Het model word gebruikt in het vakgebied economie.

Algemene economie
Dit model geeft een economische groei weer
Het vakgebied wat hierbij van toepassing is, is economie.
Met dit model zie je dat wanneer een factor stijgt de rest ook zal stijgen en andersom.
Dit model geeft de economische kringloop weer.
Dit model word veelal gebruikt in het vakgebied economie.
Met dit model zie je hoe de geldstromen gaan. Van boven naar beneden: Gezinnen, overheid,
bedrijven en buitenland. Het gaat hierbij om de factoren tussen:
-
Gezinnen- overheid= uitkeringen en inkomstenbelasting.
Overheid-bedrijven = vennootschapsbelasting en overheidsbestedingen
Bedrijven-buitenland= import en export
Gezinnen-bedrijven= consumptie en lonen
1: recessie (indien de groei negatief is:
depressie)
2: opleving
3: expansie
4: afzwakking
1+2 = laagconjunctuur (groei onder de
trend)
3+4 = hoogconjunctuur (groei boven de
trend)
Dit model geeft het verloop van de economie weer.
Het bijbehorende vakgebied is daarom ook economie.
Dit model geeft weer hoe de overheid in
elkaar zit.
Het model word bij verschillende
vakgebieden gebruik, zo ook o.a.
economie.
De lorenz-kurve word gebruikt om te zien hoe eerlijk
het inkomen verdeeld is over een bepaald gebied.
Het model word gebruikt in het vakgebied economie.
In dit model kun je goed zien hoe het inkomen
verdeeld is, hoe rechter de lijn loopt hoe eerlijker.
Bedrijfseconomie.
Dit model geeft weer dat er veel verschil zit tussen de kosten voor de werkgever en wat de
werknemer uiteindelijk overhoud.
Dit model word vooral gebruikt bij het vakgebied economie.
Dit is een voorbeeld, het geeft al aan hoe groot het verschil tussen kosten en netto inkomsten zijn.
Dit model is een model over de rationele
en irrationele capaciteit.
Het vakgebied is economie.
Het model geeft aan, als je het gaat
uitrekenen, wat voor een capaciteit je
nodig hebt wil je een bepaalde periode
door komen zonder extra aanschafkosten
te maken.
Kostprijs = Variabele kosten p.st + Bijdrage p.st voor
constante kosten
Kp = Totale variable kosten (V) + Constante kosten (C)
verwachte productie (W)
Kp= V
W
Normale productie (N)
C
+
N
Bovenstaand model geeft de berekening van de kostprijs weer.
Het vakgebied waar dit vooral gebruikt bij word is Economie.
Het is belangrijk om deze te bepalen, want vanuit deze prijs bereken je je verkoopprijs.
HRM.
Dit model word gebruikt voor Arbeidsmarkt communicatie.
Dit model word vooral in het personeelsmanagement gebruikt.
Dit zijn de drie doelstellingen die arbeidsmarkt communicatie heeft!
Employer branding:
Het imago wat een bedrijf heeft, het werkgeversmerk.
Employee relationship managemnt:
Personeelswerving:
directe werving:
Wervingskanalen:
Internet :
Vacaturesites
Nieuwe media
Eigen (wervings)site
Dag- , week- en vakbladen
Face to face:
Banenmarkten
Congressen
Netwerk: zakelijk en privé:
Eigen medewerkers: referral recruitment
Radio en TV
Intermediairs (tussenpersonen):
UWV (voorheen CWI)
Uitzend-, W&S-bureaus, etc.
Arbeidscommunicatie plan:
1. Probleemstelling: opdracht - centrale vraag
2. Doelstellingen (smart)
3. Doelgroep
4. Boodschap (wat willen we overbrengen?)
5. Strategie (hoe gaan we dat aanpakken?)
6. Werving- en selectiemiddelen/ Media
7. Organisatie en planning (draaiboek werving én selectie)
8. Budget
9. Evaluatie`
Management.
Het groeimodel van keuning.
Dit model word vaak gebruikt bij het vakgebied management.
Je kunt aan de hand van dit model bekijken in welke groeifase je zit. Hieruit kun je veel voordeel
halen. Ook kun je kijken wat je kunt doen om in een “beter” stadium/fase te komen.
Model van scot:
3 fasen
–De kleine organisatie
–De volledig afdelingsgewijs opgebouwde organisatie
–De multidivisionele organisatie
• 4 á 5 kenmerken die per fase veranderen
–Structuur
–Personeelsbeoordeling
–Beheerssysteem
–Strategiebepaling
_research
Dit model word bij vaak bij het vakgebied management gebruikt. Het lijkt heel erg op dat van
keuning. Er zitten alleen wat kleine verschillen in.
Het model van Greiner geeft aan in welke fase je bent.
Het model word vaak bij het vakgebied management gebruikt.
Het draait bij dit model om evolutie en revolutie. Het is heel anders als het model van keuning.
Hierbij word vanuit een probleem gewerkt.
Het model van lewin.
Dit word vaak gebruikt in het vakgebied managment.
Dit model geeft weer hoe je een veranderingsproces moet doorlopen. Door het zo te doen verwacht
men dat het het makkelijkst gaan, volgens lewin.
Het model van ezerman.
Dit model word vaak gebruikt in het vakgebied management.
Dit laat het proces van een verandering zien. Het verloop van de verandering.
Recht.
Inkomsten zijn verdeelt in verschillende boxen.
Deze boxen worden bij het vakgebied recht gebruikt.
Door je inkomen te verdelen over deze boxen kom je er achter hoeveel belasting je dat jaar zal
moeten betalen.
Box 1:
Eindbalans – beginbalans
Stortingen
+
onttrekkingen
+
beperkt en niet aftrekbare kosten (kijk naar artikel 3.14 tm 3.17 Wet IB)
Vrijstellingen
Ondernemingsfaciliteiten (kijk naar willekeurige afschrijving, investeringsaftrek,
oudedagsreserve, ondernemersfaciliteiten)
MKB-winstvrijstelling
= Belastbare winst uit onderneming voor Box 1
Box 2 en 3.
Hiervoor is niet speciaal een methode. Je moet hierbij de hoeveelheid geld die in die boxen belast
worden door de box halen.