Bronnen en overgang naar het ESR (Brusselse gemeenten)

advertisement
Bronnen en overgang naar het ESR
(Brusselse gemeenten)
Databronnen
Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Uitgaven:
Geboekte uitgaven - aanrekeningen (bronnen = boekhoudsystemen Phoenix, Stesud, Gial, Cipal)
Ontvangsten:
Geboekte ontvangsten - netto vastgestelde rechten (bronnen = boekhoudsystemen Phoenix, Stesud,
Gial, Cipal)
Methodes gebruikt bij het ontbreken van gegevens
De ontbrekende gegevens worden geraamd op basis van een coëfficiënt die overeenkomt met het gemiddelde
aandeel van de ontvangsten en uitgaven van elke gemeente of OCMW in het totaal van de ontvangsten en
uitgaven van de 19 gemeenten of OCMW’s in de drie laatste overheidsrekeningen.
Herziening van de gegevens
De gegevens van voorgaande kwartalen worden aangepast indien er zich wijzigingen hebben voorgedaan.
Belangrijkste correcties om over te gaan naar gegevens overheidsrekeningen
Niettegenstaande de verschillen tussen de boekhoudsystemen voor de lokale overheden, kunnen
voor de Waalse, Brusselse en Duitstalige gemeenten gemeenschappelijke kenmerken worden
vastgesteld. In grote lijnen hanteren deze instellingen een boekhoudsysteem dat nog steeds
gelijkenissen vertoont met de Nieuwe Gemeentelijke Boekhouding (NGB).
De NGB omvat twee aparte luiken met name een budgettair deel dat de jaarlijkse transacties
beschrijft en een deel met een algemene boekhouding met een balans en een resultatenrekening. De
verrichtingen worden in beide luiken van de boekhouding geboekt op basis van de vastgestelde
rechten.
Binnen het budgettair luik wordt een onderscheid gemaakt tussen de gewone dienst (die in essentie
de jaarlijkse recurrente ontvangsten en uitgaven bevat) en de buitengewone dienst (dit gaat meer
om ontvangsten en uitgaven die verband houden met het patrimonium zoals de investeringen en het
aangaan van schulden ervoor). Het INR gebruikt voornamelijk het budgettaire luik van de lokale
boekhouding om de overheidsrekeningen op te maken. Het INR heeft een overgangstabel gemaakt
die beschrijft hoe de economische codes uit het budgettaire luik van de lokale boekhouding
overeenstemmen met de verschillende ESR-categorieën van ontvangsten en uitgaven. Gelet op het
feit dat de overgangstabel geschreven is op een gedetailleerder niveau (5 posities) van de
economische code dan de basisrapportering onderliggend aan deze rapportering (2 posities) kunnen
er beperkte verschillen zijn in de economische aggregaten.
Het is mogelijk om te illustreren hoe van het saldo van de gewone dienst in de NGB-boekhouding
wordt overgegaan naar een benaderend ESR95-vorderingensaldo voor een individuele entiteit. Op
dit benaderend ESR-saldo worden door het INR echter nog bijkomende structurele en punctuele
correcties aangebracht, die belangrijk kunnen zijn om te komen tot het uiteindelijke ESR-saldo.
De basis voor de berekeningen is het saldo van de gewone dienst dat wordt gevormd door volgende
elementen te berekenen:
Economische groep1
Categorie
Omschrijving
+60
Prestatieontvangsten
Vergoeding van bewezen diensten, opbrengst uit verhuur van onroerende
goederen
+61
Overdrachten
Belastingontvangsten, algemene dotaties, subsidies
+62
Schuldontvangsten
Beleggingsopbrengsten, dividenden
-70
Personeelsuitgaven
Bezoldigingen in de ruime zin
-71
Werkingsuitgaven
Aankopen van niet-duurzame goederen en diensten en werkingsuitgaven
inzake het wegennet
-72
Overdrachten
Overdrachten aan andere openbare overheden en aan andere sectoren
-7X
Schulduitgaven
Terugbetalingen, interesten
Een deel van de ontvangsten en uitgaven die gerapporteerd worden in de “buitengewone dienst”,
moet worden opgenomen:
Economische groep
Categorie
Omschrijving
+80
Overdrachten
Ontvangen kapitaaloverdrachten
+81
Investeringsontvangsten
Verkoop van patrimonium
-90
Overdrachten
Kapitaaloverdrachten aan andere openbare overheden
of aan andere sectoren
-91
Investeringsuitgaven
Daarnaast moet een aantal van de schuldontvangsten en -uitgaven uit de gewone dienst niet in
aanmerking worden genomen. Wat de schuldontvangsten betreft, gaat het om de terugbetalingen
door de schuldenaars van de lokale entiteit; wat de schulduitgaven betreft om terugbetalingen van
schulden van de lokale entiteit. Concreet geeft dat het volgende:
Economische groep
Economische
code
-62
Categorie
Schuldontvangsten (gewone dienst)
-861
Terugbetalingen van leningen door overheidsbedrijven
-867
Terugbetalingen van leningen door privébedrijven
-870
Terugbetalingen van leningen door de gezinnen en vzw’s
-891
Terugbetalingen van leningen door de hogere overheid
-893
Terugbetalingen van leningen door andere overheden
+7X
Schulduitgaven (gewone dienst)
+911
Terugbetalingen van schulden ten laste van de gemeente
+912
Terugbetalingen van schulden ten laste van de hogere overheid
+913
Terugbetalingen van schulden ten laste van derden
+72
302-01
Thesaurietekorten
-61
307-01
Thesaurieoverschotten
+90
914-51
Waarborgen op meer dan 1 jaar gestort in speciën
-80
964-51
Terugbetalingen van gestorte waarborgen op meer dan 1 jaar
Naast de hierboven beschreven automatische vertaling doet het INR specifieke correcties, met als
doel overeenstemming te bereiken met het ESR.
1
Codes van de economische groepen = begrotingscodes van de samenvattende tabellen.

Voor de belastingen, zoals de opcentiemen op de personenbelasting of de onroerende
voorheffing, geïnd door hogere overheidsgeledingen, worden de gegevens in de
gemeenterekeningen vervangen door de gegevens verstrekt door de hogere overheden.
Voor deze belastingen wordt immers gewerkt op getransactionaliseerde kasbasis, wat
inhoudt dat de kasontvangsten van de overheid op een ander tijdstip worden geregistreerd
dan ze worden geïnd om het registratietijdstip meer te laten overeenstemmen met het
tijdstip van de economische transactie. De registratie in de gemeenteboekhouding kan in
belangrijke mate verschillen doordat soms gewerkt wordt met voorschotsystemen of
vertragingen in de doorstorting van de ontvangsten.

In de voorbije jaren werden in de gemeenteboekhoudingen belangrijke ontvangsten
geregistreerd uit de verkoop van niet-financiële vaste activa, zoals het verlichting-,
drinkwater-, riool- en kabelnetwerk. Indien het INR geen bijkomende informatie heeft
ontvangen over deze specifieke transacties die de aard ervan verduidelijken en aantonen dat
ze kunnen worden beschouwd als werkelijke verkopen, worden de ontvangsten niet als ESRontvangsten opgenomen.

Net zoals voor andere overheidsgeledingen doet het INR een analyse op de
kapitaalparticipaties die worden genomen door de lokale overheidssector om te bepalen of
deze als een echte participatie volgens het ESR1995 kunnen worden beschouwd, zonder
impact op het vorderingensaldo (in grote lijnen wordt nagegaan of er voldoende rendement
op financiële participatie wordt verwacht), of dat deze dienen te worden geherklasseerd in
kapitaaloverdrachten die een impact op het ESR-vorderingensaldo hebben.

De reorganisatie van de belangen van de lokale overheidsector in de energiesector en de
kabeldistributie hebben de voorbije jaren geleid tot uitzonderlijke ontvangsten die in lokale
boekhoudsystemen als dividenden werden geregistreerd, maar die op basis van het ESR1995
dienen te worden geherklasseerd omdat ze worden beschouwd als superdividenden. Deze
superdividenden worden volgens de ESR1995-methodologie beschouwd als het terugtrekken
van kapitaal uit de betrokken onderneming en hebben geen impact op het vorderingensaldo.

Er bestaan verschillende geldstromen tussen de hogere overheden (federale overheid,
sociale zekerheid en de gemeenschappen en gewesten) en de lokale overheden en tussen de
lokale overheden onderling. De registratie van de ontvangen en uitgekeerde bedragen stemt
niet volledig overeen omwille van een verschillend tijdstip van registratie in de rekeningen,
of een verschillende definitie van de overheidssector of doordat er fouten sluipen in de
economische codificatie. Deze fouten in de basisgegevens leiden tot een statistische
correctie van de gegevens, om de stromen met elkaar in overeenstemming te brengen.
Gebruik van de gegevens voor de opmaak van kwartaalrekeningen
Tot op heden bestonden geen kwartaalgegevens inzake de ontvangsten en uitgaven van de lokale
overheden (met uitzonderingen van de ontvangen belastingen en de overdrachten van hogere
overheden). Het is de intentie van het INR, indien ze vaststelt dat de rapportering de gewenste
kwaliteitsvolle gegevens oplevert, de basisgegevens achter deze rapportering ook te gebruiken voor
de opmaak van de kwartaalrekeningen en indien mogelijk voor de eerste opmaak van de
overheidsrekeningen in de notificatie van maart.
Herziening van de gegevens
De gegevens worden momenteel nog niet gebruikt voor de opmaak van de kwartaalrekeningen of de
eerste opmaak van de overheidsrekeningen.
Bronnen en overgang naar het ESR
(Brusselse OCMW’s)
Databronnen
OCMW’s van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Uitgaven:
Geboekte uitgaven – betalingen (bronnen = boekhoudkundige systemen Pégase, Acropole en Logins)
Ontvangsten:
Geboekte ontvangsten – netto vastgestelde rechten (bronnen = boekhoudkundige systemen Pégase,
Acropole en Logins)
Methodes gebruikt bij het ontbreken van gegevens
Herziening van de gegevens
Belangrijkste correcties om over te gaan naar gegevens overheidsrekeningen
Niettegenstaande de verschillen tussen de boekhoudsystemen voor de lokale overheden, kunnen
voor de Waalse, Brusselse en Duitstalige gemeenten en OCMW’s gemeenschappelijke kenmerken
worden vastgesteld. In grote lijnen hanteren deze instellingen een boekhoudsysteem dat nog steeds
gelijkenissen vertoont met de Nieuwe Gemeentelijke Boekhouding (NGB).
De NGB omvat twee aparte luiken met name een budgettair deel dat de jaarlijkse transacties
beschrijft en een deel met een algemene boekhouding met een balans en een resultatenrekeningDe
verrichtingen worden in beide luiken van de boekhouding geboekt op basis van de vastgestelde
rechten.
Binnen het budgettair luik wordt een onderscheid gemaakt tussen de gewone dienst (die in essentie
de jaarlijkse recurrente ontvangsten en uitgaven bevat) en de buitengewone dienst (dit gaat meer
om ontvangsten en uitgaven die verband houden met het patrimonium zoals de investeringen en het
aangaan van schulden ervoor). Het INR gebruikt voornamelijk het budgettaire luik van de lokale
boekhouding om de overheidsrekeningen op te maken. Het INR heeft een overgangstabel gemaakt
die beschrijft hoe de economische codes uit het budgettaire luik van de lokale boekhouding
overeenstemmen met de verschillende ESR-categorieën van ontvangsten en uitgaven. Gelet op het
feit dat de overgangstabel geschreven is op een gedetailleerder niveau (5 posities) van de
economische code dan de basisrapportering onderliggend aan deze rapportering (2 posities) kunnen
er beperkte verschillen zijn in de economische aggregaten.
Naast de hierboven beschreven automatische vertaling doet het INR specifieke correcties, met als
doel overeenstemming te bereiken met de ESR.

De rekeningen van de ocmw's omvatten ook de door hen beheerde rusthuizen, ziekenhuizen
of andere verzorgingsinstellingen zonder juridische rechtspersoonlijkheid. Deze worden in de
nationale rekeningen beschouwd als quasivennootschappen die behoren tot de sector van
de niet-financiële vennootschappen en dienen daarom te worden gedeconsolideerd. Deze
instellingen worden beschouwd als quasivennootschappen omdat ze worden gefinancierd
zoals de overeenstemmende privéinstellingen in functie van hun bezettingsgraad of de
medische verstrekkingen. De deconsolidatie gebeurt op basis van de functionele codes die
worden toegekend aan de ontvangsten en de uitgaven die gebeuren voor de te
deconsolideren instellingen. Deze deconsolidatie heeft geen impact op het vorderingensaldo
van de ocmw’s omdat het eventuele batige saldi van de rusthuizen wordt geregistreerd als
een ontvangst van het ocmw of het eventuele negatieve saldo als een subsidie van het ocmw
aan de instellingen.

Net zoals voor andere overheidsgeledingen doet het INR een analyse op de
kapitaalparticipaties die worden genomen door de lokale overheidssector om te bepalen of
deze als een echte participatie volgens het ESR1995 kunnen worden beschouwd, zonder
impact op het vorderingensaldo (in grote lijnen wordt nagegaan of er voldoende rendement
op financiële participatie wordt verwacht), of dat deze dienen te worden geherklasseerd in
kapitaaloverdrachten die een impact op het ESR-vorderingensaldo hebben.

Er bestaan verschillende geldstromen tussen de hogere overheden (federale overheid,
sociale zekerheid en de gemeenschappen en gewesten) en de lokale overheden en tussen de
lokale overheden onderling. De registratie van de ontvangen en uitgekeerde bedragen stemt
niet volledig overeen omwille van een verschillend tijdstip van registratie in de rekeningen,
of een verschillende definitie van de overheidssector of doordat er fouten sluipen in de
economische codificatie. Deze fouten in de basisgegevens leiden tot een statistische
correctie van de gegevens, om de stromen met elkaar in overeenstemming te brengen.
Gebruik van de gegevens voor de opmaak van kwartaalrekeningen
Tot op heden bestonden geen kwartaalgegevens inzake de ontvangsten en uitgaven van de lokale
overheden (met uitzonderingen van de ontvangen belastingen en de overdrachten van hogere
overheden). Het is de intentie van het INR, indien ze vaststelt dat de rapportering de gewenste
kwaliteitsvolle gegevens oplevert, de basisgegevens achter deze rapportering ook te gebruiken voor
de opmaak van de kwartaalrekeningen en indien mogelijk voor de eerste opmaak van de
overheidsrekeningen in de notificatie van maart.
Herziening van de gegevens
De gegevens worden momenteel nog niet gebruikt voor de opmaak van de kwartaalrekeningen of de
eerste opmaak van de overheidsrekeningen.
Download