Esther J. Holwerda - Rijksmuseum van Oudheden

advertisement
Dierenmummies
Van kat tot baviaan, van vis tot ibis, van slang tot lam; ook dieren werden
gemummificeerd door de oude Egyptenaren. Maar waarom, hoe en door wie?
En zit in de dierenmummies eigenlijk wel wat de buitenkant doet vermoeden?
Dit boek vertelt over dieren in het oude Egypte, dierenmummies, onderzoek
en restauratie in het Rijksmuseum van Oudheden.
Laser Proof
Esther J. Holwerda
1
Esther J. Holwerda
2
Inhoud
Egypte
Sakkara
Caïro
Memphiss
Memphi
Sinaï
Tuna
el-Gebel
Amarna
Abydos
Luxor
Aswan
3
Inleiding
5
Dieren in het oude Egypte
9
Mummificatietechnieken
19
Wat voor dierenmummies zijn er?
22
De prinses en haar kat
29
Heilige stieren
32
Wat zit er in de mummie?
40
Restauratie en behoud
53
Goden
58
Door de eeuwen heen
61
Wat betekenen woorden in de tekst?
62
Colofon
64
4
Inleiding
De oude Egyptenaren mummificeerden* niet alleen mensen, maar
ook dieren. Het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden heeft 73
dierenmummies. Een aantal daarvan wordt tentoongesteld, maar
de meeste mummies liggen in het magazijn van het museum. De
mummies zijn ongeveer 2000 jaar oud.
In het oude Egypte leefden veel verschillende dieren. De
Egyptenaren kenden naast huisdieren zoals katten en honden,
ook dieren die ze gebruikten voor het werk op de akkers en
het vervoer van vracht (lastdieren). Runderen en vissen werden
gegeten. Wilde dieren konden een bedreiging zijn. Daarom
werden ze door de Egyptenaren tam gemaakt of juist gedood bij
de jacht.
Sommige dieren werden om hun bijzondere gedrag of uiterlijk
gezien als dieren met speciale krachten. Wanneer de goden
een bezoek brachten aan de mensenwereld konden ze het
lichaam van deze heilige dieren in bezit nemen. De Egyptenaren
vereerden de dieren alsof het de god zelf was.
Er zijn vier soorten dierenmummies bekend uit Egypte, namelijk:
Mummies als voedsel voor een overledene
Mummies van huisdieren
Mummies van heilige dieren
Mummies als offers voor de goden
Er zijn maar weinig van de eerste drie soorten mummies bekend.
Van de offermummies zijn er juist miljoenen bewaard gebleven.
Met moderne technieken kunnen onderzoekers tegenwoordig
kijken in de mummies, zonder dat die uitgepakt hoeven te
worden. Röntgenfoto’s geven informatie over de soort, leeftijd
en de doodsoorzaak van het gemummificeerde dier. Ook is
soms te achterhalen welke mummificatietechnieken de oude
Egyptenaren hebben gebruikt.
Dit boekje vertelt verhalen over dieren in het oude Egypte,
dierenmummies, onderzoek en restauratie.
5
* schuingedrukte woorden worden uitgelegd op pagina 62 en 63.
6
7
8
Dieren in het oude Egypte
Een Egyptenaar in de oudheid zag veel verschillende landschappen
om zich heen, zoals woestijn, moeras en akkerland. Door het hele
land stroomde de rivier de Nijl. In ieder landschap leefden weer
andere dieren. Op de akkers liepen bijvoorbeeld runderen, geiten
en schapen. In de moerassen leefden veel vogels zoals ibissen.
Schorpioenen, mestkevers en slangen zaten in de woestijn. In de
Nijl leefden nijlpaarden en krokodillen.
De oude Egyptenaren bekeken de dieren op verschillende manieren.
Aan de ene kant leefden ze samen met huisdieren, lastdieren en
dieren om op te eten. Aan de andere kant waren sommige dieren
gevaarlijk. Die werden daarom getemd, gevangen of gedood. Voor
de Egyptenaren hadden sommige dieren speciale krachten. Ze
geloofden dat een god of godin het lichaam van een dier koos om in
te verblijven in de mensenwereld. De goden kozen het dier om zijn
bijzondere gedrag of uiterlijk.
De behandeling van diersoorten verschilde per streek. Een dier kon
vereerd worden in de ene plaats en gegeten worden in de volgende
plaats. Er werd hier soms over gevochten, omdat bewoners elkaar
niet begrepen.
De Egyptenaren waren erg onder de indruk van de dierenwereld.
Dieren werden heel precies afgebeeld op gebruiksvoorwerpen en
wanden van paleizen, tempels en graven. In het hiërogliefenschrift
hadden veel tekens de vorm van dieren. Dieren kwamen ook vaak
voor in fabels, mythen en legenden. In de geneeskunde en magie
werden (delen van) dieren gebruikt als medicijn of hulpmiddel.
Verschillende diersoorten stierven al uit in de prehistorie of vroeg
in de tijd van de farao’s. Dit waren bijvoorbeeld de giraffe, de
baviaan en de olifant. Die werden daarom door enkele farao’s uit
verre oorden gehaald voor hun privéverzameling van exotische
dieren. Andere diersoorten stierven pas veel later in de Egyptische
geschiedenis uit. Voorbeelden daarvan zijn het nijlpaard, de
krokodil en de ibis.
9
10
Gebied van de dierenbegraafplaats in
Sakkara, met op de achtergrond de
piramide van Djoser.
11
12
Nijlpaard
Het nijlpaard stierf in Egypte uit aan het begin van de negentiende eeuw.
In het oude Egypte was het dier nog in grote aantallen aanwezig in en rond
de rivier de Nijl. Op het lichaam van dit nijlpaard zijn de planten van zijn
leefomgeving geschilderd. Nijlpaarden hielden ervan om van de planten op
de akkers te snoepen. Ze konden ook heel agressief zijn. De Egyptenaren
gingen daarom op nijlpaardjacht.
Het beeldje heeft in een graf gestaan. Als bewoner van het Nijlwater was het
nijlpaard een symbool van vruchtbaarheid en nieuw leven. Toch waren de
Egyptenaren bang dat het beeldje tot leven zou komen en de eigenaar van
het graf zou aanvallen. Daarom braken ze voor de zekerheid een stukje van
de pootjes af. Bij dit beeldje is dat goed te zien.
Poes met jongen, gemaakt van brons (Late periode)
Moederpoes
Nijlpaard, gemaakt van Egyptisch faïence (Middenrijk)
De kat was voor de Egyptenaren, net
als voor ons nu, een geliefd huisdier
en een vanger van muizen, slangen
en ongedierte. De kat was ook een
symbool van vruchtbaarheid. Dat
is te zien aan deze moederpoes
met haar vele jongen. Dit beeldje
is waarschijnlijk het deksel geweest
van een doosje waarin een kleine
kattenmummie zat.
13
14
Kameel
De kameel leefde al in de prehistorie in Egypte. Vanaf ongeveer 3000
v.Chr. waren er geen kamelen meer in het land. Daarom beeldden de oude
Egyptenaren ook geen kamelen af. In de 7e eeuw v.Chr. werden kamelen
meegenomen naar Egypte door buitenlandse overheersers. Het duurde nog
tot de Griekse tijd voordat de kameel werd gebruikt zoals wij het dier nu
kennen, als ‘schip van de woestijn’.
Kameel met ruiter, gemaakt van aardewerk (Grieks-Romeinse tijd)
Dodenboek van Ra, gemaakt van de papyrusplant (Nieuwe Rijk)
Dodenboek
Dit stuk papyrus is het eind van een dodenboek. Het
dodenboek werd in de vorm van een meterslange
opgerolde papyrus met een mummie meegegeven
in het graf. De afbeelding laat de overledene, Ra,
zien, die twee godinnen vereert: Hathor, in de vorm
van een nijlpaard met een krokodillenstaart, en de
koegodin Mehetweret. Ra is dicht bij het dodenrijk,
waar hij het eeuwige leven krijgt. Hathor staat hier
als teken van leven en bescherming. Mehetweret is
de hemelkoe, beschermster van de begraafplaats en
teken van opstanding uit de dood.
15
16
De Nijl als krokodil
Dit is een blok van kalksteen dat aan drie kanten in hoogreliëf is versierd.
Het heeft waarschijnlijk als hoeksteen in een sierlijst van een gebouw
gezeten. De rivier de Nijl heeft hier de vorm van een krokodil. De vier
mannetjes stellen de trapsgewijze stijging van de rivier de Nijl voor. De
oude Egyptenaren hadden hun eigen lengtematen. Bijvoorbeeld de el,
die ongeveer 52 centimeter is en waarmee men de hoogte van het water
in Egypte berekende. De vier mannen verbeelden misschien een stijging
van 4 el.
Reliëf met krokodildragers, gemaakt van kalksteen (4e-5e eeuw n.Chr)
Horusstèle gemaakt van serpentiniet (Late periode)
Magie
17
Dit is een magische stèle. In het midden staat de god Harpocrates (Horushet-Kind) op enkele krokodillen. Hij wordt omringd door gevaarlijke dieren
zoals slangen en schorpioenen. Horus-het-Kind werd volgens de legenden in
de moerassen door slangen en schorpioenen aangevallen. Een Horusstèle was
een magisch middel om iemand die gebeten of gestoken was door zo’n dier
te genezen. De teksten op dit stuk zijn magische spreuken die gingen werken
zodra er wijn of water over gegoten werd. Door de vloeistof op te drinken of
een wond ermee in te wrijven zou de gebeten persoon beter worden.
18
Mummificatietechnieken
De Egyptenaren maakten mummies van overleden mensen zodat
die lang bewaard zouden blijven en de lichamen in het leven na de
dood opnieuw gebruikt konden worden. Dit mummificeren was
moeilijk en langdurig werk.
De Egyptenaren maakten ook dierenmummies, maar dan om
andere redenen en op andere manieren. Het werk werd gedaan
door priesters van de tempel waar de dieren verzorgd werden
tot aan hun dood. Misschien maakten ze de mummies, net als
mensenmummies, in een werkplaats of tent. Hier is helaas weinig
over bekend.
De manieren van mummificeren verschilden per periode en per
dier. Een groot dier is natuurlijk moeilijker te mummificeren dan
een klein dier. De mummificatie van een Apis-stier was uitgebreid en
duurde lang. Hierbij werden de organen uit de buik gehaald via een
snee. Het lichaam en de organen werden gedroogd in natron, een
natuurlijk zout. Daarna werden ze met hars en oliën gebalsemd en
gewikkeld in linnen banden.
Kom met hars
Het ging heel anders met kleinere dieren. Zo werden vogels
meestal in een vat met gesmolten hars of pek ondergedompeld.
Met slangen deden de Egyptenaren hetzelfde, hoewel die misschien
eerst gedroogd werden. Vissen werden waarschijnlijk gedroogd,
nadat enkele ingewanden verwijderd waren. Van andere kleine
dieren, zoals muizen en babykrokodillen, werden de lichaampjes
uitgedroogd en overgoten met hars en pek.
Een andere techniek was het verwijderen van de huid en het vlees
van dieren. De botten werden daarna verzameld en tot een pakketje
gebonden met linnen banden.
De mummies konden in potten, sarcofaagjes, ‘doosjes’ of
diervormige mummiehouders worden geplaatst. Met behulp van
cartonnages werd er soms een meer levensecht of decoratief uiterlijk
aan de mummies gegeven.
19
Mummificatiebed in Memphis voor de balseming van heilige stieren
20
Ibis
De ibis is een ooievaarachtige vogel, die in het oude Egypte veel voor kwam.
De ibis was verbonden aan Thot, de god van de wijsheid en het schrift. Deze
god werd afgebeeld als een ibis of een baviaan. Ibissen werden als heilige
dieren verzorgd op het terrein van een tempel. Als de Egyptenaren ergens in
het land een dode ibis vonden, brachten ze die naar een tempel om hem te
laten mummificeren. Ibismummies werden verkocht, geofferd en bij elkaar
in onderaardse kamers geplaatst. Vogeleieren werden uitgebroed in speciale
ovens om aan de vraag naar vogelmummies te voldoen.
Mummie van een ibis
21
Ibisbegraafplaats in Tuna el-Gebel
Reconstructie in het Rijksmuseum van Oudheden van de ibisbegraafplaats in Tuna el-Gebel
22
Wat voor dierenmummies zijn er?
Dierenmummies werden voor verschillende doelen gemaakt, maar
dat is niet te zien aan de buitenkant. Het doel wordt pas duidelijk
wanneer de vindplek van de mummie bekend is of de binnenkant
onderzocht.
De Egyptenaren kenden vier soorten dierenmummies.
Voedselmummies
Sommige dieren of delen van dieren werden gemummificeerd
om als voedsel te dienen voor een dode. Die moest namelijk iets
kunnen eten in het leven na de dood. De voedselpakketjes werden
met andere voedingsmiddelen, zoals brood en bier, in het graf
geplaatst.
Mummies van huisdieren
Soms werden ook huisdieren gemummificeerd. De eigenaar kon
op deze manier zijn of haar geliefde dier bij zich houden, net
als andere bezittingen die hij of zij wilde meenemen in het graf.
Bij het overlijden van het baasje kon het dier in het graf worden
bijgezet. Zo zijn er katten en honden gevonden in graven. Enkele
keren zijn er zelfs apen en gazellen aangetroffen.
Mummies van heilige dieren
Er zijn ook mummies van heilige dieren die verbonden waren
aan een bepaalde god of godin. De Egyptenaren geloofden dat de
goden onzichtbaar waren en ergens buiten onze wereld woonden.
Als ze zich op aarde wilden laten zien, hadden ze een lichaam
nodig. Daarvoor kozen ze het lichaam van een dier waarmee ze
eigenschappen gemeen hadden. De oorlogsgod koos bijvoorbeeld
een sterke leeuw en de god van de wijsheid een slimme baviaan.
Er werd ook eten aangeboden aan de god, die het door middel van
het lichaam van het dier op kon eten. Eigenlijk werd dus niet het
dier, maar de god erin vereerd.
23
Er was per tempel maar één heilig dier, dat allerlei speciale
kenmerken moest hebben. Het dier werd bij de tempel door
priesters verzorgd.
Het meest bekende heilige dier is de Apis-stier. Er werden nog veel
meer diersoorten vereerd, zoals krokodillen, bavianen en valken.
De dieren werden na hun dood gemummificeerd en per diersoort
in speciale graven neergelegd.
Offergaven
Wanneer iemand een tempel bezocht, kon die persoon een
dierenmummie kopen. De bezoeker offerde de mummie aan
de god of godin van de tempel om die tevreden te stellen. De
Egyptenaren hoopten zo dat hun gebeden verhoord zouden
worden of wilden de goden bedanken voor iets dat zij hadden
gedaan.
Vanaf ongeveer 500 v.Chr. begonnen de tempelpriesters naast het
heilige dier ook groepen van zijn soortgenoten te verzorgen op het
tempelterrein. Deze dieren waren niet zo speciaal als het heilige
dier.
In de Griekse en Romeinse tijd werden veel dieren gefokt om
gemummificeerd te worden. De priesters wachtten meestal niet tot
de dieren op natuurlijke wijze stierven. Ze draaiden nog piepjonge
dieren de nek om of sloegen hun schedel in, wanneer de vraag
naar mummies groot was. Er zijn ook offermummies die eruit zien
alsof ze dieren bevatten, maar gevuld zijn met zand. Misschien zijn
die gemaakt toen de priesters van de tempel niet aan de vraag naar
echte mummies konden voldoen. De mummies werden soms in
kistjes, houders of kruiken geplaatst en, nadat ze geofferd waren,
in onderaardse gangen bij elkaar begraven.
24
Voedsel
Aan tafel
De Egyptenaren geloofden in een eeuwig leven na de dood. In dat leven
moesten ze ook eten. Op deze stèle staat een familie afgebeeld bij een tafel
vol voedsel, zoals een rond brood en een dode gans. Rechts is een kind
(te herkennen aan het feit dat hij naakt is) genaamd Imeny te zien. Hij geeft
een stuk runderpoot aan zijn overleden vader Hotep-Choe. De vader staat in
het midden voor de tafel.
Offertafel met voedsel
voor overledenen
Gemummificeerde delen van dieren werden als voedselpakketjes met de
dode in het graf meegegeven. De familie van de dode zorgde ervoor dat
er iedere dag voedsel in het graf gebracht werd. Op deze stèle wordt het
brengen van voedsel aan de overledene letterlijk uitgebeeld.
Stèle van ( Hotep-) Choe, gemaakt van kalksteen (12e dynastie)
Reliëf met dieren
voor de slacht
25
26
Huisdieren
Detail van reliëf in het graf van
Ptahemwia in Sakkara. De aapjes
zitten onder de stoel van hun baasje en
eten fruit (18e dynastie)
Hond
Deze stèle laat een man en vrouw met hun honden zien. De man heet Inyt,
de echtgenote wordt ‘zijn vrouw en geliefde, Bendyt’ genoemd. Jammer
genoeg zijn de namen van de honden niet vermeld. De tekst op de stèle is
een offergebed aan de god van de mummificatie, Anoebis. Deze god zag eruit
als een hondachtige, waarschijnlijk een jakhals.
Stèle van een echtpaar met honden, gemaakt van kalksteen (9e -10e dynastie)
Verstoppertje spelen
Katten werden veel gehouden als
huisdier. Er zijn gemummificeerde
katten gevonden in de graven van
hun eigenaars. Op dit reliëf is een kat
te zien die onder de stoel van haar
baasje zit.
27
Reliëf van Merymery met kat
onder de stoel, gemaakt van
kalksteen (18e dynastie)
28
De prinses en haar kat
In 1824 waren de burgers van de stad Gent in rep en roer: een koopman
toonde in zijn huis de mummies van een Egyptische prinses en haar
lievelingskat.
De mummies lagen samen in een mooi beschilderde kist. Er ging een
tekening rond in de stad, die de aandacht van de mensen trok. Een mummie
hadden ze nog nooit gezien!
De kist en mummies kwamen terecht in het Rijksmuseum van Oudheden.
Hier werd de kat ‘uitgepakt’. De directeur van het museum, Caspar Reuvens,
heeft hier tekeningen van gemaakt. Alleen de kop van de kat is daarna nog
verder onderzocht. We zien nu alleen nog een kale schedel.
Inmiddels weten we dat de mummie en de kist niet bij elkaar hoorden. De
kist en de mummies zijn waarschijnlijk samengevoegd door handelaren. Die
hoopten dat er meer geld gegeven zou worden voor een kist met mummies
erin. Er zijn geen aanwijzingen dat het echt de mummie van een prinses is.
Het lichaam is erg slecht gemummificeerd, wat heel vreemd zou zijn voor
een prinses.
Deze kattenmummie is heel gewoon, zoals er nog duizenden meer aan de
goden zijn geschonken. Hij heeft bijna tweeduizend jaar moeten wachten
om een ‘koninklijke huiskat’ te worden.
29
Prent van de kist met de prinses en haar kat (1824)
De kat nadat hij is uitgepakt.
Tekening van autopsie door Reuvens
De kat nu
30
Heilige dieren
Zonaanbidders
De baviaan is ook verbonden aan de zonnegod Re. Bavianen maken namelijk
een jankend geluid en gekke sprongen bij het opkomen van de zon. De
Egyptenaren zagen dat als verwelkoming van de zonnegod. Bavianen werden
vaak rechtopstaand afgebeeld, met hun voorpoten opgeheven alsof ze de
zonnegod vereren.
Papyrus met schildering van
bavianen die de zon aanbidden
(18e-19e dynastie)
Mummie van een baviaan (30e dynastie)
Baviaan
31
De Egyptenaren vonden dat bavianen wijze dieren waren, omdat hun gedrag
op dat van mensen lijkt. Daarom had Thot, de god van de wijsheid, ook de
vorm van een baviaan.
Bavianen werden behandeld als heilig dier en niet in grote hoeveelheden
als offer aan pelgrims verkocht. Bavianenmummies zijn dan ook zeldzaam.
De baviaan was al uitgestorven in Egypte in de tijd van de farao’s. Om in de
heiligdommen voor Thot toch bavianen te kunnen laten zien, moesten ze
uit verre oorden in Afrika gehaald worden. Soms werden bavianen en andere
apen als huisdier gehouden.
32
Gouden bles
De Apis-stier was gewijd aan de goden
Ptah en Osiris in de stad Memphis.
Er was steeds één Apis, uitverkoren
vanwege zijn bijzondere vachtpatroon.
Dat bestond uit een bles (lichte vlek
op het voorhoofd) en vlekken in de
vorm van een zon met vleugels en
een scarabee (heilige mestkever). Op
dit beeldje van een Apis-stier zijn die
kenmerken van de vacht ingekrast en
met bladgoud aangegeven.
Beeldje van heilige stier, gemaakt van
brons (18e dynastie)
Heilige stieren
In sommige steden werd er een speciale stier vereerd als heilig dier. In
Memphis was het de Apis-stier, die al rond 3000 v.Chr. werd vereerd.
Er was steeds maar één heilige stier per stad. De dieren werden uitgekozen
om speciale kenmerken, bijvoorbeeld een witte vlek op het voorhoofd. Na
hun dood moest direct een geschikt stierkalfje als opvolger gezocht worden
en ging een officiële periode van rouw in. De mummificatie en begrafenis
van de stieren verschilden niet veel van die van mensen.
De mummificatie hield meestal in dat de hersenen werden weggehaald
uit de kop. Daarna werden de organen uit de buik van de stier gesneden.
De priesters lieten de organen en de rest van het lichaam uitdrogen in
natron. Dit laatste duurde volgens Oudegyptische teksten zeker 52 dagen.
Daarna werd het dier aan de binnen- en buitenkant behandeld met oliën
en in linnen banden gewikkeld. De mummie werd versierd met cartonnage,
ingelegde ogen, een kroon en goud.
In de 14e eeuw v.Chr. was er al een begraafplaats van de Apis-stieren. Iedere
keer wanneer er een heilige stier gestorven was, werd de mummie in de
onderaardse grafkamers bijgezet. De stierenmummies werden in enorme
sarcofagen gelegd. Het is niet duidelijk wat er met de dode Apis-stieren
gebeurde vóór 1370 v.C.
33
Stèle met verering van krokodillen, gemaakt van kalksteen (Nieuwe Rijk)
Koeken voor krokodillen
Krokodillen leefden in het wild in de Nijl. De mensen waren bang voor
de grote, agressieve dieren. Bij sommige tempels werd een krokodil
in gevangenschap gehouden. Die krokodil was dan een heilig dier.
Een krokodillengod, bijvoorbeeld Sobek, kon bij een bezoekje aan de
mensenwereld gebruik maken van het lichaam van het heilige dier.
Schrijvers in de oudheid schreven van de heilige krokodil in een grote vijver
bij de tempel. De krokodil droeg gouden en glazen sieraden. Priesters voedden het dier met graan, koeken en gebraden vlees en gaven hem wijn met
honing te drinken. Het eten en drinken werd als offer geschonken door
tempelbezoekers.
34
Offergaven
Voor de poes
In deze kleine houten mummiekist zat ooit een kattenmummie.
Die mummie is op 17 oktober 1839 ‘uitgepakt’, waarschijnlijk
omdat hij aan het bederven was. In de tekst op het deksel staat dat
de mummiekist een geschenk was aan de kattengodin Bastet. De
naam van de priester die het schonk is ook vermeld: Amonemheb,
de zoon van Disamon.
Mummiekist voor een kat, gemaakt van hout
Houder met de mummie van een kat,
gemaakt van hout (Late periode)
Kat
35
Deze houten kattenfiguur is een houder voor de mummie van een kat.
Hij is uit twee delen gemaakt en van binnen uitgehold; de mummie zit
er nog in en is erg klein. Waarschijnlijk werd het katje speciaal voor de
verkoop aan tempelbezoekers gefokt en zo snel mogelijk gedood.
Aan de houten figuur is veel zorg besteed. Op de kop is zelfs een laagje
goud aangebracht. Om de nek is een ketting geschilderd met daaraan
een amulet van het beschermende oog (wedjat). Boven op de kop is een
heilige mestkever (scarabee) geschilderd.
36
Valk
De valk was voor sommige Egyptenaren
een heilige vogel. Meerdere goden
werden afgebeeld met een valkenkop of
het lichaam van een valk. Meestal ging
het dan om hemelgoden of zonnegoden.
De bekendste daarvan is de god Horus.
In Egypte leefden naast de valk andere
roofvogels zoals de gier, de buizerd en de
uil. De uil was in het hiërogliefenschrift
het teken van de klank ‘m’.
Hiëroglief in de vorm van een uil
Kist voor een valkenmummie, gemaakt van hout (Grieks-Romeinse periode)
De meeste roofvogels werden gewoon
‘valk’ genoemd. In enkele van de
‘valkenmummies’ blijkt bij onderzoek
met een röntgenapparaat een havik,
buizerd, gier of adelaar te zitten.
Tempel voor een valk
Deze mooie beschilderde kist was bedoeld als mummiekist voor een valk. De
kist is gemaakt in de vorm van een tempel. Iemand die rijk was, kon behalve
een valkenmummie ook een mooie kist kopen. De kist met de mummie erin
werd aan een valkgod geofferd.
Mummie van een valk
(waarschijnlijk uit de Romeinse tijd)
37
38
Sarcofaag
Er zijn in de oudheid ongeveer vier miljoen ibissen begraven. Veel hiervan
zijn er de afgelopen eeuwen nog gevonden in verschillende begraafplaatsen
in Egypte, zoals in Sakkara en Tuna el-Gebel. De mummies zaten meestal in
afgesloten potten van aardewerk die opgestapeld werden. Daarnaast konden
ze ook in stenen of houten mummiekistjes begraven worden.
Op deze sarcofaag staat een tekst met de naam van de persoon die de mummie heeft geofferd. Helaas is de naam onleesbaar.
Mummie van een ibis in een sarcofaag (waarschijnlijk uit de 27e dynastie)
Mummie van een krokodilletje
Kleine krokodil
Kleine krokodillenmummies werden als offer gegeven aan een krokodillengod,
bijvoorbeeld Sobek.
Het waren jonge dieren die werden gedood en gemummificeerd. Dit gebeurde
meestal door de krokodilletjes uit te drogen en hen te overgieten met hars en pek.
Het verwijderen van de huid en het vlees van de dieren gebeurde ook.
De botten werden daarna verzameld en tot een pakketje gebonden.
De krokodilletjes zijn op een bijzondere manier ingepakt: met banden die in mooie
patronen om het dier zijn gewikkeld. Soms bevatten de mummies geen heel dier,
maar een deel ervan of zelfs helemaal niets.
In deze mummie zit alleen een huidschub van een volwassen krokodil!
Houder met de mummie van een vis (Grieks-Romeinse tijd)
Scherpe randjes
39
Deze mummie van een vis (Synodontis schall) is zeldzaam. De vis heeft
vlijmscherpe vinnen. Deze werden door vissers direct verwijderd wanneer
ze een Synodontis hadden opgevist. Meer dan 5000 jaar geleden gebruikten
jagers de vinnen als pijlpunten.
De röntgenfoto van de mummie laat zien dat de vinnen van deze vis niet
verwijderd zijn. Op beide zijden van de houten mummiehouder staat een
slecht leesbare regel hiërogliefen met een raadselachtige, religieuze inhoud.
Vis werd door de meeste mensen gegeten omdat het lekker en goedkoop
voedsel was. Voor enkele Egyptenaren was het eten van vis echter taboe. Zij
vonden de dieren heilig of juist onrein. Er is niets bekend over de verering van
de Synodontis als heilig dier.
40
Wat zit er in de mummie?
Het Rijksmuseum van Oudheden heeft 73 dierenmummies in zijn
collectie. Hiervan zijn in de jaren 1999 tot en met 2003 röntgenfoto’s
gemaakt in het Academisch Medisch Centrum (Amsterdam).
Van een paar mummies zijn ook CT-scans gemaakt. De foto’s
en scans laten zien wat er in de mummie zit, zonder dat de
windsels eraf gehaald moeten worden. Zo kan uitgezocht worden
wat de soort en leeftijd van het dier is en hoe het gestorven en
gemummificeerd is. Bij het onderzoeken van een mummie zijn
er wel eens verrassingen. Zo zit er in enkele mummies alleen een
deel van een dier en zijn andere gevuld met zand.
Mummie van een hondenkop
Een raadsel...
Door de peervormige buitenkant lijkt dit een beetje op een ibismummie.
Daarom werd er lange tijd gedacht dat er een ibis in zou zitten.Toen de
mummie werd onderzocht was er op de röntgenfoto geen vogel te zien,
maar de kop van een hond!
En er zijn geen andere losse gemummificeerde hondenkoppen bekend.
Waarom is deze mummie gemaakt? Was het bedoeld als nep-ibismummie?
Die had ook gevuld kunnen worden met stokjes of zand. Waarom hier een
hondenkop is gebruikt blijft dus een raadsel...
41
Dit is een echte ibismummie
42
Mummie van een lammetje (waarschijnlijk uit de Romeinse tijd)
43
Valse mummie uit de oudheid (waarschijnlijk uit de Romeinse tijd)
Lammetje
Vals
Dit jonge lammetje is gemummificeerd en geofferd aan een ramsgod
bijvoorbeeld Amon of Chnoem. Op veel plaatsen door heel Egypte
werden deze goden vereerd. Het lammetje is niet volgroeid. Mogelijk
was het vroeg- of doodgeboren. De schedel van het diertje is los
van het lichaam in de kop van de mummie geplaatst. Het is voor de
stevigheid op een stokje gezet. De mummie had vroeger aangezette
hoorntjes of oortjes op zijn kopje.
De meeste valkenmummies waren bestemd voor de verkoop aan
tempelbezoekers, dus als geschenk voor een god. Vaak zijn de
mummies ingepakt met windsels in mooie patronen. Veel van die
valkenmummies zijn met röntgenstraling onderzocht. In een aantal
van de mummies zat alleen een deel van een vogel of niets dan zand!
In deze valkenmummie zitten alleen wat veren. De ‘valse mummies’
werden waarschijnlijk gemaakt op een moment dat de vraag naar
mummies groter was dan het aanbod van dieren.
44
Mummiehouder in de vorm van een ibis, gemaakt
van hout, linnen, hars, gips, goud, brons en glas
Röntgenfoto van een ibis
Geen poot om op te staan
Deze ibis-figuur is waarschijnlijk door een tempelbezoeker geschonken aan
Thot, de god van de wijsheid en het schrift. De houten ibis bestaat uit twee
helften en is hol van binnen. In de holte zit een mummie van een heilige ibis.
Vroeger was de buitenkant van het beeld met een laagje goud bedekt. Het
goud is op sommige plekken nog te zien. Het lichaam had bronzen poten en
staartveren. Op de kop van de figuur zat een kroon. Bij het linkeroog is te zien
dat de ogen van de figuur waren omlijnd met brons en ingelegd met glas.
Bronzen poten van
een ibisfiguur
45
“Alethe, attendant of the Sacred Ibis”
Schilderij van Edwin Long (1888)
Dit is een romantisch idee van de oudheid
46
Een oor aangenaaid
Meestal werden katten tot een klein pakketje gevouwen
en gemummificeerd. Het lichaam van deze kat heeft
de houding van een levende kat. Om de mummie
een levendige aanblik te geven is hij flink opgevuld en
zijn op de kop oortjes aangenaaid. De voorpoten zijn
apart ingewikkeld, maar de achterpoten zitten aan de
binnenkant. Er zijn ook mummies die hier op lijken,
waarbij de voor- en achterpoten en de staart apart zijn
ingewikkeld.
Slangen
Kattenmummie in de CT-scanner
Slangen werden gemummificeerd door ze, net als vogels, in een vat met
hars te dopen. Misschien werden de lichamen vooraf gedroogd. Meestal
maakten de priesters een rond of ovaal pakketje van meerdere slangen.
Heel soms werden ze ook uitgestrekt ingewikkeld. De pakketten werden
in de dierenbegraafplaatsen begraven, bijvoorbeeld in de kamers van de
ibismummies in Sakkara. De Egyptenaren geloofden namelijk dat ibissen
slangen konden doden. Zo konden de slangen, mochten ze ineens tot leven
komen, direct door de ibissen gepakt worden.
Mummie van een kat
47
Pakket met gebalsemde slangen
48
De een zijn dood is de ander zijn brood...
In sommige mummies zit niet wat je verwacht. Soms is het alleen een deel
van een dier zoals een vleugel of wat veertjes van een heilige ibis. Andere
mummies zijn opgevuld met linnen, zand of stokjes.
Om een dierenmummie te maken, moest er eerst een dood dier zijn.
Vaak doodden de priesters in het oude Egypte zelf jonge dieren. Soms
waren er niet genoeg dieren om te mummificeren en hebben de priesters
waarschijnlijk valse mummies met zand en stokjes gemaakt. Met deze
‘nepmummies’ konden de priesters veel verdienen.
Maar waarom zijn er mummies met een deel van een dier?
Als er bijvoorbeeld in een mummie vogelveren zitten; waren dat dan veren
van een heilig dier? Misschien wilden de priesters die niet weggooien en
maakten ze er daarom een mummie van. Een deel van zo’n dier was dan net
zo bijzonder als het dier zelf. Natuurlijk hadden de priesters zo ook weer
meer mummies voor de verkoop aan tempelbezoekers.
Mummie van een valk met één vleugel erin
Mummie van een ibis
49
Mummie van een kat
50
Mummie van een grote krokodil...of toch niet?
Grote krokodil...of niet?
Deze ‘krokodil’ lijkt een mummie van een volwassen krokodil van meer
dan drie meter te zijn. De röntgenfoto’s verklappen het geheim van deze
mummie: er zitten twéé krokodillen in! Dit zijn jonge krokodillen, waarvan
de voorste zijn staart en achterpoten mist. Met behulp van stukjes hout,
plantenstengels en touw heeft het geheel de vorm van één grote krokodil
gekregen.
De mummie is geen moderne vervalsing; hij is zo door priesters in
de oudheid gemaakt. Zij hadden geen kwade bedoelingen met het
(gezichts)bedrog. Er was waarschijnlijk geen grote krokodil beschikbaar toen
daar om werd gevraagd. Eén grote krokodil was kennelijk een beter geschenk
voor de god dan twee kleinere krokodillen.
Volwassen krokodillen kregen een uitgebreide mummificatie waarbij
de organen uit de buikholte werden gehaald via een snee. Daarna werd
het lichaam gedroogd en werd hars en olie in de buikholte gegoten.
Soms werden babykrokodillen of eieren op de rug of in de bek geplaatst.
Krokodilleneieren werden ook in groepjes gemummificeerd.
51
52
Restauratie en behoud
De dierenmummies zijn ongeveer 2000 jaar oud en daarom erg
kwetsbaar. De meeste mummies liggen in een speciaal magazijn
van het museum. Daar worden ze in dozen bewaard. Die dozen
moeten aan speciale eisen voldoen, zo mag er bijvoorbeeld geen
zuur in het karton zitten.
Soms moeten de meest kwetsbare mummies door een restaurator
worden opgeknapt. De linnen windsels om de gemummificeerde
dieren kunnen los zitten. Die worden dan netjes door een
restaurator vastgezet. Er wordt ook vaak een doorzichtig laagje
stof om de mummies aangebracht om alles op zijn plaats te
houden. Het ‘kousje’ om de mummie is bijna niet te zien.
Wanneer een mummie uit elkaar ligt, moet een restaurator met
andere middelen de stukken in elkaar zetten. Bijvoorbeeld met
metalen draadjes of stokjes als steun.
53
Ruimte in een ibisbegraafplaats met opgestapelde ibismummies in potten
54
Mummie van een kat, waarschijnlijk uit de Romeinse tijd
55
Een stokje steken voor...
Gerestaureerde hondenmummie
Deze mummie van een volwassen kat is aan het begin van de 19e eeuw,
voordat hij in het museum kwam, gerestaureerd. Waarschijnlijk was de
kop van de mummie afgebroken. Er zijn spelden en een metalen stokje
gebruikt om de kop weer vast te zetten op het lichaam. Dit is goed te
zien op de röntgenfoto. Een licht stuk linnen om de nek bedekt het
gerestaureerde deel. De restaurator wist niet wat de voor- en achterkant
was: hij heeft de kop er achterstevoren op gezet!
Deze mummie heeft lang geleden een nieuw stukje linnen opgenaaid gekregen.
Het moderne linnen is duidelijk lichter dan het oude. Tegenwoordig zou de
mummie heel anders gerestaureerd worden. Een mummie wordt nu zo goed
mogelijk bewaard zoals hij is. Soms moet er toch wat toegevoegd worden. Dan
zorgt de restaurator ervoor dat de restauratie erg lijkt op de mummie zelf. Er
zijn enkele regels: een restauratie moet herkenbaar zijn en ook weer terug te
draaien.
56
Farao Toetanchamon op leeuwenjacht
57
58
Goden
59
Amon betekent ‘de verborgene’. Hij is de god die altijd
aanwezig is zonder dat je hem ziet, zoals de wind die door de
verenpluimen op zijn kroon strijkt. Amon was stadsgod van
Thebe en werd later oppergod van heel Egypte.
Anoebis is de god van de
begraafplaatsen, waar hij
rondsnuffelt in de gedaante
van een jakhals. Hij helpt bij
de balseming van mummies
en brengt de doden naar het
hiernamaals.
Bastet is een beschermster
van huis en haard, maar ook
van zang en dans. Zij heeft
het lieflijke karakter van een
huiskat, maar als ze boos
wordt, verandert ze in de
woeste leeuwin Sachmet.
Chnoem is god van de
Nijlbron (die volgens de
Egyptenaren bij Aswan lag),
de oorsprong van alle leven.
Hij heeft alle levende wezens
gemaakt als een pottenbakker
op zijn draaischijf. Hij wordt
afgebeeld met een ramskop.
Horus vliegt als valk door de
lucht. Hij is niet alleen een
hemelgod maar ook de god
van het koningschap. Iedere
farao is zijn aardse afbeelding
of incarnatie.
Hathor is de grote koe
die het hemelgewelf
vormt, de sterren zijn de
vlekken in haar vacht.
Zij kan ook als vrouw
met koehorens worden
afgebeeld en beschermt de
begraafplaatsen.
Osiris was ooit koning van
Egypte maar werd door zijn
boze broer Seth vermoord. Nu
heerst hij in het dodenrijk en
helpt hij de doden om weer
levend te worden. Hij wordt
afgebeeld als een mummie
met koningskroon en scepters.
Re is de zonnegod, de bron van
alle leven. De zon vaart langs
de hemel in zijn bark en neemt
telkens andere gedaanten en
namen aan. Overdag vliegt hij
net als Horus als een valk door de
lucht, ’s avonds sterft hij, ’s nachts
komt hij in de onderwereld weer
tot nieuw leven.
Sobek is de krokodil die zich
in het water verstopt. Net
als het water zelf is hij een
schepper van nieuw leven,
maar voor zijn vijanden kan
hij heel gevaarlijk zijn. Een
Egyptenaar kan hem maar
beter gunstig stemmen met
veel offers.
Thot is de ibis die deftig
rondloopt met zijn zwartwitte verenpak. Hij is de
god van de wijsheid en
helpt de andere goden
als hun secretaris. Thot
heeft de mensen het
hiërogliefenschrift geleerd.
Ptah is de god van de
Egyptische hoofdstad
Memphis. Hij heeft de hele
wereld geschapen door van
alles de naam uit te spreken.
Hij wordt afgebeeld als een
soort mummie met een strak
mutsje over zijn hoofd en
een staf in zijn handen.
60
Door de eeuwen heen
Prehistorie
Archaïsche Periode
Dynastie 1-3
3000-2575 v. Chr.
Dynastie 3
2630-2611 v. Chr.
Dynastie 4-8
2575-2134 v. Chr.
Dynastie 4
2551-2528 v. Chr.
Eerste Tussenperiode
Dynastie 9-11
2134-2040 v. Chr.
Middenrijk
Dynastie 12-14
2040-1640 v. Chr.
Tweede Tussenperiode
Dynastie 15-17
1640-1550 v. Chr.
Nieuwe Rijk
Dynastie 18-20
1550-1070 v. Chr.
Farao Amenhotep III
Dynastie 18
1391-1353 v. Chr.
FaraoToetanchamon
Dynastie 18
1333-1323 v. Chr.
Farao Ramses II
Dynastie 19
1290-1224 v. Chr
Derde Tussenperiode
Dynastie 20-24
1070-712 v. Chr
Late Periode
Dynastie 25-30
712- 332 v. Chr.
Djoser
Oude Rijk
Cheops
Grieks-Romeinse Periode
332 v. Chr.-395 n. Chr.
Griekse periode
304-30 v. Chr.
Cleopatra VII
51-30 v. Chr.
Romeinse periode
30 v. Chr.-395 n. Chr.
Koptische periode
61
voor 3000 v. Chr.
395 n. Chr.-640 n. Chr.
62
Wat betekenen woorden in de tekst?
Amulet: een voorwerp of sieraad dat gedragen werd omdat het beschermende
kracht zou hebben, en kwaad op afstand kon houden.
Apis-stier: heilige stier die in de stad Memphis werd vereerd als
verschijningsvorm van de goden Ptah en Osiris op aarde. De Apis moest een
bijzonder patroon in zijn zwart-witte vacht hebben. Als de stier stierf, ging men
op zoek naar een kalfje met hetzelfde uiterlijk.
Balsemen: het behandelen van het lichaam van een dood mens of dier zodat
het niet kan vergaan. De Egyptenaren droogden een lichaam uit in natron (zie
beneden) en smeerden of goten er hars en oliën over. -> zie ook Mummificatie
Cartonnage: een vroege vorm van papier maché: laagjes oud papyrus of linnen
die op elkaar gelijmd werden en waaraan allerlei vormen gegeven konden
worden. Eroverheen bracht men een laagje gips aan. Het geheel kon beschilderd
of verguld worden. Met deze techniek werden bijvoorbeeld maskers, oortjes of
versieringen gemaakt voor dierenmummies.
CT-scan: een CT-scan (CT=computertomografie) maakt met röntgenstraling
doorsnedenfoto’s van het lichaam. Hierna bouwt een computer uit de
resultaten een driedimensionale weergave van het onderzochte lichaamsdeel
op. Op de scan zijn behalve botten ook (resten van) organen te zien.
Dodenboek: een meterslange rol papyrus met heilige spreuken en geschriften
die meegegeven werd met een mummie.
Dynastie: koningshuis, verbonden door familieverwantschap of een
gemeenschappelijke herkomst of hoofdstad. De indeling van de Egyptische
geschiedenis in dertig dynastieën gaat terug op een geschreven werk van de
priester Manetho (3e eeuw v.Chr.).
Egyptisch faïence: een materiaal gemaakt van kwarts of zand, een beetje kalk
en natron. Met fijngemalen koper word er een blauwgroene kleur aan gegeven.
Farao: de Egyptische koning. Letterlijk ‘het grote huis’ (per-aä) als aanduiding
van het koninklijk paleis.
Hiërogliefen: het schrift in het oude Egypte, bestaande uit honderden
gedetailleerde plaatjes van mensen, dieren, planten, voorwerpen en symbolen.
Linnen: stof gemaakt van vezels van de vlasplant. Gescheurde repen van deze
stof gebruikten de Egyptenaren als windsels voor gebalsemde dieren en mensen.
63
Mummificatie: deze techniek maakte het mogelijk om lichamen van mensen
en dieren te behouden. Mensen konden er dan in een nieuw leven na de
dood weer gebruik van maken. De lichamen werden, al dan niet zonder
ingewanden, gedroogd in natron en met oliën behandeld. Vervolgens werden
het lichaam en de eventuele losse ingewanden gewikkeld in repen linnen.
Natron: een natuurlijk soort zout dat aan de randen van zoutmeren in de
Egyptische woestijn gewonnen werd.
Offergave: een geschenk van een bezoeker aan de god van een tempel. In ruil
voor het offer hoopte de schenker dat zijn gebeden uit zouden komen. Ook
kon de mummie geofferd worden uit dank voor hulp of bescherming van de
god.
Papyrus: papyrus is de kostbare voorloper van ons papier, gemaakt van de
stengels van de papyrusplant. De stengels werden in reepjes gesneden. Die
reepjes werden haaks op elkaar gelegd en tot vellen platgestampt.
Reliëf: versiering van platte vlakken, waarbij de afbeelding ofwel in de
achterwand is gebeiteld (laagreliëf). Of de achterwand is zelf verdiept en de
voorstelling ligt erop (hoogreliëf).
Röntgenfoto: een foto, gemaakt met een zogeheten röntgenapparaat. Dit
apparaat straalt door een mummie heen en maakt een foto. De botten, die
met het blote oog niet te zien door het linnen eromheen, zijn op de foto
goed te zien. Hierdoor weten we wat er in mummie zit, zonder deze uit te
hoeven pakken.
Sarcofaag: een stenen lijkkist.
Schip van de woestijn: zo werd een kameel wel genoemd omdat die
urenlang zonder water grote afstanden kan lopen door de woestijn met veel
vracht op zijn rug.
Serpentiniet: een steensoort.
Stèle: een rechtopstaande steenplaat, voorzien van inscripties of
afbeeldingen.
Windsels: de linnen banden die om een gebalsemd mens of dier gewikkeld
zitten. Vrijwel altijd zijn het gescheurde oude lappen.
64
Colofon
Deze publicatie verschijnt ter gelegenheid van de tentoonstelling ‘Dierenmummies’
die van 24 april 2008 tot en met 1 maart 2009 te zien is in het Rijksmuseum van
Oudheden te Leiden.
Uitgave Rijksmuseum van Oudheden, Leiden
Auteur
Eindredactie
Fotografie
Esther J. Holwerda
Bureau Cassandra Carmio, Amersfoort
Peter Jan Bomhof, Anneke de Kemp,
Rita van Oosterhoud
Foto’s scan- en röntgenopnamen Academisch Medisch Centrum, Amsterdam
Ontwerp catalogus
Tekst & Uitleg, Haarlem
Drukwerkverzorging
Tekst & Uitleg, Haarlem
Beeld voorzijde
Headline Integrated Communication, Amsterdam
Uitgever
Rijksmuseum van Oudheden
ISBN
978-90-71201-18-9
© Rijksmuseum van Oudheden, Leiden 2008
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen
in een geautomatiseerd bestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij
elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever heeft ernaar gestreefd de
rechten van illustraties volgens wettelijke bepalingen te regelen. Degenen die desondanks menen
zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.
65
Informatie over het Rijksmuseum van Oudheden is te vinden op www.rmo.nl
Download