Boyke Er was een hondje aan het wandelen op straat. Maar hoe hard ik ook denk, ik weet niet over wat het gaat. Maar dat hondje zit daar maar te janken want zijn pootje doet zo’n zeer. Daarom springt hij in het meer. Daar zit hij nu in het water. Maar kijk nu wat hij ziet, een mooie rode kater die juist terug is van het theater. Maar Boyke die wordt kwaad. En kijk nu hoe hij daar staat, in een roos pakje. Maar daar komt Jetje al aan en geeft Boyke een kusje op zijn lieve snuit en hij vliegt heel Parijs uit! Carnaval Carnaval is een bal. Je bent zo dom of zo mal. Je verkleedt je in iets hier, een beer een wolf of een vampier. Zie je ook al een vampier met een trompet hier? De harp Een harp is een mooi instrument. Ik heb het al gezien en zelfs al op mogen spelen. Het was mooi en klassiek. De zingende harp Mijn harp staat in de kamer. Neen het is geen hamer, het is de harp. Neen het is geen hark, het is de harp. Elke nacht zingt het een lied van blijdschap of verdriet. Het is wel chique. Het staat niet op wacht, dit is de harp. Een buis Gebuisd: huis ik ben thuis, woow ik zie een muis, oei ik zie een buis! Ik kuis, oei ik buis ook ik suis. Ooh nee, weer een buis! Een mooi instrument Een harp is een mooi instrument en het heeft een mooie klank. En ik heb er al eens op gespeeld. Het was leuk! Het leukste feest van het jaar Carnaval is het leukste feest van het jaar. Ik heb mijn clownspak hier al klaar. Er zijn veel gekke gezichten, die gekke gezichten kunnen goed dichten. De mensen klagen. We plagen. We laten het niet stoppen. We blijven kloppen. Ik speel muziek Ik speel muziek met een beetje harmoniek. Ik heb een pyjama aan met een piano op. In mijn kamer Ik lig in mijn kamer de tijd gaat langzamer. Ik hoor een trompet dan stap ik uit mijn bed. Plots hoor ik een viool het is mijn instrumentidool. Die klinkt wat raar! Ik hoor nu een fluit mijn gedicht is uit. Mijn beste vriend Mijn hond is mijn beste vriend. Spelen doet hij als een kind. In de tuin rent hij van hier naar daar, hem volgen is daar ook heel zwaar. Hij springt als een konijn, dat moet dan wel van blijdschap zijn! Door zijn heel lange oren kan hij alles goed horen. En hij glimlacht altijd daarom is hij altijd heel blij. Mijn hond Mijn hond is bruin niet blond. Hij eet zijn buikje rond. Hij krabt graag in de grond want hij loopt de hele dag rond. Muziek is tof Muziek is tof. Bij een trommel hoor je vaak een plof. Bij een springkasteel hoor je dat ook heel veel! Muziek met publiek Ik speel muziek met publiek en heel veel muziek. En er is een piet bij en de mensen zijn heel blij! Muziek met veel harmoniek Ik speel muziek met heel veel harmoniek. Daarom speel ik ook met mijn publiek. Ik ben ook lief met een piano zonder muziek. Muziek Een harp is een mooi instrument want het maakt mooi muziek. Het is klassiek en ook speciaal! Pesten is niet leuk! Pesten is niet leuk! Pesters lachen hun een breuk. Pesten hoort echt niet te kloppen, het moet echt ermee stoppen! Pesten is echt niet fijn want het doet echt erg veel pijn! We moeten er voor elkander zijn! Rockgitaar De kok houdt veel van rock. Rockgitaar het is al gaar. Steek het vlees maar in de oven dan kan het vlees lekker stoven. Zet het vlees maar op de tafel dan ga ik al naar de tafel. Smakelijk! Trommel Trommel de bom. Ik weet niet hoe het moet maar klassiek is heel erg goed. Trommel hard, trommel zacht. Muziek is heel fijn, weet je dat.! De geheimzinnige nacht Ik lig te slapen en op eens hoor ik iemand zingen. Wie zou dat durven? Wie zou dat zijn? Het is … het is … mijn mama!