Amblyopie

advertisement
Amblyopie
De oogarts heeft bij uw kind amblyopie vastgesteld. In deze folder leest u
meer over amblyopie en de behandeling ervan. Als u naar aanleiding van
deze folder vragen heeft bespreek deze dan met uw oogarts
Wat is Amblyopie?
Amblyopie is een slecht gezichtsvermogen in een oog, ontstaan doordat
dit oog zich in de vroege kinderjaren niet normaal heeft kunnen
ontwikkelen. In het Nederlands spreekt men van een ‘lui oog.’ Wanneer
één oog een goed gezichtsvermogen ontwikkelt, terwijl het andere oog
dat niet doet, wordt het oog met de slechtere gezichtsscherpte het ‘luie
oog’ genoemd. Meestal is er slechts één van de twee ogen lui, maar een
‘lui oog’ kan in zeldzame gevallen ook aan beide ogen voorkomen.
Oorzaak
Amblyopie kan verschillende oorzaken hebben. Amblyopie treedt meestal
op in combinatie met scheelzien. Het beeld van het afwijkende oog wordt
in de hersenen uitgeschakeld om dubbelzien te voorkomen. Op den duur
verleert het oog het kijken en wordt daarbij amblyoop (lui.) Het kind kijkt
steeds met het goede oog. Amblyopie kan ook optreden wanneer het
beeld dat in het oog wordt gevormd onscherp is, tengevolge van een
brekingsafwijking van het oog. Dit onscherpe beeld krijgt in de hersenen
minder aandacht, waardoor op den duur een lui oog kan ontstaan.
Tenslotte kan een oogziekte waarbij op jonge leeftijd troebeling optreedt,
zoals cataract (staar), leiden tot amblyopie. Door de troebeling kan geen
(scherp) beeld worden gevormd, waardoor een lui oog kan ontstaan.
Bij het ontstaan van een lui oog kan een zekere erfelijke aanleg een rol
spelen. Kinderen uit families waarin veel scheelzien, luie ogen of
brilsterkteafwijkingen voorkomen, hebben een verhoogde kans op
amblyopie.
Diagnose
Amblyopie kan alleen maar met succes behandeld worden gedurende de
vroege kinderjaren en daarom is het heel belangrijk dat deze afwijking
vroeg wordt ontdekt. In Nederland vormt het onderzoek van de ogen een
onderdeel van het PGO (periodiek geneeskundig onderzoek) op het
consultatiebureau en bij de schoolarts. Bij afwijkende bevindingen wordt
het oogheelkundig onderzoek herhaald en in twijfelgevallen of bij
afwijkingen wordt het kind vervolgens doorverwezen naar een oogarts of
een orthoptist.
Behandeling
De behandeling van amblyopie kan pas beginnen als de oorzaken die aan
het ontstaan van amblyopie ten grondslag liggen uit de weg zijn geruimd.
Zo nodig moet eerst een bril worden gegeven om de brekingsafwijking te
corrigeren of moet cataract worden verwijderd zodat het oog met een
goede correctie kan gaan leren kijken.
Om een lui oog te oefenen moet een kind worden gedwongen dit luie oog
te gebruiken. Het goede oog wordt afgedekt met een pleister, die op het
gezicht geplakt wordt (occlusie therapie.) Er zijn verschillende soorten
pleisters verkrijgbaar, die vergoed worden door de
ziektekostenverzekering. De pleister moet gedurende een aantal uren per
dag en gedurende een bepaalde periode, die maanden tot jaren kan duren,
gedragen worden. Soms worden de ogen om en om afgeplakt om te
voorkomen dat een lui oog ontstaat of één oog voorkeursoog wordt.
Over het algemeen geldt dat naarmate het kind ouder is en de
gezichtsscherpte lager, de occlusietherapie gedurende een langere tijd
noodzakelijk is om een goed effect te bereiken. Bij jongere kinderen kan
hetzelfde effect vaak bereikt worden met korter afplakken. Dit is een
belangrijke reden om zo jong mogelijk te starten met de behandeling van
het luie oog. Als het maximaal haalbare resultaat bereikt is zal het
afplakken meestal voortgezet moeten worden tot de leeftijd bereikt is dat
geen lui oog meer kan ontstaan. Over het algemeen kan dan met minder
uren afplakken per dag worden volstaan.
De orthoptist of oogarts spreekt met u af hoelang en welk oog afgeplakt
moet worden. Rond het 10e jaar is de ontwikkeling van het zien voltooid
en zal behandeling van een lui oog geen zin meer hebben.
In bepaalde gevallen lukt het niet een lui oog d.m.v. een pleister op het
goede oog te behandelen. In dat geval kunnen soms pupilverwijdende
druppels in het goede oog gegeven worden, zodat dit oog in ieder geval
niet voor kijken dichtbij kan worden gebruikt. Het kind wordt op deze
wijze gedwongen zijn luie oog in ieder geval voor dichtbij te gebruiken.
Deze vorm van behandeling is veel minder effectief en kan bij langdurig
gebruik van de druppels tot slechter zien van het oorspronkelijk goede
oog leiden.
Voor een succesvolle amblyopiebehandeling zijn de ouders het
allerbelangrijkst. Zij moeten ervoor zorgen dat een kind de pleister draagt
en dat de occlusie lang genoeg wordt volgehouden. De orthoptist en de
oogarts zullen de ouders hierbij zo goed mogelijk ter zijde staan.
Zie ook de folder: scheelzien, staar bij kinderen.
Meer informatie
www.orthoptisten.info
Bereikbaarheid
Polikliniek Oogheelkunde J3
Albinusdreef 2
2300 RC Leiden
Orthoptie
071 – 5262398
Deze folder is stand gekomen onder redactie van de commissie
patiëntenvoorlichting van het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap
(NOG) 2009 (www.oogheelkunde.org) en aangepast voor het LUMC in
2010.
Download