SOCIALE MEERWAARDE NOODZAKELIJK VOOR VOORTBESTAAN WINKELGEBIEDEN De NRW Commissie Consument en Gedrag is al enige jaren op zoek naar de succesfactoren van consumentenbeleving. In de paper ‘Hallo, valt hier nog wat te beleven?’ (2011) werd geconcludeerd dat er een wederkerige relatie bestaat tussen consumentenbehoeften- en gedrag. Dat deze gestuurd wordt vanuit een zeer oud brein hadden we ons destijds nog niet gerealiseerd. Uit recente onderzoek van Mindlogyx Retail (in opdracht van NRW en IVBN; Back tot he future, 2016) blijkt dat het niet de consument is die verandert, maar dat het de omgeving is – ofwel het retaillandschap – die de laatste decennia drastische is verandert. Volgens Mindlogyx Retail zijn winkelgebieden die een sociale meerwaarde weten te creëren de winnaars in de toekomst. Dit brengt me tot de vraag of we de 10 winkelgeboden uit de paper ‘Hallo, valt hier nog wat te beleven?’ moeten herzien. Hieronder een beschouwing per gebod. 1. Het gebod zintuiglijke beleving gaat er vanuit dat het creëren van een eenmalig gevoel door service, vermaak of entertainment — terwijl bij sociale meerwaarde het eigenlijk gaat om hoe winkelgebieden in hun geheel door consumenten (lees; mensen) worden ervaren. Voor het ontwikkelen van de sociale meerwaarde in winkelgebieden is het besef nodig dat het veel meer is dan het creëren van (eenmalige) beleving. Totaalervaringen meer dan beleving - zijn van invloed op gedrag, besluitvormingsprocessen en keuzes. 2. Virtueel & fysiek versmelten wordt in het onderzoek van Mindlogyx Retail echter nadrukkelijk niet gezien als essentiële factor voor de sociale meerwaarde van winkelgebieden. Functionele aankopen die online worden gedaan vergroten niet de sociale meerwaarde van een winkelgebied. Het belang van het versmelten van fysiek en virtueel is in het onderzoek niet aangetoond. 3. Focus op consumentenbehoeften veronderstelt dat de focus van de sector minder gericht moet zijn op het verzamelen van retailers en verkoop van producten. Basis voor deze consumptie gedachte is dat de consument zijn keuzes en voorkeuren laat bepalen door financieel-economische voordelen en gemak. Uit het onderzoek van Mindlogy Retail blijkt dat de mens zichzelf echter niet ziet als consument. Een van de belangrijkste conclusies is dat een switch noodzakelijk is ‘van consumentgericht denken naar mensgericht denken’. 4. B2B-B2C gaf aan dat de winkelvastgoedsector te weinig kennis heeft van haar daadwerkelijk behoeften en –gedrag. Tot voor kort werd ons brein namelijk gezien als onvoorspelbaar. Recent wetenschappelijk onderzoek over de werking van informatieprocessen van ons brein hebben dit inzicht veranderd. We weten nu dat ons brein een eigen logica volgt die wezenlijk verschilt van wat als ‘logisch’ wordt gezien. Onderdeel van deze logica zijn de sociale strategieën om als mens te kunnen functioneren ( leven) in een sociale omgeving. Met dit nieuwe inzicht is de consument wel degelijk beter te begrijpen. 5. Het gebod Ons Soort Mensen stelt dat segmenteren van groot belang is om het juiste gevoel van ‘osm’ te kunnen oproepen. Het onderzoek bevestigt dat segmentering belangrijk is voor het creëren van een positieve ervaring bij verschillende gebruikersgroepen. Segmenteren en het maken van bepaalde keuzes voor specifieke motivatieprofielen vormt de basis voor het succesvol winkelgebieden. Om sociale meerwaarde te creëren in winkelgebieden is het dan ook noodzakelijk om inzicht te hebben in de motivatie van de verschillende gebruikers; zowel bij de beoogde als de werkelijke gebruikersgroepen. Hoog Catharijne Cluetinckborch Godebaldkwartier 64 3511 dz Utrecht Nederland t +31 (0)30 231 37 54 e info @ nrw.nl i www.nrw.nl btw nl0070.93.044.b01 iban nl25 abna 0469453338 kvk 40480688 6. Het gebod consumentenonderzoek 2.0 stelt dat er meer experimenteel onderzoek zou moeten plaatsvinden naar consumentengedrag. De methodiek van het onderzoek van Mindlogyx Retail is hier een voorbeeld van. Het model maakt onderscheid tussen de achterliggende (onbewuste) sociale motivatie mensen en geeft aan wat bepalend is voor hun gedrag en de keuzes die ze maken door: → de aspecten in kaart te brengen die de sociale meerwaarde bepalen en omschrijven voor verschillende motivatieprofielen; → en deze aspecten te verklaren en daarmee te voorspellen hoe mensen sociale meerwaarde in winkelgebieden ervaren. 7. Volgens het gebod Loyaliteit hebben consumenten niet alleen een reden nodig om naar een winkelgebied te komen, maar hebben ze ook een reden nodig om terug te komen. Uit het onderzoek blijkt dat het belangrijk is dat mensen zich betrokken voelen bij een omgeving. Niet als consument, maar als mens. Bij het ontwikkelen van winkelgebieden als sociale omgeving gaat het er dus om de gebruikers uit de anonimiteit te halen en een band(netwerk) tussen mensen op te bouwen. Loyaliteit draait om het creëren van vertrouwen en wederkerigheid. Zo creëer je ambassadeurs voor je winkelgebied. 8. Approach en avoidance principes kunnen volgens het onderzoek inderdaad breder worden ingezet om mensen in de juiste gemoedstoestand te brengen. Succesvolle winkelgebieden zijn gebieden die relevante sociale meerwaarde bieden voor bezoekers. Het is cruciaal om inzicht te hebben in de criteria die het brein hanteert bij het geven van een positieve gevoel. Een positieve ervaring is de sleutel tot het succes van winkelgebieden. 9. In de paper ‘Hallo, valt hier nog wat te beleven’ werd al gesproken over nieuwe verdienmodellen. Het nieuwe denken over winkelgebieden heeft ook invloed op het bepalen van rendement. Het winkelgebied dient een eigen ‘merk’ te krijgen. Deze merkwaarde moet uiteindelijk worden meegenomen als financiële waarde. Er vindt een verschuiving plaats van het denken over de waarde van stenen naar de waarde van merken. Dit kan alleen als er binnen de winkelvastgoedmarkt gezamenlijk nieuwe (aanvullende) criteria worden ontwikkeld voor het vaststellen van rendement, op basis van de sociale meerwaarde die het ‘merk’ vertegenwoordigt. 10. Het gebod Winkelgebied als merk wordt in het onderzoek reeds onderschreven als belangrijkste uitgangspunt voor succesvolle winkelgebieden. In de paper uit 2011 lag de nadruk op een doordachte business-to-consumer strategie en de mogelijke conceptuele meerwaarde. Mindlogyx Retail gaat nog iets verder en stelt dat de ontwikkeling van een merk begint bij een visie op de sociale meerwaarde van een gebied, en daarmee op het profiel van zijn gebruikers. Het gaat erom een inhoudelijke visie te ontwikkelen op de totale ervaring die mensen hebben met een winkelcentrum als sociale omgeving. Bovenstaande beschouwing laat zien dat – achteraf geredeneerd – de paper uit 2011 een sterke nadruk legt op de financieel-economische waarde van winkelgebieden. De richtlijnen (geboden) zijn vrijwel allemaal direct terug te voeren op consumptie als hoogste doel, als belangrijkste voorwaarde voor een succesvol winkelgebied. Het onderzoek uit 2016 (samengevat in Nieuwe Richtlijnen voor succesvolle winkelgebieden) toont juist aan dat een sterke en oprecht focus op sociale meerwaarde noodzakelijk is voor een toekomstbestendig winkelgebied. Van denken over waarde van stenen naar denken over waarde van merken. Winkelgebieden beheren volgens de Cheers-formule; “where everybody knows your name….”. NRW als Woody. Wij houden je op de hoogte. Tessa Vosjan NRW Hoog Catharijne Cluetinckborch Godebaldkwartier 64 3511 dz Utrecht Nederland t +31 (0)30 231 37 54 e info @ nrw.nl i www.nrw.nl btw nl0070.93.044.b01 iban nl25 abna 0469453338 kvk 40480688