Met deze projectoproep wil het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest

advertisement
FONDS VOOR INTERNATIONALE SOLIDARITEIT
PROJECTOPROEP
voor projecten inzake ontwikkelingshulp die verband houden met de
water- en saneringssector
2017
REGLEMENT EN PROCEDURE VOOR HET INDIENEN VAN KANDIDATUREN
Deze projectoproep past in het kader van het besluit
van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 mei 2014 betreffende de toewijzing van
het deel van de inkomsten afkomstig van de tarifering van water voor doeleinden inzake
internationale solidariteit.
Inhoudsopgave
1.
CONTEXT ...................................................................................................................... 3
2.
INFORMATIE OVER DE PROJECTOPROEP ............................................................... 4
2.1 Procedure voor het openen van de projectoproep........................................................ 4
2.2 Projectdrager ............................................................................................................... 4
2.3 Thema's van de projectoproep ..................................................................................... 5
2.4 Geografische gebieden voor de uitvoering van projecten in het kader van deze oproep
.......................................................................................................................................... 6
2.5 Type projecten dat in aanmerking komt ....................................................................... 7
2.6 Financiering ................................................................................................................. 8
2.7 Samenstelling van het kandidaatsdossier .................................................................... 8
2.7.1 In te vullen documenten die bij deze projectoproep zijn gevoegd .......................... 8
2.7.2 Andere documenten die moeten worden bijgevoegd ............................................. 9
3.
ORGANISATIE VAN DE PROJECTOPROEP ..............................................................10
3.1 Het Secretariaat ..........................................................................................................10
3.2. Selectieprocedure ......................................................................................................10
3.3 Administratieve procedure voor de toekenning van de financiering .............................11
3.4. Administratieve procedure voor de toekenning van de financiering ............................11
4.
ONTVANKELIJKHEIDS- EN SELECTIECRITERIA ......................................................12
4.1 Ontvankelijkheidscriteria .............................................................................................12
4.2. Selectiecriteria ...........................................................................................................13
5.
OPVOLGING VAN DE GESELECTEERDE PROJECTEN ..........................................15
5.1 Aan het begeleidingscomité over te leggen documenten ...........................................15
5.2 Criteria voor de beoordeling van de uitvoering en het goede verloop van het
geselecteerde project........................................................................................................15
5.3 Bekendmaking van de beoordeling van de uitvoering en van het goede verloop van het
geselecteerde project........................................................................................................16
6.
INDIENING VAN HET KANDIDAATSDOSSIER EN INLICHTINGEN ...........................16
BIJLAGE 1: Kandidatuurformulier ....................................................................................17
BIJLAGE 2: Budget van het project ..................................................................................36
BIJLAGE 3: Subsidiabele uitgaven ..................................................................................37
Pagina 2|
1. CONTEXT
Artikel 2 van de ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader voor het
waterbeleid bepaalt het volgende: "Het water maakt deel uit van het gemeenschappelijk
erfgoed van de mensheid en van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest" en "Iedere persoon
heeft het recht om te beschikken over drinkwater van goede kwaliteit en zoveel als nodig is
voor zijn voeding, zijn huishoudelijke noden en zijn gezondheid".
Om tegemoet te komen aan de internationale bezorgdheden en de wil om de toegang tot
drinkwater en de sanering tot een fundamenteel recht te maken1, keurde het parlement van
het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest unaniem een amendement van artikel 38 van deze
ordonnantie goed waarbij de operator voor waterdistributie gevraagd wordt een deel van zijn
ontvangsten toe te wijzen aan doeleinden inzake internationale solidariteit.
Het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest toont hiermee duidelijk aan dat het wil bijdragen tot de
verwezenlijking van de 6e doelstelling van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG)
die door de Verenigde Naties zijn vastgesteld, namelijk tegen 2030 voor iedereen de
toegang tot drinkwater en sanering garanderen (SDG 6.1 en 6.2).
Indien mogelijk wil het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest ook bijdragen tot de instelling, voor
de lokale collectiviteiten van de ontwikkelingslanden en in het kader van hun bevoegdheden,
van plaatselijke openbare diensten voor kwantitatief en kwalitatief voldoende water en
sanering, waarbij iedereen voor een aanvaardbare en eerlijke prijs toegang krijgt tot deze
diensten, die aan de verschillende gebruiksvormen zijn aangepast.
Om dit doel te bereiken en in het besef dat de gewestelijke en lokale autoriteiten een steeds
belangrijkere rol spelen in de ontwikkelingssamenwerking, wordt een deel van de
ontvangsten uit de watertarifering toegewezen aan doeleinden van internationale solidariteit2.
Het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest besliste dan ook een nieuwe projectoproep te
lanceren bij de Brusselse projectdragende organisaties die actief zijn in de
watersectoren of die over aantoonbare ervaring beschikken in de uitvoering van projecten
met betrekking tot water of sanering. Het Fonds van deze projectoproep bestaat uit
ontvangsten uit de watertarifering.
De ingediende projecten moeten aansluiten bij zowel de principes van duurzame
ontwikkeling, duurzaamheid en toe-eigening door de begunstigden, als de versterking van de
bekwaamheid van de plaatselijke actoren.
De organisaties waarvoor de projectoproep bestemd is, zijn:
- verenigingen zonder winstoogmerk met maatschappelijke zetel in het Brusselse
Hoofdstedelijk Gewest
- overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen gevestigd in het Brusselse
Hoofdstedelijk Gewest;
- Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties met
maatschappelijke zetel in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest;
- representatieve
structuren
van
niet-gouvernementele
organisaties
voor
ontwikkelingssamenwerking met maatschappelijke zetel in het Brusselse
Hoofdstedelijk Gewest;
- de 19 Brusselse gemeenten.
1
Zie met name Resolutie nr. 64/292 van de Verenigde Naties van 28 juli 2010.
Meer bepaald wordt een bedrag van € 0,005 per m³ water dat tijdens het vorige boekjaar door HYDROBRU werd
gefactureerd, toegewezen aan doeleinden van internationale solidariteit.
2
Pagina 3|
Het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest wil zich toespitsen op de partnerlanden van het
Belgisch Ontwikkelingsagentschap of op een van de landen vermeld op de lijst van minst
ontwikkelde landen, opgesteld door de Verenigde Naties.
Deze projectoproep past de volgende regelgeving toe:
- artikel 38, §5, van de ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader
voor het waterbeleid, gewijzigd door de ordonnantie van 30 januari 2014 tot wijziging
van de ordonnantie tot opstelling van een kader voor het waterbeleid teneinde de
doelstelling van internationale solidariteit te verwezenlijken;
- het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 mei 2014 betreffende
de toewijzing van het deel van de inkomsten afkomstig van de tarifering van water
voor doeleinden inzake internationale solidariteit, hierna "het Besluit" genoemd.
2. INFORMATIE OVER DE PROJECTOPROEP
2.1 Procedure voor het openen van de projectoproep
De projectoproep is geopend van 1 april tot en met 30 juni 2017.
2.2 Projectdrager
Overeenkomstig artikel 7, § 1, 1°, van het Besluit moet de dragende organisatie tot een van
de hierna opgesomde categorieën behoren om een ontvankelijke aanvraag te kunnen
indienen:
- verenigingen zonder winstoogmerk;
- overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen;
- Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties;
- representatieve structuren van niet-gouvernementele organisaties voor
ontwikkelingssamenwerking;
- een van de 19 Brusselse gemeenten.
De dragende organisatie dient bovendien aan de volgende voorwaarden te voldoen.
Voor verenigingen zonder winstoogmerk:
- de dragende organisatie is een vereniging zonder winstoogmerk (vzw) naar Belgisch
recht die over rechtspersoonlijkheid beschikt;
- de vereniging bestaat wettelijk al minimaal twee (2) jaar op de afsluitingsdatum van deze
projectoproep;
- de internationale ontwikkelingssamenwerking is opgenomen in het maatschappelijk doel
van de vereniging;
- de vereniging heeft haar maatschappelijke zetel in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest;
- de vereniging voert in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest een belangrijke activiteit in
verband met ontwikkelingsvraagstukken, kan er een daadwerkelijke verankering
aantonen en voert er geregeld acties, heel in het bijzonder met betrekking tot
sensibilisering voor en informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling.
Voor overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen:
- met overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen bedoelt men universiteiten,
hogescholen of hogere kunstscholen, georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse of
de Vlaamse Gemeenschap;
- de instelling heeft haar maatschappelijke zetel in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest,
kan er een daadwerkelijke verankering aantonen en voert er geregeld acties, heel in het
Pagina 4|
bijzonder met betrekking tot sensibilisering voor en informatie over internationale
solidariteit en ontwikkeling.
Voor Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties:
- de representatieve werknemers- of landbouwersorganisatie is erkend;
- de organisatie heeft haar maatschappelijke zetel in het Brusselse Hoofdstedelijk
Gewest;
- de organisatie voert in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest een belangrijke activiteit in
verband met ontwikkelingsvraagstukken, kan er een daadwerkelijke verankering
aantonen en voert er geregeld acties, heel in het bijzonder met betrekking tot
sensibilisering voor en informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling.
Voor
een
representatieve
structuur
van
niet-gouvernementele
ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties (ngo's):
- de dragende organisatie is een representatieve structuur van ngo's die erkend wordt
overeenkomstig de bepalingen van de wet van 19 maart 2013 betreffende de Belgische
Ontwikkelingssamenwerking. De datum van de erkenning of van de vernieuwing/
verlenging valt minimaal 6 maanden vroeger dan de afsluitingsdatum van de
projectoproep;
- de representatieve structuur van ngo's heeft haar maatschappelijke zetel in het
Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, kan er een daadwerkelijke verankering aantonen en
voert er geregeld acties, heel in het bijzonder met betrekking tot sensibilisering voor en
informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling.
Voor een Brusselse gemeente:
- de gemeente kan geregelde acties aantonen, met name voor sensibilisering voor en
informatie over internationale solidariteit en ontwikkeling.
De projectdragende organisatie is actief in de watersector of kan aantonen dat ze ervaring
heeft in de uitvoering van samenwerkingsprojecten in het geografische gebied waarop het
ingediende water- of saneringsproject betrekking heeft. Zij is rechtstreeks verantwoordelijk
voor de voorbereiding en het beheer van het project en voor de synergie met haar partner(s).
Samenwerking tussen de dragende Brusselse organisatie en een lokale partner is
noodzakelijk. De geschiedenis van het partnerschap en de concrete modaliteiten voor deze
samenwerking zullen beschreven worden in het dossier van het project. De Brusselse
projectdragende organisatie zal echter het enige aanspreekpunt zijn voor het Brusselse
Hoofdstedelijk Gewest.
2.3 Thema's van de projectoproep
Het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest wenst projecten te steunen die bijdragen tot de
verwezenlijking van de 6de doelstelling van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG)
die door de Verenigde Naties zijn vastgelegd, namelijk 6.1 en 6.2: tegen 2030 voor iedereen
de toegang tot drinkwater en sanering garanderen
Het project moet dus aansluiten op een van de volgende domeinen: verhogen van de
duurzame toegang tot drinkwater en sanering met inbegrip van de sensibilisering voor en
de educatie over deze thema’s.
Educatie en sensibilisering moeten dus worden verstaan als bijkomende verwezenlijkingen in
de kantlijn van het technische project 'systemen voor de toegang tot drinkwater en/of
sanering.
Pagina 5|
Ter informatie
Het Fonds hanteert de voorwaarden, omschreven door de Wereldgezondheidsorganisatie
(WGO) en UNICEF, die, voor het systeem van de Verenigde Naties, de follow-up
waarborgen van de vooruitgang met betrekking tot streefdoelen 6.1 en 6.2 van de SDG6.
Het gemeenschappelijke programma van WGO/UNICEF berust op de volgende definities 3:







Drinkwater is water dat gebruikt wordt voor huishoudelijke doeleinden, als drank,
voor de keuken en voor persoonlijke hygiëne.
Toegang tot drinkwater houdt in dat de bron zich op minder dan een kilometer van
de plaats van gebruik bevindt en dat regelmatig minimaal 20 liter water per inwoner
en per dag kan worden afgetapt.
Drinkwater is water met microbiële, chemische en fysische eigenschappen die
voldoen aan de normen van de WGO of aan de internationale normen betreffende
de kwaliteit van het drinkwater.
De toegang tot drinkwater wordt uitgedrukt als de verhouding personen die
gebruikmaken van verbeterde drinkwaterbronnen: aansluiting thuis, openbare
aftappunten, boorgaten, beschermde putten, beschermde bronnen, hemelwater.
Basissanering is de minst dure technologie om uitwerpselen en huishoudelijk
afvalwater op hygiënische wijze af te voeren en een hygiënische en gezonde
leefomgeving te waarborgen, zowel bij de gebruikers thuis als in hun directe
omgeving.
De toegang tot de basissaneringsdiensten behelst ook veiligheid en intimiteit tijdens
het gebruik ervan.
De dekking verwijst naar de verhouding mensen die gebruikmaken van de
verbeterde saneringsdiensten: aansluiting op een openbare riolering, aansluiting op
een septische put, latrine met spoelinrichting, latrine met septische put, verbeterde
latrine met geventileerde put
2.4 Geografische gebieden voor de uitvoering van projecten in het
kader van deze oproep
Het project wordt uitgevoerd in een van de partnerlanden van de bilaterale Belgische
Ontwikkelingssamenwerking of in een van de landen vermeld op de lijst van minst
ontwikkelde landen, opgesteld door de Verenigde Naties.
De partners van het Belgisch Ontwikkelingsagentschap zijn4:
Benin
Burkina Faso
Burundi
Guinee (Conakry)
Mali
Marokko
Mozambique
Niger
Oeganda
Palestina
DR Congo
Rwanda
Senegal
Tanzania
3
De definities kunnen geraadpleegd worden op de website van de WGO, "Water Sanitation and Health", "Health through safe
drinking water and basic sanitation". URL van de website: http://www.who.int/water_sanitation_health/mdg1/en/ - Geraadpleegd
op 12/02/2016.
4
Lijst van partners op 12/02/2016, ter informatie gegeven. Voor wijziging vatbaar. De selectie van projecten zal gebaseerd zijn
op de lijst van partnerlanden van het BTC op 01/01/2016.
Lijst op 12/02/2016 geraadpleegd op de website van het BTC: https://www.btcctb.org/nl/news/vastlegging-van-14partnerlanden-toelichting-beslissing-van-ministerraad
Pagina 6|
De volgende landen zijn opgenomen in de lijst van minst ontwikkelde landen, opgesteld door
de Verenigde Naties5:
Afghanistan
Angola
Bangladesh
Benin
Bhutan
Burkina Faso
Burundi
Cambodja
Centraal-Afrikaanse Republiek
Tsjaad
Comoren
Democratische Republiek Congo
Djibouti
Equatoriaal-Guinea
Eritrea
Ethiopië
Gambia
Guinee
Guinee-Bissau
Haïti
Kiribati
Laos
Lesotho
Liberia
Madagaskar
Malawi
Mali
Mauritanië
Mozambique
Myanmar
Nepal
Niger
Rwanda
Samoa
Sao Tomé en Principe
Senegal
Sierra Leone
Salomonseilanden
Somalië
Sudan
Oost-Timor
Togo
Tuvalu
Uganda
Tanzania
Vanuatu
Jemen
Zambia
Bij de analyse van de kandidaturen zal, in geval van twee gelijkwaardige projecten, de
voorrang gegeven worden aan projecten die gelegen zijn in landen en gebieden waar het
Brusselse Hoofdstedelijk Gewest al samenwerkingsverbanden/partnerschappen voor
ontwikkelingssamenwerking heeft opgezet.
Die gebieden zijn:
- de provincie Katanga in de Democratische Republiek Congo (DRC);
- de regio Rabat-Salé-Zemmour-Zaër in Marokko.
De gemeenten of andere openbare entiteiten van de voornoemde partnerlanden kunnen
beschouwd worden als partners. In ieder geval moet het project met deze lokale gemeenten
of andere openbare entiteiten afgestemd worden. Het project moet worden verwezenlijkt
door een Brusselse projectdrager en een lokale partner.
2.5 Type projecten dat in aanmerking komt
Met deze projectoproep wil het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest:
- ontwikkelingsprojecten steunen die hoofdzakelijk gericht zijn op concrete realisaties,
veeleer dan op het financieren van de normale werking van activiteiten die niet
rechtstreeks verband houden met het project;
5
Lijst van de minst ontwikkelde landen, op 12/02/2016 opgesteld door de VN, ter informatie gegeven. Voor wijziging vatbaar.
De selectie van projecten zal gebaseerd zijn op de lijst van minst ontwikkelde landen van de VN op 01/01/2016.
Lijst op 12/02/2016 geraadpleegd op de website van de VN:
http://unctad.org/en/pages/aldc/Least%20Developed%20Countries/UN-list-of-Least-Developed-Countries.aspx
Pagina 7|
-
-
meewerken aan de invoering en de ontwikkeling van plaatselijke openbare diensten
voor kwantitatief en kwalitatief voldoende water en sanering, waarbij iedereen voor
een aanvaardbare en eerlijke prijs toegang krijgt tot deze diensten, die aan de
verschillende gebruiksvormen zijn aangepast;
aansluiten bij zowel de principes van duurzame ontwikkeling, duurzaamheid en toeeigening door de begunstigden, als de versterking van de bekwaamheid van de
plaatselijke actoren.
Programma's voor humanitaire hulp in noodsituaties worden niet in aanmerking genomen in
het kader van deze projectoproep.
De uitvoering van het project waarvoor een financiering wordt aangevraagd, mag maximaal 3
jaar duren.
Voor de projecten die van start zijn gegaan vóór deze projectoproep en die aan de gang zijn
op het moment van de projectoproep mag een aanvraag worden ingediend om
cofinanciering door het Fonds voor internationale solidariteit in het kader van deze
projectoproep. Deze projecten moeten echter nog een uitvoeringstermijn hebben van
minimaal een jaar op het moment dat het selectiecomité de projecten selecteert. 6 De
bedragen die het Fonds toekent aan dergelijke projecten mogen enkel betrekking hebben op
de bedragen die worden uitgegeven in de periode die door het Fonds wordt ondersteund.
Zijn uitgesloten:
- projecten voor fondsenwerving;
- projecten die enkel betrekking hebben op educatie en sensibilisering;
- alternatieven/bijkomende opties bij het ingediende basisproject;
- pure projecten 'voorlichting met betrekking tot samenwerkingsacties'.
2.6 Financiering
HYDROBRU stelt voor deze projectoproep een totaalbudget van € 306.923,29 ter
beschikking van het Fonds.
Het selectiecomité zal minimaal drie en maximaal vijftien projecten selecteren. Deze
projecten zullen voor 10 000 tot 100 000 euro gecofinancierd worden, binnen de grenzen
van de beschikbare bedragen, voor een periode van een tot drie jaar, en voor zover de door
dit mechanisme toegekende financiële bijdrage niet hoger is dan 80 % van het totaalbudget
voor het project.
Het project wordt voor minimaal 20 % gefinancierd door de organisatie die het project draagt
en haar eventuele partners, ofwel via het eigen vermogen, ofwel via openbare steun die niet
uitgaat van een gewestelijke openbare instelling van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
De administratieve kosten zijn beperkt tot 10 % van het totaalbedrag van het project.
U vindt de lijst van de in aanmerking komende uitgaven in bijlage 3 van dit document.
2.7 Samenstelling van het kandidaatsdossier
2.7.1 In te vullen documenten die bij deze projectoproep zijn gevoegd
6
31 december 2017 beschouwen als theoretische datum voor de selectie van de projecten door het
selectiecomité
Pagina 8|
Het dossier van elke projectdragende organisatie dient de volgende, correct ingevulde
bijlagen bij deze projectoproep te bevatten.
 Bijlage 1: Het ingevulde en ondertekende kandidatuurformulier voor de projectoproep
 Bijlage 2: Het ingevulde en ondertekende gedetailleerde budget voor de
projectoproep
Ter informatie
Bijlage 3 van dit reglement betreft de subsidiabele en niet-subsidiabele uitgaven met
betrekking tot het project.
2.7.2 Andere documenten die moeten worden bijgevoegd
Het dossier van elke projectdragende organisatie dient de volgende documenten te
bevatten:
-
een kopie van de statuten (behalve als een gemeente de projectdragende organisatie
is);
het curriculum vitae van de persoon/personen die verantwoordelijk is/zijn voor het
project;
het activiteitsverslag van het jaar dat voorafgaat aan het jaar van de aanvraag voor
de
representatieve
structuren
van
niet-gouvernementele
ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties en de verenigingen zonder winstoogmerk.
De andere projectdragende organisaties dienen een activiteitsverslag over de
thema's van deze projectoproep (zie punt 2.3) in voor het jaar dat aan de aanvraag
voorafgaat.
Naargelang van het type projectdragende organisatie moet het kandidaatsdossier absoluut
de volgende documenten bevatten:
Voor verenigingen zonder winstoogmerk:
- een kopie van de bijlage van het Belgisch Staatsblad houdende de afkondiging van
de statuten en van al hun eventuele wijzigingen wordt bij dit dossier gevoegd;
- een kopie van de bijlage van het Belgisch Staatsblad met de lijst van de
bestuurders en effectieve leden, alsook van al haar eventuele wijzigingen, wordt bij
dit dossier gevoegd.
Voor overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen:
Nihil
-
Voor Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties:
een kopie van het Koninklijk Besluit houdende erkenning van de projectdragende
organisatie als vakbondsorganisatie wordt bij het kandidaatsdossier gevoegd.
Voor
een
representatieve
structuur
van
niet-gouvernementele
ontwikkelingssamenwerkingorganisaties:
- een kopie van de erkenning, afgeleverd in overeenstemming met de wet van 19
maart 2013 betreffende de Belgische Ontwikkelingssamenwerking en
het
Koninklijk besluit van 25 april 2014 betreffende de subsidiëring van de actoren van
de niet-gouvernementele samenwerking, wordt bij het dossier gevoegd.
Voor een Brusselse gemeente:
- de beslissing van het schepencollege en/of de gemeenteraad om een
kandidaatsdossier in te dienen voor deze projectoproep, wordt bij het dossier
gevoegd.
Pagina 9|
3. ORGANISATIE VAN DE PROJECTOPROEP
3.1 Het Secretariaat
Het permanente Secretariaat van het Fonds wordt waargenomen door HYDROBRU, de
operator die verantwoordelijk is voor de distributie en de afvoer van het water in het
Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Ter informatie
Neem voor aanvullende informatie en/of voor de indiening van een dossier contact op met
de personen die vermeld worden in punt 5 "Indiening van het dossier en inlichtingen" van
deze projectoproep.
3.2. Selectieprocedure
De ontvankelijkheid van de dossiers zal op basis van specifieke aanvaardingscriteria (zie
punt 4.1) onderzocht worden door het selectiecomité waarvan sprake is in artikel 3, §1, van
het Besluit. Het selectiecomité deelt kandidaat-organisaties onmiddellijk mee of hun project
ontvankelijk is.
De ontvankelijk geachte dossiers zullen door het selectiecomité onderzocht worden op basis
van specifieke selectiecriteria (zie punt 4.2). Indien nodig kan dit comité aan de
projectdragende organisatie aanvullende informatie vragen om het dossier te verhelderen.
Het selectiecomité stelt de lijst op van projecten die door het Fonds zullen worden
gefinancierd, met vermelding van het bedrag dat hen elk afzonderlijk zal worden toegekend.
Tegen het niet-selecteren van een project kan geen beroep worden aangetekend.
Ter informatie
Het selectiecomité bestaat uit:
1° voor de openbare sector:
a) een vertegenwoordiger van het Brussels Instituut voor Milieubeheer (Leefmilieu Brussel BIM);
b) een vertegenwoordiger van HYDROBRU;
c) een vertegenwoordiger van de minister die bevoegd is voor het waterbeleid;
2° voor de verenigingssector actief in het domein van het water en de internationale
samenwerking:
a) ten minste een vertegenwoordiger van de Franstalige verenigingssector;
b) ten minste een vertegenwoordiger van de Nederlandstalige verenigingssector;
3° voor de sociale partners: twee vertegenwoordigers van de Economische en Sociale Raad
voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest;
4° de vertegenwoordigers van kandidaat-organisaties voor de projectoproep mogen geen
zitting hebben in het selectiecomité.
Het voorzitterschap van het comité wordt waargenomen door de vertegenwoordiger van de
minister die bevoegd is voor het waterbeleid.
Het comité kan zich op het advies van deskundigen baseren bij het formuleren van een
voorstel van te financieren projecten.
P a g i n a 10 |
(Artikelen 3, §1, en 6, § 2, van het Besluit).
3.3 Administratieve procedure voor de toekenning van de financiering
Na de selectie van de projecten deelt het selectiecomité de uitgekozen projecten en het
bedrag van de financiering voor elk project officieel mee aan HYDROBRU.
Terzelfder tijd legt het selectiecomité een overeenkomst houdende de toekenningsregels
voor de financiering (hierna "de Overeenkomst" genoemd) ter ondertekening voor aan
HYDROBRU, Leefmilieu Brussel - BIM en de dragende organisaties van de geselecteerde
projecten.
3.4. Administratieve procedure voor de toekenning van de financiering
Het selectiecomité bepaalt in de Overeenkomst de voorwaarden voor de vereffening van de
financiering alsook de termijn voor het indienen van de schuldvordering op het Secretariaat.
De financiering wordt opgesplitst in twee of drie schijven, naargelang van de duur van het
project en het bedrag van de toegekende financiering:
1. de eerste schijf moet als een voorschot worden beschouwd. Er moet een
schuldvordering voor dit bedrag naar het Secretariaat worden verzonden zodra de
Organisatie de officiële beslissing om de financiering toe te kennen, heeft ontvangen
en zij de overeenkomst heeft ondertekend en teruggestuurd naar het Secretariaat;
2. indien dat zo bepaald is in de selectiebeslissing, zal de tweede schijf die in deze
overeenkomst wordt beschreven, betaald worden na ontvangst van een staat van
voortgang van het project en een schuldvordering;
3. het saldo van de financiering wordt betaald wanneer het project voltooid is en het
begeleidingscomité in het bezit gesteld is van het specifieke activiteitsverslag voor
het project, evenals van een financiële balans met de ontvangsten en uitgaven van
het project en hun bewijsstukken. Alle nodige documenten moeten ter plaatse kunnen
worden gecontroleerd.
Na ontvangst van de schuldvordering zal het nog minimaal een maand duren vóór het
bedrag van de financiering op de rekening van de begunstigde wordt gestort.
Het volledige bedrag van de toegekende financiering, vermeld in de Overeenkomst,
wordt pas vereffend wanneer de begunstigde werkelijk gedane uitgaven kan bewijzen die
door het begeleidingscomité zijn aanvaard.
Om aanvaard te worden, moeten de uitgaven aan de volgende voorwaarden voldoen:
-
-
ze moeten rechtstreeks toe te schrijven zijn aan het project;
de administratieve kosten mogen niet hoger zijn dan 10 % van het totaalbedrag van
het project (art. 7, §1, 5°). Daarom is het belangrijk dat u bij het opstellen van het
budget aandacht schenkt aan de categorieën van uitgaven waarvoor u de
(co)financiering wenst aan te vragen;
de uitgaven werden gedaan door de begunstigde van de financiering of de lokale
partner(s) ervan;
de uitgaven moeten gedaan en hun betaling moet uitgevoerd zijn tussen de begin- en
de einddatum van het project;
de uitgaven moeten gestaafd worden met bewijsstukken die voldoen aan de formele
criteria, vermeld in de lijst van uitgaven die in aanmerking komen (bijlage 3).
P a g i n a 11 |
Naargelang van de omvang van de aanvaarde uitgaven heeft de begunstigde recht op het
volgende financieringsbedrag:
-
-
-
de aanvaarde uitgaven zijn gelijk aan of hoger dan het goedgekeurde
financieringsbedrag: de begunstigde ontvangt het volledige bedrag zoals bepaald in
de Overeenkomst;
de aanvaarde uitgaven zijn lager dan het bedrag van de financiering: het uitbetaalde
bedrag zal verlaagd worden tot het bedrag van de aanvaarde uitgaven, na aftrek van
de 20 % eigen middelen (of die niet uitgaat van een gewestelijke openbare instelling
van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest) en nadat werd gecontroleerd dat de
administratieve kosten niet hoger zijn dan 10 % van de uiteindelijke werkelijke kosten
van het project;
de aanvaarde uitgaven zijn lager dan het bedrag dat reeds werd vereffend in de
eerste schijf. Het deel dat hoger is dan de aanvaarde uitgaven, wordt teruggevorderd
van de begunstigde - rekening houdend met de 20 % eigen middelen (of die niet
uitgaat van een gewestelijke openbare instelling van het Brusselse Hoofdstedelijk
Gewest) en het maximum van 10 % voor de administratieve kosten.
4. ONTVANKELIJKHEIDS- EN SELECTIECRITERIA
Bij de beoordeling van de ingediende projecten wordt rekening gehouden met:
- Ontvankelijkheidscriteria
Overeenkomstig artikel 7 van het Besluit kunnen projecten die niet aan al deze criteria en
principes voldoen, niet in aanmerking worden genomen voor financiering door het Fonds
voor internationale solidariteit; zij worden onontvankelijk verklaard en dus inhoudelijk niet
beoordeeld.
- Selectiecriteria
In het kader van de projectoproep wordt de kwaliteit van de projecten vergeleken volgens de
criteria vermeld in artikel 8 van het Besluit en zoals verder uitgewerkt in dit reglement. Het
selectiecomité zal die criteria ook als hulpmiddel gebruiken om de ingediende projecten te
rangschikken. Op basis van deze rangschikking zullen de projecten gefinancierd worden
binnen de grenzen van de beschikbare budgetten bij het Fonds. Wanneer het budget
opgebruikt is, kunnen de minder goed gerangschikte projecten geen aanspraak meer maken
op financiering in het kader van de internationale solidariteit zoals bedoeld in het Besluit.
4.1 Ontvankelijkheidscriteria
Om ontvankelijk te zijn, moet een project aan alle hierna opgesomde voorwaarden voldoen.
1. Het Secretariaat is uiterlijk op 30 juni 2017 in het bezit van het kandidaatsdossier,
zowel in elektronische versie als op papier.
2. Het dossier bevat alle gevraagde documenten (punt 2.7) en informatie (overzicht van
het project, begin- en einddatum, contactgegevens, bankgegevens enz.) voor een
snelle beoordeling en opvolging;
3. Het project wordt gedragen door een van de entiteiten die in punt 2.2 worden
opgesomd;
P a g i n a 12 |
4. De organisatie die met het project belast is, heeft haar zetel in het Brusselse
Hoofdstedelijk Gewest;
5. De projectdragende organisatie is actief in de watersector of heeft aantoonbare
ervaring in de uitvoering van projecten met betrekking tot water of sanering.
6. Het project sluit aan bij een van de thema's die in punt 2.3 van deze projectoproep
worden vermeld.
7. Het project wordt uitgevoerd in een van de geografische gebieden die in punt 2.4 van
deze projectoproep worden vermeld.
8. De projectdragende organisatie is rechtstreeks verantwoordelijk voor de
voorbereiding en het beheer van het project en de synergie met haar partner(s).
9. Het project moet ofwel beginnen tussen 1 januari 2018 en 30 juni 2018 ofwel, als het
project begonnen is vóór 1 januari 2018, op 1 januari 2018 een uitvoeringstermijn
hebben van minimaal 1 jaar. De cofinanciering van het ingediende project door het
Fonds mag maximaal 3 jaar bestrijken;
10. Het project wordt ingediend in het Nederlands of het Frans.
11. Voor de globale financiering van het project wordt rekening gehouden met de
interventiemodaliteiten van het Fonds zoals beschreven in de punten 2.6 en 3.4 van
deze projectoproep.
12. De dragende organisatie leeft de fundamentele beginselen en rechten inzake arbeid
na, die de IAO (Internationale Arbeidsorganisatie) heeft gedefinieerd.
4.2. Selectiecriteria
Om geselecteerd te worden, moet het project in overeenstemming zijn met de volgende
algemene beginselen:
a) bijdragen tot de verwezenlijking van de 6de doelstelling van de Duurzame
Ontwikkelingsdoelstellingen die door de Verenigde Naties zijn vastgelegd, namelijk
6.1 en 6.2: tegen 2030 voor iedereen de toegang tot drinkwater en sanering
garanderen ;
b) indien mogelijk meewerken aan de invoering, voor de lokale besturen van de
ontwikkelingslanden en in het kader van hun bevoegdheden, van plaatselijke
openbare diensten voor kwantitatief en kwalitatief voldoende water en sanering,
waarbij iedereen voor een aanvaardbare en eerlijke prijs toegang krijgt tot deze
diensten, die aan de verschillende gebruikers zijn aangepast;
c) aansluiten bij zowel de principes van duurzame ontwikkeling, duurzaamheid en toeeigening door de begunstigden, als de versterking van de bekwaamheid van de
plaatselijke actoren.
Deze algemene beginselen worden ingedeeld in de onderstaande 16 criteria. Voor de
rangschikking van de projecten zal rekening worden gehouden met de mate waarin deze
criteria in acht worden genomen.
Bijdragen tot de verwezenlijking van de 6de doelstellingen van de Duurzame
Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG) die door de Verenigde Naties zijn vastgelegd, namelijk 6.1 en
6.2: tegen 2030 voor iedereen de toegang tot drinkwater en sanering garanderen.
Hiertoe moet het project:
- worden uitgevoerd door personen met bekwaamheid en relevante ervaring in dit domein;
- rekening houden met de verschillende vormen van watergebruik, zowel sociaal als
economisch, in het bijzonder water valoriseren als een mensenrecht en een goed van
vitaal belang;
- garanderen dat de projecten van algemeen belang zijn, zonder commerciële
ontwikkelingsdoelstelling van een of meer private operatoren:
- de verbeterde toegang tot drinkwater gepaard laten gaan met bewustmakings- en
opleidingsinspanningen rond hygiëne en de terbeschikkingstelling van aangepaste
sanitaire infrastructuur;
P a g i n a 13 |
-
de fundamentele beginselen en rechten inzake arbeid, die de IAO (Internationale
Arbeidsorganisatie) heeft gedefinieerd, naleven.
Indien mogelijk bijdragen tot aan de invoering, voor de lokale besturen van de
ontwikkelingslanden en in het kader van hun bevoegdheden, van plaatselijke openbare diensten
voor kwantitatief en kwalitatief voldoende water en sanering, waarbij iedereen voor een
aanvaardbare en eerlijke prijs toegang krijgt tot deze diensten, die aan de verschillende
gebruikers zijn aangepast;
Hiertoe moet het project:
-
-
indien mogelijk, bijdragen tot het globale en geïntegreerde beheer van de waterkringloop
door de openbare sector, in het kader van een duurzame ontwikkeling en het algemeen
belang, door verschillende betrokken plaatselijke spelers en actoren hierbij te betrekken;
de noden en de middelen van de plaatselijke bevolking precies inschatten;
technische en financiële oplossingen voorstellen die zo nauw mogelijk aansluiten bij de
lokale noden en middelen;
Aansluiten bij zowel de principes van duurzame ontwikkeling, duurzaamheid en toe-eigening
door de begunstigden, als de versterking van de bekwaamheid van de plaatselijke actoren.
Hiertoe moet het project:
- partnerships aangaan met de bevolking, de plaatselijke overheden en hun
vertegenwoordigers, met het oog op het garanderen van hun actieve participatie, en
modaliteiten voor hun participatie in de investeringen, de levering en het beheer van de
diensten en hun tarifering overeenkomen alsook in de uit te voeren acties van educatie
en sensibilisering;
- de instelling ondersteunen van een plaatselijk overheidsbeleid en van institutionele
kaders die de duurzaamheid, de kwaliteit van de geleverde diensten en het
democratische karakter van de besluitvorming garanderen;
- water beheren en tegelijk het leefmilieu beschermen en de hernieuwing voor de
toekomstige generaties garanderen;
- garanderen dat de wateronttrekkingen en de lozingen van afvalwater die tijdens de
uitvoering van het project plaatsvinden, de kwaliteit, de natuurlijke functies en het
voortbestaan van deze rijkdom niet in gevaar brengen;
- regelmatig de resultaten van de projecten beoordelen, om de interventiestrategieën en
de investeringskeuzen op de reële, soms evoluerende, noden van de begunstigden af te
stemmen;
- voorzien in een synergie tussen de dragende organisatie en ten minste een partner
afkomstig uit het land waar het project wordt uitgevoerd;
- voorzien in een uitwisseling van ervaring tussen de partners van het Noorden en het
Zuiden en in een toe-eigening door de plaatselijke partners van die ervaring en het
project;
- de continuïteit van de beschikbaarheid van water en sanering garanderen door een
grotere verantwoordelijkheid van alle betrokken partijen, in het bijzonder de gebruikers,
de plaatselijke overheden en de beheerders in het betrokken land.
Er zal ook een kwalitatieve beoordeling van het project worden uitgevoerd op basis van de
volgende beoordelingscriteria:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
uitvoerbaarheid en relevantie;
doeltreffendheid;
efficiëntie;
beheer;
duurzaamheid en engagement;
genderdimensie (de integratie van de genderdimensie is veeleer een beginsel en een
algemene benadering dan een doelstelling op zich. Het genderaspect (man/vrouw)
kan variëren naargelang van de cultuur en lokale specifieke kenmerken. Het project
moet deze specifieke kenmerken bevatten en moet, als deze dimensie erop van
toepassing is, aantonen dat het de omstandigheden voor mannen en/of vrouwen wil
verbeteren).
P a g i n a 14 |
7. Aanpassing aan de klimaatverandering (indien dit voor de locatie en de specificiteiten
van het project relevant blijkt te zijn)
Voor elk van deze beoordelingscriteria zal een cijfer worden toegekend.
Bij de beoordeling van de projecten zal er eveneens rekening worden gehouden met het feit
dat
1. de dragende organisatie blijk geeft van gewestelijke verankering door bewustmaking
en voorlichting van de Brusselse bevolking rond internationale solidariteit en
ontwikkelingssamenwerking;
2. er een nuttig verband bestaat met andere projecten en initiatieven inzake
ontwikkelingssamenwerking (van België of zelfs van het Brusselse Hoofdstedelijk
Gewest) in de betrokken zone.
5. OPVOLGING VAN DE GESELECTEERDE PROJECTEN
Het begeleidingscomité beoordeelt jaarlijks de uitvoering en het goede verloop van de
geselecteerde projecten volgens de hierna beschreven modaliteiten.
Ter informatie
Voor elk van de geselecteerde projecten zal een begeleidingscomité worden opgericht,
samengesteld uit:
a) een vertegenwoordiger van de minister die bevoegd is voor het waterbeleid;
b) een vertegenwoordiger van de minister-president;
c) een vertegenwoordiger van de minister die bevoegd is voor internationale betrekkingen;
d) een of twee vertegenwoordigers van de projectdragende organisatie;
e) een of meer vertegenwoordigers van Leefmilieu Brussel - BIM; en
f) een of meer vertegenwoordigers van HYDROBRU.
5.1 Aan het begeleidingscomité over te leggen documenten
Overeenkomstig artikel 6, §3, van het Besluit aanvaardt de dragende organisatie door de
ondertekening van de Overeenkomst de verplichting om de volgende documenten aan het
begeleidingscomité te bezorgen:
- een activiteitsverslag betreffende het ondersteunde project met de frequentie die in
de Overeenkomst wordt vermeld;
- een financiële balans van de inkomsten en uitgaven van dit project met
bewijsstukken, waarbij een controle ter plaatse van alle nodige documenten mogelijk
is.
De dragende organisatie van het geselecteerde project moet de bovengenoemde
documenten afleveren uiterlijk iedere 30 april volgend op het jaar van uitvoering van het
project.
5.2 Criteria voor de beoordeling van de uitvoering en het goede
verloop van het geselecteerde project
Voor elk geselecteerd project is het begeleidingscomité belast met de controle op de
uitvoering en het goede verloop ervan. Daartoe kan in de Overeenkomst tussen
HYDROBRU, Leefmilieu Brussel - BIM en de dragende organisatie van het geselecteerde
project worden voorzien in ondersteuning door een externe beoordelaar.
Het begeleidingscomité keurt het activiteitsverslag en de financiële balans goed die door de
dragende organisatie worden ingediend. Het beoordeelt de relevantie, de samenhang, de
efficiëntie, de doelmatigheid, de effectieve uitvoering, de transparantie van het beheer
P a g i n a 15 |
en de duurzaamheid van het project naarmate het wordt uitgevoerd en het resultaat aan
het einde van de financiering.
Het comité komt samen op vraag van een van de partijen van de Overeenkomst en ten
minste een keer per jaar.
Elke beoordeling wordt uitgevoerd met respect voor de projectdrager en de begunstigde
bevolking, volgens criteria aangepast aan het voorwerp van het project en aan zijn
kenmerken en via een transparant proces waarin alle standpunten tot uitdrukking kunnen
komen.
5.3 Bekendmaking van de beoordeling van de uitvoering en van het
goede verloop van het geselecteerde project
Het begeleidingscomité brengt de beoordeling per brief of via elektronische weg ter kennis
van de projectdrager en het selectiecomité.
6. INDIENING VAN HET KANDIDAATSDOSSIER EN INLICHTINGEN
Deze projectoproep is geopend van 1 april tot en met 30 juni 2017.
De projectoproep is beschikbaar op de website van HYDROBRU (www.hydrobru.be/) en op
die van Leefmilieu Brussel - BIM (www.leefmilieu.brussels/). De formulieren met betrekking
tot deze oproep kunnen vanaf deze sites worden gedownload.
Bij de indiening van de kandidaturen moeten de volgende regels in acht worden genomen.

Een exemplaar op papier, gericht aan:
HYDROBRU - Fonds voor internationale solidariteit
Angélique Dequick
Keizerinlaan 17-19
1000 Brussel
Het dossier wordt met de post naar het bovengenoemde adres verzonden, waarbij de
poststempel - op datum uiterlijk 30 juni 2017 - als bewijs dient,
Of
het dossier wordt uiterlijk 30 juni 2017 om 16 uur afgegeven bij het onthaal van het
Secretariaat van het Fonds, op het bovengenoemde adres. In dat geval vraagt de
afgever een ontvangstbewijs.

Een exemplaar in pdf wordt uiterlijk 30 juni 2017 per e-mail verzonden, naar
[email protected] met als onderwerp 'Internationale solidariteit Projectoproep 2017: naam van de kandidaat-organisatie'. (een elektronische versie
geldt in geen geval als bewijs voor de datum van indiening of de inhoud van het
dossier).
Een onvolledig of te laat ingediend dossier wordt niet onderzocht en wordt definitief
verworpen.
Gelieve voor aanvullende informatie of vragen over deze projectoproep contact op te nemen
met Angélique Dequick, HYDROBRU, op het nummer 02 518 87 36 of het e-mailadres
[email protected]
P a g i n a 16 |
BIJLAGE 1: Kandidatuurformulier
PRAKTISCH OVERZICHT
Waartoe dient dit formulier?
Met dit formulier kunt u een financiering aanvragen voor een project dat voldoet aan de
voorwaarden, gesteld in het reglement van de projectoproep die het selectiecomité
lanceerde voor projecten inzake ontwikkelingshulp die specifiek zijn voor de watersector.
Tot wie moet deze aanvraag gericht worden?
De dragende organisatie moet het dossier bij het Secretariaat van het Fonds voor
internationale solidariteit indienen volgens de hierna beschreven regels.

Een exemplaar op papier, gericht aan:
HYDROBRU - Fonds voor internationale solidariteit
Angélique Dequick
Keizerinlaan 17-19
1000 Brussel
Het dossier wordt met de post naar het bovengenoemde adres verzonden, waarbij de
poststempel - op datum van uiterlijk 30 juni 2017 - als bewijs dient,
Of
het dossier wordt uiterlijk op 30 juni 2017 om 16 uur afgegeven bij het onthaal van het
Secretariaat van het Fonds, op het bovengenoemde adres. In dat geval vraagt de
afgever een ontvangstbewijs.
En

Een exemplaar in pdf wordt uiterlijk 2017 per e-mail verzonden naar
[email protected] met als onderwerp 'Internationale solidariteit projectoproep 2017: naam van de kandidaat-organisatie'. (een elektronische versie
geldt in geen geval als bewijs voor de datum van indiening of de inhoud van het
dossier).
Indien er verschillen zijn tussen de papieren en de elektronische versie, wordt het project
beoordeeld op basis van de inhoud van de papieren versie.
Een onvolledig of te laat ingediend dossier wordt niet onderzocht en wordt definitief
verworpen
Opmerking: bij dit formulier kunnen bewijsstukken worden gevoegd.
Deze documenten vervangen het formulier zelf uiteraard niet.
P a g i n a 17 |
FONDS VOOR INTERNATIONALE SOLIDARITEIT
PROJECTOPROEP
voor projecten inzake ontwikkelingshulp die verband houden met de
watersector
2017
KANDIDATUURFORMULIER
Benaming van de dragende
organisatie van het project dat
door het Fonds voor internationale
solidariteit moet worden
gecofinancierd:
Benaming van het project:
Land waarin het project zal worden
uitgevoerd:
Vermeld om welk geografisch
gebied het precies gaat (bv. naam
van van het stedelijk/landelijk
gebied, wijk enz.) :
Past in het thema:
Gelieve aan te vinken (een
combinatie van beide thema's is
mogelijk).
Ο Duurzame toegang tot drinkwater
Geraamde totale kostprijs van het
project:
………………………. €
Bedrag van de gevraagde bijdrage
(minimaal € 10 000 en maximaal €
100 000)
………………………..€
Ο Duurzame toegang tot adequate sanering
Dossiernummer:
(in te vullen door het
Secretariaat van het Fonds)
P a g i n a 18 |
DEEL 1 - Inlichtingen over de kandidaat-organisatie
(Gelieve de statuten van de organisatie als bijlage bij te voegen, behalve als de
projectopdragende organisaties een gemeente is)
1.1. Organisatie
Volledige naam van de
projectdragende organisatie
Afgekorte naam van de
projectdragende organisatie (in
voorkomend geval)
1.2. Contactgegevens
Adres van de maatschappelijke
zetel
(zoals vermeld in de statuten)
Postcode
(zoals vermeld in de statuten)
Gemeente
(zoals vermeld in de statuten)
Telefoonnummer
Faxnummer
E-mailadres
Website
1.3. Aanvullende gegevens
Ondernemingsnummer
(zoals vermeld in het Belgisch
Staatsblad)
(behalve als de projectdragende
organisatie een Brusselse gemeente
is)
P a g i n a 19 |
Taalrol (FR/NL)
FR/NL
Bankrekeningnummer: IBAN-CODE
Naam van de rekeninghouder
1.4.
1.5.
Statutair doel van de organisatie
Contactpersoon voor het project
Naam van de contactpersoon
mevrouw/de heer
Telefoonnummer (vast)
Telefoonnummer (mobiel)
E-mailadres
P a g i n a 20 |
DEEL 2 - Algemene gegevens van het project - identificatiefase
Gelieve zo precies mogelijk te antwoorden op de vragen hieronder aan de hand van kaarten,
officiële gegevens, enz.
2.1
Benaming van het project
Vermeld hier de titel van het project
2.2 Duur
Vermeld hier de duur van het project
Opgelet: de cofinanciering van het project door het Fonds is gespreid over maximaal 3 jaar
vanaf de beslissing van het selectiecomité om het project te selecteren. De bedragen die het
Fonds toekent betreffen enkel de uitgaven die worden gedaan na de ondertekening van de
Overeenkomst.
Vermeld hier de geplande begindatum van het project (tussen 1 januari 2018 en 30 juni
2018)
-- /--/---Als het project aansluit bij een project dat al aan de gang is, moet er een stand van zaken
van het project - in de staat van uitvoering waarin het zich nu bevindt - worden gevoegd bij
het kandidatuurformulier
Vermeld hier de geplande einddatum van het project (uiterlijk tussen 31 december 2018
en 31 december 2020)
--/--/----
2.3 Locatie
Vermeld hier de belangrijkste plaats(en) waar activiteiten zullen worden georganiseerd.
Voeg kaarten van de zone(s) in kwestie bij en/of gps-coördinaten
P a g i n a 21 |
2.4
Keuze van de geografische zone van het project
Geef de redenen aan waarom voor die geografische zone wordt gekozen voor het project
Beschrijf de volledige problematiek inzake drinkwatervoorziening en/of sanering van de
gekozen geografische zone
2.5
Context waarin het project valt
Leg uit hoe het project in de lokale context past (bestaande of te creëren lokale
partnerschap(pen), behoeften waaraan dit project van plan is te voldoen)
Som de problemen op die het project wil oplossen
2.6 Actoren
Som de bevoegde openbare en/of privéactoren (juridische teksten, enz.) op en geef een
korte beschrijving
Vermeld de (openbare/privé-/verenigings-)actoren die aanwezig zijn op de interventiezone
en de projecten die er gevoerd worden.
P a g i n a 22 |
2.7 Partners
Geef aan met welke ngo's, partnerorganisaties of lokale en/of regionale autoriteiten uit het
Zuiden u samenwerkt. Welke synergieën zijn daarvoor tot stand gekomen?
Vermeld de (juridische) status, het adres en andere nuttige inlichtingen van de organisatie
waarmee u samenwerkt.
Geef aan welke rol de partners uit het Zuiden in het project spelen
Beschrijf onder meer de visie en de strategie van de samenwerkingsrelatie op lange termijn,
de taakverdeling, de knowhow en de eigen inbreng van elke organisatie.
P a g i n a 23 |
2.8 Samenvatting
Vat het project kort samen.
Beschrijf in ieder geval bondig de activiteit, de doelgroep en de doelstelling.
(ongeveer 250 woorden).
DEEL 3 - Gedetailleerde beschrijving van het project
Beschrijf hoe u het project zult uitvoeren. Vermeld de aanleiding, problemen, de
doelstellingen, de verwachte resultaten, de geplande activiteiten, de doelgroep, ...
Gelieve zo precies mogelijk te antwoorden op de vragen hieronder aan de hand van kaarten,
officiële gegevens, enz.
3.1
Algemene problematiek van het project
Geef aan wat het grootste probleem is waarop u met het project zou kunnen stuiten.
Leg de relevantie van het project uit ten opzichte van dat probleem.
(maximaal 250 woorden)
P a g i n a 24 |
3.2 Doelstellingen7
Geef een overzicht van de doelstellingen van het project
Welke doelstelling(en) moet(en) aan het einde van het project bereikt zijn?
3.3 Verwachte resultaten8
Geef een overzicht van het resultaat van het project.
Welke producten, diensten of processen moeten worden verwezenlijkt om de doelstelling(en)
te bereiken?
7
De doelstelling is de uitdrukking van een actie die tot een resultaat wil komen en vloeit voort uit zowel een diagnose als de
finaliteiten. De doelstelling mag in algemene termen worden uitgedrukt.
8
Het resultaat vertaalt op een waarneembare, zelfs meetbare manier het beoogde doel.
P a g i n a 25 |
3.4
Projectactviteiten
Geef aan via welke activiteiten uw organisatie de doelstelling(en) wil bereiken.
Vul de tabel hieronder in. Geef een overzicht van de projectactiviteiten, hun planning, een
korte beschrijving van elke activiteit en het nodige personeel en materieel. Het is de
bedoeling dat dezelfde activiteitnummers worden gebruikt in het budget van het project (zie
bijlage 2).
P a g i n a 26 |
Tabel 1: Planning van de activiteiten
 Indien nodig kunt u regels toevoegen.
 Het is de bedoeling dat de planning van deze activiteiten zo goed mogelijk overeenstemt met de posten van het budget
van het project zoals vermeld in bijlage 2.
Activiteit
1
1.1
1.2
1.3
1.4
2
2.1
2.2
…
Nr.
Benaming van
de activiteit
Beschrijving
Nodige financiële
middelen
Nodige personeel
Nodige materiële
middelen
Begin activiteit
(maand - jaar)
Einde
activiteit
(maand jaar)
3.5 Doelgroep
Geef aan welke doelgroep(en) u voor ogen hebt.
Beschrijf de doelgroep(en) die u voor ogen hebt in uw project. Wie wilt u bereiken (jongeren,
gezinnen, doelgroepen met een multiplicatoreffect) en hoe wilt u dit doen?
(maximaal 150 woorden)
Geef aan in welke mate de doelgroep rechtstreeks betrokken is bij de voorbereiding, de
uitvoering en de evaluatie van het project (maximaal 250 woorden).
Bijvoorbeeld: als er een gebruikerscomité wordt opgericht voor het beheer van een put, geef
dan het type organisatie en de samenstelling van het comité, of de leden ervan een loon
krijgen, enz.
3.6 Genderdimensie
Beschrijf hoe de genderdimensie in uw project opgenomen zal worden.
De integratie van de genderdimensie is veeleer een beginsel en een algemene benadering
dan een doelstelling op zich. Het genderaspect (man/vrouw) kan variëren naargelang van de
cultuur en lokale specifieke kenmerken. Het project moet deze specifieke kenmerken
bevatten en moet, als die dimensie van toepassing, aantonen dat het de omstandigheden
voor mannen en/of de vrouwen wil verbeteren
(maximaal 250 woorden).
3.7
Toegang tot de diensten - tarifering
Geef aan of de toegang tot de ontwikkelde diensten aan de gebruikers zou worden
gefactureerd. Zo ja, geef aan welk type facturering u van plan bent toe te passen (bijdrage,
prijs per fles, enz.), hoeveel de kosten voor de gebruiker bedragen en welke doelstellingen u
met deze facturering wilt bereiken (autonomie van de beheerscomités, bezoldiging van de
werknemers, enz.)
3.8 Klimaatverandering
Geef aan in welke mate uw project rekening houdt met de huidige en toekomstige
klimaatverandering, in het kader van de mitigatie en/of de aanpassing aan de
P a g i n a 29 |
klimaatverandering
aanpassingen.
past
en/of bijdraagt tot
de
ontwikkeling
van
klimaatbestendige
(beschrijving in 250 woorden indien dit voor de locatie en de specificiteit van het project
relevant blijkt te zijn.)
3.9 Risicoanalyse
Vermeld de belangrijkste risicofactoren9 die u kunnen verhinderen de doelstellingen van het
project te bereiken
Geef de maatregelen aan die genomen worden om deze risico's te vermijden of te
beheersen
3.10
Monitoring
Geef aan hoe (de inhoud van) het project zal worden opgevolgd tijdens zijn uitvoering.
9
Risico's inzake de werken zelf, risico's inzake het beheer van het project, risico's inzake de doeltreffendheid, risico's inzake de
duurzaamheid en financiële risico's.
P a g i n a 30 |
3.11
Evalueerbaarheid
Geef aan in welke mate uw project zal worden geëvalueerd.
Licht de evaluatieprocedure toe die u in het kader van het project zult gebruiken.
Hoe en wanneer zult u controleren of de beoogde doelstellingen daadwerkelijk bereikt zijn?
Vermeld de indicatoren die u zult gebruiken. De indicatoren moeten op een objectieve
manier kunnen worden gecontroleerd. Geef aan op welke manier er een controle kan worden
uitgevoerd.
3.12
Projectervaring
Vermeld in welke mate uw organisatie ervaring heeft in de uitvoering van (soortgelijke)
projecten in de regio's (of bij de uitbreiding de landen) waarop deze projectoproep betrekking
heeft.
Vermeld ook de behaalde resultaten (maximaal 3 projecten - maximaal 500 woorden).
P a g i n a 31 |
3.13
Financiering
Geef aan of dit project gesteund of gesubsidieerd wordt door andere autoriteiten.
Door welke autoriteiten, voor welk bedrag en voor welke periode?
Opmerking: tot de ontvankelijkheidscriteria behoort het volgende: "het project wordt voor
minimaal 20 % gefinancierd door de organisatie die het project draagt en haar eventuele
partners, ofwel via het eigen vermogen, ofwel via openbare steun die niet uitgaat van een
gewestelijke openbare instelling van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest. De
administratieve kosten zijn beperkt tot 10 % van het totaalbedrag van het project" (artikel 7,
§1, 5° van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 mei 2014).
P a g i n a 32 |
DEEL 4 - Technisch gedeelte van het project
Gelieve zo precies mogelijk te antwoorden op de vragen hieronder aan de hand van kaarten,
officiële gegevens, enz. (indien relevant voor het voorgestelde project)
4.1 Aquifer
Als in het kader van uw project moet worden geboord, gelieve dan gegevens, statistieken,
enz. te geven over:
-
de gebruikte boortechnieken,
de diepte van de grondwaterlaag en van de boringen,
de aard van het terrein, de parameters aan de hand waarvan de kwaliteit van het
water wordt bepaald, het debiet, enz.
Kunt u ons officiële documenten bezorgen waaruit blijkt dat u een vergunning hebt om de
geplande werken uit te voeren?
Kunt u ons eventueel het bestek betreffende de boring bezorgen?
Geef de gemiddelde kostprijs (als u die kent) van de boring in de zone van het project.
4.2 Toegang tot de watervoorraden
Gelieve het type, de toegankelijkheid en de kwaliteit van de waterbron die bij het project zal
worden aangesproken met behulp van kaarten, gps-gegevens, enz. uitvoerig toe te lichten.
4.3 Andere infrastructuur
Geef eventueel de technische of organisatorische redenen aan waarom de aanwezige
infrastructuur niet werkt.
Beschrijf de infrastructuur die zal worden gerenoveerd en/of gebouwd vanuit technisch
standpunt (gebruikte materialen en technieken).
Kunt u ons officiële documenten bezorgen waaruit blijkt dat u een vergunning hebt om de
geplande werken uit te voeren?
Kunt u ons eventueel het bestek betreffende de werken bezorgen?
Geef de gemiddelde kostprijs (als u die kent) van de werken in de zone van het project.
P a g i n a 33 |
DEEL 5 - Volledigheid van het aanvraagdossier
Bij elke financieringsaanvraag moeten de hierna vermelde documenten worden
gevoegd:
Controle
Verplichte documenten
Bijlage
1
De ingevulde en ondertekende aanvraag betreffende de oproep voor projecten
inzake ontwikkelingshulp die verband houden met de watersector (bijlage 1).
2
Het budget van het project (bijlage 2).
3
Een kopie van het curriculum vitae van de persoon/personen die verantwoordelijk
is/zijn voor het project.
4
Een activiteitsverslag van het jaar dat voorafgaat aan het jaar van de aanvraag voor
de representatieve structuren van niet-gouvernementele
ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties en de verenigingen zonder winstoogmerk.
Andere projectdragende organisaties dienen een activiteitsverslag over de thema's
van deze projectoproep (zie punt 2.3 van de projectoproep) in voor het jaar dat aan
de aanvraag voorafgaat.
5
Voor vzw's:
een kopie van de bijlage van het Belgisch Staatsblad houdende de afkondiging van
de statuten en van al hun wijzigingen.
Een kopie van de bijlage van het Belgisch Staatsblad van de vzw, met de lijst van de
bestuurders en effectieve leden, en van al haar wijzigingen.
Voor Brusselse representatieve werknemers- of landbouwersorganisaties: een kopie
van het Koninklijk Besluit houdende erkenning van de betrokken organisatie.
Voor representatieve structuren van niet-gouvernementele
ontwikkelingssamenwerkingsorganisaties: een kopie van de erkenning, afgeleverd
in overeenstemming met het Koninklijk besluit van 25 april 2014 betreffende de
subsidiëring van de actoren van de niet-gouvernementele samenwerking.
Voor de Brusselse gemeenten: een kopie van de beslissing van het
gemeentecollege en/of de gemeenteraad om een kandidaatsdossier in te dienen
voor deze projectoproep
Voor overheids-, onderwijs- of onderzoeksinstellingen: nihil
6
een kopie van de statuten (behalve als de projectdragende organisatie een
gemeente is);
Andere nuttige documenten
7
………………………………………………………………………
……………………………………………………………………
8
…………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………
P a g i n a 34 |
DEEL 6 - Ondertekening
Door dit aanvraagformulier te ondertekenen, bevestigt de aanvrager dat alle gegevens
correct zijn en dat het project zal worden uitgevoerd zoals het beschreven wordt in het
aanvraagdossier.
Datum:
Naam en handtekening van de verantwoordelijke persoon van de kandidaat-organisatie:
Dit in te vullen document is beschikbaar op de website van HYDROBRU (www.hydrobru.be) en die
van Leefmilieu Brussel - BIM (www.environnement.brussels) en kan daar worden gedownload. Het
kan ook worden aangevraagd op het Secretariaat van het Fonds voor internationale solidariteit.
P a g i n a 35 |
BIJLAGE 2: Budget van het project
Cfr. Excelbestand dat bij het in te vullen kandidatuurformulier is gevoegd
Fonds voor internationale solidariteit - Oproep voor projecten 2017
Kandidatuurfomulier
Bijlage 2: budget
Naam van de
projectdragende
organisatie:
Naam van het project:
Kostprijs van het project:
A) Financiële bijdragen
aan het project
Gevraade
Andere
subsidie aan het
subsidies/financieringsbron
Fonds voor
Eigen inbreng
nen
internationale
van de
Totaalbedrag
solidariteit
organisatie
Bedragen
Bronnen
van het project
€
€
€
€
€
€
-
B) Budget van het project
Vul de tabel hieronder in om een algemeen overzicht te schetsen van het projectbudget. Het is de bedoeling dat de posten van het budget zo
goed mogelijk overeenstemmen met de planning van de activiteiten die op het aanvraag-/kandidatuurformulier wordt ingevoerd.
Bijlage 3 geeft een overzicht van de subsidiabele uitgaven.
Er kunnen regels worden toegevoegd
Budget
1. Werkingskosten
Activiteitnummer
JAAR 1
JAAR 2
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€ 0,00
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€ 0,00
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€0
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
Subtotaal
€
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
0
€
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
0
€
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
0
€
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
0
€
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
0
Totaal van alle kosten
€0
Subtotaal
€
€
€
€
€
€
€
Totaalbedrag
financiering door
Fonds (**)
0
0
0
0
0
0
0
0
1.
1.1
1.2
….
€
€
€
€
€
€
€
€
Totaalbedrag
project (jaar
1+2+3) (*)
JAAR 3
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
0,00
€0
€
€
€
€
€
€
€
€
0
0
0
0
0
0
0
0
2. Personeelskosten
Subtotaal
3. Investeringskosten
Subtotaal
4. Administratieve kosten
(maximaal 10% van het totaalbedrag van het project)
€0
€0
€0
€0
(*) Totaalbedrag uitgetrokken voor de activiteit
(**) Aandeel van de financiering door het Fonds dat is toegewezen aan de betrokken activiteit
Dit in te vullen document (Excel-bestand) is beschikbaar op de website van HYDROBRU
(www.hydrobru.be) en op die van Leefmilieu Brussel - BIM (www.environnement.brussels) en kan
daar worden gedownload. Het kan ook worden aangevraagd op het Secretariaat van het Fonds voor
internationale solidariteit. ([email protected]).
P a g i n a 36 |
BIJLAGE 3: Subsidiabele uitgaven
Financiële principes
1. Het grootste deel van de uitgaven worden gedaan in het zuiden, aan het direct
voordeel van de bevolking van het Zuiden.
2. De uitgave moet identificeerbaar en controleerbaar zijn.
3. De uitgave moet vermeld staan in een bewijsstuk. Deze regel is niet van toepassing
op uitgaven die tot de "algemene kosten" behoren.
• Een bewijsstuk van een uitgave wordt aanvaard als het aan de minimale vormvereisten
voldoet. Het bewijsstuk dient minimaal de volgende informatie te bevatten: het bedrag, de
datum van de uitgave, de leverancier en een gedetailleerde beschrijving van het goed of de
dienst.
• Het bewijsstuk moet begrijpelijk en leesbaar zijn.
• De boekhoudkundige bewijsstukken moeten worden ingediend overeenkomstig het
aanvaarde budget waarnaar verwezen wordt:
- de rubrieken van de uitgavenstaat moeten dezelfde benaming hebben als de rubrieken
van dit budget;
de bewijsstukken die bij de afrekening ter staving worden voorgelegd, moeten
op dezelfde manier gerangschikt en genummerd zijn als de rubrieken van het budget.
• "Verklaringen op erewoord" worden niet aanvaard als bewijsstuk van een uitgave.
4. Alleen uitgaven die rechtstreeks bijdragen tot het bereiken van de doelstellingen,
worden aanvaard.
Werken, diensten en/of producten waarvoor de uitvoerder van het project een bewijsstuk
indient, moeten duidelijk gekoppeld worden aan een taak/deel van het project. Wanneer het
verband tussen het project en de gekochte goederen/diensten/werken niet duidelijk blijkt op
de factuur, maakt de uitvoerder van het project een begeleidende nota op die dit verband
toelicht.
5. Alleen uitgaven, uitgevoerd tijdens de periode die is vastgesteld in de overeenkomst
tussen het Instituut, de Operator en de projectdragende Organisatie, worden
aanvaard. Het is de periode van de prestatie die als criterium geldt, en niet de datum
van het bewijsstuk van de uitgave.
6. De uitgaven worden uitgedrukt in de munteenheid waarin ze werden gedaan, en
vervolgens omgerekend in euro. De gebruikte wisselkoers moet worden vermeld in
en aangetoond door een bewijsstuk.
7. In het budget mogen bedragen enkel tussen uitgavenrubrieken worden overgedragen
(behalve algemene kosten) met de voorafgaande toestemming van HYDROBRU. De
schriftelijke aanvraag tot overdracht moet voldoende argumenten bevatten om de
overdracht te verantwoorden. Bovendien dient duidelijk vermeld te worden dat de
doelstellingen van het project niet gewijzigd worden.
P a g i n a 37 |
8. Opdrachten van welke aard ook voor bedragen vanaf 8 500 euro (excl. btw) moeten
worden toegewezen in het kader van een aanbestedingsprocedure met minimaal drie
offertes.
Subsidiabiliteit van de uitgaven
De administratieve kosten zijn beperkt tot 10 % van het totaalbedrag van het project (art. 7,
§1, 5° van het besluit).
1.
Werkingskosten
De werkingskosten van een project zijn de kosten die rechtstreeks betrekking hebben op het
bereiken van de doelstellingen van het project.
Uitgaven die aanvaard worden
De kosten voor dienstreizen (reizen en per diem) kunnen aan het personeel van de
projectdrager worden toegekend indien deze kosten rechtstreeks te boeken zijn op de
operationele actie in het Zuiden.
o
Reiskosten
Vliegtuig:
de tenlasteneming is beperkt tot het meest voordelige vliegtuigtarief in "economy class" (op
basis van de prijs die doorgaans wordt toegepast voor de betrokken bestemming, incl.
belastingen).
Trein:
de tenlasteneming is beperkt tot het treintarief in 2e klas.
Bewijsstukken:
Deze kosten worden verantwoord met een vereffende factuur, een vervoerbewijs en een
kopie van de boardingspass
o
Verblijfkosten in het buitenland
-
Hotel:
voor de hotelkosten gelden maxima per persoon en per overnachting
Bewijsstukken:
Deze kosten moeten worden verantwoord met een vereffende factuur die duidelijk de naam
van de overnachtende persoon en de datums van de gefactureerde overnachtingen
vermeldt.
P a g i n a 38 |
-
Dagvergoeding
De dagvergoeding omvat, naast de kosten van maaltijden en versnaperingen, de
kosten van lokaal vervoer (taxi, autobus enz.) in het land, wasserijkosten, fooien,
communicatiekosten, dagbladen, ...
Elke dagvergoeding moet worden verantwoord met een door de begunstigde ondertekend
ontvangstbewijs dat duidelijk zijn naam en adres, de datums, de plaats en het voorwerp van
de opdracht vermeldt.
-
Voor dagvergoedingen geldt een maximum per persoon en per dag
-
De berekening van de dagvergoeding wordt altijd verantwoord in het projectvoorstel
en bij de afrekening.
-
De toekenning van een dagvergoeding wordt niet aanvaard tijdens de opdracht van
een persoon van wie de vergoeding al ten laste wordt genomen door het project.
o
Andere kosten
-
Vaccins: de prijs van de vaccins die nodig zijn om in het land van bestemming te
verblijven, kan ten laste worden genomen.
-
De kosten voor het aangaan van een verzekering "bijstand (en bagage)" in het
buitenland, kunnen ten laste worden genomen.
Te verantwoorden met een vereffende factuur die duidelijk de naam van de persoon en de
door de verzekering gedekte periode vermeldt.
- De prijs van een internationaal paspoort (gewone procedure) en een visum kan ten laste
worden genomen.
- Uitgaven die niet aanvaard worden
-
Representatiekosten, fooien, aankopen van reiskleding, reiskoffers en -tassen,
mobiele telefoons, geschenken, alcohol, tabak enz.
-
Geneesmiddelen
-
Dagvergoeding voor het plaatselijk personeel van de organisatie op het terrein en de
leden van de doelgroep die meewerken aan de activiteiten van het project.
-
Belgische en buitenlandse bankkosten met betrekking tot de overdracht van middelen
zijn werkingskosten en dienen verantwoord te worden.
P a g i n a 39 |
2.
Personeelskosten
-
Eventuele andere salaris- of prestatiekosten van de opleiders of de consultants van
het Noorden of het Zuiden worden becijferd en gedetailleerd in het ingediende
budget.
-
De eventuele prestatiekosten van de operator van het project en van het
"noordpersoneel" zijn inbegrepen bij de rubriek "Algemene administratieve kosten".
-
De toekenning van een dagvergoeding wordt niet aanvaard tijdens de opdracht van
een persoon van wie de vergoeding al ten laste wordt genomen door het project.
Bewijsstukken:
in het geval van een prestatievergoeding moet een kopie van de loonfiche 281.10 of van de
vereffende factuur van de dienstverlener worden afgeleverd, met vermelding van diens
exacte en volledige identiteit.
3. Investeringskosten
Investeringskosten zijn kosten die gemaakt worden met het oog op de aanschaf van
duurzame goederen met een vermoedelijke levensduur van meer dan een jaar en een
eenheidswaarde hoger dan 250 euro.
Voorbeelden : machines en uitrusting, meubilair, computerhardware (pc, printer, scanner,
...) of elektronische kantoorapparatuur, bepaalde software enz.
- Aangezien dit materieel bestemd is voor uitvoer buiten de Europese Unie wordt het btwbedrag niet in aanmerking genomen. De ngo moet vrijstelling van btw aanvragen bij de
bevoegde instanties.
- De ngo moet in het projectvoorstel verduidelijken welke bestemming aan de investeringen
zal worden gegeven wanneer het project voltooid is.
De verantwoording wordt als bijlage bij de overeenkomst gevoegd en vermeld bij de
afrekening.
Bewijsstukken:
iedere aankoop van materiaal wordt verantwoord met een vereffende factuur of een factuur
en het overeenkomstige betalingsbewijs.
- Uitgaven die niet aanvaard worden:
investeringskosten voor de bouw of de aanschaf van gebouwen of de aanschaf van gronden
worden niet aanvaard.
4. Algemene Administratieve kosten
De algemene administratieve kosten van een organisatie zijn de kosten die niet aan een
specifieke activiteit kunnen worden toegerekend, maar die nodig zijn voor de werking van
een project. De kosten worden echter gedetailleerd in het ingediende budget.
P a g i n a 40 |
-
Beheer en opvolging van het project
Beheers- en evaluatiekosten
Eventuele kosten voor "noordpersoneel"
Loonadministratie
Wettelijke aansprakelijkheidsverzekering
Beroepskleding.
Onderhoud
Verwarming, verlichting, water, gas, elektriciteit en telefoon
Postzegels.
Verzekeringen.
Kleine verplaatsingen en overnachting.
Specifiek materiaal: kleine kantoorbenodigdheden, inktpatronen voor printers, ...
Promotie en reclame als die niet zijn goedgekeurd als afzonderlijk kostenelement
Plafond
De algemene administratieve kosten kunnen maximaal 10 % van het totale projectbudget
voor hun rekening nemen.
Bewijsstukken:
voor algemene administratieve kosten zijn geen bewijsstukken vereist.
P a g i n a 41 |
Voor het overige volgt het Fonds voor internationale solidariteit, opgericht met toepassing
van artikel 38, §5 van de ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader voor
het waterbeleid, de principes van de al dan niet subsidiabele uitgaven die worden toegepast
door de bilaterale Belgische Ontwikkelingssamenwerking (uit een projectoproep van de
Belgische Ontwikkelingssamenwerking10).
LIJST VAN SUBSIDIABELE EN NIET-SUBSIDIABELE UITGAVEN
De tabel hieronder geeft een overzicht van de (niet-)subsidiabele uitgaven en de
bewijsstukken die nodig zijn om de uitgaven te verantwoorden. Deze lijst is informatief
en niet-uitputtend.
Alle verwijzingen naar de DGD hieronder moeten worden beschouwd als een verwijzing
naar het Fonds voor internationale solidariteit.
Wanneer kosten als niet-subsidiabel worden beschouwd, betekent dat niet dat
de organisatie ze niet mag maken. De DGD beslist echter dergelijke kosten niet
te financieren. Van deze lijst kan afgeweken worden in uitzonderlijke gevallen en
wanneer de DGD hiervoor uitdrukkelijk toestemming geeft.
Een uitgave kan voor financiering in aanmerking komen als zij:
-
-
bijdraagt tot het bereiken van de doelstellingen van het project;
opgenomen was in het ingediende subsidiedossier;
daadwerkelijk door de organisatie werd gedaan tijdens de periode vastgesteld
door het Koninklijk Besluit;
identificeerbaar en controleerbaar is;
zichtbaar is in de boekhouding van de organisatie;
bij een controle op de zetel van de organisatie moet zij worden gestaafd door een
originele factuur die zeven jaar ter beschikking wordt gehouden van de DGD;
niet ten laste wordt genomen door andere schenkers;
in overeenstemming is met artikel 4 van de wet van 24 december 1993 inzake de
overheidsopdrachten, waarin bepaald wordt dat deze wet van toepassing is op
iedere instantie met rechtspersoonlijkheid waarvan de activiteiten voor meer dan
50 % gesubsidieerd worden door de autoriteiten of door openbare instellingen
zoals omschreven in datzelfde artikel. (De tekst preciseert onder meer dat
minimaal 3 offertes moeten worden gevraagd voor aankopen en bestellingen).
Website van het Koninkrijk België, Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
http://diplomatie.belgium.be/nl/Beleid/Ontwikkelingssamenwerking/Wat_doen_we/Thema/Ontwikkelingseducatie/Projectoproep/
10
P a g i n a 42 |
AARD VAN DE UITGAVE
SUBSIDIABILITEIT
BEWIJSSTUKKEN
1 Investeringen
1.1 Aankoop van roerende en
onroerende kapitaalgoederen
Niet-subsidiabel

Aankoop gebouw, terrein, auto, camera, pc, enz.
2 Werkingskosten
2.1 Auteursrechten
Subsidiabel

Auteursrechten op kunstwerken, foto's, muziek enz. die niet reeds gefinancierd
werden door de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking
2.2 Financiële kosten
Niet-subsidiabel

Btw op goederen en diensten die kan worden teruggevorderd door de begunstigde
2.3 Huurkosten

Belastingen (federaal, gewestelijk, provinciaal, gemeentelijk enz.)

Debetrente ten gevolge van het aangaan van leningen (inclusief wegens de
laattijdige storting van subsidies)

Hypotheekrente, terugbetaling van de hoofdsom van hypotheekleningen, onroerende
voorheffing op het kadastraal inkomen

Verzekeringen
Subsidiabel

Huur van technisch materiaal, een zaal, een tent, een bus, films enz.
Niet-subsidiabel

Onderhuur van alle types voor eigen rekening

Garanties en borgstellingen

Kopie van de voldoende gedetailleerde en
gedateerde factuur op naam van de
organisatie, met vermelding van de titel van
het project

Kopie van de voldoende gedetailleerde en
gedateerde factuur op naam van de
organisatie, met vermelding van de titel van
het project en de huurperiode

Eventueel het bewijs dat men een beroep
heeft gedaan op de concurrentie
2.4 Klein materieel
Subsidiabel

De aankoop van klein materieel voor activiteiten die verband houden met het project
(workshops enz.) wordt uitsluitend in gegronde uitzonderingsgevallen gefinancierd.

Kopie van de voldoende gedetailleerde en
gedateerde factuur op naam van de
organisatie, met vermelding van de titel van
het project, of kopie van het voldoende
gedetailleerde en gedateerde kasticket.
2.5 Prijzen en geschenken
Subsidiabel

Prijzen uitgereikt in naam van de DGD, indien relevant in het kader van het project.

Kopie van de voldoende gedetailleerde en
gedateerde factuur op naam van de
organisatie, met vermelding van de titel van
het project

Eventueel het bewijs dat men een beroep
heeft gedaan op de concurrentie

Verplaatsingskosten: overzicht van gedane
verplaatsingen met vermelding van de
personen, de redenen, de datums en de
trajecten, alsook het aantal afgelegde
kilometers bij gebruik van een privé- of
dienstvoertuig.

2.6 Reis- en verblijfkosten
Geschenken die de deelnemers aan en/of medewerkers van het project (T-shirts,
balpennen enz.) aangeboden krijgen, worden enkel in uitzonderlijke gevallen en
onder bepaalde voorwaarden gefinancierd (bv. met het logo van de Belgische
Ontwikkelingssamenwerking duidelijk zichtbaar).
Subsidiabel

Internationale reizen/verplaatsingen in België: de kosten voor vervoer, verblijf en
visum worden enkel (gedeeltelijk) gefinancierd in gegronde uitzonderingsgevallen.
Uitzonderlijk: de maximale toelage voor verblijfskosten die jaarlijks per land wordt
bepaald (neem contact met ons op als u de bedragen wilt kennen).
Verplaatsingen met een privé- of dienstvoertuig worden terugbetaald volgens het
tarief van de minst dure vorm van openbaar vervoer. Als blijkt dat het niet mogelijk is
het openbaar vervoer te gebruiken of het gebruik van een privé- of dienstvoertuig
voordeliger is, kunnen de kosten van verplaatsingen in een privé- of dienstvoertuig
gesubsidieerd worden. De vergoeding bedraagt in dat geval 0,3456 EUR/km.
Openbaar vervoer: kopie van het
vervoerbewijs.
Privé- of dienstvoertuig:
kopie van de schuldvordering of kopie van de
verklaring op erewoord dat de betrokken
persoon door de organisatie vergoed werd
voor de reiskosten die in het kader van het
project werden gemaakt.
Niet-subsidiabel

Reizen in eerste klas of business class.
2.7 Levensmiddelen en
stimulerende middelen

Medische kosten (behalve voor de vaccins die nodig zijn om in het land van het
project te verblijven)

Verblijfskosten: voldoende gedetailleerde en
gedateerde factuur van het hotel.

Paspoorten

Visumkosten: kopie van een voldoende
gedetailleerd betalingsbewijs en kopie van het
visum.
Niet-subsidiabel

alcohol, tabak
P a g i n a 44 |
2.8 Opleidingen
Niet-subsidiabel

Opleidingen van welke aard ook
3 Human resources
3.1 Personeelskosten
3.2 Diensten van derden
Subsidiabel

Brutolonen inclusief alle verplichte wettelijke werkgevers- en werknemersbijdragen
die niet hoger zijn dan de loonschalen die zijn toegekend door het federaal
administratief openbaar ambt of door een collectieve arbeidsovereenkomst.

Een overzicht van het tewerkgestelde
personeel, zijn specifieke taken en het aantal
uren dat daadwerkelijk werd gepresteerd in het
kader van het project.
Niet-subsidiabel

Extralegale voordelen die niet voortvloeien uit een collectieve arbeidsovereenkomst

Zitpenningen
Subsidiabel

Door derden verleende diensten, bijvoorbeeld honoraria van externe deskundigen,
voor zover deze uitgaven niet hoger zijn dan 500 EUR (excl. btw) per daadwerkelijk
gepresteerde werkdag.

Kopie van de loonfiche of de loonlijst

Kopie van de voldoende gedetailleerde en
gedateerde factuur op naam van de
organisatie, met vermelding van de titel van
het project, de geleverde diensten en de
periode gedurende dewelke de diensten
werden geleverd

Om prestaties van natuurlijke personen te
kunnen aanvaarden: kopie van de
overeenkomst

Voor vrijwilligers: door de vrijwilliger
ondertekende en gedateerde nota van de
organisatie + kopie van de schuldvordering of
de verklaring op erewoord waaruit blijkt dat de
betrokken persoon van de organisatie een
vergoeding heeft ontvangen voor diensten die
werden geleverd in het kader van het project

Eventueel het bewijs dat men een beroep
heeft gedaan op de concurrentie

Gages van muzikanten, vergoeding van sprekers, presentatoren enz.
Niet-subsidiabel


Onderaanneming in de vorm van overeenkomsten voor diensten of advies ten
behoeve van een personeelslid, een lid van de Raad van Bestuur of de Algemene
Vergadering van de organisatie.
Vergoedingen voor de vrijwilligers indien de organisatie en de vrijwilliger voldoen
aan alle bepalingen van de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van
vrijwilligers, en haar uitvoeringsbesluiten. De organisatie moet de vrijwilliger dus een
organisatienota bezorgen waarin zij onder meer verklaart een verzekering te hebben
gesloten voor aan het vrijwilligerswerk verbonden risico's en die ook de
terugbetalingsregels bepaalt, en met name of de vrijwilliger de werkelijke kosten dan
wel een forfaitaire vergoeding krijgt toegekend:
Zie de site van de FOD Sociale Zekerheid voor de maximale vergoeding die de
vrijwilliger per dag en per jaar kan ontvangen:
http://www.socialsecurity.fgov.be/fr/specifieke-info/vrijwilligers/vrijwilligerswerk.htm
P a g i n a 45 |

Uitbesteding van taken die tot de corebusiness van de organisatie behoren

Juridische diensten om een rechtsvordering in te stellen of zich ertegen te verweren

Boekhoudkundige diensten

Zitpenningen
4 Andere kosten
4.1 Administratieve kosten
(kosten die niet rechtstreeks
verbonden zijn met de uitvoering
van de inhoud van het project)
4.2 Valorisaties
(voir valorisations admises par la
DGD)(zie bijlage 6 valorisaties die
door de DGD zijn toegestaan)
Niet-subsidiabel

Telefoon- en internetkosten, kantoorbenodigdheden enz.

Structurele kosten (verwarming en elektriciteit in het gebouw van de organisatie enz.)

Uitgaven bestemd om de institutionele continuïteit van de organisatie te waarborgen

Tekorten van andere projecten van de organisatie

Boetes

Franchises

Representatiekosten

Voorzieningen

Bijdragen en schenkingen aan andere organisaties

Activiteiten voor fondsenwerving

enz.

Niet-subsidiabel

Personen met een vrijwilligerscontract

Terbeschikkingstelling van een zaal, materiaal, ...
Het budget mag valorisaties bevatten, maar
die moeten gedekt worden door andere
financieringsbronnen en ze mogen niet meer
dan 5 % van het goedgekeurde budget
bedragen.
P a g i n a 46 |
Download