http://wetten.overheid.nl/BWBR0002629/2017-01-01

advertisement
http://wetten.overheid.nl/BWBR0002629/2017-01-01#HoofdstukII
Artikel 6

1 De plaats van een dienst, verricht voor een als zodanig handelende ondernemer, is de plaats waar die ondernemer de zetel van
zijn bedrijfsuitoefening heeft gevestigd. Worden deze diensten evenwel verricht voor een vaste inrichting van de ondernemer op
een andere plaats dan die waar hij de zetel van zijn bedrijfsuitoefening heeft gevestigd, dan geldt als plaats van dienst de plaats
waar deze vaste inrichting zich bevindt. Bij gebreke van een dergelijke zetel of vaste inrichting, geldt als plaats van de dienst de
woonplaats of gebruikelijke verblijfplaats van de ondernemer die deze diensten afneemt.

2 De plaats van een dienst, verricht voor een andere dan ondernemer, is de plaats waar de dienstverrichter de zetel van zijn
bedrijfsuitoefening heeft gevestigd. Worden deze diensten evenwel verricht vanuit een vaste inrichting van de dienstverrichter,
op een andere plaats dan die waar hij de zetel van zijn bedrijfsuitoefening heeft gevestigd, dan geldt als plaats van dienst de
plaats waar deze vaste inrichting zich bevindt. Bij gebreke van een dergelijke zetel of vaste inrichting, geldt als plaats van de
diensten de woonplaats of de gebruikelijke verblijfplaats van de dienstverrichter.
Artikel 6c

1 De plaats van personenvervoerdiensten is de plaats waar het vervoer plaatsvindt, zulks naar verhouding van de afgelegde
afstanden.

2 De plaats van andere goederenvervoerdiensten voor andere dan ondernemers dan het intracommunautaire goederenvervoer, is
de plaats waar het vervoer plaatsvindt, zulks naar verhouding van de afgelegde afstanden.

3 De plaats van intracommunautaire goederenvervoerdiensten voor andere dan ondernemers, is de plaats van vertrek.
http://www.logistiek.nl/distributie/artikel/2009/10/nieuwe-btw-regels-voor-goederenvervoer-in2010-10150171

De nieuwe ‘plaats van dienst’-regeling
Met ingang van 1 januari 2010 zullen er twee hoofdregels voor grensoverschrijdende diensten
zijn, een hoofdregel voor diensten aan andere btw-ondernemers en een hoofdregel voor diensten
aan niet-btw-ondernemers.
Op basis van de hoofdregel voor btw-ondernemers zullen grensoverschrijdende diensten voortaan
belast zijn in het land waar de afnemer van de dienst is gevestigd. De btw wordt via verlegging
geheven, dus de afnemer moet over de waarde van de afgenomen dienst btw aangeven op aangifte
en zal deze btw in de regel ook meteen weer via diezelfde aangifte in aftrek kunnen brengen.
Voorbeeld 1
Een Nederlands vervoersbedrijf vervoert goederen vanuit Nederland naar Duitsland in
opdracht van een Nederlandse ondernemer.
Consequentie: het Nederlandse vervoersbedrijf moet 19% Nederlandse btw in rekening
brengen.
Voorbeeld 2
Een Nederlands vervoersbedrijf vervoert in opdracht van een Duitse ondernemer goederen
van Rotterdam naar Amsterdam.
Consequentie: het Nederlandse vervoersbedrijf berekent geen btw omdat de btw verschuldigd
is in het land van de opdrachtgever, Duitsland. De Duitse opdrachtgever moet Duitse btw
over de afgenomen transportdienst op aangifte aangeven en zal deze btw in dezelfde aangifte
weer als voorbelasting in aftrek brengen.
De hier beschreven nieuwe regeling geldt overigens ook wanneer in opdracht van een
ondernemer die buiten de Europese Unie gevestigd is vervoer binnen de Europese Unie
plaatsvindt.
Voorbeeld 3
Een Nederlands vervoersbedrijf vervoert goederen in opdracht van een Zwitsers bedrijf van
Duitsland naar Oostenrijk.
Consequentie: het Nederlandse vervoersbedrijf factureert de vervoersdienst zonder btw aan
de Zwitserse opdrachtgever. Het zal van de btw-regelgeving in Zwitserland afhangen of de
Zwitserse opdrachtgever Zwitserse btw over de afgenomen dienst moet aangeven.
Voorbeeld 4
Een Nederlands vervoersbedrijf vervoert goederen in opdracht van een Japans bedrijf van
Rotterdam naar Amsterdam.
Consequentie: het Nederlandse vervoersbedrijf factureert de vervoersdienst zonder btw aan
de Japanse opdrachtgever.
Download