Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. de Vaste Commissie voor Sociale Zaken & Werkgelegenheid Postbus 20018 2500EA Den Haag Zoetermeer, 10 februari 2014 Betreft: SER-adviesaanvraag calamiteitenregeling" en relatie met Wet Werk en Zekerheid Geachte dames en heren, In verband met de snelle plenaire behandeling van de Wet Werk en Zekerheid, en de daarin voorgestelde wijziging van artikel 7:628 lid 9 BW (delegatiebepaling), verzoeken wij u in dit artikellid ruimte te maken voor maatwerkafspraken voor CAO-partijen voor wat betreft de calamiteitenregeling. Hieronder lichten wij toe waar dit standpunt en ons verzoek op gebaseerd is. Naar onze mening loopt het nieuwe artikel 7:628 lid 7 en 9 BW vooruit op het SER-advies inzake de Calamiteitenregeling WW en sluit, zonder het SER-advies af te wachten, de deuren voor maatwerk-afspraken op bedrijfstakniveau inzake de Calamiteitenregeling WW. De Calamiteitenregeling WW verstrekt een WW-uitkering als werknemers door onwerkbaar weer of buitengewone niet-economische omstandigheden niet kunnen werken. De invoering van de Calamiteitenregeling WW heeft om diverse redenen tot veel weerstand geleid bij een groot aantal branches evenals vakorganisaties die te maken hebben met situaties van onwerkbaar weer. De nieuwe regeling met betrekking tot onwerkbaar weer moet blijkens het wetsvoorstel voor de Wet Werk en Zekerheid op 1 april 2016 ingaan. Dit suggereert dat in ieder geval tot die datum het gebruik van de regeling onwerkbaar weer nog (mede) afhankelijk is van de afspraken die er in de CAO zijn gemaakt. Sociale partners kunnen daarbij maatwerkafspraken maken die passend zijn voor de bedrijfstak. Ook op het gebied van de uitvoering en handhaving nemen sociale partners hun eigen verantwoordelijkheid. Financiering van de regeling gebeurt ook door sociale partners via de sectorpremie. Echter de voorgestelde tekst van artikel 7:628, lid 7 BW staat een dergelijk maatwerk bij cao-afspraak in de weg. Bovendien gelden op grond van het overgangsrecht caoafspraken die voor 1 juli 2014 zijn gemaakt, en waarbij wordt afgeweken van de loondoorbetalingsverplichting bij onwerkbaar weer, slechts tot 1 januari 2016. Dit betekent dat over de periode van 1 januari tot 1 april 2016 formeel nog wel de huidige onwerkbaar weer-regeling geldt, maar de loonbetalingsverplichting van de werkgever niet meer kan worden uitgesloten of beperkt. Dit is een ernstige belemmering van de huidige mogelijkheid van cao-partijen om maatwerk te creëren. Bovendien is invoering van de nieuwe regeling van artikel 7:628, lid 7 BW prematuur gelet op de samenhang met de voorgestelde tekst van artikel 7:628, lid 9 BW. De Calamiteitenregeling WW is betrokken in de SER-adviesaanvraag ‘Rol sociale partners bij toekomstige arbeidsmarktinfrastructuur’ en in afwachting van het advies van de SER, is de invoering van de Calamiteitenregeling WW in eerste instantie uitgesteld tot 1 september 2014, De SER is gevraagd te bezien hoe de nieuwe calamiteitenregeling WW past binnen de in het sociaal akkoord geschetste visie op de rol van sociale partners bij de arbeidsmarkt en de sociale zekerheid. Daarnaast wil de minister weten of de SER vindt dat de veranderende rol van werkgevers en werknemers aanleiding is om te komen tot een andere invulling van de voorgestelde regeling. De SER is verzocht hierover uiterlijk in mei een advies te geven. 29 November 2013 werd het Wetsvoorstel Wet Werk en Zekerheid naar de Tweede Kamer gestuurd. Zoals blijkt uit de Memorie van Toelichting op het wetsvoorstel zal de Calamiteitenregeling WW in werking treden op 1 april 2016. Zoals vermeld wordt in de Wet Werk en Zekerheid voorgesteld artikel 7:628 BW te wijzigen met onder andere de toevoeging van een lid 9. Dit heeft tot gevolg dat enkel bij ministeriële regeling kan worden bepaald dat de verplichting van de werkgever (om het loon te betalen) geheel of gedeeltelijk vervalt als het niet verrichten van de overeengekomen arbeid het gevolg is van bij die regeling te bepalen buitengewone omstandigheden en aan bij die regeling te bepalen voorwaarden wordt voldaan. In de Memorie van Toelichting wordt vermeld dat met de ministeriële regeling zoals bedoeld in het voorgestelde artikel 7:628 BW lid 9, de nieuwe Calamiteitenregeling WW wordt bedoeld. Alhoewel de SER in de adviesaanvraag de ruimte heeft gekregen om een andere invulling van de Calamiteitenregeling te adviseren, wordt die ruimte van de SER vervolgens beperkt door de voorgestelde toevoeging van artikel 7:628 lid 9 BW. Volgens artikel 7:628 lid 9 BW hebben sociale partners namelijk geen enkele rol meer en is het aan de minister om in een ministeriele regeling een generieke afwijking te maken. Artikel 7:628 lid 9 BW beperkt daardoor de mogelijkheid in de Calamiteitenregeling om tot maatwerk te komen en rekening te houden met de specifieke omstandigheden en wensen van sectoren en subsectoren. Daarnaast wordt de mogelijkheid om een rol aan sociale partners te geven in het kader van de Calamiteitenregeling WW onthouden. Via deze weg doen wij een dringend beroep op de Tweede Kamer om in artikel 7:628 BW een afwijkingsmogelijkheid bij cao op te nemen zodat in de SER ruimte blijft voor discussie in het kader van de adviesaanvraag ‘Rol sociale partners bij toekomstige arbeidsmarktinfrastructuur’. Namens betrokken branches en vakorganisaties, Drs. T. Siertsema MBA, voorzitter UNETO-VNI