Karper met bedreigd dna - University of Amsterdam

advertisement
39
‘Door zuivere, geïsoleerde populaties te beschermen,
kunnen we de kroeskarper beschermen.’
Seb Rückert, biloloog
Karper met bedreigd dna
De kroeskarper, een inheemse karperachtige, mengt zich met
exoten zoals de giebel, goudvis en de gewone karper. Maar in het
Amsterdamse Flevopark hebben de kroeskarpers nog zuiver dna.
Kirsten Dorrestijn
AMSTERDAM
Bioloog Seb Rückert haalt zijn schepnet uit het water van een sloot in het
Flevopark. Gehurkt buigt hij zich over
de inhoud. Hij legt wat modderige
waterplanten opzij. “In één keer
raak,” zegt hij.
Tussen de drek spartelt een bruin
visje met oranjerode vinnen: een
kroeskarper, een vis die in Nederland
vooral rond Amsterdam te vinden is.
“Kroeskarpers leven tussen de waterplanten,” legt Rückert uit, terwijl
hij een sliert uit de drek trekt. “Ze eten
de insecten die bij die planten leven
en het vrouwtje zet haar eitjes er op
af.”
Rückert volgt de master ecology &
evolution, een samenwerking van de
UvA en de VU. Als stageopdracht onderzocht hij in samenwerking met
reptielen-, amfibieën- en vissenorganisatie Ravon in hoeverre de inheemse kroeskarper kruist met uitheemse
karperachtigen, zoals de giebel, de
goudvis en de gewone karper.
Kroeskarper
verspreiding
kroeskarper
2000-2015
30 cm
Lengte afgebeelde v
geslachtsrijp
3-4 jaar
4-5 jaar
karper
max. lengte
120 cm
60 cm
verspreiding
exotische karpers
2000-2015
geslachtsrijp
va 2 jaar
va 2 jaar
giebel
max. lengte
45 cm
karper
giebel
goudvis
18 cm
Uitgezet
De giebel is van oorsprong een OostEuropese vis, de gewone karper komt
uit rivieren rond de Kaspische en de
Zwarte Zee en wordt al honderd jaar
in Nederland uitgezet. De uit China
akomstige goudvis wordt sporadisch
in de Nederlandse wateren aangetroffen. Deze karperachtige is vooral in
de Nederlandse binnenwateren terechtgekomen door het leegkieperen
van vissenkommen.
In Engeland zijn kruisingen van
kroeskarpers met goudvissen bekend, en in Oekraïne mengelingen
met giebels. Verwacht wordt dat ook
de Nederlandse kroeskarpers met
exoten zullen hybridiseren, maar dit
was nog niet bevestigd. “Waarnemingen van vrijwilligers komen in de Na-
geslachtsrijp
2 jaar
3-4 jaar
max. lengte
60 cm
kroeskarper
goudvis
14 cm
geslachtsrijp
1-3 jaar
1-3 jaar
max. lengte
55 cm
BRON: NATIONALE DATABANK FLORA EN FAUNA/SPORTVISSERIJ NEDERLAND © JV/HET PAROOL
tionale Database Flora en Fauna terecht,” vertelt Rückert, “maar aan de
buitenkant is lastig te zien of het om
een kruising gaat. De karperachtigen
lijken erg veel op elkaar. Zelfs de
goudvis heeft bij voortplanting bruine nakomelingen die lastig te onderscheiden zijn van de rest.”
Rückert bemonsterde tien locaties
en onderwierp twijfelgevallen aan
een dna-test waarvoor hij een klein
stukje van de staart aknipte. In het
Flevopark bleken de kroeskarpers al-
lemaal nog zuiver, maar in Zandvoort
aan Zee ving Rückert kruisingen van
kroeskarpers en de gewone karper, en
in Noord-Holland kruisingen van giebels en gewone karpers.
Concurrentie
De karperachtigen paaien in dezelfde
sloten, maar terwijl giebels en gewone karpers graag de bodem omwoelen, heeft de kroeskarper voorkeur
voor helder water. Door concurrentie
om voedsel en leefgebied kan de
kroeskarper op den duur worden
weggeconcurreerd door de exotische
indringers.
“Wat ik heb gevonden is misschien
het topje van de ijsberg,” zegt Rückert. “Om te voorkomen dat de kroeskarper zijn identiteit verliest, kunnen
in de toekomst maatregelen worden
genomen bijvoorbeeld door zuivere,
geïsoleerde populaties te beschermen. Anders raakt Nederland op den
duur zijn enige inheemse karperachtige kwijt.”
De wachtkamer aften
Grillig, mysterieus zweertje
Het lichaam kan onaangenaam verrassen met rare uitwassen. Een ooglid
dat op gezette tijden begint te kloppen, lokaal haaruitval of een onverklaarbare jeuk. Vandaag: aften.
Waarom maakt ons lijf kleine of, in
sommige gevallen, grote zweertjes in
de mond? Wondjes die een week of
twee blijven om dan weer voor een
tijd te verdwijnen. Wat, kortom, veroorzaakt de aft?
Niemand die het weet, zegt huisarts
Eva Vangangel van Medisch Centrum Gelderlandplein. De oorzaak
van aften is een mysterie, want hoewel er best wat onderzoeken naar zijn
gedaan, is de bron van de aft nooit gevonden. “Mensen zeggen vaak: als ik
een aft krijg, weet ik dat ik ziek ga
worden.We zien aften ook vaak bij
mensen die veel stress hebben of die
net ziek zijn geweest. Er lijkt een verband te zijn met een verlaagde weer-
stand, maar bewezen is dat niet.”
Misschien is het erfelijk bepaald, of
misschien worden aften aangejaagd
door tekorten (van bijvoorbeeld ijzer,
vitamine B of foliumzuur), misschien
zijn het voedselallergieën of hormonale wisselingen die eraan ten grondslag liggen, allemaal vermoedens,
want hard gemaakt zijn die mogelijke
oorzaken nog nooit.
Het is, hoe dan ook, een veelvoorkomende kwaal: vijftien tot vijftig
procent van de bevolking heeft er last
van. Maar het zijn vooral de mensen
die de aften niet herkennen, die ermee bij de huisarts komen, zegt Vangangel.
“Een aft is een grillige plek in de
mond met een dikke rand eromheen.
Mensen voelen zo’n zweertje continu
– de tanden gaan erlangs, maar ook
bij het eten en drinken doet het pijn.”
Aangezien de mond nogal beweeglijk is, wordt een wondje op die plek
extra gevoeld. “Vergelijk het maar
met een schaafwond, als je daar van
alles mee doet, doet dat ook pijn.”
Meestal blijft het bij één aft per keer,
zegt Vangangel, maar soms is er een
uitbraak van wel vijf of zes aften. “Dat
is akelig. Er zijn mensen die dan niet
meer willen eten of drinken vanwege
de pijn.”
De huisarts heeft de patiënt bij deze
kwaal, los van wat geruststellende
woorden, weinig te bieden. Soms
wordt een verdovend smeersel – lidocaïnegel – voorgeschreven. Verder is
het devies: gezond eten, veel groente
en fruit (geen pittige dingen, want
dat bijt), uitrusten en afwachten.
“Meestal verdwijnen ze na een week
weer.” Om na verloop van tijd weer
terug te keren, want een aft is een
draaideurzweer.
Malika Sevil
Suggesties: [email protected]
RUIMTE-ONDERZOEK
Planeet Mars
komt terug
van ijstijd
Mars herstelt momenteel van
een ijstijd. Dat blijkt uit onderzoek van Amerikaanse astronomen, gepubliceerd in tijdschrift Science. De astronomen
bestudeerden de poolkappen
van de rode planeet op basis van
metingen door de Mars Reconnaissance Orbiter, een sonde die
rond Mars cirkelt. Patroonvorming op het ijs laat zien dat op
Mars tot ongeveer 370.000 jaar
geleden een ijstijd heerste.
Sindsdien is het klimaat enkele
keren flink veranderd. Beter begrip van het klimaat op Mars
helpt astronomen vast te stellen
of de planeet ooit bewoonbaar is
geweest. Ook kan het inzicht
geven in de gevolgen van klimaatverandering op aarde.
CONCURRENTIESTRIJD
Stokstaartjes
strijden om
gewicht
Stokstaartvrouwtjes strijden
met hun zusjes om wie het
zwaarst is. Dat concluderen biologen van de University of Cambridge in Nature. Bij stokstaartjes
wordt het dominante vrouwtje
na overlijden doorgaans vervangen door haar oudste dochter.
Als een jongere dochter echter
zwaarder is dan de oudste ,
neemt die soms het stokje over.
De biologen voerden jongere
stokstaartzusjes driemaal daags
een hardgekookt ei om ze zwaarder te maken. De gewichtstoename van de jonge zusjes bleek oudere stokstaartjes ertoe aan te
zetten ook meer te gaan eten. Dit
is het eerste bewijs van competitieve groei bij zoogdieren.
HERSENONDERZOEK
Breinstimulatie
beïnvloedt
herinneringen
Het manipuleren van een hersencircuit in diepe slaap kan de vorming van herinneringen beïnvloeden, blijkt uit een experiment
met muizen van het Riken Brain
Science Institute in Japan. Het
was al bekend dat de hersenen
herinneringen tijdens de slaap
vastleggen. Hoe dit mechanisme
precies werkt, was echter onduidelijk. Terwijl de muizen sliepen,
maakten de onderzoekers een
hersencircuit inactief waarvan ze
vermoedden dat het een rol
speelt bij de vorming van herinneringen. Na ontwaken besteedden de muizen meer tijd dan normaal aan het verkennen van een
kamer die ze al hadden gezien,
wat aangeeft dat ze de kamer
waren vergeten.
Colofon
De wetenschapspagina’s
worden mede mogelijk gemaakt
door New Scientist
(www.newscientist.nl).
Coördinatie: Jim Jansen. Met
medewerking van Yannick
Fritschy.
Download