Werken met gezinsondersteuners Kind en Gezin werkt elke dag opnieuw met diversiteit aan gezinnen, waaronder gezinnen die leven in armoede en uitsluiting. Een leven dat zich kenmerkt door een duurzame en gelijktijdige uitsluiting op verschillende levensdomeinen. In 2009 zagen in Vlaanderen volgens de cijfers van Kind en Gezin 8,3% van de kinderen het licht in een kansarm gezin. Kansarmoede is ook gekleurd. De moeder van ruim 5 op de 10 kinderen geboren in een kansarm gezin had bij haar geboorte niet de Belgische nationaliteit. Dit cijfer kent Kind en Gezin op basis van toetsing van elke gezin met een geboorte aan zes criteria, die de kans op leven in armoede en uitsluiting weergeven. Deze criteria zijn de opleiding van de ouders, het inkomen, de tewerkstelling van de ouders, de gezondheid, de huisvesting en de ontwikkeling van het kind. Wanneer één gezin op drie van deze criteria negatief scoort, dan wordt het beleidsmatig als kansarm beschouwd. Wel wetend dat dit geenszins iets vertelt over de reële complexiteit van de leefsituatie van deze gezinnen, noch over hun ondersteuningsbehoefte. Het is in de dagelijkse praktijk dat het leven in armoede of uitsluiting niemand onberoerd laat en zich blijft vertalen in grote verschillen. Tussen allochtone en kansarme gezinnen en de dienstverlening bestaan grote kloven. Het gaat niet alleen om een kenniskloof, vaardigheidskloof, gevoelskloof of krachtenkloof tussen beide werelden, maar ook om een structurele participatiekloof. Mede hierdoor verliezen deze gezinnen de greep op het eigen leven, ondanks tal van interventies en maatregelen. Een gezin koopt een beamer (projector), zodat ze thuis films comfortabel kunnen bekijken. Hun voeding halen ze uit de goedkope discount om de hoek, groenten en fruit zijn daar niet van de beste kwaliteit. De oudste kinderen kregen vroeger al heel jong chips en cola. De regioverpleegkundige en de gezinsondersteuner zien dat moeder het na de geboorte van haar jongste lastig heeft omhaar gezin met vijf kinderen georganiseerd te krijgen. De RV vraagt of opvang voor oudsten tijdens de vakantie geen tijdelijke ontlasting kan bieden. Moeder wijst het voorstel heel scherp af: ze herinnert zich hoe een zomerverblijf in de ‘kolonie’ het begin was van een jarenlange opname toen haar ouders uit elkaar gingen. Ze wil zelf voor haar kinderen zorgen! Dit gegeven vraagt om voortdurende inspanningen om deze kloven te overbruggen en drempels te verlagen. Het gaat hierbij onder meer om inhoudelijke omkadering voor de veldwerkers, het verhogen van de kennis van armoede, uitsluiting, migratie door vorming en het voorzien van intervisie. Daarnaast gaat het om het ontwikkelen en inzetten van gepaste methodieken en instrumenten, zoals pictografisch materiaal. Ten slotte en niet het minst gaat het om het kunnen inzetten van verschillende perspectieven en deskundigheden in het werken met gezinnen die leven in armoede en uitsluiting. In dit kader situeert zich het werken met gezinsondersteuners. Het werken met gezinsondersteuners vindt zijn ontstaansgeschiedenis in het werken met ervaringsdeskundigen in de kansarmoede en intercultureel bemiddelaars. Sedert 1993 maken zij deel uit van de groep veldwerkers die dagdagelijks instaat voor de preventieve dienstverlening ten aanzien van de aanstaande en jonge ouders. Het gaat hierbij om medewerkers die armoede, sociale uitsluiting, migratie van binnen uit kennen. Na een projectmatige inschakeling werd in 1996 een eerste belangrijke stap gezet in de structurele inbedding van deze medewerkers. Zij kregen een plaats in de reorganisatie van de dienstverlening en gingen deel uit maken van de regioteams. 1 Na een evaluatie in 2002 zag de functie van gezinsondersteuner het licht. Recent werd de functie van gezinsondersteuner opgenomen in het statutair kader van het agentschap, waardoor een definitieve verankering een feit is. Ervaringsdeskundigen in de armoede en intercultureel medewerkers nemen de functie van gezinsondersteuner waar. Ze doen dit samen met de regioverpleegkundigen van Kind en Gezin. Doorheen de tijd werd deze manier van werken versterkt en uitgebreid. Enerzijds werd het inhoudelijk kader waarbinnen de inzet van gezinsondersteuners gebeurt verder verfijnd. Anderzijds groeide het aantal gezinsondersteuners gestaag. Vandaag werken een zeventigtal gezinsondersteuners in 32 van de 64 regionale teams, die dagelijks instaan voor de preventieve gezinsondersteuning. Zij volgden in vele gevallen specifieke opleidingen zoals de opleiding tot ervaringsdeskundige in de kansarmoede en uitsluiting of intercultureel bemiddelaar. Deze opleidingen, die respectievelijk vier en drie jaar duren, vormen een van de hoekstenen in het professionaliseringsproces van de functie van gezinsondersteuner. De evolutie naar gezinsondersteuners kwam er op basis van de gelijklopende betekenis van de functies en de gelijklopende taken die uitgevoerd werden als ervaringsdeskundige of intercultureel medewerker. De doelstelling om de drempel van de dienstverlening te verlagen bleek ook rijker. Er werd niet alleen bijgedragen tot het verlagen van de drempel tot de dienstverlening, er werd ook een ondersteunende en verbindende rol ten aanzien van de gezinnen opgenomen. Het doel van de functie bestaat er dan ook in verbindend te werken met maatschappelijk kwetsbare gezinnen binnen de preventieve gezinsondersteuning. Op die wijze wil Kind en Gezin zoveel mogelijk kansen scheppen voor de kinderen in deze gezinnen en de ouders ondersteunen bij de realisatie van hun gezinsproject. Zowel bij gezinnen die leven in armoede en uitsluiting als allochtone gezinnen tekent zich immers vaak een vraag af naar ondersteuning bij het uitbouwen van hun gezinsproject. Het is een vraag naar een brede ondersteuning door mensen met een grote affiniteit met de leefsituatie van deze gezinnen en met aandacht voor de verschillende levensdomeinen die invloed hebben zowel op het gezinsproject als op de kansen van de kinderen. Deze doelstelling sluit perfect aan bij de maatschappelijke opdracht van Kind en Gezin die in de missie als volgt uitdrukking krijgt: “Kind en Gezin wil, samen met haar partners, voor elk kind, waar en hoe het ook geboren is of opgroeit, zoveel mogelijk kansen creëren”. De gezinsondersteuner werkt verbindend op drie dimensies. De eerste dimensie bestaat erin het gezinsproject te ondersteunen omwille van zijn betekenis voor de kernthema’s van Kind en Gezin. De tweede dimensie bestaat erin de interactie tussen het gezin en de dienstverlener te ondersteunen zowel in de persoonlijke contacten als in het aanbod. Dit krijgt vorm in de praktische ondersteuning van het aanbod en in het werken met het aangeboden informatiemateriaal. De derde dimensie bestaat erin de dienstverlener en de organisatie te ondersteunen. Dit gebeurt door medewerking aan vormingsmomenten, casusbesprekingen, het signaleren van uitsluitings-mechanismen binnen de dienstverlening, als vertegenwoordiger van de organisatie. Twee methodieken die exclusief door de gezinsondersteuner kunnen toegepast worden, zijn het betekenistolken en de presentiemethodiek. Gezinsondersteuners nemen in hun verbindend werk specifieke taken op zich zoals het spiegelen, ontschuldigen, bemiddelen, signaleren, praktisch ondersteunen,taaltolken en begeleid doorverwijzen. De ondersteuning van het gezinsproject vormt binnen het werken als gezinsondersteuner de hoofdmoot. Maatschappelijk kwetsbare gezinnen hebben vaak heel wat dingen om het hoofd: werk zoeken, eten vinden, zoeken naar een ‘deftige’ woning, investeren in familiebanden, 2 doktersrekeningen betaald krijgen,… Deze problemen slorpen zoveel aandacht en energie op van deze gezinnen, dat effectief werken aan een gezonde voeding, een goede verzorging, aan opvoeding en ontwikkeling, veiligheid, gezondheid van het kind… er door overstemd wordt. Voor Kind en Gezin blijft het wel prioritair te kunnen werken rond haar kernthema’s. Op die weg liggen echter veel drempels die eerst moeten aangepakt worden vooraleer met de kernthema’s aan de slag kan gegaan worden. Daarom moet Kind en Gezin die drempels wel opnemen, niet om deze zelf (‘in eigen beheer’) op te lossen maar om het gezin te ondersteunen in het zoeken naar oplossingen. Hierin heeft de gezinsondersteuner een belangrijke taak. Zij heeft zelf de complexiteit van maatschappelijke kwetsbaarheid en uitsluiting van binnen uit meegemaakt. Zij beschikt door haar opleiding over de nodige deskundigheid om mechanismen, gedragspatronen en doodlopende pistes in de aanpak ervan op een herkenbare wijze te duiden en alternatieven in de benadering ervan te activeren. Zij zoekt samen met het gezin naar mogelijkheden om hun prioritaire problemen aan te pakken. Op die manier komt er op termijn mogelijks ruimte om met de kernthema’s aan de slag te gaan. Het gezin bijstaan in het werken aan hun prioriteiten en deze ook erkennen is trouwens een cruciale voorwaarde voor de gezinsondersteuner (en voor de organisatie) om een positieve relatie met het gezin aan te kunnen gaan. De eindverantwoordelijkheid voor het gezinsproject blijft wel in alle opzichten bij het gezin liggen. Alle activiteiten van een gezinsondersteuner binnen deze taak kunnen bijgevolg relevant zijn. De activiteit van de gezinsondersteuner hoeft dus niet steeds heel interveniërend te zijn. Het met open aandacht aanwezig zijn, het luisterend op en tot verhaal laten komen van de ouder(s), het erkennend ruimte laten voor onmacht en ordening van de ouder(s) maakt het mogelijk met hen problemen op te nemen, niet steeds in termen van beheersbaarheid maar zeker in de zin van betrokkenheid en verbondenheid. Op die manier legt een gezinsondersteuner verschillende verbindingen, binnen het gezin en in haar maatschappelijke context. In het ontvankelijk aanwezig zijn ondersteunt zij ouders wanneer deze doorheen de beleving van mislukking, verwarring, schuld, wantrouwen en verlies groeien naar een beleving van (zelf)vertrouwen en hechting. Daarnaast worden verbindingen gelegd tussen het gezin en verschillende netwerken en instanties. Ook de verbinding tussen het gezin en Kind en Gezin wordt hier mogelijk gemaakt. De gezinsondersteuner gaat mee met een mama naar een eerste bijeenkomst van een buurtwerking. Zo zal ze misschiennieuwe mensen leren kennen en uit haar isolement geraken. De gezinsonder-steuner drinkt samen met mama een kop koffie tijdens een huisbezoek zodat ze haar complexe verhaal kan doen en haar hart kan luchten. De ervaringen en inzichten van gezinsondersteuners helpen om gezinnen in dezelfde situatie te begrijpen en de voornoemde kloven mee te overbruggen. Op die manier worden noodzakelijke verbindingen hersteld. Voor deze gezinnen vormen de gezinsondersteuners zeer herkenbare aanspreekpunten, die zowel hun leefwereld als hun ‘taal’ kennen. Hierdoor verlagen zij actief de drempels in onze dienstverlening. 3