LA KOL 12-13 Bijeenkomst 4 Terugblik bijeenkomst 3: 4: cognitieve ontwikkeling - ontwikkeling/leren/rijpen - geheugen - vormen van leren Opdrachten: - Deskundigen verdiepen - lezen H7 - Presentatie materialen meenemen Fontys Hogescholen Bijeenkomst 4 – Uitwisseling deskundigen in groepen. – Werken aan presentatie binnen slbgroep (handout theorieën). Suggestie: elke groep maakt de digitale toets om zijn eigen kennis te toetsen. Ook kun je enkele vragen verwerken in je presentatie. Fontys Hogescholen Presentatie • • • • • • • Iedere groep 1 leertheorie (10 minuten). Kern van deze theorie in eigen woorden uitleggen. Eigen visie op leren verwoorden Praktijkvoorbeelden geven door elke student Eigen leerstijl toelichten Handout Vragen medestudenten en evt. korte aanvulling docent Fontys Hogescholen Leertheorieën • Leertheorieën: de belangrijkste theoretische stromingen in de psychologie die hebben geleid tot verschillende opvattingen over leren in onderwijssituaties. • Leertheorieën gaan uit van de maakbaarheid van de mens. Fontys Hogescholen Overzicht leertheoretische stromingen • Het behaviorisme Pavlov, Thorndike, Skinner • De cognitieve psychologie Bruner, Ausubel, Gagné • De handelingspsychologische theorie Vygotsky, Gal'perin • Het sociaal constructivisme Fontys Hogescholen Samenvatting leertheorieën Handelingspsychologie Behaviorisme Cognitieve psychologie Constructivisme Fontys Hogescholen Het behaviorisme (+/- 1910-1950) Black box model Organisme Stimulus/Prikkel ! Respons/Gedrag Fontys Hogescholen ! Behaviorisme Uitgangspunten: – Waarneembaar gedrag – Beïnvloeden van het gedrag – Gedrag is aangeleerd: black box model. Opvattingen over leren: - Klassieke conditionering - Operante conditionering - Modelleren Fontys Hogescholen 1. Klassieke conditionering Pavlov (1849-1936) Fontys Hogescholen De wet van het effect Thorndike (1874-1949) Trial-and error: hongerige kat in een puzzle box Fontys Hogescholen Pavlov vs. Thorndike • Pavlov: het principe van contiguïteit Stimuli moeten tegelijk optreden om respons (leren) tot gevolg te hebben • Thorndike: de wet van het effect De gevolgen van een respons leiden tot het al dan niet leren van de respons Fontys Hogescholen 2. Operante conditionering Skinner (1904-1990) Operant gedrag = Gedrag dat niet wordt uitgelokt door een stimulus, maar dat wordt uitgevoerd door de inwendige wil of ‘drang’ van het organisme. Fontys Hogescholen Operante conditionering Operant gedrag = opzettelijk, intentioneel, spontaan gedrag. Het leren wordt bepaald door de gevolgen op het gedrag door de omgeving. Veel gebruikt in het onderwijs. Fontys Hogescholen Operant conditioneren Procedure: 1. Vaststellen welk gedrag gevormd/gewijzigd moet worden. 2. Reactie kiezen en toepassen: a. b. Versterkers (positief/negatief) Verzwakkers (uitdoving, straf, afzondering) Fontys Hogescholen Bekrachtiging of versterkers • Bekrachtiging versterkt het gedrag waarop de bekrachtiger volgt • 2 soorten versterkers: – Positieve bekrachtiging: beloning (materieel, sociaal, activiteit, gelegen in activiteit zelf) – Negatieve bekrachtiging: wegnemen van een onplezierige gebeurtenis (bv. geen straf, niet boos worden, etc.) Fontys Hogescholen Verzwakkers • Verzwakkers onderdrukken het gedrag (i.t.t. versterking van gedrag bij bekrachtiging) • 3 soorten – Uitdoving: negeren. Het verwijderen van een positieve stimulus. – Straf: het toevoegen van een negatieve stimulus. – Afzondering. Fontys Hogescholen Operant conditioneren : rat in skinnerbox Fontys Hogescholen 3. Modelleren. • Imitatieleren, sociaal leren. Het nabootsen van gedrag. Fontys Hogescholen Cognitieve psychologie ca. 1960: kenmerken • Stimulus – Organisme - Respons • Leren is een informatieverwerkingsproces. • Alle mentale processen die betrokken zijn bij het opnemen, weer terugvinden en gebruiken van informatie. Fontys Hogescholen Cognitieve psychologie uitgangspunten • Nadruk op cognitie, verwaarlozen van de emotie. • Gericht op het proces van leren (black box): hoe leer je? Gericht op de cognitieve structuur in het proces van kennisverwerving. Fontys Hogescholen Drie soorten leren 1. 2. 3. Zelfontdekkend leren (Bruner) Betekenisvol leren (Ausubel) Leerhiërarchie (Gagne) Fontys Hogescholen 1. Het (zelf)ontdekkend leren Bruner (1915-heden) • De mens is een informatieverwerker • Leren is een intentionele activiteit • De lerende selecteert, codeert en elaboreert (bewerkt) de info !"#$%&&'# "# ()*#"+"',' &+-.(+..- Fontys Hogescholen Transfer naar onderwijs • • • • Actief en zelfontdekkend leren Zelfstandig leren denken Probleemoplossende vaardigheden Transferwaarde van verworven vaardigheden Fontys Hogescholen 2. De assimilatietheorie (1968) Ausubel (betekenisvol leren) • Verankering of assimilatie van nieuwe informatie aan reeds aanwezige relevante kennis (ankerpunten of kapstokbegrippen) !"# #$%&%''% (($ $)(*+( ,#-$)%)(.( &%/*,%**/ 0 1(%(2($)&.#3 3(/($ Fontys Hogescholen Transfer naar onderwijs • De input (wijze waarop, structuur, vorm,…) is erg belangrijk voor het leren. Het leermateriaal moet goed worden ingedeeld en georganiseerd. • Nieuwe ideeën en concepten moeten potentieel betekenisvol zijn voor de leerder. • Het verankeren van nieuwe concepten in de bestaande cognitieve structuur van de leerder maakt dat de nieuwe concepten terug oproepbaar zijn. Fontys Hogescholen 3. De leerhiërarchie Gagné (1916-heden) Theorie toegepast bij leerplanontwikkeling en lesvoorbereiding Leertaken zijn opgebouwd uit interne en externe leervoorwaarden. Fontys Hogescholen Gagne leertaken 4 soorten leertaken: - Meervoudige onderscheidingen - Begrippen - Regels en principes; algoritmen - Oplossen van problemen Fontys Hogescholen Gagne leervoorwaarden 1. 2. 3. 4. 5. 5 categorieën leervoorwaarden: Verbale informatie Intellectuele vaardigheden Cognitieve strategieën Attituden vorming Psychomotorische vaardigheden. Fontys Hogescholen De handelingspsychologische theorie (begin 20e eeuw) • S <m1> O <m2> R M1: mediator: gericht leren waarnemen M2: mediator: betekenisverlening d.m.v. taal zorgt voor leerervaring • De handeling staat centraal (uitwendig) Fontys Hogescholen Handelingspsychologie • De handeling wordt door het bewustzijn gestuurd en gecontroleerd (inwendig) • Rol van de gemeenschap - rol van de volwassene: mediator. Fontys Hogescholen De cultuurhistorische theorie Vygotsky (1896-1934) • Nadruk op de manier waarop onderwijs de mentale activiteiten van het kind beïnvloedt. • Kern van onderwijs moet het aanleren van mentale handelingen zijn, b.v. het vergelijken van twee begrippen, het vormen van een conclusie, het uit het hoofd optellen van twee getallen,… Fontys Hogescholen Vygotsky: leerbaarheid • Natuurlijk vermogen tot leren door instructie of ‘leerbaarheid’ • Door interactie met anderen (dialoog) wordt de ontwikkeling van het denken van het kind bevorderd • 2 ontwikkelingsniveaus: • het feitelijke niveau • de zone van naaste ontwikkeling Fontys Hogescholen Transfer naar onderwijs • Scaffolding: begeleiding bij leren en probleemoplossen (geven van sleutels, modellen, aanmoedigingen,…) • Leer- en organisatiestrategieën aanleren: zelfsturing • Groepsleren: samenwerkend leren. Fontys Hogescholen Het sociaal constructivisme (1990 …) • Leren is een actief, constructief proces • Nieuwe informatie wordt gekoppeld aan bestaande voorkennis. • Leren = – doelgericht – actief – constructief – cumulatief – collaboratief / coöperatief – zelfstandig (zelfgereguleerd of zelfgestuurd) Fontys Hogescholen