Wij geloven in Zijn Woord : De Bijbel is het onfeilbare Woord van God , door de Heilige Geest geïnspireerd (2 Timoteüs 3:16, 1 Cor.2:13). Het is gezaghebbend, het fundament van het geloof. Te allen tijde zal dit Woord de standaard en richtlijn zijn, die toetsend en bepalend is voor alle facetten van de gemeente. Wij geloven in de GOD van Israël, de ,,IK BeN’’, De Eeuwige, De ENE LEVENDE GOD God is de Schepper van de hemel en aarde (Genesis 1:1). Want in Hem zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op aarde zijn (Colossenzen 1:16). De Bijbel leert: De HERE is onze God, de HERE is één (Deuteronomium 6:4). God de Vader, God de Zoon, Jezus, en God de Heilige Geest. Jezus/Yeshua, de Zoon van God is in het vlees gekomen, uit de maagd Maria geboren (Lucas 1:35; Jesaja 7:14). Wij geloven in DE HEER JEZUS CHRISTUS / YESHUA HA MASSJIACH zoon van GOD, REDDER, VERLOSSER & MESSIAS Alle mensen hebben gezondigd, Gods wetten overtreden (Romeinen 3:23). Mensen kunnen alleen verzoend worden met God, vergeving en het eeuwige leven ontvangen door het offer, wat Jezus Christus, de Zoon van God, en de zoon des mensen als Middelaar bracht aan het kruis van Golgota (Romeinen 3:21-26). Hij is onze gerechtigheid (1 Korintiërs 1:30). Ieder moet Jezus persoonlijk aanvaarden als Redder en Verlosser, zich bekeren. Zijn bloed reinigt van alle zonden (1 Johannes 1:7). Dan wordt men opnieuw geboren, gaat men Gods Koninkrijk binnen (Johannes 3:3) Hij is De Weg, De Waarheid en Het Leven; niemand komt tot God de Vader, dan door Hem (Johannes 14:6) WIJ geloven in de dood , opstanding en hemelvaart Jezus Christus is voor onze zonden gestorven en opgestaan om onze rechtvaardiging (Romeinen 4:25). Jezus Christus triomfeerde over de dood. Hij heeft alle vijanden, alle machten der duisternis overwonnen, en onder Zijn voeten gesteld (Efeziërs 1:21). Door Hem zijn wij overwinnaars en zullen wij wandelen in Zijn opstandingskracht. Jezus voer ten hemel, Hij zit aan de rechterhand van de Vader, alwaar Hij voor ons bidt en pleit (Romeinen 8:34). Wij geloven in de doop, door onderdompeling , de doop in de heilige GEEST en de gaven Rom.6:4, Math. 28:19 Hand. 8:12-17,10;44,48;19;1-6 Op Pinksterdag zond Jezus de Heilige Geest, de Trooster, de Helper (Handelingen 2). De Gemeente werd hierdoor één lichaam, aangegord door de kracht van de Heilige Geest. De Geest wil door de gelovigen, heen werken, om met macht en gezag, met gaven en bedieningen Gods Koninkrijk te bouwen. Christus is het Hoofd, en de Gemeente is het Lichaam van Christus, om dezelfde werken te doen, die Jezus Christus op aarde deed (Marcus 16:15-20). De Heilige Geest moet alle vrijheid hebben in de Gemeente en moet te allen tijde tot de Gemeente kunnen spreken (Openbaring 2:7). Het Woord en de Heilige Geest zullen altijd overeenstemmen. De Heer wil allereerst redden van zonde, maar Hij wil ook bevrijden uit satans macht en de ziel, de geest en het lichaam genezen (Johannes 7:23). Daarom geloven we dat Marcus 16:15-20 de opdracht is voor de Gemeente van Jezus Christus. Wij geloven in de gemeente als lichaam van christus Zijn Gemeente die tot heiliging (1 Petrus 1:16), tot aanbidding (Johannes 4:23), tot een koninklijk priesterschap en tot getuigen komt (1 Petrus 2:9-10). Jezus zal terugkeren, eerst om zijn Gemeente tot zich te nemen en daarna om de wereld te oordelen en als Koning te heersen (1 Thessalonisenzen 4:13-17 & Openbaring 20:11-15). God zal Zijn plan vervullen met het volk van Israël, Zijn uitverkoren volk (Romeinen 11). Israëls val betekende rijkdom voor de wereld en hun tekort rijkdom voor de heidenen, hoeveel temeer hun volheid (Romeinen 11:12). De universele Gemeente bestaat uit allen die, door Jezus, kinderen Gods geworden zijn. De plaatselijke Gemeente bestaat uit leden (1 Korintiërs 12), die op een bepaalde plaats te samen komen volgens bijbels principe. Die leden zijn discipelen (volgelingen, leerlingen) van Jezus. In de Gemeente werken de vijfvoudige bediening (Efeziërs 4:11), de gaven van de Heilige Geest (1 Korintiërs 12), de genadegaven (Romeinen 12:3-8) en de vrucht van de Geest (Galaten 5:22).