor de Sport na 2010.
Het huis voor de sport kan als partner van de gemeente Stadskanaal een ondersteunende rol
vervullen bij de verenigingsondersteuning en de uitvoering van projecten. Door middel van
deelname van de gemeente aan de Breedte Sport Impuls, de BOS-regeling en bijdragen
vanuit fondsen en sponsoren is het voortbestaan van het Huis voor de Sport redelijk
verzekerd tot 2010.
5.3
Tarieven en Subsidiebeleid
5.3.1
Tarieven
Uitgangspunt van de gemeente Stadskanaal is een zakelijke benadering waarbij kosten en
opbrengsten met elkaar in evenwicht zijn. Door middel van het reserveren van voldoende
geld moeten de accommodaties up-to-date gehouden worden. Deze stellingen zijn
opgenomen in de toekomstvisie 2015.
Het huidige tarievensysteem van de gemeente Stadskanaal kent veel verschillende tarieven.
Het ontstaan van deze tarieven is historisch gegroeid en bepaald op basis van afmetingen in
m2 van de gymzalen/sporthallen. In het huidige systeem wordt uitgegaan van de
ondersteuning van officieel erkende sportverenigingen. Door de vele verschillende tarieven is
het systeem voor de verenigingen onoverzichtelijk.
Er is al meerdere keren nagedacht over een nieuw op te zetten tarievenbeleid, in 2004 is
door een stagiaire al een afstudeeronderzoek geschreven waarin enkele aanzetten worden
gegeven voor een nieuw te ontwikkelen tarievenbeleid. Uit dit onderzoek is gebleken dat de
tarieven die Stadskanaal hanteert in verhouding lager zijn dan de tarieven die omliggende
gemeenten hanteren. Bij dit onderzoek zijn mogelijke subsidiemogelijkheden niet
meegenomen. In die zin is het ‘lager’ een erg subjectief begrip.
Sport blijft Bewegen
22
Voor de binnensport geldt in Stadskanaal een dekkingspercentage van 13%. Dat wil zeggen
dat 13% van de kosten van de gemeentelijke accommodaties zijn gedekt door inkomsten en
dat de gemeente 87% subsidieert. Hierbij moet de kanttekening worden gemaakt dat er
geen rekening gehouden met het gebruik door het onderwijs. De gebruiksuren door het
onderwijs worden, op een uitzondering na niet in rekening gebracht. Zouden we dit wel doen
dan verandert het beeld.
Bij de buitensport is de dekking nog geringer en subsidieert de gemeente voor 94%. Hierbij
wel de aantekening dat de enkele buitensportverenigingen (met name de
voetbalverenigingen) zelf ook bijdragen in de onderhoudskosten. Deze bijdragen zijn niet
meegenomen in de grafiek.
Figuur 5.1
Totale kosten en opbrengsten voor binnensportaccommodaties en
buitensportaccommodaties, gemeente Stadskanaal, exclusief de
onderwijsbijdrage (begroting 2006)
€ 900.000
€ 800.000
€ 700.000
€ 600.000
€ 500.000
totale kosten
opbrengsten
€ 400.000
€ 300.000
€ 200.000
€ 100.000
€0
binnensportaccommodaties
buitensportaccommodaties
De Toekomstvisie gaat uit van kosten en opbrengsten die in evenwicht zijn. In andere
gemeenten zien we dat in toenemende mate gemeenten tarieven doorberekenen die
gebaseerd zijn op de werkelijke kosten – om vooral inzicht te geven naar gebruikers en
bestuurders.
Bijlage 5 is een overzicht van de tarieven in de gemeente Stadskanaal en omliggende
gemeenten.
Sport blijft Bewegen
23
Tarieven en andere gemeenten
In zeer veel gemeenten is er een verschil tussen binnensport, buitensport en zwemsport wat
betreft de mate waarin de kosten door inkomsten worden afgedekt. De kosten van een zwembad
zijn veel hoger dan voor een binnensportaccommodatie en de kosten voor een natuurgrasveld zijn
ten opzichte van een zwembad of sporthal het laagst. Een gelijk dekkingspercentage (mate waarin
inkomsten de kosten compenseren) is daarom praktisch moeilijk realiseerbaar. Veel gemeenten
hebben/hadden tarieven die deels historisch tot stand zijn gekomen. De laatste tien jaar zijn
gemeenten actief om tarieven en subsidies te herijken, soms ook noodgedwongen door
gemeentelijke herindelingen. De gemeente Stadskanaal wil de tarieven nader bezien,.
5.3.2
Subsidie
Wij willen de jeugdsportsubsidie inzetten als stimulans om jongeren (meer) aan het sporten
te krijgen en minder als een vorm van structurele financiering. De praktijk wijst uit dat er
creatief omgegaan wordt met de aanvragen en de honorering van de topsportsubsidie. Niet
helder is wanneer evenementen wel en wanneer deze niet gehonoreerd worden. Ook is het
niet duidelijk of de subsidie effectief is. Wij stellen dan ook een herziening van het
subsidiebeleid voor. Met betrekking tot 3 evenementen willen wij een uitzondering maken.
Een evenement dat zijn waarde voor Stadskanaal heeft bewezen is de Nellie Cooman
Games. Dit topsportevenement wordt jaarlijks structureel ondersteunt met € 4.500,00. In
2006 is de gemeentelijke bijdrage opgetrokken naar € 12.500. Afgesproken is dat de
mogelijkheden om een (hogere) structurele ondersteuning op te nemen in deze nota.
In 2007 wordt dit topsportevenement uitgebreid met een aantal onderdelen van de World
Series op het gebeid van de gehandicaptensport. Dit biedt kansen voor de verdere uitbouw
tot een meerdaags sportevenement. Het organisatiecomité stelt om die reden voor om de
subsidie op te hogen naar € 20.000.
Go Sport is een sportevenement voor de leeftijdsgroep 10 - 16 jarigen. Een keer per twee
jaar worden zo'n 2500 leerlingen uitgenodigd om deel te nemen aan talloze nieuwe maar ook
bekend sporten. De drie keer dat Go Sports is gehouden was steeds sprake van een zeer
groot succes. De boodschap is dat sport(beoefening) een tegenhanger is van alcohol, drugs
en geweld. Voor een structurele voortzetting van Go Sport is € 15.000 per twee jaar.
De Klap tot Klaploop wordt incidenteel ondersteund. Gelet op de grote actieve en passieve
sportbeleving die van dit evenement uitgaat zouden wij een jaarlijkse subsidie van €1000
beschikbaar willen stellen.
5.3.3
Conclusies en beleidvoornemens
a. Verhoging van de structurele ondersteuning van de Nellie Cooman Games, Go Sports en
Klap tot Klaploop
Ons voornemen is om de sportsubsidiemogelijkheden tegen het licht te houden. Met
betrekking tot 3 evenementen te weten de Cooman Games, Go Sports en de Klap tot
Klaploop wordt een uitzondering gemaakt.
De Cooman Games hebben hun promotionele waarde voor de gemeente bewezen. De
plannen van de organisatie zijn ambitieus, Bij ambitie hoort in dit kader ook een grotere
Sport blijft Bewegen
24
mate van professionaliteit. En professionaliteit betekent in dit geval hogere kosten. Gelet op
de grote PR-waarde van de Games, de beleving voor zowel de actieve als de passieve sporter
is het voorstel de jaarlijkse gemeentelijke bijdrage te verhogen van € 4.500,00 naar
€12.500. Dit is niet in overeenstemming met de wens maar gelet op de totale investering
die behoort bij deze sportnota vinden wij een hogere bijdrage niet wenselijk.
Continuering van Go Sport vergt een jaarlijkse bijdrage van € 7.500 en de bijdrage voor de
Klap tot Klaploop is jaarlijks € 1.000.
Het spreekt voor zich dat aan de toekenning van bovenstaande structurele subsidies nader
voorwaarden gesteld zullen worden.
b. Herziening tarievenbeleid
Een tarievenopbouw waarbij kosten en opbrengsten met elkaar in evenwicht zijn hebben wij
als uitgangspunt opgenomen in deze nota. Hierbij vloeit voort een nadere bestudering van
het huidige systeem. Hierbij zal ook het toewijzingsbeleid voor het gebruik van de
binnensportaccommodaties betrokken worden. Aan de gemeenteraad is zo'n twee jaar
geleden toegezegd dat het toewijzingsbeleid (voor het gebruik van een gemeentelijke
sportaccommodatie) herzien zou worden. De aanleiding hiervoor was een (op zichzelf
staand) probleem tussen een muziekvereniging en een sportvereniging. Andere incidenten
hebben niet gespeeld, maar het toewijzingsbeleid, zoals is vastgesteld in 1983, zal bij de
herziening van het tarievenbeleid worden herijkt.
c. Herziening subsidiebeleid
De herziening van het subsidiebeleid is hiervoor (zie 5.3.2) beschreven.
5.4
Sportvoorzieningen
5.4.1
Algemeen
Uit onderzoek uitgevoerd door RIGO research is gebleken dat de behoefte aan binnen en
buitensportaccommodaties de komende decennia constant blijft. Voor de toekomst zullen er
dan ook niet meer, maar wel betere of andere accommodaties gebouwd moeten worden.
Een aantal gebruikers is niet tevreden over de schoonmaak van de gemeentelijke
binnensportvoorzieningen. Dit signaal pakken we op en proberen we binnen het bestaande
budget op te lossen.
5.4.2
Binnensportaccommodaties
Aanbod
Binnen de gemeente zijn de volgende binnensportaccommodaties te vinden:
Gymzaal
Stadskanaal
Musselkanaal
Onstwedde
Mussel
Alteveer
5
2
1
1
1
Totaal
10
Gymzaal
bij
scholen
5
Sporthallen
Gemeente
Manege
Sporthal
Particulier
Sportscholen
Particulier
1
1
1
2
4
1
2
3
1
5
2
2
De accommodaties stammen bijna allemaal uit de jaren ’60 en ‘ 70, hierdoor zijn de
accommodaties verouderd en in feite al afgeschreven. Veel van de gymzalen zijn niet meer
eigentijds en afgestemd op de behoeften van de hedendaagse sporter en het sterk in
Sport blijft Bewegen
25
verandering zijnde bewegingsonderwijs. Een voordeel is dat de accommodaties verspreid
liggen over de gemeente. Elke kern beschikt over een gymzaal.
Gebruik
Het onderwijs en de sportverenigingen maken gebruik van de accommodaties. Beide hebben
hun eigen prioriteiten: het onderwijs is gebaat bij gymzalen dicht bij school en
binnensportverenigingen hebben behoefte aan de (veel) grotere sporthallen voor competitie
en training. De gemeente heeft wat betreft het basisonderwijs een wettelijke verplichting om
gymnastieklokalen aan te bieden.
In de periode tussen 8:30 en 16:00 worden de lokalen voornamelijk gebruikt voor onderwijs.
Af en toe wordt er door particuliere organisaties of sportverenigingen gebruik van gemaakt.
Tussen 16:00 en 18:30 worden de accommodaties weinig gebruikt, in de avonduren worden
de accommodaties voornamelijk gebruikt door sportverenigingen. De gymzalen bij het Ubbo
Emmius (locaties Stadskanaal) worden niet door sportverenigingen gebruikt.
In figuur 5.2 zijn de bezettingspercentages van de sportaccommodaties weergegeven voor
overdag (8:30-16:00 uur). Hieruit blijkt dat onder andere de gymzalen in de Fr.
Nanningstraat en in Onstwedde volledig bezet zijn.
Met betrekking tot Onstwedde is in het Integraal HuisvestingsPlan (IHP) voor het onderwijs
opgenomen dat: ‘de uitwerking van de visie voor Onstwedde en de daarmee gepaard gaande
budgetten worden meegenomen in de actualisatie van het IHP in 2007’. De door de
bevolking van Onstwedde gedragen wens om tot een vergroting/nieuwbouw van de gymzaal
te komen wordt hierbij betrokken.
Figuur 5.2
Bezetting binnensport overdag
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
100%
sporthal De Spont
Dojo De Spont
sporthal De Veenhorst
gymzaal Engelandlaan
gymzaal Mr. Neuteboomstraat
gymzaal Wiekedreef
gymzaal Margrietlaan
gymzaal De Kniphorst
gymzaal Westerschool
gymzaal Akkerweg
gymzaal Fr. Nanningstraat
gymzaal Mussel
gymzaal Onstwedde
gymzaal De Drijscheer
totaal binnensport
onderwijs 8:30-16.00 uur
Sport blijft Bewegen
verenigingen 8:30-16:00 uur
26
Figuur 5.3
Bezetting binnensport avond
0%
20%
40%
60%
80%
100%
sporthal De Spont
Dojo De Spont
sporthal De Veenhorst
gymzaal Engelandlaan
gymzaal Mr. Neuteboomstraat
gymzaal Wiekedreef
gymzaal Margrietlaan
gymzaal De Kniphorst
gymzaal Westerschool
gymzaal Akkerweg
gymzaal Fr. Nanningstraat
gymzaal Mussel
gymzaal Onstwedde
gymzaal De Drijscheer
totaal binnensport
verenigingen 16:00-22:30 uur
Sport blijft Bewegen
27
Exploitatielasten en raming groot onderhoud in 2006
Een overzicht van jaarlijkse lasten en opbrengsten is weergegeven in de volgende tabel.
bouwjaar
totale kosten
gepland
dekkings- onderhoud per
opbrengsten graad
jaar tot 20156
sporthal De Spont
1964
€ 195.440
€ 43.100
22%
€
55.389
sporthal De Veenhorst
1976
€ 203.656
€ 14.200
7%
€
34.587
gymzaal Mr. Neuteboomstr.
1970
€ 43.985
€ 3.500
8%
€
12.680
gymzaal Wiekedreef
1969
€ 39.320
€ 3.500
9%
€
12.432
gymzaal Margrietlaan
1970
€ 32.394
€ 2.000
6%
€
14.379
gymzaal De Kniphorst
1963
€ 38.128
€ 2.500
7%
€
13.729
€ 26.801
€ 500
2%
€
10.911
gymzaal Westerschool
1950-55
gymzaal Akkerweg
1953
€ 46.110
€ 1.000
2%
€
13.380
gymzaal Fr. Nanningstraat
1960
€ 33.757
€ 20.000
59%
€
18.655
gymzaal Mussel
1968
€ 44.371
€ 2.000
5%
€
11.923
gymzaal Onstwedde
1969
€ 36.813
€ 12.200
33%
€
17.474
€ 61.860
€ 2.000
3%
€
10.313
€ 812.435
€ 108.000
13%
gymzaal De Drijscheer
totaal binnensport
De gymzalen De Drijscheer en Akkerweg hebben een relatief groot exploitatietekort.
De komende jaren zullen de exploitatielasten stijgen doordat de post onderhoud toeneemt.
Voor de komende vier jaar (2007-2010) is het technisch onderhoud berekend op € 407.900,
dus circa € 100.000 per jaar. Voor deze periode is de reserve gymlokalen en sporthallen nog
toereikend. Op langere termijn dreigt er een tekort. Te zijner tijd zullen wij met een voorstel
komen om de reserve op peil te brengen.
Bij de ontwikkeling van de wijkvisies zullen wij binnensportaccommodaties betrekken. Waar
mogelijk zullen accommodaties worden afgestoten: een evenredige spreiding (maatwerk), de
instandhoudingverplichting van gymzalen m.b.t. het onderwijs, efficiënt gebruik,
multifunctionaliteit zijn hierbij de sleutelbegrippen.
5.4.3
Buitensportaccommodaties
Aanbod
De gemeente heeft een ruimaanbod aan buitensportaccommodaties*
Stadskanaal
Musselkanaal
Onstwedde
Mussel
Alteveer
Totaal
Voetbal
veld
11
5
3
2
2
Tennisbaa
n
7**
4**
2
-
Korfbalvel
d
2
-
Hockeyvel
d
1
-
IJsbaan
2
1
1
1
atletiekba
an
1
-
23
13
2
1
5
1
* sportvelden in de directe nabijheid van scholen zijn niet meegeteld in dit overzicht.
** De tennisbanen in Stadskanaal en Musselkanaal zijn geprivatiseerd
Het gaat om een raming van de totale onderhoudskosten, dus niet alleen technisch onderhoud, maar
ook dagelijks en preventief onderhoud, contracten en abonnementen e.d., bron Planon mei 2006.
6
Sport blijft Bewegen
28
Op het terrein in Vledderveen kunnen verschillende sporten beoefend worden. In de
Toekomstvisie Stadskanaal 2015 wordt zelfs gesproken over een durfsportcentrum. In het
huidige centrum bevinden zich een kartbaan, een speedwaybaan , een crossbaan en een
vliegveld. Volgens diezelfde Toekomstvisie zullen in dat durfsportcentrum in 2015
verschillende sporten beoefend kunnen worden: klimwanden, abseilen, jetski, deltavliegen
en verschillende vormen van motorsport. In de voorjaarsnota 2003 is aangegeven dat
vanwege de investeringsbehoefte de ontwikkelingen getemporiseerd gaan worden. Dit
betekent dat de gemeente een voorstander van ontwikkelingen is, maar zelf niet gaat
investeren.
Gebruikers
De buitenaccommodaties worden vooral door verenigingen gebruikt en in mindere mate door
het onderwijs.
Figuur 5.4 Situering sportparken in de gemeente
Sport blijft Bewegen
29
Gebruik
De buitensportaccommodaties worden vooral in de avonduren gebruikt. Enkele
accommodaties worden door het onderwijs overdag gebruikt.
In een inventarisatie van Oranjewoud (2003/2004) is de behoefte aan velden vergeleken
met het aanbod.
Behoefte versus beschikbare velden
benodigd
beschikbaar
wedstrijd training
Pagedal
conclusie
wedstrijd training
vv Stadskanaal
1,8
0,6
3*
kv Stadskanaal
1,5
0
Julianastraat
SJS
3,5
1,2
3
Noord
SPW
0,8
0,3
Musselkanaal A-kade
Musselkanaal
1,6
0,5
Musselkanaal SETA
SETA
1,3
0,4
Mussel
Mussel
1,5
Onstwedde
Onstwedder Boys
1,8
wedstrijd
1,25** zeer ruim
2 nvt
ruim
training
ruim
ruim
0,75*** voldoende
voldoende
2*
0,25** zeer ruim
voldoende
3*
0,85** zeer ruim
voldoende
2
0,6 ruim
voldoende
0,3
1
0,3 te kort
voldoende
0,6
2
1 voldoende
ruim
Alteveer
Alteveer
1,1
0,4
1
0,5 minimaal
voldoende
* inclusief Wetravelden.
** = totaal Wetra + werkelijk m2 beschikbare veld om te trainen
*** door de aanleg van kunstgras qua wedstrijd en training voldoende.
Ter uitvoering van de vorige sportnota zijn er in Stadskanaal 4 zogenaamde Wetravelden aangelegd.
Deze velden kennen een hogere wedstrijd- en trainingsbelasting dan een ‘traditioneel’ veld.
Beheer en onderhoud
Net zoals de binnensportaccommodaties dateren de meeste buitensportaccommodaties uit de
jaren 60. Dit betekent dat, hoewel het onderhoud op een goede wijze is uitgevoerd, we de
komende jaren te maken krijgen met grotere (vervangings)investeringen. Voorbeelden
hiervan zijn de renovatie van voetbalvelden, de vervanging van het
kunstgrashockeyveld en de kunststof atletiekbaan. Wij hebben een gerenommeerd
bedrijf gevraagd een overzicht te maken van de te verwachten extra kosten (dus naast het
normale onderhoud). Dit heeft geresulteerd in een investeringsoverzicht in de
buitensportaccommodatie voor de komende vijf jaar. Deze investeringen hebben
consequenties voor de begroting.
Renovaties van natuurgrasvelden 2006-2010
Bij diverse velden is sprake van achterstallig onderhoud. Dat geldt voor zowel het hoofdveld
en het 2e bijveld op het sportpark Pagedal, als sportpark Musselkanaal A-kade.
De zogenaamde wetravelden op beide sportparken blijven achter bij de verwachting qua
bezettingscapaciteit. Renovatie van de andere velden vinden wij dan ook verantwoord.
Over de renovatie van het hoofdveld Pagedal is reeds besloten.
De renovatie van het 2e bijveld Pagedal en de renovaties van het hoofdveld en 2e bijveld
Musselkanaal A-kade vergen een investering van € 172.600 inclusief btw.
Het 2e bijveld in Onstwedde moet in 2010 gerenoveerd worden. Dat vergt een investering
van € 53.500 inclusief btw.
In totaal is sprake van een investeringslast van € 226.100 voor de periode 2006-2010.
Dekking van deze nieuwe renovaties kan plaatsvinden door een extra jaarlijkse dotatie van €
15.000 aan de Reserve Renovatie Sportvelden.
Sport blijft Bewegen
30
Overigens is in de kern Stadskanaal sprake van overcapaciteit op sportpark Noord en
sportpark het Pagedal. Dit kan ook gezegd worden van de accommodatie waarvan de vv
SETA gebruik maakt. Dit vraagt om een onderzoek naar een herpositionering van de
voetbalaccommodaties.
Aanleg 2e bijveld VV Mussel in 2007
VV Mussel is de gebruiker van sportpark Mussel. Het sportpark beschikt over 1 wedstrijdveld
en 1 oefenhoek (circa 0,3 veld). De vereniging heeft volgens de KNVB en NOC*NSF-normen
een extra veld nodig (in plaats van de trainingshoek). Geadviseerd wordt in 2007 een tweede
veld aan te leggen. De kosten daarvan bedragen € 148.700 exclusief
grondverwervingskosten. De jaarlijkse exploitatielasten ramen we op € 15.000 (exclusief
grondverwerving en onderhoud).
Mussel heeft een relatieve jonge bevolkingsopbouw. De prognose is dat het aantal inwoners
stabiel blijft. Uit het eerder genoemde RIGO-onderzoek is te concluderen dat er een behoefte
aan voorzieningen op zal treden.
Vanuit die gegevens en gelet op het ledental van de vereniging is continuïteit redelijk
gewaarborgd waardoor wij investering in een extra veld acceptabel achten.
Ingebruikgeving 2e bijveld Alteveer 2007
De vv Alteveer heeft de beschikking over 1 hoofdveld en een trainingshoek. Gelet op het
huidige ledental zou er een veld bij moeten komen. Met name het wedstrijdgebruik geeft
steeds groter wordende problemen. Een oplossing is om het tweede veld, dat in
overeenstemming met de vorige sportnota in extensief beheer is genomen, weer ingebruik te
nemen. (met extensief beheer wordt bedoeld dat de gemeente geen onderhoud meer aan
het betreffende veld heeft verricht). Een bijkomend voordeel van het weer ingebruik nemen
van het veld is dat het andere veld minder zwaar belast wordt hetgeen de kwaliteit van het
veld ten goede zal komen.
Met het speelklaar maken van dit veld gaat een investering gemoeid van € 40.000. Het extra
onderhoud van de accommodatie in Alteveer zal € 4000,00 op jaarbasis zijn.
Kunstgrashockeyveld vervangen in 2006
Een kunstgrasveld gaat 12 tot 15 jaar mee. Daarna dient de toplaag vervangen te worden
(indien de fundering nog goed is). Het hockeyveld in Stadskanaal moet bij voorkeur in 2006
vervangen worden. De mogelijkheid bestaat om het hockeyveld te verplaatsen op het
sportpark Pagedal, waardoor een betere inrichting mogelijk is. In dat geval is de investering
€ 404.600 (incl. fundering, toplaag en lichtinstallatie). Indien het veld op de huidige locatie
blijft, dan is alleen vervanging van de de toplaag noodzakelijk. Dat vergt een investering van
€ 202.300. Wanneer de toplaag wordt vervangen, betekent dat een kapitaallast van €
20.200.
Een nieuwe ontwikkeling is dat op een kunstgras hockeyveld ook korfbalwedstrijden gespeeld
mogen worden. Dit betekent dat medegebruik van het veld door de korfbalvereniging te
overwegen is. Daarnaast zijn er ontwikkelingen met betrekking tot de
kleed/clubaccommodaties van de hockey-, de korfbal- en de atletiekvereniging.
Atletiekbaan: vervangen toplaag en belijning in 2009
De toplaag van de atletiekbaan gaat gemiddeld 10 tot 15 jaar mee. De toplaag van de
atletiekbaan in Stadskanaal staat gepland voor 2009. Het vervangen van de toplaag inclusief
nieuwe belijning kost € 192.800. Dit betekent een kapitaallast van € 19.400 per jaar.
Kleed/clubaccommodatie korfbal en hockey en atletiek
De atletiekvereniging Jahn II heeft een eigen club-/kleedaccommodatie die erg slecht is. De
korfbalvereniging heeft behoefte aan aanpassing van de accommodatie (o.a. een
invalidentoilet), en de hockeyvereniging zou het club/kleedgebouw dichter bij het veld willen
hebben.
Sport blijft Bewegen
31
Herschikking en nieuwbouw van kleed- en clubaccommodaties betekent een
kwaliteitsverbetering voor de drie verenigingen (en het onderwijs dat de
korfbalaccommodatie gebruikt).
Het realiseren van een nieuwe club- en kleedaccommodatie is begroot op € 297.500. Bij een
afschrijving over 40 jaar betekent dat een kapitaallast van € 22.300.
Het is niet mogelijk om in het bestek van deze nota met een afgerond plan te komen.
Geadviseerd wordt nader studie te doen in hoeverre een gezamenlijke accommodatie (met
het afstoten van oude gebouwen) voordelen oplevert voor de gemeente en de betrokken
verenigingen.
Overzicht investeringen buitensport
atletiekbaan renovatie
vervangen toplaag hockeyveld
aanleg 2e bijveld VV Mussel
renovaties velden
Ingebruikname 2e veld Alteveer
kleed/clubaccommodatie Jahnll/korfbal
totaal
Figuur 5.1
investering afschrijvingstermijn jaarlijkse lasten
€ 192.800
20
€ 19.400
€ 202.300
20
€ 20.200
€ 148.700
20
€ 15.000
€ 226.100
20
€ 15.000
€ 40.000
20
€ 4.000
€ 297.500
40
€ 22.300
€ 1.107.400
€ 95.900
Sporthal de Spont en turnzaal de Kniphorst.
Sport blijft Bewegen
32
Kunstgras soms een oplossing
Kunstgras wordt in Nederland meer en meer toegepast. Vooral bij hockey is kunstgras
gebruikelijk. Bij korfbal zien we ook een toename, ook in combinatie met hockey (dubbele
bespeling). Bij voetbal is de ontwikkeling minder sterk. Dat heeft te maken met de kosten en de
noodzaak. Een kunstgrasvoetbalveld heeft een jaarlijkse exploitatielast van circa € 40.000 per jaar
(zonder grondverwervingskosten en btw). Bij een gewoon natuurgrasveld zijn de exploitatiekosten
circa
€ 14.000 (landelijke kengetallen), dus ruim lager. Kunstgras maakt een hogere bespeling
mogelijk, in beginsel is die alleen organisatorisch begrensd (hoeveel teams kan ik laten spelen op
een zaterdag en hoeveel kunnen en trainen?). Omzetten van natuurgrasvelden in kunstgras
gebeurt vooral als men natuurgrasvelden kan afstoten (en herontwikkelen voor bijvoorbeeld
woningbouw ter financiering van het kunstgras), en de bespeling op het kunstgrasveld sterk
intensiveert.
5.4.4
Zwembaden
Aanbod
De gemeente Stadskanaal heeft drie openluchtzwembaden, één in Stadskanaal-Noord, in
Musselkanaal en in Onstwedde. Het bad in Stadskanaal-Noord is geprivatiseerd en is in
handen van een stichting die het bad exploiteert. De baden in Musselkanaal en Onstwedde
worden geëxploiteerd door Sportijn B.V.
De gemeentelijke bijdrage in bad Noord bedraagt ongeveer de helft van de bijdrage die per
bad aan de commerciële exploitant wordt verstrekt. Met inachtneming van de contractduur
en op basis van een evaluatie van de exploitatie door de commerciële exploitant willen wij
bezien in hoeverre de constructie van bad Noord toepasbaar is op de andere baden.
In Stadskanaal is ook een overdekt zwembad aanwezig, deze bevindt zich in het
Pagecentrum en is wordt geëxploiteerd door de Christelijke Gemeente Nederland.
Gebruikers
De buitenbaden zijn 16 weken per jaar geopend. Het totale bezoekersaantal schommelt de
laatste jaren rond de 30.000 per bad.
Gebruik
In de ochtenduren worden de buitenbaden gebruikt door de oudere baantjeszwemmers. In
de middag, na schooltijd, is het de schooljeugd die gebruik maakt van de baden.
Beheer en onderhoud
De vorige jaren heeft de gemeente fors geïnvesteerd in de buitenbaden. Zowel technisch als
bouwkundig kunnen de baden nog jaren mee en verwachten wij geen grote investeringen te
hoeven plegen.
Sport blijft Bewegen
33
Overzicht exploitatie-overeenkomsten zwembaden7
Bad Noord in Stadskanaal
De Horsten in Musselkanaal
‘t Vlasmeer in Onstwedde
5.4.5
Stichting Bad Noord, overeenkomst tot en met 31
maart 2013 met optie voor nog eens 5 jaar
Sportijn; risicodragend overeenkomst 31 maart
2009 met optie voor nog eens 5 jaar
Sportijn; risicodragend overeenkomst 31 maart
2009 met optie voor nog eens 5 jaar
Niet gemeentelijke accommodaties
De gemeente is niet de enige speler in het veld van de sportaccommodaties. Stadskanaal
kent en aantal accommodaties die particulier eigendom zijn dan wel door een particulier
geëxploiteerd worden maar waarvan wel de kanaalster bevolking gebruik maakt. Het gaat
dan om:

Sportscholen

Sporthallen

Zwembaden

Sportvelden bij het middelbaar onderwijs
Sportscholen
Op dit moment zijn er in Stadskanaal 7 sportscholen. Met name de individuele sporter maakt
her gebruik van. Bij bepaalde evenement wordt er nogal eens een beroep gedaan op de
sportscholen om mee te doen. Een voorbeeld hiervan is Go Sport. In de toekomst is het
belangrijk bestaande contacten te handhaven en uit te bouwen.
Sporthallen
Naast de 2 gemeentelijke sporthallen zijn er in de gemeente twee (particuliere) sporthallen
te weten sporthal Bruinsma en de sporthal van het Pagecentrum. De bezettingspercentages
van de particuliere hallen zijn niet bekend.
Door de verenigingen wordt aangegeven dat zij, vanwege de lagere tarieven en het
uitrustingsniveau, het liefst gebruik maken van de gemeentelijke sporthallen.
Door de particuliere exploitanten wordt aangegeven dat zij die lagere tarieven als een vorm
van verkapte concurrentie beschouwen.
De exploitatiebijdrage aan Bad Noord bedraagt € 59.282 op jaarbasis. Aan de exploitatie van de twee
baden De Horsten en ‘t Vlasmeer draagt de gemeente jaarlijks € 199.033 bij.
7
Sport blijft Bewegen
34
5.5
Conclusie en financiële paragraaf
Op basis van de voorgaande paragrafen wordt aangegeven wat de wensen zijn die
voortvloeien uit deze sportnota. Slechts gedeeltelijk kunnen deze wensen uit de bestaande
(sport)middelen betaald worden. Een groot gedeelte van de kosten heeft te maken met
noodzakelijke vervangingsinvesteringen. Hiermee is in de reguliere begroting en de
meerjarenraming geen rekening gehouden.
Voor een aantal zaken kan nu al een goede inschatting van de kosten gemaakt worden. Er
zijn ook zaken die om nadere uitwerking en besluitvorming vragen. Deze zijn vooral
opgenomen in het uitvoeringsplan (zie hoofdstuk 6).
De bestaande sportbegroting biedt onvoldoende mogelijkheden om de ambities en wensen
uit te kunnen voeren. In 2007 is het tekort € 35.000*. In 2008 loopt dat op naar € 97.000
en in de jaren 2009 en 2010 is er nog dekking nodig ter grootte van € 116.000.
Een (gedeeltelijke) oplossing zou kunnen liggen in een taakstellende bezuiniging.
In het overzicht op bladzijde 36 zijn de gevolgen van een bezuiniging opgenomen Hierbij
zijn we uitgegaan van een bezuiniging ad € 25.000,00 in 2008 en ad € 50.000,00 in de jaren
2009 en 2010.
Een dergelijke bezuiniging is haalbaar door het afstoten van gymzalen (€ 10.000,00). De
overige taakstellende bezuiniging willen we realiseren door middel van de herziening van de
tarieven en/of de gemeentelijke bijdrage in de exploitatie van de openluchtbaden.
Indien hiermee ingestemd wordt, betekent dit dat de tekorten over de jaren 2007 t/m 2010
er als volgt uitzien:
2007
€ 35.000*
2008
€ 72.000
2009
€ 67.000
2010
€ 67.000
* Het tekort voor 2007 is begroot op € 75.000,00. Omdat de activering van de investeringen pas in de
loop van 2007 plaatsvindt bedragen de lasten voor 2007 € 35.000,00.
Zoals hiervoor gesteld, past de huidige sportbegroting niet bij de ambities en behoeften. Het
verbeteren van de kwaliteit van sportaccommodaties in het licht van goede voorzieningen
(wegwerken achterstallig onderhoud én investering in vernieuwing) en versterking van
sportstimulering en sportevenementen gaat de sportbegroting te boven. Voor de periode tot
en met 2010 vraagt dat om keuzes over de ambities en financiële mogelijkheden.
Het is evenwel helder dat na 2010 de reserves voor onderhoud van sportaccommodaties
ontoereikend zijn en het huidige tekort verder zal oplopen. Binnen de huidige periode 20062010 is een studie / heroriëntatie noodzakelijk over de sport van Stadskanaal na 2010. We
pleiten er voor om bij de uitwerking verschillende scenario’s te hanteren, om een compleet
beeld te krijgen van de (on)mogelijkheden en de consequenties voor het gebruik (de
sporter) en de financiën.
Sport blijft Bewegen
35
FINANCIELE CONSEQUENTIES SPORTNOTA 2006
5.5.1. Sportstimulering en ondersteuning
Nelli Cooman Games
Go Sport
Klap tot klaploop
Deelname BOS-projecten
Deelname GSM
5.5.2. Tarieven- en subsidiebeleid
Taakstelling sportnota
5.5.3. Sportvoorzieningen en sportaccommodaties
Binnensportaccommodaties
Onderzoek vergroting sporthal Onstwedde
Buitensportaccommodaties
A. Beheersplan:
Renovaties van velden:
Pagedal
Musselkanaal
Musselkanaal
Renovatie Onstwedde
B. Overige:
Uitbreiding voetbalveld Mussel
Ingebruiknemen 2e veld Alteveer
Hockeyveld huidige locatie
Atletiek
Kleedaccommodatie Jahn II/Korfbal
Totaal
Investeringen
Incl. BTW
-
2007
2008
2009
2010
-
8.000
7.500
1.000
p.m.
p.m.
8.000
7.500
1.000
p.m.
p.m.
8.000
7.500
1.000
p.m.
p.m.
8.000
7.500
1.000
p.m.
p.m.
-
p.m.
-25.000
-50.000
-50.000
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
59.500
59.500
53.550
53.550
226.100
15.000*
15.000
15.000
15.000
148.750
40.000
202.300
192.780
297.500
841.330
15.000*
8.000*
20.200*
15.000
8.000
20.200
22.300
15.000
8.000
20.200
19.400
22.300
15.000
8.000
20.200
19.400
22.300
1.107.430
34.700*
72.000
66.400
66.400
* zie blz. 35.
Sport blijft Bewegen
36
6.
Uitvoeringsplan
Op basis van de voorgaande hoofdstukken is een actieplan opgesteld. Bij ieder actiepunt is
aangegeven in welk jaar het betreffende punt is uitgewerkt en wanneer de besluitvorming
plaats zal vinden.
A. Sportstimulering en Ondersteuning
1. Onderzoek naar deelname GSMprojecten
Besluitvorming
2. Structurele verzameling van ‘sportgegegevens’
Besluitvorming
3. Evaluatie samenwerking Sportfederatie
Besluitvorming
4. Ondersteuning Huis voor de Sport na 2010
Besluitvorming
2007
2007
2008
2009
B. Tarieven en Subsidiebeleid
1. Verhoging subsidie Cooman Games, Go Sports en Klap tot Klap
Besluitvorming
oktober 2006
2. Herziening van het subsidiebeleid
Besluitvorming
2008
3. Herziening van het tarievenbeleid
Besluitvorming
2008
C. Sportvoorzieningen
1. Uitvoering buitensportvoorzieningen 2006-2010
Besluitvorming
2006
Uitvoering:
renovatie hockeyveld 2006
uitbreiding VV Mussel 2007
ingebruiknemen 2e veld Alteveer 2007
renovatie velden 2007-2010
renovatie atletiekbaan 2009
gezamenlijke accommodatie Pagedal 20088
2. Uitwerking onderhoud binnensport (Planonsysteem 2006 – 2010)
Besluitvorming
2006
Uitvoering 2006-2010
3. Onderzoek naar beheersing onderhoud, mogelijke verdere overdracht van beheer- en
onderhoudtaken
Besluitvorming
2007
4. Onderzoek naar uitbreiding/nieuwbouw van de gymzaal in Onstwedde in combinatie
met onderwijshuisvesting
Besluitvorming
2007
5. Onderzoek naar vormen van samenwerking met private sportaanbieders
Besluitvorming
2008
6. exploitatie zwembaden
Besluitvorming
2008
7. Onderzoek herpositionering voetbalaccommodaties Stadskanaal
Besluitvorming
2009
8
Dan wel nader onderzoek naar voordelen gezamenlijke accommodatie Pagedal.
Sport blijft Bewegen
37
Bijlagen
1.
2.
3.
4.
5.
Samenstelling klankbordgroep
Sport integraal in het gemeentelijke beleid
Ledenoverzicht per sportvereniging van 2003 – 2005
verslagen informatieavonden
tarievenoverzicht gemeente Stadskanaal
Sport blijft Bewegen
38
Bijlage 1
Samenstelling klankbordgroep
Sportfederatie
Huis voor de Sport
Gemeente Stadskanaal
Sport blijft Bewegen
de heer J.H. Kruit
mevrouw D. Bijlaart
de heer T. Kloosterboer
de heer G.Gerrits
39
Bijlage 2
Sport integraal in het gemeentelijke beleid
In de hoofdstukken 1 en 2 is kort ingegaan op de raakvlakken die het beleidsveld kan hebben met andere beleidsterreinen. Sport kan een doel op zich
zijn maar ook een middel om grotere maatschappelijke doeleinden te realiseren. De basis van de maatschappelijke betekenis wordt gelegd doordat velen
sport leuk vinden om te doen en om naar te kijken (sport als doel). Vooral het spelkarakter, het competitie-element, de bewegingscomponent, de sociale
context en de mondiale verspreiding geven sport een grote aantrekkingskracht. Daarbij komt dat sport een laagdrempelig karakter heeft. Sport is in de
samenleving bij uitstek een gebied van interculturele ontmoetingen en interacties. Bovendien is het sportlandschap buitengewoon veelzijdig en
veelkleurig: ieder kan naar aard en aanleg een geschikte sporttak en sportvorm beoefenen. Hieruit is te concluderen dat de belangrijkste doelstelling
voor sport is om zoveel mogelijk mensen aan het sporten te krijgen.
Sport is echter ook een middel om maatschappelijke doelen te bereiken. Deze doelen liggen op het gebied van de volksgezondheid, op het gebied van
ontwikkeling en ontplooiing van de bevolking en op het terrein van sociale samenhang en participatie. Sport socialiseert en stimuleert, sport integreert
en emancipeert. Sport is dus van grote maatschappelijke betekenis door de positieve impulsen die ervan uitgaan. Dit geldt voor alle groepen van de
samenleving. In deze sportnota wordt sport niet enkel als doel gezien maar steeds meer als middel. De raakvlakken die sport heeft met de andere
beleidsterreinen zijn hieronder nader uitgewerkt en vragen om een integrale benadering.
Beleidsveld
Aandachtspunten
Huidig raakvlak met sport
Welzijn breed
Bij welzijn gaat het om gemeenschappelijk
gebruik van voorzieningen. Inmiddels
wordt gewerkt aan integrale aanpak van
het brede welzijnswerk waarbij wordt
ingezet op beschikbaarheid van
voorzieningen zo dicht bij huis als
mogelijk. Ook liggen er tal van
raakvlakken op het gebied van
vrijwilligersbeleid, aandacht voor
specifieke groepen en
leefbaarheidbevordering in de
buitenkernen.
beschikbaarheid voorzieningen
dichtbij huis (sportactiviteiten in
dorpen)
Vooral het jeugdbeleid heeft traditioneel
grote raakvlakken met het sportbeleid.
Aandachtspunten zijn onder meer de
ruimte voor sport en spel, jeugd betrekken
bij beleid op uitvoeringsniveau (contact
zoeken) en sport als middel binnen het
betrokkenheid jeugd (jeugdsport,
breedtesportimpuls)
Welzijn, Jeugd en
jongeren
Sport blijft Bewegen
sociale activering (stimuleren
vrijwilligerswerk)
integratie vluchtelingen (meedoen
aan activiteiten sportverenigingen)
Toekomstige betekenis voor de sport





sport als middel integreren in
leefbaarheidsplannen
jeugdactiviteiten dichtbij huis
vrijwilligerssteunpunt van betekenis
laten zijn voor sportverenigingen
toegankelijkheid accommodaties en
organisaties voor mensen met een
handicap
meer wijzen op de beschikbaarheid van
het minimafonds voor sportactiviteiten
het minimafonds




activiteiten om overlast aan te pakken
hangplekken- en speelplaatsenbeleid
rol van sport binnen het algemeen
(preventief jeugdbeleid benoemen
meepraten en meebeslissen over
sportaangelegenheden
40
preventieve beleid.

jongeren zelf laten meewerken aan de
organisatie van activiteiten
Welzijn Ouderen
Op uitvoerend gebied worden
sportactiviteiten georganiseerd die
aansluiten bij het gemeentelijke
ouderenbeleid. De gemeente streeft naar
een grotere mate van zelforganisatie.
activiteiten voor ouderen (meer
bewegen voor ouderen,
breedtesportimpuls)

coördinatie aanbod ouderensport
Onderwijs
Op het gebied van onderwijs tracht de
gemeente zo goed mogelijke
onderwijsvoorzieningen te realiseren.
Planning en mede gebruik van
sportaccommodaties die primair voor
onderwijs bestemd zijn, krijgen onder
meer aandacht bij de aanzet tot het
ontwikkelen van “Brede Scholen”.
sportonderwijs (vakleerkrachten)

ontwikkeling brede school
(naschoolse sport)

vakleerkracht als schakel tussen school
en vereniging.
stimuleren bewegingsonderwijs in
kwalitatieve zin
Aanknopingspunten zijn voor de toekomst
te vinden in de aanbevelingen uit het
onderzoek Sport, Bewegen en Gezondheid
dat pleit voor het bestrijden van
bewegingsarmoede onder jongeren.
stimuleren beweging
(breedtesportimpuls)
Speelt bij de ontwikkeling van nieuwe
sport accommodaties, herstructurering van
sportparken, het ontwikkelen van nieuwe
wijken, het sportief/recreatief benutten
van het buitengebied.
sportvoorzieningen in de openbare
ruimte (trapveldjes, basketballpleintjes openbare weg)
Volksgezondheid
Ruimtelijke Ordening
activiteiten breedtesportimpuls
basisonderwijs en voortgezet
onderwijs
voorlichtingscampagne alcohol en
drugs

voorlichting over het nut van bewegen

benutten WVG gelden voor
bewegingsactiviteiten gehandicapten

intensivering ruimtegebruik

hangplekken-. basketballpleintjes
speelplaatsenbeleid.

activiteiten om overlast aan te pakken
hangplekken- en speel- en
trapveldenbeleid
bereikbaarheid sportvoorzieningen
(spreiding, ligging)
toegankelijkheid sportvoorzieningen (parkeerruimte,
toegang, routing)
Openbare orde en
veiligheid
Sport blijft Bewegen
De zorg voor een veilige en leefbare
omgeving, zorg om sociaal toezicht.
sociale veiligheid op en rond
sportvoorzieningen (verlichting,
afsluiting, toezicht)
41
Bijlage 3
Overzicht aantal leden sportvereniging
2005
2004
2003
Atletieksport
atletiekvereniging Jahn II
Runners
TTS skeeleren
89
48
66
214
224
217
18
24
43
321
296
326
66
60
57
138
143
151
27
30
151
166
171
133
Balsporten
Jahn II handbal
Jahn II basketbal
MSK basketbal
korfbalvereniging Stadskanaal 74
Hockeyclub H.C.S.O.
124
107
102
521
511
594
Gehandicaptensport
DWS
185
160
193
185
160
193
jahn ll gymnastiek
247
268
260
CSV Stadskanaal
371
396
393
MSK gymnastiek
175
148
138
CSVO afd. gymnastiek
Gymnastiek
206
198
201
SV Mussel afd. Gymnastiek
50
44
55
Gymvereniging Voorwaarts
72
51
48
Gymnastiekvereniging SETA
23
37
28
1144
1142
1123
168
170
173
RV PC en MV De Kanaalstreek
76
80
82
LR en PC de Driesporenruiters
60
59
50
Hippische sport
St. Hippisch centrum de Kanaalstreek
Stichting Manege de Driesporen
Manegevereniging de Driesporenruiters
210
102
101
124
585
410
429
Jeu de boule
page boulers
50
40
50
50
40
50
Judo/Karate
KoWaRo
Karate Do shotokan
Judovereniging Tai Foe
92
88
87
135
130
130
218
217
56
C.S.V.O. afdeling Judo
Sportschool Damkat
283
Racketsporten
Uneswido
STB
124
600
106
106
600
507
MTC
229
225
240
BC Stadskanaal
135
158
135
MSK badminton
56
66
67
?
?
?
Alteveerster Badmintonclub
Sport blijft Bewegen
42
2005
2004
7
11
8
MSK tafeltennis
35
33
35
Pagesquash
30
39
48
1216
1238
1146
170
160
150
170
160
150
tafeltennisvereniging Stadskanaal
2003
Schietsport
Schietsportvereniging 't Veen
Toerfietsen
TFC de Windhappers
161
142
142
161
142
142
VV Stadskanaal
416
390
390
VV SETA
116
119
119
VV SPW
141
141
141
VV SJS
456
434
412
VV Musselkanaal
260
330
333
VV SV Mussel
152
132
99
VV Alteveer
189
184
161
VV Onstwedder Boys
241
254
222
1971
1984
1877
130
123
Voetbalverenigingen
Volleybal
VC Tyfoon
Salto
30
32
28
112
111
117
VC Alteveer
35
40
35
Gymvereniging SETA afd. Volleybal
21
21
21
V.C.O. '72
67
62
49
395
389
250
MSK
Watersport
ZPC
293
NOVA
110
110
26
41
41
105
110
125
Kanovereniging Stadskanaal
Duikclub Latimeria
534
367
101
261
634
6.951
7.131
2005
2004
2003
M.A.C. Stadskanaal
15
16
14
M.R.T.O Onstwedde
116
125
125
Kart Club Noord nederland
125
134
126
256
275
265
Schaakclub J.H. Kruit
34
36
40
Damesbridgeclub Stadskanaal
50
60
63
Totaal
7.536
Overige Sporten
Auto/motorsport
Denksport
Sport blijft Bewegen
43
Bridgeclub Musselkanaal
67
62
Bridgeclub Musselkanaal eo
16
20
18
198
198
190
11
10
12
Bridgeclub Stadskanaal
Damclub Tot Ons Genoegen
Damclub Stadskanaal
62
21
23
28
397
409
413
De Toekomst
105
105
105
De Eendracht
144
135
111
Hamar
161
161
161
90
90
90
339
330
467
56
56
Schaatsen
Stichting Ijsclub Musselkanaal
Ijvereniging Wisch
Vliegsport
Modelvliegclub Stadskanaal eo
Vliegclub Westerwolde
Totaal
Totaal alle sporten
Sport blijft Bewegen
56
221
220
223
277
276
279
1.269
1.290
8.805
8.241
1.424
8.555
44
Bijlage 4
Verslagen informatiebijeenkomsten
Sport blijft Bewegen
45
Download