Barrett-slokdarm - St. Antonius Ziekenhuis

advertisement
ENDOSCOPIE
Barrett-slokdarm
ONDERZOEK
Barrett-slokdarm
De slokdarm is aan de binnenkant bekleed met slijmvlies. Bij u
is dit slijmvlies veranderd, doordat er regelmatig maagzuur in
uw slokdarm omhoog komt. Dit geeft een verhoogde kans op
slokdarmkanker (minder dan vijf procent). Slokdarmkanker is
goed te behandelen, als hij vroeg wordt ontdekt. Daarom is het
belangrijk dat u regelmatig op controle komt om uw slokdarm
te laten onderzoeken. In deze folder leest u hoe het onderzoek
gaat. U vindt er ook een paar tips om te voorkomen dat er
maagzuur in uw slokdarm komt.
Wat is een Barrettslokdarm?
Hoe ontstaat een
Barrett-slokdarm?
Een Barrett-slokdarm is een aandoening
van het onderste deel van de slokdarm
waarbij het slijmvlies (de bekleding van
de slokdarm) is veranderd. De afwijking is
genoemd naar Norman Barrett, een Engelse
arts die de aandoening voor het eerst heeft
beschreven in 1953.
Het middenrif is een grote, platte spier tussen de buikholte en de borstholte. De slokdarm zit bóven het middenrif in de borstholte, en de maag zit ónder het middenrif
in de buikholte. De slokdarm gaat door een
kleine opening in het middenrif heen.
Normaal is de overgang tussen slokdarm
en maag goed afgesloten. Daardoor kan er
geen maagzuur in de slokdarm komen. Als
dat toch gebeurt, noemen we dat ‘reflux’.
Een gezonde slokdarm is bedekt met wit,
parelmoerglanzend slijmvlies, het plaveiselepitheel. Bij een Barrett-slokdarm is dit
vervangen door zalmroze bekleding. Het is
alsof het slijmvlies van de maag in de slokdarm omhoog is gegroeid.
Maagzuur in de slokdarm
Er kan bijvoorbeeld maagzuur in de slokdarm komen als er een scheurtje in het middenrif zit. Daardoor kan een stukje van de
maag in de borstholte terechtkomen. Dan
werkt de afsluiting tussen maag en slokdarm niet goed meer.
1
Leefregels
slokdarm
U kunt zelf veel doen om de refluxklachten
te verminderen. Bijvoorbeeld:
• Hoog het hoofdeinde van uw bed op
met klossen (ongeveer 20 cm). Daardoor loopt het maagzuur minder makkelijk in uw slokdarm.
• Ga de eerste uren na een maaltijd niet
plat liggen.
• Gebruik geen/weinig alcohol, nicotine
(roken) en cafeïne (koffie). Deze stoffen verminderen de afsluitfunctie van
uw slokdarm.
• Vermijd vetrijke maaltijden zo veel mogelijk.
middenrif
maag
Intact middenrif
Middenrifbreuk
met normale slokdarm met Barrett-slokdarm
Reflux kan een of meer van de volgende
klachten geven:
•zuurbranden;
• een brandend gevoel in de bovenbuik of
achter het borstbeen;
• een gevoel van kramp achter het borstbeen.
Medicijnen
Ongeveer een op de tien mensen met refluxklachten krijgt een Barrett-slokdarm.
Waarschijnlijk ontstaat er pas een Barrettslokdarm na jaren reflux.
Refluxklachten zijn goed te behandelen met
medicijnen. Er zijn twee soorten:
• neutraliserende middelen
• zuurremmende middelen
De behandeling
Neutraliserende middelen
Deze middelen maken de maag minder
zuur. Ze hebben direct effect, maar werken
een korte tijd. Nadat het maagzuur is geneutraliseerd, maakt de maag extra zuur aan
waardoor de klachten kunnen terugkeren.
Neutraliserende middelen zijn geschikt
voor mensen die af en toe last hebben van
brandend maagzuur. Ze zijn minder geschikt
voor langdurig en regelmatig gebruik.
Voorbeelden zijn:
•Rennie®
•Maalox®
Bij patiënten met een Barrett-slokdarm is
het belangrijk om:
• de refluxklachten te behandelen en
• het Barrett-slijmvlies regelmatig te controleren.
Dit wordt in de volgende hoofdstukken uitgelegd.
Behandeling van refluxklachten
Zuurremmende middelen
Refluxklachten kunnen vaak goed behandeld worden door het opvolgen van leefregels en het gebruik van medicijnen.
Deze middelen remmen de aanmaak van
maagzuur. Ze werken langer dan de neutraliserende middelen. Ze zijn dan ook geschikt
2
voor de onderhoudsbehandeling van refluxklachten. Patiënten met een Barrett-slokdarm
nemen dagelijks zuurremmende middelen.
Voorbeelden zijn:
•Losec® (Omeprazol)
•Nexium® (Esomeprazol)
•Pantozol®
•Prezal® (Lansoprazol)
•Pariet® (Rabeprazol)
•Zantac@ (Ranitidine®)
Wat is een gastroscopie?
Het onderzoek van een Barrett-slokdarm gebeurt via een gastroscopie. Letterlijk betekent
dat: een kijkje in de maag. Tijdens de gastroscopie bekijken we het Barrett-slijmvlies nauwkeurig en nemen we kleine stukjes weefsel (biopten) weg voor nader onderzoek op dysplasie.
De gastroscoop (‘maagkijker’) is een lange, flexibele buis met een lampje en een kleine camera
aan het eind. Hiermee kan de arts het slijmvlies
van de slokdarm, maag en twaalfvingerige darm
bekijken. Via de scoop kan uw arts ook kleine
instrumenten in de slokdarm brengen. Zo kan hij
bijvoorbeeld stukjes weefsel wegnemen voor
onderzoek.
Waarom moet u regelmatig
gecontroleerd worden?
Patiënten met een Barrett-slokdarm hebben
een verhoogde kans op slokdarmkanker. Dit is
een ernstige ziekte die meestal pas laat klachten
geeft. Genezing is dan vaak niet meer mogelijk.
Maar als we de Barrett-slokdarm regelmatig
controleren, kunnen we slokdarmkanker in een
vroeg stadium ontdekken. Daardoor wordt de
kans op genezing veel groter.
Wat is dysplasie?
Dysplasie is mogelijk een voorstadium van kanker. Er zijn twee soorten dysplasie:
• laaggradige dysplasie
• hooggradige dysplasie
Bij hooggradige dysplasie is er meer ‘onrust in
de cellen’ dan bij laaggradige dysplasie. Dat wil
zeggen dat de cellen zich minder als normale
cellen gedragen.
Van de Barrett-patiënten
krijgt minder dan 5%
slokdarmkanker. Toch is het
heel belangrijk dat u zich
regelmatig laat controleren,
want slokdarmkanker die in een
vroeg stadium ontdekt wordt, is
veel beter te behandelen.
Tijdens de gastroscopie is het soms moeilijk om
de gebieden met dysplasie te onderscheiden
van het Barrett-slijmvlies. Daarom nemen we
op willekeurige plaatsen stukjes weefsel uit het
Barrett-slijmvlies. Zo is de kans het grootst dat
we een eventuele dysplasie vroeg ontdekken.
Afhankelijk van de uitslag van het weefselonderzoek spreken we met u het tijdstip voor de
volgende controle af.
3
Hoe verloopt het
onderzoek?
Wetenschappelijk
onderzoek
De voorbereiding
In het St. Antonius Ziekenhuis wordt veel
wetenschappelijk onderzoek gedaan bij Barrettpatiënten. We richten ons op twee belangrijke
doelen:
• een betere endoscopische controle van het
Barrett-slijmvlies door middel van nieuwe
endoscopische technieken en weefselonderzoek;
• nieuwe behandelingsvormen van dysplasie
en vroege stadia van slokdarmkanker.
U meldt zich op de afgesproken tijd bij de balie
van de Endoscopie. Een verpleegkundige zal u
begeleiden en voorbereiden op de behandeling.
• We vragen u uw eventuele gebitsprothese
uit te doen.
• U krijgt een drankje dat het schuimen van de
maaginhoud tegengaat.
• Uw keel wordt verdoofd met een spray met
bananensmaak. Dit vermindert de braakreflex. De meeste mensen vinden het sprayen
van de keel niet prettig, maar het is wel belangrijk.
• Tijdens de behandeling krijgt u een beschermring in uw mond om uw tanden en de
endoscoop te beschermen.
Als u in het St. Antonius Ziekenhuis onder behandeling bent vanwege uw Barrett-slokdarm,
is de kans groot dat u benaderd wordt voor
wetenschappelijk onderzoek.
U bepaalt zelf of u daaraan mee wilt werken of
niet. U bent daar helemaal vrij in.
Het gastroscopisch onderzoek zelf
We vragen u op uw linkerzij te gaan liggen. U
krijgt nu de beschermring tussen uw tanden.
De arts brengt de gastroscoop in via uw keel.
Tijdens het onderzoek wordt lucht ingeblazen
waardoor uw slokdarm, maag en twaalfvingerige
darm open gaan staan. Dit kan u een opgeblazen
gevoel geven, waardoor u de neiging krijgt om
te boeren. Daar hoeft u zich dus niet voor te
schamen.
Vragen?
Hebt u vragen? Bel ons gerust. U vindt het
telefoonnummer in het adreskader achter in
deze folder.
Tijdens het onderzoek worden er stukjes weefsel weggenomen. Daar voelt u niets van.
Naar huis
Als u geen sedatie (‘roesje’) hebt gekregen, kunt
u direct na het onderzoek weer naar huis. Krijgt
u wel een roesje? Dan blijft u nog (ongeveer)
een uur in het ziekenhuis. U leest daar meer over
in de folder ‘Sedatie (roesje) bij endoscopisch
onderzoek’.
5
St. Antonius Ziekenhuis
T 088 - 320 30 00
E [email protected]
www.antoniusziekenhuis.nl
Spoedeisende Hulp
088 - 320 33 00
Endoscopie
088 - 320 55 00
Locaties en bezoekadressen
Ziekenhuizen
Poliklinieken
St. Antonius Ziekenhuis Utrecht
Soestwetering 1, Utrecht
(Leidsche Rijn)
St. Antonius Polikliniek
Utrecht Overvecht
Neckardreef 6, Utrecht
St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein
Koekoekslaan 1, Nieuwegein
St. Antonius Polikliniek Houten
Hofspoor 2, Houten
St. Antonius Spatadercentrum
Utrecht-De Meern
Van Lawick van Pabstlaan 12,
De Meern
6
Meer weten?
Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl
END 39/08-’14
Dit is een uitgave
van St. Antonius Ziekenhuis
Download