Studeren in het buitenland

advertisement
Kinderbijslagfonds UCM
Recht op kinderbijslag van 18 tot
25 jaar: studenten die lessen
volgen in het buitenland
Volgens de Belgische wet betreffende de kinderbijslag moet het kind in België worden opgevoed om
kinderbijslag te genieten.
Gaat het om een begunstigde die in het buitenland studeert, dan bestaan er een aantal uitzonderingen op deze
woonplaatsvoorwaarde wanneer de jongere
studeert in een land van de Europese Economische Ruimte of in Zwitserland;
buiten de Europese Economische Ruimte studeert indien hij een Belgische of Europese studiebeurs geniet of een
algemene afwijking kan verkrijgen;
studeert in een land waarmee België een bilateraal akkoord heeft gesloten.
Bij deze uitzonderingen komen nog de verblijven van 2 maanden voor vakantie, voor 6 maanden wegens ziekte of voor 2
X 6 maanden bij detachering van de rechthebbende.
Welke landen zijn lid van de Europese economische ruimte?
Naast België telt de Europese Economische Ruimte 29 landen, met name:
Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, IJsland, Italië,
Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Malta, Noorwegen, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië,
Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechische Republiek, Verenigd Koninkrijk en Zweden.
Het gaat dus om alle landen van de Europese Unie, plus IJsland, Noorwegen en Liechtenstein.
De begunstigde studeert in een ander land van de Europese Economische Ruimte dan België of in Zwitserland
Naast de voorwaarden met betrekking tot de gezins- en beroepssituatie, die identiek zijn aan deze die gelden voor studenten in
België, moeten voorwaarden worden nageleefd met betrekking tot het type van studies.
In het niet-hoger onderwijs
De student moet:
ofwel lessen volgen gedurende ten minste 17 uren per week;
ofwel onderwijs volgen waarvan het programma is goedgekeurd door de buitenlandse overheid;
ofwel onderwijs volgen waarvan het programma overeenstemt met een programma dat is erkend door de buitenlandse
overheid.
In het hoger onderwijs
De student moet:
ofwel lessen volgen gedurende ten minste 17 uren per week;
ofwel onderwijs volgen waarvan het programma is goedgekeurd door de buitenlandse overheid;
ofwel onderwijs volgen waarvan het programma overeenstemt met een programma dat is erkend door de buitenlandse
overheid;
ofwel zelf, met de toestemming van de academische overheid of de school, een programma hebben samengesteld dat ten
minste 13 lesuren per week bevat.
De naleving van deze voorwaarden wordt jaarlijks gecontroleerd door middel van het formulier E402.
In het kader van een leerovereenkomst
Een begunstigde die in het buitenland is tewerkgesteld in het kader van een leerovereenkomst (bv. Compagnon in Frankrijk…) kan
uiteraard niet voldoen aan de specifieke voorwaarden die gebaseerd zijn op de Belgische interne situatie.
Het Kinderbijslagfonds moet dus nagaan of de leerovereenkomst in het buitenland voldoet aan de geest van de Belgische
wetgeving. Bovendien mag het brutobedrag van het ‘loon’ niet hoger zijn dan het toegestane maximumbedrag voor Belgische
leerlingen.
De jaarlijkse controle gebeurt door middel van het document E403.
www.kbfucm.be
12/2012
1/2
De begunstigde studeert in een land dat geen lid is van de Europese economische ruimte en niet Zwitserland is
De voorwaarden met betrekking tot het type van scholing of opleiding zijn identiek aan deze voor een jonge student in de
Europese Economische Ruimte.
Bovendien moet de student een ministeriële afwijking verkrijgen waarvoor de aanvraag moet worden ingediend bij de FOD
Sociale Zekerheid.
De volgende studenten zijn echter vrijgesteld van deze individuele afwijking:
studenten die een Belgische of Europese studiebeurs genieten die niet onderworpen is aan de RSZ;
studenten die een algemene afwijking genieten.
De geldigheidsduur van deze afwijking is verschillend naargelang van het niveau van de studies die werden beëindigd in
België en die worden gevolgd in het buitenland. Indien de studies die buiten de Europese Economische Ruimte worden
gevolgd van een lager of gelijk niveau zijn als deze die in België werden beëindigd, geldt de afwijking voor maximaal een jaar.
Zijn de studies van een hoger niveau, dan is de afwijking geldig voor de duur van de studies. Indien de jongere geen diploma
heeft behaald in België en in het buitenland lessen van het hoger onderwijs volgt, is de afwijking geldig voor de duur van de
studies. Gaat het om lessen van het niet-hoger onderwijs in het buitenland, dan moet een individuele afwijking worden
gevraagd.
Om deze algemene afwijking te genieten, moeten de kinderen ingeschreven blijven in het bevolkingsregisters of de
vreemdelingenregisters die worden bijgehouden in de Belgische gemeenten en er hun hoofdverblijfplaats hebben. Bovendien
mogen hun ouders (vader, moeder, stiefvader of stiefmoeder) of de persoon met wie hun vader of moeder een feitelijk gezin
vormt geen beroepsactiviteit uitoefenen in het land waar de lessen worden gevolgd.
Het recht wordt jaarlijks gecontroleerd door middel van het formulier P7int.
De begunstigde studeert in een land waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft gesloten
De kinderen van buitenlandse werknemers die studeren in hun geboorteland genieten een lager bedrag aan kinderbijslag dan
het bedrag waarin de gecoördineerde wetten voorzien.
De landen waarmee België een bilaterale overeenkomst inzake sociale zekerheid heeft gesloten zijn:
Turkije, Tunesië, Marokko, Algerije, Kroatië, Macedonië en Bosnië-Herzegovina.
Het recht wordt jaarlijks gecontroleerd door middel van een document dat specifiek is voor elk land.
Enkele bijzondere situaties
Studenten die zijn ingeschreven in een Belgische onderwijsinstelling maar lessen of stage volgen in het buitenland in het kader van
het Erasmusprogramma:
Om kinderbijslag te genieten moet de bijslagtrekkende het document P7 bezorgen dat door hem en door de Belgische
schoolinstelling waar de student is ingeschreven werd ingevuld.
Kinderen die au pair-student zijn in het buitenland:
Het statuut van au pair-jongere geeft niet automatisch recht op kinderbijslag. Voor deze jongeren gelden dezelfde
schoolvoorwaarden als voor andere studenten. Ze moeten ook dezelfde controledocumenten verstrekken.
Een au pair-overeenkomst is in principe geen arbeidsovereenkomst. Als bewijs hiervan moet de jongere aan zijn Kinderbijslagfonds
een kopie bezorgen van de overeenkomst of het akkoord tussen hem en het gastgezin.
Elk geval van au pair-student moet worden voorgelegd aan de controledienst van de RKW, die zich uitspreekt over het behoud
van het recht op kinderbijslag.
Nog vragen?
Met alle vragen die u zich nog stelt, kunt u terecht bij onze diensten.
Uw kinderen, ons engagement
Om onverschuldigde betalingen te vermijden, vragen wij u om ons in te lichten over elke verandering in de gezins-, beroeps- of
schoolsituatie van de personen op wie het recht op kinderbijslag van toepassing is.
www.kbfucm.be
12/2012
2/2
Download