TERZIJDE Geoloog Manuel Sintubin over de berichten over aardbevingen Geen ‘fait divers’ Op de nieuwssites van kranten verschijnen geregeld korte onheilsberichten over weer een aardbeving die ergens een regio heeft getroffen, vaak blindelings overgenomen van persagentschappen. Berichtgeving onmiddellijk na een aardbeving heeft weinig zin, omdat er onvoldoende informatie beschikbaar is. Maar in de huidige ‘vertwitterde’ media schotelen redacties hun lezers nog liever korte en snelle, maar totaal irrelevante berichten voor, dan te investeren in correcte, eigen berichtgeving. Deze berichtgeving verdwijnt beter uit onze kranten. Zowel de lezer als de redactie verliest er zijn tijd mee. En het reduceert een aardbeving tot een ‘fait divers’, wat het toch nog altijd niet is. In plaats van er lukraak een van de tientallen aardbevingen die zich dagelijks voordoen, uit te pikken en in een nietszeggend artikeltje te gieten, zou berichtgeving over aardbevingen wel een relevante boodschap kunnen brengen. Neem bijvoorbeeld de vele aardbevingen in het Middellandse Zeegebied, een regio waar velen onder ons op vakantie gaan. Zo’n aardbeving kan een aanleiding zijn om de lezers in te lichten over hoe ze zich kunnen voorbereiden op een aardbeving in hun vakantieoord. Naast het onderwijs spelen ook de media een cruciale rol in de vorming van een ‘informed citizenry’, goed geïnformeerde burgers, dus. Een opeenstapeling van berichtjes ‘over’ een aardbeving als ‘fait divers’ heeft geen zin. Maar weloverwogen berichtgeving ‘naar aanleiding van’ een aardbeving, door een wetenschappelijk onderlegd redactielid dat zelf kan oordelen of een aardbeving vermeldenswaard is, kan het verschil maken. Ook het verschil tussen een sensatieblad en een kwaliteitskrant.