Blefaroplastie of ooglidcorrectie Dr B De Frene Dr B Casaer Plastische Heelkunde Sint-Augustinuskliniek Veurne Jan Yperman Ziekenhuis, Ieper Consulent Plastisch Heelkunde AZ St Jan Brugge Zowel het bovenste als het onderste ooglid kan tekenen van veroudering en/of vermoeidheid vertonen die vaak niet in verhouding staan met de leeftijd van de betrokken persoon. Zelfs jonge mensen kunnen geplaagd worden door ‘zakjes’ onder de ogen. Wat is een blepharoplastie? De term blepharoplastie staat voor alle heelkundige ingrepen die ter correctie dienen van verouderingsverschijnselen aan de oogleden. Het is een van de meest populaire ingrepen uit de plastische chirurgie. Dat komt niet alleen omdat het ooglid over ’t algemeen een van de eerste zones in het gelaat is waar veroudering zichtbaar wordt, maar ook omdat de correctie ervan meestal relatief eenvoudig is en omdat de patiënt er vrij snel van herstelt. Ter hoogte van het bovenste ooglid demonstreert het probleem zich meestal als een huidverslapping, waardoor het ooglid geleidelijk aan op de wimpers begint te hangen en in sommige gevallen zelfs over de ooglidrand. Als gevolg hiervan oogt de blik gaandeweg vermoeid, onfris, alsof de glans eruit verdwijnt - iets waar veel mensen trouwens door intimi op gewezen wordt. Bij vrouwen levert een en ander dikwijls problemen op bij het maquilleren. Een vaak gehoorde objectieve klacht is bijvoorbeeld dat de eyeliner een afdruk geeft op de overhangende huid van het ooglid, zodat ongewild een dubbele lijn ontstaat. Maar ook in subjectieve zin kan het huidoverschot een gevoel van vermoeidheid creëren, omdat met name het gewicht van de huid het openen van de oogleden continu bemoeilijkt of doordat de huid zo ver over de rand van het ooglid hangt dat ze het zicht naar boven en naar buiten begint te belemmeren. Dat gaat niet zelden gepaard met het ontstaan van uitgesproken dwarse groeven in het voorhoofd, doordat de betrokkene voortdurend de wenkbrauwen optrekt om de oogleden wijder te openen. Het ene heeft vaak met het andere te maken. Daardoor blijkt het probleem van voorhoofdsrimpeling vaak eenvoudig op te lossen door het wegnemen van het huidoverschot van het bovenste ooglid, in chirurgisch jargon: een bovenste blepharoplastie. Meestal zijn de oogleden ook enigszins opgezet. Dat komt doordat het vet van de oogkas tijdens het verouderingsproces geleidelijk naar buiten gaat puilen, meer bepaald door verweking van het vliesje dat het vet op zijn plaats moet houden. Bij een bovenste blepharoplastie worden die twee problemen tegelijk aangepakt: de chirurg verwijdert de overtollige huid en het uitpuilende vet wordt gelijk getrimd met de rand van de oogkas. Het resultaat laat zich visueel herkennen aan een jongere en frissere blik, dikwijls ook aan een meer ontspannen voorhoofd en - subjectief dan - aan een minder vermoeid voorkomen. 1 Ter hoogte van de onderste oogleden klagen heel veel mensen over de bekende ‘walletjes’, de vaak wat pafferige hangertjes die veroorzaakt worden door het uitpuilen van het vet van de oogkas. Het ongemak kan al op jonge leeftijd voorkomen, in dit geval veelal op familiale schaal, meer bepaald ten gevolge van de weekheid van de structuren die het vet binnen de oogkas houden. In dit geval kan de chirurg makkelijk en zonder uitwendig zichtbaar sneetje, het overtollige vet aan de binnenkant van het ooglid wegnemen. Bij het ouder worden ontstaat op deze plek vaak ook een verslapping van de huid en van de ophanging van het ooglid. Net als bij het bovenste ooglid, kan de chirurg ook hier een beetje huid verwijderen en de ophanging van het ooglid verstevigen. Hiervoor zijn diverse technieken mogelijk – uw plastisch chirurg zal uiteraard die techniek selecteren die voor u het beste geschikt is. Ook een onderste ooglidcorrectie (of onderste blepharoplastie) leidt tot een minder vermoeide, minder gezwollen blik, en verstrakt de huid van het onderste ooglid. Ook bij uitgesproken vermoeidheid, of ingeval van hooikoorts, verkoudheden, enzovoort, kan zich een voorbijgaande opzwelling van de bovenste en onderste oogleden voordoen. Dit kan chirurgisch niet gecorrigeerd worden. Een blepharoplastie corrigeert alleen de afwijkingen die niet verdwijnen in de loop van de dag en in alle omstandigheden zichtbaar blijven. Is een voorbehandeling nodig? Als u lenzen draagt, voorzie dan voor de duur van een week een bril. Dat bevelen we niet alleen om hygiënische redenen aan, maar ook omdat het inbrengen en verwijderen van de lenzen na de ingreep problemen kan opleveren. Onmiddellijk na de ingreep kan het zicht enigszins vertroebeld zijn: met de auto rijden raden we dus ten sterkste af. Breng uw chirurg op de hoogte van eventuele oogproblemen waarvoor u rond die tijd behandeld wordt (zoals glaucoom of droge ogen) en ook van eventuele eerdere heelkundige ingrepen op ogen of oogleden. Signaleer desgevallend ook volgende medische problemen: aandoeningen aan de schildklier, hoge bloeddruk en problemen met de bloedstolling. Hoe verloopt de behandeling? Voor de ingreep maakt de chirurg enkele medische beeldopnames, zodat het resultaat van de ingreep vergeleken kan worden met de situatie vooraf. Op de huid van het ooglid bakent hij met een stift af wat weggenomen wordt, evenals de plek waar het vet enigszins uitpuilt. Vervolgens begeleidt de verpleegster u naar de operatiekamer, waar ze u zal installeren, uw gelaat zal ontsmetten en rondom het gelaat steriele doeken zal aanbrengen. Dat gebeurt allemaal in een rustige sfeer, en alles wordt u stap voor stap uitgelegd. De ingreep gebeurt in principe onder plaatselijke verdoving, die anderhalf à twee uur lang werkzaam blijft. De chirurg spuit met een heel fijn naaldje onderhuids een verdovingsstof in, net als bij de tandarts. U wordt een prikje gewaar en heel even ook een licht branderig gevoel, maar dat ebt vrijwel meteen weg. 2 De ingreep Zoals reeds gezegd, corrigeren we het doorhangen van de huid van het bovenste ooglid door een bovenste blepharoplastie. De chirurg neemt een ellips van overtollige huid weg, samen een stripje kringspier dat net onder de huid ligt. Puilt het ooglid enigszins uit door onderliggend vet, dan wordt ook dat overtollige vet meteen verwijderd. Tijdens de ingreep houdt u de ogen rustig gesloten. Door de plaatselijke verdoving wordt u geen pijn gewaar. Hooguit voelt u af en toe hoe de chirurg uw gelaat aanraakt. Na de ingreep wordt de opening onderhuids met een fijn draadje dichtgemaakt. Drie dagen later is de huid genezen en wordt het draadje verwijderd. Aan het onderste ooglid doet zich in hoofdzaak het probleem voor van vetuitpuiling. Dat corrigeren we door een onderste blepharoplastie. Vormt vet het enige probleem en is de huid erboven nog mooi elastisch, dan volstaat het vaak om het vet langs de binnenzijde van het ooglid te verwijderen, zonder dat de chirurg in de huid hoeft te snijden. Een dergelijke ingreep noemen we een transconjunctivale onderste blepharoplastie. De chirurg maakt een sneetje in het slijmvlies aan de binnenkant van het onderste ooglid en verwijdert het vet. De inwendige wonde geneest in enkele dagen tijd vanzelf. Voordeel is ook dat er geen uitwendig litteken is. Vaak echter is de huid van de onderste oogleden verslapt en uitgerekt. Dan is het nodig om die huid wat aan te spannen. De chirurg maakt een sneetje net onder de wimpers, zodat het wondje onopvallend kan genezen. Hij verwijdert het vet vanonder de losgemaakte huid en spant de huid vervolgens voorzichtig weer aan. Mocht de kringspier verslapt zijn die de oogleden helpt knipperen – iets wat zich demonstreert in een sikkelvormige rimpel of plooi ter hoogte van het jukbeen – dan kan ook die spier aangespannen worden. Drie dagen later al kunnen de draadjes verwijderd worden. Bij sommige mensen is niet enkel de huid van de oogleden verslapt, maar ook het peesje waarmee het ooglid in de oogkas ophangt. Daardoor verliest het oog zijn jeugdige amandelvorm, het wordt als het ware ‘ronder’. In extremer gevallen begint de onderste rand van het ooglid naar buiten te hangen, wat men ectropion noemt. Om te controleren of zo’n evolutie mogelijk is, zal de chirurg tijdens het voorafgaand onderzoek uw onderste ooglid een paar seconden lang naar beneden trekken, om te zien hoe snel het terug op zijn plaats tegen de oogbol komt. Is die snelheid vertraagd, dan zal hij vaak beslissen om de onderste blepharoplastie met een canthopexie aan te vullen, dat wil zeggen: het aanspannen van het buitenste peesje van het ooglid. Dat maakt de ingreep overigens niet zwaarder, aangezien het peesje bereikbaar is via de insneden die sowieso nodig zijn voor de ooglidcorrectie. En op die manier kan in elk geval vermeden worden dat het onderste ooglid na een onderste blepharoplastie neiging tot ectropion zou vertonen, het naar buiten keren dus van het ooglid. Na de ingreep laat de chirurg een speciaal afkoelend oogmasker aanbrengen om eventuele zwelling te beperken. Doen zich geen problemen voor, dan kan u een uurtje later na een laatste controle naar huis gebracht worden. Hoe verloopt de nabehandeling? - Thuisgekomen rust u best een uur of twee met het hoofd in een iets hogere stand dan de romp. Breng op de oogleden een schoon kompres aan en daarop een plastic zakje dat gevuld is met water en ijsblokjes. - Vermijd zware inspanningen en buig ook niet diep voorover, zodat u geen toename van de bloeddruk en eventuele nabloedingen veroorzaakt. 3 - Gedurende de eerste twee dagen zal de zwelling vrij uitgesproken zijn, met een piek op de tweede dag. Na drie à vier dagen is de meeste zwelling verdwenen. - Door de vaak onvermijdelijke bloeduitstorting kunnen de oogleden blauw verkleuren. De bloeduitstorting zal gaandeweg omlaag zakken, eerst verkleuren naar groen en geel en ten slotte na ongeveer een week verdwijnen. - Hou de wonde droog tot na het verwijderen van de draadjes. Laat u eventueel helpen bij het dagelijks toilet of bij het wassen van het haar. Gestold bloed of korstjes kan u makkelijk verwijderen met een wattenstokje en gewoon water. - Na zes à zeven dagen verwijdert de chirurg de draadjes. Vanaf nu mag u make-up aanbrengen, bij voorkeur met producten op basis van water. Kies voor uw dagcrème een gele tint, dat helpt de blauwe kleur enigszins verdoezelen. - Zodra de meeste zwelling verdwenen is, kan u in principe weer aan het werk. - Gedurende enkele weken zullen de oogleden iets stugger aanvoelen dan normaal. Vanaf twee weken na de operatie mag u de littekens zelf met de vingertoppen masseren, zodat alles vlugger soepel wordt. Uw chirurg vertelt u wel hoe dat precies moet gebeuren. Kan ik verwikkelingen verwachten? Het is inmiddels duidelijk dat een zwelling van de oogleden normaal is, althans in de eerste dagen na de operatie. Tijdens de eerste 24 uren kan het bindvlies van het oog lichtjes opgezet zijn, wat het gezicht enigszins kan vertroebelen. Bij sommige patiënten ontstaat tijdens het genezingsproces een lichte uitzakking van de onderste ooglidrand. Vervelend, maar meestal perfect te verhelpen door het ooglid met de vinger naar boven toe los te masseren. 4