11.8 Samenstellingen: tussen-e(n)

advertisement
11.8
Samenstellingen: tussen-e(n)
Probleem
Bij woordvorming wordt onderscheid gemaakt tussen:
• samenstellingen, die bestaan uit woorddelen die ook zelfstandig kunnen
voorkomen, zoals ‘huisdeur’, ‘overdwars’, ‘hoogzwanger’ en ‘tweeverdienerswet’;
• afleidingen, die bestaan uit een woord met een voorvoegsel of een achtervoegsel dat zelf niet als zelfstandig woord voorkomt, zoals ‘ontdoen’,
‘schoonheid’ en ‘vruchteloos’.
•
•
•
•
Met name de samenstellingen plaatsen schrijvers soms voor problemen.
Belangrijke twijfelpunten zijn:
het al of niet aaneenschrijven van de samenstelling;
het gebruik van het koppelteken;
de tussenklank -e(n)-;
de tussenklank -s-.
In veel samenstellingen wordt tussen de woorddelen een -e(n)-klank gevoegd,
bijvoorbeeld boek + plank = boekenplank, pan + koek = pannenkoek, rijst +
pap = rijstepap, hel + tocht = helletocht. Moet er in zulke gevallen -e- of -engeschreven worden? De volgende regels vormen een leidraad.
Regels
Situatie
Schrijf
Voorbeelden
Het eerste deel van de
samenstelling heeft een
meervoud op -en- en géén
meervoud op -s.
-en-
boekenkast, kolenhaard,
leeuwendeel, pannenkoek,
wiskundigencongres
• Uitzondering 1:
Het eerste deel verwijst naar een
persoon of zaak die in de
gegeven context uniek is.
-e-
Koninginnedag, zonneschijn,
maneschijn, hellevuur, maar:
koninginnenrit,
hoogtezonnenverzameling
• Uitzondering 2:
De samenstelling als geheel is
een bijvoeglijk naamwoord en
het eerste deel heeft een
versterkende of waardebepalende betekenis.
-e-
beregoed, apetrots, boordevol,
reuzeleuk, stekeblind
11.8 Samenstellingen: tussen-e(n)
472
(vervolg)
Situatie
Schrijf
Voorbeeld
• Uitzondering 3:
In de samenstelling zijn de
samensstellende delen niet of
nauwelijks te herkennen: de
samenstelling is versteend.
-e-
elleboog, kinnebak, ruggespraak,
nachtegaal, maar: ellenlang,
ruggensteun, nachtenlang
(volgens de Woordenlijst
Nederlandse Taal zijn dit namelijk
geen versteende samenstellingen)
• Uitzondering 4:
Het woord lijkt op een samenstelling maar is een ongeleed
woord, waarvan de diverse
delen geen afzonderlijke
betekenis hebben.
-e-
bolleboos, kattebelletje
Het eerste deel heeft alleen een
meervoud op -s.
-e-
aspergeteelt, horlogemaker
Het eerste deel eindigt op -e, en
heeft zowel een meervoud op -n
als op -s.
-e-
secretaressecongres,
aspirineleverancier,
bediendevertrek, groentewinkel,
vitaminerijk, tubefabriek,
zonderegister (volgens de
Woordenlijst Nederlandse Taal
bestaan van de eerste delen van
deze woorden meervoudsvormen
op -n en op -s: ‘secretaressen’ en
‘secretaresses’, ‘aspirinen’ en
‘aspirines’, enzovoort)
Het eerste deel heeft geen
meervoud.
-e-
rijstepap
Het eerste deel is een bijvoeglijk
naamwoord.
-e-
blindedarm, brandewijn
Het eerste deel is een werkwoord.
-e-
huilebalk, hebbeding, hinkepoot
Valkuilen
Een afleiding is geen samenstelling. Fouten ontstaan soms doordat schrijvers het
onderscheid niet zien tussen samenstellingen (woorden waarvan de woorddelen ook zelfstandig kunnen functioneren) en afleidingen (woorden waarvan niet alle woorddelen ook zelfstandig kunnen functioneren). Bij afleidingen wordt in de regel -e- geschreven. Enkele voorbeelden: ‘vruchteloos’ (afleiding) naast ‘vruchtentaart’ (samenstelling), ‘harteloos’ (afleiding) naast ‘hartenkreet’, ‘ideeëloos’ (afleiding) naast ‘ideeënbank’ en ‘ideeënarm’ (samenstellingen). Een uitzondering geldt voor afleidingen op -achtig, -dom of -schap.
Voor dit soort afleidingen gelden de regels die ook voor samenstellingen gelden. Het is dus ‘vorstendom’ en ‘sterrendom’ en niet ‘vorstedom’ en ‘sterredom’.
Vroeger mocht het wel zo. De regels voor de spelling van de tussen -e(n) zijn in
1994 drastisch gewijzigd. Ook in 2006 zijn er veranderingen gekomen. Vroeger was het bijvoorbeeld belangrijk of het eerste deel van de samenstelling al
dan niet noodzakelijk aan een meervoud deed denken. Was dat wel het geval
dan moest -en- worden gebruikt (‘boekenkast’, ‘dierentuin’); was dat niet het
11
11.8 Samenstellingen: tussen-en
473
geval, dan moest -e- worden geschreven (‘hondehok’, ‘pannekoek’). Nu geldt
dat criterium niet meer en moet de taalgebruiker zich aan de regels houden
die in de meest actuele versie van de Woordenlijst Nederlandse Taal en hiervoor
beschreven worden.
11.8 Samenstellingen: tussen-e(n)
474
Download