Handboek Workshop BRAINFINGERS Minor Active Ageing Versie: 1.0 Docent: Inge Loghe Datum: 19-09-2016 Studenten: Gijs Lemans Marloes de Korte Merel Tax Monique van Falier 2084289 2072374 2086652 2080395 I Inhoud 1. Inleiding................................................................................................................................................... 1 2. Plan van aanpak ...................................................................................................................................... 3 3. 4. 2.1 Groepsleden, opleiding en taakverdeling....................................................................................... 3 2.2. Persoonlijke leerdoelen .................................................................................................................. 3 2.3 Drie mogelijke onderwerpen + definitieve keuze .......................................................................... 4 2.4 Afbakening ...................................................................................................................................... 4 2.5 Koppeling met de Minor Active Ageing .......................................................................................... 6 2.6 Doel workshop ................................................................................................................................ 6 2.7 Contactpersonen ............................................................................................................................ 7 2.8 Verwachtingen................................................................................................................................ 7 Workshop ................................................................................................................................................ 8 3.1 Toelichting keuze workshop ........................................................................................................... 8 3.2 Mediabericht(en) ............................................................................................................................ 8 3.3 Beschrijving werkvorm ................................................................................................................... 9 3.4 Programma workshop .................................................................................................................... 9 Procesbeschrijving ................................................................................................................................ 10 4.1 Samenwerking .............................................................................................................................. 10 4.2 De persoonlijke leerdoelen........................................................................................................... 11 4.3 Planning ........................................................................................................................................ 12 5. Inhoud workshop ...................................................................................................................................... 13 6. 5.1 Dwarslaesie .................................................................................................................................. 13 5.2 Locked- in Syndroom .................................................................................................................... 14 5.3 Hoe werkt EEG? ............................................................................................................................ 14 5.4 Wat is Brainfingers........................................................................................................................ 15 5.5 Verdere mogelijkheden met EEG technologie. ............................................................................ 16 Discussie ................................................................................................................................................ 17 Literatuur....................................................................................................................................................... 18 II 1. Inleiding Mieke van Oss heeft in 2015 een gastcollege gegeven aan de studenten verpleegkunde van Avans Hoge school. Monique en Marloes, leden van de workshopgroep, waren hierbij aanwezig. Mieke van Oss valt in 2005 uit haar hangmat en komt zodanig terecht waardoor ze een hoge dwarslaesie oploopt. Ze is vanaf haar schouders verlamd, ze kan enkel nog haar hoofd bewegen en spreken. Mieke draagt, zoals ze zelf zegt, een ‘Hindoe stip’. De stip is vergelijkbaar met een muis waar ze mee op de monitor, die op haar rolstoel is bevestigd, kan aansturen. Hierdoor kan zij alsnog zelfstandig handelingen uitvoeren, zoals de gordijnen en deuren open doen. Mieke is recent nog op hart van Nederland geweest, hier vertelt zij over haar huidige situatie. Mieke krijgt vijf dagen in de week huishoudelijke hulp, maar de hulp mag haar geen drinken aanbieden. Hier moet ze speciaal de verpleegkundige voor bellen. (“Gehandicapte Mieke moet zorg bellen voor glas water”, z.j.) De groepsleden van de workshop vonden de situatie van Mieke erg boeiend en zijn literatuur gaan zoeken over hulpmiddelen zoals de ‘Hindoe stip’ van Mieke. Het apparaat Brainfingers werd gevonden. Volgens A. Olijslager wordt de Brainfingers veelal toegepast bij patiënten met een hoge dwarslaesie of het Locked- in Syndroom. Echter was er in deze combinatie niet veer literatuur en beeldmateriaal te vinden. Wel was er beeldmateriaal te vinden over Chris. Chris is een jonge man met een hersenverlamming die droomt over een muziek carrière. Door het apparaat Brainfingers kan hij zijn droom werkelijkheid maken. Naar aanleiding van de bovenstaande informatie zal het apparaat Brainfingers deze workshop centraal staan. Brainfingers is een redelijk nieuwe techniek die gebruikt wordt bij ziektebeelden zoals een hoge dwarslaesie en het Locked-in Syndroom. Het apparaat is aangesloten aan bijvoorbeeld een tablet en wordt aangestuurd door middel van hersengolven en minimale spierbewegingen in het aangezicht. “Brainfingers”(2011). Een dwarslaesie is een beschadiging van het ruggenmerg. De ruggenmerg is onderdeel van het centrale zenuwstelsel. In het ruggenmerg zitten zenuwen, die vanuit het ruggenmerg naar het gehele lichaam toe lopen. De zenuwen gebruiken prikkels om gevoel waar te nemen en bewegingen aan te sturen. Bij een dwarslaesie kunnen de zenuwen hun prikkels niet doorgeven naar de rest van het lichaam. Vanaf de plaats van beschadiging kan men geheel of gedeeltelijk verlamd raken. “Dwarslaesie”(2011). Bij het ziektebeeld Locked-in Syndroom is de patiënt als ware ‘opgesloten’ in het eigen lichaam. De patiënt kan niet meer communiceren of bewegen door volledige verlamming. Deze verlamming is zodanig dat de patiënt ook niet met het hoofd kan bewegen. De oorzaak van het Locked-in Syndroom is een infarct in de hersenstam. Hierdoor kunnen de hersenen geen signaal meer sturen naar het ruggenmerg. Hersenletsel (z.j.) De workshopgroep bestaat uit vier groepsleden, Monique van Falier, Gijs Lemans, Marloes de Korte en Merel Tax. Marloes en Monique studeren Verpleegkunde. Gijs en Merel studeren Gezondheidszorg Technologie. De workshop zal aan de studenten van de minor Active Ageing gegeven worden. Het doel achter deze workshop is dat de studenten na deze workshop een basiskennis bezitten van het apparaat Brainfingers, zodat ze deze kennis in de toekomst toe kunnen passen. Als eerst zal in hoofdstuk 2 het plan van aanpak beschreven worden. In dit hoofdstuk staat onder andere de persoonlijke leerdoelen, de afbakening, doel van de workshop en de doelstellingen beschreven. In hoofdstuk 3 wordt de workshop verder toegelicht en de werkvorm beschreven. In hoofdstuk 4 wordt beschreven hoe de samenwerking is gegaan tijdens de innoverende opdracht. Ieder groepslid heeft hier over een korte reflectie geschreven. Daarnaast wordt in hoofdstuk 4 ook 1 de planning weergegeven. In hoofdstuk 5 wordt het apparaat Brainfingers toegelicht en worden er ziektebeelden uitgelegd zoals Dwarslaesie en het Locked-in Syndroom. Tot slot wordt er in hoofdstuk 6 de discussie punten weergegeven en volgt de literatuurlijst. 2 2. Plan van aanpak 2.1 Groepsleden, opleiding en taakverdeling Groepsleden Gijs Lemans Opleiding Gezondheidstechnologie Marloes de Korte Merel Tax Monique van Falier Verpleegkunde Gezondheidstechnologie Verpleegkunde Functie Contactpersoon van het bedrijf, voorzitter Kwaliteitscontrole handboek Spellingscontrole handboek Notulist 2.2. Persoonlijke leerdoelen Marloes 1. In periode 1 geef ik samen met mijn groep een workshop aan de klas. Ik vind het lastig om rustig te spreken voor een grote groep. Ook vind ik het lastig om duidelijk te articuleren en geen dialect te spreken. Tijdens de periode wil ik voornamelijk duidelijk en rustig kunnen spreken tegenover de groep. ik wil dit leerdoel graag meten door feedback te vragen aan de groep aan de hand van een zelf gemaakte beoordelingslijst. Hiermee wil ik toetsen hoe de klas mij vond spreken en of ik die informatie aan hen heb over kunnen brengen. 2. In periode 1 geef ik samen met mijn groep een workshop aan de klas. Hierbij maak ik samen met mijn groep een handleiding m.b.t. de workshop. Ik vind het lastig om correcte spelling en zinsopbouw aan te leveren. Ik vraag mijn medestudenten of zij mijn stukken na willen lezen en hier feedback op willen geven. Merel 1. Tijdens de workshop wil ik rustiger praten en niet gelijk onrustig overkomen. Omdat ik tijdens een presentatie altijd onrustig overkom, wil ik graag tijdens de workshop in week 7 zorgen dat het woord onrustig in mijn feedback niet voorkomt. 2. Tijdens periode 1 wil ik een fijn en goed verlopen groepsproces hebben. daarnaast wil ik gedurende de voorbereiding en workshop zelf een goede samenwerking binnen de groep hebben, door aan het einde van de periode een goed cijfer terug te krijgen. Gijs 1. Binnen deze 7 weken wil ik ervoor zorgen dat ik tijdens de workshop overtuigend kan presenteren. Dit wil ik toetsen door de studenten te vragen of ze de presentatie overtuigend vonden in een feedbackformulier. 2. Ook zou ik graag iedereen gedurende 35 minuten graag geïnteresseerd houden. Om dit meetbaar te maken zal in het feedbackformulier gevraagd worden naar de interesses over de workshop. Monique 1. Tijdens het presenteren van een workshop wil ik zelfverzekerd voor een grote groep staan. Het presenteren doe ik samen met 3 medestudenten. Ik wil dit toetsen doordat mijn klas/leraar feedback geeft op mijn houding/gedrag. Dit persoonlijk leerdoel vindt plaats in week 8 van periode 2. Aan het einde van periode 1, heb ik mijn deel van de handboek op tijd af en is het met goede zinsopbouw en spelling gemaakt. Het maken van een handboek doe ik samen met 3 medestudenten. Ik vraag feedback aan mijn medestudenten en vraag of zij af en toe willen meekijken of mijn zinsopbouw en spelling goed is. Ook geven mijn medestudenten feedback op mijn gemaakte stukken. 3 2.3 Drie mogelijke onderwerpen + definitieve keuze 1. Brainfingers 2. Tinybots 3. Beeldbellen in de thuiszorg Brainfingers Wanneer mensen ouder worden kan het zijn dat praten en bewegen onmogelijk wordt. Brainfingers is een systeem wat hersengolven en minimale bewegingen in het aangezicht gebruikt voor communicatie. De activiteiten worden uitgelezen door een band met sensoren dat men om het hoofd moet dragen. Met het gebruik van Brainfingers is het mogelijk een computer te besturen door letters of pictogrammen te selecteren. Ook is het mogelijk een actie aan een hersensignaal te koppelen. Tinybots De Tinybots is een kleine robot voor dementerenden en hun mantelzorgers. De Tinybots, ook wel Tessa genaamd, helpt de dementerenden met de dagelijkse gang van zaken. Tessa herinnerd de dementerenden aan afspraken, suggesties en kan persoonlijke muziek afspelen. Tessa is als waren een geheugensteun voor dementerenden. Op deze manier kunnen de dementerenden langer zelfstandig blijven wonen. Dit laatste wordt tijdens de Minor Active Ageing behandeld. Beeldbellen Ouderen blijven steeds langer thuis wonen. Via beeldbellen kan er contact zijn tussen bijvoorbeeld de persoon met dementie en de mantelzorg en bijvoorbeeld de casemanager dementie, waarbij degenen die contact hebben zowel te horen als te zien zijn. 2.4 Afbakening Brainfingers kan door kinderen, volwassenen en ouderen worden gebruikt. Brainfingers wordt toegepast bij meerdere ziektebeelden, zoals een hoge dwarslaesie, Locked-in Syndroom of een CVA. Bij het ziektebeeld CVA wordt Brainfingers alleen toegepast als men te maken heeft met afasie in combinatie met uitvalsverschijnselen / verlamming. Brainfingers is geschikt voor mensen die cognitief nog goed functioneren, maar niet meer de willekeurige motoriek kunnen aansturen. Brainfingers is niet geschikt voor mensen die cognitief niet meer goed functioneren, bijvoorbeeld mensen met dementie, en ook niet voor mensen die lijden aan spasmen. Door de plots hevige bewegingen en hersengolven bij spasmen kan de Brainfingers de hersengolven en spierspanningen niet meer lezen. 4 Casus dwarslaesie. Henk is een gezonde man van 49 jaar en woont samen met zijn vrouw (45 jaar) en twee dochters (18 en 20 jaar) in een vrijstaand huis. Henk en zijn vrouw werken beide fulltime, zijn dochters studeren en wonen momenteel op kamers. Henk gaat vier keer per week hardlopen in het park. Tot begin dit jaar. Tijdens zijn rek en strek oefeningen op een bankje in het park, valt Henk van het bankje. Door de val komt Henk erg ongelukkig terecht op zijn hoofd. Henk voelt zijn armen en benen niet meer en kan erg moeizaam om hulp roepen. Op dat moment denkt Henk dat zijn lichaam in shock is door de onverwachte val. Henk wordt opgenomen in het ziekenhuis, hij heeft een tetraplegie vanaf C-4. Dat wil zeggen dat hij verlamd is vanaf cervicaal 4, dit is vanaf de nek. Hierdoor zijn de tussenrib- en buikspieren volledig verlamd, waardoor hij extra moeite moet doen om te kunnen ademen. Dit is zeer vermoeiend. Doordat de ademhaling moeizaam verloopt, heeft Henk nauwelijks puf om naast de ademhaling te praten. Na zijn ziekenhuis opname wordt Henk overgeplaatst naar het revalidatiecentrum. Hier heeft hij 8 maanden gerevalideerd en is hier net na de zomervakantie uit ontslagen. Het huis is in de tijd verbouwt en er is een aangepaste badkamer en slaapkamer op de beneden verdieping geplaatst. Henk is afhankelijk van andere en heeft veel hulp nodig. In de ochtend en avond ontvangt Henk hulp van de thuiszorg, maar overdag zorgt zijn vrouw voor hem. Echter moet zijn vrouw langs de zorg voor haar man ook nog werken. Zijn dochters studeren op dit moment in een andere stad en kunnen niet dagelijks voor hem zorgen. Henk vindt het verschrikkelijk dat hij zo afhankelijk is van andere, hij zou graag zelf iets kunnen doen, al is het maar iets kleins zoals de TV aanzetten… 5 2.5 Koppeling met de Minor Active Ageing In de minor Active Ageing wordt voornamelijk het thema gezond ouder worden behandeld. Men spreekt tegenwoordig steeds meer van vergrijzing en daarnaast worden de mensen steeds ouder. Maar doordat de mensen steeds ouder worden, hebben zij ook meer kans op verschillende ziektebeelden en aandoeningen. Een van deze ziektebeelden kan bijvoorbeeld een spierziekte of een herseninfarct zijn, met eventuele gevolgen zoals spraakgebrek en verlamming. Door deze beperkingen zullen er nieuwe technieken moeten worden ontwikkeld zodat iemand alsnog kan communiceren en op zijn manier zelfstandig kan handelen. Brainfingers is een technologie speciaal ontwikkeld om te kunnen communiceren en bepaalde handelingen alsnog te kunnen uitvoeren. 2.6 Doel workshop In deze workshop wil men de studenten van de minor Active Ageing kennis laten maken met Brainfingers. Het achterliggende doel is dat de studenten een basiskennis bezitten van het apparaat Brainfingers, zodat ze deze in de toekomst toe kunnen passen. Men wil dit doen aan de hand van een bijpassende casus, beeldmateriaal en een demonstratie. De workshopgroep heeft besloten om een groepslid het apparaat Brainfingers te laten presenteren. Er is hiervoor gekozen omdat het behoorlijk wat tijd kost om het apparaat Brainfingers op een persoon in te stellen. De workshopgroep heeft een bezoek gebracht aan het bedrijf van Brainfingers en hier is de Brainfingers ingesteld op een specifiek lid van de groep. De workshopgroep heeft hier voor gekozen in verband met de tijd voor de workshop en om de workshop zo soepel mogelijk te laten verlopen. Het groepslid demonstreert het apparaat Brainfingers aan de hand van de eerder besproken casus en krijgen de studenten een goed beeld hoe dit zich in de praktijk afspeelt. 6 2.7 Contactpersonen Commap – communicatie apparatuur BV Postbus 490 5400 AL Uden Nederland Tel: (0413) 28 70 52 E-mail: [email protected] KvK: 320 499 38 AGB nr: 760 84 975 Aanspreekpunt Herman Visser [email protected] 0413 -28 70 52 www.commap.nl Cursus coach An Olijslagers [email protected] 0413 -28 70 52 www.commap.nl Stagiaire Joep Snijders [email protected] +31 6 30708331 2.8 Verwachtingen Er wordt van ieder groepslid verwacht dat hij/zij betrokken zijn bij het maken en inleveren van stukken in het handboek. Er wordt voldoende inzet verwacht. Er wordt bij iedere bijeenkomst opgeschreven wie/wat gaat doen zodat er geen miscommunicaties voorkomen. Na elke bijeenkomst worden er afspraken gemaakt. Er wordt goed gecommuniceerd via Whatsapp. Bij ziekte dient het project lid dit te melden aan de projectleden via Whatsapp. Wanneer er onduidelijkheden/vragen zijn over het maken van het handboek, moet dit gelijk gevraagd worden om fouten te beperken. Afwezigheid zonder te vermelden is niet acceptabel, hier wordt men op aangesproken. Niet op komen dagen zonder geldige reden is niet acceptabel, hier wordt men op aangesproken. Wanneer dit drie keer gebeurd een gesprek de groep en de docent. Na tweemaal het niet tijdig inleveren van stukken krijgt men een waarschuwing. Na driemaal een gesprek met de groep en de docent. 7 3. Workshop 3.1 Toelichting keuze workshop De eerste keus voor de workshop was Tinybots. Helaas waren er niet veel media berichten en wetenschappelijke artikelen te vinden over de Tinybots. Daarnaast is er geprobeerd om het bedrijf te benaderen die de Tinybots heeft ontwikkeld, maar de robot kon niet uitgeleend worden. Dit maakte het lastig om dan een goede workshop te geven over de Tinybots. Een aantal dagen later is er opnieuw een mail verstuurd naar het bedrijf of de workshopgroep naar het bedrijf toe kon komen, om een video van de Tinybots te maken. Ook dit kon helaas niet doorgaan, het prototype van de Tinybots was nog niet volledig af. Wel werd er door het bedrijf videomateriaal van de website aangeboden. De workshopgroep vond alleen videomateriaal van de website niet voldoende. Vervolgens kwam: ‘Brainfingers’ aan het licht. Brainfingers is een nieuwe innovatie die al in gebruik is. Er zijn meerdere mediaberichten en wetenschappelijke artikelen over te vinden. Het bedrijf is benaderd en er zijn mogelijkheden tot het bezoeken van het bedrijf. Daarnaast is het mogelijk een presentatie te krijgen over de werking van het product en het voor een aantal weken te lenen. Als workshopgroep is daarom de voorkeur voor de workshop aan Brainfingers gegeven. 3.2 Mediabericht(en) Uit recent onderzoek (MacAulauy, 2012) blijkt dat Brainfingers ook gecombineerd kan worden met het bespelen van een instrument. Er is een bericht geplaatst in BBC News, over de tiener Chris Jacquin. Chris droomt van een muziek carrière. Chris is al een volleerd componist, maar kan dit niet in de praktijk uitvoeren. Chris heeft namelijk een hersenverlamming. Hierdoor is hij niet in staat om een muziek instrument vast te houden en te bespelen. Hierdoor kan Chris niet spelen in een band, of orkest en zijn muziek examen in de praktijk niet uitvoeren. Chris heeft sinds kort een speciale hoofdband, Brainfingers, deze reageert op klikken en bewegingen in zijn kaak, deze is hier speciaal op aangepast en ingesteld. Hierdoor kan hij zelf noten bespelen op een muzikale score op een computer. De manier waarop Chris zijn instrumenten bespeeld is geldig verklaart, waardoor hij nu deel kan nemen aan verplichte presentaties. Chris mag in de zomer van 2012 in opdracht van de Culturele Olympiade een groep met jonge Schotse muzikanten spelen. Dit alles zou niet zijn gebeurd zonder de hulp van Brainfingers. Adam Berr, coördinator van Brainfingers, laat weten dat er een prodcut op de markt is gekomen dat alles wat je hersenen wensen ook gebeuren. Dit kan namelijk met Brainfingers. Deze nieuwe technologie zorgt ervoor dat mensen die niet kunnen communiceren het nu wel kunnen via hun hersenen. Adam Motos, 20 jaar oud, lijdt aan spinale musculaire atrofie of SMA kan niets met zijn handen en zijn spraakmogelijkheid is slecht. Maar Motos droomt ervan om zijn HBO-diploma te kunnen behalen. En hoopt via Brainfingers dit te kunnen doen, namelijk door via delen van zijn gezicht aan te geven wat er op het computer scherm moet komen te staan. Uit recent onderzoek (“Harnessing brainpower”, 2008) blijkt dat Brainfingers het wel mogelijk zou kunnen maken om zijn HBO-diploma te kunnen behalen. 8 3.3 Beschrijving werkvorm De workshop zal als volgt worden vormgegeven. De workshop zal door de leden van de workshopgroep worden gepresenteerd aan de studenten van de minor Active Ageing. De workshop wordt geopend door middel van een casus. In de casus wordt een ziektebeeld benoemd, deze wordt na de casus verder toegelicht. Daarna wordt er een passende oplossing benoemd, het apparaat Brainfingers. Na aanleiding van deze oplossing wordt er interactie met de klas gezocht, met de vraag of iemand al bekend is met Brainfingers. Hier op volgt uitleg van het apparaat. Na aanleiding van deze informatie wordt er opnieuw interactie met de klas gezocht door vragen te stellen over verschillende ziektebeelden. Zij moeten dan beantwoorden of Brainfingers toegepast kan worden bij het ziektebeeld. Door middel van videomateriaal, dat is opgenomen in het bedrijf, wordt er een beeld aan de studenten gegeven over het gebruik van Brainfingers. Vervolgens wordt het apparaat gedemonstreerd door een van de groepsleden aan de studenten. Na deze demonstratie wordt de workshop afgerond door middel van de vooraf besproken casus. Op het einde van de workshop is er nog ruimte voor de studenten om vragen te stellen rondom de workshop. 3.4 Programma workshop Activiteit Casus voorleggen Uitleg ziektebeeld casus Passende oplossing Brainfingers! Iemand bekend met Brainfingers? Interactie klas. Uitleg: Wat is Brainfingers? / EEG Andere voorbeelden van ziektebeelden waarvoor Brainfingers gebruikt kan worden. Interactie klas. Wie zou het niet kunnen gebruiken? Interactie klas. Demonstratie Brainfingers Afronding workshop Vragen vanuit de klas? Tijd 5 minuten 5 minuten 1 minuten 2 minuten 6 minuten 3 minuten 3 minuten 10 minuten 1 minuten 5 minuten Totaal: 40 minuten 9 4. Procesbeschrijving In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de samenwerking tijdens de innoverende opdracht is verlopen. Om een goed beeld te schetsen wordt er door ieder groepslid beschreven hoe hij of zij de samenwerking heeft ervaren. Daarnaast worden ook de leerdoelen gereflecteerd, deze worden later mee genomen omdat de leerdoelen van de workshopleden zijn gebaseerd op de presentatie. 4.1 Samenwerking In deze paragraaf wordt beschreven hoe ieder groepslid de samenwerking binnen de groep heeft ervaren. Hoe vond Gijs de samenwerking gaan? Naar mijn mening is de samenwerking redelijk goed verlopen. Op het begin van de workshop hebben we wat taken verdeeld en afspraken gemaakt. Door de afspraken verliep de samenwerking redelijk. Een vervelend punt was dan wel dat Merel zich niet altijd aan de afspraken gehouden heeft. Zo heeft zij heel wat uurtjes gemist om gezamenlijk aan het project te werken. Daarnaast is het haar ook niet gelukt alle deadlines te behalen. Hier is ze regelmatig op aangesproken. Dit zal voor een volgend project een heel verbeterpunt kunnen zijn. Verdere samenwerking en afspraken zijn goed verlopen. Hoe vond Merel de samenwerking gaan? Naar mijn mening is de samenwerking slecht gegaan. Hierin ben ik zeker een grote factor geweest, omdat ik er niet veel ben geweest door mijn gezondheidsproblemen. Hierdoor heb ik een aantal deadlines niet gehaald en slecht gecommuniceerd. Dit heb ik de laatste weken opgepakt, om toch een goed handboek af te kunnen leveren. Dit puntje is erg belangrijk de samenwerking en ik vind het vervelend voor de rest dat het zo is gegaan. Hoe vond Marloes de samenwerking gaan? De samenwerking is naar mijn beleving redelijk verlopen. De eerste week zijn we als projectgroep goed van start gegaan. Het onderwerp was gekozen en er was een begin gemaakt met het plan van aanpak. In week twee kwam hier snel veranderding in. Wegens omstandigheden die in 3.1 zijn toegelicht zijn we veranderd van onderwerp. De taken voor het handboek waren verdeeld, een deadline werd hiervoor afgesproken en genoteerd in de notulen. Monique, Gijs en ik hadden iedere week de toebehorende taken op de afgesproken deadline ingeleverd. Helaas hielt Merel zich niet aan deze deadlines. Tijdens de workshoplessen waren we voornamelijk met drie aanwezig in plaats van vier. Dit vond ik zelf onhandig omdat er zo geen goede communicatie plaats vond tussen alle vier de groepsleden. In week 6 hebben Gijs, Monique en ik heb bedrijf van Brainfingers bezocht, dit vond ik een leuke ervaring en het bezoek was erg goed verlopen. Merel was hier helaas niet bij wegens ziekte. In week 7 voelde ik dat ik wat gestrest werd. Ik wilde het handboek graag afronden maar miste alsnog de toegewezen stukken van Merel. Samen met de twee overige groepsleden hebben we toen alsnog een deel van de toegewezen stukken van Merel gemaakt. Uiteindelijk heeft Merel de stukken alsnog ingeleverd en hebben we de stukken die wij ook hadden gemaakt samengevoegd tot een geheel. De laatste dag dat we alle samen zijn gekomen vond ik de samenwerking zeer goed verlopen. De communicatie was erg goed en we vulde elkaar op de juiste punten aan. Ondanks sommige tegenslagen heeft ieder groepslid erg zijn best gedaan om een goed handboek en workshop op te leveren. 10 Hoe vond Monique de samenwerking gaan? We begonnen goed aan ons plan van aanpak en hadden snel afspraken gemaakt. Ook hadden we een Whatsapp groep aangemaakt waar wij veel in hebben gecommuniceerd. Dat was prettig. Toch was het vanaf week één rommelig. Dit kwam omdat wij van onderwerp zijn veranderd. Tinybots vonden wij een leuk onderwerp, maar zoals in 3.1 toelichting workshop staat beschreven, hebben wij ons onderwerp moeten veranderen vanwege te weinige informatie. Vanaf week 3 zijn we weer goed begonnen aan onze opdracht. Het plan van aanpak en het begin van ons handboek kreeg vorming. Gijs, Marloes en ik hadden onze taken vanaf week 3 af en hielden dit dan ook steeds netjes bij, Merel deed dit niet altijd. Ook is Merel maar twee keer aanwezig geweest, verder niet, vanwege ziekte of andere omstandigheden. Het was jammer dat ze er niet altijd bij kon zijn, ze mistte zo een hoop. Gelukkig brachten wij haar met Whatsapp zodat ze alsnog op de hoogte was. In week 6 gingen wij naar het bedrijf voor informatie. Omdat Merel ziek was, was zij hier niet bij aanwezig. Het was leuk om naar dat bedrijf toe te mogen en uitleg over Brainfingers te krijgen. Na de bijeenkomsten van de workshop werden er notulen gemaakt, zodat iedereen wist wat zijn of haar taak was om verder te gaan. Merel liep wat uit met haar taken. Ze moest de inleiding, afbakening en mediaberichten schrijven in week 4, maar tot en met week 7 stond er niks in het handboek. Dat was niet fijn. Doordat alles zo laat compleet was, kreeg ik wel een beetje stress op het eind. In week 7 wilden wij uiteindelijk het handboek compleet hebben, maar we mistten Merels stukken nog. Samen met Gijs en Marloes hebben wij zoveel mogelijk het handboek afgemaakt. Onder andere de afbakening en inleiding. Hierbij hebben we uiteindelijk Merels stukken aan toegevoegd. Op de laatste dag hebben we goed met z’n vieren het kunnen afsluiten, waar uiteindelijk naar onze mening een goed handboek is neergezet. Tevens hebben wij een presentatie gemaakt en gaan wij Brainfingers goed neerzetten in de klas. Ik heb prettig samengewerkt met mijn workshopgroepje. Iedereen deed goed zijn best. De gemaakte stukken keken we van elkaar na, wat ik als prettig heb ervaren. Ook gaven we elkaar tips en tops tijdens de uitwerking van de opdracht. 4.2 De persoonlijke leerdoelen In deze paragraaf wordt er beschreven of ieder zijn of haar persoonlijke leerdoelen heeft behaald. Omdat dit nog niet gereflecteerd kan worden, is dit nog niet uitgeschreven. Dit wordt later alsnog toegevoegd en apart verstuurd. Dit is overlegt met Eveline de Smidt. 11 4.3 Planning De workshop bestond totaal uit 8 weken. Om de workshop op tijd af te hebben, is er gebruik gemaakt van een planningsschema. De planning geeft een duidelijk overzicht van de taken die zijn vernomen. Daarnaast staat er in deze planning de aan-, en afwezigheid van de groepsleden beschreven. Planning Week Week 1 29 aug.- 4 sep. Afwezig: Week 2 5 sep. – 11 sep. Afwezig: - Taak Week 3 12 sep – 18 sep Afwezig: Merel, Marloes Week 4 19 sep. – 25 sep. Afwezig: Merel Week 5 26 sep. – 2 okt. Afwezig: Merel Week 6 3 okt – 9 okt Afwezig: Monique Afwezig bezoek bedrijf: Merel Week 7 10 okt. – 16 okt. Afwezig: Week 8 (17 okt – 23 okt) Kennis gemaakt met de workshopgroep. Brainstormen over het onderwerp. Afbakenen onderwerp. Afspraken gemaakt met de groep. Literatuur zoeken over het onderwerp Tinybots Pitch gehouden over het onderwerp Tinybots. Bedrijf Tinybots benaderd. Veranderd van onderwerp. Tinybots Brainfingers. Literatuur zoeken over brainfingers. Zowel mediaberichten als wetenschappelijke artikelen. Start plan van aanpak gemaakt. Pitch gehouden over het onderwerp Brainfingers Iedere student zoekt bronnen/artikelen over het onderwerp brainfingers en werkt deze uit. Plan van aanpak afgerond. Start handboek gemaakt. Samen met Inge Loghe gekeken naar het handboek en feedback terug gekregen. Handboek verder uitgewerkt. Opdrachten onderling verdeeld. Casus beschreven Taken verdeeld Handboek verder uitgewerkt Handboek verder uitgewerkt Bezoek gebracht aan het bedrijf Heservis. Hier een uitleg en demonstratie gekregen over het apparaat Brainfingers. Het apparaat Brainfingers zelf uitgeprobeerd. Handboek definitief maken Het programma brainfingers geïnstalleerd op eigen laptop Presentatie gemaakt Presentatie geoefend 14 okt handboek inleveren definitief voor 09.00u 17 okt workshop toets moment 12 5. Inhoud workshop In dit hoofdstuk worden de onderwerpen uit de workshop nader toegelicht. 5.1 Dwarslaesie Een dwarslaesie is een beschadiging van het ruggenmerg. Het ruggenmerg is onderdeel van het centrale zenuwstelsel. In het ruggenmerg zitten zenuwen, die vanuit het ruggenmerg naar het gehele lichaam toe lopen. De zenuwen gebruiken prikkels om gevoel waar te nemen en bewegingen aan te sturen. Bij een dwarslaesie kunnen de zenuwen hun prikkels niet doorgeven naar de rest van het lichaam. Vanaf de plaats van beschadiging kan men geheel of gedeeltelijk verlamd raken. Gezondheidsplein (2011, 1 januari). Dwarslaesie. Geraadpleegd op 17 september 2016, van Een dwarslaesie kan worden veroorzaakt door een trauma, druk door een tumor, een ontstekingsproces, ziekten zoals MS of een hernia, of door bot / kraakbeenuitsteeksels van omliggende wervels op het ruggenmerg. Jagt-Voogtsgeerd, T., De Ru, V.J. (2008). Er zijn verschillende vormen van een dwarslaesie. Men spreekt van een complete dwarslaesie als de zenuwen in het ruggenmerg geheel zijn beschadigd en niet meer zullen genezen. Als men een incomplete dwarslaesie heeft, is het ruggenmerg gedeeltelijk beschadigd. Men kan dan nog wel bepaalde functies gebruiken. Daarnaast wordt er ook verschil gemaakt tussen een hoge- en een lage dwarslaesie. Bij een hoge dwarslaesie zit de beschadiging in de boven rug of nek en kan alles wat zich onder de nek bevindt verlamd raken. Bij een lage dwarslaesie zit de beschadiging onder in de rug en is vaak alles vanaf de onderrug verlamd. Hoe hoger de laesie, hoe meer zenuwen de prikkels niet meer kunnen doorgeven naar de rest van het lichaam, wat de beperking dus groter maakt. De symptomen van een dwarslaesie zijn afhankelijk van de plek van beschadiging in het ruggenmerg. Hoe hoger de dwarslaesie, hoe meer uitvalsverschijnselen / verlamming. In sommige gevallen kan de dwarslaesie zo hoog zitten, dat men niet meer kan spreken en enkel nog maar met de ogen kan bewegen. Men kan beheersing verliezen over de volgende lichamelijke functies: - Blaas en darmspieren, wat leidt tot incontinentie en het risico op urineweginfecties verhoogd. - Pijnklachten - Spasmen - Doorligplekken, wat leidt tot decubitus. - Als man kan men last krijgen van erectiestoornissen. De zenuwverbinding tussen de hersenen en penis is dan verbroken. Nogmaals, de klachten zijn afhankelijk van de plek van de laesie. Koppeling Brainfingers en dwarslaesie. In de vorige hoofdstukken staat beschreven dat Brainfingers is ontwikkeld voor mensen die beperkt zijn in het bewegen van de ledenmaten en hierdoor bijvoorbeeld geen schakelaar kunnen besturen. Brainfingers is dus een ideale uitkomst voor mensen met voornamelijk een hoge dwarslaesie omdat zij niet meer in staat zijn om een apparaat te besturen met ledenmaten. Daarnaast is het ook een uitkomst voor mensen met een hoge dwarslaesie die nauwelijks of beperkt kunnen spreken. Met Brainfingers kun je namelijk ook communiceren. Op deze manier kan iemand met een dwarslaesie alsnog communiceren met anderen en zelf bijvoorbeeld de TV aanzetten of de gordijnen open doen. 13 5.2 Locked- in Syndroom Het Locked-in Syndroom (LIS) wordt ook wel het cerebromedullospinaal disconnectie syndroom genoemd. Het is een ziekte waarbij de patiënt opgesloten zit in zijn of haar eigen lichaam. De patiënt functioneert cognitief goed, daarnaast is de patiënt alsnog bewust van zijn gehoor, zicht, reuk en smaak. Echter kan de patiënt helemaal niet bewegen en niet communiceren via spraak. De ledematen, de romp, het gelaat en de spieren het slikken en de spraak reguleren zijn geheel verlamd. Ondanks de verlamming voelt de patiënt alsnog pijn, warmte, koud en aanrakingen. (Söderholm et al.,2003) De oorzaak van LIS is een herseninfarct. In de hersenstam zit een propje wat de signalen die vanuit de hersenen naar het ruggenmerg wordt gestuurd verhinderd. Ook kunnen de ziektebeelden ALS of MS een veroorzaker zijn. Er zijn drie varianten van het Locked- in Syndroom. 1. Klassieke LIS. De patiënt is volledig verlamd en kan verbaal niet communiceren. Communicatie kan enkel via oogbewegingen. 2. Incomplete LIS. Ook hier is de patiënt volledig verlamd en niet in staat verbaal te communiceren. Bij deze vorm is er sprake van meer restanten motoriek dan alleen de oogbewegingen. 3. Complete LIS. Hierbij is de patiënt volledig bewust van zijn omgeving. Echter is de patiënt bij deze vorm totaal verlamd. De patiënt kan zelfs de ogen en oogleden niet meer bewegen. Hersenletsel (z.j.) In het ziektebeeld van LIS kan verbetering optreden. Vaak gebeurd dit in het eerste jaar, maar dit is niet bij iedereen zo. Er zijn hulpmiddelen zoals spraakgenerators, en toetsenborden die aan tablets zijn gekoppeld, maar geen van deze hulpmiddelen zijn specifiek gericht op LIS. Brainfingers zou een ideaal hulpmiddel zijn voor patiënten met LIS omdat deze werkt via hersengolven en kleine spierbewegingen in het aangezicht. Hersenletsel (z.j.) 5.3 Hoe werkt EEG? Wanneer mensen denken aan EEG wordt er vaak gedacht aan het uitlezen van gedachten. Dit is een geheel foute beredenering van EEG technologie. EEG technologie maakt gebruik van hersengolven. Hersengolven die hiervoor gebruikt worden zijn; de alfa, beta, delta, theta, gamma en SRM golven. De hersengolven hebben verschillende frequenties. Het is te vergelijken met de frequenties van muziektonen. Zo heeft elk type hersengolf een eigen frequentie met daarbij horende triggers/acties. In tabel 5.1 is een opsomming gemaakt van de verschillende hersengolven met hierbij weergegeven frequenties en enkele triggers. Hersengolf Alfa Frequentie 8 tot 13 Hz Beta 18 tot 48 Hz Delta 1 tot 2 Hz Theta 3 tot 8 Hz Gamma 38 tot 42 Hz Triggers • Oogzenuw, • Ontspanning • Angst • Stress • Empathie • Intuïtie • Meditatie • Emotionele creativiteit • Verhoogde staat van bewustzijn 14 SRM 12 tot 16 Hz • Sensomotorisch bewustzijn • Fysieke rust Voor het uitlezen van deze golven wordt dus gebruik gemaakt van EEG apparatuur. De apparatuur werkt door middel van verschillende elektroden die tegen het hoofd gedrukt zitten. Dit kan door middel van een soort van badmuts of en band om het hoofd. Het grote verschil tussen EEG voor consumenten en voor ziekenhuizen zit vooral in het aanbrengen van de elektroden. Bij de ziekenhuizen wordt een gel gebruikt die de ruis zou moeten onderdrukken. De elektroden bij consumenten worden “droog” aangebracht. Een ander verschil is dat er bij consumenten alleen de belangrijke signalen opgevangen worden en niet zoals bij ziekenhuizen alle zichtbare signalen. De elektroden kunnen op verschillende plaatsen op het hoofd geplakt worden, dit is afhankelijk van wat men wil meten. Zo spelen verschillende hersengebieden mee. Alle handelingen worden via verschillende hersengebieden aangestuurd. Een voorbeeld van een goedwerkend signaal is de werking van de ogen. Wanneer men de ogen sluit treed er een goed waarneembaar alfa signaal op. Nog een goed waarneembaar signaal is de werking van spieren. Wanneer men een spierbeweging wil maken treed er een grote activiteit op binnen de meting met EEG. 5.4 Wat is Brainfingers Brainfingers is een communicatie systeem dat wordt toegepast bij ziektebeelden zoals ALS, dwarslaesie, herseninfarcten of het Locked-In syndroom. Het systeem wordt aangestuurd door minimale bewegingen van de aangezichtspieren en/of door hersengolven. De 5 hersensignalen zijn: Muscle (activering aangezichtsspieren), Glance (oogbewegingen) en de hersensignalen alfa, beta en teta. Bij Brainfingers hoeven de handen dus niet te worden gebruikt. De activiteiten worden uitgelezen door een band met sensoren dat men om het hoofd moet dragen. De Brainfingers is gekoppeld aan een kastje, wat lijkt op een kleine computer. Dit kastje kan via de signalen die de brainfingers op pikt, letters of pictogrammen aangeven. Via dit kastje kan er dus gecommuniceerd worden. In 2016 onderzocht Lisabeth tijdens haar opleiding EEG technologie. Brainfingers is al door tien mensen in gebruik genomen. Mensen die dit in gebruik hebben zijn veelal mensen met het Locked-In syndroom. Personen die dit product in gebruik hebben geven volgens A. Olijslagers, aan dat het product na verloop van tijd zeker gemakkelijk wordt in bediening. Wel kan de bedrading als vervelend ervaren worden. Verder zou het product erg storingsgevoelig zijn. Toch wordt die storingsgevoeligheid per nieuwe generatie producten verbeterd. Er is door A. Olijslagers niet benoemd wat de levensduur van het apparaat Brainfingers is. Het kan zijn dat het apparaat opnieuw op de patiënt moet worden ingesteld. Het ziektebeeld van de patiënt kan namelijk veranderen. Brainfingers wordt door de meeste verzekeringen bij een geldige indicatie vergoed. (A. Olijslagers, persoonlijke communicatie, 6 oktober 2016) 15 5.5 Verdere mogelijkheden met EEG technologie. Naast de bovengenoemde mogelijkheden gericht op Brainfingers biedt EEG nog vele andere verschillende toepassingen die gebruikt kunnen worden door de consument zelf. In een recente studie met betrekking tot EEG (Lisabeth, 2016) wordt aangegeven dat men verwacht, dat EEG geen gangbare technologie is onder consumenten. Toch zijn er verschillende bedrijven die zich op de consumentenmarkt storten met EEG toepassingen. Lisabeth, geeft in het artikel aan dat de meest toepassingen onderverdeeld kunnen worden in één van deze vier categorieën: •Gezondheidszorg, •Ergonomie, •Entertainment, •Marktonderzoek. In dit artikel zullen alleen de eerste twee categorieën besproken worden. Gezondheidszorg De gezondheidszorg is dan ook wel het platform waar EEG ontstaan is. Hierdoor zijn veel van de toepassingen omtrent EEG dan ook wel medisch gericht. Door de commercialisatie van deze technieken is het tegenwoordig ook mogelijk om toepassingen aan te schaffen voor thuisgebruik. (Lisabeth, 2016) Tegenwoordig is men al zo ver dat het mogelijk is om bijvoorbeeld ‘sleep tracking’ toe te passen. Het gaat hierbij om een product dat door middel van elektroden gekleefd op het hoofd hersensignalen uitleest. Tijdens de slaap zal de EEG verschillende resultaten uitlezen. Het is bijvoorbeeld mogelijk om de REM slaap of diepe slaap te detecteren. Nog een optie is het onderzoeken van slaapproblemen. Aldus Lisabeth. Ergonomie Een van de toepassingen op ergonomisch gebied is de MindWalker. Met deze toepassing wil men een oplossing bieden aan mensen met een lichamelijke beperking. De Mindwalker is een exoskelet dat mensen met bijvoorbeeld een verlamming opnieuw laat lopen. Het exoskelet wordt aangestuurd doormiddel van EEG. Om personen te trainen heeft het projectteam van de MindWalker een virtual reality trainingsprogramma gemaakt. Op deze manier kan men door op verschillende manieren te denken het exoskelet aansturen. (Davies,2013). Een andere toepassing op het gebied ergonomie is het besturen van een rolstoel. In een artikel van Griffiths, S. (2016) is een experiment beschreven waarbij apen een rolstoel besturen doormiddel van een EEG. Bij de apen werden de EEG elektroden ingepland in de hersenen. Dit met de reden dat de resultaten dan veel gedetailleerder zijn. De apen werden in rolstoelen geplaatst en geobserveerd zonder dat de rolstoel daadwerkelijk ging rijden. Door de resultaten van de EEG uit te lezen kregen onderzoekers de kans om de BMI te instaleren. Vervolgens zijn de hersensignalen geprogrammeerd tot digitale stuursignalen waarmee de rolstoel vervolgens aangestuurd kon worden. Door steeds handelingen te herhalen was het mogelijk de rolstoel beter af te stemmen en de aap om te leren gaan met het systeem. Het uiteindelijke doel van het onderzoek is natuurlijk een systeem te ontwikkelen voor mensen met bepaalde aandoeningen. De focus lag op de aandoening ALS. Aldus Griffiths, S. (2016) 16 6. Discussie De innovatie opdracht is opgesteld aan de hand van de aspecten die staan beschreven op Blackboard. Om te beginnen zijn de leden van de workshopgroep informatie gaan verzamelen omtrent het onderwerp Brainfingers. Er is flink gebrainstormd, waardoor de groepsleden eind week twee pas een definitief onderwerp hadden. Om informatie te verzamelen zijn er zowel Nederlandstalige als Engelstalige artikelen gebruikt. Echter was er niet voldoende informatie te vinden uit de Nederlandse artikelen. Er zijn weinig tot geen wetenschappelijke artikelen te vinden over de specifieke werking van Brainfingers daarom is er gekeken naar soort gelijke instrumenten met gebruik van EEG technologie. Omdat er geen RCT’s gevonden zijn is het lastig om de juiste informatie te verschaffen. 17 Literatuur Gehandicapte Mieke moet zorg bellen voor glas water [Persbericht]. (z.j.). Geraadpleegd van http://www.hartvannederland.nl/nederland/noord-brabant/2016/gehandicapte-mieke-moet-zorgbellen-voor-glas-water/ Brainfingers. (2011). Geraadpleegd van http://brainfingers.nl/ Hersenletsel. (z.j.). Locked-in syndroom / LIS. Geraadpleegd van http://www.hersenletseluitleg.nl/oorzaken-ziektenbeelden/locked-in-syndroom-lis MacAulay, J. (2012, 3 april). Brainfingers system allows disabled musician to play. BBC News, p. 1. Geraadpleegd van http://www.bbc.com/news/uk-scotland-edinburgh-east-fife-17583426 Harnessing brainpower [Persbericht]. (2008, 9 november). Geraadpleegd van http://ottawa.ctvnews.ca/harnessing-brainpower-1.341337 Jagt-Voogtsgeerd, T., De Ru, V.J. (2008). Verpleegkundig vademecum. Bohn Stafleu van Loghum. Söderholm, S., Meinander, M., & Alaranta, H. (2003, maart). Communicatiemethoden bij het ‘lockedin syndrome’. Geraadpleegd van http://link.springer.com.ezproxy.avans.nl/article/10.1007/BF03062977 Overige literatuur en wetenschappelijke artikelen: Wei, L., & Hu, H. (2010). Intelligent Robotics and Applications. Geraadpleegd van http://link.springer.com/chapter/10.1007%2F978-3-642-16587-0_60 Newman, E. G., Jenkins, M. D., & Schwartz, S. J. (1998, 1 december). Hands-free, portable computer and system [Wetenschappelijk artikel]. Geraadpleegd van https://www.google.com/patents/US5844824 Ho, C. K., & Sasaki, M. (2005, 7 juli). Mental tasks discrimination by neural networks with wavelet transform [Wetenschappelijk artikel]. Geraadpleegd van http://link.springer.com.ezproxy.avans.nl/article/10.1007/s00542-005-0561-1 Doherty, E., Bloor, C., & Cockton, G. (2009, 29 januari). CyberPsychology & Behavior [Wetenschappelijk artikel]. Geraadpleegd van http://online.liebertpub.com/doi/abs/10.1089/cpb.1999.2.249 Rakamaric, L. (z.j.). OCZ NIA Neural Actuator review - Brain waves [Artikel]. Geraadpleegd van SupportBeurs. (2016, 24 mei). Brainfingers Communicatie en computerbediening zonder te bewegen. Geraadpleegd van https://www.supportbeurs.nl/producten/brainfingers-communicatie-en-computerbediening-zonderte-bewegen Davies, C. (2013). MindWalker brain-controlled exoskeleton puts the paralyzed on their feet. SlashGear, (z.j.), pp. 1. Verkregen op 15 september 2016 van http://www.slashgear.com/mindwalker-brain-controlled-exoskeleton-puts-the-paralyzed-on-theirfeet-04284889/ Griffiths, S. (2016). Monkeys are taught to “drive” wheelchairs using just their THOUGHTS. Daily Mail Online. (z.j.), pp. 1. Verkregen op 15 september 2016 van http://www.dailymail.co.uk/sciencetech/article-3474790/Monkeys-taught-drive-wheelchairs-usingjust-THOUGHTS-Primates-use-electrodes-brain-control-device.html 18