Behandeling bij een hersenaneurysma Als u met een subarachoidale bloeding (SAB) wordt opgenomen komt u binnen op de Spoedeisende Hulp. Afhankelijk van de ernst van de situatie en de behandeling wordt u verplaatst naar de afdeling intensive-care, neuro-care of de verpleegafdeling neurochirurgie. Uw neurochirurg bespreekt met u en/of uw naasten uw individuele situatie en de daarop volgende behandeling. Deze folder dient als aanvulling op de mondelinge informatie die u van uw arts, de verpleging en andere disciplines ontvangt. Er staat informatie in waar u en uw naasten tijdens uw opname en de periode van herstel na de opname iets aan hebben. De folder is in schrijfstijl gericht aan de patiënt, maar daar waar ‘u’ staat lees ook ‘uw partner, naaste of dergelijke’. Wat is de oorzaak van uw klachten? Een subarachoidale bloeding (SAB) is een hersenbloeding vanuit een aneurysma. Een aneurysma in de hersenen is een uitstulping van de wand van een hersenslagader. Het aneurysma bevindt zich vrijwel altijd op de splitsing van twee slagaders, meestal aan de onderkant van de hersenen of hersenstam. Het kan het beste worden vergeleken met een fietsband waarbij er een gat in de buitenband zit en op die plaats de binnenband naar buiten puilt. Deze uitpuiling (of uitstulping) noemt men een aneurysma. Waarschijnlijk is een aneurysma van de hersenslagaders een aangeboren zwakke plek van de vaatwand, maar daarover bestaat nog onvoldoende zekerheid. Het betekent niet dat het erfelijk is. Wel zijn er families waarbij een aneurysma vaker dan normaal voorkomt. Bovendien bestaan er een paar zeldzame erfelijke ziekten waarbij vaker een aneurysma van de hersenen optreedt. In enkele gevallen is er geen aanwijsbare oorzaak te vinden voor de bloeding. 2 Klachten Meestal wordt een hersenaneurysma ontdekt nadat een hersenbloeding is opgetreden. Door de druk in de slagader kan een aneurysma groter worden en de wand dunner, zodat er een scheurtje in komt en er uiteindelijk een hersenbloeding ontstaat. Een bloeding uit een aneurysma treedt meestal op tussen de hersenvliezen, en noemt men een subarachnoïdale bloeding (SAB). Meestal heeft men op het moment van de bloeding acute hoofdpijn en nekpijn, waarbij ook bewusteloosheid kan optreden. U kunt klachten hebben van misselijkheid en overgeven. Soms treden er epileptische trekkingen van de ledematen op of zijn er acute verlammingsverschijnselen. Wanneer een aneurysma is gebarsten komt er bloed rondom de hersenen terecht. Soms breidt het bloed zich uit naar de hersenkamers. Het bloed kan storingen in het afvloeien van hersenvocht veroorzaken (hydrocephalie/waterhoofd). Er zijn ook hersenaneurysma´s die niet bloeden, maar doordat ze groter en groter worden toch neurologische uitvals- of prikkelingsverschijnselen kunnen veroorzaken. Dat komt dan doordat ze als een gezwel tegen de hersenen, hersenstam of hersenzenuwen aandrukken. Diagnose en onderzoek De arts stelt de diagnose aan de hand van de aard van de klachten, het lichamelijk onderzoek, een CT-scan en een CT-angio van de hersenen. Aan de hand van die foto kan meestal worden gezien wat voor soort hersenbloeding is opgetreden. Soms is er geen bloed te zien en wordt er een ruggenprik (ook wel lumbaal punctie genoemd) gedaan. Via deze ruggenprik kan men hersenvocht afnemen. Bij een subarachnoidale bloeding is het hersenvocht meestal helderrood en zit er dus bloed bij. Meestal kan de diagnose met een CT-A gesteld worden maar soms is het noodzakelijk een vaatonderzoek te verrichten, dit heet een angiografie. 3 Behandeling Aangezien de meeste hersenaneurysma´s zich presenteren door middel van een hersenbloeding, is de behandeling vaak gericht op het voorkomen van een volgende bloeding. Vandaar dat er in de meeste gevallen naar wordt gestreefd om over te gaan tot afsluiting van het aneurysma (meestal binnen vier dagen na de bloeding, soms later) Helaas is het soms onmogelijk om het aneurysma uit te schakelen. Uw arts bespreekt met u de behandeling voor u persoonlijk. Bij operatieve behandeling zie ook de folder: ‘Anesthesie bij volwassenen’. Operatieve behandeling (clipping) Hierbij wordt het aneurysma rechtstreeks benaderd door een luikje in het schedeldak (trepanatie). Er wordt een klemmetje (‘clip’) op de hals van het aneurysma aangebracht, zodat de bloedaanvoer naar de uitstulping is afgesloten. Het plaatsen van een dergelijk klemmetje wordt ‘clipping’ genoemd. Hierdoor kan er dan geen bloeding meer van dat aneurysma optreden. 4 tekening: Clipping Behandeling via de liesader (coiling) U krijgt een slangetje in de liesslagader, waarmee vervolgens het aneurysma van binnenuit opgevuld wordt met een ballonnetje of platina spiraaltje (‘coil’), van binnenuit wordt opgevuld met platina spiraaltjes (‘coils’) of met een soort lijm. Het aneurysma is daarna afgeloten van de bloedaanvoer en kan dus niet meer opnieuw gaan bloeden. Deze behandeling wordt nog niet in het CWZ uitgevoerd. U zult voor de uitvoering van de behandeling overgeplaatst worden naar een academisch ziekenhuis (meestal UMC St. Radboud). Afhankelijk van de vorm/structuur en plek van het aneurysma en hoe uw medische toestand is, wordt gekeken welke behandeling op dat moment de beste is. tekening: Coiling Als er bij u sprake is van een arterioveneuze malformatie (een aangeboren directe verbinding tussen arteriën en venen, ook wel een kluwen vaten) wordt door middel van een hersenoperatie (schedellichting/trepanatie) geprobeerd de afwijking in zijn geheel te verwijderen. 5 Mogelijke complicaties De risico’s bij de behandeling van een hersenaneurysma zijn afhankelijk van meerdere factoren. Denk onder andere aan de plaats, de grootte en de vorm van het aneurysma, het soort behandeling, de ziekteverschijnselen (bijvoorbeeld of er een bloeding of een infarct is opgetreden), uw leeftijd en uw lichamelijke conditie. Naast de algemene complicaties zoals infecties, bloeduitstortingen en trombose, zijn er complicaties die samenhangen met de hersenbloeding en de behandeling van het aneurysma. • Er kan een nieuwe hersenbloeding optreden, voor of tijdens de behandeling. • Er kan vaatverkramping (vaatspasme) optreden. Het risico hiervan is het grootst tussen de 4e en de 10de dag na de hersenbloeding, ook al is het aneurysma afgesloten. Hierdoor kan een verslechtering van de toestand van de patiënt optreden. • Er kan een herseninfarct optreden door een vaatverkramping (vaatspasme) of door een (onbedoelde) afsluiting van een bloedvat tijdens de behandeling. • Als u een operatieve behandeling ondergaat, kan er nadien hersenzwelling optreden, door bijvoorbeeld het manipuleren van de hersenen. • Er kan na de bloeding een probleem ontstaan met de circulatie en afvoer van het hersenvocht (hydrocephalie/waterhoofd). De opname Afhankelijk van uw medische toestand wordt u opgenomen op de intensive-care, neuro-care of de verpleegafdeling neurochirurgie. Al naar gelang uw toestand zal u tijdens de opname verhuizen van afdeling. De opnametijd is geheel afhankelijk van uw persoonlijke toestand en kan variëren van enkele weken tot enkele maanden. Vooral bij patiënten die een bloeding uit een aneurysma hebben doorgemaakt zijn de eerste twee weken na de bloeding vaak kritiek. De arts bespreekt met u en uw naasten de behandeling (zie ook paragraaf diagnostiek/onderzoek en paragraaf behandeling). Als er sprake is van een subarachnoidale bloeding, waar bij (opera6 tief) ingrijpen (nog) geen mogelijkheid is, wordt een ‘prikkelarme’ verpleging in acht genomen. De arts beslist het beleid hieromtrent. Door de verpleegkundige op de desbetreffende afdeling wordt een anamnesegesprek gedaan met u en/of uw naaste(n). De verpleging controleert met regelmaat uw bewustzijn, pupilreactie, bloeddruk, pols, temperatuur en kracht in armen/benen. U wordt met een bewakingsmonitor geobserveerd om eventuele complicaties snel te ontdekken en te behandelen. Op de verpleegafdeling wordt geen gebruik gemaakt van een monitor, de controles gebeuren handmatig. Vaatverkramping (vaatspasme) is een mogelijke complicatie na de bloeding. Hierdoor kan verslechtering van de toestand optreden. Met behulp van infusen en medicatie wordt dit risico beperkt. Om te controleren of er vaatspasme aanwezig is, wordt met regelmaat een Trans Cranieel Doppleronderzoek (TCD) uitgevoerd. Dit gebeurd door een laborante en vindt plaats op uw kamer. Afhankelijk van uw herstel en lichamelijk conditie, wordt u door de verpleegkundige ondersteunt in uw dagelijkse verzorging. Zo nodig kunnen een revalidatiearts, fysiotherapeut, logopedist of ergotherapeut worden ingeschakeld ter ondersteuning van uw herstelproces. Als u behoefte heeft aan psychische, maatschappelijke of geestelijke ondersteuning, kunt u dit met de verpleegkundige bespreken. Het herstel Het herstel van een subarachnoidale bloeding hangt sterk af van de uitgangssituatie. Als u kort tevoren een hersenbloeding uit een aneurysma heeft gehad, is er over het algemeen een periode van maanden nodig om te herstellen. Natuurlijk hangt dit af van de mate van hersenbeschadiging die door de bloeding is opgetreden en of er complicaties zijn geweest. Veel patiënten hebben na een aneurysmabloeding last van prikkelbaarheid, concentratiezwakte, vergeetachtigheid en hoofdpijn. Dat kan ertoe leiden dat u niet meer in staat bent om in vroegere werkkring terug te keren. Soms zijn er veranderingen in de persoonlijkheid/ het karakter, soms zijn er duidelijke neurologische stoornissen zoals verlammingen of afasie (problemen met het spraakvermogen door beschadiging van het spraakcentrum in de hersenen). In som7 mige gevallen zal daarvoor opname in een revalidatiecentrum noodzakelijk zijn; met intensieve begeleiding door fysiotherapeuten, logopedisten, ergotherapeuten, psychologen en een revalidatiearts. In hoeverre u na deze opname, uw bezigheden weer kunt verrichten zoals vóór uw ziekte, is niet te voorspellen. Ook als het ‘goed’ gaat merken sommigen dat zij toch niet meer zo intens bezig kunnen zijn als voorheen. Vermoeidheid kan ontstaan door de ‘hersenbeschadiging’ die u gehad heeft. Vermoeidheid is iets wat lang kan aanhouden. Sommige patiënten moeten voortaan afzien van bepaalde activiteiten omdat ze die niet meer goed kunnen uitvoeren, bepaalde medicijnen gebruiken (bijvoorbeeld medicijnen tegen epileptische aanvallen) of zich onzeker voelen. Denk bijvoorbeeld aan autorijden. Een verminderde hersenfunctie kan stoornissen veroorzaken op bijvoorbeeld emotioneel gebied, geheugen en snelheid van denken. Hierdoor kunnen spanningen ontstaan binnen de relatie, het gezin of met andere mensen in de omgeving. Als er problemen of spanningen zijn, praat er dan over met uw behandelend arts of huisarts. Zij kunnen met u en uw naasten praten over hoe u met de stoornissen en gevolgen daarvan om kunt gaan of u doorverwijzen naar gespecialiseerde hulp/begeleiding. Gelukkig zijn er ook patiënten die zonder restverschijnselen genezen en na verloop van tijd weer als tevoren functioneren. Ontslag In de loop van de opname neemt de medische behandeling langzaam af en komt het verblijf meer in het teken te staan van revalideren. De snelheid en de mate van uw herstel is bepalend voor uw bestemming na ontslag. Als het herstel voorspoedig verloopt kunt u, zo nodig met wat extra thuiszorg, terug naar huis. Bent u afkomstig uit een ander ziekenhuis en is uw conditie nog niet optimaal, dan is het mogelijk dat u eerst hiernaar terugkeert. In sommige gevallen zal een revalidatiecentrum of verpleeghuis nodig zijn. Dit wordt met u en uw partner/familie besproken. De zaalarts komt nog bij u langs voordat u met ontslag gaat. De verpleegkundige heeft met u een ontslaggesprek. Besproken 8 wordt of alles volgens verwachting is verlopen en of alles voor het verder herstel (thuis) geregeld is. Ook wordt er gevraagd naar uw ervaring met betrekking tot het verblijf op de afdeling neurochirurgie. Uw mening is belangrijk om de kwaliteit van zorg te verbeteren. Wat krijgt u mee als u naar huis gaat De secretaresse van de afdeling heeft voor u een afspraak gemaakt voor een poliklinische controle, meestal is dit na zes weken. Daarnaast krijgt u een brief voor de huisarts mee en eventueel een recept voor medicijnen. Zo nodig krijgt u een machtiging voor fysiotherapie, ergotherapie of logotherapie mee naar huis. Weer thuis Als u naar huis mag is uw conditie natuurlijk niet meteen hersteld, neem dus voldoende rust. Klachten zullen niet meteen verdwenen zijn. Wanneer een arts waarschuwen? Het is belangrijk dat u in de volgende gevallen contact opneemt met de huisarts: • Toename van uw (uitvals)verschijnselen • Forse toenemende hoofdpijn • Bij misselijkheid en braken • Bij twijfel of ongerustheid Bij complicaties binnen 24 uur na ontslag belt u de afdeling neurochirurgie, telefoon (024) 365 78 90. Daarna is uw huisarts eerste aanspreekpunt bij complicaties. Vragen 9 Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, stel ze dan aan de arts of verpleegkundige voor het ontslag uit het ziekenhuis. Ook tijdens de poliklinische controle bij uw neurochirurg is er een moment voor uw vragen en problemen. Voor meer informatie zie ook: www.nccn.nl www.nvvn.org Of bezoek websites van patiëntenverenigingen en organisaties: www.cerebraal.nl www.hersenstichting.nl 10 11 Adres en telefoonnummers Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis Weg door Jonkerbos 100 6532 SZ Nijmegen Voor het maken, annuleren of verzetten van afspraken op de polikliniek: polikliniek neurochirurgie (B74) Iedere werkdag van 8.00 – 17.00 uur bereikbaar Telefoon (024) 365 82 10 Verpleegafdeling neurochirurgie (C12) Telefoon (024) 365 78 90 12 G652 / 09-15 Website: www.neurochirurgie.cwz.nl