Cybercriminaliteit

advertisement
Cybercriminaliteit
Nu een steeds groter deel van ons leven
via internet verloopt omdat we thuisbankieren of online winkelen, neemt ook de
­georganiseerde criminaliteit op internet toe.
Cybercriminelen stelen bank- en creditcardgegevens, die vervolgens worden doorverkocht: één euro voor creditcardgegevens,
60 euro voor bankgegevens. Cybercriminaliteit is een lucratieve, grensoverschrijdende
bezigheid die weinig risico’s inhoudt. Het is
een probleem dat ons allemaal aangaat en
dat we samen moeten aanpakken.
Wat is cybercriminaliteit?
Onder cybercriminaliteit worden strafbare feiten verstaan
die online worden gepleegd met behulp van elektronische communicatienetwerken en informatiesystemen.
­Cybercriminaliteit kent geen grenzen en kan verschillende vormen aannemen. Al deze vormen hebben echter
twee gemeenschappelijke kenmerken: de feiten kunnen
op grote schaal worden gepleegd en de plaats waar de
dader zich bevindt, kan op grote afstand liggen van de
plaats waar de gevolgen van de feiten zich voordoen.
In engere zin gaat het bij cybercriminaliteit om onlinefraude
en -vervalsing. Voor grootschalige fraude kunnen verschillende instrumenten worden gebruikt, zoals identiteitsdiefstal, phishing (poging om gevoelige informatie te verkrijgen,
zoals wachtwoorden en creditcardgegevens, waarbij de dader
zich voordoet als een betrouwbare ­persoon), spam en kwaadaardige codes (computervirussen).
Het publiceren van illegale inhoud is ook een vorm van
­cybercriminaliteit. Daaronder valt materiaal dat seksueel misbruik van kinderen inhoudt, het aanzetten tot
rassenhaat, het aanzetten tot terroristische daden en de
verheerlijking van geweld, terrorisme, racisme en vreemdelingenhaat. In vele, maar niet in alle landen zijn dit strafbare feiten.
Ook aanvallen tegen informatiesystemen, denial-of-service-aanvallen en hacking zijn vormen van cybercriminaliteit. Informatiesystemen worden vaak aangevallen via
botnets: een groep computers die zijn geïnfecteerd met een
© iStockphoto/kryczka, I. Radkov, Zmeel, Don Bayley
virus (“zombies” of “bots”, de verkorte vorm van “robots”)
waardoor ze, zonder dat hun eigenaars het weten, worden
gecontroleerd door een andere computer.
Tegen wie is cybercriminaliteit gericht?
Niets en niemand is veilig voor cybercriminaliteit. ­Burgers,
bedrijven, overheden en vitale infrastructuur: alles en
­iedereen wordt erdoor getroffen.
Binnenlandse
zaken
© iStockphoto/TommL, Zmeel, alengo
Operationele samenwerking tussen de
EU-lidstaten
In 2011 hebben rechtshandhavingsinstanties
van 26 Europese landen, in samenwerking met
Europol, een grote operatie op touw gezet tegen
onlinekinderpornonetwerken. Dankzij deze “Operatie
Icarus”, die nog steeds loopt, zijn 269 verdachten
geïdentificeerd, van wie er 112 zijn aangehouden in
22 Europese landen.
De EU heeft ook wetgeving vastgesteld ter bestrijding van
cybercriminaliteit, zoals:
Dagelijks worden wereldwijd meer dan een miljoen mensen het slachtoffer van cybercriminaliteit. Bank- en creditcardgegevens kunnen worden gestolen door middel van
e-mails die van de bank lijken te komen, onlinewinkels
blijken soms helemaal niet te bestaan en smartphones worden gehackt. Ook de sociale media zijn doelwit: elke dag
worden zo’n 600 000 Facebookaccounts belaagd.
Cyberaanvallen op vitale infrastructuur kunnen ernstige
gevolgen hebben voor het bedrijfsleven, de overheid en de
maatschappij als geheel. Malware (kwaadaardige software)
of botnets die worden gebruikt voor grootschalige aanvallen
op informatie- en communicatie-infrastructuur kunnen de
levering van vitale goederen of diensten verstoren. Dit soort
aanvallen kan ook het onderhoud van andere vitale infrastructuur, zoals vervoers- of energienetwerken verstoren.
Wat doet de EU tegen cybercriminaliteit?
Omdat cybercriminaliteit weinig risico’s met zich brengt
maar wel veel oplevert, is het een wijdverbreid probleem
­g eworden dat geen grenzen kent. Bij de bestrijding
ervan is samenwerking op EU-niveau dan ook absoluut
noodzakelijk.
De EU richt zich vooral op de verbetering van de operationele samenwerking tussen rechtshandhavingsautoriteiten en
op de coördinatie tussen EU-landen, bijvoorbeeld op het
­gebied van bewustmaking, opleiding en onderzoek. Daarnaast stimuleert de EU de dialoog met het bedrijfsleven, dat
een groot deel van de informatie-infrastructuur beheert.
•
het kaderbesluit van 2001 betreffende de bestrijding van fraude en vervalsing in verband met andere
betaalmiddelen dan contanten, waarin de frauduleuze handelingen worden gedefinieerd die door de
­EU-lidstaten strafbaar moeten worden gesteld;
•
de e-privacyrichtlijn van 2002, die inhoudt dat aanbieders van elektronische- communicatiediensten hun
diensten moeten beveiligen en klantgegevens vertrouwelijk moeten behandelen;
•
het kaderbesluit van 2005 over aanvallen op informatiesystemen en de in 2010 voorgestelde richtlijn ter vervanging daarvan, die een betere aanpak van grootschalige
gelijktijdige aanvallen en botnets mogelijk maken;
•
de richtlijn van 2011 ter bestrijding van de seksuele uitbuiting van kinderen en kinderporno, waarmee beter
kan worden opgetreden tegen nieuwe ontwikkelingen
op internet, zoals online kinderlokken (waarbij volwassenen zich voordoen als kinderen om minderjarigen te
lokken en hen vervolgens seksueel te misbruiken).
Het Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging helpt de EU-lidstaten bij het oplossen en
voorkomen van problemen op het gebied van informatiebeveiliging en bevordert de publiek-private samenwerking. Verder zijn voorstellen gedaan voor de oprichting
van een Europees Centrum voor de bestrijding van
cybercriminaliteit, dat dienst moet doen als centraal
informatiepunt en dat deskundigen kan leveren die de capaciteitsopbouw en onderzoeken in de lidstaten kunnen
ondersteunen. Het centrum zal de EU-lidstaten wijzen
op nieuwe bedreigingen op het gebied van cybercriminaliteit en op tekortkomingen in hun onlineveiligheid.
Bovendien zal het criminele activiteiten in kaart brengen
op basis van patronen in bijvoorbeeld virusaanvallen, en
zowel de ­autoriteiten als de burgers op de hoogte houden

van nieuwe ontwikkelingen.
Bezoek onze website (ec.europa.eu/
home-affairs) om te achterhalen
welke acties de Europese Unie
onderneemt om cybercriminaliteit
tegen te gaan.
Europese Commissie - Binnenlandse zaken - Cybercriminaliteit - April 2012
Download