Synoniemen: dimethylketon DMK propaan-2-on 2-propanon O Kaartnummer: C-0001 CH3 CH3 ACETON CAS-nummer: [67-64-1] EG-nummer: 200-662-2 Brutoformule: C3H6O FYSISCHE EIGENSCHAPPEN Kookpunt, °C Smeltpunt, °C Vlampunt, °C Zelfontbrandingstemperatuur, °C Explosiegrenzen, volume% in lucht Minimum ontstekingsenergie, mJ Soortelijke geleiding, pS/m Dampspanning in mbar bij 20°C Dampspanning in mbar bij 50°C Relatieve dichtheid bij 20°C van verzadigd damp/luchtmengsel (lucht = 1) Relatieve dichtheid (water = 1) Oplosbaarheid in water, g/100 ml Log P octanol/water Bioconcentratiefactor (BCF) Relatieve molecuulmassa Omrekenfactor: 1 mg/m3 = 56 −95 −20 464 2,1 - 13 1,15 4,9*105 247 814 ETIKETTERING CLP Etiket (REACH Registratie & CLP Annex VI) Signaalwoord: GEVAAR H: 225-319-336-EUH066 GHS02 Transportindeling (ADR) UN-nummer 1090 GEVI 33 ERIC 3-09 1,2 0,8 volledig −0,2 1 Wettelijk Wettelijk (15 min.) GHS07 NFPA 1 3 0 3 GRENSWAARDEN DNEL-inhalatie-lange termijn-systemische effecten DNEL-inhalatie-korte termijn-systemische effecten 58,1 DNEL-huid-lange termijn-systemische effecten 0,413 ppm DNEL-huid-korte termijn-systemische effecten 1210 mg/m3 2420 mg/m3 Interventiewaarden (1 uur) VRW 500 mg/m3 AGW 5000 mg/m3 LBW 20000 mg/m3 1210 mg/m3 -- AEGL 1 186 mg/kg/dag AEGL 2 -- AEGL 3 480 mg/m3 7700 mg/m3 14000 mg/m3 BELANGRIJKE GEGEVENS KLEURLOZE VLOEISTOF MET TYPERENDE GEUR De damp is zwaarder dan lucht en verspreidt zich over de grond met kans op ontsteking op afstand. Reageert heftig met oxidatiemiddelen onder vorming van peroxiden met kans op brand en explosie. Tast rubber en vele kunststoffen aan. Geurwaarneming: De geur alleen geeft onvoldoende informatie over het acute gezondheidsrisico. Blootstelling: Een voor de gezondheid gevaarlijke concentratie in de lucht kan door verdamping van deze stof bij ca. 20°C vrij snel worden bereikt; bij vernevelen nog sneller. De stof kan worden opgenomen in het lichaam door inademing van de damp, via de huid en na inslikken. Eenmalige of kortdurende blootstelling: De stof werkt irriterend op de huid. De stof werkt sterk irriterend op de ogen. De damp van de stof werkt irriterend op de ogen en de bovenste luchtwegen. De vloeistof ontvet de huid. De stof kan inwerken op het centrale zenuwstelsel. Blootstelling kan verlaging van het bewustzijn veroorzaken. In ernstige gevallen kans op bewusteloosheid en dodelijke afloop. Herhaalde en/of langdurende blootstelling: De vloeistof kan een droge of gebarsten huid veroorzaken. De stof kan zich ophopen in het lichaam. CMR: Van deze stof zijn de gegevens onvoldoende om een uitspraak te doen over de CMR-effecten bij de mens. Biomonitoring: Is mogelijk (zie register ’Biologische Monitoring’). DIRECTE GEVAREN PREVENTIE MAATREGELEN Brand: zeer brandgevaarlijk. geen open vuur, geen vonken en niet roken. Blusstoffen: poeder, schuim, zeer veel water, koolzuur. Explosie: damp met lucht explosief, kans op explosie door reactie met sterke oxidatiemiddelen. gesloten apparatuur, ventilatie, explosieveilige elektrische apparatuur en verlichting, aarden, bij vullen, aftappen of verwerken geen perslucht toepassen. bij brand: tanks/vaten koel houden d.m.v. waterstralen. NOODSITUATIE: Explosiegevaar! Acuut gezondheidsgevaar! Bij grotere hoeveelheden: gevarenzone ONMIDDELLIJK ontruimen en (laten) afzetten. Deskundige waarschuwen! SYMPTOMEN PERSOONLIJKE BESCHERMING EERSTE HULP VORMING VAN NEVEL VOORKOMEN! Inademen: prikkeling, droge mond en keel, hoofdpijn, duizeligheid, coördinatiestoornissen, misselijkheid, braken, sufheid, bewusteloosheid. ruimtelijke afzuiging, plaatselijke afzuiging, adembescherming (filtertype AX). frisse lucht, rust en onmiddellijk arts raadplegen. Huid: prikkeling, droge huid, ruwe huid. handschoenen (butylrubber). verontreinigde kleding uittrekken, minimaal 20 min. spoelen met veel water of douchen. Ogen: damp en vloeistof: roodheid en pijn, branderig gevoel, slecht zien; vloeistof: hoornvliesbeschadiging. veiligheidsbril, oogbescherming in combinatie met adembescherming. minimaal 15 min. spoelen met water (evt. contactlenzen verwijderen), dan naar oogarts brengen. Inslikken: prikkeling van lippen, mond en keel, branderig gevoel achter het borstbeen, zie verder ’Inademen’. mond laten spoelen (uitspugen!), rust, GEEN braken opwekken en onmiddellijk arts raadplegen. Voor aanwijzingen over verdere behandeling zo nodig het NVIC (+31(0)30-274 88 88) of het Belgisch Antigifcentrum (+32(0)70-245.245) bellen. MILIEU, OPRUIMING EN OPSLAG Opruimen gemorst product: Deskundige waarschuwen. Draag handschoenen, laarzen en verse luchtkap/ ademluchtmasker. Extra ventilatie. Gemorst product indammen en afdekken met schuim, vervolgens zorgvuldig opzuigen (explosieveilig). Restant opnemen in inert absorptiemiddel en dit zorgvuldig verzamelen en opslaan in vaten (hermetisch afsluiten). Eventuele laatste resten verwijderen met water. Spoelwater afvoeren naar riool. Opslag: Brandveilig, gescheiden van oxidatiemiddelen, goed gesloten, koel. Opmerkingen: Gebruik stevige houder bij intern transport van breekbare verpakkingen. 12 Chemiekaarten® 31ste editie 2016 Grenswaarden (PNECs - watermilieu) PNEC zoet water PNEC zeewater PNEC intermitterende emissie 11 mg/l 1,1 mg/l 21 mg/l