Dansers HNB tonen Cruijffiaanse bravoure

advertisement
Dansers HNB tonen Cruijffiaanse bravoure
Best of Balanchine door Het Nationale Ballet. Gezien: 25/3. Voorstellingen t/m 10/4. Inl: operaballet.nl
*
4
Door onze medewerker
Francine van der Wiel
O
nvermijdelijk dringt
de vergelijking zich
aan je op, kijkend
naar het kleinere voetenwerk van de mannen in Best of Balanchine van Het Nationale Ballet. Hij
werd immers vaak een balletdanser
genoemd, Johan Cruijff, en alle beelden die vorige week werden herhaald, lieten zien waarom. Vederlicht, elegant en met een bijna terloopse trefzekerheid aaiden en tikten
zijn voeten de bal, net zoals de mannen van HNB de lucht strelen of
doorsnijden in een programma rond
de Russisch-Amerikaanse meesterchoreograaf George Balanchine.
Cruijffiaanse bravoure is ook te
zien in de Tarantella Pas de deux
(1964), een première voor HNB. Een
galanummer dat met zijn ‘Siciliaanse’ kostuums en tamboerijntjes
waarschijnlijk volgens scherpslijpers
der goede smaak beter achterwege
gelaten had kunnen worden, maar
door liefhebbers wordt ervaren als
lichte spoom tussen de drie gangen
van een viersterrendiner.
Dat lichte geldt overigens niet voor
Maia Makhateli en Remi Wörtmeyer,
die zich het vuur uit de sloffen moeten dansen om de technisch loodzware, razendsnelle combinaties van
passen, kleine en grotere sprongen
binnen de muziek én exact volgens
de regelen der balletkunst én met
speelse luchthartigheid uit te voeren.
Ze slagen met vlag en wimpel.
Het hoofdprogramma toont de
breedte van Balanchines oeuvre, met
referenties aan het tsaristische ballet
in Theme and Variations (1947), neoklassieke vernieuwing uit de Diaghilev-periode in Apollon Musagète
(1928) en ten slotte ‘absolute dans’ in
Stravinsky Violin Concerto (1972), dat
met zijn gebroken lijnen en extreem
doorgetrokken poses als voorbode
kan worden opgevat van het deconstructivisme van William Forsythe.
Alle drie reprises, alle drie waard vele
Maia Makhateli en Remi
Wörtmeyer dansen zich
het vuur uit de sloffen
malen te worden gezien.
Met strak gerepeteerde groepsdelen toont het ensemble zich in goede
staat. Het solistentableau blijft
kwetsbaar, maar er zijn ook nu een
paar solistische uitblinkers, onder
wie genoemde dansers. In Theme
and Variations is Anna Ol in alles secuur en verzorgd, met opvallend
mooie, zangerige armen. Young Gyu
Choi demonstreert in Violin Concerto
zijn ongelooflijke precisie en fluwelen sprongkracht, die hij koppelt aan
de licht ironische sportiviteit die bij
dit ballet hoort.
De uitvoering van Apollon Musagète ontbeert een echt Balanchinesk
karakter. Artur Shesterikov portretteert Apollo bekwaam, maar nogal
vlak en onpersoonlijk. Daardoor mist
ook zijn relatie tot Terpsichore, de
muze van de dans, de goddelijke inspiratie. Gelukkig geeft Sasha Mukhamedov als Terpsichore de solo
waarmee zij haar favorietenstatus
wint wel vaart en sprankeling.
FOTO ANGELA STERLING
Dans
Het Nationale Ballet danst Apollon Musagète van George Balanchine
Download