POLYMEER BEREIDING Randy Bohm Doel Het doel is jullie te informeren over de bereiding van polymeren. Inhoud Inleiding polymerisatietechnieken Bulkpolymerisatie Oplossingspolymerisatie Suspensiepolymerisatie Emulsiepolymerisatie Vergelijking van polymerisatiesystemen Mindervoorkomende technieken Precipitatiepolymerisatie Polymerisatie van gasvormige monomeren grensvlakpolymerisatie Samenvatting Vragen? Inleiding polymerisatietechnieken Polymerisatiesysteem en de te gebruiken polymerisatiereactoren Specifieke eigenschapen van polymeren: Chemische samenstelling Opvolgende productcharges dezelfde molecuulgewichtsverdeling Zuivering van polymere producten Viscositeit van het medium Bulkpolymerisatie Polymeriseert onverdunde monomeren Polymeer smelt wordt uit de reactor geloosd en tot korrels gehakt. Meest toegepaste methode. Kettingreactie Slecht product Thermoharder is de bulkpolymerisatie de enige mogelijkheid Oplossingspolymerisatie Verlaagde concentratie door de verdunning Verlaagde viscositeit 2 nadelen: Er kan ketenoverdracht naar het oplosmiddel plaatsvinden De moeilijke verwijdering van het oplosmiddel uit het polymeer Wordt toegepast bij: Verf, impregneermiddel, lijmen Suspensiepolymerisatie Monomeer als fijne druppeltjes aanwezig in een continue fase (meestal water) 2 factoren: Polymeerchemie – H6 Polymerisatietechnieken – p4 @ A.J. Oos De initiator is opgelost in monomeerdruppeltjes De kinetiek is bij elk monomeerdruppeltje het zelfde als bij bulkpolymerisatie Watergekoelde “microbulk’-polymerisatie Kritiek stadium Figuur 7.2 Druppelvorming in een geroerde suspensie. Een kritiek stadium breekt aan wanneer de polymerisatie zover is dat het mengs monomeer en polymeer in de druppeltjes kleverig wordt. Als de druppels visce kleverig worden tijdens de polymerisatie, vertonen zij veel meer neiging tot coales (samenklontering) dan in het begin van de polymerisatie, als het nog laagvi druppeltjes zijn, of aan het eind van da polymerisatie wanneer het harde deeltj geworden. Het is duidelijk dat het volstrekt noodzakelijk is tijdens te polyme voortdurend met constante snelheid te roeren om te voorkomen dat er een grote polymeer ontstaat. Emulsiepolymerisatie Een emulsiepolymerisatiesysteem bestaat uit: Een dispergerend medium (meestal water) Een emulgator Monomeer Een initiator die oplosbaar is in het dipergerend medium. copolymeren. Bij deze techniek wordt gebruik gem door micel vorming. Micellen is de buitenzijde hydrofiel de kern is hydrofobe Onoplosbaar in water Het monomeer gaat in de kern van de aanwezige micellen zitten Een emulsiepolymerisatiesysteem bestaat uit: een dispergerend medium (meestal water) een emulgator monomeer een initiator die oplosbaar is in het disperg ( -eventueel ketenoverdragers) De emulgator is een oppervlakte actieve stof die staart bevat. In waterige oplossingen vormen de a een bepaalde concentratie de zogenaamde mice moleculen zijn hierin georiënteerd samengebald to Figuur 7.4 Schematische weergave van een micel. Bij de micellen is de buitenzijde dan hydrofiel en i van de micel uit de hydrofobe staarten: een ap bieden aan apolaire moleculen die zich in het po dus monomeer gaan zitten tijdens een polymer emulgator moleculen in het water bestaat een eve beneden de zogenaamde kritische micel conc bijvoorbeeld verdund wordt, dan zijn alle emulga 2 1. De polymeer bevattende micellen heten latexdeeltjes 3 stadia: Begintoestand: 3 gehaald uit de vrije emulgator monomeren die in evenwicht verkeren micellen. Dit gaat door totdat de lege micellen op zijn. Dit is het eind Het systeem is nu: gezwollen micellen met polymeer+ monome monomeerdruppels Merk op dat bij verdergaande polymerisatie de monomeerdruppels s gestabiliseerd worden door emulgatormoleculen. Die zijn steeds me de aan het oppervlak groeiende loci. Indien het roeren nu gestopt onmiddellijk coalescentie van de monomeerdruppels optreden! Het aantal loci blijft nu constant: er treedt nu alleen nog maar gro deeltjes. Dit gaat door totdat alle monomeerdruppeltjes op zijn en monomeer over is in de gezwollen micellen. Tot dit punt vindt in s groei met een constante snelheid plaats. De polymerisatie gaat nu door, wel met een afnemende snelhe monomeer concentratie in de loci nu beperkt is. Eventueel kunnen co praktisch 100% worden gehaald. monomeer gezwollen micellen + lege micellen+ monomeer duppeltjes 2. Fase 2: gezwollen micellen met polymeren + monomeer + monomeerdruppels 3. Eindfase: alleen nog groei Figuur 7.5 Schematische weergave van een emulsiepolymerisatie-systeem. Vergelijking van polymerisatiesystemen Polymeerchemie – H6 Polymerisatietechnieken – p10 6.6 @ A.J. Oostenbrink Vergelijking van polymerisatiesystemen Type Homogeen Bulk (batch) Bulk (continu) Oplossing Heterogeen Suspensie Emulsie Voordelen Minimale verontreiniging Simpele uitvoering voor maken van thermohardende gietproducten Lagere conversie per doorgang leidt tot betere warmte beheersing en minder brede verdeling Makkelijke warmtebeheersing Oplossing kan direct bruikbaar zijn Makkelijke warmtebeheersing Lage viscositeit Suspensie of het resulterende fijnkorrelige polymeer kan direct bruikbaar zijn Snelle polymerisatie tot hoge molgewichten Geeft nauwe verdeling in ketenlengte Makkelijke warmtebeheersing Emulsie kan direct bruikbaar zijn Nadelen Zeer exotherm Verbreding van ketenlengte verdeling bij hoge conversies Complex als kleine deeltjes nodig zijn Insluiting van nietgereageerd monomeer Vereist roeren Vereist materiaal transport Vereist scheiding en recyclen Niet erg bruikbaar voor productie van puur polymeer omdat oplosmiddel moeilijk te verwijderen is Continu roeren is vereist Verontreiniging door stabilisator Wassen en drogen nodig als polymeer als poeder wordt gebruikt Verontreiniging door emulgator Wassen en drogen nodig Compacteren (samendrukken) vanwege hoog volume meestal nodig Minder voorkomende technieken Precipitatiepolymerisatie Onoplosbaar is in monomeer of oplosmiddel Polymeer moleculen die neerslaan Verhoging van polymerisatiesnelheid Polymerisatie van gasvormige monomeren Gasvormige vinylmonomeren Polymerisatie in de gasfase wordt commercieel niet toegepast met een in de gasfase verdeelde vaste polyetheen fasegevormd, w in het produkt kan achterblijven. Grensvlakpolymerisatie Condensatiepolymeris atie Twee reactanten mogen niet in hetzelfde oplosmiddel kunnen oplossen. Twee niet mengbare vloeistoffen Grensvlak vindt polymerisatie plaats 7.6.3 Grensvlak polymerisatie Grensvlakpolymerisatie kan worde twee reactanten mogen dan niet i bestaat dan uit twee niet mengbar èèn type reactant is opgelost. O polymerisatie plaats. Figuur 7.6 Principe grensvlakpolymerisatie. Een bekend voorbeeld hiervan is Een diamine wordt opgelost in de Op het grensvlak wordt een nylon Samenvatting Ik heb jullie iets verteld over de verschillende vormen van polymerisatie: Bulkpolymerisatie Oplossingspolymerisatie Suspensiepolymerisatie Emulsiepolymerisatie Vergelijking van polymerisatiesystemen Mindervoorkomende technieken Precipitatiepolymerisatie Polymerisatie van gasvormige monomeren grensvlakpolymerisatie Vragen?