PRAKTIJKNOTITIE BTW 1. Inleiding 2. Btw algemeen 3

advertisement
PRAKTIJKNOTITIE
BTW
Van:
Datum:
Onderwerp:
1.
VDF btw-specialisten
Juli 2016
E-commerce: btw en leveringen van goederen
Inleiding
E-commerce is een verzamelnaam van transacties die via het internet tot stand komen. Internet heeft onder andere de functie van platform voor goederentransacties en diensten. Ondernemers en particulieren
zijn actief zowel als verkoper / aanbieder als koper / afnemer. Ondernemers die via het internet goederen
en diensten aanbieden krijgen te maken met btw-heffing, in Nederland en ook daarbuiten. In deze praktijknotitie wordt ingegaan op goederentransacties tussen ondernemers en particuliere afnemers, die tot stand
komen via internet.
Uitgangspunt is een in Nederland gevestigde ondernemer, met particuliere kopers die via een webshop
goederen afnemen. Het internet / de webshop is alleen maar het verkoopkanaal: de order wordt via internet geplaatst en betaald, daarna verzendt de ondernemer de goederen naar de afnemer. Btw-technisch is
er geen sprake van een digitaal product of elektronische dienstverlening. De prestatie blijft de levering van
een goed en zal dan ook worden belast op basis van de voor goederenleveringen geldende wetgeving.
2.
Btw algemeen
In de EU wordt op basis van de Europese Btw-richtlijn btw geheven over de levering van goederen door een
ondernemer. Hierbij bepaalt deze richtlijn onder andere het land waar de levering onder heffing valt, het
van toepassing zijnde tarief en de verplichtingen ten aanzien van de verkoopfactuur. Een en ander geldt
zowel bij leveringen aan ondernemers als aan niet-ondernemers zoals particulieren. Alle (nu nog) 28 EUlidstaten moeten deze verplichtingen in hun nationale regelgeving overnemen. In Nederland zijn deze verplichtingen opgenomen in de Wet op de omzetbelasting 1968.
In de praktijk horen wij nog wel eens dat voor via internet verkochte goederen een aparte regeling is getroffen. Dat is een onjuiste veronderstelling. Of het nu leveringen aan ondernemers of particulieren betreft,
de heffing vindt plaats op basis van de algemene heffingsregels.
Wel is het zo dat er sprake is van een aparte regeling bij leveringen door ondernemers aan particulieren in
een andere EU-lidstaat. Deze regeling is beter bekend als de regeling ‘afstandsverkopen’. Ondernemers die
via internet / webshops aan particulieren verkopen vallen veelal onder deze regeling. Het is derhalve geen
speciale regeling voor internetverkopen, doch de e-commerce leveranciers hebben wel relatief vaak met
deze algemene regeling te maken.
3.
Internetverkoper / webshop
Een in Nederland gevestigde ondernemer die via zijn website een order van een particulier ontvangt, zal
online vragen om een afleveradres in te vullen. Het te hanteren btw-tarief (in Nederland of buitenland) is
hiervan afhankelijk. Niet het factuuradres, maar het afleveradres is bepalend. In het grootste deel van de
gevallen zijn beide adressen aan elkaar gelijk.
Praktijknotitie E-commerce: btw en leveringen van goederen
Pagina: 1/7
PRAKTIJKNOTITIE
BTW
Een en ander betekent dat de ondernemer drie categorieën afleveradressen kan onderscheiden:



3.1
Afleveradres in Nederland
Afleveradres in een andere EU-lidstaat
Afleveradres buiten de EU
Afleveradres in Nederland
Bij leveringen waarbij goederen in Nederland zijn ten tijde van de verzending, geldt dat de leveringen belast
zijn in Nederland (als zijnde het land van vertrek van het vervoer). De Nederlandse ondernemer moet Nederlandse 21% btw berekenen, tenzij de verkochte goederen staan genoemd in Tabel I behorende bij de
Wet op de omzetbelasting 1968. Dan kan de Nederlandse ondernemer het 6%-tarief toepassen.
De ondernemer mag een factuur uitreiken maar dat is niet verplicht. Deze verplichting geldt alleen als de
afnemers ondernemer is. Als de leverancier toch online een factuur opstelt, dan hoeft deze niet te voldoen
aan de wettelijke factuurvereisten.
3.2
Afleveradres in een andere EU-lidstaat
In afwijking van de situatie hiervoor, wordt in het geval goederen vanuit Nederland door of voor rekening
van de leverancier worden verzonden aan een particulier in een andere EU-lidstaat, de plaats van levering
wettelijk gesitueerd in het land van de afnemer (dit geldt ook als de verkoper de verzendkosten al dan niet
afzonderlijk aan de koper doorbelast).
Dat betekent dat alle leveringen belast zijn in het land van de koper, tegen het aldaar geldende tarief. De
leverancier moet zich aldaar registreren. Er dient zelfs een (online) factuur te worden opgemaakt die aan
de eisen van het land van de koper voldoet (dit is een afwijking op de regel dat bij prestaties aan particulieren geen factuur hoeft te worden opgemaakt). Op deze verkoopfactuur moet het btw-nummer van de verkoper van die EU-lidstaat worden vermeld. De verschuldigde lokale btw wordt via een lokale aangifte afgedragen.
Let op, deze regeling is tot een bepaald drempelbedrag niet van toepassing en vallen we terug in het uitgangspunt dat de levering belast is in het land van vertrek: Nederland. Alsdan is 21% of 6% Nederlandse
btw verschuldigd. Zodra een ondernemer te maken krijgt met leveringen aan particulieren in andere EUlidstaten, begint deze daarom met de berekening van Nederlandse btw.
Per EU-lidstaat geldt een bepaalde drempel, welke drempelbedragen in de bijlage zijn opgenomen. Deze
drempel geldt per jaar per EU-lidstaat (en dus niet per afnemer). Wordt in een bepaald jaar de voor die EUlidstaat geldende drempel overschreden, dan moet met ingang van de levering waarmee de drempel wordt
overschreden btw van de EU-lidstaat van aankomst te worden berekend en afgedragen. De afdracht van
Nederlandse btw stopt daarmee. Let op: bij overschrijding wordt niet met terugwerkende kracht btw van
de EU-lidstaat van aankomst verschuldigd, tot aan de drempel is terecht Nederlandse btw berekend en
afgedragen.
Zodra in enig jaar een drempel is overschreden moet in het daaropvolgende jaar direct lokale btw te worden afgedragen (men begint dus niet elk jaar opnieuw met het berekenen van Nederlandse btw).
Praktijknotitie E-commerce: btw en leveringen van goederen
Pagina: 2/7
PRAKTIJKNOTITIE
BTW
Blijkt in een bepaald jaar na registratie het drempelbedrag niet te worden overschreden, dan begint de
ondernemer het jaar daarop weer met afdracht van Nederlandse btw (tot het moment dat toch weer een
drempelbedrag wordt overschreden).
Een ondernemer moet zich realiseren dat door het berekenen van lokale btw na overschrijding van een
drempelbedrag zijn winstmarge zal wijzigen. Omdat de verkoopprijzen op de website / in de webshop inclusief btw dienen te zijn, is uitgaande van het standaardtarief in beginsel 21/121 Nederlandse btw verschuldigd. Indien de drempel voor bijvoorbeeld Denemarken wordt overschreden, is vanaf dat moment
25/125 aan Deense btw verschuldigd. Door het hogere tarief van een andere EU-lidstaat daalt de winstmarge. Andersom geldt dat als een btw-tarief in een andere EU-lidstaat lager is, de winstmarge toeneemt.
Zodra bijvoorbeeld de voor Luxemburg geldende drempel van € 100.000 wordt overschreden, daalt de btwdruk naar 17/117. Het is mogelijk om aan de eigen inspecteur een verzoek te doen om af te zien van het
drempelbedrag en direct btw van een andere EU-lidstaat af te dragen. Als de ondernemer verwacht een
bepaalde omzet bij Luxemburgse particulieren te behalen, dan is het afzien van de drempel gunstig. Na de
registratie in Luxemburg is de btw-druk direct 17/117 in plaats van 21/121.
Nederlandse leveranciers die zich in een andere EU-lidstaat registreren zijn niet verplicht een fiscaal vertegenwoordiger aan te stellen. Vanwege de strenge eisen aan de registratieprocedure, de toegenomen controles, lokale deadlines, lokale verplichtingen en lokale boeteregimes, is het raadzaam om een deskundig
kantoor te laten assisteren. Onze ervaring is dat door het vooraf goed regelen van zaken problemen in de
toekomst worden voorkomen.
Tot slot, indien via internet een order wordt geplaatst, en de koper de goederen in Nederland komt afhalen, dan geldt de regeling afstandsverkopen niet. De ondernemer moet dan gewoon Nederlandse btw afdragen. Let op, deze verkoop telt niet mee bij de beoordeling of een bepaald drempelbedrag wordt overschreden.
3.2
Afleveradres buiten de EU
Omdat de geleverde goederen in Nederland zijn ten tijde van de verzending geldt hier weer dat de levering
belast in is Nederland. Dat wil echter niet zeggen dat de ondernemer btw verschuldigd is. In dit geval hebben de goederen een bestemming buiten de EU. De Btw-richtlijn en de Wet op de omzetbelasting 1968
kennen een nultarief in geval de goederen door een ondernemer worden geëxporteerd naar een bestemming buiten de EU. Zolang de verkopende ondernemer zelf het vervoer regelt (hij schakelt de transporteur
/ logistiek dienstverlener in), wordt hij gezien als exporteur en kan het nultarief worden toegepast. Het feit
dat de verzendkosten in de verkoopprijs van het product zijn begrepen maakt dat niet anders. Dit nultarief
geldt dus ook als de afnemer een particulier is.
Let op, om het nultarief toe te kunnen passen moet de ondernemer het vervoer naar het afleveradres wel
kunnen aantonen aan de hand van boeken en bescheiden. Hierbij kan worden gedacht aan (kopieën van)
douanedocumenten (er wordt, al dan niet via de vervoerder, een uitvoeraangifte bij de Douane ingediend),
een vrachtbrief / CMR ( een document dat met elke zending wordt meegezonden), een factuur van de vervoerder e.d. Deze bescheiden dienen zeven jaren in de administratie te worden bewaard.
Praktijknotitie E-commerce: btw en leveringen van goederen
Pagina: 3/7
PRAKTIJKNOTITIE
BTW
Voorts, veel webshops verzenden hun pakketjes via de TNT en krijgen ‘slechts’ een kassabon mee van het
loket / winkel waar het pakket wordt aangeboden. In deze situatie moet ook een Douaneverklaring CN22 /
CN23 worden ingevuld.
Tot slot, het verzonden goed wordt in het niet-EU land ingevoerd. De zending zal dus ten invoer worden
aangemeld bij de lokale Douane. Menig land kent tot een bepaald bedrag een vrijstelling van lokale belastingen en invoerheffingen. Indien de ondernemer op DDP-basis levert (en hierdoor verantwoordelijk is voor
de invoer en het betalen van alle heffingen), zijn er dus extra kosten. De ondernemer kan duidelijk maken
(op de website en via de leveringsvoorwaarden) dat deze alleen verzendt en de koper verantwoordelijk is
voor de invoer.
4.
Verkopen vanuit een voorraad in een andere EU-lidstaat
Zodra vanuit een voorraad in een andere EU-lidstaat wordt geleverd (een bekend voorbeeld is dat Amazon
goederenvoorraden van verkopers in diverse EU-lidstaten heeft ondergebracht), gelden dezelfde regels ten
aanzien van de plaats van levering. Hiermee valt de verkoper onder heffing van die andere EU-lidstaat en
wordt aldaar aangifteplichtig. De ondernemer zal zich aldaar dienen te registeren voor de heffing van lokale
btw en aangiften moeten indienen. Tevens valt de ondernemer onder de lokaal geleden vereisten ten aanzien van de factuur.
Houdt een ondernemer in verschillende EU-lidstaten een voorraad aan, dan zijn meerdere registraties benodigd.
4.1
Afleveradres in dezelfde EU-lidstaat
Bij leveringen waarbij goederen in een andere EU-lidstaat zijn ten tijde van de verzending, geldt dat de leveringen belast zijn in die EU-lidstaat (als zijnde het land van vertrek van het vervoer). De Nederlandse ondernemer dient dan btw te berekenen tegen het in die EU-lidstaat geldende tarief. Uitgangspunt is het
standaardtarief, tenzij voor de geleverde goederen lokaal een lager tarief geldt. De geldende tarieven dienen altijd lokaal te worden nagegaan. Ondernemers dienen rekening te houden met lokale tariefswijzigingen in de andere 27 EU-lidstaten.
Om de lokale btw af te dragen is een lokale registratie verplicht. Alhoewel het uitgangspunt is dat alleen
een factuur moet worden uitgereikt bij leveringen aan ondernemers, kunnen EU-lidstaten hiervan afwijken.
Nederlandse ondernemers dienen er rekening mee te houden dat ter zake van alle leveringen vanuit een
buitenlandse voorraad toch een geldige factuur moet worden opgesteld.
4.2
Afleveradres in een andere EU-lidstaat
In beginsel is hier sprake van de onder paragraaf 3.2 beschreven regeling ‘afstandsverkopen’. De ondernemer begint met de afdracht van btw in de EU-lidstaat van waaruit de goederen worden verzonden, totdat
in een andere EU-lidstaat een drempel wordt overschreden. De ondernemer is dus altijd buitenlandse btw
verschuldigd: in de EU-lidstaat van verzending óf in de EU-lidstaat van aankomst (bij overschrijding van de
drempel dan wel het jaar / de jaren volgend op het jaar na overschrijding hiervan).
Praktijknotitie E-commerce: btw en leveringen van goederen
Pagina: 4/7
PRAKTIJKNOTITIE
BTW
4.3
Afleveradres buiten de EU
Gelijk hetgeen in paragraaf 3.3. is beschreven is de levering met een bestemming buiten de EU vrij van btw:
de EU-lidstaat dient een nultarief of vrijstelling met recht op aftrek van voorbelasting in de nationale btwregelgeving op te nemen.
Let op, het aantonen van het vervoer is altijd verplicht. EU-lidstaten kunnen afwijken van de in Nederland
geldende vrije bewijsleer. Dat betekent dat de ondernemer dient na te gaan welke formaliteiten worden
gesteld aan de toepassing van het nultarief / vrijstelling.
4.4
Overbrengen voorraad naar andere EU-lidstaat
Alvorens uit een buitenlandse voorraad te kunnen leveren dient er eerst een voorraad te worden gecreeerd. Indien lokaal wordt aangekocht, zal de ondernemer lokale btw aangerekend krijgen. Deze btw is terugvorderbaar via een btw-registratie aldaar (de daaropvolgende verkoop leidt immers tot een afdracht- en
/ of aangifteplicht). Veelal verplaatst de Nederlandse ondernemer een deel van zijn voorraad vanuit Nederland naar de andere EU-lidstaat. Deze overbrenging wordt door de Btw-richtlijn (en alle nationale btwregelgeving) gelijkgesteld met een reguliere intracommunautaire transactie. De Nederlandse ondernemer
dient in Nederland een intracommunautaire levering tegen het nultarief aan te geven in de Nederlandse
btw-aangifte en Opgaaf ICP. In de EU-lidstaat van aankomst dient een intracommunautaire verwerving
tegen het lokale btw-tarief te worden aangegeven (onder gelijktijdige aftrek van de ‘verwervings-btw’ als
voorbelasting, waardoor feitelijk geen afdracht plaatsvindt).
Let op, voor het indienen van de Nederlandse Opgaaf ICP is het btw-nummer van de ondernemer van de
EU-lidstaat van aankomst nodig. Niet elk btw-nummer is automatisch een geldig btw-identificatienummer
voor intracommunautaire transacties. Lokaal dient de juiste procedure te worden gevolgd om te kunnen
beschikken over een geldig btw-identificatienummer.
Tot slot, vanuit Nederlandse optiek is een en ander raadzaam maar vanuit andere EU-lidstaten verplicht: ter
zake van de goederenverplaatsing dient een pro-forma factuur te worden opgemaakt. Deze pro-forma factuur dient zowel het Nederlandse btw-nummer alsmede het geldige btw-nummer van de EU-lidstaat van
aankomst te vermelden. Let erop dat de factuur niet als omzet wordt geboekt, deze factuur dient enkel
effect te hebben op de btw-aangifte en Opgaaf ICP.
5.
Administratie
De ervaring leert dat een startende e-commerce ondernemer er een te eenvoudige administratie op na
houdt. Er wordt één grootboekrekening omzet gehanteerd, en hooguit aan de hand van bankbetalingen /
creditcard aankopen kan achteraf worden gereconstrueerd voor hoeveel er wordt geleverd aan de diverse
landen. Zeker in verband met de regeling afstandsverkopen is het van belang om op elk moment te kunnen
weten waar de spreekwoordelijke ‘teller’ op staat. Bij nadering van een voor een EU-lidstaat geldend
drempelbedrag kan dan tijdig het registratieproces worden gestart.
Omdat het afleveradres bepaalt welk btw-tarief van toepassing is, dient de ondernemer de goederenstroom aan de hand van boeken en bescheiden (vervoers- en / of douanedocumenten) te kunnen aantonen. Bij gebreke hiervan, zal de Nederlandse inspecteur het standpunt innemen dat alle leveringen zijn
onderworpen aan het Nederlandse btw-tarief.
Praktijknotitie E-commerce: btw en leveringen van goederen
Pagina: 5/7
PRAKTIJKNOTITIE
BTW
6.
Verkoop via website van derden
Veel ondernemers verkopen goederen via een ander kanaal zoals via Amazon en Bol.com. Indien dergelijke
platforms louter het logistieke proces (opslag en aflevering) en / of de facturatie / orderprocessing regelen,
dan wordt feitelijk door de leverancier aan de afnemers geleverd.
Alle hiervoor beschreven gevolgen zijn dan onverkort van toepassing. Indien het platform dan een factuur
uitreikt namens de leverancier dient er wel op te worden toegezien dat deze facturen voldoen aan alle vereisten alsmede dat de juiste tarieven worden toegepast. De leverancier is en blijft verantwoordelijk voor
alle btw-verplichtingen.
De platforms hanteren echter ook het scenario dat zij op eigen naam aan de afnemers verkopen. Alle gevolgen zoals hiervoor beschreven gelden dan voor deze platforms. De ‘echte’ leverancier wordt dan geacht
de goederen aan het platform te hebben geleverd. Ligt de voorraad in Nederland, dan is in beginsel 21% /
6% btw verschuldigd. Het platform kan deze btw als voorbelasting verrekenen. Ligt de voorraad in een andere EU-lidstaat, dan is óf lokale btw verschuldigd óf lokaal is in de regelgeving opgenomen dat de btw
wordt verlegd indien het platform aldaar is gevestigd.
Let op, los van of ter zake van een binnenlandse levering de btw al dan niet is verlegd, zodra eerst goederen
worden overgebracht naar die andere EU-lidstaat (zie paragraaf 5.0), is er sowieso een verplichting om de
intracommunautaire verwerving aan te geven. Het is raadzaam om dan na te (laten) gaan of de betreffende
EU-lidstaat een faciliteit inzake consignatiezendingen kent, waarmee de registratie alsnog kan worden
voorkomen.
7.
Samenvatting
Deze praktijknotitie beschrijft de belangrijkste btw-gevolgen van verkopen via internet. De ondernemer
heeft te maken met Nederlandse btw-tarieven, buitenlandse btw-tarieven, registraties in het buitenland,
factuur- en administratieve vereisten. Het verdient aanbeveling om bij bestaande cliënten na te gaan in
hoeverre wordt voldaan aan deze vereisten en of zelfs drempelbedragen van de regeling afstandsverkopen
worden overschreden of reeds zijn overschreden. Ook moet worden nagegaan of de cliënten voldoende
bescheiden in de administratie hebben om de aflevering van buitenlandse zendingen aan te tonen.
8.
Ten slotte
Mocht u vragen hebben over de inhoud van deze NOAB praktijknotitie, dan kunt u als NOAB-lid in het kader
van de NOAB-helpdesk contact opnemen met:
NOAB Adviesgroeplid VDF btw-specialisten, dhr. Frank Resseler
Tel. 078 – 622 54 52
Voorwaarden en disclaimer
Deze praktijknotities zijn specifiek bedoeld voor NOAB-kantoren. Het is niet toegestaan deze te delen met
andere partijen. Daarnaast is de disclaimer van kracht die u kunt vinden op www.noab.nl/disclaimer.
Praktijknotitie E-commerce: btw en leveringen van goederen
Pagina: 6/7
PRAKTIJKNOTITIE
BTW
BIJLAGE: drempelbedragen regeling afstandsverkopen
België:
Bulgarije:
Cyprus:
Denemarken:
Duitsland:
Estland:
Finland:
Frankrijk:
Griekenland:
Hongarije:
Ierland:
Italië:
Kroatië:
Letland:
Litouwen:
Luxemburg:
Malta:
Oostenrijk:
Polen:
Portugal:
Roemenië:
Slovenië:
Slowakije:
Spanje:
Tsjechië:
Verenigd Koninkrijk:
Zweden:
€
BGN
€
DKK
€
€
€
€
€
€
€
€
HRK
€
€
€
€
€
PLN
€
RON
€
€
€
CZK
GBP
SEK
35.000
70.000
35.000
280.000
100.000
35.151
35.000
35.000
35.000
35.000
35.000
35.000
270.000
35.000
35.000
100.000
35.000
35.000
160.000
35.000
118.000
35.000
35.000
35.000
1.140.000
70.000
320.000
Praktijknotitie E-commerce: btw en leveringen van goederen
Pagina: 7/7
Download