DE KOUDE OORLOG Achtergrond Koude Oorlog Koude oorlog grote spanningen tussen VS en bongenoten en SU en bondgenoten die net niet op oorlog uitlopen Achtergronden -ideologische tegenstelling sinds 1917 (Russische revolutie) -machtspolitieke tegenstelling sinds 1945 Ideologische tegenstelling VS SU -Politiek democratie - vrije,geheime verkiezingen -meerpartijenstelsel -economisch kapitalisme - winststreven -privé bezit produktiemiddelen -sociaal -vrijheid -individualisme dictatuur -alle macht bij de communistische partij -schijnverkiezingen Planeconomie -behoeftebevrediging -staatsbezit produktiemiddelen -gelijkheid -collectivisme Machtspolitieke tegenstelling Tot 1941 -VS in zelfgekozen isolement -SU in gedwongen isolement Van 1941-1945 VS en SU bondgenoten tegen Duitsland (monsterverbond) In 1945 -Europa verzwakt door WO II -VS en SU worstelen om wereldmacht (wereld verdelen in invloedssferen) VN In 1945 oprichting VN (opvolger Volkenbond) -meeste landen lid (Algemene Vergadering) -wel een leger om oorlog te voorkomen (VN vredesmacht) -Veiligheidsraad met vetorecht voor elk van de 5 permanente leden (VS,SU,Engeland,Frankrijk en China) -daarnaast humanitaire organisaties (Unicef,Unesco,IMF enz) Indeling Koude Oorlog 1-Het ontstaan 2-Het openlijke conflict 3-Ontspanning (detente) 4-Oplopende spanning 5-Op weg naar het einde 1945-1948 1948-1963 1963-1979 1979-1985 1985-1990 1-Het ontstaan • • • • • A-De conferenties B-Groeiende spanning C-Trumandoctrine D-Marshallplan E-Oprichting NAVO 1944-1945 1946 1947 1948 1948 A-Afspraken van Yalta en Potsdam -Duitsland verdeeld in bezettingszônes -herstelbetalingen (geen bedrag vastgesteld) -denazificatie -demilitarisatie -geallieerde controleraad heeft de leiding -Polen verschuift op de kaart In Yalta werden nog wel afspraken gemaakt, maar In Potsdam lukte dat niet meer B-Groeiende spanning 1945-1946 sovjetisering van Oost Europa Defensief bedoeld (SU beschermen tegen aanval uit het westen). Offensief kan niet , want SU niet sterk genoeg -geen atoombom (pas in 1949) -grote schade van WO II Westen zag het wel als offensief In 1946 hield Churchill een toespraak→ term ijzeren gordijn C-Trumandoctrine Aanleiding→ burgeroorlog in Griekenland Engeland hielp Griekse regering tegen opstandelingen (waaronder veel communisten) In 1947 neemt VS die hulp over. Truman houdt een toespraak→ hulp aan elk land, waar de democratie bedreigd wordt van binnenuit of van buitenaf Trumanleer gebaseerd op containment→ Indamming van het communisme D-Marshallplan Oorzaken -humanitaire hulp aan Europa (kan zich economisch niet zelf herstellen) -eigenbelang→ Europa afzetmarkt -verarmd Europa staat open voor communisme Marshallplan basis voor EEG SU en oostbloklanden accepteren de hulp niet -teken van zwakte (hulp van de vijand nodig) -geen invloed van VS -VS mocht niet weten hoe slecht het echt ging -zou bewijzen dat kapitalisme beter is dan de planeconomie SU richt Comecon op als reactie E-Oprichting NAVO Aanleiding kwestie Tsjecho-Slowakije -land had een democratische regering -staatsgreep van communisten -roepen SU te hulp →Tsjecho-Slowakije in invloedssfeer SU Voor het westen een bewijs van offensieve bedoelingen SU→oprichting NAVO (NATO) (militair bondgenootschap) Reactie SU→oprichting Pact van Warschau 2-Openlijke Conflict A-Kwestie Berlijn B-Korea oorlog C-Hongaarse opstand D-Bouw van de Berlijnse muur E-Cubacrisis 1948 1950-1953 195 1961 1963 A-Kwestie Berlijn Eerste openlijke conflict Na 1945 ging elke bezettingsmacht in zijn eigen zone zijn eigen gang→ Russische zone -communistische dictatuur -moeizaam economisch herstel Westerse zones (gaan samenwerken) -democratische ontwikkeling -economisch herstel mbv Marshallplan Berlijncrisis Aanleiding Invoering van de D-mark in het westen (1947)→ Stalin woest (economische eenheid verbroken) →Stalin blokkert Berlijn (1948) →westen organiseert een luchtbrug →blokkade uiteindelijk mislukt, maar wel oorlogsdreiging Daarna ontstaan 2 Duitslanden -BRD (West Duitsland) -DDR (Oost Duitsland) B-Korea oorlog Tweede openlijke conflict In 1945 Korea bevrijd van Japanse overheersing -N-Korea door SU→communistisch -Z-Korea door VS→rechtse dictatuur In 1949 werd China communistisch In 1950 valt N-Korea Z-Korea binnen (wil heel Korea communistisch maken) Z-Korea vraagt hulp aan de VN (geen veto SU) VN leger (vooral VS troepen) dringen N-Korea terug vervolg VN leger valt N-Korea binnen. China komt N-Korea te hulp en drijft VN leger terug tot oude grens McArthur wil met atoombommen gaan gooien Truman ontslaat hem Resultaten -in 1953 status quo -plaatselijk conflict niet tot wereldoorlog uitgegroeid -geen atoomwapens C-Hongaarse opstand In 1953 overleed Stalin→machtsstrijd In 1956 Chroestsjov nieuwe leider Komt met nieuw programma -vreedzame coexistentie -destalinisatie→dooi O-Europese staten dachten, dat dat ook voor hun gold→ Hongaarse opstand S.U. slaat die met geweld neer. Westen doet niets D-Bouw van de Berlijnse muur In 1961 bouwden de O Duitsers een muur dwars door Berlijn Oorzaken -er vluchtten te veel Duitsers via Berlijn naar het westen (vooral hoger opgeleiden) -vele vluchtelingen antireclame Oost Duitsers zeiden: Muur is bescherming tegen westerse agressie Westen deed niets E-Cubacrisis In 1959 verdreef Fidel Castro de dictator Batista Castro was links→nationaliseerde alle grond en bedrijven (ook van Amerikanen) In 1960 begon de VS een economische boycot SU biedt economische hulp (koopt suikeroogst) In 1961 inval van Cubaanse ballingen in de Varkensbaai (getraind door CIA) SU biedt militaire hulp (plaatsing atoomraketten) In 1963 blokkeert de VS Cuba→bijna atoomoorlog SU trekt de raketten terug Chroestsjow vervangen door Breznjew 3-Ontspanning (detente) Door Cubacrisis wereld op rand van een wereldoorlog→ ontspanning -aanleg hotline -SALT besprekingen -handelsakkoorden -sportieve en culturele contacten TOCH SPANNING A-Vietnamoorlog 1960-1973 B-Praagse lente 1968 A-Vietnam oorlog Vietnam was een kolonie van Frankrijk In WO II door Japan bezet. Bevrijdingsbeweging(Vietminh) olv Ho Tsji Minh (nationalist en communist) vecht tegen Japan Na WO II komen de Fransen terug→Ho keert zich tegen hun In 1954 Frankrijk verslagen→ Conferentie van Geneve -Frankrijk trekt zich terug -Vietnam verdeeld vervolg N-Vietnam olv Ho (gesteund door SU en China) Z-Vietnam olv Diem (rechtse dictator) In 1960 ontstaat in Z-Vietnam de Vietcong (communistische bevrijdingsbeweging gesteund door N-Vietnam) VS steunt Diem (Dominotheorie) met geld en Adviseurs In 1964 stuurt Johnson troepen en gaat N-Vietnam bombarderen vervolg VS kan niet winnen -guerillatactiek Vietcong -publieke opinie keert zich tegen de oorlog (door pers en TV) In 1968 wordt Nixon president -oorlog Vietnamiseren -peace with honour In 1973 vredesverdrag met N-Vietnam→VS weg In 1975 verovert het noorden het zuiden→ heel Vietnam communistisch B-Praagse lente • • • • In 1968 komen hervormers aan de macht in Tsjecho Slowakije (communisme met een menselijk gezicht) SU grijpt in (Breznjewdoctrine) 4-Weer oplopende spanning A-Russische inval in Afghanistan B-Navo dubbelbesluit C-Reagan aan de macht D-Onrust in Polen 1979 1979 1980 1981 A-Russische inval in Afganistan In 1979 valt SU Afganistan binnen VS president Carter neemt maatregelen -graanboycot -stoppen ontwapeningsbesprekingen -boycot Olympische Spelen in Moskou B-NAVO dubbelbesluit SU heeft SS 20 raketten ontwikkeld (meerdere kernkoppen)→ NAVO dubbelbesluit -SU moet SS 20 raketten weghalen -anders plaatsen VS kruisraketten in W Europa C-Reagan aan de macht • • • • • • • In 1980 wordt Reagan president Hij is een felle anti communist (SU is het Rijk van het Kwaad) Hij neemt maatregelen -verhoogt de defensie uitgaven -komt met het Star Wars programma (ruimteschild met laserkanonnen) D-Onrust in Polen In Polen ontstaat een zelfstandige vakbond (Solidariteit) olv Lech Walensa Zorgt voor onrust Leider Jaruzelski grijpt in om ingrijpen SU te voorkomen -Solidariteit verboden -Walensa en andere leiders opgepakt 5-Op weg naar het einde A-Gorbatsjov aan de macht 1985 B-SU uit Afghanistan 1988 C-Desintegratie oostblok 1989 D-Val van de SU 1990 A-Gorbatsjov aan de macht In 1985 komt in de SU Gorbatsjov aan de macht Er waren grote problemen -hoge kosten van de wapenwedloop -planeconomie faalde (slechte producten) -bureaucratie en corruptie -er werd niet hard gewerkt (veel alcoholisme) Gorbatsjov komt met nieuwe aanpak -glasnost→openheid -perestroika→economische hervormingen (meer prive inititatief) B-Sovjet Unie uit Afganistan Nieuwe politiek tov het westen→ontspanning -topconferenties met Reagan -terugtrekken troepen uit Afganistan -verminderen van de bewapening C-Desintegratie van het oostblok In veel O-Europese staten nieuwe leiders -democratisering -invoeren vrije marktsysteem Gorbatsjov grijpt niet in (eigen problemen oplossen) O Europa maakt zich los van de SU In 1989 valt de Berlijnse muur D-Val van de Sovjet Unie In SU onrustig -nationalistische opstanden→randstaten scheiden zich af -orthodoxe communisten plegen een mislukte staatsgreep→gezag van Gorbatsjov valt weg -Jeltsin nieuwe leider van Rusland begint democratische ontwikkeling→val van het communisme→val van de SU In 1990 is de Koude oorlog ten einde VN bezettingszones denazificatie Denazificatie Polen verschuift op de kaart A-De conferenties Conferentie van Yalta Conferentie van Potsdam Geallieerde controleraad nl.wikipedia.org/wiki/Geallieerde_Controleraad B-Ijzeren gordijn ijzeren gordijn Truman Trumandoctrine Marshallplan Comecon en EEG Oprichting van de Navo(NATO) Warschaupact NAVO en Warschaupact Ontwikkeling van Duitsland Blokkade Berlijn luchtbrug Luchtbrug Korea oorlog Chroestsjow aan de macht Hongaarse opstand Berlijnse muur Conflict in Cuba Hoofdrolspelers Leider van Cuba President van Amerika Leider van de Sovjet-Unie Fidel Castro John F. Kennedy Nikita Chroesjtsjov Varkensbaai-incident (1961) • Cubaanse rebellen landen met steun VS op de Varkensbaai; Doel = Havana • Castro wacht ze op; ze komen niet verder dan het strand. • 1962: Amerika treft voorbereidingen voor nieuwe aanval Cubacrisis Cartoon over de Cuba-crisis Afloop Chroesjtsjov, afgezet in 1964 84 jaar Kennedy neergeschoten in Dallas (1963) A-De Vietnamoorlog Ho Chi Minh Conferentie van Genève 1954 Dominitheorie Vredesverdrag 1973 B-Praagse lente 1968 A-Russische inval in Afghanistan Carter B-Navo dubbelbesluit C-Reagan Amerikaanse presidenten Truman (1944-1952) Eisenhouwer(1952-1960) Kennedy (1960-1963) Johnson(1963-1968) Nixon(1968-1974) Ford(1974-1976) Carter(1976-1980) Reagan(1980-1988) Bush sr (1988-1992) Clinton (1992-2000) Bush jr (2000-2008) D-Onrust in Polen Gorbatsjov Leiders van de Sovjet-Unie Lenin (1917-1924) Stalin (1924-1953) Chroesjtsjov (1953-1964) Breznjev (1964-1981) Gorbatsjov (1985-1991) A-Gorbatsjov aan de macht Top van Reykjavik (1987) C-Desintegtie van het oostblok Val van de muur 1989 D-Val van de Sovjet Unie Jeltsin 1990 Ontwikkeling van het communisme