overlevingstocht

advertisement
OVERLEVINGSTOCHT
Een Internetproject voor kinderen van het 6de leerjaar
Ontworpen door:
Marlies Vanpoucke, [email protected]
Inleiding | Klas | Leerdoelen | Proces | Bronnen | Evaluatie | Conclusie | Referenties
Inleiding
We leven tegenwoordig in een luxewereld: we hebben honger, dus we gaan naar de
winkel; het wordt donker, dus we steken het licht aan; we willen een dak boven ons
hoofd, dus we laten een ondernemer komen;…
Als we ongeveer 1.000.000 jaar in de tijd terugkijken, zien we dat de eerste mensen
moesten leven van wat de natuur hen te bieden gaf. Ze moesten met behulp van de
natuur overleven. En, ze zijn er nog in geslaagd ook!
Dit internetproject is gecreëerd om kinderen bewust te maken van hun luxe, om hen
wegwijs te maken in de mogelijkheden van de natuur, om hen (creatief) aan het werk
te zetten zodat ze kunnen overleven in de natuur (zonder luxeartikelen). Ze krijgen
kennis over het bos, EHBO, oriëntatietechnieken, … aangeboden die in het
alledaagse leven altijd van pas kunnen komen.
Stel je voor dat je (alleen) op een onbewoond eiland zou aanspoelen en dat je jezelf
in leven moet houden. ‘Welke planten zijn eetbaar?, Waar en op welke manier bouw
ik een stevig kamp?, Hoe houd ik mezelf warm?, …’ Allemaal vragen waar je nu nog
geen (of onvoldoende) antwoord op hebt, maar na het maken van deze taak zal je
veel meer weten over ‘het overleven in een bos’.
Aangezien dit helemaal geen gemakkelijke proces is, zullen we samen naar een
oplossing zoeken op deze en nog veel andere vragen zodat je (op eigen benen) in
staat zult zijn om in de natuur te overleven.
Zet je schrap, want samen met je klasgenoten ga je aan de opdrachten werken en
nadat je alle stappen overlopen hebt, ga je (met 2 personen) een opstel schrijven
over ‘mijn eerste dag op een onbewoond eiland’.
OK, we beginnen eraan met plan A: de voorbereiding van een overlevingstocht!
Klas
Dit project is bedoeld voor leerlingen van het zesde leerjaar en gaat over het
voorbereiden op een overlevingstocht van een mens in de natuur. De activiteiten zijn
multidisciplinair:
Het Internetproject kan gebruikt worden in de lessen geschiedenis bij het bespreken
van de ‘oertijd’; in de lessen natuurkennis, want verschillende organismen in de
natuur worden bestudeerd en men krijgt een (korte) EHBO-cursus aangeboden; in de
lessen aardrijkskunde doordat verschillende oriëntatietechnieken (kompas en kaart,
…) behandeld worden; het is ook nuttig in de turnlessen, want de techniek om een
goede conditie op te bouwen (die bij een overlevingstocht zeker vereist is,) wordt
aangeraakt; doordat men een opstel moet schrijven en voordragen, komt de lessen
Nederlands ook ter sprake.
Ook sociale vaardigheden, computervaardigheden, tekenvaardigheden,
denkvaardigheden en technische vaardigheden komen aan bod.
De leerlingen moeten niet over uitgebreide voorkennis beschikken, maar een
minimale vaardigheid met computers en internet is aangeraden. Het is zeker aan te
raden dat de leerkracht het project zelf eerst overlopen heeft, zodat er een vlugge
reflectie op de leerlingen (met vragen en problemen) kan gegeven worden.
Leerdoelen
Het project heeft tot doel om de activiteiten (die handelen over kompas, EHBO,
koken,…) in het dagelijks leven te gebruiken. Daarom staat vooral procedurele
kennis (vaardigheden) centraal. Het uitvoeren zorgt ervoor dat ze de activiteiten
vlugger onder de knie krijgen en er meer genot aan beleven.
Natuurlijk wordt er ook aan het opbouwen van meer kennis en ervaring gewerkt.
De leerdoelen zijn per vak geordend zodat er een duidelijker overzicht is:



Lichamelijke opvoeding: De leerlingen bewegen op een aangepaste manier in
de vrije natuur en ontwikkelen uithouding, kracht, lenigheid, snelheid en
spierspanning om de motorische competenties te bereiken.
Nederlands: De leerlingen kunnen aan iemand om ontbrekende informatie
vragen, vragen over een behandelend onderwerp beantwoorden, een
interpretatie aan leeftijdgenoten (verbaal en non-verbaal) overbrengen, kritisch
reageren in een gesprek, passende argumenten naar voren brengen. Ze
kunnen ook een brief schrijven waarin ze hun persoonlijke boodschap of
belevenis overbrengen, een verslag schrijven van een verhaal en schriftelijk
antwoorden op bepaalde vragen.
Wereldoriëntatie:
- Natuur: De leerlingen kunnen gelijkenissen en verschillen in een
verzameling van mensen, dieren en planten ontdekken. Het herkennen
en benoemen van een paar biotopen kunnen ze ook. Wat bij de
overlevingstocht ook van toepassing is, is het kunnen illustreren dat de
mens de aanwezigheid van planten en dieren beïnvloedt en dat er een
verband is tussen leefgewoonten van mensen en het klimaat. Op vlak
van gezondheid kunnen ze passende elementaire hulp toedienen bij
lichte schaafwonden en brandwonden.
- Technologie: De leerlingen kunnen met informatica en
informatieverwerking omgaan. Ze kunnen zeggen aan welke eisen een
constructie moet voldoen en kunnen de constructieactiviteit stap voor
stap juist en veilig uitvoeren dankzij hun materialenkennis.
- Mens: De leerlingen zijn in staat om hun gevoelens te beschrijven en ze
weten dat hun gevoelens situatiegebonden zijn.
- Tijd: Aan de hand van een voorbeeld kunnen de leerlingen illustreren
dat een actuele toestand vroeger anders was en in de loop der tijden
evolueert.
Ruimte: Aan de hand van de zonnestand of een kompas kunnen de
leerlingen de windstreken bepalen in de werkelijkheid.
Leren leren: De leerlingen kunnen op systematische wijze verschillende
informatiebronnen gebruiken en kunnen samenhangende informatie
verwerven en gebruiken.
Sociale vaardigheden: Ze kunnen hulp vragen, kritisch zijn en een eigen
mening formuleren. Ook samenwerken met anderen moeten ze kunnen.
-


Proces
Zoek zelf 3 vriendinnen/vrienden waarmee je aan de taak wilt samenwerken (je
groepje bestaat dus in totaal uit 4 personen). Als jullie klasgroep niet deelbaar is door
vier, mogen er ook een paar groepjes van 3 of 5 personen zijn!
Samen zullen jullie de taak (die in verschillende stappen opgedeeld is,) overlopen en
komen tot meer kennis om te kunnen overleven in een bos.
Elke groep krijgt van de juffrouw/meester een logboek die lege bladzijden bevat. Wat
doe je met je logboek?:
 Je schrijft er de antwoorden op de vragen (die per stap gesteld zijn) in.
 Je kunt er je problemen, vragen, … neerschrijven.
 Je schrijft erin wie van je groep wat doet (vb. Bert heeft het antwoord op de 3 e
vraag genoteerd, Karen heeft de vraag voorgelezen,…)
Bij elke stap moet je dus met heel je groep:
1) de opdracht of de vraag (of vragen) bij die stap lezen
2) aan de opdracht werken (door op de website te kijken)
3) de oplossingen van de vragen in het logboek noteren (dit mag steeds door een
andere persoon van je groep gedaan worden) en
4) je werkwijze (wie heeft wat gedaan), vragen, problemen, … in het logboek
noteren.
Het logboek zorgt ervoor dat je gemakkelijk het hele proces kan herbekijken en dat je
de grote eindopdracht goed kan oplossen.
De eindopdracht bestaat erin dat je met 2 een opstel schrijft over ‘mijn eerste dag op
een onbewoond eiland’. Meer uitleg hierover vind je bij de ‘evaluatie’.
De juffrouw/meester zal het logboek en je opstel bekijken en beoordelen.
Bij enkele stappen mag je kiezen welke website je met je groep bekijkt. Omdat niet
iedereen dezelfde voorkeur heeft, is het beter dat je vooraf bepaalt wie er bij de
volgende opdracht de website zal kiezen (noteer dan wel in je logboek wie er bij
welke stap gekozen heeft). Het is natuurlijk veel leuker als je samen een website
kiest.
Als alles duidelijk is, mag je van START gaan:
1. Noteer in je logboek het woord ‘overlevingstocht’. Als je dit woord leest of
hoort, waar denk je dan aan, wat zegt dit woord jou? Bedenk (in stilte) elk 5
woorden of vragen die te maken hebben met het woord ‘overlevingstocht’. Schrijf
jouw 5 vragen of woorden rond het woord ‘overlevingstocht’.
Bespreek daarna met je groepje de antwoorden (ongeveer 5 minuten bespreking
is zeker voldoende): leg uit waarom jij aan dat bepaald woord denkt, vraag aan
een andere persoon in je groep waarom hij/zij aan dit woord denkt en probeer
een antwoord te vinden op de verschillende vragen die jullie zelf bedacht
hebben,…
Je zal (waarschijnlijk) niet altijd een antwoord vinden op je vragen, maar dat is
geen enkel probleem, want je krijgt later de mogelijkheid om al je (resterende)
vragen door te mailen naar verschillende personen, organisaties,…
Een voorbeeld van deze opdracht: (in plaats van het woord ‘overlevingstocht’,
nemen we het woord) ‘appel’. Ik denk daarbij aan de volgende woorden: ‘fruit’,
‘groen’, ‘boom’, … en aan de volgende vragen: ‘waar groeien appels aan?’,
‘hoeveel soorten appels zijn er?’, …
Na de bespreking van jullie woorden of vragen mogen jullie elk 5 voorwerpen
opschrijven (in totaal dus 20 voorwerpen) die jullie zeker willen meenemen op
survivaltocht, vb. lucifers, een bijl,… (voeding, GSM’s, gasvuren,… mogen jullie
NIET meenemen, want het blijft nog steeds een survivaltocht in de natuur!)
Als jullie rond het woord ‘overlevingstocht’ 20 woorden of vragen EN 20
voorwerpen genoteerd hebben, mogen jullie overgaan naar stap 2.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------2. ‘Ongeveer 1.000.000 jaar geleden leeft de oermens als verzamelaar en jager.
Het kannibalisme (= het eten van mensen) is verspreid.
In de Oude Steentijd (die ongeveer 600.000 jaar geleden begint) kent men
vermoedelijk het gebruik van vuur al. Er is al een vorm van taakverdeling der
geslachten. …’
Als we een hele tijd terug in de geschiedenis gaan, zien we dat de eerste
mensen (= oermensen) moesten leven van wat de natuur hen te bieden gaf. Ze
moesten met behulp van de natuur overleven. We bekijken eventjes een stukje
van de geschiedenis en lossen daarna enkele vragen op (die je na het lezen van
de tekst van de website kunt beantwoorden):
Welke werktuigen gebruikte de prehistorische mens en voor wat gebruikte
men die? (te vinden bij: wanneer, voedsel (de dieren achterna), handig (muren van
huid), materialen (steen, brons en ijzer) en sporen (splinters en verkleurde plekken))
- Wanneer: Hoe zagen de mensen er 2 miljoen jaar geleden uit?
- Voedsel de dieren achterna: Men leefde in de prehistorie van jacht en verzamelen
van planten en knollen, vertel er meer over (wie deed wat, hoe deed men het
jagen en verzamelen,… ?)
- Handig * muren van huid: Hoe (met welk materiaal) maakten de mensen in de
prehistorie hun huis?
* een vuurtje stoken: Hoe gebeurde het stoken van een vuur en wie moest
daarvoor zorgen?
- Materialen kleren van schapenwol: De prehistorische mens maakte zelf veel (vb.
sieraden, kleren,…) en ze schilderden ook. Geef meer uitleg daarover (uit wat
-
werden sieraden gemaakt, hoe en met wat kleurde men hun kleren, wat
beschilderde men,…)
- Archeologie puzzels in de grond: * Wat is een archeoloog?
* Wat doen archeologen?
- Sporen splinters en verkleurde plekken: * Waarvoor gebruikte de prehistorische mens
een platte steen met opvallende scherpe randen?
* Welke steensoort werd er o.a. voor die
platte stenen gebruikt?
* Wat zijn schrapers en voor wat worden ze
gebruikt?
- Wie? graven met geduld: Hoe ging men om met de doden?
Klik HIER om de website over de prehistorie te bekijken.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------3. In het bos leven er organismen (= planten, dieren,…). Ook die zijn belangrijk
voor onze overlevingstocht: ze zorgen namelijk voor voedsel.
We maken kennis met enkele eetbare planten: hoe zien ze eruit, waar groeien
ze,…?:
Bekijk de 2 volgende websites zodat je de vragen kan beantwoorden:
* Klik hier om eetbare planten, noten, vruchten en bessen te bekijken. Zorg ervoor
dat je de planten, noten, vruchten en bessen herkent als je ze in het bos
tegenkomt. Bespreek in je groep welke planten, noten,… je al gezien hebt.
* hier worden enkele eetbare planten besproken en kan je bekijken (kijk bij
survival):
- brandnetel: wat zorgt ervoor dat een brandnetel prikt?
- dovenetel: door wat zijn ze herkenbaar?
- weegbree: weegbree is een medicijn tegen …? (vul aan)
- wilde zuring en krul zuring: wat is het verschil tussen beide (i.v.m. het eten) en
krul zuring is een medicijn tegen …?
En we bekijken en beluisteren enkele vogels die in het bos leven.
Bekijk 1 van de 2 websites:


hier klikken en dan kies je elk 1 vogel (in totaal dus 4 vogels) die je van
naderbij wilt bestuderen. Schrijf de kenmerken, het gedrag en het verblijf van
die vogel in het logboek (en schrijf er ook bij waarom je precies deze vogel
gekozen hebt en geen andere) + beluister hun roep + als je een vogel in je
tuin, in het bos of in het park gezien hebt die je niet bij vogelnaam kent, doe
dan de test ‘Hoe groot was jouw vogel’.
Klik de vogel aan die je wilt bestuderen en noteer (in je logboek) het geluid, de
grootte, de biotoop, het territorium, het trekken of blijven, het bedreigd zijn of
niet? van die vogel. Kies elk 2 vogels. Klik hier
Als je nog meer informatie wilt hebben over planten, dieren,…, kan je terecht bij
vraag 8, maar werk eerst aan de volgende stappen.
a) Een elektrisch vuur om op te koken, hebben we niet, dus, we zullen een
kampvuur moeten maken, een pan in elkaar moeten knutselen, …, we geven
jullie ook enkele kooktips mee.
Neem 2 van de 4 websites, bekijk die met je groep en probeer de vragen zo
goed mogelijk op te lossen:
 Klik hier en kijk bij 'hoe maak je een goed kampvuur en met welk houtsoort?
- Het hoe en wat van brandhout soorten brandhout: Waarom prefereert (verkiest)
men lucifers (en niet een aansteker)? + Hoe bescherm je lucifers tegen vocht?
+ Met wat kan je vuur aanmaken?
- Het hoe en wat van brandhout houtsoorten: Zorg ervoor dat je de bomen herkent
en geef van 4 houtsoorten (met heel de groep) de positieve en negatieve
kanten van de houtsoort.
- Wat is een koffievuurtjezwam?: Bekijk hoe je een grondvuur moet maken en
hoe je het moet opruimen.
- Hoe kook je zonder pannen?: Probeer zelf een pan te maken (met gebruik van
blik en aluminiumfolie)
 Klik hier en kijk bij 'vuur'!
- Houtsoorten: Beschrijf kort (in enkele losse woorden vb. ‘rode bladeren’,…) de
omschrijving en het gebruik van de 3 houtsoorten.
- Aanmaakmateriaal: Welke 6 manieren heb je om je vuur aan te steken? (lees
ze ook eens)
- Soorten vuren: Schets (teken) een piramide OF een pagodevuur.
 Klik hier om tips te zien over koken en eten!: Kies ieder 3 kooktips die je wilt
lezen en schrijf in je logboek waarom je deze tips gekozen hebt (en geen
andere).
 Klik hier!:
- Brandstof van het lichaam: Leg uit wat ze daarmee bedoelen.
- Enkele recepten: Maak zelf banaan met warme chocoladesaus (i.p.v. een
kampvuur neem je een microgolfoven).
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------4. Als je op overlevingstocht vertrekt, moet je (als mens) ervoor zorgen dat je in
topconditie bent en dat je dat ook blijft. Je moet ervoor zorgen dat je niet ziek
wordt, dat je jezelf kan behelpen als je een verwonding hebt.
a) Het is daarom heel handig dat je een EHBO-cursus (EHBO = Eerste Hulp Bij
Ongelukken) volgt of kent. Als je gebeten zou zijn door een insect, je voet zou
verstuikt hebben,…, kan je jezelf (of een ander) verzorgen, want op een
onbewoond eiland is er zeker geen dokter in de buurt.
Bespreek eerst met je groep de eerste vraag nl. ‘wat doe je als er iemand een
brandwonde heeft?’ en bekijk daarna een website (je
mag zelf een website kiezen). Noteer jullie antwoord (na bespreking van de
vraag in de groep) in je logboek.
Zoek dan het juiste antwoord in één van de 3 websites op + bekijk ook andere
verwondingen:

-

-

Hier vind je meer informatie over brandwonden, botbreuken, …:
Verbranding de huid is meer dan zomaar een vel: Geef enkele functies van de huid.
eerste, tweede en derde graads brandwonden: Bespreek in je groep: Hoe
herken je het verschil tussen de 3 soorten graads brandwonden? Daarna
bekijk je het antwoord op de site.
de eerste hulp in 9 stappen: Geef die 9 stappen kort weer.
Botbreuken: Wat moet je doen bij een verstuiking van een gewricht? (Schrijf
het antwoord in je logboek)
Klik hier en kijk bij - algemene aanwijzingen en daarna bij ehbo-doosjes (staat
in de tekst in blauw): Neem de EHBO-doos van de school erbij en bekijk wat
er inzit en wat niet (in vergelijking met de EHBO-doos die op de website
beschreven staat)
bloedingen en verwondingen: Doe alsof 1 iemand van je groepje een ernstige
bloeding heeft en verzorg die persoon.
fracturen en ontwrichtingen: Wat doe je met een gebroken sleutelbeen?
verbranding, hitte en kou: Voordat je de website bekijkt bespreek je met je
groep wat zou je doen als er ‘verbranding door hete vloeistof’ zou
plaatsvinden. (Noteer het in je logboek) Controleer daarna het antwoord in de
website.
beten en steken en vergiftiging: Wat moet je doen bij vergiftiging door planten
en bessen?
Hier klikken en je krijgt meer informatie over insectenbeten!: Geef de 10
gouden tips voor wie gevoelig is voor insecten.
De volgende doe-opdracht is enkel voor die personen die de 1e of de 3e website
bekeken hebben: Elke persoon van de groep kiest 1 verwonding (vb. een
brandwonde) en 1 persoon van jouw groep. Je verzorgt die persoon (volgens de
stappen in de EHBO-cursus beschreven) alsof hij/zij die verwonding heeft.
b) Je lichaam moet je ook verzorgen (hygiëne): Hier klikken en kijken bij
'verzorging' en je komt alles over verzorging te weten!
- opbouwen van conditie: Doe enkele strekoefeningen en versterk je buik (bij
‘bouw je kracht op’)
- voet: Soigneer jezelf en masseer je eigen voeten.
Vooral voetverzorging is belangrijk: Klik hier en kijk bij 'routetechnieken'(prent van
een voet met ‘45’): Welke sokken zijn aan te raden?
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------5. We bevinden ons nu in het bos zelf. Waar zijn we ergens in het bos, waar is het
noorden? Je kunnen oriënteren in een bos (of ergens anders) is heel belangrijk.
Er zijn verschillende technieken om je te oriënteren: a) kaart en kompas b) met
behulp van je horloge c) via de sterren d) dankzij de wind, bomen,…
Kies met je groep 1 techniek die je zou willen kunnen toepassen (probeer
overeen te komen met elkaar) en bekijk bij de gekozen techniek een website. Als
er toch meningsverschillen zijn, kies dan 2 technieken.
a) kaart en kompas (kies 1 van de 2 websites):
 Hier klikken en neem (na het bekijken van de website) een kompas en test het
kompas uit (zoals op de website beschreven) + geef een definitie van
‘declinatie’ (in het kort) (staat in de tekst in het blauw, dus klik erop) + welke 3
‘noorden’ heb je?
 Kijk hier bij 'Kaart en Kompas'
uiterlijk:
- Geef de 5 onderdelen van een kompas.
- Bespreek eerst in je groep de invloed van ijzer op de kompasnaald (schrijf
jullie antwoord in het logboek) en controleer daarna het antwoord.
Bepalen van een richting met een kompas: Probeer zelf uit
Opzoeken van kaartcoördinaten: Lees dit eventjes.
b) horloge: Hier doe je de volgende opdracht: Bepaal met je horloge het zuiden
(je kan dit enkel doen als de zon schijnt!)
c) sterren: Hier teken je na hoe je het noorden vindt in het Noordelijk halfrond.
d) alternatief: Hier probeer je zelf 2 van de 6 alternatieven uit.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------6. Als we in de natuur moeten overnachten, is het wel beter dat we onszelf
beschermen tegen regen, koude, dieren,…
a) We hebben een goede schuilhut nodig, maar hoe beginnen we daar nu aan?:
Teken jouw ideale (uitgevonden) schuilhut, maar bekijk eerst de tips op de
websites:
 Hier bekijk je 'schuilhut maken'
 Hier zie je bij 'survival technieken' welke matras je in je schuilhut kunt leggen.
Om een schuilhut te maken, om een tafel in elkaar te knutselen,…, is het handig
dat je kan sjorren, pionieren, maar om dat te kunnen heb je veel tijd nodig.
Daarom gaan we hier niet verder op ingaan, maar als je toch geïnteresseerd bent,
kan je enkele websites over knopen, pionieren,… bij vraag 8 vinden.
b) Gepaste kledij aandoen, scheelt ook al veel:
 Tips over kleding: Elke persoon kiest 1 tip die hij/zij interessant vindt (, noteer
in je logboek welke je gekozen hebt). Bespreek met je groep de ervaringen die
je hebt (of niet?) met zo’n tips.
 Kleding en temperatuur: Geef de verschijnselen van onderkoeling en maak
een kort schema van welke kledij je bij welke temperatuur draagt.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------7. De belangrijkste informatie heb je nu al ter beschikking. Heb je toch nog
vragen, problemen, onduidelijkheden,… die jullie in je logboek genoteerd hebben
en die nog niet (of te weinig) beantwoord zijn, stuur dan een e-mail of een brief of
telefoneer naar:
 een scoutsgroep die hikes organiseert. Hun e-mail adres vind je hier onder
woudlopersinsigne
 het team “Leger-Jeugd”: [email protected] OF SID/team Leger-Jeugd,
Kwartier Koningin Elisabeth, Eversestraat 1, 1140 Brussel OF 0800 / 95 594
(gratis groen nummer) (open van 15/01-31/05: 7u30-17u30 en van 01/0614/01: 8u-16u)
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------8. Deze stap moet je enkel doen als je nog tijd overhebt of als je geïnteresseerd
bent:
a) het bos: http://www.digischool.nl/po/ds/dbs/groepen/78/vakken78/biologie/bos/index.htm (planten, dieren, schimmels en
paddestoelen in het bos, vragen, opdrachten en tips)
b) technieken:
 knopen en pionieren:
* http://www.scouting.nl/ bij programma tips en daarna bij technieken
(knopen)
* http://www.realknots.com/ (als je op de Nederlandse vlag klikt, verschijnt
alles in het Nederlands) (knopen)


Insigne
Pionieren
* http://scoutnet.nl/~margriet/kk/index.htm (pionieren: knopen en
pioniervoorbeelden)
* http://www.scouting.nl/ bij programma tips en daarna bij pionieren
(pionier-projecten)
seinen (morseconvertor, semafoor,…):
* http://www.scouting.nl/ bij programma tips en daarna bij seinen
* http://home.tiscalinet.be/sint-kristoffel/extra/morseconvertor.html
(morseconvertor)
* http://scoutnet.nl/~margriet/kk/index.htm (morse, semafoor)
maken van:
* een rugzak: http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/rugzak.htm
* een woudloperslamp: http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/rugzak.htm
c) cursussen:
 http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/woudlopershike/hoofdmenu.htm bij
woudlopersinsigne (hikes)
 http://www.scouting.nl/hit/hitactie.html (kampen per leeftijd)



http://www.nature.be/index2.html (avontuurlijke outdoor activiteiten)
http://www.mil.be (dagbezoeken en activiteiten bij de Krijgsmacht,
georganiseerd door team “Leger-Jeugd”, je kunt er met de klas naar toe)
http://www.vreriks.nl/opleiding/opleiding.html (opleiding bij het Rode Kruis,
Reddingsbrigades, EHBO-verenigingen)
d) materiaal
 boeken die zorgen voor ontspanning tijdens de survivaltocht, die nog andere
interessante informatie bevat die je kan gebruiken tijdens je survivaltocht:
http://www.hiking-site.nl/boekrecensies.html (routeboeken, kookboeken,
leesboeken, ehbo-boeken, navigatie-boeken,…)
 winkels waar je materiaal kunt aankopen: http://www.hiking-site.nl/winkels.html
 uitleg over materiaal:
* http://www.hiking-site.nl/materialen.html (merken van goed materiaal)
* http://www.hiking-site.nl/tipsentricks.html (merken en uitleg over:
branders, rugzakken, schoenen, messen, kompassen, verrekijkers,…)
e) allerlei
 recepten met wilde planten (zoals weegbree, brandnetel,…):
http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/woudlopershike/hoofdmenu.htm bij hoe maak
je een goed kampvuur en met welk houtsoort? (welke wilde planten kun je
eten?)
 brood maken: http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/survivalexpeditie: hier zie je bij
technieken hoe je het op een kampvuur doet.
ORGANISATIE VAN DE LES:
Dit internetproject is bedoeld voor leerlingen van het 6e leerjaar. Bij voorkeur
wordt er 1 klasgroep betrokken (en niet meerdere) om zo het probleem van het
beperkt aantal computers en het probleem van te veel lawaai en heen en weer
geloop te vermijden. Om de groepssfeer te bevorderen, wordt er in groepjes
gewerkt van 4 personen (indien een ondeelbaar getal: een groepje van 3 of van
5). Ze mogen zelf hun groepje kiezen (bij problemen komt de leerkracht wel
tussen). Zo wordt er niet alleen met de computer en internet gewerkt, maar
kunnen de leerlingen met elkaar discussiëren, ervaringen uitwisselen, vragen
stellen, het gevraagde toepassen (los van de computer),…
Zonder de extra activiteiten (zoals naar het leger en/of het bos gaan) kan het
internetproject 1 à 2 middag(en) in beslag nemen. Een dag naar vb. het leger (die
aangepaste outdoor-activiteiten organiseert) of naar het bos is zeker aan te raden
omdat dit project toch een ‘survivalpakket’ is, dus in de natuur van toepassing.
De leerlingen worden vaak vrijgelaten over de te kiezen websites. Dit moet ervoor
zorgen dat leerlingen gemotiveerd te werk gaan.
Ook het multi-disciplinaire draagt daaraan een steentje bij: het project kan in
verschillende lessen georganiseerd worden, zoals in de lessen Nederlands,
aardrijkskunde, natuurkennis, geschiedenis (dit wel minder) en turnen (dit ook wel
minder).
Het derde die zorgt voor een gemotiveerde aanpak is dat de leerlingen regelmatig
doe-opdrachten moeten doen, dat ze niet voortdurend met de computer bezig
zijn, maar ook hun kennis echt kunnen toepassen. De problemen zullen
(waarschijnlijk) vooral bij de doe-opdrachten tevoorschijn komen: voor sommige
opdrachten heb je ‘lange’ ervaring nodig (vb. met kompas omgaan, EHBO
toepassen,…), maar zij moeten het op korte termijn doen. Wel moet er gezegd
worden dat vooral de basistechnieken gegeven worden. De leerlingen die op de
technieken verder willen ingaan, kunnen dat door survivalboeken raad te plegen,
meerdere websites te bekijken of cursussen te volgen.
EINDWERK:
Het maken van een opstel over ‘mijn eerste dag op een onbewoond eiland’ zorgt
ervoor dat de verkregen kennis (die o.a. in het logboek genoteerd is,)
gereproduceerd wordt. De leerlingen maken met 2 het opstel (ze mogen zelf
kiezen met wie ze willen samenwerken) door zoveel mogelijk gebruik te maken
van hun logboek (die al veel informatie bevat) en hun fantasie.
Na het schrijven van het opstel wordt het ook in de klas voorgelezen. Zo hoort
men ook de ideeën van anderen en kan men extra kennis opdoen.
Bij ‘evaluatie’ wordt er meer en concretere informatie gegeven over het maken
van het opstel (en het beoordelen van het logboek en de samenwerking).
FUNCTIE VAN DE LEERKRACHT:
De leerkracht helpt en coördineert de leerlingen indien nodig bij gesprekken,
toepassingen of vragen. Om een goede feedback en uitleg te geven, is het wel
belangrijk dat de leerkracht de verschillende websites en het project goed heeft
bestudeerd en toegepast. Ook bestaat er bij verschillende organisaties (zoals o.a.
het VVKSM bij groep ‘technieken’) cursussen over technieken (die in één dag te
volgen zijn en die door ervaren mensen gegeven worden). Zo’n cursus is altijd
nuttig, want de leerkracht kan dan zijn kennis doorgeven aan de leerlingen. Het
hebben van voorkennis (over EHBO, technieken, computers, …) is zeker
meegenomen, maar is niet noodzakelijk, want men kan zelf de kennis verwerven
door het project te doen. Enige kennis over rollenspel, discussiegroepen,… is
nuttig, maar ‘al doende leert men’.
De leerkracht moet er ook voor zorgen dat er materiaal ter beschikking is
(kompas, EHBO-doos, sjortouw, …) zodat de leerlingen de opdrachten goed
kunnen volbrengen. Dit materiaal kan men (voor een klein prijsje) bij verschillende
organisaties lenen (o.a. in het VVKSM en andere jeugdbewegingen).
Indien er conflicten zijn in een groep, moet de leerkracht tussenkomen en voor
een oplossing kijken (het splitsen van een groep gebeurt enkel indien het echt
niet anders kan).
VARIATIES:
Zoals reeds eerder vermeld, kan (na het behandelen van het project) er een
uitstap naar het leger of naar het bos georganiseerd worden.
Voor sommige opdrachten (kompas toepassen,…) is het aan te raden om de
toepassing ervan buiten het klaslokaal te doen (op straat of op de speelplaats).
Bij de techniek ‘kaart en kompas’ is het altijd leuk om de leerlingen zelf een tocht
te laten maken. Ze krijgen een stafkaart in handen en ze moeten die zelf leren
lezen. Een opdracht kan zijn: loop van ‘A’ naar ‘B’ (staat op de kaart vermeld) en
zorg ervoor dat je problemen (rivier, te steile helling,…) vermijdt met behulp van
de stafkaart.
Bronnen
Wat hebben de leerlingen nodig om de activiteiten uit te kunnen voeren:




een logboek per groep
1 e-mail per groep (of meerdere indien gewenst)
een computer met internetaansluiting en met boxen
(om de roep van vogels te kunnen
horen)
link naar een klasuitstap, nl. naar het bos, naar het leger (waar er
samenwerking met andere scholen mogelijk is),…, maar daar is een extra
leerkracht aan te raden
WEBSITES over scoutstechnieken, over het bos, dieren,…, over EHBO en over
cursussen die je kan volgen:
Websites over scoutstechnieken:
http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/woudlopershike/hoofdmenu.htm:
 Hoe maak je een schuilhut? (stappen, 3 models van hutten, slapen)
 Informatie over routetechnieken (voetverzorging)
 Hoe maak je een goed kampvuur en met welk houtsoort? (het hoe en wat van
brandhout, wat is een koffievuurtjeszwam, hoe kook je zonder pannen, welke
wilde planten kun je eten en een kakelvers stokbrood bakken)
 Heb je vragen dan kun je ons altijd mailen!!
http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/survivalexpeditie
 Routetechniek (onderweg, oriëntatie, routetechnieken)
 Survival (eetbare planten)
 Technieken (bivak maken, vuur, koken en brood maken)
http://www.hiking-site.nl/:
 http://www.hiking-site.nl/ehbo.html (omgaan met noodgevallen, EHBO-doos,
bloedingen en verwondingen, fracturen en ontwrichtingen,…)
 http://www.hiking-site.nl/boekrecensies.html (kookboeken, leesboeken, ehboboeken,…)
 http://www.hiking-site.nl/materialen.html (branders, rugzakken, schoenen,
slaapzakken, tenten, waterfilters, messen en tools, kleding,…)
 http://www.hiking-site.nl/navigatie.html (kompas, GPS, horloge als navigatieintrument, sterren als navigatie-instrument, alternatieve koersbepaling)
 http://www.hiking-site.nl/verzorging.html (opbouwen van conditie, de toillettas,
verzorging van je voeten, hoofdverzorging, voeding)
 http://www.hiking-site.nl/winkels.html (buitensportzaken, on-line shops,…)
 http://www.hiking-site.nl/tipsentricks.html (tips over kleding, over koken en
eten, over materiaal en overige tips)
http://scoutnet.nl/~margriet/kk/index.htm:

kaart en kompas (uiterlijk, opzoeken van kaartcoördinaten, het maken van
schetsen, verschillende kaarten)
 pionieren (knopen en pioniervoorbeelden)
 vuur (houtsoorten, aanmaakmateriaal, soorten vuren, kooktips)
 morse
 semafoor
http://www.scouting.nl/ bij programma tips
 knopen
 pionier-projecten
 seinen
http://www.scouting.nl/hit/hitactie.html (kampen per leeftijd)
http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/
 http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/rugzak.htm (rugzak zelf maken)
 http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/woudloperslamp.htm (woudloperslamp
maken)
 recepten (vis in folie)
http://sportsknowhow.com/kleding.htm (over kleding en temperatuur)
http://www.realknots.com/ (als je op de Nederlandse vlag klikt, verschijnt alles in het
Nederlands) (knopen)
http://home.tiscalinet.be/sint-kristoffel/extra/morseconvertor.html (morseconvertor)
Website over de oermens:
http://www.taptoe.nl/onderwerp/default.asp?SID=70
Websites over het bos, dieren,…:
http://www.digischool.nl/po/ds/dbs/groepen/7-8/vakken78/biologie/bos/index.htm
 planten (boomlaag, struiklaag, graslaag, moslaag)
 dieren (everzwijnen, vogels,…)
 schimmels en paddestoelen
 vragen
 opdrachten
 tips (herbarium, flora,…)
http://www.gco.nl/vogels/vogels1a.htm (vogels bekijken en hun roep beluisteren + als
je een vogel gezien hebt, kan je de vogelnaam opzoeken)
http://www.geocities.com/ivn_vogels_park_bos (foto en uitleg over vogels in het park
en in het bos)
http://huizen.dds.nl/~de-egel/portal.htm (over egels)
Websites over EHBO:
http://www.ehbocursus.nl
 5 punten die belangrijk zijn bij EHBO
 http://www.vreriks.nl/opleiding/opleiding.html: opleiding (opleidingen die je kunt
volgen bij het Rode Kruis, Reddingsbrigades,… en de inhoud van een
volledige verbandtrommel)

http://www.vreriks.nl/Verwondingen/verwondingen.html: brandwonden (functie
van de huid, oorzaken van verbranding, eerste hulp in 9 stappen,…) +
botbreuken + kleine verwondingen
 LOTUS (vereniging die bij cursussen de verwondingen imiteert)
http://www.gezondheid.be/index.cfm?fuseaction=dossier&art=72 (insectenbeten)
Websites over o.a. cursussen:
http://www.mil.be (team “Leger-Jeugd”: [email protected])
http://www.nature.be/index2.html (avontuurlijke outdoor activiteiten)
Enkele interessante BOEKEN zijn:
 S.A.S. handboek
 Het werkboek scouts
 Expeditie in Nederland
BEGELEIDING:
De leerlingen kunnen altijd de hulp van de leerkrachten inroepen, maar voor meer
technische vragen (over kompas,…), kan men terecht bij verschillende organisaties
(waar men een brief, e-mail,… naar stuurt): het leger, scoutsgroepen,…
Evaluatie
Er zijn eigenlijk 3 grote zaken die beoordeeld worden:
 de samenwerking in de groep
 het logboek
 het eindwerk (het opstel)
De leerlingen worden individueel beoordeeld voor hun samenwerking in de groep.
Omdat het logboek en het eindwerk een groepsproduct is, wordt de groep
beoordeeld en niet het individu zelf.
HOE ZIT HET EINDWERK PRECIES IN ELKAAR EN WAAROP BEOORDEELD DE
LEERKRACHT SPECIFIEK?:
Om jullie inzet en kennis te beoordelen, moeten jullie nog een eindwerk(je) maken:
Met 2 personen (je kiest 1 iemand van jouw groep) schrijf je een opstel met als titel
‘mijn eerste dag op een onbewoond eiland’. Het opstel moet ongeveer 1 bladzijde
lang zijn (als je het geschreven hebt) en moet de volgende onderdelen bevatten
(voorbeelden staan tussen haakjes!):
 je beschrijft hoe het eiland er uitziet (welke bomen er zijn, de dieren die er
leven,…). Je mag er ook een tekening van maken, maar dat is niet verplicht.
 welk materiaal je allemaal meegenomen hebt om te overleven (lucifers, een
bijl,…)

hoe je tewerk gegaan bent om je schuilhut te maken (je hebt hout gehakt,
palen aan elkaar gesjord,… OF je hebt een put gegraven en …). Je maakt een
tekening van je schuilhut.
 Hoe je aan eten geraakt bent (jagen, verzamelen,…), wat je gegeten hebt (vis,
bessen,…) en de manier van klaarmaken (heb je gebruik gemaakt van een
kampvuur of heb je iets anders bedacht?)
 Op welke manier je het eiland verkent hebt (kompas en kaart,…), wat je
allemaal gezien hebt en (eventueel) de problemen die je onderweg bent tegen
gekomen (een insectenbeet gehad, beken waar je niet over kon,…)
 Je beschrijft hoe je je op het eiland voelt (eenzaam, enthousiast,…)
Voor de rest ben je vrij wat je er nog allemaal bijschrijft (vb. je vermeldt dat je een
dagboek zal schrijven, wat je in je ‘vrije tijd’ gedaan hebt,…)
Een tip: Maak - voor het schrijven van je eindwerk - gebruik van je logboek, want je
hebt daar al veel nuttige informatie ingeschreven.
Jullie opstel (die je met 2 personen gemaakt hebt,) typ je op de computer en print je
uit. Je leest daarna je opstel in de klas voor (iedere persoon moet een stuk
voorlezen).
Het is leuk als je je werk zou kunnen voordragen in de gepaste sfeer, nl. in de sfeer
van een ‘onbewoond eiland’. Daarom schilder je (met heel de klas) bomen, dieren,
een kampvuur, een tent, … op grote stukken karton. Jullie kunstwerk(en) (het
beschilderd karton) hang je in de klas uit. Na het voorlezen van de opstellen, plak je
je opstel op het karton.
Je juffrouw/meester zal jullie inzet en kennis beoordelen. Zij/hij zal kijken naar:



het logboek:
- Hebben jullie de vragen goed beantwoord?
- Is het logboek ordelijk?
- Hebben jullie zelf leuke ideeën, vragen,… gegeven?
de groepssfeer of de samenwerking met je vrienden/vriendinnen in de groep,
was iedereen tevreden en werden conflicten (als die er waren) goed opgelost?
je eindwerk:
- Zijn jullie origineel en creatief tewerk gegaan?
- Is het eindwerk realistisch (hebben jullie niet te veel fantasie gebruikt)?
- Hebben jullie je logboek gebruikt?
- Heb je de kennis die je opgedaan hebt (bij het volgen van het proces) in
je eindwerk verwerkt?
- Hebben jullie niet te veel taalfouten gemaakt?
- Was je presentatie in de klas (het voorlezen van je eindwerk) goed?
Conclusie
Hopelijk heeft het project ertoe bijgedragen dat leerlingen bewuster zijn van hun
luxeleventje en dat ze meer te weten gekomen zijn over het bos, technieken om je te
oriënteren, de mogelijkheden die de natuur met zich meebrengt voor de mens,…
De kennis die ze opgedaan hebben, kunnen ze in het alledaagse leven gebruiken: in
de jeugdbeweging als ze een kampvuur moeten maken, in de zomer als ze een
picknick organiseren, op straat als ze de weg kwijt zijn, als ze in het bos wandelen,…
Het is zeker nuttig om de kennis af en toe te herhalen en te gebruiken, zodat als ze
het nodig hebben, ze de kennis en ervaring nog steeds bezitten.
Je moet zeker niet wachten om je kennis te gebruiken tot je op een onbewoond
eiland belandt, want de kans daarop is zeer klein!
Referenties
Om een duidelijk overzicht te geven van alle (gebruikte) websites, heb ik ze
hieronder nog eventjes geordend: WEBSITES over scoutstechnieken, over het bos,
dieren,…, over EHBO en over cursussen die je kan volgen:
Websites over scoutstechnieken:
http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/woudlopershike/hoofdmenu.htm:
 Hoe maak je een schuilhut? (stappen, 3 models van hutten, slapen)
 Informatie over routetechnieken (voetverzorging)
 Hoe maak je een goed kampvuur en met welk houtsoort? (het hoe en wat van
brandhout, wat is een koffievuurtjeszwam, hoe kook je zonder pannen, welke
wilde planten kun je eten en een kakelvers stokbrood bakken)
 Heb je vragen dan kun je ons altijd mailen!!
http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/survivalexpeditie
 Routetechniek (onderweg, oriëntatie, routetechnieken)
 Survival (eetbare planten)
 Technieken (bivak maken, vuur, koken en brood maken)
http://www.hiking-site.nl/:
 http://www.hiking-site.nl/ehbo.html (omgaan met noodgevallen, EHBO-doos,
bloedingen en verwondingen, fracturen en ontwrichtingen,…)
 http://www.hiking-site.nl/boekrecensies.html (kookboeken, leesboeken, ehboboeken,…)
 http://www.hiking-site.nl/materialen.html (branders, rugzakken, schoenen,
slaapzakken, tenten, waterfilters, messen en tools, kleding,…)
 http://www.hiking-site.nl/navigatie.html (kompas, GPS, horloge als navigatieintrument, sterren als navigatie-instrument, alternatieve koersbepaling)
 http://www.hiking-site.nl/verzorging.html (opbouwen van conditie, de toillettas,
verzorging van je voeten, hoofdverzorging, voeding)
 http://www.hiking-site.nl/winkels.html (buitensportzaken, on-line shops,…)
 http://www.hiking-site.nl/tipsentricks.html (tips over kleding, over koken en
eten, over materiaal en overige tips)
http://scoutnet.nl/~margriet/kk/index.htm:
 kaart en kompas (uiterlijk, opzoeken van kaartcoördinaten, het maken van
schetsen, verschillende kaarten)
 pionieren (knopen en pioniervoorbeelden)
 vuur (houtsoorten, aanmaakmateriaal, soorten vuren, kooktips)
 morse
 semafoor
http://www.scouting.nl/ bij programma tips
 knopen
 pionier-projecten
 seinen
http://www.scouting.nl/hit/hitactie.html (kampen per leeftijd)
http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/
 http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/rugzak.htm (rugzak zelf maken)
 http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/woudloperslamp.htm (woudloperslamp
maken)
 recepten (vis in folie)
http://sportsknowhow.com/kleding.htm (over kleding en temperatuur)
http://www.realknots.com/ (als je op de Nederlandse vlag klikt, verschijnt alles in het
Nederlands) (knopen)
http://home.tiscalinet.be/sint-kristoffel/extra/morseconvertor.html (morseconvertor)
Website over de oermens:
http://www.taptoe.nl/onderwerp/default.asp?SID=70
Websites over het bos, dieren,…:
http://www.digischool.nl/po/ds/dbs/groepen/7-8/vakken78/biologie/bos/index.htm
 planten (boomlaag, struiklaag, graslaag, moslaag)
 dieren (everzwijnen, vogels,…)
 schimmels en paddestoelen
 vragen
 opdrachten
 tips (herbarium, flora,…)
http://www.gco.nl/vogels/vogels1a.htm (vogels bekijken en hun roep beluisteren + als
je een vogel gezien hebt, kan je de vogelnaam opzoeken)
http://www.geocities.com/ivn_vogels_park_bos (foto en uitleg over vogels in het park
en in het bos)
http://huizen.dds.nl/~de-egel/portal.htm (over egels)
Websites over EHBO:
http://www.ehbocursus.nl
 5 punten die belangrijk zijn bij EHBO
 http://www.vreriks.nl/opleiding/opleiding.html: opleiding (opleidingen die je kunt
volgen bij het Rode Kruis, Reddingsbrigades,… en de inhoud van een
volledige verbandtrommel)
 http://www.vreriks.nl/Verwondingen/verwondingen.html: brandwonden (functie
van de huid, oorzaken van verbranding, eerste hulp in 9 stappen,…) +
botbreuken + kleine verwondingen
 LOTUS (vereniging die bij cursussen de verwondingen imiteert)
http://www.gezondheid.be/index.cfm?fuseaction=dossier&art=72 (insectenbeten)
Websites over o.a. cursussen:
http://www.mil.be (team “Leger-Jeugd”: [email protected])
http://www.nature.be/index2.html (avontuurlijke outdoor activiteiten)
Enkele interessante BOEKEN zijn:
 S.A.S. handboek
 Het werkboek scouts
 Expeditie in Nederland
OVERLEVINGSTOCHT
Een Internetproject voor kinderen van het 6de leerjaar
Ontworpen door:
Marlies Vanpoucke, [email protected]
Inleiding | Taak | Proces | Evaluatie | Conclusie | Referenties |
Inleiding
“Ik leef!” riep Robinson Crusoe en schrok van zijn eigen stem die zo plotseling de
stilte verbrak. Op zijn stem kwam geen reactie en meteen begreep hij dat hij er van
heel de bemanning van het schip alleen was overgebleven. …
Robinson liep naar het strand, nam een plank en spijkerde die op een paal, daarin
kerfde hij volgende woorden: Op 30 september van het jaar 1659 kwam ik, Robinson
Crusoe hier aan land. Toen nam hij een schrift, pen en inkt en schreef hetzelfde. Zo
was hij zijn dagboek begonnen en nam zich voor het alle dagen bij te houden. De
plaats waar hij aangespoeld was en verplicht te leven, noemde hij: Het eiland van de
wanhoop. …
Robinson maakte een nauwkeurige inventaris op van heel zijn rijkdom. Hij bezat veel
hout en ijzer waarmee hij veel zou kunnen maken. Hij had allerhande werktuigen,
bijlen en houwelen en een slijpsteen om ze te scherpen. Hij had ook nog een zak rijst
gevonden, een vaatje alcohol en drie grote kazen. Het brood dat hij gevonden had
was reeds een beetje verzuurd, maar hij had er toch nog van gegeten omdat hij
besefte dat hij op voedsel erg zuinig moest zijn. Toen besloot Robinson een plaats te
zoeken waar hij voor zichzelf en zijn hond een fatsoenlijk onderkomen zou kunnen
bouwen. Hij koos daarvoor een klein plateau dat tegen een rots gelegen was en hem
een overzicht gaf over de omgeving. De rots had een soort grot. Die kapte Robinson
dieper uit en daar tegen aan bouwde hij een hut zodat hij een grote woonruimte
bekwam die tegen stormen bestand was omdat ze gesteund werd door de rots. De
stemming waarin Robinson dit werk verrichtte kon je allesbehalve opgewekt noemen.
Hij voelde zich eenzamer dan ooit en zelfs de aanhankelijkheid van de hond kon
daar maar weinig aan verhelpen. …
Robinson leefde 28 jaar, 2 maanden en 19 dagen op een eiland.
(Een stukje uit het boek ‘Robinson Crusoe’ van Daniël Defoe)
Stel je voor dat je (alleen) op een onbewoond eiland zou aanspoelen en dat je jezelf
in leven moet houden. ‘Welke planten zijn eetbaar?, Waar en op welke manier bouw
ik een stevig kamp?, Hoe houd ik mezelf warm?, …’ Allemaal vragen waar je nu nog
geen (of onvoldoende) antwoord op hebt omdat we tegenwoordig in een luxewereld
leven: we hebben honger, dus we gaan naar de winkel; het wordt donker, dus we
steken het licht aan; we willen een dak boven ons hoofd, dus we laten een
ondernemer komen;… Na het maken van deze taak zal je veel meer weten over ‘het
overleven in een bos’.
Aangezien dit helemaal geen gemakkelijke proces is, zullen we samen naar een
oplossing zoeken op deze en nog veel andere vragen zodat je (op eigen benen) in
staat zult zijn om in de natuur te overleven.
Zet je schrap, want we gaan beginnen met plan A: de voorbereiding van een
overlevingstocht!
Taak
In dit project zal je:




Een kijkje nemen in de oertijd om te zien hoe men toen (in de natuur) leefde
Informatie verzamelen over verschillende levende wezens in een bos en over
een paar functies van je lichaam die nuttig zijn om te overleven
Nuttige technieken aanleren om te overleven en je weg te vinden
Samen met je klasgenoten kennis en ervaring opdoen die je achteraf kan
uittesten (in een bos, op straat,…)
Proces
Zoek zelf 3 vriendinnen/vrienden waarmee je aan te taak wilt samenwerken (je
groepje bestaat dus in totaal uit 4 personen). Als jullie klasgroep niet deelbaar is door
vier, mogen er ook een paar groepjes van 3 of 5 personen zijn!
Samen zullen jullie de taak (die in verschillende stappen opgedeeld is,) overlopen en
komen tot meer kennis om te kunnen overleven in een bos.
Elke groep krijgt van de juffrouw/meester een logboek die lege bladzijden bevat. Wat
doe je met je logboek?:
 Je schrijft er de antwoorden op de vragen (die per stap gesteld zijn) in.
 Je kunt er je problemen, vragen, … neerschrijven.
 Je schrijft erin wie van je groep wat doet (vb. Bert heeft het antwoord op de 3 e
vraag genoteerd, Karen heeft de vraag voorgelezen,…)
Bij elke stap moet je dus met heel je groep:
1) de opdracht of de vraag (of vragen) bij die stap lezen
2) aan de opdracht werken (door op de website te kijken)
3) de oplossingen van de vragen in het logboek noteren (dit mag steeds door een
andere persoon van je groep gedaan worden) en
4) je werkwijze (wie heeft wat gedaan), vragen, problemen, … in het logboek
noteren.
Het logboek zorgt ervoor dat je gemakkelijk het hele proces kan herbekijken en dat je
de grote eindopdracht goed kan oplossen.
De eindopdracht bestaat erin dat iedereen met 2 een opstel schrijft over ‘mijn eerste
dag op een onbewoond eiland’ (je groep is dus in 2 gedeeld). Meer uitleg hierover
vind je bij de ‘evaluatie’.
De juffrouw/meester zal het logboek bekijken en beoordelen.
Bij enkele stappen mag je kiezen welke website je met je groep bekijkt. Omdat niet
iedereen dezelfde voorkeur heeft, is het beter dat je vooraf bepaalt wie er bij de
volgende opdracht de website zal kiezen (noteer dan wel in je logboek wie er bij
welke stap gekozen heeft). Het is natuurlijk veel leuker als je samen een website
kiest.
Als alles duidelijk is, mag je van START gaan:
1. Noteer in je logboek het woord ‘overlevingstocht’. Als je dit woord leest of
hoort, waar denk je dan aan, wat zegt dit woord jou? Bedenk (in stilte) elk 5
woorden of vragen die te maken hebben met het woord ‘overlevingstocht’. Schrijf
jouw 5 vragen of woorden rond het woord ‘overlevingstocht’.
Bespreek daarna met je groepje de antwoorden (ongeveer 5 minuten bespreking
is zeker voldoende): leg uit waarom jij aan dat bepaald woord denkt, vraag aan
een andere persoon in je groep waarom hij/zij aan dit woord denkt, probeer een
antwoord te vinden op de verschillende vragen die jullie zelf bedacht hebben,…
Je zal (waarschijnlijk) niet altijd een antwoord vinden op je vragen, maar dat is
geen enkel probleem, want je krijgt later de mogelijkheid om al je (resterende)
vragen door te mailen naar verschillende personen, organisaties,…
Een voorbeeld van deze opdracht: (in plaats van het woord ‘overlevingstocht’,
nemen we het woord) ‘appel’. Ik denk daarbij aan de volgende woorden: ‘fruit’,
‘groen’, ‘boom’, … en aan de volgende vragen: ‘waar groeien appels aan?’,
‘hoeveel soorten appels zijn er?’, …
Na de bespreking van jullie woorden of vragen mogen jullie elk 5 voorwerpen
opschrijven (in totaal dus 20 voorwerpen) die jullie zeker willen meenemen op
survivaltocht, vb. lucifers, een bijl,… (voeding, GSM’s, gasvuren,… mogen jullie
NIET meenemen, want het blijft nog steeds een survivaltocht in de natuur!)
Als jullie rond het woord ‘overlevingstocht’ 20 woorden of vragen EN 20
voorwerpen genoteerd hebben, mogen jullie overgaan naar stap 2.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------2. ‘Ongeveer 1.000.000 jaar geleden leeft de oermens als verzamelaar en jager.
Het kannibalisme (= het eten van mensen) is verspreid.
In de Oude Steentijd (die ongeveer 600.000 jaar geleden begint) kent men
vermoedelijk het gebruik van vuur al. Er is al een vorm van taakverdeling der
geslachten. …’
Als we een hele tijd terug in de geschiedenis gaan, zien we dat de eerste
mensen (= oermensen) moesten leven van wat de natuur hen te bieden gaf. Ze
moesten met behulp van de natuur overleven. We bekijken eventjes een stukje
van de geschiedenis en lossen daarna enkele vragen op (die je na het lezen van
de tekst van de website kunt beantwoorden):
-
Welke werktuigen gebruikte de prehistorische mens en voor wat gebruikte
men die? (te vinden bij: wanneer, voedsel (de dieren achterna), handig (muren van
huid), materialen (steen, brons en ijzer) en sporen (splinters en verkleurde plekken))
Wanneer: Hoe zagen de mensen er 2 miljoen jaar geleden uit?
Voedsel de dieren achterna: Men leefde in de prehistorie van jacht en verzamelen
van planten en knollen, vertel er meer over (wie deed wat, hoe deed men het
jagen en verzamelen,… ?)
- Handig * muren van huid: Hoe (met welk materiaal) maakten de mensen in de
prehistorie hun huis?
* een vuurtje stoken: Hoe gebeurde het stoken van een vuur en wie moest
daarvoor zorgen?
- Materialen kleren van schapenwol: De prehistorische mens maakte zelf veel (vb.
sieraden, kleren,…) en ze schilderden ook. Geef meer uitleg daarover (uit wat
werden sieraden gemaakt, hoe en met wat kleurde men hun kleren, wat
beschilderde men,…)
- Archeologie puzzels in de grond: * Wat is een archeoloog?
* Wat doen archeologen?
- Sporen splinters en verkleurde plekken: * Waarvoor gebruikte de prehistorische mens
een platte steen met opvallende scherpe randen?
* Welke steensoort werd er o.a. voor die
platte stenen gebruikt?
* Wat zijn schrapers en voor wat worden ze
gebruikt?
- Wie? graven met geduld: Hoe ging men om met de doden?
-
Klik HIER om de website over de prehistorie te bekijken.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------3. In het bos leven er organismen (= planten, dieren,…). Ook die zijn belangrijk
voor onze overlevingstocht: ze zorgen namelijk voor voedsel.
We maken kennis met enkele eetbare planten: hoe zien ze eruit, waar groeien
ze,…?:
Bekijk de 2 volgende websites zodat je de vragen kan beantwoorden:
* Klik hier om eetbare planten, noten, vruchten en bessen te bekijken. Zorg ervoor
dat je de planten, noten, vruchten en bessen herkent als je ze in het bos
tegenkomt. Bespreek in je groep welke planten, noten,… je al gezien hebt.
* hier worden enkele eetbare planten besproken en kan je bekijken (kijk bij
survival):
- brandnetel: wat zorgt ervoor dat een brandnetel prikt?
- dovenetel: door wat zijn ze herkenbaar?
- weegbree: weegbree is een medicijn tegen …? (vul aan)
- wilde zuring en krul zuring: wat is het verschil tussen beide (i.v.m. het eten) en
krul zuring is een medicijn tegen …?
En we bekijken en beluisteren enkele vogels die in het bos leven.
Bekijk 1 van de 2 websites:

hier klikken en dan kies je elk 1 vogel (in totaal dus 4 vogels) die je van
naderbij wilt bestuderen. Schrijf de kenmerken, het gedrag en het verblijf van

die vogel in het logboek (en schrijf er ook bij waarom je precies deze vogel
gekozen hebt en geen andere) + beluister hun roep + als je een vogel in je
tuin, in het bos of in het park gezien hebt die je niet bij vogelnaam kent, doe
dan de test ‘Hoe groot was jouw vogel’.
Klik de vogel aan die je wilt bestuderen en noteer (in je logboek) het geluid, de
grootte, de biotoop, het territorium, het trekken of blijven, het bedreigd zijn of
niet? van die vogel. Kies elk 2 vogels. Klik hier
Als je nog meer informatie wilt hebben over planten, dieren,…, kan je terecht bij
vraag 8, maar werk eerst aan de volgende stappen.
b) Een elektrisch vuur om op te koken, hebben we niet, dus, we zullen een
kampvuur moeten maken, een pan in elkaar moeten knutselen, …, we geven
jullie ook enkele kooktips mee.
Neem 2 van de 4 websites, bekijk die met je groep en probeer de vragen zo
goed mogelijk op te lossen:
 Klik hier en kijk bij 'hoe maak je een goed kampvuur en met welk houtsoort?
- Het hoe en wat van brandhout soorten brandhout: Waarom prefereert (verkiest)
men lucifers (en niet een aansteker)? + Hoe bescherm je lucifers tegen vocht?
+ Met wat kan je vuur aanmaken?
- Het hoe en wat van brandhout houtsoorten: Zorg ervoor dat je de bomen herkent
en geef van 4 houtsoorten (met heel de groep) de positieve en negatieve
kanten van de houtsoort.
- Wat is een koffievuurtjezwam?: Bekijk hoe je een grondvuur moet maken en
hoe je het moet opruimen.
- Hoe kook je zonder pannen?: Probeer zelf een pan te maken (met gebruik van
blik en aluminiumfolie)
 Klik hier en kijk bij 'vuur'!
- Houtsoorten: Beschrijf kort (in enkele losse woorden vb. ‘rode bladeren’,…) de
omschrijving en het gebruik van de 3 houtsoorten.
- Aanmaakmateriaal: Welke 6 manieren heb je om je vuur aan te steken? (lees
ze ook eens)
- Soorten vuren: Schets (teken) een piramide OF een pagodevuur.
 Klik hier om tips te zien over koken en eten!: Kies ieder 3 kooktips die je wilt
lezen en schrijf in je logboek waarom je deze tips gekozen hebt (en geen
andere).
 Klik hier!:
- Brandstof van het lichaam: Leg uit wat ze daarmee bedoelen.
- Enkele recepten: Maak zelf banaan met warme chocoladesaus (i.p.v. een
kampvuur neem je een microgolfoven).
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------4. Als je op overlevingstocht vertrekt, moet je (als mens) ervoor zorgen dat je in
topconditie bent en dat je dat ook blijft. Je moet ervoor zorgen dat je niet ziek
wordt, dat je jezelf kan behelpen als je een verwonding hebt.
c) Het is daarom heel handig dat je een EHBO-cursus (EHBO = Eerste Hulp Bij
Ongelukken) volgt of kent. Als je gebeten zou zijn door een insect, je voet zou
verstuikt hebben,…, kan je jezelf (of een ander) verzorgen, want op een
onbewoond eiland is er zeker geen dokter in de buurt.
Bespreek eerst met je groep de eerste vraag nl. ‘wat doe je als er iemand een
brandwonde heeft?’ en bekijk daarna een website (je
mag zelf een website kiezen). Noteer jullie antwoord (na bespreking van de
vraag in de groep) in je logboek.
Zoek dan het juiste antwoord in één van de 3 websites op + bekijk ook andere
verwondingen:

-

-

Hier vind je meer informatie over brandwonden, botbreuken, …:
Verbranding de huid is meer dan zomaar een vel: Geef enkele functies van de huid.
eerste, tweede en derde graads brandwonden: Bespreek in je groep: Hoe
herken je het verschil tussen de 3 soorten graads brandwonden? Daarna
bekijk je het antwoord op de site.
de eerste hulp in 9 stappen: Geef die 9 stappen kort weer.
Botbreuken: Wat moet je doen bij een verstuiking van een gewricht? (Schrijf
het antwoord in je logboek)
Klik hier en kijk bij - algemene aanwijzingen en daarna bij ehbo-doosjes (staat
in de tekst in blauw): Neem de EHBO-doos van de school erbij en bekijk wat
er inzit en wat niet (in vergelijking met de EHBO-doos die op de website
beschreven staat)
bloedingen en verwondingen: Doe alsof 1 iemand van je groepje een ernstige
bloeding heeft en verzorg die persoon.
fracturen en ontwrichtingen: Wat doe je met een gebroken sleutelbeen?
verbranding, hitte en kou: Voordat je de website bekijkt bespreek je met je
groep wat zou je doen als er ‘verbranding door hete vloeistof’ zou
plaatsvinden. (Noteer het in je logboek) Controleer daarna het antwoord in de
website.
beten en steken en vergiftiging: Wat moet je doen bij vergiftiging door planten
en bessen?
Hier klikken en je krijgt meer informatie over insectenbeten!: Geef de 10
gouden tips voor wie gevoelig is voor insecten.
De volgende doe-opdracht is enkel voor die personen die de 1e of de 3e website
bekeken hebben: Elke persoon van de groep kiest 1 verwonding (vb. een
brandwonde) en 1 persoon van jouw groep. Je verzorgt die persoon (volgens de
stappen in de EHBO-cursus beschreven) alsof hij/zij die verwonding heeft.
c) Je lichaam moet je ook verzorgen (hygiëne): Hier klikken en kijken bij
'verzorging' en je komt alles over verzorging te weten!
- opbouwen van conditie: Doe enkele strekoefeningen en versterk je buik (bij
‘bouw je kracht op’)
- voet: Soigneer jezelf en masseer je eigen voeten.
Vooral voetverzorging is belangrijk: Klik hier en kijk bij 'routetechnieken'(prent van
een voet met ‘45’): Welke sokken zijn aan te raden?
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------5. We bevinden ons nu in het bos zelf. Waar zijn we ergens in het bos, waar is het
noorden? Je kunnen oriënteren in een bos (of ergens anders) is heel belangrijk.
Er zijn verschillende technieken om je te oriënteren: a) kaart en kompas b) met
behulp van je horloge c) via de sterren d) dankzij de wind, bomen,…
Kies met je groep 1 techniek die je zou willen kunnen toepassen (probeer
overeen te komen met elkaar) en bekijk bij de gekozen techniek een website. Als
er toch meningsverschillen zijn, kies dan 2 technieken.
e) kaart en kompas (kies 1 van de 2 websites):
 Hier klikken en neem (na het bekijken van de website) een kompas en test het
kompas uit (zoals op de website beschreven) + geef een definitie van
‘declinatie’ (in het kort) (staat in de tekst in het blauw, dus klik erop) + welke 3
‘noorden’ heb je?
 Kijk hier bij 'Kaart en Kompas'
uiterlijk:
- Geef de 5 onderdelen van een kompas.
- Bespreek eerst in je groep de invloed van ijzer op de kompasnaald (schrijf
jullie antwoord in het logboek) en controleer daarna het antwoord.
Bepalen van een richting met een kompas: Probeer zelf uit
Opzoeken van kaartcoördinaten: Lees dit eventjes.
f) horloge: Hier doe je de volgende opdracht: Bepaal met je horloge het zuiden
(je kan dit enkel doen als de zon schijnt!)
g) sterren: Hier teken je na hoe je het noorden vindt in het Noordelijk halfrond.
h) alternatief: Hier probeer je zelf 2 van de 6 alternatieven uit.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------6. Als we in de natuur moeten overnachten, is het wel beter dat we onszelf
beschermen tegen regen, koude, dieren,…
b) We hebben een goede schuilhut nodig, maar hoe beginnen we daar nu aan?:
Teken jouw ideale (uitgevonden) schuilhut, maar bekijk eerst de tips op de
websites:
 Hier bekijk je 'schuilhut maken'
 Hier zie je bij 'survival technieken' welke matras je in je schuilhut kunt leggen.
Om een schuilhut te maken, om een tafel in elkaar te knutselen,…, is het handig
dat je kan sjorren, pionieren, maar om dat te kunnen heb je veel tijd nodig.
Daarom gaan we hier niet verder op ingaan, maar als je toch geïnteresseerd bent,
kan je enkele websites over knopen, pionieren,… bij vraag 8 vinden.
d) Gepaste kledij aandoen, scheelt ook al veel:


Tips over kleding: Elke persoon kiest 1 tip die hij/zij interessant vindt (, noteer
in je logboek welke je gekozen hebt). Bespreek met je groep de ervaringen die
je hebt (of niet?) met zo’n tips.
Kleding en temperatuur: Geef de verschijnselen van onderkoeling en maak
een kort schema van welke kledij je bij welke temperatuur draagt.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------7. De belangrijkste informatie heb je nu al ter beschikking. Heb je toch nog
vragen, problemen, onduidelijkheden,… die jullie in je logboek genoteerd hebben
en die nog niet (of te weinig) beantwoord zijn, stuur dan een e-mail of een brief of
telefoneer naar:
 een scoutsgroep die hikes organiseert. Hun e-mail adres vind je hier onder
woudlopersinsigne
 het team “Leger-Jeugd”: [email protected] OF SID/team Leger-Jeugd,
Kwartier Koningin Elisabeth, Eversestraat 1, 1140 Brussel OF 0800 / 95 594
(gratis groen nummer) (open van 15/01-31/05: 7u30-17u30 en van 01/0614/01: 8u-16u)
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------8. Deze stap moet je enkel doen als je nog tijd overhebt of als je geïnteresseerd
bent:
f) het bos: http://www.digischool.nl/po/ds/dbs/groepen/78/vakken78/biologie/bos/index.htm (planten, dieren, schimmels en
paddestoelen in het bos, vragen, opdrachten en tips)
g) technieken:
 knopen en pionieren:
* http://www.scouting.nl/ bij programma tips en daarna bij technieken
(knopen)
* http://www.realknots.com/ (als je op de Nederlandse vlag klikt, verschijnt
alles in het Nederlands) (knopen)


Insigne
Pionieren
* http://scoutnet.nl/~margriet/kk/index.htm (pionieren: knopen en
pioniervoorbeelden)
* http://www.scouting.nl/ bij programma tips en daarna bij pionieren
(pionier-projecten)
seinen (morseconvertor, semafoor,…):
* http://www.scouting.nl/ bij programma tips en daarna bij seinen
* http://home.tiscalinet.be/sint-kristoffel/extra/morseconvertor.html
(morseconvertor)
* http://scoutnet.nl/~margriet/kk/index.htm (morse, semafoor)
maken van:
* een rugzak: http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/rugzak.htm
* een woudloperslamp: http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/rugzak.htm
h) cursussen:
 http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/woudlopershike/hoofdmenu.htm bij
woudlopersinsigne (hikes)
 http://www.scouting.nl/hit/hitactie.html (kampen per leeftijd)
 http://www.nature.be/index2.html (avontuurlijke outdoor activiteiten)
 http://www.mil.be (dagbezoeken en activiteiten bij de Krijgsmacht,
georganiseerd door team “Leger-Jeugd”, je kunt er met de klas naar toe)
 http://www.vreriks.nl/opleiding/opleiding.html (opleiding bij het Rode Kruis,
Reddingsbrigades, EHBO-verenigingen)
i) materiaal
 boeken die zorgen voor ontspanning tijdens de survivaltocht, die nog andere
interessante informatie bevat die je kan gebruiken tijdens je survivaltocht:
http://www.hiking-site.nl/boekrecensies.html (routeboeken, kookboeken,
leesboeken, ehbo-boeken, navigatie-boeken,…)
 winkels waar je materiaal kunt aankopen: http://www.hiking-site.nl/winkels.html
 uitleg over materiaal:
* http://www.hiking-site.nl/materialen.html (merken van goed materiaal)
* http://www.hiking-site.nl/tipsentricks.html (merken en uitleg over:
branders, rugzakken, schoenen, messen, kompassen, verrekijkers,…)
j) allerlei
 recepten met wilde planten (zoals weegbree, brandnetel,…):
http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/woudlopershike/hoofdmenu.htm bij hoe maak
je een goed kampvuur en met welk houtsoort? (welke wilde planten kun je
eten?)
 brood maken: http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/survivalexpeditie: hier zie je bij
technieken hoe je het op een kampvuur doet.
Evaluatie
Om jullie inzet en kennis te beoordelen, moeten jullie nog een eindwerk(je) maken:
Met 2 personen (je kiest 1 iemand van jouw groep) schrijf je een opstel met als titel
‘mijn eerste dag op een onbewoond eiland’. Het opstel moet ongeveer 1 bladzijde
lang zijn (als je het geschreven hebt) en moet de volgende onderdelen bevatten
(voorbeelden staan tussen haakjes!):
 je beschrijft hoe het eiland er uitziet (welke bomen er zijn, de dieren die er
leven,…). Je mag er ook een tekening van maken, maar dat is niet verplicht.
 welk materiaal je allemaal meegenomen hebt om te overleven (lucifers, een
bijl,…)
 hoe je tewerk gegaan bent om je schuilhut te maken (je hebt hout gehakt,
palen aan elkaar gesjord,… OF je hebt een put gegraven en …). Je maakt een
tekening van je schuilhut.
 Hoe je aan eten geraakt bent (jagen, verzamelen,…), wat je gegeten hebt (vis,
bessen,…) en de manier van klaarmaken (heb je gebruik gemaakt van een
kampvuur of heb je iets anders bedacht?)

Op welke manier je het eiland verkent hebt (kompas en kaart,…), wat je
allemaal gezien hebt en (eventueel) de problemen die je onderweg bent tegen
gekomen (een insectenbeet gehad, beken waar je niet over kon,…)
 Je beschrijft hoe je je op het eiland voelt (eenzaam, enthousiast,…)
Voor de rest ben je vrij wat je er nog allemaal bijschrijft (vb. je vermeldt dat je een
dagboek zal schrijven, wat je in je ‘vrije tijd’ gedaan hebt,…)
Een tip: Maak - voor het schrijven van je eindwerk - gebruik van je logboek, want je
hebt daar al veel nuttige informatie ingeschreven.
Jullie opstel (die je met 2 personen gemaakt hebt,) typ je op de computer en print je
uit. Je leest daarna je opstel in de klas voor (iedere persoon moet een stuk
voorlezen).
Het is leuk als je je werk zou kunnen voordragen in de gepaste sfeer, nl. in de sfeer
van een ‘onbewoond eiland’. Daarom schilder je (met heel de klas) bomen, dieren,
een kampvuur, een tent, … op grote stukken karton. Jullie kunstwerk(en) (het
beschilderd karton) hang je in de klas uit. Na het voorlezen van de opstellen, plak je
je opstel op het karton.
Je juffrouw/meester zal jullie inzet en kennis beoordelen. Zij/hij zal kijken naar:



het logboek:
- Hebben jullie de vragen goed beantwoord?
- Is het logboek ordelijk?
- Hebben jullie zelf leuke ideeën, vragen,… gegeven?
de groepssfeer of de samenwerking met je vrienden/vriendinnen in de groep,
was iedereen tevreden en werden conflicten (als die er waren) goed opgelost?
je eindwerk:
- Zijn jullie origineel en creatief tewerk gegaan?
- Is het eindwerk realistisch (hebben jullie niet te veel fantasie gebruikt)?
- Hebben jullie je logboek gebruikt?
- Heb je de kennis die je opgedaan hebt (bij het volgen van het proces) in
je eindwerk verwerkt?
- Hebben jullie niet te veel taalfouten gemaakt?
- Was je presentatie in de klas (het voorlezen van je eindwerk) goed?
Conclusie
Hopelijk heb je het proces met succes doorlopen en ben je meer te weten gekomen
over het bos, technieken om je te oriënteren, de mogelijkheden die de natuur met
zich meebrengt voor de mens,…
De kennis die je vandaag opgedaan hebt, kan je in het alledaagse leven gebruiken:
in de jeugdbeweging als je een kampvuur moet maken, in de zomer als je een
picknick organiseert, op straat als je de weg kwijt bent, als je in het bos wandelt,… Je
moet zeker niet wachten om je kennis te gebruiken tot je op een onbewoond eiland
belandt, want de kans daarop is zeer klein.
Referenties
Om een duidelijk overzicht te geven van alle (gebruikte) websites, heb ik ze
hieronder nog eventjes geordend: WEBSITES over scoutstechnieken, over het bos,
dieren,…, over EHBO en over cursussen die je kan volgen:
Websites over scoutstechnieken:
http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/woudlopershike/hoofdmenu.htm:
 Hoe maak je een schuilhut? (stappen, 3 models van hutten, slapen)
 Informatie over routetechnieken (voetverzorging)
 Hoe maak je een goed kampvuur en met welk houtsoort? (het hoe en wat van
brandhout, wat is een koffievuurtjeszwam, hoe kook je zonder pannen, welke
wilde planten kun je eten en een kakelvers stokbrood bakken)
 Heb je vragen dan kun je ons altijd mailen!!
http://hit.harderwijk.scoutnet.nl/survivalexpeditie
 Routetechniek (onderweg, oriëntatie, routetechnieken)
 Survival (eetbare planten)
 Technieken (bivak maken, vuur, koken en brood maken)
http://www.hiking-site.nl/:
 http://www.hiking-site.nl/ehbo.html (omgaan met noodgevallen, EHBO-doos,
bloedingen en verwondingen, fracturen en ontwrichtingen,…)
 http://www.hiking-site.nl/boekrecensies.html (kookboeken, leesboeken, ehboboeken,…)
 http://www.hiking-site.nl/materialen.html (branders, rugzakken, schoenen,
slaapzakken, tenten, waterfilters, messen en tools, kleding,…)
 http://www.hiking-site.nl/navigatie.html (kompas, GPS, horloge als navigatieintrument, sterren als navigatie-instrument, alternatieve koersbepaling)
 http://www.hiking-site.nl/verzorging.html (opbouwen van conditie, de toillettas,
verzorging van je voeten, hoofdverzorging, voeding)
 http://www.hiking-site.nl/winkels.html (buitensportzaken, on-line shops,…)
 http://www.hiking-site.nl/tipsentricks.html (tips over kleding, over koken en
eten, over materiaal en overige tips)
http://scoutnet.nl/~margriet/kk/index.htm:
 kaart en kompas (uiterlijk, opzoeken van kaartcoördinaten, het maken van
schetsen, verschillende kaarten)
 pionieren (knopen en pioniervoorbeelden)
 vuur (houtsoorten, aanmaakmateriaal, soorten vuren, kooktips)
 morse
 semafoor
http://www.scouting.nl/ bij programma tips
 knopen
 pionier-projecten
 seinen
http://www.scouting.nl/hit/hitactie.html (kampen per leeftijd)
http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/
 http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/rugzak.htm (rugzak zelf maken)

http://scoutnet.nl/~woudlopersexpeditie/woudloperslamp.htm (woudloperslamp
maken)
 recepten (vis in folie)
http://sportsknowhow.com/kleding.htm (over kleding en temperatuur)
http://www.realknots.com/ (als je op de Nederlandse vlag klikt, verschijnt alles in het
Nederlands) (knopen)
http://home.tiscalinet.be/sint-kristoffel/extra/morseconvertor.html (morseconvertor)
Website over de oermens:
http://www.taptoe.nl/onderwerp/default.asp?SID=70
Websites over het bos, dieren,…:
http://www.digischool.nl/po/ds/dbs/groepen/7-8/vakken78/biologie/bos/index.htm
 planten (boomlaag, struiklaag, graslaag, moslaag)
 dieren (everzwijnen, vogels,…)
 schimmels en paddestoelen
 vragen
 opdrachten
 tips (herbarium, flora,…)
http://www.gco.nl/vogels/vogels1a.htm (vogels bekijken en hun roep beluisteren + als
je een vogel gezien hebt, kan je de vogelnaam opzoeken)
http://www.geocities.com/ivn_vogels_park_bos (foto en uitleg over vogels in het park
en in het bos)
http://huizen.dds.nl/~de-egel/portal.htm (over egels)
Websites over EHBO:
http://www.ehbocursus.nl
 5 punten die belangrijk zijn bij EHBO
 http://www.vreriks.nl/opleiding/opleiding.html: opleiding (opleidingen die je kunt
volgen bij het Rode Kruis, Reddingsbrigades,… en de inhoud van een
volledige verbandtrommel)
 http://www.vreriks.nl/Verwondingen/verwondingen.html: brandwonden (functie
van de huid, oorzaken van verbranding, eerste hulp in 9 stappen,…) +
botbreuken + kleine verwondingen
 LOTUS (vereniging die bij cursussen de verwondingen imiteert)
http://www.gezondheid.be/index.cfm?fuseaction=dossier&art=72 (insectenbeten)
Websites over o.a. cursussen:
http://www.mil.be (team “Leger-Jeugd”: [email protected])
http://www.nature.be/index2.html (avontuurlijke outdoor activiteiten)
Enkele interessante BOEKEN zijn:
 S.A.S. handboek
 Het werkboek scouts
 Expeditie in Nederland
Download