Orthopedagogische aanpak van een visuele handicap Doelen Op het einde van de les kunnen jullie: • de bilinguale/biculturele benadering in eigen woorden uitleggen. • de auraal-orale benadering in eigen woorden uitleggen. • de totale communicatie benadering in eigen woorden uitleggen. • de bilinguale/biculturele benadering, de auraal-orale benadering en de totale communicatie benadering met elkaar vergelijken. • enkele kernwoorden opsommen van ‘visuele waarneming’. • enkele aspecten aangeven waarop een visuele stoornis invloed heeft. • in eigen woorden uitleggen waarom de motorische ontwikkeling van blinde kinderen anders verloopt dan bij ziende kinderen. • enkele voorbeelden aangeven van motorische vaardigheden die trager verlopen bij blinde kinderen dan bij ziende kinderen. • in eigen woorden uitleggen wat de niet-visuele wereld van de blinde kinderen inhoudt. • de tegenstelling van de visuele wereld tegenover de niet-visuele wereld in eigen woorden uitleggen. voorbeelden geven van misverstanden tussen de visuele wereld en de niet -visuele wereld. • aangeven wat de belangrijkste taak van de orthopedagogische zorgverlening is bij de niet-visuele wereld van blinde kinderen. • enkele aandachtspunten geven van het kleuteronderwijs bij een visuele handicap. • enkele aandachtspunten geven van het lager onderwijs bij een visuele handicap. • enkele aandachtspunten geven van het secundair onderwijs bij een visuele handicap. • de verschillende opleidingsvormen in het secundair onderwijs in eigen woorden uitleggen. • de oogaandoening Leber in eigen woorden uitleggen. • op een correcte manier omgaan met aangereikte media/websites. • de opvoeding en het onderwijs van dove kinderen vanuit verschillende invalshoeken benaderen. Planning 1. Herhaling vorige les 2. Opdracht vorige les 3. Inleiding orthopedagogische aanpak visuele handicap 4. Motorische ontwikkeling 5. Niet-visuele belevingswereld 6. Onderwijs voor kinderen met visuele handicap 7. Weebly 8. Opdracht/evaluatie 1. Herhaling vorige les Ieder heeft een eigen visie Pedro Ponce de Leon Charles Michel de L’Epée Samuel Heinicke Eerste gekende leraar van dove kinderen van adellijke families Eerste dovenschool Parijs Eerste dovenschool Duitsland Centraal: leren spreken Centraal: gebarentaal + Signes Méthodiques Centraal: leren spreken Schrift + vingeralfabet + articuleren -> spraak Verstandelijke ontwikkeling belangrijker dan spraakvaardigheid Tegen manuele communicatie Verschillende perspectieven op opvoeding en onderwijs voor dove kinderen Oralisme Totale communicatie Bilinguale en biculturele handelingsvisie Geen gebarentaal Alle communicatiemiddelen zijn goed Opgroeien tot tweetalige volwassenen Accent op leren spreken Afhankelijk van kind tot kind Horende cultuur en dove cultuur Geen contact met dove volwassenen Simultane methode “Cultuur van de stilte” Evolueerde naar auraalorale aanpak Successieve methode Aandacht voor persoonlijke ontplooiing 2. Opdracht 3 casussen Los bij elke casus de bijhorende vragen op 15 minuten tijd 3. Inleiding orthopedagogische aanpak visuele handicap Visuele waarneming 4. Motorische ontwikkeling Stelling “Blinde kinderen ontwikkelen minder motorische vaardigheden dan ziende kinderen” 5. De niet-visuele belevingswereld Voorbeeld 1: verstijven wanneer ouders/familieleden naderen Voorbeeld 2: afwenden van het hoofd als ouders dichterbij komen Belangrijkste taak zorgverlening: Ouders en opvoeders bewustmaken van de eigenheid van de niet-visuele wereld van hun kind Inleven in de tactiele en auditieve belevingswereld van het kind 6. Onderwijs voor kinderen met visuele handicap 6.1 Kleuteronderwijs Belangrijk: vertrouwen Voldoende auditieve en tactiele herkenningspunten Aanleren van handelingen m.b.t. zelfstandigheid en zelfredzaamheid Aanleren van sociale vaardigheden 6.2 Lager onderwijs Slechtziende leerlingen: Maximaal aanwenden van het resterend gezichtsvermogen (speciale brillen, vergrootglazen, aangepaste verlichting,…) Blinde kinderen: Haptische waarneming en leren van brailleschrift belangrijk! 6.3 Secundair onderwijs Buitengewoon secundair onderwijs: type 6 Opleidingsvorm 4 Opleidingsvorm 3 Opleidingsvorm 1 en 2 Filmfragment ‘A child with blindness’ Vragen: Zit dit meisje in het gewoon of buitengewoon onderwijs? Welke hulpmiddelen worden er toegepast? Welke activiteiten doet het meisje mee met haar klasgenoten en welke niet? 7. Weebly 8. Opdracht/evaluatie Bronnen Bartimeussonneheerdt. (2014). Het voordeel van blind zijn? Geraadpleegd op 14 maart 2015 via https://www.youtube.com/watch?v=1uIXKjSsdvI Blindenzorg licht en liefde (2015). Quizevragen en doe-opdrachten. Geraadpleegd op 15 maart 2015 via http://www.blindenzorglichtenliefde.be/nl/MeerWeten/Index/2365 CafeMom Studios. (2012). A Child with Blindness. Geraadpleegd op 16 maart 2015 via https://www.youtube.com/watch?v=sZu1CwSfm0g Dag Allemaal. (2000). Australisch koppel geniet van het leven met drie blinde kinderen. Geraadpleegd op 16 maart 2015 via http://kimbols.be/medisch/oogziektes-behandelingen/leber/australisch-koppel-geniet-van-hetleven-met-drie-blinde-kinderen.html#Bron_Dag_Allemaal_26_december_2000 De Smet, I. (2014-2015). Cursus Orthopedagogiek 2e semester. [cursustekst]. VIP-school, Gent. KNVB Official. (2013). Maak kennis met Manuel: voetballen met een visuele beperking. Geraadpleegd op 14 maart 2015 via https://www.youtube.com/watch?v=8y_zXyfM_2I Weebly. (2015). 6JGZ. Opgemaakt op 14 maart 2015 via www.weebly.6jgz.com Didactische kadering Met een PowerPoint heb je veel meer mogelijkheden dan met een krijtbord. Je kan er foto’s insteken, filmpjes, muziek, je kan eens terug gaan of verder gaan in de slides… Zo kan ik voor deze lesvoorbereiding werken met een link naar het filmfragment ‘Ridicule’ en met (ingevulde) schema’s zodat leerlingen snel en efficiënt hun schema in de leerlingenbundel kunnen controleren en eventueel aanvullen. In tegenstelling tot het krijtbord kan je nog altijd in interactie gaan met je leerlingen want je verliest het oogcontact met de leerlingen niet. Een ander voordeel van de PowerPoint is dat het je structuur en houvast biedt. De leerstof kan op een geordende en gestructureerde manier gepresenteerd worden en zorgen voor een geleidelijk opbouwend lesverloop (Cognitivisme – krachtige leeromgeving). Het aanschouwelijkheidsprincipe is hier heel belangrijk. Via foto’s en illustraties kan je de aandacht trekken van de leerlingen en hen ook motiveren (motivatieprincipe). Ook van geleidelijkheid is hier sprake: slide per slide ga je een stapje verder in het verhaal. Aan de hand van de PowerPoint kunnen de leerlingen de ingevulde schema’s terugvinden van de drie hoofdfiguren van het dovenonderwijs in de geschiedenis en van de verschillende perspectieven op opvoeding en onderwijs van dove kinderen. Op die manier kunnen de leerlingen de theorie beter samenvatten en met elkaar vergelijken/verschillen aangeven.