Steekproef opzetten
Toevalsgetallen genereren
Je kunt de GR een willekeurig getal laten kiezen uit de getallen l, 2, 3, 4, 5,..., 79, 80.
Zo'n getal heet een toevalsgetal.
Je
•
•
•
gaat als volgt te werk.
Kies de optie randlnt( uit het MATH-PRB-menu.
Zorg voor randlnt(l,80) op het basisscherm.
Na MiMaa verschijnt zo'n toevalsgetal.
Door nog enkele keren op
3,4, 5, ...,79, 80.
Q te drukken verschijnen meer toevalsgetallen uit l, 2,
randlntCl^SÖ)
figuur 4. l
12
42
33
59
4
23
figuur 4.2
Met de optie randlntf uit het MATH-PRB-menu genereert de GR een
toevalsgetal. Met randlnt(1,80) krijg je een willekeurig geheel getal uit
1,2,3,4
78,79,80.
Q Laat de GR vijf verschillende toevalsgetallen genereren uit de getallen
a 1 , 2 , 3 , 4 , 5 , ...,59,60
b 8,9, 10, 11, 12
99, 100
c 8,9, 10, 11, 12,..., 1999,2000
d 1 , 2 , 3 , 4 , 5 , ...,9999, 10000
l a Zorg op het basisscherm voor randlnt(l,100,8).
Druk enige keren op BÜHïl.
Wat is het resultaat?
b Zorg voor randlnt( l ,6,20) en druk op CnHïi.
Welk kansexperiment heb je hiermee gesimuleerd?
Bij rantlnt( 10,35) is 10 het
kleinsteen 35 helgrootste
getal waaruit de GR kiest.
Genereren = voortbrengen.
Met randlnt(3,8,10) krijg je
een rij van tien toevalsgetallen uit 3, 4, 5, 6, 7 en 8.
De niet-zichtbare getallen
verschijnen met Q.
Steekproef opzetten 21