Coloscopie onder diepe sedatie - Endoscopisch

advertisement
Maag Darm Leverziekten (MDL)
Coloscopie onder diepe sedatie
Endoscopisch onderzoek van de dikke darm
Inleiding
In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten dat een coloscopie (een inwendig
onderzoek van de dikke darm) nodig is. Dit onderzoek wordt ook wel colo(nos)scopie
genoemd. Uw arts heeft u al de nodige informatie gegeven. In deze folder kunt u alles
nog eens rustig nalezen.
Wat is een coloscopie?
Een coloscopie is een onderzoek van de dikke darm, waarbij met behulp van een
coloscoop de dikke darm wordt bekeken en beoordeeld door de arts. De arts bedient de
coloscoop. Dit is een stuurbare, buigzame slang met een doorsnede van ongeveer een
centimeter. De slang wordt via de anus in de dikke darm gebracht en vervolgens
opgeschoven. Aan het einde van de slang zit een lampje dat de binnenkant van uw
darmen verlicht. Ook zit er een videochip in waardoor het onderzoek te volgen is op een
televisiescherm. Via de slang wordt koolzuur (CO2) in de darmen geblazen om de
darmen beter zichtbaar te maken. Ook kan via de slang vocht worden weggezogen.
Tijdens de coloscopie kunnen foto’s gemaakt worden om die later opnieuw te bekijken.
Waarom een coloscopie?
Door een coloscopie kunnen afwijkingen aan uw dikke darm en het laatste stukje van uw
dunne darm worden opgespoord zoals zweertjes, ontstekingen, bloedingen, divertikels
(uitstulpingen), vernauwingen, poliepen en tumoren. Via de scoop kunnen ook ingrepen
worden gedaan. Hiervoor schuift de arts, via dezelfde slang, instrumenten op de goede
plaats. Er kan een stukje weefsel weggenomen worden voor nader onderzoek (biopsie).
Ook kunnen poliepen verwijderd, vernauwingen opgerekt en bloedingen gestelpt worden.
Intake voor de coloscopie
Verwijzen voor een darmonderzoek
U bent door een specialist of door uw huisarts doorverwezen voor een darmonderzoek.
Voordat het onderzoek plaatsvindt krijgt u eerst een intake bij een verpleegkundige van
de Endoscopie afdeling. Het is belangrijk om u als patiënt zo goed en veilig mogelijk voor
te bereiden op het darmonderzoek. Door deze intake wordt de kans op problemen
tijdens en na een darmonderzoek zo klein mogelijk.
1
De intake
De verpleegkundige geeft u informatie over de ingreep en plant deze vervolgens in.
Wilt u voor de intake meenemen
 Een ziekenhuispas en een geldig identiteitsbewijs
 Een medicatieoverzicht (verkrijgbaar bij uw apotheek)
Onderzoek onder diepe sedatie
Preoperatief onderzoek
Voor een onderzoek onder diepe sedatie wordt u verwezen naar het Preoperatief
Bureau. Hier krijgt u een afspraak voor een preoperatieve screening. Dit is nodig om u
als patiënt zo goed en veilig mogelijk voor te bereiden op het onderzoek en de diepe
sedatie die u tijdens het onderzoek krijgt.
Het preoperatieve onderzoek bestaat uit:
 een vragenlijst die u thuis moet invullen.
 een afspraak met een apothekersassistente als u medicijnen gebruikt en/of een
allergie heeft.
 een afspraak met een preoperatief verpleegkundige voor een preoperatieve
screening.
 (meestal) een afspraak voor een gesprek met de anesthesioloog.
Meenemen voor het preoperatief onderzoek
-
Ziekenhuispas en geldig legitimatiebewijs
De ingevulde vragenlijst
Medicijnen (welke medicijnen u wanneer inneemt)
Anesthesie
De ingreep geschiedt in principe onder diepe sedatie.
Sedatie is het verlagen van de staat van het bewustzijn van een patiënt met het doel een
onderzoek of ingreep aangenamer te maken. Dit gebeurt door het toedienen van
medicijnen (sedativa) via een infuus dat u voor het onderzoek krijgt ingebracht. U valt
dan vrijwel meteen in slaap. U merkt dan zo goed als niets van het onderzoek.
Anders dan bij algehele anesthesie (narcose) is bij sedatie de slaap minder diep en hoeft
de ademhaling niet ondersteund te worden, u wordt dus niet beademd. Meteen na de
ingreep wordt u weer wakker gemaakt.
Bloedverdunnende medicijnen
Het gebruik van bloedverdunnende medicijnen moet u, uitsluitend in overleg met uw arts,
voor het onderzoek stoppen. Tijdens het intakegesprek bespreekt de verpleegkundige
wanneer u de bloedverdunners moet stoppen. Zij bespreekt dit met de trombosedienst,
de NOAC consulente en de behandelend arts. Na het onderzoek stemt de
trombosedienst of NOAC consulente het verdere beleid met u af.
IJzermedicijnen
Als u ijzermedicijnen (staaltabletten) gebruikt dient u deze zeven (7) dagen voor het
onderzoek te stoppen.
Diabetes
Gebruikt u medicijnen voor uw diabetes (tabletten of spuiten) neem dan contact op met
uw diabetesverpleegkundige. Hij/zij stemt dan met u af hoe u de medicijnen moet
gebruiken.
2
Laxeren
U krijgt van de verpleegkundige een recept voor laxeermiddelen. U kunt deze bij de
apotheek in Venray of Venlo of bij uw eigen apotheek ophalen. U krijgt samen met deze
folder een instructiefolder mee hoe u deze middelen moet gebruiken. Houdt u
nauwkeurig aan de aanwijzingen op deze instructiefolder en volg niet de bijsluiter
van de apotheek.
Invloed laxeermiddelen op andere medicijnen
De laxeerdrank kan de werking van medicijnen zoals antibiotica en de anticonceptiepil
verminderen. Vragen over uw medicijnen en de laxeerdrank kunt u stellen aan uw
behandelend arts of apotheker.
Enkele praktische zaken
 U dient van tevoren vervoer naar huis te regelen omdat u op de dag van het
onderzoek niet zelf mag rijden vanwege de nawerking van de medicijnen.
 Om uw privacy te waarborgen zijn op de beddenkamer alleen patiënten en
verpleegkundigen aanwezig. Uw begeleiding kan daarom voor, tijdens en na het
onderzoek niet bij u zijn. De verpleegkundige informeert uw begeleiding wanneer u
naar huis mag.
 Wij adviseren u grote geldbedragen, sieraden en andere kostbaarheden thuis te laten.
Het gevaar van zoekraken en diefstal is helaas aanwezig. Het ziekenhuis is hier in de
meeste gevallen niet voor aansprakelijk.
 Omdat bewaking van zuurstofgehalte en hartslag plaatsvindt via een knijper op uw
vinger dient u nagellak en kunst- of gelnagels van minimaal één vinger van uw
linkerhand voor het onderzoek te verwijderen.
 U kunt het best enkele uren voor de ingreep douchen. Daarna geen crème of
bodylotion gebruiken.
 Als u last heeft van slaapapneu en u gebruikt hiervoor een masker, wilt u dit dan
meenemen voor het onderzoek?
Voorbereiding
Darmreiniging (laxeren)
Het is belangrijk dat voor dit onderzoek de dikke darm volledig gereinigd is. Hiervoor
moet u thuis laxeren. Het recept voor laxeermiddelen heeft u tijdens de intake gekregen.
Drie dagen voor het onderzoek
Vanaf drie dagen voor het onderzoek mag u geen pithoudende vruchten, zoals druiven,
tomaten en kiwi’s meer eten. Ook brood en/of cruesli met zaden en/of pitten mag u niet
meer eten.
De dag voor het onderzoek
Op de dag voor het onderzoek gebruikt u een licht ontbijt* en een lichte lunch*. Om
13.00 uur neemt u twee tabletten bisacodyl 5 mg in. Daarna mag u niets meer eten en
alleen nog heldere vloeistoffen drinken. Om 19.00 uur drinkt u het eerste zakje van de
laxeerdrank en vervolgens alleen nog lichte heldere dranken*.
* Lichte heldere dranken zijn:
Water, thee, sportdranken, gezeefde bouillon, vruchtensap zonder
vruchtvlees, koolzuur en niet koolzuurhoudende dranken zoals 7-up.
* licht ontbijt: kopje thee, beschuitje met zoet beleg
* lichte lunch: kopje thee of bouillon, beschuitje/toast met zoet beleg
zoet beleg: jam zonder pitjes, vruchtenhagel
Gebruik geen donkere en/of rood gekleurde dranken zoals cola en cassis. Drink niet te
veel suikervrije (light) dranken. Omdat u niet mag eten is het belangrijk dat u met drinken
toch voldoende suikers en zouten binnen krijgt.
3
De dag van het onderzoek
Zeven (7) uur voor het onderzoek neemt u het tweede zakje van de laxeerdrank in.
Alleen drinken
Voor dit onderzoek mag u niet eten, wel mag u tot 4 uur voor het onderzoek heldere
dranken drinken.
Hierna dient u nuchter te blijven.
Zie hiervoor ook de instructiefolder die u mee heeft gekregen.
Braken/misselijk
Het kan voorkomen dat u moet braken tijdens het laxeren. Probeer alsnog de instructies
te volgen en de gewenste hoeveelheid vocht te drinken. Bij blijvende misselijkheid en/of
braken dient u vanaf 08.00 uur contact op te nemen met de afdeling Endoscopie
De dag van het onderzoek
Op het afgesproken tijdstip meldt u zich op de afgesproken afdeling. Let goed op of u in
Venlo of in Venray moet zijn. (achterzijde folder)
Wilt u bij uw komst naar het ziekenhuis uw ziekenhuispas en een geldig
identiteitsbewijs niet vergeten?
Het onderzoek
Voor het onderzoek
 Op de beddenkamer van de endoscopieafdeling neemt u met ontbloot onderlichaam
plaats in een bed, waarmee u naar de kamer gaat waar het onderzoek
plaatsvindt(endoscopiekamer).
 U krijgt een infuusnaaldje in de onderarm of hand.
 Er vinden enkele controles plaats zoals bloeddruk en pols.
Het onderzoek
Het onderzoek vindt plaats op de endoscopiekamer. Voor aanvang van de coloscopie
neemt u plaats op uw linkerzij. U wordt aangesloten op een saturatiemeter (dit is een
‘knijper’ op de vinger). Hiermee worden hartslag en zuurstofgehalte gecontroleerd tijdens
het onderzoek. Ook krijgt u een bloeddrukmanchet om uw arm en worden plakkers op
uw borst geplakt. Zo worden automatisch uw bloeddruk en hartslag gemeten. Voordat
met de coloscopie gestart wordt, dient de sedatie praktijk specialist via het infuusnaaldje
de afgesproken medicijnen toe en valt u in slaap.
De arts voelt voordat de coloscoop ingebracht wordt eerst met een vinger in de anus.
Hierbij laat hij/zij meteen wat glijmiddel achter zodat de coloscoop makkelijk ingebracht
kan worden. Via de anus wordt de coloscoop voorzichtig in de endeldarm gebracht.
Daarna wordt deze langzaam en geleidelijk steeds verder in de dikke darm geschoven.
Om de darmwand beter zichtbaar te maken wordt via de coloscoop koolzuurgas (CO2) in
de darm geblazen, waardoor deze zich ontplooit. Soms drukt de verpleegkundige met de
handen op bepaalde plaatsen op uw buik om zo de coloscoop te ondersteunen en de
voortgang van het onderzoek te vergemakkelijken.
Wanneer het begin van de dikke darm bereikt is, wordt nog even in het laatste stukje van
de dunne darm gekeken. Daarna wordt de coloscoop langzaam teruggetrokken waarbij
de darmwand zeer nauwkeurig wordt geïnspecteerd. Mocht de arts het nodig vinden,
dan neemt hij/zij tijdens de coloscopie een stukje weefsel voor onderzoek weg of
verwijdert een poliep.
Duur van het onderzoek
Het onderzoek duurt ongeveer dertig minuten. Na het onderzoek dient u nog ongeveer
1½ uur op de afdeling te blijven vanwege de uitwerking van de medicijnen.
4
Na het onderzoek
Na het onderzoek wordt u terug naar uw kamer/afdeling gebracht. Hier kunt u rustig
bijkomen van de sedatie. Als zich geen bijzonderheden voordoen en u bent weer
helemaal wakker mag u wat drinken. Omdat de toegediende medicijnen de rijvaardigheid
beïnvloeden kunt u niet zelf naar huis rijden. U mag de dag van het onderzoek niet
actief deelnemen aan het verkeer. Daarom dient u voor het onderzoek begeleiding en
vervoer naar huis te regelen. De eerste tijd na het onderzoek kunt u wat pijn (krampen)
hebben als gevolg van de ingeblazen lucht. Hoe eerder u de lucht kwijt raakt door
winden te laten hoe sneller de pijn voorbij is.
Na het onderzoek mag u uw medicijnen weer gebruiken zoals voor het onderzoek was
voorgeschreven, tenzij iets anders met u wordt afgesproken.
Uitslag
U krijgt de uitslag van het onderzoek van uw aanvragend (huis)arts. Als er een poliep
wordt verwijderd krijgt u een afspraak bij de MDL-arts. Hij/zij bespreekt met u de uitslag
en het verdere beleid.
Complicaties / Bijwerkingen
Een coloscopie is een veilig onderzoek. Ondanks alle zorgvuldigheid kunnen
complicaties optreden. Als een therapeutische behandeling, zoals het weghalen van een
poliep, heeft plaatsgevonden is er een kans van 1 – 2 % op complicaties. Zonder
behandeling is die kans nog kleiner.
 Scheurtje in de darmwand: de kans hierop is groter als de darmwand ernstig
ontstoken is, er vernauwingen of uitstulpingen aanwezig zijn of als een poliep is
verwijderd. Verschijnselen: heviger wordende buikpijn en koorts.
 Bloeding: na het verwijderen van een poliep kan een bloeding ontstaan. Dit kan tot
twee weken na de ingreep.
 De gebruikte medicijnen hebben een remmende werking op de ademhaling en
kunnen complicaties geven bij mensen met hart- en/of longziekten en bij bepaalde
neurologische aandoeningen.
 Beperkt onderzoek: bij ongeveer 10% van de mensen lukt het niet om het begin van
de dikke darm te bereiken, waardoor slechts een gedeelte van de dikke darm wordt
onderzocht.
Wat te doen bij problemen?
(Venlo én Venray)
Neem contact op met Endoscopiecentrum als er sprake is van
veel helder bloedverlies, blijvende of steeds erger wordende
buikpijn met of zonder koorts.
Tijdens kantooruren  (077) 320 51 32
Buiten kantooruren  (077) 320 58 10 (Spoedeisende Hulp)
5
U wordt verwacht
..........…………….…...dag..........…………...................
om......................….....................uur
 Locatie Venlo
 Endoscopiecentrum
routenummer 83
Wilt u bij uw komst naar het ziekenhuis uw ziekenhuispas en een geldig
legitimatiebewijs niet vergeten?
Vragen
Heeft u na het lezen van deze folder vragen, stel deze dan gerust aan de
endoscopieverpleegkundige voordat het onderzoek begint. Voor eventueel dringende
vragen kunt u ook contact opnemen met:
Endoscopiecentrum
Locatie Venlo
routenummer 83
 (077) 320 51 32
VieCuri Medisch Centrum
Locatie Venlo
Tegelseweg 210
5912 BL Venlo
(077) 320 55 55
Locatie Venray
Merseloseweg 130
5801 CE Venray
 (0478) 52 22 22
internet: www.viecuri.nl
© VieCuri Patiëntenservicebureau
6 juli 2017 bestelnummer 14647
6
Download