Er was eens……. Het belang van voorlezen voorlezen Jonger dan 1 jaar 30% plaatjes kijken voorlezen in rijm Tussen de 2 en 5 jaar 90% Tussen de 9 en 12 jaar 40% ontwikkeling De taalontwikkeling -nieuwe woorden -goed opgebouwde zin Praten over het boek -actief met taal aan de slag ontwikkeling Luisteren/ concentratie Fantasie/ begrip voor de wereld om zich heen Steun/ mogelijkheden tot gesprek ontwikkeling Gevoel van veiligheid Plezier Exclusieve aandacht Rust en regelmaat Waar op te letten Een rustige plek. Maar bij de tandarts is ook een goed moment om zo de tijd te verdrijven. Lengte van de verhalen. Zorg dat de verhalen voor jongen kinderen kort zijn. Zo kunnen ze het verhaal in één keer horen. Hoe ouder het kind wordt hoe langer het verhaal mag zijn. Herhaling (voorspellen). Jonge kinderen vinden herhaling helemaal niet erg. Ze genieten ervan dat ze weten wat er gaat gebeuren. Zo leren ze ook voorspellen. Praten over het boek. Praat met je kind over het boek. Voor en na het lezen. De reactie van je kind. Zorg dat je er op let hoe je kind reageert. Als je kind het verhaal spannend vindt kun je het aanpassen door de spannende stukken net iets minder spannend te maken. Een leuk boek! voor. Kies een boek wat jij ook leuk vindt. Zo lees je met meer plezier Voor het lezen Start met de kaft. Bespreek het plaatje, de titel, de schrijver en de tekenaar. Kijk naar de rug van het boek. Zo leert je kind de begrippen die bij het boek horen. Voorspellen. terug te kijken of dit klopte. Bespreek waar het boek over kan gaan. Onthoud dit om dit later Tijdens het lezen Stemgebruik Gebruik je stem bij het verhaal. Praat hard/ zacht. Gebruik bij verschillende personen stemmetjes. Zo beleven de kinderen het boek echt. Bespreken wat er gebeurt is gebeurd. Zo leren de kinderen echt te luisteren. Stel tussendoor vragen over wat er Na het lezen Bespreek het boek Kijk samen met je kind wat er precies is gebeurd. Verliep het verhaal zoals verwacht? Wat vond je van het verhaal?