Lensimplantatie - Rijnzicht Oogkliniek

Lensimplantatie
Rijnzicht Oogkliniek biedt een totaalpakket aan brilvervangende chirurgie. Hierdoor kunnen wij
ook mensen van hun bril of contactlenzen af helpen van wie de ogen niet geschikt zijn om te
laseren. In deze informatiesheet zetten wij op een rij welke type lensimplantaties er zijn en welke
soorten implantlenzen wij gebruiken.
Voorzetlenzen
Voorzetlenzen zijn kunstlenzen die de oogarts in uw oog vlak voor of achter de iris en dus voor uw
eigen lens plaatst. Dit is bijvoorbeeld een uitkomst bij zeer sterkte oogafwijkingen.
Er zijn verschillende soorten voorzetlenzen:
 Artilens: Artisan en Artiflex
 Visian ICL
 Torische Artilens: Torische Artisan en Torische Artiflex
 Torische Visian ICL
 Sulcoflex
Artisan implantlens
De Artisan refractieve implantlens wordt vóór de eigen ooglens in het oog geplaatst, zodat de
bijziendheid of verziendheid zoveel mogelijk wordt gecorrigeerd. Deze kunstlens is gemaakt van
PMMA-materiaal, een kunststof. Dit materiaal wordt al sinds 1950 gebruikt voor implantlenzen bij
staaroperaties.
De lens is zodanig opgebouwd dat in het centrum de correctie zit waarmee de afwijking wordt
gecorrigeerd. De zijkanten bestaan uit 'klauwtjes', waarmee de lens aan de iris (regenboogvlies)
wordt vastgemaakt. Via een sneetje aan de rand van het hoornvlies wordt de Artisan in het oog
geschoven. Aan het eind van de operatie wordt het sneetje gehecht.
De behandeling (Artisan) is op dit moment geschikt voor bijzienden met een bril van -3.0 tot -25 en
verzienden met een brilsterkte van +3.0 tot +10.0 dioptrieën. Hogere cilindrische afwijkingen kunnen
(deels) worden gecorrigeerd.
Artiflex implantlens
Het verschil tussen met Artisan is vergelijkbaar met het verschil tussen een harde en een zachte
contactlens: de Artiflex is zo zacht dat je hem kunt dubbelvouwen. Hierdoor past hij door een wondje
dat half zo klein is als het wondje bij de Artisan lens. Het grote voordeel bij de Artiflex lens is dat er
hierdoor meestal niet meer gehecht hoeft te worden. Daarmee is het herstel na een Artiflex
implantatie nog sneller.
Om de veiligheid van de procedure te waarborgen mogen alleen gecertificeerde oogartsen met de
Artiflex implantlens werken. Drie oogartsen van Rijnzicht Oogkliniek - Wouter van den Berg, Ben
Christiaans en Monika Landesz - waren vanaf het begin nauw betrokken bij de ontwikkeling van deze
kunstlensjes. Aan de introductie van de Artiflex zijn jaren van ontwikkeling voorafgegaan. In 2003
werd een internationale studie gestart waarbij vierentwintig oogartsen uit de hele wereld in twee
jaar 1000 lenzen implanteerden. Oogarts Ben Christiaans was één van deze vierentwintig oogartsen.
De behandeling met de Artiflex is op dit moment geschikt voor bijzienden met een bril van -2 tot 14.50.
Achtergrondinformatie Lensimplantatie 201701
Visian ICL implantlens
De Visian ICL kunstlens is gemaakt van het elastische materiaal Collamer. Deze implantlens wordt
achter de iris, maar voor uw eigen lens geplaatst. De behandeling is geschikt voor bijzienden met een
brilsterkte van -3 tot -18 en verzienden met een brilsterkte van +3 tot +10.
Torische Artisan
Bij hoge cilindrische afwijkingen kan een zogenoemde ‘torische’ Artisan kunstlens geplaatst worden.
Is de cilinderafwijking te klein is voor het gebruiken van een torische Artisan lens, maar groot genoeg
om na implanteren van een Artisan/ Artiflex lens klachten te geven? Dan kan na de lensimplantatie
een (aanvullende) laserbehandeling verricht worden. Deze procedure wordt Bioptics genoemd. De
oogarts zal dit bij het geven van een behandeladvies met u bespreken.
Torische Artiflex
Sinds medio 2009 wordt in Rijnzicht Oogkliniek ook een flexibele torische lens gebruikt: de Artiflex
torisch. Twee jaar lang is deze lens uitgebreid getest. Oogarts Ben Christiaans van Rijnzicht Oogkliniek
maakte deel uit van het internationale, wetenschappelijke testpanel. Medio 2009 mocht Rijnzicht
Oogkliniek de lens als eerste kliniek in Nederland gebruiken voor patiënten. De vraag is groot. De
lenzen worden op maat gemaakt. De Torische Artiflex lens kan cilinders in ogen corrigeren en heeft
verder alle voordelen van de ‘gewone' Artiflex lens. Bovendien heeft de lens een grotere diameter
dan de al bestaande Torische Artisan lens. Dit maakt de Torische Artiflex lens voor meer ogen
geschikt.
Torische Visian ICL
De Torische Visian ICL kan cilinders in ogen corrigeren en is verder vergelijkbaar met de ‘gewone’
Visian ICL lens.
Sulcoflex implantlens
De Sulcoflex implantlens is speciaal ontwikkeld voor mensen die in het verleden een staaroperatie
met enkelvoudige implantlenzen hebben gehad. Als zij alsnog een bril nodig hebben, kunnen wij
helpen met deze extra (multifocale) en/of torische voorzetlens. De Sulcoflex implantlens wordt
geplaatst achter de iris en voor de reeds geïmplanteerde kunstlens, de zogenaamde ’sulcus’.
Hierdoor ontstaat weer helder zicht op alle afstanden.
Vervanglenzen
In voorkomende situaties kan het beter zijn de eigen lens te vervangen dan een Artisan lens te
implanteren of te laseren. Technisch gezien is deze behandeling te vergelijken met een staar
operatie: de inhoud van de eigen lens wordt vervangen door een kunstlensje. Bij een staar operatie is
de inhoud van de lens troebel geworden, bij de Refractive Lens Exchange (RLE) of Presbyopic
Refractive Lens Exchange (PRELEX) is de inhoud van de lens nog helder. Vaak overwegen mensen een
PRELEX behandeling wanneer ze van hun leesbril af willen. Dit kan, maar het is wel een voorwaarde
dat er ook voor veraf een (minimale) brilsterkte aanwezig is.
Er zijn twee soorten vervanglenzen:
 (Torische) Multifocale implantlens
 (Torische) Monofocale implantlens
(Torische) Multifocale implantlens
Multifocale implantlenzen: in voorkomende gevallen ideaal wanneer mensen van hun leesbril af
willen. Deze lenzen hebben brandpuntsafstanden waarmee zowel veraf als dichtbij scherp gezien kan
worden. De multifocale implantlenzen kunnen soms klachten geven van het zien van halo’s. Bij de
Achtergrondinformatie Lensimplantatie 201701
nieuwste generatie multifocale implantlenzen zoals de Tecnis MF zien we dat de halo’s veel minder
storend zijn. Wel is vaak een zekere periode van gewenning nodig. Bij minder dan 2% van de
lensimplantaties is na de operatie een aanvullende laserbehandeling noodzakelijk. Wanneer dit bij u
te verwachten is zal het door uw oogarts met u besproken worden. Door de optometrist en oogarts
wordt bij het vooronderzoek gekeken wat in uw situatie, bij uw ogen het beste resultaat zal geven.
Tevens bestaan er multifocale lenzen met een cilindercorrectie. Hiermee wordt naast het
astigmatisme ook de leesbril gecorrigeerd. Op indicatie wordt een ander soort multifocale lens
geadviseerd en gebruikt: zoals de Restore of Mplus lens.
(Torische) Monofocale implantlens
Monofocale implantlenzen hebben één brandpunt en daarmee één afstand waarop scherp gezien
wordt. Er zijn ook een monofocale implantlenzen waarbij een grote cilinder gecorrigeerd kan worden
(bijvoorbeeld de torische Tecnis of de Acrysof torische lens). Bij het gebruik van een monofocale
implantlens kan gekozen worden voor correctie van beide ogen veraf òf voor correctie met
monovisie. In eerstgenoemde situatie bestaat zonder bril optimaal zicht veraf en blijft een leesof
kantoorbril nodig. Bij monovisie wordt met het ene oog veraf gekeken, met het andere dichtbij. Door
de optometriste en de oogarts zal bij het vooronderzoek uitgebreid gekeken worden of u geschikt
bent voor monovisie. Zo nodig wordt dit middels een proefpassing met contactlenzen uitgeprobeerd.
Wat u kunt verwachten bij een lensimplantatiebehandeling?
De behandeling is pijnloos en wordt poliklinisch uitgevoerd. Van binnenkomst tot naar huis gaan
moet u rekenen dat u anderhalf uur in de kliniek bent.
 In de voorbereidingsruimte wordt u enkele keren gedruppeld en krijgt u een operatiemuts en
-hesje aan. De lensimplantatie wordt onder plaatselijke verdoving verricht en dit wordt
begeleid door het anesthesie team. De behandeling duurt ± 20 minuten.
 De oogarts plaatst een spreidertje tussen de oogleden zodat u gemakkelijk het
oog kunt openhouden tijdens de behandeling. Daarna wordt uw hoofd in de juiste positie
gebracht.
 De oogarts maakt een kleine sneetje en vervolgens wordt de kunstlens geplaatst. De
behandeling is niet gevoelig.
 Aan het einde van de behandeling wordt zalf in het oog gedaan en wordt het oog ter
bescherming afgeplakt. Het oog kan een beetje stroef aanvoelen, pijn doet het meestal niet.
 Na afloop van de behandeling worden de leefregels en druppelvoorschriften, die u reeds in
uw bezit heeft, nogmaals met u doorgenomen.
 De dag na de operatie haalt u ’s morgens zelf het verbandje van het oog en komt u voor
controle naar Rijnzicht Oogkliniek. Doorgaans vindt de behandeling van het tweede oog één
week na de behandeling van het eerste oog plaats. In de periode tussen de behandelingen
kunt u last hebben van verschil in beeldgrootte tussen uw twee ogen hebben.
 In de eerste vier weken na de operatie kan de reststerkte nog licht wisselen omdat het
wondje aan de rand van het hoornvlies moet genezen. Ongeveer een maand na de operatie
is de situatie stabiel. Na deze periode komt u bij de oogarts voor een definitieve oogmeting.
 De eerste weken na de behandeling kunt u in wisselende mate last hebben van kringen rond
de lampen 's avonds of van tegenlicht (halo's). Dit treedt vooral op in het donker en bij
mensen met wijde pupillen. Deze halo's zijn doorgaans niet hinderlijk en worden na verloop
van tijd meestal niet meer waargenomen.
 Afhankelijk van uw werkzaamheden kunt u na enkele dagen uw werk weer hervatten.
Gedurende deze fase van herstel is het belangrijk voor u te weten dat ook buiten kantooruren
altijd één van de oogartsen bereikbaar is.
Achtergrondinformatie Lensimplantatie 201701