leerplan ABC fex em pla ar MEETKUNDE Philip Bogaert Filip Geeurickx Marc Muylaert Roger Van Nieuwenhuyze Pr oe Erik Willockx Cartoons Dave Vanroye 3 ookalsvolgtformuleren: |AB| |CD| = |A'B'| |C'D'| • D 5 ) Bijeenevenredigheidmagje Gelijkvormige driehoeken inderdaaddemiddelstetermen vanplaatsverwisselen. fex em pla ar A B’ b 2 IndestellingvanThalesspreektmen A’ van‘deverhoudingvanevenwijdigelijnstukken’. 1 gelijkvormige driehoeken Volgendetekeningmaaktduidelijkwaaromdit 1 Definities vind je op een Y rode achtergrond, twee driehoeken zijn gelijkvormig als en slechts als hun overeenkomstige hoeken even groot P zijn en methodes staan in een X overeenkomstige zijden dezelfde verhouding hebben. oranje kader. woorden: nietopgaatbijniet-evenwijdigelijnstukken. in |XY| |X'Y'| in ≠ symbolen: |PQ| |P'Q'| Δ A'B'C' F ABC a Δ|XY| want 3 |PQ| 2 2 )UA De beroemd ( st ) e stelling Eigenschappen vind je op C’ C=W A’ , V B=W B’ , U =W * 2 en stelling Pythagoras =1omdat|XY|=|PQ| |A'B'|van|A'C'| |B'C'| = |AB| |AC| in woorden: = |BC| een groene achtergrond. 3 =k X’ Y’ P’ Q’ Geschiedenis van de wiskunde van en herkomst van In een rechthoekige driehoek is het kwadraat de |X'Y'| ≠1omdat|X'Y'|≠|P'Q'| en Voorbeeld: schuine zijde gelijk aan de som van debegrippen. kwadraten van de |P'Q'| In deze voorstelling zijn de zijden [AB] en [A'B'] overeenkomstige rechthoekszijden. 4 zijden, net als [BC] en [B'C'] en ook [AC] en [A'C']. We stimuleren het gebruik Thales van Milete (Turkijeca.624v.Chr.-ca.545v.Chr.) van wiskundesoftware in symbolen: 2 2 GeoGebra. 2 Thales van Milete leefde van (ca.) 624 tot zoals + |AB| ΔWABC is W rechthoekig in A ⇒ |BC| = |AC| W V U U B A’ B’ C’ We(ca.) noemen en , en , en overeenkomstige hoeken. A C 547 v.Chr. aan de kust van Klein-Azië, dat nu of: a2 = b25+ c2 Turkije heet. Omdat hij handelaar in oliën was, reisde D A C=B Aan het einde van elke paragraaf vind je een beschavingen. Z Z Z samenvatting. kenmerk Gegeven: Δ ABC rechthoekig ( Z Z Z ) schaalmodellen We zeggen ook dat Δ A'B'C' en Δ3:ABC zijn van elkaar. in A Δ ABC a Δ A'B'C' hij veel en maakte kennis veel niet-Europese Wemet bewijzen deze stelling: Pas op oudere leeftijd startte hij met de studie |BC| van 2 = |AC|2 + |AB|2 Tebewijzen: 4 projectievoorstelling volgt: wetenschappen en filosofie.Bewijs: Hij zorgde voor eenUit de eerste opmerkingen: oe Twee driehoeken zijn gelijkvormig als de overeenkomstige zijden een evenredigheid bepalen. B manier verhouding van denken tussen en trachtte de wiskunde te verklaren. - nieuwe de constante der egelijkvormigheidsfactor hde o oovereenkomstige f d s t u k 3 • d r i e hzijden o e k s mnoemen e t i n g i nwe een chthoekige driehoek 2 Erofwordt gezegd dat hij in staat was een zonsverduistering voorspellen, kortweg factor. |AB| =te|BC| · |BD| waarschijnlijk deze van 585 v. 6 ) Samenvatting Pr 5 2 uitspraak: “Alles is|AC| water”. immers dat de oerstof water = Thales |BC| · meende |DC| pictogrammen + - uit de definitie volgt dat congruente driehoeken ook gelijkvormige driehoeken zijn. krijg je water, als duidelijkst faseveranderingen ondergaat. Als ijs smelt 2 2 TE· ONTHOUDEN |AB| + |AC| = |BC| |BD| + |BC| · |DC| de verhouding van de overeenkomstige is dan 1. stoom. Dezijden Grieken geloofden ook dat als je stoom ‘verder verdunt’, je lu = |BC| · (|BD| + |DC|) Overstaande hoeken die even groot zijn, BETEKENIS gelijkbenige driehoeken die eve = |BC| · |BC| D C [BC] Praktische afspraak: hebben, een diameter die de cirkel in twee gelijke verdeelt, GESCHIEDENIS • Je kent de betekenis van sinus, cosinus en tangens (de goniometrische waarden )2van een delen scherpe hoek inhet co = |BC| om de overeenkomstige zijden van gelijkvormige driehoeken gemakkelijk terug te vinden, spreken we af een rechthoekige driehoek. het zijn allemaal voorbeelden van eigenschappen die aan Thales toeges REKENMACHINE sin V B= hoeken zodanig dat de hoekpunten van de overeenkomstige hoeken in dezelfdeCvolgorde staan b overstaande |AC|te noteren rechthoekszijde |BC| = a = over de ‘stelling van Thales’ zijn er twijfels. Geschiedkundigen hebben g ICT schuine zijde Algemeen: stelling daadwerkelijk van Thales afkomstig A is. |A'B'| |B'C'| |A'C'| C |AB| c aanliggende Als: = = rechthoekszijde In symbolen: |AB| |BC| |AC| a = = Opmerking: cos V B= b van de Maar handig is die stelling wel. Hij berekende zo de hoogte F piram |BC| a schuine zijde W C C’ = U B B’ = V A, W en W Dan: A’ = U Δ ABC a Δ dEf 2 2 2 BV tan B= UA = Vd VB = UE |AC| |AB| = b c = Uit de formule a = b + c ( met UA = 90° in Δ ABC) kunnen we afleiden: ook de afstand tussen twee schepen mee vinden. overstaandeerrechthoekszijde |A'B'| |B'C'| |A'C'| aanliggende rechthoekszijde Besluit: = = |AB| |BC| |AC| L ∆ ABC a ∆ A’B’C’ A B B cB’ A a b c mideteberekenen.Hijnamdeuitdagingaanenwerktealsvolgt. Opdelijndiehetmiddenvanéénvandezijdenmetdeschaduwvandetop(A)vandepir plaatstehijeenpaaltje[DE]zodatdeschaduwvandetopvanditpaaltjepreciessamenv vandetopvandepiramide.Hijmatdeafstanden|KL|,|AM|,|AD|,|DE|enberekendede C a Tekendetweegelijkvormige driehoekenwaarmeeThales gewerktheeft. fex em pla ar b Berekendehoogtevande L V O OR WOORD 6 16 ★★ Bij sommige basis oefeningen vind je een of twee sterretjes. Dit duidt de moeilijkheidsgraad aan. piramidealsjeweetdat |KL|=114m |AM|=96m |AD|=3m en|DE|=2m. K M E D 6 GegeveniseenparallellogramABCDwaarbij|AB|=4cmen|AD|=3cm.Deafstandtuss 7 2cm.Berekendeafstandtussendezijden[AD]en[BC]. 17 InD ABCisPQ//BCenP∈[AB];Q∈[AC]. Bereken|PQ|en|BC|als|AP|=6cm;|PB|=3cmen|PQ|+|BC|=15cm. 18 Oppervlakte-eninhoudsproblemen. ★ 7 Achteraan in het boek vind je een trefwoordenregister en de oplossingen van de oefeningen. A = Oplossingen a Eenfotoheefteenlengtevan12cmeneenbreedtevan8cm.Alswedezefotoophetc inzoomentot120%,watwordtdandeomtrekendeoppervlakte?Enalsweuitzoomen b Eenruitmetzijde6cmheefteenoppervlaktevan18cm².Dezeruitisgelijkvormigme cm.Bepaaldeoppervlaktevandezeruit. 8 8 Constructie van een Pythagorasboom c Eenparallellogrammetzijden6cmen4cmheefteen Elk hoofdstuk eindigt met een vaardigheid. oppervlaktevan18cm²enisgelijkvormig 1.1Evenwijdigeprojectie(blz. 16) meteenparallellogrammeteenoppervlaktevan8cm². Berekendezijdenvanditparallellogram.2 A – B – [BA] – [BA] - {A} – [DC] Je herinnert je misschienVnog de constructie van een Pythagorasboom. Zo’n boom krijg je door, vertrekkend kleinstekegel enhetvolumevandekleinstekegel. d Bereken a van een vierkant, een gelijkbenige rechthoekige driehoek te construeren met depczijde van het 4 C–B–A – Aals – pbschuine – pac – pcbzijde – pca of a Vgrootstekegel vierkant. Vervolgens construeer je een vierkant op elke rechthoekszijde van de driehoek. Op de zijde van het vierkant teken je opnieuw een gelijkbenige, rechthoekige driehoek, en zo ga je nog een tijdje door. T 13 a A d mi[AB] De figuur die je krijgt is eigenlijk een fractaal. Dat is een meetkundige figuur waarin eenzelfde motief zich op 6cm b [DG] e [EB] een kleinere schaal steeds herhaalt. In gedachten kun je dat proces oneindig vaak voortzetten. c dan mi[DG] f D ADBElk klein takje kan immers weer opgevat worden als een stammetje dat een complete boom draagt. g D HGF G F x x Laten we vertrekken van een vierkant met zijde a. 14 A(–4, 5); B(0, 3); C(3, 1); ★★ ehierop VanderegelmatigepiramideTABCDisgegeven: 2 wordt, heeft als schuine zijde a. H De gelijkbenige driehoek die gebouwd E a 3 , –3), E(–5, –5), F(0, –3) D( krijgen: De rechthoekszijde x kunnen weIABI=6cmenITPI=15cm. als volgt 2 2 2 2 x2 + x2 = a2 C B DepiramidewordtgesnedendoorhetvlakEFGH 15 |AB| = 7; |CD| = 5; |EF| = 6; |GH| = 10; |IJ| = 4 B 9 Hier wordt uitgelegd hoe een rekenmachine je kan helpen. oe 9 A 19 ★ ISBN: 978 90 4860 923 9 Pr Kon. Bib.: D/2011/0147/391 Bestelnr.: 94 505 0047 NUR: 126 Lay-out en opmaak: die Keure Druk: die Keure 56 P a x vandeopstaandezijdengaatenevenwijdigloopt 2x2 = a2 B D 16 a 6 Berekendeinhoudvanbeidedelen. a2 b 1 x2 = √2 2 2 c B 5 ABCDaA'B'C'Dendegelijkvormigheidsfactoris4. 2 d a a a 4 = x= 2 2 a AlsdeomtrekvanABCDgelijkisaan20cm,watisdandeomtrekvanA'B'C'D'? 17 a (0,8) b 33 m 2 ,watisdandeoppervlaktevanA'B'C'D b AlsdeoppervlaktevanABCDgelijkisaan60cm Als we onze boom wat laten groeien… Foto’s: Shutterstock, fotostock die Keure Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt We berekenen de nieuwe rechthoekszijde x. x worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze a 2 x2 + x2 = d n Copyright by die Keure aBrugge ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. 2 1.2StellingvanThales(blz. 28) B 2 No part of this book may be reproduced in any form by print, a2 Verantwoordelijke uitgever: N.V. die Keure, photoprint, microfilm or any other means without written permission 2x2 = 2 14 8 Kleine Pathoekeweg a3 - 8000 Brugge - België from the publisher. 3 3 4 7 2 B 3 3 2 H.R. Brugge 12.225 √ 2 a 54 24 x2 = 6 4 5 9 4 5 5 B a 10 – 3 5 3 a 2 5 2– 3 3 x= Druk: 2011 2 2 2 Er komt opnieuw een takje bij. 15 27 4 5 9 3 a2 4 4 a x x2 + x2 = a2k 64 40 2√ 2 8 10 6 16 B 3 3 a a2 2x2 = 6 2– 6 6 2 2 6 2– 3 3 2 4 B 2 a a x2 = 4 5, 6 8 En jij, op je skilatten, zou niet weten hoelang je op de schans blijft en onder welke hoek je ‘gelanceerd’ wordt. In dit boek glijden we doorheen de meetkunde en bestuderen er de beroemdste wiskundige eigenschap: De stelling van Pythagoras. O ja, de skischans is als toeristische attractie te bezoeken ten noorden van Oslo. Pr oe fex em pla ar Beeld je even in wat de wereld zou zijn zonder meetkunde. Ingenieurs zouden niet kunnen berekenen hoeveel deze betonnen constructie kan dragen. De bouwheer van deze schans in Noorwegen zou maar gokken hoeveel hout hij zou nodig hebben bij het piramidevormige dak en hij zou niet weten hoeveel gelijkvormige elementen nodig zijn voor de balustrade. fex em pla ar I n houd Thales en gelijkvormigheden 1 1.1 Evenwijdige projectie > 8 1.2 Gelijkvormigheden > 29 1.3 De stelling van Thales > 59 Vaardigheden Kies een oplossingsmethode > 78 Goniometrie 3 3.1 Goniometrische waarden van een hoek > 124 3.2 Formules uit de goniometrie > 132 Vaardigheden: V akoverschrijdende vaardigheid: wiskunde en aardrijkskunde > 150 Vectoren 4 4.1 Vectoren > 154 4.2 Vectoren en coördinaten > 175 Synthese oefening Oplossingen Pr Vaardigheden Constructie van een Pythagorasboom > 120 oe Stelling van Pythagoras 2 2.1 M etrische betrekkingen in een rechthoekige driehoek > 82 2.2 Stelling van Pythagoras > 85 > 188 > 139 Trefwoordenregister > 143 fex em pla ar De ultieme filmervaring vind je niet in een dat je de lamp vanuit het ISS (internationaal gewone bioscoop, maar wel in een IMAX theater. ruimtestation) zou kunnen zien. Dit theater heeft een gigantisch scherm en je Door de hitte die de lamp veroorzaakt, moet ze kunt er ook naar 3D-films gaan kijken. Sommige continu met water gekoeld worden. De sterkte is IMAX zalen zijn (half) bolvormig. Helaas moet je 15 000 watt, en per seconde stuurt de projector voor IMAX naar onze buurlanden. 48 beeldjes naar het grote scherm. Pr oe De lichtsterkte van de projectorlamp is zo groot, fex em pla ar 6Omzetting breuken - kommagetallen > 22 1 Evenwijdige projectie 1.1 1 Inleiding8 2 Beeld van een punt > 9 3 Beeld van een lijnstuk > 10 4 Beeld van een rechte > 11 5 Beeld van een vlakke figuur > 12 6 Loodrechte projectie > 12 7Lengte van een lijnstuk evenwijdig aan de x-as of de y-as > 13 8 Loodrechte projectie op een vlak > 14 9 Europese projectie > 15 10Samenvatting > 17 11Oefeningen > 18 Gelijkvormigheden oe 1.2 1 Gelijkvormige figuren > 29 2Lengten berekenen in gelijkvormige vlakke figuren > 30 3 Gelijkvormige ruimtefiguren > 31 4Omtrek, oppervlakte en inhoud van gelijkvormige figuren > 32 5 Gelijkvormige driehoeken > 33 6Gelijkvormigheidskenmerken van driehoeken > 34 Pr Thales en gelijkvormigheden 7Gelijkvormige figuren bepaald door snijvlakken in een driedimensionale figuur > 37 8 Toepassingen van gelijkvormigheden > 38 9 Middenparallel van een driehoek > 40 10Eigenschap van het zwaartepunt van een driehoek > 42 11Samenvatting > 43 12Oefeningen > 44 De stelling van Thales 1.3 1 De stelling van Thales > 59 2Bijzondere gevallen van de stelling van Thales > 61 3 De omgekeerde stelling van Thales > 62 4Toepassingen op de stelling van Thales > 63 5Samenvatting > 66 6Oefeningen > 67 Vaardigheden Kies een oplossingsmethode > 78 Evenwijdige projectie fex em pla ar 1.1 1 ) Inleiding Je maakte reeds kennis met een aantal transformaties van het vlak. Bij een spiegeling, verschuiving, draaiing en puntspiegeling heeft elk element juist één beeld. Het zijn transformaties van het vlak die bovendien de grootte van oe een hoek, de lengte, de oppervlakte en de vorm van een figuur behouden. Deze drie voorbeelden illustreren hoe je van een voorwerp een Pr beeld kan maken. De voorwerpen worden geprojecteerd. Telkens heb je een aantal elementen nodig: een voorwerp dat geprojecteerd wordt, de richting volgens welke je projecteert en het vlak waarop je projecteert. Ook in de vlakke meetkunde kunnen we punten, rechten en vlakke figuren projecteren. 8 ho ofdstuk 1 • Thales en gel ij k vormigheden fex em pla ar 2 ) Beeld van een punt We beschouwen in het vlak twee b snijdende rechten a en b en een punt X. X We zoeken het beeld X’ van X door a X te projecteren op a volgens b. Ga als volgt te werk: Teken door X de rechte b’ die evenwijdig is met b. b b’ Zoek het snijpunt van b’ met a en noem dit snijpunt X’. X We noemen a de projectieas en b de projectierichting. Notatie: p ba ]Xg = X’ Lees: X’ a X’ is het beeld van X door de evenwijdige projectie op a volgens b. Nog meer voorbeelden: p ba ^B h = B’ = B p ba ^Ch = C’ p ba ^D h = D’ X C a lees: X is een element van de rechte av betekenis: X ligt op de rechte a b C D p ba ^Eh = E’ = E D’ A E = E’ C’ F’ A’ F We stellen vast: a snijdt b a XY C a lees: X is geen element van de rechte a betekenis: X ligt niet op de rechte a XCa oe XY Ca a snijdt b B = B’ p ba ^X h = X’ F XX’ ' b en X’ C a p ba ^X h = X Opmerkingen: -Elk punt X heeft steeds maar één beeld, want door X kan je maar één evenwijdige tekenen met b die a noodzakelijk snijdt omdat a en b ook elkaar snijden. Daarom is een evenwijdige projectie een transformatie van Pr het vlak. -Schaduwvorming is een mooi voorbeeld van evenwijdige projectie in de ruimte. 9 fex em pla ar 3 ) Beeld van een lijnstuk Nu we punten kunnen projecteren, kunnen we ook lijnstukken en vlakke figuren projecteren. Om het beeld te zoeken van een lijnstuk door evenwijdige projectie, volstaat het om de uiterste punten van het lijnstuk te projecteren. b B G F H A G’ H’ A’ E B’ p ba ^6GH@h = 6G’H’@ a D’ E’ = F’ C’ C 6CD@ ' a en 6EF@ ' b D p ba ^6AB@h = 6A’B’@ p ba ^6CD@h = 6C’D’@ p ba ^6EF@h = " E’ , b Onderzoeksopdracht 1: • Meet 6AB@ en 6A’B’@ . Meet ook 6CD@ en 6C’D’@. B A C D • Is 6AB@ = 6A’B’@? • Is 6CD@ = 6C’D’@? Behoudt de evenwijdige projectie de lengte van een lijnstuk? A’ Onderzoeksopdracht 2: Gegeven: B’ C’ D’ b oe AB ' CD AB = CD p ba ^6AB@h = 6A’B’@ p ba ^6CD@h = 6C’D’@ B D A C Gevraagd: Pr • Wat kun je besluiten over A’B’ en C’D’ ? A’ B’ Vaststelling: C’ We stellen vast dat in dit geval de beelden van 6AB@ en 6CD@ eveneens dezelfde lengte hebben. De evenwijdige projectie behoudt de gelijkheid van evenwijdige lijnstukken. 10 D’ a a • Thales en gel ij k vormigheden fex em pla ar ho ofdstuk 1 0 031102 880582 gevolg Als evenwijdige rechten van een snijlijn gelijke lijnstukken afsnijden, dan snijden ze ook gelijke lijnstukken af van elke andere snijlijn. D B AB = CD L A’B’ = C’D’ L A"B" = C"D" C A A’ B’ C’ D’ A’’ B’’ C’’ D’’ 4 ) Beeld van een rechte Beschouw de projectie p ba en de (te projecteren) rechte d. We onderscheiden voor de ligging van d twee gevallen. oe d(b d'b b d C b d A D C’ A’ Pr a D’ B E’ X E In dit geval is het beeld van een rechte een rechte, namelijk de projectieas. a In dit geval geldt: p ba ^d h = " X , p ba ^d h = a 11 fex em pla ar 5 ) Beeld van een vlakke figuur Om het beeld van een vlakke figuur te bepalen, volstaat het om de ‘uiterste punten’ van de figuur te projecteren. A b P Q c O C T B S A’ U C’ R a S’ Q’ T’ U’ Onderzoeksopdrachten: • Wat is het beeld van Δ ABC? • Wat is het beeld van de cirkel c? • Bewaart een evenwijdige projectie de vorm van een figuur? • Bewaart een evenwijdige projectie de grootte van een hoek? • Bewaart een evenwijdige projectie de oppervlakte van een figuur? Verklaar. Besluit: Het beeld van een vlakke figuur is steeds een lijnstuk. 6 ) Loodrechte projectie De loodrechte projectie is de projectie waarbij de projectierichting loodrecht staat op de projectieas. b P A oe B A’ B’ Q S F G R S’ a Q’ F’ Pr C Notatie: p =a ^ΔABCh = 6A’B’@ p =a ^PQRSh = 6S’Q’@ p =a ^ΔABCh = 6A’B’@ lees je als: p =a ^H h = 6F’G’@ Het beeld van Δ ABC door de loodrechte projectie op de rechte a is 6A’B’@. 12 G’ ho ofdstuk 1 • Thales en gel ij k vormigheden fex em pla ar 7 ) Lengte van een lijnstuk evenwijdig aan de x-as of de y-as Vorig jaar heb je geleerd dat je punten kunt voorstellen met coördinaten in een cartesiaans assenstelsel. y A(xA, yA) y yA B(−5, 2) 1 0 xA 1 A(6, 4) 4 2 x -8 -6 -4 0 -2 -2 x 0 2 4 6 y A(6, 4) 4 C(−2, −3) -4 B(−5, 2) 8 2 y x 0 8 -8 -6 -4 -2 0 2 4 6 8 - het eerste coördinaatgetal de abscis is van de loodrechte projectie van het punt A op de x-as. 6 - het tweede coördinaatgetal de abscis is van de loodrechte projectie van het punt A op de y-as. -2 Zo is ook co ^B h = ^- 5, 2 h en co ^Ch = ^- 2, - 3 h A(6, 4) 4 B(1, 4) C(−12, 3) D(−7, 3) CF((−2, −3,−3 3)) F’ Met behulp van coördinaten kunnen we ook lengten van-4 2lijnstukken bepalen. We weten dat de loodrechte projectie de afstand bewaart als het lijnstuk evenwijdig is aan de projectieas. x A’ C’ D’ 0 B’ −14 −12 −10 −8 −6 −4 −2 0y 2 4 6 8 10 12 14 −2 8 co ^A h = ^6, 4 h omdat −4 6 E’ E(−3, −5) −6 4 B(1, 4) D(−7, 3) F(−3, 3) F’ 2 C(−12, 3) −8 D’ −6 oe C’ −14 −12 −10 −4 −2 0 B’ 0 2 −2 A(6, 4) 4 A’ 6 x 8 10 12 14 −4 E(−3, −5) −6 E’ We kunnen de afstanden nu bepalen. AB = A’B’ = 6 - 1 = 5 CD = C’D’ = - 12 - ^- 7 h = 5 EF = E’F’ = - 5 - 3 = 8 Pr Besluit: AB = xB - xA als AB ' x-as AB = yB - yA als AB ' y-as met co ^A h = ` xA, yA j en co ^B h = ` xB, yB j 13 fex em pla ar 8 ) Loodrechte projectie op een vlak Bij de projectie op een vlak spreken we af dat we steeds loodrecht projecteren. Het vlak a waarop we projecteren noemen we het projectievlak. A Zo is p a= ^A h = A’; p =a ^B h = B’; p =a ^Ch = C’ A' is de loodrechte projectie van A op α C = C’ B' is de loodrechte projectie van B op α A’ C' is de loodrechte projectie van C op α B’ α noemt met het projectievlak B Op een vlak kunnen we niet enkel punten, lijnstukken, rechten, vlakke figuren … projecteren, maar ook ruimtefiguren. Om een figuur loodrecht te projecteren op een vlak, projecteren we elk punt van de figuur loodrecht op dit vlak. Voorbeeld: Hieronder zie je de loodrechte projectie van een kegel en een balk, waarvan het grondvlak telkens evenwijdig is met het projectievlak. F T E G H B C D A C’ B’ T’ D’ oe A’ Griekse letters In Griekenland (en Cyprus) zie je ze nog steeds: Griekse letters. Ze zijn met 24 en worden soms in wiskunde gebruikt om een Pr hoek aan te duiden. Ook een vlak (denk maar aan het vlak p) krijgt meestal een Grieks letter. A B Γ D E Z 14 a b γ d e z alfa bèta gamma delta epsilon zèta H Θ I K L M h θ i k l m èta thèta iota kappa lambda mu N Ξ O P Ρ S n ξ o p ρ s nu xi omikron pi rho sigma T Υ Φ Χ Ψ Ω t υ φ χ ψ ω tau ypsilon phi chi psi omega ho ofdstuk 1 9 ) Europese projectie • Thales en gel ij k vormigheden fex em pla ar VV VA Of projectie in vooraanzicht, linkerzijaanzicht en bovenaanzicht. ZV We projecteren het lichaam op drie vlakken die loodrecht op elkaar LA staan: het voorvlak VV, het zijvlak ZV en het horizontale vlak HV. We krijgen zo drie projecties - vooraanzicht VA - linkerzijaanzicht LA - bovenaanzicht BA. BA HV Plooien we nu de drie vlakken zo, dat ze samen in één en hetzelfde vlak komen, dan hebben we de drie aanzichten van het lichaam naast elkaar. ZV VV ZV VV ZV VA VA ZV ZV LA LA BA HV HV HV HV BA HV Omwille van afspraken met andere vakken en toepassingsgebieden (en ook het gemak bij het meten), ZV VV wordt meestal vanuit isometrisch perspectief VA oe overgegaan naar de projectieaanzichten. VV VA LA ZV Pr LA BA HV BA HV 15 Met bepaalde softwarepakketten zoals geocadabra kun je kubushuisjes (blokkendoos) tekenen en tevens het voor-, Pr oe fex em pla ar zij- en bovenaanzicht bepalen. 16 ho ofdstuk 1 • Thales en gel ij k vormigheden fex em pla ar 10 ) Samenvatting • Je kunt het beeld van een figuur bepalen door evenwijdige projectie op een projectieas volgens een projectierichting. b C c A E B H O F G D B’ A’ Notatie: p ba ^A h = A’ D’ E’ p ba = ] c g = 6E’F’@ p ba ^ΔBCD h = 6B’D’@ G’ = H’ F’ a p ba ^HG h = " G’ , • Je weet dat een evenwijdige projectie de gelijkheid van evenwijdige lijnstukken behoudt. Gevolg: Als evenwijdige rechten van een snijlijn gelijke lijnstukken afsnijden, dan snijden ze ook even lange lijnstukken af van elke andere snijlijn D a C B A A’ B’ C’ AB = CD L A’B’ = C’D’ L A"B" = C"D" D’ A’’ B’’ C’’ D’’ • Je weet dat bij de loodrechte projectie de projectierichting loodrecht staat op de projectieas. b P oe A B A’ Notatie: S F G R S’ a Q’ F’ G’ C p =a ^ΔABCh = 6A’B’@ Pr B’ Q p =a ^PQRSh = 6S’Q’@ p =a ^H h = 6F’G’@ • Je kunt vlakke figuren en ruimtefiguren loodrecht projecteren op een vlak. • Je kunt de lengte van een lijnstuk 6AB@ bepalen als het lijnstuk evenwijdig is met de x-as of de y-as. AB = xB - xA als AB ' x-as AB = yB - yA als AB ' y-as met co ^A h = ` xA, yA j en co ^B h = ` xB, yB j 17 fex em pla ar 11 ) Oefeningen 1 Projecteer de punten A, B, C en D op a volgens b. b D A B a C 2 Projecteer de punten M, N, P en Q op b volgens a. b Q M a N oe P 3 ABCD is een parallellogram. Vul in. a p ^A h = b a b p ^A h = B A b a c p ba ^B h = Pr d p ba ^B h = a e p ba ^Ch = f p ba ^Ch = g p ba ^D h = 18 h p ba ^D h = C D b ho ofds tuk 1 • T hal es en ge li jk vormigheden 4 Teken het punt S als b S’ = p ba ^Sh S’ S" = p ab ^Sh fex em pla ar S” a S 5 RSTU is een parallellogram. Vul in. ^Uh = a p RS ST ` b R = p RS RU c p ^ Th = S R j d p TU ^R h = R T U 6 Bepaal de beelden van de volgende figuren door p ba of p ab. a door p ab b a b door p ab N A B M a D b C P Pr oe c door p b a S R U a b T 19 7 A’ en B’ zijn de projectiebeelden van A en B. Vind jij de projectieas en de projectierichting? c fex em pla ar a A A B’ B A’ A’ B’ b A B d A B’ A’ B’ = B A’ B 8 Op zoek naar een passende projectierichting. Bepaal een projectierichting s zodat de evenwijdige projectie op r de vier hoekpunten van de rechthoek ABCD afbeeldt op … a … 4 verschillende punten A B r Pr oe b … 3 verschillende punten c … 2 verschillende punten 20 D C A B r D C A B r D C ho ofds tuk 1 • 9 Klopt dit wel? T hal es en ge li jk vormigheden A fex em pla ar Kunnen A’ en B’ de beelden zijn van eenzelfde evenwijdige projectie van A en B op a? B Verklaar je antwoord. JA NEEN B’ Verklaring: A’ 10 Teken voor elk van onderstaande situaties 6XY@ zodat XY = X’Y’ . a XY ' a a b XY ( a b b X’ 11 Gegeven: a X’ Y’ a Δ ABC Gevraagd: Teken A’, B’ en C’ zodat p =BC ^A h = A’ p =AC ^B h = B’ oe Y’ p =AB ^Ch = C’ A Pr C B 21 F E fex em pla ar 12 Gegevens: c EFGH m is een kubus ABCD H G M B A Vul in: D a De loodrechtte projectie van E op het vlak ABC is b De loodrechtte projectie van 6AF@ op het vlak DCG is c De loodrechtte projectie van M op het vlak DCG is d De loodrechtte projectie van M op het vlak ABC is e De loodrechtte projectie van Δ EHB op het vlak AEH is De loodrechtte projectie van Δ EHB op het vlak BCD is g De loodrechtte projectie van Δ HGB op het vlak FGH is f C 13 De volgende lichamen zijn getekend in isometrisch perspectief. Teken van elk van volgende lichamen het VA, LA en BA. a isometrisch perspectief 30˚ b Pr oe 30˚ 22 ho ofds tuk 1 • T hal es en ge li jk vormigheden fex em pla ar 14 De volgende lichamen zijn getekend in cavalièreperspectief. Teken van elk van volgende lichamen het VA, LA en BA. a cavalièreperspectief 45˚ b 15 In volgende perspectieftekeningen zijn identieke kubussen getekend. Tel het aantal dat telkens in de voorstelling aanwezig is. a oe b Pr c 23 oe fex em pla ar 16 Teken het voor-, linkerzij- en bovenaanzicht 17 In het hiernaast afgebeelde pallet zijn stenen verpakt. Pr Hoeveel stenen zitten hierin verpakt? 24 ho ofds tuk 1 • T hal es en ge li jk vormigheden 18 a Bepaal de coördinaatgetallen van A, B, C, D, E en F. b Plaats in het afgebeelde assenstelsel volgende punten: G ^- 3, - 1h, H^- 3, 0 h, Ib 1, - 3 l en Jb 0, - 5 l 2 2 2 y F co ^A h = B A co ^B h = C co ^Ch = co ^D h = co ^Eh = E 19 fex em pla ar A ^ - 2, 3 h y co ^Fh = x D B ^ 4, 3 h x D ^ - 2, - 1 h C ^ 4, - 1 h oe a Welke figuur is ABCD? b Bepaal de omtrek van ABCD. Pr c Bepaal de oppervlakte van ABCD. 25 20 y fex em pla ar M ^ 7, 12 h A _ - 4, B ^ - 1, 7 h i P ^ 1, 5 h D _ - 6, i N_ 4, i C ^ 0, 3 h x a Bepaal de coördinaat van A, D en N als je weet dat AB ' CD ' PD ' x-as. b Bepaal de oppervlakte van ABCD. oe c Bepaal de oppervlakte van Δ MNP. 21 In een cartesiaans assenstelsel zijn de punten A en B gegeven. Bepaal telkens AB . co ]Ag co ]Bg ^ 2, 5 h ^ 2, 9 h b ^- 4, 5 h ^ - 4, 0 h c c 3, - 1 m 2 c 3, 2 m 3 d c- 1 , - 4m 4 c- 1 , 4m 4 Pr a 26 AB ho ofds tuk 1 22 • T hal es en ge li jk vormigheden y D ^ 6, 6 h fex em pla ar C ^ 1, 6 h A B ^ 1, 5 h H ^ - 1, 2 h G x F ^ 3, - 2 h E a Bepaal de coördinaten van A, E en G. b Bepaal de omtrek van de c Bepaal de oppervlakte van de getekende figuur. getekende figuur. Pr oe 27 23 Klara (K), Warren (W), Salim (S) en Levi (L) bereiden zich voor op het voetbaltoernooi dat op het schoolfeest wordt georganiseerd. Trainer Ilke (I) vindt samenspel heel belangrijk en daarom oefenen ze op het oefenveld van de school. 14 y fex em pla ar K 12 10 W 8 I 6 4 L 2 S x 0 0 2 4 6 8 10 12 14 a Als Warren de bal recht op het doel schiet, waar 16 18 de bal te kunnen vangen? Pr oe 24 Willy stapelt een aantal identieke kubussen recht boven elkaar op een vlakke vloer en verkrijgt het bouwwerk uit de nevenstaande figuur. Bepaal het kleinst aantal kubussen dat volstaat om dit bouwwerk a 17 b 18 c 19 d 20 e 21 28 22 24 26 b Bepaal de totale afstand die de bal aflegt. moet de trainer zich dan in het doel bevinden om JWO 2004, 1ste ronde, vraag 6 © Junior Wiskunde Olympiade vzw 20