Het economisch en sociaal belang van de ondernemingen

advertisement
HET ECONOMISCH EN SOCIAAL BELANG VAN DE ONDERNEMINGEN
ONDERSTEUND DOOR DE GOMB
Perscommuniqué
De laatste studie van het Brussels Observatorium van de Arbeidsmarkt en de Kwalificaties heeft
betrekking op de economische activiteit en de werkgelegenheid die gegenereerd worden door de
ondernemingen die gevestigd zijn op de industriële en onderzoeksites van de Gewestelijke
Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (GOMB) en in de bedrijvencentra
die door de GOMB worden ondersteund.
De GOMB bevordert de economische expansie en de werkgelegenheid in het Brussels Gewest door
onthaalstructuren te creëren die de bedrijven naar Brussel moeten lokken of in Brussel moeten
houden. In een hoofdstedelijk Gewest met een beperkt grondgebied is de factor ruimte, en de
kostprijs ervan in het bijzonder, immers één van de doorslaggevende elementen voor de
aantrekkingskracht van de stad bij de bedrijven.
Naast deze traditionele opdracht neemt de GOMB tevens deel in het kapitaal van de bedrijvencentra
van het Gewest met het oog op de stimulering van nieuwe economische initiatieven. Op die manier
beantwoordt zij tevens aan de dubbele doelstelling van de herwaardering van bepaalde wijken en de
strijd tegen sociale uitsluiting.
De bedrijven gevestigd op een GOMB-site
Op het ogenblik van de enquête van het Observatorium (laatste trimester 2001) waren ongeveer 180
bedrijven met een tewerkstellingsvolume van 11.900 personen gevestigd op een site die door de
GOMB wordt beheerd.
Op grond van de gegevens meegedeeld door de bedrijven (deelnemingspercentage 65%), konden
een aantal economische, sociale en ruimtelijke indicatoren worden gedefinieerd.
We noteren een gevarieerde sectorale vertegenwoordiging: de ondernemingen actief op het vlak van
informatica, afgewerkte producten, productie van voedingsproducten en industriële uitrustingen,
chemie en farmaceutica gaan hand in hand met bedrijven waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit
onderzoek en opleiding of diensten aan ondernemingen. De sector van de productie-verwerking telt
het grootst aantal vestigingen, gevolgd door de informatica en telecommunicatie. Tevens opmerkelijk
is de aanwezigheid van een speerpuntsector, met name de sector van de chemie, farmaceutica en
biotechnologie met activiteiten zowel op het vlak van productie en groothandel als op dat van
onderzoek en opleiding.
Wat de omvang betreft, zijn de kleine ondernemingen het meest vertegenwoordigd op de GOMBsites: 67% van de ondernemingen stellen 5 tot 49 personen tewerk. De zeer kleine ondernemingen
(minder dan 5 werknemers) maken echter slechts 10% van alle ondervraagde bedrijven uit, wat
weinig is in vergelijking met de gewestelijke structuur, waar 66% van de bedrijven microondernemingen zijn. De middelgrote en grote ondernemingen daarentegen zijn oververtegenwoordigd
op de GOMB-sites en situeren zich in de sectoren van de informatica - telecommunicatie en van de
productie van voedingsproducten, van chemische producten en van industriële uitrustingen.
De totale tewerkstelling op de GOMB-sites wordt geraamd op een 11.900-tal personen, wat neerkomt
op 2% van de Brusselse arbeid in loondienst of 3% van de tewerkstelling in de privé-sector.
Met 69 werknemers per bedrijf, daar waar het gewestelijk gemiddelde slechts 18 werknemers
bedraagt, is de gemiddelde tewerkstelling per onderneming hoog. Het aantal werknemers per
(bebouwde) hectare wordt op 241 geschat.
De sector van de informatica-telecommunicatie is de grootste werkgever, onmiddellijk gevolgd door
de activiteiten inzake productie-verwerking, waarbij de sectoren van de productie van
voedingsproducten en van industriële uitrustingen zich net als de chemie, farmaceutica en de
biotechnologie. Deze laatste onderscheidt zich ook op het niveau van de groothandel.
De sectorale structuur van de betrokken bedrijven en de vereiste voor ondernemingen die gevestigd
zijn in een wetenschappelijk park om onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten uit te voeren, verklaren
gedeeltelijk het hoge opleidingsniveau van het personeel, de grotere aanwezigheid van jongeren en
het belangrijke aandeel van bedienden in het geheel van het personeelsbestand. Zo wordt één baan
op twee uitgevoerd door een werknemer met een diploma van het hoger onderwijs, wat een afwijking
van 14 percentagepunten t.o.v. het BHG betekent, en heeft slechts 5% van het totale
personeelsbestand enkel een diploma lager onderwijs (tegen 12% in het BHG). De oudste groep
werknemers is ondervertegenwoordigd (16% tegen 32% voor het Gewest) in tegenstelling tot de
jongste groep werknemers en personen tussen 25 en 44 jaar. Bovendien is slechts 16% van de
werknemers op de GOMB-sites tewerkgesteld onder het statuut van arbeider, tegen 21% in het
Gewest. Zo zijn 71% van de werknemers bedienden en bekleedt 13%, waarvan het merendeel
eveneens onder bediendenstatuut, een kaderfunctie.
Ten slotte dient het aandeel van de Brusselse werknemers in de totale tewerkstelling op de GOMBsites genuanceerd te worden. Zo woont 38% van de werknemers op de GOMB-sites in Brussel, terwijl
in het geheel van het Gewest 44% van de totale arbeidsplaatsen door Brusselaars wordt ingenomen.
De economische dynamiek, die reeds in 2000 merkbaar was, is ook terug te vinden in de
infrastructuren van de GOMB. De activiteiten op de GOMB-sites resulteerden in een gemiddelde omzet
van ongeveer 24 miljoen €. In vergelijking met het jaar 1998 steeg de globale omzet met 24%. De
komst van nieuwe bedrijven is goed voor een derde van deze groei.
De vitaliteit van de bedrijven vertaalt zich tevens in het investeringsbeleid dat door deze bedrijven
wordt gehanteerd. Zo heeft bijna 90% van de bedrijven sedert 1998 geïnvesteerd en zegt bijna 50%
van hen dat ze één of meerdere investeringsplannen hebben, voornamelijk op het vlak van immobiliën
en informatica.
Ook al is het duidelijk dat de bedrijven op een GOMB-site, zowel voor als na hun activiteit,
werkgelegenheid en rijkdommen creëert, toch zijn deze variabelen moeilijk in cijfers uit te drukken.
Geschat wordt dat tussen 25 en 49% van de totale omzet binnen het Gewest wordt gerealiseerd.
Bovendien verklaren 3 bedrijven op 4 dat ze Brusselse leveranciers hebben en loopt het percentage
Brusselse leveranciers bij 21% van deze bedrijven op tot meer dan 66%. Ten slotte mag
onderaanneming als een vorm van organisatorische flexibiliteit niet verwaarloosd worden, aangezien 4
ondernemingen op 10 verklaren onlangs bepaalde activiteiten te hebben uitbesteed. Deze
2
uitbesteding komt voornamelijk ondernemingen uit het BHG ten goede: 43% van de betrokken
bedrijven verklaart te hebben gekozen voor een onderaannemer uit het Gewest.
De studie toont aan welke de voordelen zijn van de GOMB-sites zoals ze door de bedrijfsleiders
worden aangehaald. Transport, grijze cellen, fiscaliteit, levenskwaliteit? De beslissing van een bedrijf
om zich op een GOMB-site te vestigen hangt in de eerste plaats af van criteria m.b.t. de nabijheid
(van verkeersaders, klanten, bedrijven uit dezelfde sector of leveranciers of afnemers) en de redelijke
huurprijzen. De bedrijven hebben weinig kritiek op het vlak van de kwalitatieve evaluatie van hun
huidige vestiging, behalve op het gebrek aan openbaar vervoer. Het criterium van de nabijheid van de
verkeersaders wordt daarentegen unaniem op prijs gesteld. Ten slotte is men het meest lovend over
de beschikbare oppervlakte en de technische kwaliteit van de oppervlakte.
Hoewel het onroerend patrimonium van de GOMB verspreid is over een groot aantal Brusselse
gemeenten, neemt de oostelijke zone van het Gewest het grootste deel van de bedrijven (41%) en
van de werkgelegenheid (69%) voor zijn rekening. De studie toont aan dat de beschikbare ruimte op
de sites de bedrijven de mogelijkheid biedt om te voldoen aan hun uitbreidingsbehoeften.
De bedrijvencentra
De steun van de GOMB in de bedrijvencentra heeft betrekking op een bijdrage in het kapitaal en/of in
de huur of de renovatie van het gebouw. Tijdens de enquête werden vier door de GOMB
ondersteunde bedrijvencentra ondervraagd: Dansaert, EEBIC, Euclides, Molenbeek.
Naast een locatie bieden deze centra de bedrijven ook logistieke en administratieve diensten, alsook
juridisch en economisch advies. Hun statuut van commerciële onderneming situeert hen in de sfeer
van de economische activiteiten met een die min of meer uitgesproken sociale finaliteit, naargelang de
doelstellingen die bij de oprichting werden vastgelegd. Zo richt EEBIC zijn activiteiten op het
identificeren van innoverende ideeën, terwijl de drie andere bedrijvencentra hun werkzaamheden
duidelijk oriënteren naar de herstructurering van de wijk waarin ze gevestigd zijn.
De bezettingsgraad van de centra ligt zeer hoog en bedraagt om en bij de 100%. Wat de oppervlakte
betreft, wordt de kritische massa van een bedrijvencentrum op minimum 4.000 vierkante meter
geschat. De vier bedrijvencentra huisvesten in totaal 64 startende ondernemingen in 2000. De
sectoren die het grootste aantal beginnende ondernemingen tellen, zijn de informaticasector, de
audiovisuele sector, de diensten aan bedrijven en de chemie-farmaceutica.
3
Download