Dierenmummies Van kat tot baviaan, van vis tot ibis, van slang tot lam; ook dieren werden gemummificeerd door de oude Egyptenaren. Maar waarom, hoe en door wie? En zit in de dierenmummies eigenlijk wel wat de buitenkant doet vermoeden? Dit boek vertelt over dieren in het oude Egypte, dierenmummies, onderzoek en restauratie in het Rijksmuseum van Oudheden. Laser Proof Esther J. Holwerda 1 Esther J. Holwerda 2 Inhoud Egypte Sakkara Caïro Memphiss Memphi Sinaï Tuna el-Gebel Amarna Abydos Luxor Aswan 3 Inleiding 5 Dieren in het oude Egypte 9 Mummificatietechnieken 19 Wat voor dierenmummies zijn er? 22 De prinses en haar kat 29 Heilige stieren 32 Wat zit er in de mummie? 40 Restauratie en behoud 53 Goden 58 Door de eeuwen heen 61 Wat betekenen woorden in de tekst? 62 Colofon 64 4 Inleiding De oude Egyptenaren mummificeerden* niet alleen mensen, maar ook dieren. Het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden heeft 73 dierenmummies. Een aantal daarvan wordt tentoongesteld, maar de meeste mummies liggen in het magazijn van het museum. De mummies zijn ongeveer 2000 jaar oud. In het oude Egypte leefden veel verschillende dieren. De Egyptenaren kenden naast huisdieren zoals katten en honden, ook dieren die ze gebruikten voor het werk op de akkers en het vervoer van vracht (lastdieren). Runderen en vissen werden gegeten. Wilde dieren konden een bedreiging zijn. Daarom werden ze door de Egyptenaren tam gemaakt of juist gedood bij de jacht. Sommige dieren werden om hun bijzondere gedrag of uiterlijk gezien als dieren met speciale krachten. Wanneer de goden een bezoek brachten aan de mensenwereld konden ze het lichaam van deze heilige dieren in bezit nemen. De Egyptenaren vereerden de dieren alsof het de god zelf was. Er zijn vier soorten dierenmummies bekend uit Egypte, namelijk: Mummies als voedsel voor een overledene Mummies van huisdieren Mummies van heilige dieren Mummies als offers voor de goden Er zijn maar weinig van de eerste drie soorten mummies bekend. Van de offermummies zijn er juist miljoenen bewaard gebleven. Met moderne technieken kunnen onderzoekers tegenwoordig kijken in de mummies, zonder dat die uitgepakt hoeven te worden. Röntgenfoto’s geven informatie over de soort, leeftijd en de doodsoorzaak van het gemummificeerde dier. Ook is soms te achterhalen welke mummificatietechnieken de oude Egyptenaren hebben gebruikt. Dit boekje vertelt verhalen over dieren in het oude Egypte, dierenmummies, onderzoek en restauratie. 5 * schuingedrukte woorden worden uitgelegd op pagina 62 en 63. 6 7 8 Dieren in het oude Egypte Een Egyptenaar in de oudheid zag veel verschillende landschappen om zich heen, zoals woestijn, moeras en akkerland. Door het hele land stroomde de rivier de Nijl. In ieder landschap leefden weer andere dieren. Op de akkers liepen bijvoorbeeld runderen, geiten en schapen. In de moerassen leefden veel vogels zoals ibissen. Schorpioenen, mestkevers en slangen zaten in de woestijn. In de Nijl leefden nijlpaarden en krokodillen. De oude Egyptenaren bekeken de dieren op verschillende manieren. Aan de ene kant leefden ze samen met huisdieren, lastdieren en dieren om op te eten. Aan de andere kant waren sommige dieren gevaarlijk. Die werden daarom getemd, gevangen of gedood. Voor de Egyptenaren hadden sommige dieren speciale krachten. Ze geloofden dat een god of godin het lichaam van een dier koos om in te verblijven in de mensenwereld. De goden kozen het dier om zijn bijzondere gedrag of uiterlijk. De behandeling van diersoorten verschilde per streek. Een dier kon vereerd worden in de ene plaats en gegeten worden in de volgende plaats. Er werd hier soms over gevochten, omdat bewoners elkaar niet begrepen. De Egyptenaren waren erg onder de indruk van de dierenwereld. Dieren werden heel precies afgebeeld op gebruiksvoorwerpen en wanden van paleizen, tempels en graven. In het hiërogliefenschrift hadden veel tekens de vorm van dieren. Dieren kwamen ook vaak voor in fabels, mythen en legenden. In de geneeskunde en magie werden (delen van) dieren gebruikt als medicijn of hulpmiddel. Verschillende diersoorten stierven al uit in de prehistorie of vroeg in de tijd van de farao’s. Dit waren bijvoorbeeld de giraffe, de baviaan en de olifant. Die werden daarom door enkele farao’s uit verre oorden gehaald voor hun privéverzameling van exotische dieren. Andere diersoorten stierven pas veel later in de Egyptische geschiedenis uit. Voorbeelden daarvan zijn het nijlpaard, de krokodil en de ibis. 9 10 Gebied van de dierenbegraafplaats in Sakkara, met op de achtergrond de piramide van Djoser. 11 12 Nijlpaard Het nijlpaard stierf in Egypte uit aan het begin van de negentiende eeuw. In het oude Egypte was het dier nog in grote aantallen aanwezig in en rond de rivier de Nijl. Op het lichaam van dit nijlpaard zijn de planten van zijn leefomgeving geschilderd. Nijlpaarden hielden ervan om van de planten op de akkers te snoepen. Ze konden ook heel agressief zijn. De Egyptenaren gingen daarom op nijlpaardjacht. Het beeldje heeft in een graf gestaan. Als bewoner van het Nijlwater was het nijlpaard een symbool van vruchtbaarheid en nieuw leven. Toch waren de Egyptenaren bang dat het beeldje tot leven zou komen en de eigenaar van het graf zou aanvallen. Daarom braken ze voor de zekerheid een stukje van de pootjes af. Bij dit beeldje is dat goed te zien. Poes met jongen, gemaakt van brons (Late periode) Moederpoes Nijlpaard, gemaakt van Egyptisch faïence (Middenrijk) De kat was voor de Egyptenaren, net als voor ons nu, een geliefd huisdier en een vanger van muizen, slangen en ongedierte. De kat was ook een symbool van vruchtbaarheid. Dat is te zien aan deze moederpoes met haar vele jongen. Dit beeldje is waarschijnlijk het deksel geweest van een doosje waarin een kleine kattenmummie zat. 13 14 Kameel De kameel leefde al in de prehistorie in Egypte. Vanaf ongeveer 3000 v.Chr. waren er geen kamelen meer in het land. Daarom beeldden de oude Egyptenaren ook geen kamelen af. In de 7e eeuw v.Chr. werden kamelen meegenomen naar Egypte door buitenlandse overheersers. Het duurde nog tot de Griekse tijd voordat de kameel werd gebruikt zoals wij het dier nu kennen, als ‘schip van de woestijn’. Kameel met ruiter, gemaakt van aardewerk (Grieks-Romeinse tijd) Dodenboek van Ra, gemaakt van de papyrusplant (Nieuwe Rijk) Dodenboek Dit stuk papyrus is het eind van een dodenboek. Het dodenboek werd in de vorm van een meterslange opgerolde papyrus met een mummie meegegeven in het graf. De afbeelding laat de overledene, Ra, zien, die twee godinnen vereert: Hathor, in de vorm van een nijlpaard met een krokodillenstaart, en de koegodin Mehetweret. Ra is dicht bij het dodenrijk, waar hij het eeuwige leven krijgt. Hathor staat hier als teken van leven en bescherming. Mehetweret is de hemelkoe, beschermster van de begraafplaats en teken van opstanding uit de dood. 15 16 De Nijl als krokodil Dit is een blok van kalksteen dat aan drie kanten in hoogreliëf is versierd. Het heeft waarschijnlijk als hoeksteen in een sierlijst van een gebouw gezeten. De rivier de Nijl heeft hier de vorm van een krokodil. De vier mannetjes stellen de trapsgewijze stijging van de rivier de Nijl voor. De oude Egyptenaren hadden hun eigen lengtematen. Bijvoorbeeld de el, die ongeveer 52 centimeter is en waarmee men de hoogte van het water in Egypte berekende. De vier mannen verbeelden misschien een stijging van 4 el. Reliëf met krokodildragers, gemaakt van kalksteen (4e-5e eeuw n.Chr) Horusstèle gemaakt van serpentiniet (Late periode) Magie 17 Dit is een magische stèle. In het midden staat de god Harpocrates (Horushet-Kind) op enkele krokodillen. Hij wordt omringd door gevaarlijke dieren zoals slangen en schorpioenen. Horus-het-Kind werd volgens de legenden in de moerassen door slangen en schorpioenen aangevallen. Een Horusstèle was een magisch middel om iemand die gebeten of gestoken was door zo’n dier te genezen. De teksten op dit stuk zijn magische spreuken die gingen werken zodra er wijn of water over gegoten werd. Door de vloeistof op te drinken of een wond ermee in te wrijven zou de gebeten persoon beter worden. 18 Mummificatietechnieken De Egyptenaren maakten mummies van overleden mensen zodat die lang bewaard zouden blijven en de lichamen in het leven na de dood opnieuw gebruikt konden worden. Dit mummificeren was moeilijk en langdurig werk. De Egyptenaren maakten ook dierenmummies, maar dan om andere redenen en op andere manieren. Het werk werd gedaan door priesters van de tempel waar de dieren verzorgd werden tot aan hun dood. Misschien maakten ze de mummies, net als mensenmummies, in een werkplaats of tent. Hier is helaas weinig over bekend. De manieren van mummificeren verschilden per periode en per dier. Een groot dier is natuurlijk moeilijker te mummificeren dan een klein dier. De mummificatie van een Apis-stier was uitgebreid en duurde lang. Hierbij werden de organen uit de buik gehaald via een snee. Het lichaam en de organen werden gedroogd in natron, een natuurlijk zout. Daarna werden ze met hars en oliën gebalsemd en gewikkeld in linnen banden. Kom met hars Het ging heel anders met kleinere dieren. Zo werden vogels meestal in een vat met gesmolten hars of pek ondergedompeld. Met slangen deden de Egyptenaren hetzelfde, hoewel die misschien eerst gedroogd werden. Vissen werden waarschijnlijk gedroogd, nadat enkele ingewanden verwijderd waren. Van andere kleine dieren, zoals muizen en babykrokodillen, werden de lichaampjes uitgedroogd en overgoten met hars en pek. Een andere techniek was het verwijderen van de huid en het vlees van dieren. De botten werden daarna verzameld en tot een pakketje gebonden met linnen banden. De mummies konden in potten, sarcofaagjes, ‘doosjes’ of diervormige mummiehouders worden geplaatst. Met behulp van cartonnages werd er soms een meer levensecht of decoratief uiterlijk aan de mummies gegeven. 19 Mummificatiebed in Memphis voor de balseming van heilige stieren 20 Ibis De ibis is een ooievaarachtige vogel, die in het oude Egypte veel voor kwam. De ibis was verbonden aan Thot, de god van de wijsheid en het schrift. Deze god werd afgebeeld als een ibis of een baviaan. Ibissen werden als heilige dieren verzorgd op het terrein van een tempel. Als de Egyptenaren ergens in het land een dode ibis vonden, brachten ze die naar een tempel om hem te laten mummificeren. Ibismummies werden verkocht, geofferd en bij elkaar in onderaardse kamers geplaatst. Vogeleieren werden uitgebroed in speciale ovens om aan de vraag naar vogelmummies te voldoen. Mummie van een ibis 21 Ibisbegraafplaats in Tuna el-Gebel Reconstructie in het Rijksmuseum van Oudheden van de ibisbegraafplaats in Tuna el-Gebel 22 Wat voor dierenmummies zijn er? Dierenmummies werden voor verschillende doelen gemaakt, maar dat is niet te zien aan de buitenkant. Het doel wordt pas duidelijk wanneer de vindplek van de mummie bekend is of de binnenkant onderzocht. De Egyptenaren kenden vier soorten dierenmummies. Voedselmummies Sommige dieren of delen van dieren werden gemummificeerd om als voedsel te dienen voor een dode. Die moest namelijk iets kunnen eten in het leven na de dood. De voedselpakketjes werden met andere voedingsmiddelen, zoals brood en bier, in het graf geplaatst. Mummies van huisdieren Soms werden ook huisdieren gemummificeerd. De eigenaar kon op deze manier zijn of haar geliefde dier bij zich houden, net als andere bezittingen die hij of zij wilde meenemen in het graf. Bij het overlijden van het baasje kon het dier in het graf worden bijgezet. Zo zijn er katten en honden gevonden in graven. Enkele keren zijn er zelfs apen en gazellen aangetroffen. Mummies van heilige dieren Er zijn ook mummies van heilige dieren die verbonden waren aan een bepaalde god of godin. De Egyptenaren geloofden dat de goden onzichtbaar waren en ergens buiten onze wereld woonden. Als ze zich op aarde wilden laten zien, hadden ze een lichaam nodig. Daarvoor kozen ze het lichaam van een dier waarmee ze eigenschappen gemeen hadden. De oorlogsgod koos bijvoorbeeld een sterke leeuw en de god van de wijsheid een slimme baviaan. Er werd ook eten aangeboden aan de god, die het door middel van het lichaam van het dier op kon eten. Eigenlijk werd dus niet het dier, maar de god erin vereerd. 23 Er was per tempel maar één heilig dier, dat allerlei speciale kenmerken moest hebben. Het dier werd bij de tempel door priesters verzorgd. Het meest bekende heilige dier is de Apis-stier. Er werden nog veel meer diersoorten vereerd, zoals krokodillen, bavianen en valken. De dieren werden na hun dood gemummificeerd en per diersoort in speciale graven neergelegd. Offergaven Wanneer iemand een tempel bezocht, kon die persoon een dierenmummie kopen. De bezoeker offerde de mummie aan de god of godin van de tempel om die tevreden te stellen. De Egyptenaren hoopten zo dat hun gebeden verhoord zouden worden of wilden de goden bedanken voor iets dat zij hadden gedaan. Vanaf ongeveer 500 v.Chr. begonnen de tempelpriesters naast het heilige dier ook groepen van zijn soortgenoten te verzorgen op het tempelterrein. Deze dieren waren niet zo speciaal als het heilige dier. In de Griekse en Romeinse tijd werden veel dieren gefokt om gemummificeerd te worden. De priesters wachtten meestal niet tot de dieren op natuurlijke wijze stierven. Ze draaiden nog piepjonge dieren de nek om of sloegen hun schedel in, wanneer de vraag naar mummies groot was. Er zijn ook offermummies die eruit zien alsof ze dieren bevatten, maar gevuld zijn met zand. Misschien zijn die gemaakt toen de priesters van de tempel niet aan de vraag naar echte mummies konden voldoen. De mummies werden soms in kistjes, houders of kruiken geplaatst en, nadat ze geofferd waren, in onderaardse gangen bij elkaar begraven. 24 Voedsel Aan tafel De Egyptenaren geloofden in een eeuwig leven na de dood. In dat leven moesten ze ook eten. Op deze stèle staat een familie afgebeeld bij een tafel vol voedsel, zoals een rond brood en een dode gans. Rechts is een kind (te herkennen aan het feit dat hij naakt is) genaamd Imeny te zien. Hij geeft een stuk runderpoot aan zijn overleden vader Hotep-Choe. De vader staat in het midden voor de tafel. Offertafel met voedsel voor overledenen Gemummificeerde delen van dieren werden als voedselpakketjes met de dode in het graf meegegeven. De familie van de dode zorgde ervoor dat er iedere dag voedsel in het graf gebracht werd. Op deze stèle wordt het brengen van voedsel aan de overledene letterlijk uitgebeeld. Stèle van ( Hotep-) Choe, gemaakt van kalksteen (12e dynastie) Reliëf met dieren voor de slacht 25 26 Huisdieren Detail van reliëf in het graf van Ptahemwia in Sakkara. De aapjes zitten onder de stoel van hun baasje en eten fruit (18e dynastie) Hond Deze stèle laat een man en vrouw met hun honden zien. De man heet Inyt, de echtgenote wordt ‘zijn vrouw en geliefde, Bendyt’ genoemd. Jammer genoeg zijn de namen van de honden niet vermeld. De tekst op de stèle is een offergebed aan de god van de mummificatie, Anoebis. Deze god zag eruit als een hondachtige, waarschijnlijk een jakhals. Stèle van een echtpaar met honden, gemaakt van kalksteen (9e -10e dynastie) Verstoppertje spelen Katten werden veel gehouden als huisdier. Er zijn gemummificeerde katten gevonden in de graven van hun eigenaars. Op dit reliëf is een kat te zien die onder de stoel van haar baasje zit. 27 Reliëf van Merymery met kat onder de stoel, gemaakt van kalksteen (18e dynastie) 28 De prinses en haar kat In 1824 waren de burgers van de stad Gent in rep en roer: een koopman toonde in zijn huis de mummies van een Egyptische prinses en haar lievelingskat. De mummies lagen samen in een mooi beschilderde kist. Er ging een tekening rond in de stad, die de aandacht van de mensen trok. Een mummie hadden ze nog nooit gezien! De kist en mummies kwamen terecht in het Rijksmuseum van Oudheden. Hier werd de kat ‘uitgepakt’. De directeur van het museum, Caspar Reuvens, heeft hier tekeningen van gemaakt. Alleen de kop van de kat is daarna nog verder onderzocht. We zien nu alleen nog een kale schedel. Inmiddels weten we dat de mummie en de kist niet bij elkaar hoorden. De kist en de mummies zijn waarschijnlijk samengevoegd door handelaren. Die hoopten dat er meer geld gegeven zou worden voor een kist met mummies erin. Er zijn geen aanwijzingen dat het echt de mummie van een prinses is. Het lichaam is erg slecht gemummificeerd, wat heel vreemd zou zijn voor een prinses. Deze kattenmummie is heel gewoon, zoals er nog duizenden meer aan de goden zijn geschonken. Hij heeft bijna tweeduizend jaar moeten wachten om een ‘koninklijke huiskat’ te worden. 29 Prent van de kist met de prinses en haar kat (1824) De kat nadat hij is uitgepakt. Tekening van autopsie door Reuvens De kat nu 30 Heilige dieren Zonaanbidders De baviaan is ook verbonden aan de zonnegod Re. Bavianen maken namelijk een jankend geluid en gekke sprongen bij het opkomen van de zon. De Egyptenaren zagen dat als verwelkoming van de zonnegod. Bavianen werden vaak rechtopstaand afgebeeld, met hun voorpoten opgeheven alsof ze de zonnegod vereren. Papyrus met schildering van bavianen die de zon aanbidden (18e-19e dynastie) Mummie van een baviaan (30e dynastie) Baviaan 31 De Egyptenaren vonden dat bavianen wijze dieren waren, omdat hun gedrag op dat van mensen lijkt. Daarom had Thot, de god van de wijsheid, ook de vorm van een baviaan. Bavianen werden behandeld als heilig dier en niet in grote hoeveelheden als offer aan pelgrims verkocht. Bavianenmummies zijn dan ook zeldzaam. De baviaan was al uitgestorven in Egypte in de tijd van de farao’s. Om in de heiligdommen voor Thot toch bavianen te kunnen laten zien, moesten ze uit verre oorden in Afrika gehaald worden. Soms werden bavianen en andere apen als huisdier gehouden. 32 Gouden bles De Apis-stier was gewijd aan de goden Ptah en Osiris in de stad Memphis. Er was steeds één Apis, uitverkoren vanwege zijn bijzondere vachtpatroon. Dat bestond uit een bles (lichte vlek op het voorhoofd) en vlekken in de vorm van een zon met vleugels en een scarabee (heilige mestkever). Op dit beeldje van een Apis-stier zijn die kenmerken van de vacht ingekrast en met bladgoud aangegeven. Beeldje van heilige stier, gemaakt van brons (18e dynastie) Heilige stieren In sommige steden werd er een speciale stier vereerd als heilig dier. In Memphis was het de Apis-stier, die al rond 3000 v.Chr. werd vereerd. Er was steeds maar één heilige stier per stad. De dieren werden uitgekozen om speciale kenmerken, bijvoorbeeld een witte vlek op het voorhoofd. Na hun dood moest direct een geschikt stierkalfje als opvolger gezocht worden en ging een officiële periode van rouw in. De mummificatie en begrafenis van de stieren verschilden niet veel van die van mensen. De mummificatie hield meestal in dat de hersenen werden weggehaald uit de kop. Daarna werden de organen uit de buik van de stier gesneden. De priesters lieten de organen en de rest van het lichaam uitdrogen in natron. Dit laatste duurde volgens Oudegyptische teksten zeker 52 dagen. Daarna werd het dier aan de binnen- en buitenkant behandeld met oliën en in linnen banden gewikkeld. De mummie werd versierd met cartonnage, ingelegde ogen, een kroon en goud. In de 14e eeuw v.Chr. was er al een begraafplaats van de Apis-stieren. Iedere keer wanneer er een heilige stier gestorven was, werd de mummie in de onderaardse grafkamers bijgezet. De stierenmummies werden in enorme sarcofagen gelegd. Het is niet duidelijk wat er met de dode Apis-stieren gebeurde vóór 1370 v.C. 33 Stèle met verering van krokodillen, gemaakt van kalksteen (Nieuwe Rijk) Koeken voor krokodillen Krokodillen leefden in het wild in de Nijl. De mensen waren bang voor de grote, agressieve dieren. Bij sommige tempels werd een krokodil in gevangenschap gehouden. Die krokodil was dan een heilig dier. Een krokodillengod, bijvoorbeeld Sobek, kon bij een bezoekje aan de mensenwereld gebruik maken van het lichaam van het heilige dier. Schrijvers in de oudheid schreven van de heilige krokodil in een grote vijver bij de tempel. De krokodil droeg gouden en glazen sieraden. Priesters voedden het dier met graan, koeken en gebraden vlees en gaven hem wijn met honing te drinken. Het eten en drinken werd als offer geschonken door tempelbezoekers. 34 Offergaven Voor de poes In deze kleine houten mummiekist zat ooit een kattenmummie. Die mummie is op 17 oktober 1839 ‘uitgepakt’, waarschijnlijk omdat hij aan het bederven was. In de tekst op het deksel staat dat de mummiekist een geschenk was aan de kattengodin Bastet. De naam van de priester die het schonk is ook vermeld: Amonemheb, de zoon van Disamon. Mummiekist voor een kat, gemaakt van hout Houder met de mummie van een kat, gemaakt van hout (Late periode) Kat 35 Deze houten kattenfiguur is een houder voor de mummie van een kat. Hij is uit twee delen gemaakt en van binnen uitgehold; de mummie zit er nog in en is erg klein. Waarschijnlijk werd het katje speciaal voor de verkoop aan tempelbezoekers gefokt en zo snel mogelijk gedood. Aan de houten figuur is veel zorg besteed. Op de kop is zelfs een laagje goud aangebracht. Om de nek is een ketting geschilderd met daaraan een amulet van het beschermende oog (wedjat). Boven op de kop is een heilige mestkever (scarabee) geschilderd. 36 Valk De valk was voor sommige Egyptenaren een heilige vogel. Meerdere goden werden afgebeeld met een valkenkop of het lichaam van een valk. Meestal ging het dan om hemelgoden of zonnegoden. De bekendste daarvan is de god Horus. In Egypte leefden naast de valk andere roofvogels zoals de gier, de buizerd en de uil. De uil was in het hiërogliefenschrift het teken van de klank ‘m’. Hiëroglief in de vorm van een uil Kist voor een valkenmummie, gemaakt van hout (Grieks-Romeinse periode) De meeste roofvogels werden gewoon ‘valk’ genoemd. In enkele van de ‘valkenmummies’ blijkt bij onderzoek met een röntgenapparaat een havik, buizerd, gier of adelaar te zitten. Tempel voor een valk Deze mooie beschilderde kist was bedoeld als mummiekist voor een valk. De kist is gemaakt in de vorm van een tempel. Iemand die rijk was, kon behalve een valkenmummie ook een mooie kist kopen. De kist met de mummie erin werd aan een valkgod geofferd. Mummie van een valk (waarschijnlijk uit de Romeinse tijd) 37 38 Sarcofaag Er zijn in de oudheid ongeveer vier miljoen ibissen begraven. Veel hiervan zijn er de afgelopen eeuwen nog gevonden in verschillende begraafplaatsen in Egypte, zoals in Sakkara en Tuna el-Gebel. De mummies zaten meestal in afgesloten potten van aardewerk die opgestapeld werden. Daarnaast konden ze ook in stenen of houten mummiekistjes begraven worden. Op deze sarcofaag staat een tekst met de naam van de persoon die de mummie heeft geofferd. Helaas is de naam onleesbaar. Mummie van een ibis in een sarcofaag (waarschijnlijk uit de 27e dynastie) Mummie van een krokodilletje Kleine krokodil Kleine krokodillenmummies werden als offer gegeven aan een krokodillengod, bijvoorbeeld Sobek. Het waren jonge dieren die werden gedood en gemummificeerd. Dit gebeurde meestal door de krokodilletjes uit te drogen en hen te overgieten met hars en pek. Het verwijderen van de huid en het vlees van de dieren gebeurde ook. De botten werden daarna verzameld en tot een pakketje gebonden. De krokodilletjes zijn op een bijzondere manier ingepakt: met banden die in mooie patronen om het dier zijn gewikkeld. Soms bevatten de mummies geen heel dier, maar een deel ervan of zelfs helemaal niets. In deze mummie zit alleen een huidschub van een volwassen krokodil! Houder met de mummie van een vis (Grieks-Romeinse tijd) Scherpe randjes 39 Deze mummie van een vis (Synodontis schall) is zeldzaam. De vis heeft vlijmscherpe vinnen. Deze werden door vissers direct verwijderd wanneer ze een Synodontis hadden opgevist. Meer dan 5000 jaar geleden gebruikten jagers de vinnen als pijlpunten. De röntgenfoto van de mummie laat zien dat de vinnen van deze vis niet verwijderd zijn. Op beide zijden van de houten mummiehouder staat een slecht leesbare regel hiërogliefen met een raadselachtige, religieuze inhoud. Vis werd door de meeste mensen gegeten omdat het lekker en goedkoop voedsel was. Voor enkele Egyptenaren was het eten van vis echter taboe. Zij vonden de dieren heilig of juist onrein. Er is niets bekend over de verering van de Synodontis als heilig dier. 40 Wat zit er in de mummie? Het Rijksmuseum van Oudheden heeft 73 dierenmummies in zijn collectie. Hiervan zijn in de jaren 1999 tot en met 2003 röntgenfoto’s gemaakt in het Academisch Medisch Centrum (Amsterdam). Van een paar mummies zijn ook CT-scans gemaakt. De foto’s en scans laten zien wat er in de mummie zit, zonder dat de windsels eraf gehaald moeten worden. Zo kan uitgezocht worden wat de soort en leeftijd van het dier is en hoe het gestorven en gemummificeerd is. Bij het onderzoeken van een mummie zijn er wel eens verrassingen. Zo zit er in enkele mummies alleen een deel van een dier en zijn andere gevuld met zand. Mummie van een hondenkop Een raadsel... Door de peervormige buitenkant lijkt dit een beetje op een ibismummie. Daarom werd er lange tijd gedacht dat er een ibis in zou zitten.Toen de mummie werd onderzocht was er op de röntgenfoto geen vogel te zien, maar de kop van een hond! En er zijn geen andere losse gemummificeerde hondenkoppen bekend. Waarom is deze mummie gemaakt? Was het bedoeld als nep-ibismummie? Die had ook gevuld kunnen worden met stokjes of zand. Waarom hier een hondenkop is gebruikt blijft dus een raadsel... 41 Dit is een echte ibismummie 42 Mummie van een lammetje (waarschijnlijk uit de Romeinse tijd) 43 Valse mummie uit de oudheid (waarschijnlijk uit de Romeinse tijd) Lammetje Vals Dit jonge lammetje is gemummificeerd en geofferd aan een ramsgod bijvoorbeeld Amon of Chnoem. Op veel plaatsen door heel Egypte werden deze goden vereerd. Het lammetje is niet volgroeid. Mogelijk was het vroeg- of doodgeboren. De schedel van het diertje is los van het lichaam in de kop van de mummie geplaatst. Het is voor de stevigheid op een stokje gezet. De mummie had vroeger aangezette hoorntjes of oortjes op zijn kopje. De meeste valkenmummies waren bestemd voor de verkoop aan tempelbezoekers, dus als geschenk voor een god. Vaak zijn de mummies ingepakt met windsels in mooie patronen. Veel van die valkenmummies zijn met röntgenstraling onderzocht. In een aantal van de mummies zat alleen een deel van een vogel of niets dan zand! In deze valkenmummie zitten alleen wat veren. De ‘valse mummies’ werden waarschijnlijk gemaakt op een moment dat de vraag naar mummies groter was dan het aanbod van dieren. 44 Mummiehouder in de vorm van een ibis, gemaakt van hout, linnen, hars, gips, goud, brons en glas Röntgenfoto van een ibis Geen poot om op te staan Deze ibis-figuur is waarschijnlijk door een tempelbezoeker geschonken aan Thot, de god van de wijsheid en het schrift. De houten ibis bestaat uit twee helften en is hol van binnen. In de holte zit een mummie van een heilige ibis. Vroeger was de buitenkant van het beeld met een laagje goud bedekt. Het goud is op sommige plekken nog te zien. Het lichaam had bronzen poten en staartveren. Op de kop van de figuur zat een kroon. Bij het linkeroog is te zien dat de ogen van de figuur waren omlijnd met brons en ingelegd met glas. Bronzen poten van een ibisfiguur 45 “Alethe, attendant of the Sacred Ibis” Schilderij van Edwin Long (1888) Dit is een romantisch idee van de oudheid 46 Een oor aangenaaid Meestal werden katten tot een klein pakketje gevouwen en gemummificeerd. Het lichaam van deze kat heeft de houding van een levende kat. Om de mummie een levendige aanblik te geven is hij flink opgevuld en zijn op de kop oortjes aangenaaid. De voorpoten zijn apart ingewikkeld, maar de achterpoten zitten aan de binnenkant. Er zijn ook mummies die hier op lijken, waarbij de voor- en achterpoten en de staart apart zijn ingewikkeld. Slangen Kattenmummie in de CT-scanner Slangen werden gemummificeerd door ze, net als vogels, in een vat met hars te dopen. Misschien werden de lichamen vooraf gedroogd. Meestal maakten de priesters een rond of ovaal pakketje van meerdere slangen. Heel soms werden ze ook uitgestrekt ingewikkeld. De pakketten werden in de dierenbegraafplaatsen begraven, bijvoorbeeld in de kamers van de ibismummies in Sakkara. De Egyptenaren geloofden namelijk dat ibissen slangen konden doden. Zo konden de slangen, mochten ze ineens tot leven komen, direct door de ibissen gepakt worden. Mummie van een kat 47 Pakket met gebalsemde slangen 48 De een zijn dood is de ander zijn brood... In sommige mummies zit niet wat je verwacht. Soms is het alleen een deel van een dier zoals een vleugel of wat veertjes van een heilige ibis. Andere mummies zijn opgevuld met linnen, zand of stokjes. Om een dierenmummie te maken, moest er eerst een dood dier zijn. Vaak doodden de priesters in het oude Egypte zelf jonge dieren. Soms waren er niet genoeg dieren om te mummificeren en hebben de priesters waarschijnlijk valse mummies met zand en stokjes gemaakt. Met deze ‘nepmummies’ konden de priesters veel verdienen. Maar waarom zijn er mummies met een deel van een dier? Als er bijvoorbeeld in een mummie vogelveren zitten; waren dat dan veren van een heilig dier? Misschien wilden de priesters die niet weggooien en maakten ze er daarom een mummie van. Een deel van zo’n dier was dan net zo bijzonder als het dier zelf. Natuurlijk hadden de priesters zo ook weer meer mummies voor de verkoop aan tempelbezoekers. Mummie van een valk met één vleugel erin Mummie van een ibis 49 Mummie van een kat 50 Mummie van een grote krokodil...of toch niet? Grote krokodil...of niet? Deze ‘krokodil’ lijkt een mummie van een volwassen krokodil van meer dan drie meter te zijn. De röntgenfoto’s verklappen het geheim van deze mummie: er zitten twéé krokodillen in! Dit zijn jonge krokodillen, waarvan de voorste zijn staart en achterpoten mist. Met behulp van stukjes hout, plantenstengels en touw heeft het geheel de vorm van één grote krokodil gekregen. De mummie is geen moderne vervalsing; hij is zo door priesters in de oudheid gemaakt. Zij hadden geen kwade bedoelingen met het (gezichts)bedrog. Er was waarschijnlijk geen grote krokodil beschikbaar toen daar om werd gevraagd. Eén grote krokodil was kennelijk een beter geschenk voor de god dan twee kleinere krokodillen. Volwassen krokodillen kregen een uitgebreide mummificatie waarbij de organen uit de buikholte werden gehaald via een snee. Daarna werd het lichaam gedroogd en werd hars en olie in de buikholte gegoten. Soms werden babykrokodillen of eieren op de rug of in de bek geplaatst. Krokodilleneieren werden ook in groepjes gemummificeerd. 51 52 Restauratie en behoud De dierenmummies zijn ongeveer 2000 jaar oud en daarom erg kwetsbaar. De meeste mummies liggen in een speciaal magazijn van het museum. Daar worden ze in dozen bewaard. Die dozen moeten aan speciale eisen voldoen, zo mag er bijvoorbeeld geen zuur in het karton zitten. Soms moeten de meest kwetsbare mummies door een restaurator worden opgeknapt. De linnen windsels om de gemummificeerde dieren kunnen los zitten. Die worden dan netjes door een restaurator vastgezet. Er wordt ook vaak een doorzichtig laagje stof om de mummies aangebracht om alles op zijn plaats te houden. Het ‘kousje’ om de mummie is bijna niet te zien. Wanneer een mummie uit elkaar ligt, moet een restaurator met andere middelen de stukken in elkaar zetten. Bijvoorbeeld met metalen draadjes of stokjes als steun. 53 Ruimte in een ibisbegraafplaats met opgestapelde ibismummies in potten 54 Mummie van een kat, waarschijnlijk uit de Romeinse tijd 55 Een stokje steken voor... Gerestaureerde hondenmummie Deze mummie van een volwassen kat is aan het begin van de 19e eeuw, voordat hij in het museum kwam, gerestaureerd. Waarschijnlijk was de kop van de mummie afgebroken. Er zijn spelden en een metalen stokje gebruikt om de kop weer vast te zetten op het lichaam. Dit is goed te zien op de röntgenfoto. Een licht stuk linnen om de nek bedekt het gerestaureerde deel. De restaurator wist niet wat de voor- en achterkant was: hij heeft de kop er achterstevoren op gezet! Deze mummie heeft lang geleden een nieuw stukje linnen opgenaaid gekregen. Het moderne linnen is duidelijk lichter dan het oude. Tegenwoordig zou de mummie heel anders gerestaureerd worden. Een mummie wordt nu zo goed mogelijk bewaard zoals hij is. Soms moet er toch wat toegevoegd worden. Dan zorgt de restaurator ervoor dat de restauratie erg lijkt op de mummie zelf. Er zijn enkele regels: een restauratie moet herkenbaar zijn en ook weer terug te draaien. 56 Farao Toetanchamon op leeuwenjacht 57 58 Goden 59 Amon betekent ‘de verborgene’. Hij is de god die altijd aanwezig is zonder dat je hem ziet, zoals de wind die door de verenpluimen op zijn kroon strijkt. Amon was stadsgod van Thebe en werd later oppergod van heel Egypte. Anoebis is de god van de begraafplaatsen, waar hij rondsnuffelt in de gedaante van een jakhals. Hij helpt bij de balseming van mummies en brengt de doden naar het hiernamaals. Bastet is een beschermster van huis en haard, maar ook van zang en dans. Zij heeft het lieflijke karakter van een huiskat, maar als ze boos wordt, verandert ze in de woeste leeuwin Sachmet. Chnoem is god van de Nijlbron (die volgens de Egyptenaren bij Aswan lag), de oorsprong van alle leven. Hij heeft alle levende wezens gemaakt als een pottenbakker op zijn draaischijf. Hij wordt afgebeeld met een ramskop. Horus vliegt als valk door de lucht. Hij is niet alleen een hemelgod maar ook de god van het koningschap. Iedere farao is zijn aardse afbeelding of incarnatie. Hathor is de grote koe die het hemelgewelf vormt, de sterren zijn de vlekken in haar vacht. Zij kan ook als vrouw met koehorens worden afgebeeld en beschermt de begraafplaatsen. Osiris was ooit koning van Egypte maar werd door zijn boze broer Seth vermoord. Nu heerst hij in het dodenrijk en helpt hij de doden om weer levend te worden. Hij wordt afgebeeld als een mummie met koningskroon en scepters. Re is de zonnegod, de bron van alle leven. De zon vaart langs de hemel in zijn bark en neemt telkens andere gedaanten en namen aan. Overdag vliegt hij net als Horus als een valk door de lucht, ’s avonds sterft hij, ’s nachts komt hij in de onderwereld weer tot nieuw leven. Sobek is de krokodil die zich in het water verstopt. Net als het water zelf is hij een schepper van nieuw leven, maar voor zijn vijanden kan hij heel gevaarlijk zijn. Een Egyptenaar kan hem maar beter gunstig stemmen met veel offers. Thot is de ibis die deftig rondloopt met zijn zwartwitte verenpak. Hij is de god van de wijsheid en helpt de andere goden als hun secretaris. Thot heeft de mensen het hiërogliefenschrift geleerd. Ptah is de god van de Egyptische hoofdstad Memphis. Hij heeft de hele wereld geschapen door van alles de naam uit te spreken. Hij wordt afgebeeld als een soort mummie met een strak mutsje over zijn hoofd en een staf in zijn handen. 60 Door de eeuwen heen Prehistorie Archaïsche Periode Dynastie 1-3 3000-2575 v. Chr. Dynastie 3 2630-2611 v. Chr. Dynastie 4-8 2575-2134 v. Chr. Dynastie 4 2551-2528 v. Chr. Eerste Tussenperiode Dynastie 9-11 2134-2040 v. Chr. Middenrijk Dynastie 12-14 2040-1640 v. Chr. Tweede Tussenperiode Dynastie 15-17 1640-1550 v. Chr. Nieuwe Rijk Dynastie 18-20 1550-1070 v. Chr. Farao Amenhotep III Dynastie 18 1391-1353 v. Chr. FaraoToetanchamon Dynastie 18 1333-1323 v. Chr. Farao Ramses II Dynastie 19 1290-1224 v. Chr Derde Tussenperiode Dynastie 20-24 1070-712 v. Chr Late Periode Dynastie 25-30 712- 332 v. Chr. Djoser Oude Rijk Cheops Grieks-Romeinse Periode 332 v. Chr.-395 n. Chr. Griekse periode 304-30 v. Chr. Cleopatra VII 51-30 v. Chr. Romeinse periode 30 v. Chr.-395 n. Chr. Koptische periode 61 voor 3000 v. Chr. 395 n. Chr.-640 n. Chr. 62 Wat betekenen woorden in de tekst? Amulet: een voorwerp of sieraad dat gedragen werd omdat het beschermende kracht zou hebben, en kwaad op afstand kon houden. Apis-stier: heilige stier die in de stad Memphis werd vereerd als verschijningsvorm van de goden Ptah en Osiris op aarde. De Apis moest een bijzonder patroon in zijn zwart-witte vacht hebben. Als de stier stierf, ging men op zoek naar een kalfje met hetzelfde uiterlijk. Balsemen: het behandelen van het lichaam van een dood mens of dier zodat het niet kan vergaan. De Egyptenaren droogden een lichaam uit in natron (zie beneden) en smeerden of goten er hars en oliën over. -> zie ook Mummificatie Cartonnage: een vroege vorm van papier maché: laagjes oud papyrus of linnen die op elkaar gelijmd werden en waaraan allerlei vormen gegeven konden worden. Eroverheen bracht men een laagje gips aan. Het geheel kon beschilderd of verguld worden. Met deze techniek werden bijvoorbeeld maskers, oortjes of versieringen gemaakt voor dierenmummies. CT-scan: een CT-scan (CT=computertomografie) maakt met röntgenstraling doorsnedenfoto’s van het lichaam. Hierna bouwt een computer uit de resultaten een driedimensionale weergave van het onderzochte lichaamsdeel op. Op de scan zijn behalve botten ook (resten van) organen te zien. Dodenboek: een meterslange rol papyrus met heilige spreuken en geschriften die meegegeven werd met een mummie. Dynastie: koningshuis, verbonden door familieverwantschap of een gemeenschappelijke herkomst of hoofdstad. De indeling van de Egyptische geschiedenis in dertig dynastieën gaat terug op een geschreven werk van de priester Manetho (3e eeuw v.Chr.). Egyptisch faïence: een materiaal gemaakt van kwarts of zand, een beetje kalk en natron. Met fijngemalen koper word er een blauwgroene kleur aan gegeven. Farao: de Egyptische koning. Letterlijk ‘het grote huis’ (per-aä) als aanduiding van het koninklijk paleis. Hiërogliefen: het schrift in het oude Egypte, bestaande uit honderden gedetailleerde plaatjes van mensen, dieren, planten, voorwerpen en symbolen. Linnen: stof gemaakt van vezels van de vlasplant. Gescheurde repen van deze stof gebruikten de Egyptenaren als windsels voor gebalsemde dieren en mensen. 63 Mummificatie: deze techniek maakte het mogelijk om lichamen van mensen en dieren te behouden. Mensen konden er dan in een nieuw leven na de dood weer gebruik van maken. De lichamen werden, al dan niet zonder ingewanden, gedroogd in natron en met oliën behandeld. Vervolgens werden het lichaam en de eventuele losse ingewanden gewikkeld in repen linnen. Natron: een natuurlijk soort zout dat aan de randen van zoutmeren in de Egyptische woestijn gewonnen werd. Offergave: een geschenk van een bezoeker aan de god van een tempel. In ruil voor het offer hoopte de schenker dat zijn gebeden uit zouden komen. Ook kon de mummie geofferd worden uit dank voor hulp of bescherming van de god. Papyrus: papyrus is de kostbare voorloper van ons papier, gemaakt van de stengels van de papyrusplant. De stengels werden in reepjes gesneden. Die reepjes werden haaks op elkaar gelegd en tot vellen platgestampt. Reliëf: versiering van platte vlakken, waarbij de afbeelding ofwel in de achterwand is gebeiteld (laagreliëf). Of de achterwand is zelf verdiept en de voorstelling ligt erop (hoogreliëf). Röntgenfoto: een foto, gemaakt met een zogeheten röntgenapparaat. Dit apparaat straalt door een mummie heen en maakt een foto. De botten, die met het blote oog niet te zien door het linnen eromheen, zijn op de foto goed te zien. Hierdoor weten we wat er in mummie zit, zonder deze uit te hoeven pakken. Sarcofaag: een stenen lijkkist. Schip van de woestijn: zo werd een kameel wel genoemd omdat die urenlang zonder water grote afstanden kan lopen door de woestijn met veel vracht op zijn rug. Serpentiniet: een steensoort. Stèle: een rechtopstaande steenplaat, voorzien van inscripties of afbeeldingen. Windsels: de linnen banden die om een gebalsemd mens of dier gewikkeld zitten. Vrijwel altijd zijn het gescheurde oude lappen. 64 Colofon Deze publicatie verschijnt ter gelegenheid van de tentoonstelling ‘Dierenmummies’ die van 24 april 2008 tot en met 1 maart 2009 te zien is in het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden. Uitgave Rijksmuseum van Oudheden, Leiden Auteur Eindredactie Fotografie Esther J. Holwerda Bureau Cassandra Carmio, Amersfoort Peter Jan Bomhof, Anneke de Kemp, Rita van Oosterhoud Foto’s scan- en röntgenopnamen Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Ontwerp catalogus Tekst & Uitleg, Haarlem Drukwerkverzorging Tekst & Uitleg, Haarlem Beeld voorzijde Headline Integrated Communication, Amsterdam Uitgever Rijksmuseum van Oudheden ISBN 978-90-71201-18-9 © Rijksmuseum van Oudheden, Leiden 2008 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd bestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever heeft ernaar gestreefd de rechten van illustraties volgens wettelijke bepalingen te regelen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. 65 Informatie over het Rijksmuseum van Oudheden is te vinden op www.rmo.nl