Hoofdstuk 4

advertisement
Hoofdstuk 4
Paragraaf 1
Agressieve politiek van Hitler
• Hitler aan de macht in 1933
• Er was veel armoede dus;
• Hitler beloofde een einde te maken aan het
Verdrag van Versailles.
• Hij bewapende het leger (dit schendt het
Verdrag Van Versailles)
• Begon langzaam gebieden over te
nemen(ook tegen de VVV).
Agressieve politiek van Hitler.
• Overnemen van Rijnland.
• 1938 werd Oostenrijk toegevoegd aan
Duitsland.
• Hitler eiste Sudetenland op en bezette in
maart 1939 heel Tsjechië(Tsjecho-Slowakije)
• Om vrede te bewaren deden andere landen
niets.
• 1939 tekenden Duitsland en Rusland
een niet-aanvalsverdrag.
1.Ze beloofden elkaar niet aan te vallen
2.Polen aanvallen en verdelen.
• Met het verdrag kon Hitler een
tweefrontenoorlog voorkomen.
• SU tekende het verdrag omdat ze nog
niet klaar waren voor een oorlog
tegen Duitsland.
WOII 1939-1945
• WOII begon met de opmars in Polen.
• De nazi's hadden een groep misdadigers Poolse
uniformen gegeven en hen een Duitse radiostation
laten overvallen. Hiermee had Hitler een smoesje om
Polen aan te vallen.
• De "poolse"(fake) soldaten werden geëxecuteerd.
• Toen Polen werd aangevallen verklaarden Engeland en
Frankrijk de oorlog aan Duitsland.
Bondgenootschappen
• Geallieerden: Engeland, SU(1941) en de VS(1941)
• Asmogendheden: Duitsland, Italië (Japan).
• Japan had een groeiende bevolking maar had te weinig
grondstoffen voor de bevolking. Ze wilden grondgebied
uitbreiden dus oorlog. Gevolg:
• Japan bombadeerde de Amerikaanse haven Pearl
Harbour( 1941)
• De VS (Roosevelt)(1941) verklaarde de oorlog aan Japan
en bondgenoten (dus de VS raakte ook betrokken aan de
WOII)
Blitzkrieg (bliksemoorlog)
• Met moderne wapens zoals tanks,
vliegtuigen probeerden de Duitsers met
snelheid Polen aan te vallen.
• Vele gebieden in korte tijd overgenomen. (
NL, Luxemburg, Frankrijk etc)
• Hitler probeerde ook Engeland te
overvallen maar de Duitse luchtmacht werd
verslaan door de Engelsen (1940)
• 1941 Operatie barbarossa: aanval van de
Duitsers op Rusland. Doel?: levensruimte
en Hitler was tegen communisten
• Keerpunten in de oorlog:
1.Tussen aug 1942 en feb 1943 leden de
Duitsers grote nederlagen bij Stalingrad.
2. Op 6 juni 1944 D-Day: geallieerden
landden aan de kust van Frankrijk.
• Hitler gedwongen tot een
tweefrontenoorlog.
Het einde van de WOII
• Goebels deed aan het einde werd er veel propaganda
en censuur gedaan om men te laten geloven dat het
goed ging met de oorlog in Duitsland(TOTALE
OORLOG).
• Maar de Russen waren in 1945 als eerst in Berlijn.
Hitler pleegde zelfmoord.
• Azië: om snel een einde te maken aan de oorlog liet
Trumna op 6 aug 1945 een atoombom op Hiroshima
gooien en op 9 aug op Nagasaki. (Japan gaf zich dan
op). Doel? Voorkomen dat meer Amerikaanse soldaten
sneuvelen.
Jodenvervolging
Hoofdstuk 4
Paragraaf 3.1 Joden in Europa
Joden in Europa
• Oost Europese joden probeerden hun eigen
cultuur te houden.
• West Europese joden pasten zich helemaal
aan de cultuur van anderen.
• Nadat de nazi’s West Europa overnamen
(1940) namen ze maatregelen tegen de
Joden (joden verloren hun baan, kinderen
alleen naar joodse scholen, davidster
dragen)
Neurenbergwetten1935
Neurenberg rassenwetten:
– 1 huwelijk tussen Joden en "echte"
Duitsers was verboden.
– 2 seksuele relaties tussen joden en "echte"
Duitsers was verboden.
– 3 joodse bedrijven waren verboden om
"echte" vrouwelijke Duitsers in dienst te
nemen.
Kristallnacht 1938
• Winkels werden geplunderd, synagogen in
brand gestoken en joden mishandeld of
vermoord.
• Veel joden probeerden te vluchtten maar
andere landen lieten vluchtelingen niet toe.
Ze hadden al veel problemen met de
economie. Dus veel joodse vluchtelingen
werden terug gestuurd.
Holocaust (vanaf 1942); het vervolgen en
vermoorden van Joden
• Kinderen, zwangere vrouwen, ouderen en
zieken werden vergast in kampen zoals
Auschwitz.
• Niet alleen Joden werden vermoord maar
ook andere bevolkingsgroepen zoals
zigueners, handicapten, verzetstrijders.
3.2 Jodenvervolging door de SS
• Joden moesten ondertekenen dat ze Joden
waren, mochten niet naar cafe's, bioscopen,
parken en moesten in aparte wijken gaan wonen.
• Doorgangskampen: verzamelen van Joden
voordat ze naar vernietigingskampen worden
doorgestuurd.
• Vernietigingskampen: vermoorden van Joden
door de SS.
Veel Joden werden via NL
weggevoerd.
• Door de bevolkingsregister wisten de
Duitsers precies waar de Joden
woonden.
• Het was verboden om Joden te
helpen onderduiken.
Vergeet niet de aantekeningen in jou schrift
Download