Zwijsen College Test jezelf Pulsar Chemie Hfdst 4. Klik telkens op de driehoek om verder te gaan! Zet deze toetspresentatie op volledig scherm. (F5 of rechter muisknop) en zorg dat je een pen en kladblaadje hebt. Elementen. 1. Wat is het elementsymbool van zilver.? A. Zi B. Sl C. Ag D. Ar 1. Wat is het elementsymbool van zilver.? A. Zi B. Sl C. Ag D. Ar Dit elementsymbool bestaat niet! 1. Wat is het symbool van zilver.? A. Zi B. Sl Dit elementsymbool met 2 hoofdletters bestaat niet! Let op: vergroting van si C. Ag D. Ar 1. Wat is het elementsymbool van zilver.? A. Zi B. Sl C. Ag D. Ar Dit is Argon! Probeer het opnieuw. 1. Wat is het elementsymbool van zilver.? A. Zi B. Sl C. Ag D. Ar Dit is zilver. Juist, ga verder met vraag 2 2. Wat is de juiste aanduiding van de vaste stof kopersulfide? A. Cu,O(s) B. Cu,S(s) C. K,O(s) D. K,S(s) 2. Wat is de juiste aanduiding van de vaste stof kopersulfide? A. Cu,O(s) B. Cu,S(s) C. K,O(s) D. K,S(s) Dit is koperoxide! 2. Wat is de juiste aanduiding van de vaste stof kopersulfide? A. Cu,O(s) B. Cu,S(s) C. K,O(s) D. K,S(s) Dit is kaliumoxide! 2. Wat is de juiste aanduiding van de vaste stof kopersulfide? A. Cu,O(s) B. Cu,S(s) C. K,O(s) D. K,S(s) Dit is kaliumsulfide! 2. Wat is de juiste aanduiding van de vaste stof kopersulfide? A. Cu,O(s) B. Cu,S(s) C. K,O(s) D. K,S(s) Dit is kopersulfide. Juist, ga verder met vraag 3. 3. Bij de verbranding van de vaste stof fosfor ontstaat de vaste stof fosforoxide. Wat is het juiste reactieschema? A. F(s) + O(g) F,O(s) B. F(s) + O(g) F(s),O(s) C. P(s) + O(g) P,O(s) D. P(s) + O(g) P(s),O(s) 3. Bij de verbranding van de vaste stof fosfor ontstaat de vaste stof fosforoxide. Wat is het juiste reactieschema? A. F(s) + O(g) F,O(s) F=Fluor. Opnieuw! B. F(s) + O(g) F(s),O(s) C. P(s) + O(g) P,O(s) D. P(s) + O(g) P(s),O(s) 3. Bij de verbranding van de vaste stof fosfor ontstaat de vaste stof fosforoxide. Wat is het juiste reactieschema? A. F(s) + O(g) F,O(s) B. F(s) + O(g) F(s),O(s) C. P(s) + O(g) P,O(s) D. P(s) + O(g) P(s),O(s) F=Fluor. Opnieuw! 3. Bij de verbranding van de vaste stof fosfor ontstaat de vaste stof fosforoxide. Wat is het juiste reactieschema? A. F(s) + O(g) F,O(s) B. F(s) + O(g) F(s),O(s) C. P(s) + O(g) P,O(s) D. P(s) + O(g) P(s),O(s) Er ontstaan nu 2 vaste stoffen. Opnieuw! 3. Bij de verbranding van de vaste stof fosfor ontstaat de vaste stof fosforoxide. Wat is het juiste reactieschema? A. F(s) + O(g) F,O(s) B. F(s) + O(g) F(s),O(s) C. P(s) + O(g) P,O(s) D. P(s) + O(g) P(s),O(s) Ga verder met vraag 4. 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + - Koper (vloeibaar) + - Koper (gas) + 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + - Koper (vloeibaar) + Bij kamertemperatuur! - Koper (gas) + 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + - Koper (vloeibaar) + - Koper (gas) + Bij kamertemperatuur! 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + Juist! - Koper (vloeibaar) + - Koper (gas) + Vervolg! 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + chloor (vast) - Koper (vast) + chloor (vloeibaar) - Koper (vast) + chloor (gas) 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + chloor (vast) Smeltpunt is ong. -100ºC - Koper (vast) + chloor (vloeibaar) - Koper (vast) + chloor (gas) 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + chloor (vast) - Koper (vast) + chloor (vloeibaar) Kookpunt is ong. -34ºC - Koper (vast) + chloor (gas) 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + chloor (vast) - Koper (vast) + chloor (vloeibaar) - Koper (vast) + chloor (gas) Dit is juist, bij kamertemperatuur is chloor een gas. Vervolg vraag a: 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (vast) - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (gas) - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (vloeibaar) 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (vast) - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (gas) - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (vloeibaar) Dit is gegeven in de vraag! 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (vast) - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (gas) - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (vloeibaar) Dit is gegeven in de vraag! 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (vast) - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (vloeibaar) - Koper (vast) + chloor (gas) koperchloride (gas) Hierbij horen de juiste symbolen en afkortingen: Cu(s) + Cl(g) Cu,Cl(s) Ga naar 4b. 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. b. Bereken hoeveel gram chloor kan reageren met 54,3 gram koper? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Cu(s) Cl(g) Stap 2: Gegeven verhouding: 10 11 Stap 3: Rekenen aantal gram: 54,3 Onbekende ? Onbekende = 54,3 x 10/11 = 49,4 Onbekende = 54,3 x 11/10 = 59,7 Cu,Cl(s) 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. b. Bereken hoeveel gram chloor kan reageren met 54,3 gram koper? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Cu(s) Cl(g) Stap 2: Gegeven verhouding: 10 11 Stap 3: Rekenen aantal gram: 54,3 Onbekende ? Onbekende = 54,3 x 10/11 = 49,4 Cu,Cl(s) Probeer het opnieuw: Onbekende = 54,3 x 11/10 = 59,7 Helaas, gebruik het kruislings vermenigvuldigen. 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. b. Bereken hoeveel gram chloor kan reageren met 54,3 gram koper? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Cu(s) Cl(g) Stap 2: Gegeven verhouding: 10 11 Stap 3: Rekenen aantal gram: 54,3 59,7 Cu,Cl(s) Onbekende = 54,3 x 10/11 = 49,4 Onbekende = 54,3 x 11/10 = 59,7 Prima, er kan 59,7 gram chloor met 54,3 gram koper reageren. Ga verder met 4c. 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. c. Bereken hoeveel gram reactieproduct daarbij ontstaat? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Cu(s) Cl(g) Stap 2: Gegeven verhouding: 10 11 Stap 3: Rekenen aantal gram: 54,3 59,7 Er ontstaat hierbij 21 gram koperchloride. Er ontstaat hierbij 114 gram koperchloride. Cu,Cl(s) 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. c. Bereken hoeveel gram reactieproduct daarbij ontstaat? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Cu(s) Cl(g) Stap 2: Gegeven verhouding: 10 11 Stap 3: Rekenen aantal gram: 54,3 59,7 Cu,Cl(s) Er ontstaat hierbij 21 gram koperchloride. Dit is niet juist! Er ontstaat hierbij 114 gram koperchloride. Dit zijn verhoudingsgetallen. Probeer het opnieuw. 4. Koper en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 10 : 11. Bij de reactie ontstaat een vaste stof. c. Bereken hoeveel gram reactieproduct daarbij ontstaat? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Cu(s) Cl(g) Stap 2: Gegeven verhouding: 10 11 Stap 3: Rekenen aantal gram: 54,3 59,7 Cu,Cl(s) 114 Er ontstaat hierbij 21 gram koperchloride. Er ontstaat hierbij 114 gram koperchloride. Daarbij ontstaat 54,3 + 59,7 = 114 gram reactieproduct. (Wet van behoud van massa.). Ga naar vraag 5. 5. Lees het artikel; ‘Afname kwikprobleem in landbouw’. Afname kwikprobleem in de landbouw. Utrecht(AGD) – De problemen die kwik in de landbouw veroorzaakt, nemen af. De verklaring is dat de landbouw zelf geen kwik meer gebruikt. Ook de uitstoot van kwik uit andere bronnen neemt af. Dat stelt het Centrum voor Landbouw en Milieu in het honderdste rapport Schadelijke stoffen voor landen tuinbouw. Het zware metaal kwik werd vroeger in de landbouw gebruikt in diergeneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen, thermometers, verf en houtverduurzamingsmiddelen. Inmiddels is in de landbouw het gebruik van kwik verboden. Niettemin hoopt zich in de bodem nog steeds kwik op. Huidige kwikbronnen zijn zuiveringsslib, de chemische- en metaalindustrie, tandartspraktijken en oude stortplaatsen. Te hoge kwikgehalten worden bij vee niet of nauwelijks meer aangetroffen. Evenmin worden in gewassen normen overschreden. (Bron: Agrarisch Dagblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarin kwam kwik bij gebruik in de landbouw veel voor? Antwoord: 5. Lees het artikel; ‘Afname kwikprobleem in landbouw’. Afname kwikprobleem in de landbouw. Utrecht(AGD) – De problemen die kwik in de landbouw veroorzaakt, nemen af. De verklaring is dat de landbouw zelf geen kwik meer gebruikt. Ook de uitstoot van kwik uit andere bronnen neemt af. Dat stelt het Centrum voor Landbouw en Milieu in het honderdste rapport Schadelijke stoffen voor landen tuinbouw. Het zware metaal kwik werd vroeger in de landbouw gebruikt in diergeneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen, thermometers, verf en houtverduurzamingsmiddelen. Inmiddels is in de landbouw het gebruik van kwik verboden. Niettemin hoopt zich in de bodem nog steeds kwik op. Huidige kwikbronnen zijn zuiveringsslib, de chemische- en metaalindustrie, tandartspraktijken en oude stortplaatsen. Te hoge kwikgehalten worden bij vee niet of nauwelijks meer aangetroffen. Evenmin worden in gewassen normen overschreden. (Bron: Agrarisch Dagblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarin kwam kwik bij gebruik in de landbouw veel voor? b. Leg uit of hier met ‘kwik’ de niet-ontleedbare stof of het element wordt bedoeld? Antwoord: a. 5. Lees het artikel; ‘Afname kwikprobleem in landbouw’. Afname kwikprobleem in de landbouw. Utrecht(AGD) – De problemen die kwik in de landbouw veroorzaakt, nemen af. De verklaring is dat de landbouw zelf geen kwik meer gebruikt. Ook de uitstoot van kwik uit andere bronnen neemt af. Dat stelt het Centrum voor Landbouw en Milieu in het honderdste rapport Schadelijke stoffen voor landen tuinbouw. Het zware metaal kwik werd vroeger in de landbouw gebruikt in diergeneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen, thermometers, verf en houtverduurzamingsmiddelen. Inmiddels is in de landbouw het gebruik van kwik verboden. Niettemin hoopt zich in de bodem nog steeds kwik op. Huidige kwikbronnen zijn zuiveringsslib, de chemische- en metaalindustrie, tandartspraktijken en oude stortplaatsen. Te hoge kwikgehalten worden bij vee niet of nauwelijks meer aangetroffen. Evenmin worden in gewassen normen overschreden. (Bron: Agrarisch Dagblad.) a. Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarin kwam kwik bij gebruik in de landbouw veel voor? b. Leg uit of hier met ‘kwik’ de niet-ontleedbare stof of het element wordt bedoeld? Antwoord: b. In thermometers is sprake van de niet-ontleedbare stof kwik. Het vloeibare metaal werd gebruikt voor de meting van de temperatuur. In alle andere gevallen gaat het om ontleedbare stoffen, die onder andere het element kwik bevatten. 5c. 5. Lees het artikel; ‘Afname kwikprobleem in landbouw’. Afname kwikprobleem in de landbouw. Utrecht(AGD) – De problemen die kwik in de landbouw veroorzaakt, nemen af. De verklaring is dat de landbouw zelf geen kwik meer gebruikt. Ook de uitstoot van kwik uit andere bronnen neemt af. Dat stelt het Centrum voor Landbouw en Milieu in het honderdste rapport Schadelijke stoffen voor landen tuinbouw. Het zware metaal kwik werd vroeger in de landbouw gebruikt in diergeneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen, thermometers, verf en houtverduurzamingsmiddelen. Inmiddels is in de landbouw het gebruik van kwik verboden. Niettemin hoopt zich in de bodem nog steeds kwik op. Huidige kwikbronnen zijn zuiveringsslib, de chemische- en metaalindustrie, tandartspraktijken en oude stortplaatsen. Te hoge kwikgehalten worden bij vee niet of nauwelijks meer aangetroffen. Evenmin worden in gewassen normen overschreden. (Bron: Agrarisch Dagblad.) a. Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarin kwam kwik bij gebruik in de landbouw veel voor? b. Leg uit of hier met ‘kwik’ de niet-ontleedbare stof of het element wordt bedoeld? c. Waarom is er een verbod gekomen op het gebruik van kwik in de landbouw? Antwoord: 5. Lees het artikel; ‘Afname kwikprobleem in landbouw’. Afname kwikprobleem in de landbouw. Utrecht(AGD) – De problemen die kwik in de landbouw veroorzaakt, nemen af. De verklaring is dat de landbouw zelf geen kwik meer gebruikt. Ook de uitstoot van kwik uit andere bronnen neemt af. Dat stelt het Centrum voor Landbouw en Milieu in het honderdste rapport Schadelijke stoffen voor landen tuinbouw. Het zware metaal kwik werd vroeger in de landbouw gebruikt in diergeneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen, thermometers, verf en houtverduurzamingsmiddelen. Inmiddels is in de landbouw het gebruik van kwik verboden. Niettemin hoopt zich in de bodem nog steeds kwik op. Huidige kwikbronnen zijn zuiveringsslib, de chemische- en metaalindustrie, tandartspraktijken en oude stortplaatsen. Te hoge kwikgehalten worden bij vee niet of nauwelijks meer aangetroffen. Evenmin worden in gewassen normen overschreden. (Bron: Agrarisch Dagblad.) a. c. c. Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarin kwam kwik bij gebruik in de landbouw veel voor? b. Leg uit of hier met ‘kwik’ de niet-ontleedbare stof of het element wordt bedoeld? c. Waarom is er een verbod gekomen op het gebruik van kwik in de landbouw? Antwoord: Zie artikel boven; Zo kan het element kwik in de voedselketen terecht komen en zorgt voor vergiftigingsverschijnselen. Vroeger waren er te hoge kwikgehalten bij vee. 5. Lees het artikel; ‘Afname kwikprobleem in landbouw’. Afname kwikprobleem in de landbouw. Utrecht(AGD) – De problemen die kwik in de landbouw veroorzaakt, nemen af. De verklaring is dat de landbouw zelf geen kwik meer gebruikt. Ook de uitstoot van kwik uit andere bronnen neemt af. Dat stelt het Centrum voor Landbouw en Milieu in het honderdste rapport Schadelijke stoffen voor landen tuinbouw. Het zware metaal kwik werd vroeger in de landbouw gebruikt in diergeneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen, thermometers, verf en houtverduurzamingsmiddelen. Inmiddels is in de landbouw het gebruik van kwik verboden. Niettemin hoopt zich in de bodem nog steeds kwik op. Huidige kwikbronnen zijn zuiveringsslib, de chemische- en metaalindustrie, tandartspraktijken en oude stortplaatsen. Te hoge kwikgehalten worden bij vee niet of nauwelijks meer aangetroffen. Evenmin worden in gewassen normen overschreden. (Bron: Agrarisch Dagblad.) a. c. c. Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarin kwam kwik bij gebruik in de landbouw veel voor? b. Leg uit of hier met ‘kwik’ de niet-ontleedbare stof of het element wordt bedoeld? c. Waarom is er een verbod gekomen op het gebruik van kwik in de landbouw? d. Leg uit waarom een tandartspraktijk een mogelijke bron van vervuiling is? Antwoord: 5. Lees het artikel; ‘Afname kwikprobleem in landbouw’. Afname kwikprobleem in de landbouw. Utrecht(AGD) – De problemen die kwik in de landbouw veroorzaakt, nemen af. De verklaring is dat de landbouw zelf geen kwik meer gebruikt. Ook de uitstoot van kwik uit andere bronnen neemt af. Dat stelt het Centrum voor Landbouw en Milieu in het honderdste rapport Schadelijke stoffen voor landen tuinbouw. Het zware metaal kwik werd vroeger in de landbouw gebruikt in diergeneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen, thermometers, verf en houtverduurzamingsmiddelen. Inmiddels is in de landbouw het gebruik van kwik verboden. Niettemin hoopt zich in de bodem nog steeds kwik op. Huidige kwikbronnen zijn zuiveringsslib, de chemische- en metaalindustrie, tandartspraktijken en oude stortplaatsen. Te hoge kwikgehalten worden bij vee niet of nauwelijks meer aangetroffen. Evenmin worden in gewassen normen overschreden. (Bron: Agrarisch Dagblad.) a. c. c. Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarin kwam kwik bij gebruik in de landbouw veel voor? b. Leg uit of hier met ‘kwik’ de niet-ontleedbare stof of het element wordt bedoeld? c. Waarom is er een verbod gekomen op het gebruik van kwik in de landbouw? d. Leg uit waarom een tandartspraktijk een mogelijke bron van vervuiling is? Antwoord: Tandartsen gebruiken o.a. amalgaam voor vullingen (zie bron 34 hfdst 1 van je boek). Amalgaam is een mengsel van kwik en één of meer metalen. Als een tandarts het afval, zoals oude vullingen, slijpsel enz., niet netjes inzamelt, kan er vervuiling optreden. Vraag 6: 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. a. Bij de reactie van de gassen stikstof en zuurstof ontstaat een gas met een bruine kleur. - In woorden: - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofoxide (gas) - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) zuurstofoxide (gas) - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofzuurstof (gas) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. a. Bij de reactie van de gassen stikstof en zuurstof ontstaat een gas met een bruine kleur. - In woorden: - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) zuurstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofzuurstof Zuurstof en oxide zijn dezelfde stof. Stikstof ontbreekt. Probeer het opnieuw. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. a. Bij de reactie van de gassen stikstof en zuurstof ontstaat een gas met een bruine kleur. - In woorden: - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) zuurstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofzuurstof Zuurstof verandert van naam, nadat het gebonden wordt. Probeer het opnieuw. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. a. Bij de reactie van de gassen stikstof en zuurstof ontstaat een gas met een bruine kleur. - In woorden: - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofoxide (gas) - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) zuurstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofzuurstof - In symbolen: - S (g) + Z (g) S,Z (g) - S (g) + O (g) S,O (g) - N (g) + O (g) N,O (g) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. a. Bij de reactie van de gassen stikstof en zuurstof ontstaat een gas met een bruine kleur. - In woorden: - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) zuurstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofzuurstof - In symbolen: - S (g) + Z (g) S,Z (g) - S (g) + O (g) S,O (g) - N (g) + O (g) N,O (g) Z bestaat niet. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. a. Bij de reactie van de gassen stikstof en zuurstof ontstaat een gas met een bruine kleur. - In woorden: - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) zuurstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofzuurstof - In symbolen: - S (g) + Z (g) S,Z (g) - S (g) + O (g) S,O (g) - N (g) + O (g) N,O (g) S = Zwavel 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. a. Bij de reactie van de gassen stikstof en zuurstof ontstaat een gas met een bruine kleur. - In woorden: - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) zuurstofoxide - Stikstof (gas) + zuurstof (gas) stikstofzuurstof - In symbolen: - S (g) + Z (g) S,Z (g) - S (g) + O (g) S,O (g) - N (g) + O (g) N,O (g) Vraag 6b: 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. b. Als je een koperbromide-oplossing in water elektrolyseert, ontstaan koper en een oplossing van broom in water. - In woorden: gelijkstroom - Koperbromide (vast) koper (vast) + bromide (gas) gelijkstroom - Koperbromide (opgelost) koper (vast) + broom (opgelost) - Koperbromide (opgelost) gelijkstroom koper (opgelost) + bromide (opgelost) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. b. Als je een koperbromide-oplossing in water elektrolyseert, ontstaan koper en een oplossing van broom in water. - In woorden: gelijkstroom - Koperbromide (vast) koper (vast) + bromide (gas) gelijkstroom - Koperbromide (opgelost) koper (vast) + broom (opgelost) - Koperbromide (opgelost) gelijkstroom koper (opgelost) + bromide (opgelost) Het is een koperbromide–oplossing. Koperbromide is niet vast. Bromide is geen oplossing van Broom in water. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. b. Als je een koperbromide-oplossing in water elektrolyseert, ontstaan koper en een oplossing van broom in water. - In woorden: gelijkstroom - Koperbromide (vast) koper (vast) + bromide (gas) gelijkstroom - Koperbromide (opgelost) koper (vast) + broom (opgelost) - Koperbromide (opgelost) gelijkstroom koper (opgelost) + bromide (opgelost) Koper is niet opgelost. Bromide is geen oplossing van Broom in water. Probeer het opnieuw. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. b. Als je een koperbromide-oplossing in water elektrolyseert, ontstaan koper en een oplossing van broom in water. - In woorden: gelijkstroom - Koperbromide (vast) koper (vast) + bromide (gas) gelijkstroom - Koperbromide (opgelost) koper (vast) + broom (opgelost) - Koperbromide (opgelost) - In symbolen: - Cu,Br (aq) - Cu,Br (opg) - Ko,Br (aq) gelijkstroom koper (opgelost) + bromide (opgelost) Cu (s) + Br (aq) Cu (s) + Br (opg) Ko (s) + Br (aq) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. b. Als je een koperbromide-oplossing in water elektrolyseert, ontstaan koper en een oplossing van broom in water. - In woorden: gelijkstroom - Koperbromide (vast) koper (vast) + bromide (gas) gelijkstroom - Koperbromide (opgelost) koper (vast) + broom (opgelost) - Koperbromide (opgelost) - In symbolen: - Cu,Br (aq) - Cu,Br (opg) - Ko,Br (aq) gelijkstroom koper (opgelost) + bromide (opgelost) Cu (s) + Br (aq) Cu (s) + Br (opg) (opg) wordt niet gebruikt Ko (s) + Br (aq) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. b. Als je een koperbromide-oplossing in water elektrolyseert, ontstaan koper en een oplossing van broom in water. - In woorden: gelijkstroom - Koperbromide (vast) koper (vast) + bromide (gas) gelijkstroom - Koperbromide (opgelost) koper (vast) + broom (opgelost) - Koperbromide (opgelost) - In symbolen: - Cu,Br (aq) - Cu,Br (opg) - Ko,Br (aq) gelijkstroom koper (opgelost) + bromide (opgelost) Cu (s) + Br (aq) Cu (s) + Br (opg) Ko (s) + Br (aq) Ko= géén koper! 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. b. Als je een koperbromide-oplossing in water elektrolyseert, ontstaan koper en een oplossing van broom in water. - In woorden: gelijkstroom - Koperbromide (vast) koper (vast) + bromide (gas) gelijkstroom - Koperbromide (opgelost) koper (vast) + broom (opgelost) - Koperbromide (opgelost) - In symbolen: - Cu,Br (aq) - Cu,Br (opg) - Ko,Br (aq) gelijkstroom koper (opgelost) + bromide (opgelost) Cu (s) + Br (aq) Cu (s) + Br (opg) Ko (s) + Br (aq) Vraag 6c: 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. c. Je kunt koper maken door koperoxide met koolstof te verwarmen. Behalve koper ontstaat het gas koolstofoxide. - In woorden: - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (gas) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (vast) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. c. Je kunt koper maken door koperoxide met koolstof te verwarmen. Behalve koper ontstaat het gas koolstofoxide. - In woorden: - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (gas) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (vast) Koolstof is geen gas, denk maar aan Norit tegen diarree of zwart koolstofpoeder om kleurstoffen te adsorberen. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. c. Je kunt koper maken door koperoxide met koolstof te verwarmen. Behalve koper ontstaat het gas koolstofoxide. - In woorden: - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (gas) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (vast) In de vraagstelling staat dat het gas koolstofoxide ontstaat. Probeer het opnieuw. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. c. Je kunt koper maken door koperoxide met koolstof te verwarmen. Behalve koper ontstaat het gas koolstofoxide. - In woorden: - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (gas) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (vast) - In symbolen: - Cu,O (aq) + C (s) Cu (s) + C,O (g) - Cu,O (l) + C (s) Cu (s) + C,O (g) - Cu,O (s) + C (s) Cu (s) + C,O (g) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. c. Je kunt koper maken door koperoxide met koolstof te verwarmen. Behalve koper ontstaat het gas koolstofoxide. - In woorden: - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (gas) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (vast) - In symbolen: - Cu,O (aq) + C (s) Cu (s) + C,O (g) (aq) = opgelost - Cu,O (l) + C (s) Cu (s) + C,O (g) - Cu,O (s) + C (s) Cu (s) + C,O (g) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. c. Je kunt koper maken door koperoxide met koolstof te verwarmen. Behalve koper ontstaat het gas koolstofoxide. - In woorden: - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (gas) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (vast) - In symbolen: - Cu,O (aq) + C (s) Cu (s) + C,O (g) - Cu,O (l) + C (s) Cu (s) + C,O (g) (l) = vloeibaar - Cu,O (s) + C (s) Cu (s) + C,O (g) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. c. Je kunt koper maken door koperoxide met koolstof te verwarmen. Behalve koper ontstaat het gas koolstofoxide. - In woorden: - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (gas) koper (vast) + koolstofoxide (gas) - Koperoxide (vast) + koolstof (vast) koper (vast) + koolstofoxide (vast) - In symbolen: - Cu,O (aq) + C (s) Cu (s) + C,O (g) - Cu,O (l) + C (s) Cu (s) + C,O (g) - Cu,O (s) + C (s) Cu (s) + C,O (g) Vraag 6d: 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. d. Je laat de niet-ontleedbare stoffen aluminium en jood met elkaar reageren. Het reactieproduct is een vaste stof. - In woorden: - Aluminium (vast) + jood (vloeibaar) - Aluminium (zuiver) + jood (zuiver) - Aluminium (vast) + jood (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) Gewicht aluminium auto valt mee! 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. d. Je laat de niet-ontleedbare stoffen aluminium en jood met elkaar reageren. Het reactieproduct is een vaste stof. - In woorden: - Aluminium (vast) + jood (vloeibaar) - Aluminium (zuiver) + jood (zuiver) - Aluminium (vast) + jood (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) Jood is niet vloeibaar, maar een vaste stof. Denk aan de kleine korreltjes oplosbaar in alcohol. Probeer het opnieuw. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. d. Je laat de niet-ontleedbare stoffen aluminium en jood met elkaar reageren. Het reactieproduct is een vaste stof. - In woorden: - Aluminium (vast) + jood (vloeibaar) - Aluminium (zuiver) + jood (zuiver) - Aluminium (vast) + jood (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) Zuiver wordt niet aangegeven bij het reactieschema. Probeer het opnieuw. 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. d. Je laat de niet-ontleedbare stoffen aluminium en jood met elkaar reageren. Het reactieproduct is een vaste stof. - In woorden: - Aluminium (vast) + jood (vloeibaar) - Aluminium (zuiver) + jood (zuiver) - Aluminium (vast) + jood (vast) - In symbolen: - AL (s) + I (s) AL,I (s) - Al (s) + I (s) Al,I (s) - Al (s) + J (s) Al,J (s) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. d. Je laat de niet-ontleedbare stoffen aluminium en jood met elkaar reageren. Het reactieproduct is een vaste stof. - In woorden: - Aluminium (vast) + jood (vloeibaar) - Aluminium (zuiver) + jood (zuiver) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) - Aluminium (vast) + jood (vast) aluminiumjodide (vast) - In symbolen: - AL (s) + I (s) AL,I (s) Helaas; AL is géén aluminium! - Al (s) + I (s) Al,I (s) - Al (s) + J (s) Al,J (s) 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. d. Je laat de niet-ontleedbare stoffen aluminium en jood met elkaar reageren. Het reactieproduct is een vaste stof. - In woorden: - Aluminium (vast) + jood (vloeibaar) - Aluminium (zuiver) + jood (zuiver) - Aluminium (vast) + jood (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) - In symbolen: - AL (s) + I (s) AL,I (s) - Al (s) + I (s) Al,I (s) - Al (s) + J (s) Al,J (s) Helaas; J is géén Jood! 6. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de volgende reacties.. d. Je laat de niet-ontleedbare stoffen aluminium en jood met elkaar reageren. Het reactieproduct is een vaste stof. - In woorden: - Aluminium (vast) + jood (vloeibaar) - Aluminium (zuiver) + jood (zuiver) - Aluminium (vast) + jood (vast) - In symbolen: - AL (s) + I (s) AL,I (s) - Al (s) + I (s) Al,I (s) - Al (s) + J (s) Al,J (s) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) aluminiumjodide (vast) Vraag 7: 7. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Magnesium (vast) + chloor (gas) magnesiumchloride (vast) - Magnesium (vast) + chloor (vloeibaar) - Magnesium (vast) + chloor (vast) magnesiumchloride (vast) magnesiumchloride (vast) 7. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Magnesium (vast) + chloor (gas) magnesiumchloride (vast) - Magnesium (vast) + chloor (vloeibaar) - Magnesium (vast) + chloor (vast) magnesiumchloride (vast) magnesiumchloride (vast) Chloor is hier niet in vaste vorm . 7. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Magnesium (vast) + chloor (gas) magnesiumchloride (vast) - Magnesium (vast) + chloor (vloeibaar) - Magnesium (vast) + chloor (vast) Chloor is hier niet vloeibaar. magnesiumchloride (vast) magnesiumchloride (vast) 7. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Magnesium (vast) + chloor (gas) magnesiumchloride (vast) - Magnesium (vast) + chloor (vloeibaar) - Magnesium (vast) + chloor (vast) magnesiumchloride (vast) In symbolen. - M (s) + Cl (g) - Mg (s) + Cl (g) - Mg (s) + Ch (g) magnesiumchloride (vast) M,Cl (s) Mg,Cl (s) Mg,Ch (s) 7. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Magnesium (vast) + chloor (gas) magnesiumchloride (vast) - Magnesium (vast) + chloor (vloeibaar) - Magnesium (vast) + chloor (vast) magnesiumchloride (vast) magnesiumchloride (vast) In symbolen. - M (s) + Cl (g) - Mg (s) + Cl (g) - Mg (s) + Ch (g) M,Cl (s) Helaas; M is géén Magnesium! Mg,Cl (s) Mg,Ch (s) 7. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Magnesium (vast) + chloor (gas) magnesiumchloride (vast) - Magnesium (vast) + chloor (vloeibaar) - Magnesium (vast) + chloor (vast) magnesiumchloride (vast) magnesiumchloride (vast) In symbolen. - M (s) + Cl (s) - Mg (s) + Cl (s) - Mg (s) + Ch (s) M,Cl (s) Mg,Cl (s) Mg,Ch (s) Helaas; Ch is géén Chloor! 7. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - Magnesium (vast) + chloor (gas) magnesiumchloride (vast) - Magnesium (vast) + chloor (vloeibaar) - Magnesium (vast) + chloor (vast) magnesiumchloride (vast) magnesiumchloride (vast) In symbolen. - M (s) + Cl (g) - Mg (s) + Cl (g) - Mg (s) + Ch (g) M,Cl (s) Mg,Cl (s) Mg,Ch (s) Vraag 7b: 7b. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. b. Bereken hoeveel gram chloor nodig is voor de reactie met 12,6 gram magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 - Stap 3: Rekenen aantal gram: 12,6 Onbekende ? Onbekende = 12,6 x 1/3 = 4,2 Onbekende = 12,6 x 3/1 = 37,8 7b. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. b. Bereken hoeveel gram chloor nodig is voor de reactie met 12,6 gram magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 - Stap 3: Rekenen aantal gram: 12,6 Onbekende ? Onbekende = 12,6 x 1/3 = 4,2 Probeer het opnieuw. Onbekende = 12,6 x 3/1 = 37,8 Helaas, gebruik het kruislings vermenigvuldigen. 7b. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. b. Bereken hoeveel gram chloor nodig is voor de reactie met 12,6 gram magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 - Stap 3: Rekenen aantal gram: 12,6 37,8 Onbekende = 12,6 x 1/3 = 4,2 Onbekende = 12,6 x 3/1 = 37,8 Vraag 7c. Er kan 37,8 gram chloor met 12,6 gram magnesium reageren. 7c. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. c. Bereken hoeveel gram magnesiumchloride kan ontstaan uit 5,8 gram chloor en (voldoende) magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 - Stap 3: Rekenen aantal gram: 5,8 Welke onbekende zou je het eerst bereken? Druk op het vraagteken. 7c. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. c. Bereken hoeveel gram magnesiumchloride kan ontstaan uit 5,8 gram chloor en (voldoende) magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 4 Stap 3: Rekenen aantal gram: ? 5,8 Welke onbekende zou je het eerst bereken? Dit is wel mogelijk; je kunt nu de verhouding eerst gebruiken. Onbekende = 4x 5,8 /3 = 7,7 gram Onbekende = 3x 5,8 / 4= 4,4 gram 7c. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. c. Bereken hoeveel gram magnesiumchloride kan ontstaan uit 5,8 gram chloor en (voldoende) magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 4 Stap 3: Rekenen aantal gram: ? 5,8 Welke onbekende zou je het eerst bereken? Dit is wel mogelijk; je kunt nu de verhouding eerst gebruiken. Onbekende = 4x 5,8 /3 = 7,7 gram Onbekende = 3x 5,8 / 4= 4,4 gram Let op! Niet juist. 7c. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. c. Bereken hoeveel gram magnesiumchloride kan ontstaan uit 5,8 gram chloor en (voldoende) magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 4 Stap 3: Rekenen aantal gram: ? 5,8 7,7 Dit is wel mogelijk; je kunt nu de verhouding eerst gebruiken. Onbekende = 4x 5,8/3 = 7,7 gram Juist, er kan maximaal 7,7, gram magnesiumchloride ontstaan uit 5,8 gram chloor en voldoende magnesium. Probeer nu ook de andere rekenwijze! 7c. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. c. Bereken hoeveel gram magnesiumchloride kan ontstaan uit 5,8 gram chloor en (voldoende) magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 - 5,8 ? Stap 3: Rekenen aantal gram: Welke onbekende zou je het eerst bereken? Dit is wel mogelijk; je kunt nu de verhouding eerst gebruiken. Onbekende = 1x 5,8 /3 = 1,9 gram Onbekende = 3x 5,8 /1 = 17,4 gram 7c. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. c. Bereken hoeveel gram magnesiumchloride kan ontstaan uit 5,8 gram chloor en (voldoende) magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 - 5,8 ? Stap 3: Rekenen aantal gram: Welke onbekende zou je het eerst bereken? Dit is wel mogelijk; je kunt nu de verhouding eerst gebruiken. Onbekende = 1x 5,8 /3 = 1,9 gram Onbekende = 3x 5,8 /1 = 17,4 gram Dit is niet juist! 7c. Magnesium en chloor reageren met elkaar in de massaverhouding van 1 : 3. c. Bereken hoeveel gram magnesiumchloride kan ontstaan uit 5,8 gram chloor en (voldoende) magnesium? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Mg(s) Cl(g) Mg,Cl(s) Stap 2: Gegeven verhouding: 1 3 - Stap 3: Rekenen aantal gram: 1,9 5,8 7,7 Welke onbekende zou je het eerst bereken? Dit is wel mogelijk; je kunt nu de verhouding eerst gebruiken. Onbekende = /3 = 1,9 gram 1x 5,8 Juist! Er kan 1,9 gram magnesium met 5,8 gram chloor reageren. Daarbij ontstaat 1,9 + 5,8 = 7,7 gram magnesiumchloride. Probeer de andere rekenwijze: Ga verder met vraag 8: 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (gas) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vast) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vloeibaar) 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (gas) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vast) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vloeibaar) Als ijzer in contact komt met zuurstof ontstaat ijzeroxide; ofwel men zegt: het ijzer gaat roesten. Dit roest is geen gas. Probeer het opnieuw. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (gas) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vast) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vloeibaar) Als ijzer in contact komt met zuurstof ontstaat ijzeroxide; ofwel men zegt: het ijzer gaat roesten. Dit roest is niet vloeibaar. Probeer het opnieuw. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (gas) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vast) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vloeibaar) - In symbolen: - FE (s) + O (g) - IJ (s) + O (g) - Fe (s) + O (g) FE,O (s) IJ,O (s) Fe,O (s) 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (gas) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vast) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vloeibaar) - In symbolen: - FE (s) + O (g) - IJ (s) + O (g) - Fe (s) + O (g) FE,O (s) IJ,O (s) Fe,O (s) FE is niet de afkorting van het symbool voor ijzer. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (gas) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vast) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vloeibaar) - In symbolen: - FE (s) + O (g) - IJ (s) + O (g) - Fe (s) + O (g) FE,O (s) IJ,O (s) Fe,O (s) IJ is niet de afkorting van het symbool voor ijzer. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. a. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen. - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (gas) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vast) - IJzer (vast) + zuurstof (gas) ijzeroxide (vloeibaar) - In symbolen: - FE (s) + O (g) - IJ (s) + O (g) - Fe (s) + O (g) FE,O (s) IJ,O (s) Fe,O (s) Vraag 8b. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. b. Bereken hoeveel gram zuurstof bij deze proef nodig is? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Fe,O(s) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 ? 64,3 De onbekende hoeveelheid zuurstof is dan: - 50 gram + 64,3 gram = 114,3 gram zuurstof. - 64,3 gram x 50 gram = 3215 gram zuurstof. - 64,3 gram : 50 gram = 1,29 gram zuurstof. - 64,3 gram - 50 gram = 14,3 gram zuurstof. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. b. Bereken hoeveel gram zuurstof bij deze proef nodig is? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Fe,O(s) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 ? 64,3 De onbekende hoeveelheid zuurstof is dan: - 50 gram + 64,3 gram = 114,3 gram zuurstof. - 64,3 gram x 50 gram = 3215 gram zuurstof. - 64,3 gram : 50 gram = 1,29 gram zuurstof. - 64,3 gram - 50 gram = 14,3 gram zuurstof. IJzer samen met zuurstof geeft 64,3 gram ijzeroxide. Probeer het opnieuw. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. b. Bereken hoeveel gram zuurstof bij deze proef nodig is? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Fe,O(s) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 ? 64,3 De onbekende hoeveelheid zuurstof is dan: IJzer samen met - 50 gram + 64,3 gram = 114,3 gram zuurstof. zuurstof geeft 64,3 gram ijzeroxide. - 64,3 gram x 50 gram = 3215 gram zuurstof. Probeer het - 64,3 gram : 50 gram = 1,29 gram zuurstof. opnieuw. - 64,3 gram - 50 gram = 14,3 gram zuurstof. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. b. Bereken hoeveel gram zuurstof bij deze proef nodig is? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Fe,O(s) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 ? 64,3 De onbekende hoeveelheid zuurstof is dan: - 50 gram + 64,3 gram = 114,3 gram zuurstof. - 64,3 gram x 50 gram = 3215 gram zuurstof. - 64,3 gram : 50 gram = 1,29 gram zuurstof. - 64,3 gram - 50 gram = 14,3 gram zuurstof. IJzer samen met zuurstof geeft 64,3 gram ijzeroxide. Probeer het opnieuw. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. b. Bereken hoeveel gram zuurstof bij deze proef nodig is? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Fe,O(s) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 14,3 64,3 De onbekende hoeveelheid zuurstof is dan: - 50 gram + 64,3 gram = 114,3 gram zuurstof. - 64,3 gram x 50 gram = 3215 gram zuurstof. - 64,3 gram : 50 gram = 1,29 gram zuurstof. - 64,3 gram - 50 gram = 14,3 gram zuurstof. Ga naar vraag 8c: 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. c. Bereken in welke massaverhouding ijzer en zuurstof volgens deze proef met elkaar reageren? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 14,3 De onbekende verhoudingen zijn dan: - 64,3 gram : 50 gram = 1,3 : 1 = 13 : 10 - 50 gram : 14,3 gram = 3,5 : 1 = 7 : 2 - 64,3 gram : 14,3 gram = 4,5 : 1 = 9 : 2 - 50 gram : 64,3 gram = 0,75 : 1 = 3 : 4 Fe,O(s) 64,3 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. c. Bereken in welke massaverhouding ijzer en zuurstof volgens deze proef met elkaar reageren? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 14,3 Fe,O(s) 64,3 De onbekende verhoudingen zijn dan: - 64,3 gram : 50 gram = 1,3 : 1 = 13 : 10 - 50 gram : 14,3 gram = 3,5 : 1 = 7 : 2 - 64,3 gram : 14,3 gram = 4,5 : 1 = 9 : 2 - 50 gram : 64,3 gram = 0,75 : 1 = 3 : 4 Let op de gegeven verhouding; ijzer ten opzichte van zuurstof. Probeer het opnieuw. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. c. Bereken in welke massaverhouding ijzer en zuurstof volgens deze proef met elkaar reageren? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 14,3 Fe,O(s) 64,3 De onbekende verhoudingen zijn dan: - 64,3 gram : 50 gram = 1,3 : 1 = 13 : 10 - 50 gram : 14,3 gram = 3,5 : 1 = 7 : 2 - 64,3 gram : 14,3 gram = 4,5 : 1 = 9 : 2 - 50 gram : 64,3 gram = 0,75 : 1 = 3 : 4 Let op de gegeven verhouding; ijzer ten opzichte van zuurstof. Probeer het opnieuw. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. c. Bereken in welke massaverhouding ijzer en zuurstof volgens deze proef met elkaar reageren? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Stap 2: Gegeven verhouding: ? ? Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 14,3 Fe,O(s) 64,3 De onbekende verhoudingen zijn dan: - 64,3 gram : 50 gram = 1,3 : 1 = 13 : 10 - 50 gram : 14,3 gram = 3,5 : 1 = 7 : 2 - 64,3 gram : 14,3 gram = 4,5 : 1 = 9 : 2 - 50 gram : 64,3 gram = 0,75 : 1 = 3 : 4 Let op de gegeven verhouding; ijzer ten opzichte van zuurstof. Probeer het opnieuw. 8. Als je 50,0 gram ijzer met zuurstof laat reageren, ontstaat 64,3 gram reactieproduct. c. Bereken in welke massaverhouding ijzer en zuurstof volgens deze proef met elkaar reageren? Gebruik hiervoor de tabel. Stap 1: Reactie: Fe(s) O(g) Stap 2: Gegeven verhouding: 7 2 Stap 3: Rekenen aantal gram: 50 14,3 Fe,O(s) 64,3 De onbekende verhoudingen zijn dan: - 64,3 gram : 50 gram = 1,3 : 1 = 13 : 10 - 50 gram : 14,3 gram = 3,5 : 1 = 7 : 2 Juist! - 64,3 gram : 14,3 gram = 4,5 : 1 = 9 : 2 - 50 gram : 64,3 gram = 0,75 : 1 = 3 : 4 Vraag 9. 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, en ? 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof en ? 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof, zuurstof en ? 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof, zuurstof en stikstof. c. Geef een eiwit met symbolen weer? Antwoord: 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof, zuurstof en stikstof. c. Geef een eiwit met symbolen weer? Antwoord: Symbolen: ? 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof, zuurstof en stikstof. c. Geef een eiwit met symbolen weer? Antwoord: Symbolen: C, ? 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof, zuurstof en stikstof. c. Geef een eiwit met symbolen weer? Antwoord: Symbolen: C, H, ? 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof, zuurstof en stikstof. c. Geef een eiwit met symbolen weer? Antwoord: Symbolen: C, H, O, ? 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof, zuurstof en stikstof. c. Geef een eiwit met symbolen weer? Antwoord: Symbolen: C, H, O, N ? 9. Lees het artikel over ‘Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas’. Noorse fabriek maakt eiwitten uit gas. In Noorwegen wordt binnenkort begonnen met de bouw van een fabriek die eiwitten voor vis- en veevoer zal gaan produceren uit aardgas en zeewater. Oslo - Synthetische productie van eiwitten is een techniek waarbij mengculturen van vier soorten bacteriën de koolstof uit methaan, C,H(g), halen. Aardgas bestaat voor het grootste deel uit methaan. De overige benodigdheden voor de vervaardiging van eiwitten, vooral stikstof, waterstof en zuurstof halen de bacteriën uit zeewater. (Bron: Technisch Weekblad.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. Waarvoor worden de eiwitten uit aardgas en zeewater gebruikt? Antwoord: De eiwitten worden als vis- een veevoer gebruikt. b. Uit welke elementen bestaan eiwitten? Antwoord: Uit de elementen; koolstof, waterstof, zuurstof en stikstof. c. Geef een eiwit met symbolen weer? Antwoord: Symbolen: C, H, O, N (s) Vraag 10: 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. In het artikel is sprake van een heel kleine gasdruk. Schrijf deze gasdruk als een decimale breuk, dus als 0,000…. Antwoord: 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. In het artikel is sprake van een heel kleine gasdruk. Schrijf deze gasdruk als een decimale breuk, dus als 0,000…. Antwoord: Een miljard is een 1 met 9 nullen. Dus eenmiljardste is 1/miljard = 0,000000001 Vervolg antwoord: 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! a. In het artikel is sprake van een heel kleine gasdruk. Schrijf deze gasdruk als een decimale breuk, dus als 0,000…. Antwoord: Een miljard is een 1 met 9 nullen. Dus eenmiljardste is 1/miljard = 0,000000001 Een honderdste van eenmiljardste betekent nog twee nullen extra = 0,00000000001 Vraag 10b. 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! b. Neem de volgende tabel over en vul in (lees de tekst goed door): Hemellichamen Io Titaan Europa Triton Aarde Symboolnotaties van de gassen er om heen. Antwoord 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! b. Neem de volgende tabel over en vul in (lees de tekst goed door): Hemellichamen Symboolnotaties van de gassen er om heen. Io S,O(g) Titaan Europa Triton Aarde Antwoord 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! b. Neem de volgende tabel over en vul in (lees de tekst goed door): Hemellichamen Symboolnotaties van de gassen er om heen. Io S,O(g) Titaan N(g) + C,H(g) Europa Antwoord Triton Aarde 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! b. Neem de volgende tabel over en vul in (lees de tekst goed door): Hemellichamen Symboolnotaties van de gassen er om heen. Io S,O(g) Titaan N(g) + C,H(g) Europa O(g) Triton Antwoord Aarde 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! b. Neem de volgende tabel over en vul in (lees de tekst goed door): Hemellichamen Symboolnotaties van de gassen er om heen. Io S,O(g) Titaan N(g) + C,H(g) Europa O(g) Triton N(g) Aarde Antwoord 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! b. Neem de volgende tabel over en vul in (lees de tekst goed door): Hemellichamen Symboolnotaties van de gassen er om heen. Io S,O(g) Titaan N(g) + C,H(g) Europa O(g) Triton N(g) Aarde O(g) + N(g) + C,O(g) + edelgassen + H,O(g) Vraag 10c. 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! c. Leg uit hoe waterdamp bij de maan Europa kan ontstaan? Antwoord: 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! c. Leg uit hoe waterdamp bij de maan Europa kan ontstaan? Antwoord: Lees de laatste alinea goed! 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! c. Leg uit hoe waterdamp bij de maan Europa kan ontstaan? Antwoord: Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. d. Hoe heet een ontledingsreactie m.b.v. zonlicht? -Elektrolyse -Thermolyse -Fotolyse 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! c. Leg uit hoe waterdamp bij de maan Europa kan ontstaan? Antwoord: Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. d. Hoe heet een ontledingsreactie m.b.v. zonlicht? -Elektrolyse, helaas dit is d.m.v. stroom. Probeer het opnieuw. -Thermolyse -Fotolyse 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! c. Leg uit hoe waterdamp bij de maan Europa kan ontstaan? Antwoord: Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. d. Hoe heet een ontledingsreactie m.b.v. zonlicht? -Elektrolyse -Thermolyse, helaas dit is d.m.v. warmte. Probeer het opnieuw. -Fotolyse 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! c. Leg uit hoe waterdamp bij de maan Europa kan ontstaan? Antwoord: Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. d. Hoe heet een ontledingsreactie m.b.v. zonlicht? -Elektrolyse -Thermolyse -Fotolyse, juist ga verder met vraag 10. 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! e. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de ontleding van water. Antwoord: Water Geeft? 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! e. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de ontleding van water. Antwoord: Water (damp) Geeft? 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! e. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de ontleding van water. Antwoord: Water (gas) Geeft? 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! e. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de ontleding van water. Antwoord: Water (gas) waterstof (gas) en? 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! e. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de ontleding van water. Antwoord: Water (gas) In symbolen: Antwoord: waterstof (gas) + zuurstof (gas) 10. Lees het artikel over Jupiter-maan ‘Europa’ en beantwoord de vragen. Klein beetje zuurstof op Jupiter-maan Europa. Op Europa, een van de vier manen bij de planeet Jupiter, is zuurstof gevonden, zij het zeer weinig. De gasdruk is niet meer dan eenhonderdste van eenmiljardste atmosfeer. Europa is ongeveer even groot als de maan bij de aarde. Het voorkomen van zuurstof is opmerkelijk omdat maar weinig manen bij planeten een atmosfeer hebben. Tot nu toe zijn slechts rond Io (maan bij Jupiter), Titaan (bij Saturnus) en rond Triton (bij Neptunus) gasomhulsels waargenomen. Bij Io is zwaveloxidegas gevonden, rond Titaan hangt stikstofgas, met daarin iets van de koolwaterstof methaan en de ijle atmosfeer rond Triton bestaat voornamelijk uit stikstofgas. Het is voor het eerst dat rond een maan zuurstofgas is gevonden. Uit de dikke ijslaag op Europa komt waarschijnlijk iets waterdamp vrij. Deze wordt door zonlicht ontleed in zuurstof- en waterstofgas. Het lichte waterstofgas verdwijnt in het heelal, terwijl het zwaardere zuurstofgas bij het oppervlak blijft hangen. (Bron: De Volkskrant.) Schrijf eerst het antwoord op een kladblaadje! e. Geef het reactieschema in woorden en in symbolen van de ontleding van water. Water (gas) waterstof (gas) + zuurstof (gas) In symbolen: H,O(g) H(g) + O(g) Vervolg vraag 10 e: